iee en ktober ingen, n, ioeken, i sn. DE STEM Toegankelijkheid gebouwen voor rolstoelers nog altijd onder de maat ïordigers E1 3 NAAR JE vRRIÈRÉ >5 m IN GOES land :ingsvermogen .schikbaar an auto itatief aanpak. carrièremogelijkheden liteitsproduct •omvattende opleiding goed betaalde job! 4 9.00 EN 17.00 UUR EN, TEL. 0113-229683 Sociale Dienst Hindernisbaan Ontspannen 11996 X 67 Lijf&leven WOENSDAG 2 OKTOBER 1996 Valkuilen voetangels ,n- en buitenland, t u op de hoogte, elder, overzichtelijk en noem maar op. onaal. rk. Niet voor niets west Nederland elkaar ieuw. HETZUIDWESItN. tavoer. Daar kom ik, voor één d in een rolstoel, moeiteloos aan. Dierenland toevallig handicap- iendelijk is. Maar brood, planten, een »pje koffie en de Arbodienst zijn alleen W véél hulp en hobbelige omwegen bin- a bereik. Zodra je rolstoelt gaat de'we id een stukje dicht. Deze in Roosendaal 'ine ervaring geeft volgens de ■kundige van het POG (Provinciaal g Gehandicaptenbeleid) een ge el beeld van de toegankelijkheid mensen met een handicap: matig en vorderend. 'fog geen halve kilometer is het duide- Mt wordt een zéér ongemakkelijke rit. rolstoel blijft tussen de muur en een steken. Een botsing met een reclame mom 'aan de slanke lijn te denken' valt it te vermijden. Het wiel zit klem in een W tussen de schotsscheve tegels. Geme- doornstruiken schampen de ledematen. 0fer de goedbedoelde hellingen in de 'Prand zouden we beter beschaamd 'Wen. Zó steil! Je moet wel een rolstoel- uoos zijn zoals Roosendaler Joop Bee- tsom niet te worden gelanceerd. "P heeft vijfentwintig jaar rolstoelerva- '8 en diverse rolstoelmarathons op zijn Hij is niet de norm voor de mens met "handicap. En ik, beginnend rolstoeler, ®nin. Ook mensen met een beperkt uit- Mmgsvermogen, slechthorenden, blin- ,11® slechtzienden hebben last van al die inki en voetangels in de stad. Over de _™ls en openbare diensten die zij aldus bereiken hebben we het dan nog "kundige c. Nieuwkoop van het POG 4'''nc'aal Overleg Gehandicaptenbeleid) Meelt overal in de provincie in samen- ""S met plaatselijke gehandicaptenor- ms de openbare gebouwen op toe- "ijkheid. Op verzoek van het Rogep s Gehandicapten Platform) is ''jdens een zogenaamde Week van de lit? ikheid in Roosendaal. Met hem, erens en visueel gehandicapte René tlkie iden beproef ik rolstoelend een van de Roosendaalse binnenstad. ai%pelen staté?Waar' '^w warme bakker', nog j.en straat na ons vertrekpunt, sputte- (iu^rmsPieren al tegen. Rolstoelen is Piert 'e,van een cent zodra je de bedie- Pttoir t -t' een lekker egaal stukje L. enminste. Maar die duren hier niet r.,an een meter. Ik moet vaak met één tegensturen om niet pardoes van de smalle, scheve stoep te rollen. Die tegels liggen, verdorie, nog ongelijk ook. Ik word als een zak aardappelen door elkaar geschud. En mijn spaken gaan naar de vaantjes. Staat daar wel eens een ambte naar bij stil! 'Uw warme bakker' verspreidt een geur van versgebakken broodjes. De verleiding om iets te kopen wordt noodgedwongen weerstaan. Voor de winkel ligt een hoge drempel. Zeg maar trap. In een rolstoel moet je niet te trots zijn om eens hulp te ac cepteren. Maar iemand zich voor een koek een breuk laten tillen gaat te ver. De bakker krijgt geen ITS. ITS betekent Internationaal Toegankelijkheids Sym bool, een witte rolstoel op een blauwe ach tergrond. Als een gebouw aan alle normen voor toegankelijkheid voldoet mag het symbool op een bordje naast de deur han gen en in promotiemateriaal prijken. Nieuwkoop hoeft meestal niet eens binnen te gaan om een pand ervoor af te keuren. De kapper, net om de hoek bij de bakker, komt evenmin in aanmerking. Daar kom je met een rolstoel klem te zitten in de smalle deuropening. Even later breekt het zweet me uit. Het ging lekker en ik vergat die rolstoel. Maar nu moet ik de drukke Boulevard over. Nieuwkoop, mijn trouwe begeleider, doet of zijn neus bloedt. Wil je weten hoe het is om in een rolstoel te zitten? Vóél het dan maar. Niet stiekem gaan staan. De benen zijn tijdelijk buiten gebruik. Je kunt niet bij het bedieningsknopje voor de verkeers lichten. En je ziet de langsscheurende bus sen, vrachtwagens en brommers niet aan komen. Een auto op de stoep ontneemt het zicht. Beelden van Cairo waar oversteken in de enorme verkeerschaos op een zelf moordpoging lijkt doemen op. Ze hebben me naar de overkant geduwd. En nu staan we voor de winkel die in prijs- bekers en andere trofeeën doet. De deur zwaait met gemak open. Met een beetje hulp wip ik de drempel over. Het staat bin nen propvol stellingen. Er gaat niets om! Voor die prestatie zou je jezelf haast zo'n verzilverde beker toekennen. Al zou het moeilijk zijn om vanuit de rolstoel te beta len aan de hoge toonbank. Zeker met de pinautomaat. Als je er ai bij zou kunnen, toets je open en bloot je code in. „Er be staan apparaten die je ook in de hand kan nemen," adviseren mijn metgezellen de winkelier. Nooit gedacht dat de wereld voor een rol stoeler zoveel onneembare vestingen telt. Koffieshops, reisbureaus, kappers, slagers, kroegen. Is de drempel niet te hoog, een eu vel bij negentig procent van de Brabantse middenstand, dan is de deur wel te smal. Of je kunt niet meer kéren in de piepkleine hal. René van de Heijden met zijn slechte ogen en 1.90 meter lang is al een paar keer net niet ergens tegenaan geknald. Op het nippertje ontwijkt hij steigers en de veel te lage luifel van Het Bloemenhuis. Winkels met glazen puien zonder sticker op de deur worden doolhoven voor hem. Doodmoe word je van zo'n tocht. Gelukkig besluiten mijn metgezellen om de Sociale Dienst wat verderop te bezoeken. Je mag verwachten dat zo'n instelling rekening houdt met de gehandicapte medemens. De Sociale Dienst heeft voorzien in twee gehandicaptenparkeerplaatsen. Afhanke lijk van de kant waar de rolstoelers moeten uitstappen, blokkeren hun auto's het pad naar het gebouw. „Typisch zo'n aanpassing waarbij niet ver genoeg is doorgedacht. Hoe vaak dat niet voorkomt!" moppert Nieuwkoop. Het pand zelf is vanaf de en tree drempelloos. Er is een extra lage balie waar je niet als een kleuter nét bovenuit piept. In het invalidentoilet draai ik van het clo set naar de wastafel. De kraan, de spiegel, de papieren handdoekjes, alles is binnen bereik. Grondig was ik mijn handen. Alles wat op de straat ligt zit eraan. Behalve poep. Daar heeft Joop Beerens me voor ge waarschuwd. „De pot staat te dicht bij de muur," keurt Nieuwkoop het toilet af. „Dat geeft kans op vallen bij het overstappen van de stoel op het toilet. En je kunt slecht bij het alarm- koord. Het zit op diverse plekken te hoog langs de muur. De deur draait trouwens naar binnen. Niet handig voor een rolstoe ler in paniek." Buiten wacht een nieuwe hindernisbaan. Landelijke organen bevelen voetpaden aan van 1.80 meter. Hooguit plaatselijk ver nauwd tot 1.20 meter of desnoods 90 centi meter tussen twee onvermijdelijke obsta kels. Kom daar maar eens om in dit stukje Roosendaal. In menige straat zijn de trot toirs zo smal dat de rolstoeler de rijweg op moet. Irritatie komt op in de steeg waar ze nieu we lantaarnpalen aan het zetten zijn. Pre cies zo dat mijn rolstoel er niet meer door kan! Als je ze tegen de gevel hangt, zegt Nieuwkoop, is het nog goedkoper ook. Maar aan zoiets simpels denkt blijkbaar geen ambtenaar met goede benen. Gelukkig gloort het rolstoelparadijs. Bee rens heeft me al lekker gemaakt voor de ge renoveerde Molenstraat. Nieuw plaveisel en winkels met geslechte drempels. Het eerste klopt. Het tweede valt bitter tegen. Als ze nog eens verbouwen, zeggen de win keliers, verhelpen ze het misschien wel. Bij de lingeriewinkel lonkt het kant. Daar komen, vertelt de dame binnen, ook veel rolstoelsters op af. Het is mij een raadsel hoe ze het spul passen in de krappe ruimte achter het gordijntje. „Ze kunnen daar op," wijst de dame naar een zitmeubel in het pashokje. Ik zal nog héél veel moeten oefe nen voordat ik er zonder vallen op beland. Het is ontmoedigend. Schoenenreuzen, kle dingzaken, winkels met elektrische appa raten, kantoren van makelaars en kranten. Als ik moederziel alleen zou rolstoelen zou ik bijna nergens binnenkomen. Maar bij de Arbodienst die medische keuringen ver richt, bedenken we, ongetwijfeld wel. Het gebouw is veelbelovend uitgerust met een gelijkvloerse, brede, automatische deur. Welgemoed druk ik op de bel aan de gevel. De deur zwaait terstond open en voordat ik de ingang bereik weer dicht. Binnen staat een hele hoge kapstok. De glazen deuren nodigen uit tot botsen. Het pand zit vol versmallingen en verhogingen. Invalidentoiletten ontbreken. Het wordt gehuurd, zegt de medewerkster die inder tijd klantvriendelijke aanbevelingen gaf. Die zijn in de wind geslagen uit bezuini ging. „Dit is asociaal!" roepen we boos als we buiten staan. „Dat komt nu van privatisering. Je ziet waarop ze beknibbelen," smaalt Nieuw koop. En het gebeurt niet alleen bij de Ar- bodiensten. Ook bij de Spoorwegen en de PTT, die ver waren, verwatert het. Dat wil niet zeggen dat bij de overheid, die een be leid heeft voor een goede toegankelijkheid, alles deugt. Zelfs in splinternieuwe, aange paste gebouwen wemelt het soms van on doordachte dingen. Brengen ze bijvoor beeld steunbeugels een paar centimeter te hoog of te laag aan. Moet het opnieuw. Soms kost herstel duizenden guldens. En dan durven ze nog te beweren dat aanpas singen zo duur zijn. Moeten ze maar eens langs Dierenland gaan. De eigenaar heeft er echt geen kapi talen in geïnvesteerd. Maar sinds uren voel ik me er weer een zelfstandig mens. Zonder inspanning rol ik vanaf de stoep naar bin nen. Ontspannen rijd ik tussen de honden manden en het kattenvoer. Wat staat er veel op grijphoogte! En op de toonbank een aangepaste pinautomaat. Mijn metgezellen zuchten van opluchting. Kunnen ze eens ie mand vereren met het IPS-symbool. De eerste keer deze week. Gelukkig wordt la ter in Roosendaals nieuwste winkelcen trum de schade nog ingehaald.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 23