Analfabeet gevangen in isolement
f 25.490,-
■lYunpg!
De 'pluspunten' van
realistisch rekenen
Jongeren uit lage
inkomensgroepen
stellen studie uit
Stichting Kans spant zich in voor bijscholing
HEMA
Kinderen durven geen
fietshelm op te zetten
Jicht, het onbekende 'pootje'
lit en de
[Fors marktaandeel voor rekenmethode van Bossche uitgeverij Malmberg
bestem
LIJF LEVEN
E2
Bekentenis
lusief BTW
Ommekeer
1996
WOENSDAG 11 SEPTEMBER 1996
I CM HOOG,
l 50 CM,
NG BESTAAT UIT
DPHORKORRELS
STAS
FESTER,
INGEBOUWDE TROLLEY.
IN ROOD 89.-
3 van den Berg
Naarmate ik meer leerde
I"verlezen, schrijven en reke-
nen, ging er een wereld voor
Lp open," vertelt ex-analfa
bete Petra (46). „Op een gege
ven moment kon ik zelfs mijn
cieen echtscheiding regelen.
Ik heb 'tig' formulieren moe
iten invullen. Dat was niet al-
tüd gemakkelijk. Maar als ik
|¥an mijn begeleiders hoorde
alle schriftelijke vragen
d waren ingevuld, dan
voelde ik me groot. Dan ging
ik vervolgens vol zelfvertrou
wen naar huis. Ondanks de
pijn van de echtscheiding."
Deze dagen vraagt het Unesco
Centrum Nederland aandacht
Ivoor alfabetiseringsprojecten in
ontwikkelingslanden. Begrijpe
lijk, want onderwijs is een onder-
en kindje in de Derde
Wereld.
Nederland daarentegen gaat prat
op een modern onderwijssysteem.
Toch kampt naar schatting tien
procent van onze bevolking (ruim
1 miljoen mensen) met ernstige
lees-, schrijf- en/of rekenproble
men. Zodanig zelfs dat ze zich in
allerlei bochten moeten wringen
om de schande voor de harde bui
tenwereld geheim te kunnen hou
den.
Structureel
„Het gaat om een structureel pro-
bleem, want vijftien jaar geleden
het percentage ook al op
I tien," meldt Pieter de Graaf, be
roepskracht alfabetiseringspro-
jecten bij de Stichting Kans in
Eindhoven. Nederland hoeft zich
lig genoeg niet te
schamen voor die tien procent.
De meeste andere westerse lan
den scoren slechter, met als een
van de uitschieters de Verenigde
Staten met ruim dertig procent
j (circa 70 miljoen mensen),
f In de rijke landen bestaat analfa-
I betisme bij de gratie van onder
meer economische factoren en
standsverschillen. Een kind van
een arts wordt bij wijze van spre
ken tussen de boeken geboren, in
tegenstelling tot dat van een on
geletterde mijnwerker. Er zijn
ook kinderen die op school een
minderwaardigheidscomplex op-
bouwen en op jeugdige leeftijd
Liefst 1,5 miljoen mensen in ons land kampen met ernstige lees-, schrijf- en/of rekenproblemen.
hun opleiding afbreken. Ook in
grote gezinnen en door een kwak
kelende gezondheid kunnen ern
stige lees-, schrijf- en rekenpro
blemen ontstaan.
Ex-analfabeet Petra trof het niet
als kind. Ze was tijdens haar
schooltijd voortdurend ziek en
miste daardoor veel lessen. Ze
maakte de lagere school niet af en
werd huishoudelijke hulp. „Ik
kon maar een beetje lezen, slecht
schrijven en nauwelijks rekenen.
Naast dat ik veel ziek was, zaten
we ook nog eens met vijftig kin
deren in een klas. De kinderen
van doktoren en advocaten zaten
vooraan. Als ze iets niet konden
vatten, kregen ze meteen bijles.
Wij kregen papier en een kleur
potlood in de vingers gedrukt om
onszelf bezig te houden. O ja, en
als de bel ging, mochten we de
voordeur opendoen. Of in de pau
ze koffie inschenken voor de leer
krachten."
Vrolijk is ze daar uiteindelijk niet
van geworden. Ze leerde de vader
van haar beide zonen kennen,
toen deze onder de wapenen was.
Na een aantal onbeantwoorde
brieven van zijn kant, moest Pe
tra met de billen bloot. „Ik heb
met heel veel pijn en moeite een
brief teruggeschreven. Hij heeft
er wel twee weken over gedaan
om die legpuzzel te ontcijferen.
Toen moest ik bekennen dat ik
analfabeet was." Dat was voor de
soldaat geen reden haar niet te
trouwen.
Opnieuw Petra: „Hij verzon
ezelsbruggetjes en liet absentie
briefjes voor school (Jan moest
vanochtend naar de dokter/tand
arts) corresponderen met vaste
kleuren. De letters tekende ik als
het ware na." Zelf vermeed ze
moeilijke situaties. „Ik had altijd
een smoesje klaar. Richtte m'n le
ven zo in, dat ik zo min mogelijk
frustraties opliep." Maar in som
mige situaties was Petra aan de
goden overgeleverd. Tijdens de
boodschappenronde in de super-
FOTO DE STEM DICK DE BOER
markt of bij de slager. „Ik kon
meestal niet aflezen hoe duur iets
was. Soms gokte ik in de hoop dat
ik het goede kreeg. Nam altijd
groot geld mee, om te voorkomen
dat ik te kort kwam. Ik durfde
nooit met een tientje de deur uit.
De grpente mocht per ongeluk in
eens een stuk duurder zijn ge
worden..."
In menig geval werd Petra geflest
waar andere klanten bij stonden,
„Dan zei een verkoper: 'Dat is
precies genoeg zo, mevrouwtje'.
Een enkele keer heeft m'n toen
malige man verhaal gehaald.
Maar vaak hield ik mijn mond
maar. Ik wist gewoon niet hoe het
precies zat."
Tte voor zes personen,
achterin een laadruimte
is dubbele cabine t.w.v.
■it de ruimte van een
eigenschappen van een
comfortabel interieur
nafprijs, drie jaar garantie
's een bijzonder lage kilo-
U kunt met de H I
lillende uitvoeringen,
aasisuitvoering: de H 100
.der meer een geheel
in het achterste gedeelte
elmotor voor f 25.490,-
f 26.490,- (excl. BTW),
luxe bekleed stuur, een
itaal klokje, verwarmde
meest luxe uitvoering,
aar is vanaf f 27.490,-
eens elektrisch bedien-
ieren, getint glas, toeren-
leverbaar in verschillende
Informeer bij de Hyunda''
Ie H 100 dubbele cabine
[en tijdens een proefrit
ZOLANG DE VOORRAAD STREKS
'ERWIJDERINGSBIJDRAGE. DE H '00
UWE WERELDMER11
Door Peter Blees
Van de ruim 8000 basisscho
len in Nederland werkt in
middels ruim een kwart met
dein 1991 geïntroduceerde re
kenmethode Pluspunt. Uitge
verij Malmberg in Den Bosch
bereikte daarmee in relatief
korte tijd een fors marktaan
deel. En meldde bovendien
een extra succes bij meisjes,
die veelal minder presteren op
bet gebied van rekenen en
wiskunde. „We hopen uitein
delijk met deze methode op
zo'n 3000 scholen te komen,"
zegt productmanager Henri
Smulders. Maar de concur
rentie zit niet stil en komt bin
nenkort met een antwoord. De
plussen en minnen in het
rekenonderwijs.
Niet veel ouders herinneren zich
neg de rekenmethode van de ei
gen lagere school. Enigszins ja
loers kijken ze naar de boeken en
werkbladen die hun kinderen het
rekenen bijbrengen. Fleurige
plaatjes met opdrachten die uit
«et leven gegrepen zijn. Ze slui
ten bijvoorbeeld aan op beelden
tut de vakantie: bereken de prij-
20n van de camping, de lengte
wn de tietsroutes, de omtrek van
«et eiland, het aantal auto's dat
op de parkeerplaats kan.
Realistisch rekenen' noemen ze
™t- De situaties zijn herkenbaar
oor de leerlingen en uitnodigen-
dan de saaie rijtjes van vroe
ger. Er is nog een verschil. De op
gaven zijn gebaseerd op het ver-
Werven van inzicht, waar het re-
enen van vroeger - 'mechanis-
asch rekenen' - meer een kwestie
jas van nadoen wat de meester
'eed. Een trucje.
e realistische aanpak vragt wel
loiT» »®ea''stisch rekenen is
J ze§t Hein van der Straaten
Eersel, één van de auteurs van
fymt, „maar het is ook een
mteractieve methode, er is een
8 prek tussen de leerkracht en
las nodig. In de praktijk was
mmk™ Prot>leem, vooral in de
liit 'i 'bassen. Dat is eigen
min aanleiding geweest om
deze methode te beginnen."
punt biedt de leerkrachten
s»m,°r?aïdsade~lnode'' dat- con"
equent wordt gevolgd. Als groep
n te leslokaal een'leerkrlcht-
BWn1® lS' (UitleS) heeft
zelfL 1? tzeMe lokaal een les
jeitstandig werken.
lffliTprocent van de schO"
ffleer N?derland heeft één of
Bat (nh'oatieklassen, dus het
'eerkracht WaS groot De
de Sf' f krUgen in de metho-
dieco i ,e e handleidingen,
een duidelijke steun in de rug
FOTO VAN DEMEULENHOF
Leerlingen van groep 8 werken met de rekenmethode 'Pluspunt'.
geven bij het plannen. En boven
dien zijn er veel mogelijkheden
tot differentiatie: voor de ene
leerling is er herhalingsstof, voor
de ander verrijkingsstof.
Malmberg is marktleider op de
rekenmarkt, omdat het naast
Pluspunt (inmiddels dus 2000
scholen) ook De wereld in getal
len uitgeeft. „Met die twee samen
hebben we al meer dan vijftig
procent van de markt," zegt pro
ductmanager basisonderwijs
Smulders. Het is voor uitgevers
altijd met spanning afwachten of
een nieuwe methode aanslaat. Op
de eerste oplage wordt altijd geld
„In het begin moet er geld bij,"
zegt Smulders, „ergens in de
Lesblad over de brandweer. Zijn er voldoende spuitstukken voor
de slangen, is er voor elke chauffeur een paar laarzen en zijn er ge
noeg chauffeurs voor de auto's?
tweede oplage beginnen we er
pas aan te verdienen." Maar be
reikt men eenmaal een groot
marktaandeel, dan kan dat zeer
profijtelijk zijn. Want ieder jaar
heeft iedere school bijvoorbeeld
weer nieuwe werkschriftjes no
dig. Voor 2000 scholen gaat het
toch om minstens 400.000 nieuwe
exemplaren per jaar. Die kosten
vier tot vijf gulden per stuk en
dat is kassa voor de Bossche uit
geverij.
En dus is Malmberg maar wat
blij met de positieve uitkomsten
van een onderzoek dat op de Uni
versiteit Twente is verricht naar
de resultaten met de Pluspunt-
rekenmethode. De conclusie
daarvan - gebaseerd op vergelij
kingen van resultaten van Cito-
toetsen - wijzen erop dat leerlin
gen die Pluspunt hebben ge
bruikt betere resultaten behalen
dan het landelijk gemiddelde.
Nadere analyses laten zien dat
dit vooral geldt voor meisjes.
„Dat heeft ons verrast," zegt me
de-auteur Van der Straaten,
„daar hebben we echt niet spe
ciaal op gemikt. Maar we zijn nu
wel laan het nadenken over de
vraag hoe dat effect is bereikt."
Een,' factor kan zijn dat het vrou
welijke deel van de auteursgroep
kritisch heeft opgelet dat de 'con
text' niet te zeer op jongens werd
toegesneden, zegt hij. „Maar we
denken ook dat de nadrukkelijke
De ommekeer in haar leven volg
de op problemen op school voor
haar jongste zoon. „Het lezen
ging hem slecht af. Hij ontwik
kelde faalangst. Ik heb meteen
een gesprek met de juf en de di
recteur aangevraagd en heb mijn
eigen situatie uit de doeken ge
daan. Ik wilde niet dat mijn zoon
hetzelfde zou overkomen. De di
recteur keek me met grote kijkers
aan. Ik was al zeven jaar over-
blijfmoeder op die school. Nie
mand had ooit iets gemerkt van
mijn analfabetisme." Met haar
jongste zoon kwam alles in orde.
Toen Petra korte tijd later een fa
milielid tegenkwam die, tot haar
verbazing, ook analfabeet was,
stond haar besluit vast: ze moest
en zou bijles nemen om haar le
zen, schrijven en rekenen op te
vijzelen. Petra was toen 36 jaar.
Nu, tien jaar later, is ze zelfs pen
ningmeester van een stichting.
„Is dat niet wonderlijk? Ondanks
de rekenproblemen van vroeger?"
lacht ze. Beroepskracht De Graaf
is - ondanks successtory's als die
van Petra - bang dat het aantal
analfabeten in ons land de ko
mende jaren niet belangrijk zal
afnemen. „Ik vrees dat we in Ne
derland zullen moeten leren le
ven met dat percentage van tien,"
vervolgt hij. „De minister stelt
geen geld beschikbaar om iets
aan het probleem te doen. Ster
ker: er is geen beleid voor ont
wikkeld en nauwelijks diepgaand
onderzoek naar verricht. Alle
aandacht is gericht op taallessen
voor migranten."
Voor de leerkrachten die analfa
beten begeleiden is dat frustre
rend. „Het feit dat de politiek er
geen enkele aandacht aan
schenkt, werkt toch demotive
rend," erkent Tineke Foole van
Kans. „Maar van de andere kant
put je veel plezier uit de vorde
ringen die de mensen maken. Als
ze bijvoorbeeld een brief vlot en
foutloos kunnen voorlezen, dan
zie je hun zelfvertrouwen per se
conde groeien. Prachtig. Dan
weet je waar je het voor doet.
Mensen die flink bijgespijkerd wil
len worden op het gebied van le
zen, schrijven en/of rekenen, kun
nen contact opnemen met de
Stichting SVE. De stichting ver
strekt desgevraagd informatie
over de cursussen op lokaal en re
gionaal niveau, telefoon 033-
4640140.
Amsterdam (anp) - Drie
kwart van de ouders vindt
dat hun kind een fietshelm
zou moeten dragen. Maar de
meesten kopen hem niet zo
lang zoon of dochter die
weigert op te zetten. Van de
kinderen zelf durft 60 pro
cent niet met een helm op de
fiets. Zij zijn bang uitgela
chen en nagekeken te wor
den.
De stichting Consument en
Veiligheid die dit heeft onder
zocht pleit voor een landelijke,
langlopende campagne om
ouders en kinderen over hun
schroom voor de fietshelm heen
te helpen. Winkeliers zouden
die met een kortingsactie kun
nen ondersteunen. De campag
ne heeft het meeste succes als
die zich eerst richt op kinderen
van 5 tot 7 jaar. Bij hen is de
minste weerstand te verwach
ten. Jaarlijks krijgen 35 kinde
ren onder de 13 jaar een dode
lijk ongeluk op de fiets. Het
overgrote deel overlijdt aan
hersenletsel. Duizend kinderen
komen in het ziekenhuis te
recht. Ook van hen heeft de
helft ernstige verwondingen
aan het hoofd die vaak leiden
tot blijvende geheugen- en
leerstoornissen, oogafwijkin
gen en chronische hoofdpijn.
De slachtoffertjes veroorzaken
voor driekwart de ongelukken
zelf: trapper tegen stoeprand
en met losse handen rijden.
In Nederland is geen wettelijke
verplichting voor het dragen
van een fietshelm in de maak.
Consument en Veiligheid is
daar ook niet voor, omdat dat
kinderen ervan weerhoudt de
fiets te nemen. Maar de stich
ting vindt dat het helmgebruik
in Nederland nauwelijks se
rieus wordt genomen. In ande
re landen wèl: het aantal
hoofdletsels in de Verenigde
Staten zakte na intensieve
voorlichting met 80 procent.
Amsterdam (anp) - Het hogere
collegeld en de prestatiebeurs
weerhouden jongeren uit de
lagere inkomensgroepen er
niet van naar de universiteit
of hogeschool te gaan. Wel
stellen ze vaker hun studie
uit. De daling van het aantal
eerstejaars studenten met 11
procent wordt naast dit uitstel
ook veroorzaakt door demo
grafische ontwikkelingen. Dit
blijkt uit een onderzoek van
de Universiteit van Amster
dam.
Minister Ritzen (Onderwijs), op
drachtgever van de studie, ziet
geen reden om het collegeld en de
studiefinanciering te repareren
nu blijkt dat jongeren uit de lage
re inkomensgroepen toch wel
gaan studeren. Ritzen was tot de
ze aanpassing bereid als deze
groep jongeren de oorzaak zou
zijn van de extra daling van het
aantal studenten. De minister wil
wel een nader onderzoek naar de
studiekeuze van scholieren en
welke factoren hierbij een rol
spelen. Ritzen vindt het van be
lang dat leerlingen uit de lagere
sociaal-economische milieus niet
worden afgeschrikt om verder te
studeren. Ook wordt onderzocht
hoe het leengedrag en de schuld-
opbouw van studenten is.
Waarschijnlijk hebben de veran
deringen in de studiefinanciering
volgens de onderzoekers wel ge
leid tot meer bezinning op de stu
diekeuze. Het lijkt er op dat scho
lieren voorzichtiger kiezen voor
studeren. Bij twijfel stellen ze
hun studie uit, aldus de onder
zoekers. Van de vwo-eindexa-
menleerlingen wilde in 1996
bijna 89 procent verder gaan in
het hoger onderwijs. Dat is iets
minder dan in 1991 en 1994, maar
meer dan in 1982 toen 79 procent
daadwerkelijk naar het hoger on
derwijs ging.
plek voor zelfstandig werken in
de methode heeft gewerkt. Meis
jes gaan daar vaak serieuzer mee
aan de slag dan jongens, die mis
schien wat nonchalanter zijn."
Het 'onderwijsveld' is vol lof over
de voordelen van Pluspunt. Niet
temin klinkt hier en daar ook wel
enige kritiek en die betreft met
name de stof voor groep 7 en 8.
Die zou toch aan de pittige kant
zijn en met name problemen op
leveren voor de zwakkere leerlin
gen. Van der Straaten: „De me
thode is gericht op de eindtermen
van het basisonderwijs, maar
hier en daar zitten we er mis
schien iets boven. Ik denk dat er
geen enkele methode is die alle
leerlingen in groep 8 bij elkaar
houdt."
Natuurlijk is op elk statisch on
derzoek wel wat aan te merken
en zo ook op het Pluspunt-onder
zoek. Een deel van de goede re
sultaten zou zijn toe te schrijven
aan het feit dat de 'Pluspunt-
scholen' die aan het onderzoek
meededen, niet representatief
zijn voor alle scholen die de me
thode van Malmberg in gebruik
hebben.
Zij scoorden namelijk ook op an
dere onderdelen dan rekenen ho
ger dan het gemiddelde. De on
derzoeker houdt echter ook na
het toepassen van een correctie
factor zijn conclusie staande.
De andere educatieve uitgeverij
en wachten voorlopig nog maar
even op het Periodieke Peilings-
onderzoek Onderwijsniveau
(PPON) van 1997, waarin alle ge
bruikte methodes worden verge
leken. En er wordt hard gewerkt
aan opvolgers van de eigen me
thodes.
Zwijsen in Tilburg komt binnen
kort met Talrijk. Wolters-Noord-
hof presenteert in het najaar de
eerste boeken van RekenRijk.
Volgens Peter de Wert uit Heeze,
een van de auteurs, zal daarin de
extra aandacht voor de zwakkere
en de sterke leerling een opval
lend element zijn. „Problemen
met uitvallende leerlingen, kun
nen aan de hand van een diagno
se-model aangepakt worden,"
zegt hij. „En dat is werkelijk
uniek". De uitgeverij speelt daar
mee onder meer in op het gegeven
dat de basisschool meer dan
voorheen zelf de 'probleemkinde
ren' moet opvangen.
Het zal een flink gevecht worden
op de markt van het realistisch
rekenen. Een rekenmethode gaat
gemiddeld zo'n acht tot tien jaar
mee, dus dat betekent dat ieder
jaar minstens 800 basisscholen
boven de markt zweven. Ook
rond dat thema zijn misschien
wat aardige opgaven te bedenken
in een nieuwe methode.
Door Jan Paalman
Op de een of andere manier lijkt
jicht een ouderwetse ziekte. In
oude romans struikel je over de
oude mannen die door jicht ge
plaagd narrig bij het haardvuur
zitten, maar in GTST heeft
nooit iemand jicht en in Me
disch Centrum West kwam je de
kwaal ook al niet tegen. Toch
hebben naar schatting 30.000
Nederlanders last van arthritis
urica, Potjeslatijn voor ge
wrichtsontsteking door neer
slag van urinezuurkristallen,
kortweg jicht.
Hoe vervelend een aanval van
jicht kan uitpakken staat tref
zeker beschreven in een eeu
wenoud tractaat van de be
roemde Engelse dokter Thomas
Sydenham. Hij was wat Engel
sen een 'character' noemen. Na
zijn studie medicijnen in Ox
ford neemt hij in 1648 als ritme
ester dienst bij rebellenleider
Cromwell om koning Karei I
van de troon te jagen. Na de
oorlog is hij al het Potjeslatijn
vergeten en moet hij weer op
nieuw met de studie beginnen.
Hij wordt uiteindelijk arts,
maar aanvankelijk zonder enig
enthousiasme want 'de dokter
die geen dokter wilde zijn', is ei
genlijk veel liever soldaat, poli
ticus en schrijver.
Enfin, het komt toch goed met
hem en als beroemde dokter
schrijft hij vele tractaten zoals
zijn vermaarde verhandeling
over de modeziekte van die tijd:
de jicht. De passage over de
acute aanval wordt nog steeds
instemmend aangehaald in mo
derne leerboeken. „Het slacht
offer," schreef Sydenham al
weer drie eeuwen geleden,
„gaat in volle gezondheid vroeg
naar bed. Om ongeveer 2 uur in
de ochtend wordt hij wakker
door hevige pijn in de grote
teen; minder vaak in de knie,
enkel of wreef. Deze pijn lijkt
op de pijn bij een verzwikking,
en toch voelen delen aan alsof er
koud water over is gegooid. Dan
volgen gebibber en een beetje
koorts. De pijn, die eerst matig
is, wordt nu heviger, terwijl te
gelijkertijd het geril en de
koorts toeneemt... Het aangeda
ne lichaamsdeel is nu zo gevoe
lig dat het het gewicht van de
dekens niet eens kan verdragen.
De nacht gaat in martelende
pijn, slapeloosheid, en voortdu
rend gewoel traag voorbij,
waarbij het woelen nog erger is
dan de pijnaanval zelf. Daarom
lukt het niet om de pijn te ver
minderen door in een andere
houding te gaan liggen." Syden
ham kon het weten, want hij
had zelf jicht.
De oorzaak van dit alles is het
neerslaan van urinezuurkristal
len in de gewrichten. Waarom
dat gebeurt weet niemand. Wat
weet men dan wel? Urinezuur
ontstaat bij de afbraak van nu-
cleïnezuren, de bouwstenen van
het erfelijke DNA. Van dit zuur
kun je op twee manieren een te
veel krijgen: het lichaam maakt
een overmaat aan urinezuur, of,
en dat komt vaker voor, de nie
ren plassen het urinezuur te
weinig uit. Voor het gewrichts
weefsel maakt dat niet uit. Dat
reageert op het neergeslagen
'vreemde' kristal met de klas
sieke ontstekingsverschijnselen
van roodheid, zwelling, pijn,
warmte en het niet kunnen ge
bruiken van het aangedane li
chaamsdeel. Jicht slaat bij
voorkeur toe in de voet en wordt
daarom ook wel 'het pootje' ge
noemd, maar jicht in de knie
kan ook. De acute aanval komt
vooral 's nachts, is hevig pijnlijk
en kan enkele dagen aanhou
den. Na de aanval kan de pa
tiënt maanden tot soms jaren
vrij zijn van klachten. Heel ty
pisch zijn de 'tophi', met urine
zuurkristallen gevulde bultjes
op de strekzijde van de elle
boog, pezen of aan de oorschel
pen. Deze kunnen, vooral bij
openbarsten, heel erg pijnlijk
zijn. Wanneer de kristallen in
de nier neerslaan dan krijg je
nierstenen. Chronische jicht is
niet altijd zo makkelijk te her
kennen omdat het in meerdere
gewrichten kan woeden zodat
het nogal eens wordt aangezien
voor chronisch reuma.
Vroeger stond jicht bekend als
een rijkelui's ziekte, want alleen
zij die zich het goede leven kon
den permitteren kregen last van
de kwaal. Nog steeds is de klas
sieke patiënt een man van mid
delbare leeftijd (op de tien
jichtlijders is slechts eentje
vrouw), die wat aan de zware
kant is en die tamelijk stevig
drinkt. Vaak gaat jicht gepaard
met hoge bloeddruk, diabetes
en een te hoog vetgehalte in het
bloed, maar een echte onderlig
gende oorzaak van jicht is bijna
nooit aan te wijzen.
De diagnose is lang niet altijd
gemakkelijk. Het vreemde is dat
sommige mensen een hoog uri-
nezuurgehalte hebben in het
bloed zonder dat ze er iets van
merken, terwijl sommige jicht-
patiënten helemaal niet zoveel
urinezuur in hun bloed hebben
en toch last hebben van jicht.
Het gehalte is merkwaardig ge
noeg niet het hoogst tijdens de
aanval maar tussen de aanval
len door.
Even urinezuur prikken om de
diagnose rond te krijgen heeft
dus weinig zin. De diagnose be
rust op het typische verhaal van
de patiënt en het aanprikken en
vervolgens aantonen van de
naaldvormige kristallen in de
gewrichten of in de topheuze
bultjes.
Gelukkig staat jicht bekend als
een heel goed te behandelen
kwaal. Tegen de pijn helpt col
chicine, van alle effectieve ge
neesmiddelen waarschijnlijk de
oudste want Egyptische ge
schriften van 3500 jaar geleden
vermelden het al als een pro
baat middel tegen de jicht. Col
chicine helpt tegen de pijn en
werd tot voor heel kort in een
straf schema letterlijk tot bra-
kens toe voorgeschreven. Dat
doet men niet meer. Tegen de
pijn geeft men al dan niet aan
vullend zogenaamde NSAID's,
dit zijn ontstekingsremmende
en pijnbestrijdende anti-reu
mamiddelen zoals Naprosyne of
Ibuprofen. Rust voor het jicht-
gewricht, ijspakkingen en soms
een cortisoninjectie in het ge
wricht helpen ook. De laatste
jaren zijn dokters wat terug
houdender met het voorschrij
ven van urinezuuruitdrijvende
en -verlagende middelen.
Dat doet men nu op hele strikte
indicatie want raar genoeg heb
ben deze middelen weieens een
averechts effect doordat ze
soms juist een aanval uitlokken.
Tenslotte de goede raad die zo
als altijd.een beetje goedkoop is.
Stoppen met drinken (van alco
hol natuurlijk) helpt, afvallen
helpt (maar niet te snel, want
ook dat kan een aanval uitlok
ken!), minder vlees eten helpt.
Het probleem is dat mensen van
het goede leven zich zelden aan
die goede raad houden. Die
kunnen zich nog altijd troosten
met de wetenschap dat jicht
weliswaar een narrige kwaal is,
maar niet gevaarlijk. Je leeft er
geen dag minder om.