Analfabeet gevangen in isolement f 25.490,- ■lYunpg! De 'pluspunten' van realistisch rekenen Jongeren uit lage inkomensgroepen stellen studie uit Stichting Kans spant zich in voor bijscholing HEMA Kinderen durven geen fietshelm op te zetten Jicht, het onbekende 'pootje' lit en de [Fors marktaandeel voor rekenmethode van Bossche uitgeverij Malmberg bestem LIJF LEVEN E2 Bekentenis lusief BTW Ommekeer 1996 WOENSDAG 11 SEPTEMBER 1996 I CM HOOG, l 50 CM, NG BESTAAT UIT DPHORKORRELS STAS FESTER, INGEBOUWDE TROLLEY. IN ROOD 89.- 3 van den Berg Naarmate ik meer leerde I"verlezen, schrijven en reke- nen, ging er een wereld voor Lp open," vertelt ex-analfa bete Petra (46). „Op een gege ven moment kon ik zelfs mijn cieen echtscheiding regelen. Ik heb 'tig' formulieren moe iten invullen. Dat was niet al- tüd gemakkelijk. Maar als ik |¥an mijn begeleiders hoorde alle schriftelijke vragen d waren ingevuld, dan voelde ik me groot. Dan ging ik vervolgens vol zelfvertrou wen naar huis. Ondanks de pijn van de echtscheiding." Deze dagen vraagt het Unesco Centrum Nederland aandacht Ivoor alfabetiseringsprojecten in ontwikkelingslanden. Begrijpe lijk, want onderwijs is een onder- en kindje in de Derde Wereld. Nederland daarentegen gaat prat op een modern onderwijssysteem. Toch kampt naar schatting tien procent van onze bevolking (ruim 1 miljoen mensen) met ernstige lees-, schrijf- en/of rekenproble men. Zodanig zelfs dat ze zich in allerlei bochten moeten wringen om de schande voor de harde bui tenwereld geheim te kunnen hou den. Structureel „Het gaat om een structureel pro- bleem, want vijftien jaar geleden het percentage ook al op I tien," meldt Pieter de Graaf, be roepskracht alfabetiseringspro- jecten bij de Stichting Kans in Eindhoven. Nederland hoeft zich lig genoeg niet te schamen voor die tien procent. De meeste andere westerse lan den scoren slechter, met als een van de uitschieters de Verenigde Staten met ruim dertig procent j (circa 70 miljoen mensen), f In de rijke landen bestaat analfa- I betisme bij de gratie van onder meer economische factoren en standsverschillen. Een kind van een arts wordt bij wijze van spre ken tussen de boeken geboren, in tegenstelling tot dat van een on geletterde mijnwerker. Er zijn ook kinderen die op school een minderwaardigheidscomplex op- bouwen en op jeugdige leeftijd Liefst 1,5 miljoen mensen in ons land kampen met ernstige lees-, schrijf- en/of rekenproblemen. hun opleiding afbreken. Ook in grote gezinnen en door een kwak kelende gezondheid kunnen ern stige lees-, schrijf- en rekenpro blemen ontstaan. Ex-analfabeet Petra trof het niet als kind. Ze was tijdens haar schooltijd voortdurend ziek en miste daardoor veel lessen. Ze maakte de lagere school niet af en werd huishoudelijke hulp. „Ik kon maar een beetje lezen, slecht schrijven en nauwelijks rekenen. Naast dat ik veel ziek was, zaten we ook nog eens met vijftig kin deren in een klas. De kinderen van doktoren en advocaten zaten vooraan. Als ze iets niet konden vatten, kregen ze meteen bijles. Wij kregen papier en een kleur potlood in de vingers gedrukt om onszelf bezig te houden. O ja, en als de bel ging, mochten we de voordeur opendoen. Of in de pau ze koffie inschenken voor de leer krachten." Vrolijk is ze daar uiteindelijk niet van geworden. Ze leerde de vader van haar beide zonen kennen, toen deze onder de wapenen was. Na een aantal onbeantwoorde brieven van zijn kant, moest Pe tra met de billen bloot. „Ik heb met heel veel pijn en moeite een brief teruggeschreven. Hij heeft er wel twee weken over gedaan om die legpuzzel te ontcijferen. Toen moest ik bekennen dat ik analfabeet was." Dat was voor de soldaat geen reden haar niet te trouwen. Opnieuw Petra: „Hij verzon ezelsbruggetjes en liet absentie briefjes voor school (Jan moest vanochtend naar de dokter/tand arts) corresponderen met vaste kleuren. De letters tekende ik als het ware na." Zelf vermeed ze moeilijke situaties. „Ik had altijd een smoesje klaar. Richtte m'n le ven zo in, dat ik zo min mogelijk frustraties opliep." Maar in som mige situaties was Petra aan de goden overgeleverd. Tijdens de boodschappenronde in de super- FOTO DE STEM DICK DE BOER markt of bij de slager. „Ik kon meestal niet aflezen hoe duur iets was. Soms gokte ik in de hoop dat ik het goede kreeg. Nam altijd groot geld mee, om te voorkomen dat ik te kort kwam. Ik durfde nooit met een tientje de deur uit. De grpente mocht per ongeluk in eens een stuk duurder zijn ge worden..." In menig geval werd Petra geflest waar andere klanten bij stonden, „Dan zei een verkoper: 'Dat is precies genoeg zo, mevrouwtje'. Een enkele keer heeft m'n toen malige man verhaal gehaald. Maar vaak hield ik mijn mond maar. Ik wist gewoon niet hoe het precies zat." Tte voor zes personen, achterin een laadruimte is dubbele cabine t.w.v. ■it de ruimte van een eigenschappen van een comfortabel interieur nafprijs, drie jaar garantie 's een bijzonder lage kilo- U kunt met de H I lillende uitvoeringen, aasisuitvoering: de H 100 .der meer een geheel in het achterste gedeelte elmotor voor f 25.490,- f 26.490,- (excl. BTW), luxe bekleed stuur, een itaal klokje, verwarmde meest luxe uitvoering, aar is vanaf f 27.490,- eens elektrisch bedien- ieren, getint glas, toeren- leverbaar in verschillende Informeer bij de Hyunda'' Ie H 100 dubbele cabine [en tijdens een proefrit ZOLANG DE VOORRAAD STREKS 'ERWIJDERINGSBIJDRAGE. DE H '00 UWE WERELDMER11 Door Peter Blees Van de ruim 8000 basisscho len in Nederland werkt in middels ruim een kwart met dein 1991 geïntroduceerde re kenmethode Pluspunt. Uitge verij Malmberg in Den Bosch bereikte daarmee in relatief korte tijd een fors marktaan deel. En meldde bovendien een extra succes bij meisjes, die veelal minder presteren op bet gebied van rekenen en wiskunde. „We hopen uitein delijk met deze methode op zo'n 3000 scholen te komen," zegt productmanager Henri Smulders. Maar de concur rentie zit niet stil en komt bin nenkort met een antwoord. De plussen en minnen in het rekenonderwijs. Niet veel ouders herinneren zich neg de rekenmethode van de ei gen lagere school. Enigszins ja loers kijken ze naar de boeken en werkbladen die hun kinderen het rekenen bijbrengen. Fleurige plaatjes met opdrachten die uit «et leven gegrepen zijn. Ze slui ten bijvoorbeeld aan op beelden tut de vakantie: bereken de prij- 20n van de camping, de lengte wn de tietsroutes, de omtrek van «et eiland, het aantal auto's dat op de parkeerplaats kan. Realistisch rekenen' noemen ze ™t- De situaties zijn herkenbaar oor de leerlingen en uitnodigen- dan de saaie rijtjes van vroe ger. Er is nog een verschil. De op gaven zijn gebaseerd op het ver- Werven van inzicht, waar het re- enen van vroeger - 'mechanis- asch rekenen' - meer een kwestie jas van nadoen wat de meester 'eed. Een trucje. e realistische aanpak vragt wel loiT» »®ea''stisch rekenen is J ze§t Hein van der Straaten Eersel, één van de auteurs van fymt, „maar het is ook een mteractieve methode, er is een 8 prek tussen de leerkracht en las nodig. In de praktijk was mmk™ Prot>leem, vooral in de liit 'i 'bassen. Dat is eigen min aanleiding geweest om deze methode te beginnen." punt biedt de leerkrachten s»m,°r?aïdsade~lnode'' dat- con" equent wordt gevolgd. Als groep n te leslokaal een'leerkrlcht- BWn1® lS' (UitleS) heeft zelfL 1? tzeMe lokaal een les jeitstandig werken. lffliTprocent van de schO" ffleer N?derland heeft één of Bat (nh'oatieklassen, dus het 'eerkracht WaS groot De de Sf' f krUgen in de metho- dieco i ,e e handleidingen, een duidelijke steun in de rug FOTO VAN DEMEULENHOF Leerlingen van groep 8 werken met de rekenmethode 'Pluspunt'. geven bij het plannen. En boven dien zijn er veel mogelijkheden tot differentiatie: voor de ene leerling is er herhalingsstof, voor de ander verrijkingsstof. Malmberg is marktleider op de rekenmarkt, omdat het naast Pluspunt (inmiddels dus 2000 scholen) ook De wereld in getal len uitgeeft. „Met die twee samen hebben we al meer dan vijftig procent van de markt," zegt pro ductmanager basisonderwijs Smulders. Het is voor uitgevers altijd met spanning afwachten of een nieuwe methode aanslaat. Op de eerste oplage wordt altijd geld „In het begin moet er geld bij," zegt Smulders, „ergens in de Lesblad over de brandweer. Zijn er voldoende spuitstukken voor de slangen, is er voor elke chauffeur een paar laarzen en zijn er ge noeg chauffeurs voor de auto's? tweede oplage beginnen we er pas aan te verdienen." Maar be reikt men eenmaal een groot marktaandeel, dan kan dat zeer profijtelijk zijn. Want ieder jaar heeft iedere school bijvoorbeeld weer nieuwe werkschriftjes no dig. Voor 2000 scholen gaat het toch om minstens 400.000 nieuwe exemplaren per jaar. Die kosten vier tot vijf gulden per stuk en dat is kassa voor de Bossche uit geverij. En dus is Malmberg maar wat blij met de positieve uitkomsten van een onderzoek dat op de Uni versiteit Twente is verricht naar de resultaten met de Pluspunt- rekenmethode. De conclusie daarvan - gebaseerd op vergelij kingen van resultaten van Cito- toetsen - wijzen erop dat leerlin gen die Pluspunt hebben ge bruikt betere resultaten behalen dan het landelijk gemiddelde. Nadere analyses laten zien dat dit vooral geldt voor meisjes. „Dat heeft ons verrast," zegt me de-auteur Van der Straaten, „daar hebben we echt niet spe ciaal op gemikt. Maar we zijn nu wel laan het nadenken over de vraag hoe dat effect is bereikt." Een,' factor kan zijn dat het vrou welijke deel van de auteursgroep kritisch heeft opgelet dat de 'con text' niet te zeer op jongens werd toegesneden, zegt hij. „Maar we denken ook dat de nadrukkelijke De ommekeer in haar leven volg de op problemen op school voor haar jongste zoon. „Het lezen ging hem slecht af. Hij ontwik kelde faalangst. Ik heb meteen een gesprek met de juf en de di recteur aangevraagd en heb mijn eigen situatie uit de doeken ge daan. Ik wilde niet dat mijn zoon hetzelfde zou overkomen. De di recteur keek me met grote kijkers aan. Ik was al zeven jaar over- blijfmoeder op die school. Nie mand had ooit iets gemerkt van mijn analfabetisme." Met haar jongste zoon kwam alles in orde. Toen Petra korte tijd later een fa milielid tegenkwam die, tot haar verbazing, ook analfabeet was, stond haar besluit vast: ze moest en zou bijles nemen om haar le zen, schrijven en rekenen op te vijzelen. Petra was toen 36 jaar. Nu, tien jaar later, is ze zelfs pen ningmeester van een stichting. „Is dat niet wonderlijk? Ondanks de rekenproblemen van vroeger?" lacht ze. Beroepskracht De Graaf is - ondanks successtory's als die van Petra - bang dat het aantal analfabeten in ons land de ko mende jaren niet belangrijk zal afnemen. „Ik vrees dat we in Ne derland zullen moeten leren le ven met dat percentage van tien," vervolgt hij. „De minister stelt geen geld beschikbaar om iets aan het probleem te doen. Ster ker: er is geen beleid voor ont wikkeld en nauwelijks diepgaand onderzoek naar verricht. Alle aandacht is gericht op taallessen voor migranten." Voor de leerkrachten die analfa beten begeleiden is dat frustre rend. „Het feit dat de politiek er geen enkele aandacht aan schenkt, werkt toch demotive rend," erkent Tineke Foole van Kans. „Maar van de andere kant put je veel plezier uit de vorde ringen die de mensen maken. Als ze bijvoorbeeld een brief vlot en foutloos kunnen voorlezen, dan zie je hun zelfvertrouwen per se conde groeien. Prachtig. Dan weet je waar je het voor doet. Mensen die flink bijgespijkerd wil len worden op het gebied van le zen, schrijven en/of rekenen, kun nen contact opnemen met de Stichting SVE. De stichting ver strekt desgevraagd informatie over de cursussen op lokaal en re gionaal niveau, telefoon 033- 4640140. Amsterdam (anp) - Drie kwart van de ouders vindt dat hun kind een fietshelm zou moeten dragen. Maar de meesten kopen hem niet zo lang zoon of dochter die weigert op te zetten. Van de kinderen zelf durft 60 pro cent niet met een helm op de fiets. Zij zijn bang uitgela chen en nagekeken te wor den. De stichting Consument en Veiligheid die dit heeft onder zocht pleit voor een landelijke, langlopende campagne om ouders en kinderen over hun schroom voor de fietshelm heen te helpen. Winkeliers zouden die met een kortingsactie kun nen ondersteunen. De campag ne heeft het meeste succes als die zich eerst richt op kinderen van 5 tot 7 jaar. Bij hen is de minste weerstand te verwach ten. Jaarlijks krijgen 35 kinde ren onder de 13 jaar een dode lijk ongeluk op de fiets. Het overgrote deel overlijdt aan hersenletsel. Duizend kinderen komen in het ziekenhuis te recht. Ook van hen heeft de helft ernstige verwondingen aan het hoofd die vaak leiden tot blijvende geheugen- en leerstoornissen, oogafwijkin gen en chronische hoofdpijn. De slachtoffertjes veroorzaken voor driekwart de ongelukken zelf: trapper tegen stoeprand en met losse handen rijden. In Nederland is geen wettelijke verplichting voor het dragen van een fietshelm in de maak. Consument en Veiligheid is daar ook niet voor, omdat dat kinderen ervan weerhoudt de fiets te nemen. Maar de stich ting vindt dat het helmgebruik in Nederland nauwelijks se rieus wordt genomen. In ande re landen wèl: het aantal hoofdletsels in de Verenigde Staten zakte na intensieve voorlichting met 80 procent. Amsterdam (anp) - Het hogere collegeld en de prestatiebeurs weerhouden jongeren uit de lagere inkomensgroepen er niet van naar de universiteit of hogeschool te gaan. Wel stellen ze vaker hun studie uit. De daling van het aantal eerstejaars studenten met 11 procent wordt naast dit uitstel ook veroorzaakt door demo grafische ontwikkelingen. Dit blijkt uit een onderzoek van de Universiteit van Amster dam. Minister Ritzen (Onderwijs), op drachtgever van de studie, ziet geen reden om het collegeld en de studiefinanciering te repareren nu blijkt dat jongeren uit de lage re inkomensgroepen toch wel gaan studeren. Ritzen was tot de ze aanpassing bereid als deze groep jongeren de oorzaak zou zijn van de extra daling van het aantal studenten. De minister wil wel een nader onderzoek naar de studiekeuze van scholieren en welke factoren hierbij een rol spelen. Ritzen vindt het van be lang dat leerlingen uit de lagere sociaal-economische milieus niet worden afgeschrikt om verder te studeren. Ook wordt onderzocht hoe het leengedrag en de schuld- opbouw van studenten is. Waarschijnlijk hebben de veran deringen in de studiefinanciering volgens de onderzoekers wel ge leid tot meer bezinning op de stu diekeuze. Het lijkt er op dat scho lieren voorzichtiger kiezen voor studeren. Bij twijfel stellen ze hun studie uit, aldus de onder zoekers. Van de vwo-eindexa- menleerlingen wilde in 1996 bijna 89 procent verder gaan in het hoger onderwijs. Dat is iets minder dan in 1991 en 1994, maar meer dan in 1982 toen 79 procent daadwerkelijk naar het hoger on derwijs ging. plek voor zelfstandig werken in de methode heeft gewerkt. Meis jes gaan daar vaak serieuzer mee aan de slag dan jongens, die mis schien wat nonchalanter zijn." Het 'onderwijsveld' is vol lof over de voordelen van Pluspunt. Niet temin klinkt hier en daar ook wel enige kritiek en die betreft met name de stof voor groep 7 en 8. Die zou toch aan de pittige kant zijn en met name problemen op leveren voor de zwakkere leerlin gen. Van der Straaten: „De me thode is gericht op de eindtermen van het basisonderwijs, maar hier en daar zitten we er mis schien iets boven. Ik denk dat er geen enkele methode is die alle leerlingen in groep 8 bij elkaar houdt." Natuurlijk is op elk statisch on derzoek wel wat aan te merken en zo ook op het Pluspunt-onder zoek. Een deel van de goede re sultaten zou zijn toe te schrijven aan het feit dat de 'Pluspunt- scholen' die aan het onderzoek meededen, niet representatief zijn voor alle scholen die de me thode van Malmberg in gebruik hebben. Zij scoorden namelijk ook op an dere onderdelen dan rekenen ho ger dan het gemiddelde. De on derzoeker houdt echter ook na het toepassen van een correctie factor zijn conclusie staande. De andere educatieve uitgeverij en wachten voorlopig nog maar even op het Periodieke Peilings- onderzoek Onderwijsniveau (PPON) van 1997, waarin alle ge bruikte methodes worden verge leken. En er wordt hard gewerkt aan opvolgers van de eigen me thodes. Zwijsen in Tilburg komt binnen kort met Talrijk. Wolters-Noord- hof presenteert in het najaar de eerste boeken van RekenRijk. Volgens Peter de Wert uit Heeze, een van de auteurs, zal daarin de extra aandacht voor de zwakkere en de sterke leerling een opval lend element zijn. „Problemen met uitvallende leerlingen, kun nen aan de hand van een diagno se-model aangepakt worden," zegt hij. „En dat is werkelijk uniek". De uitgeverij speelt daar mee onder meer in op het gegeven dat de basisschool meer dan voorheen zelf de 'probleemkinde ren' moet opvangen. Het zal een flink gevecht worden op de markt van het realistisch rekenen. Een rekenmethode gaat gemiddeld zo'n acht tot tien jaar mee, dus dat betekent dat ieder jaar minstens 800 basisscholen boven de markt zweven. Ook rond dat thema zijn misschien wat aardige opgaven te bedenken in een nieuwe methode. Door Jan Paalman Op de een of andere manier lijkt jicht een ouderwetse ziekte. In oude romans struikel je over de oude mannen die door jicht ge plaagd narrig bij het haardvuur zitten, maar in GTST heeft nooit iemand jicht en in Me disch Centrum West kwam je de kwaal ook al niet tegen. Toch hebben naar schatting 30.000 Nederlanders last van arthritis urica, Potjeslatijn voor ge wrichtsontsteking door neer slag van urinezuurkristallen, kortweg jicht. Hoe vervelend een aanval van jicht kan uitpakken staat tref zeker beschreven in een eeu wenoud tractaat van de be roemde Engelse dokter Thomas Sydenham. Hij was wat Engel sen een 'character' noemen. Na zijn studie medicijnen in Ox ford neemt hij in 1648 als ritme ester dienst bij rebellenleider Cromwell om koning Karei I van de troon te jagen. Na de oorlog is hij al het Potjeslatijn vergeten en moet hij weer op nieuw met de studie beginnen. Hij wordt uiteindelijk arts, maar aanvankelijk zonder enig enthousiasme want 'de dokter die geen dokter wilde zijn', is ei genlijk veel liever soldaat, poli ticus en schrijver. Enfin, het komt toch goed met hem en als beroemde dokter schrijft hij vele tractaten zoals zijn vermaarde verhandeling over de modeziekte van die tijd: de jicht. De passage over de acute aanval wordt nog steeds instemmend aangehaald in mo derne leerboeken. „Het slacht offer," schreef Sydenham al weer drie eeuwen geleden, „gaat in volle gezondheid vroeg naar bed. Om ongeveer 2 uur in de ochtend wordt hij wakker door hevige pijn in de grote teen; minder vaak in de knie, enkel of wreef. Deze pijn lijkt op de pijn bij een verzwikking, en toch voelen delen aan alsof er koud water over is gegooid. Dan volgen gebibber en een beetje koorts. De pijn, die eerst matig is, wordt nu heviger, terwijl te gelijkertijd het geril en de koorts toeneemt... Het aangeda ne lichaamsdeel is nu zo gevoe lig dat het het gewicht van de dekens niet eens kan verdragen. De nacht gaat in martelende pijn, slapeloosheid, en voortdu rend gewoel traag voorbij, waarbij het woelen nog erger is dan de pijnaanval zelf. Daarom lukt het niet om de pijn te ver minderen door in een andere houding te gaan liggen." Syden ham kon het weten, want hij had zelf jicht. De oorzaak van dit alles is het neerslaan van urinezuurkristal len in de gewrichten. Waarom dat gebeurt weet niemand. Wat weet men dan wel? Urinezuur ontstaat bij de afbraak van nu- cleïnezuren, de bouwstenen van het erfelijke DNA. Van dit zuur kun je op twee manieren een te veel krijgen: het lichaam maakt een overmaat aan urinezuur, of, en dat komt vaker voor, de nie ren plassen het urinezuur te weinig uit. Voor het gewrichts weefsel maakt dat niet uit. Dat reageert op het neergeslagen 'vreemde' kristal met de klas sieke ontstekingsverschijnselen van roodheid, zwelling, pijn, warmte en het niet kunnen ge bruiken van het aangedane li chaamsdeel. Jicht slaat bij voorkeur toe in de voet en wordt daarom ook wel 'het pootje' ge noemd, maar jicht in de knie kan ook. De acute aanval komt vooral 's nachts, is hevig pijnlijk en kan enkele dagen aanhou den. Na de aanval kan de pa tiënt maanden tot soms jaren vrij zijn van klachten. Heel ty pisch zijn de 'tophi', met urine zuurkristallen gevulde bultjes op de strekzijde van de elle boog, pezen of aan de oorschel pen. Deze kunnen, vooral bij openbarsten, heel erg pijnlijk zijn. Wanneer de kristallen in de nier neerslaan dan krijg je nierstenen. Chronische jicht is niet altijd zo makkelijk te her kennen omdat het in meerdere gewrichten kan woeden zodat het nogal eens wordt aangezien voor chronisch reuma. Vroeger stond jicht bekend als een rijkelui's ziekte, want alleen zij die zich het goede leven kon den permitteren kregen last van de kwaal. Nog steeds is de klas sieke patiënt een man van mid delbare leeftijd (op de tien jichtlijders is slechts eentje vrouw), die wat aan de zware kant is en die tamelijk stevig drinkt. Vaak gaat jicht gepaard met hoge bloeddruk, diabetes en een te hoog vetgehalte in het bloed, maar een echte onderlig gende oorzaak van jicht is bijna nooit aan te wijzen. De diagnose is lang niet altijd gemakkelijk. Het vreemde is dat sommige mensen een hoog uri- nezuurgehalte hebben in het bloed zonder dat ze er iets van merken, terwijl sommige jicht- patiënten helemaal niet zoveel urinezuur in hun bloed hebben en toch last hebben van jicht. Het gehalte is merkwaardig ge noeg niet het hoogst tijdens de aanval maar tussen de aanval len door. Even urinezuur prikken om de diagnose rond te krijgen heeft dus weinig zin. De diagnose be rust op het typische verhaal van de patiënt en het aanprikken en vervolgens aantonen van de naaldvormige kristallen in de gewrichten of in de topheuze bultjes. Gelukkig staat jicht bekend als een heel goed te behandelen kwaal. Tegen de pijn helpt col chicine, van alle effectieve ge neesmiddelen waarschijnlijk de oudste want Egyptische ge schriften van 3500 jaar geleden vermelden het al als een pro baat middel tegen de jicht. Col chicine helpt tegen de pijn en werd tot voor heel kort in een straf schema letterlijk tot bra- kens toe voorgeschreven. Dat doet men niet meer. Tegen de pijn geeft men al dan niet aan vullend zogenaamde NSAID's, dit zijn ontstekingsremmende en pijnbestrijdende anti-reu mamiddelen zoals Naprosyne of Ibuprofen. Rust voor het jicht- gewricht, ijspakkingen en soms een cortisoninjectie in het ge wricht helpen ook. De laatste jaren zijn dokters wat terug houdender met het voorschrij ven van urinezuuruitdrijvende en -verlagende middelen. Dat doet men nu op hele strikte indicatie want raar genoeg heb ben deze middelen weieens een averechts effect doordat ze soms juist een aanval uitlokken. Tenslotte de goede raad die zo als altijd.een beetje goedkoop is. Stoppen met drinken (van alco hol natuurlijk) helpt, afvallen helpt (maar niet te snel, want ook dat kan een aanval uitlok ken!), minder vlees eten helpt. Het probleem is dat mensen van het goede leven zich zelden aan die goede raad houden. Die kunnen zich nog altijd troosten met de wetenschap dat jicht weliswaar een narrige kwaal is, maar niet gevaarlijk. Je leeft er geen dag minder om.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 21