Reclassering richt zich op 6gemotiveerde deliquenten' Bond voert strijd tegen jendeneeop Advocatuur beducht voor 'handel in leed' Riod-directeur: 'Het morele oordeel moet worden teruggedrongen' Hiddink DE STEM BINNENLAND Natuurrampen blijven verzekerbaar Deurwaarder n Jalink: scheurtje 111 spier bovenbeen 11111 DINSDAG 27 AUGUSTUS 1996 Ted van der Valk, directeur Reclassering Nederland: „Minder aandacht voor harddrugs-criminelenmeer taakstraffen voor jongeren." FOTO JAN VERHOEFF Reclassering Nederland stelt prioriteiten in haar werk: in principe krijgt voortaan alleen maar een gemotiveerde delin quent aandacht. Speerpunt in het nieuwe beleid is 'boefjes in spe' al in de kraag grijpen voor ze over de schreef gaan. Aan drugs verslaafde criminelen dreigen in de kou te komen staan. Door Servaas Smulders DRIE JAAR geleden, kort na zijn benoe ming tot directeur bij Reclassering Ne derland, kondigde de oud-Leidenaar Ted van der Valk prioriteiten aan voor het nieuwe beleid: minder aandacht voor harddrugsdealers en andere doorgewin terde criminelen en meer werk voor jon geren die net in het strafproces terecht zijn gekomen. Prioriteiten die volgden op de bezuinigingen van het rijk op het budget van de reclassering, dat in 1991 met 20 miljoen van 135 naar 115 miljoen werd teruggebracht. „Dat geld komt te rug", bezwoer Van der Valk toen. Die woorden werden bewaarheid. Het budget van Reclassering Nederland zit inmiddels op 170 miljoen en zal volgens Van der Valk in 1998-'99 stijgen naar 200 miljoen. Geld dat nodig is voor de uitvoering van het nieuwe meerjaren plan van Reclassering Nederland, dat hij 'Gemotiveerd kiezen' heeft genoemd. Gemotiveerd duidt ook op het laten val len van bepaalde groepen delinquenten. Van der Valk stelt echter een nadrukke lijke grens bij dat 'laten vallen'. „Ook in de toekomst moeten we er in Nederland voor zorgen, dat we aan de laagste groep van delinquenten toekomen. We moeten nooit naar toestanden met een afge schreven 'onderlaag' zoals je die in de Verenigde Staten treft. Met zo'n onder laag creëer je een oorlogssituatie en zet je de veiligheid van de samenleving op het spel." Prioriteiten Voor die 'onderlaag' heeft Reclassering Nederland momenteel weinig in huis. Van der Valk: „Het gaat om een groep overlastplegers, afgezakte verslaafden waar je weinig mee kunt. Tot aan de Tweede Wereldoorlog hadden we voor zulke delinquenten in elke provincie wel een grote opvangboerderij. Voor delin quenten die net niet tot een gedwongen behandeling konden worden veroor deeld, maar wel door hun gedrag net iets té gestoord zijn om vrij te laten lopen omdat ze niet behandeld willen worden. Voor die onderlaag is het goed dat er weer opvangprojecten komen." Het oprichten van een stichting lijkt vol gens de directeur van Reclassering Ne derland op dit ogenblik de meest geëi gende weg. Die op te richten stichting kan ervoor zorgen dat deze groep toch een vaste plek in de samenleving krijgt. De meeste aandacht van de reclassering gaat komende periode - het beleidsplan strekt zich uit van 1996 tot en met 1999 - uit naar vooral de 'boefjes in spe'. Van der Valk: „Je moet als organisatie met anderen, zoals politie en buurtwerkers, in een heel vroeg stadium greep krijgen op groepen jongeren die op de een of an dere wijze afwijkend gedrag tonen. Je moet proberen te voorkomen dat deze jongeren in het justitiële proces terecht komen." Het justitiële proces is volgens Van der Valk niet alleen duur voor de Staat - een politiecel kost per dag vele honderden guldens - het kost ook veel meer energie om jeugdige delinquenten die zover ge zakt zijn weer op een goede wijze in de samenleving te krijgen. Blunders Om voldoende greep te krijgen op groe pen jongeren die dreigen over de straf rechtelijke rand te gaan, is volgens Van der Valk een actief overheidsbeleid no dig. Van der Valk: „De problematiek speelt vooral in achterstandswijken. Daar is vaak meer aan de hand. Dat is mede het gevolg van het ontbreken van sociaal-culturele voorzieningen die eer der zijn wegbezuinigd. Die bezuinigin gen in de jaren tachtig waren geweldige blunders." Zodra buurt- en wijkpolitie problemen signaleren, komt de reclassering in beeld. „Om verder afglijden te helpen voorkomen. Op dat moment kun je goede adviezen geven voor het starten van een programma voor zulke groepen jonge ren. Daar zit de winst. Op die manier is de reclassering voortaan ook veel meer in het proces betrokkem, zowel via de voor- als achterdeur"zegt Van der Valk. Van der Valk: „Straffen alléén zijn voor delinquenten niet zaligmakend. Opber gen in cellen, zo heeft de ervaring ge leerd, helpt zo weinig. We hebben het ge voel dat zowel het Openbaar Ministerie als de rechters ontvankelijk zijn voor on ze aanpak in de voorfase en het opzetten van trajecten voor delinquenten." Reclassering Nederland ziet daarmee voor de eigen organisatie voortaan een bredere functie dan alleen de zorg voor de 'sociale herinpassing van de delin quent in de samenleving'. Van der Valk: „We willen meer samenwerken met an dere organisaties waaronder de politie en het welzijnswerk, die daar ook mee te maken hebben. Een betere samenwer king leidt ook tot een grotere greep op processen in die organisaties." De reclassering sloot onlangs met het Openbaar Ministerie een overeenkomst om meer taak- of werkstraffen te kunnen uitvoeren. Met gemeentebesturen en po litie wil de reclassering op soortgelijke wijze overeenkomsten sluiten over de vroegtijdigde aanvang van het begelei den van groepen jongeren waar iets mee aan de hand is." Samenleving Zo weinig mogelijk de cel in, maar aan de slag in een werkproject, dat vergt ko mende periode veel energie bij de reclas sering. Volgens Van der Valk kan de re classering voldoende werkprojecten bie den. Van der Valk ziet een uitdaging in het aangaan van omvangrijke groeps projecten in het bedrijfsleven. Voorbeel den zijn er volgens Van der Valk te over: „Het onkruidvrij maken van transfor matorstations van energiemaatschappij en in het buitengebied, groot bosonder- houd voor Staatsbosbeheer of land schapsstichtingen, grienden schoonma ken en bijhouden in de Biesbosch." Met minister Jorritsma wil Van der Valk bin nenkort een gesprek over het laten schoonmaken van wegbermen die zijn bezaaid met wegwerpvuil. Minister Sorgdrager van Justitie heeft dit recen telijk ook als voorbeeld voor uitbreiding van taakstraffen genoemd. Het flink laten aanpoten van delinquen ten, veelal jongeren, in een werkproject werpt volgens Van der Valk vaak posi tieve vruchten af. Tientallen delinquen ten die taakstraffen volbrachten, hebben inmiddels een vaste baan gekregen. Door René van der Lee STUDIO SPORT-chef Kees Jansma, tennisser Paul Haar huis, cabaretier Youp van 't Hek en zanger Gerard Cox: het is maar een greep uit de vele bekende Nederlanders die het afgelopen jaar een vermanende brief kregen van de Bond tegen het Vloeken. Onvermoeibaar blijft de bond doorgaan met wat af en toe wel heel erg veel op een gevecht tegen de bier kaai lijkt. Iedereen die een knetterende vloek over zijn lip pen laat rollen, kan rekenen op een schriftelijke berisping. In de Bondsberichten 1995/'96 staat de verklaring daarvoor: 'Een hond gaat blaffen als men aan zijn meester komt'. Vloe ken is, zegt de bond, 'niet slechts een kwestie van onfat soen en van grove woorden in het algemeen, maar een onthei liging van de Naam van Hem, die onze Schepper en in Chris tus onze Verlosser is'. Uit een, op verzoek van de bond gehou den, Nipo-onderzoek bleek vo rig jaar dat 69 procent vloeken 'tamelijk tot zeer vervelend' vindt. Een bemoedigende uit slag, aldus het bondsbestuur. In zijn algemeenheid bespeurt de bond 'een zeker onbehagen' over de 'toenemende normloos heid en vervlakking in onze sa menleving'. De strijd zal wor den opgevoerd. Behalve de me dia zullen ook de scholen een belangrijk werkterrein worden voor de Bond tegen het Vloe ken. Uit dezelfde Nipo-enquête bleek dat jongeren minder moeite hebben met vloeken dan ouderen. Het bekende pape gaai-affiche ('Vloeken is aan geleerd! Word geen naprater!') blijft ook op de stations han gen. Meer en meer gaan ook bedrij ven over de schreef in hun re clame-uitingen. De bond dien de bij de Reclame Code Com missie een klacht in tegen het mode-concern Hij. Het bedrijf adverteerde met slogans als 'Twijfel niet, Hij is er' en 'Hij roept u tot zich'. De Reclame Code Commissie oordeelde dat de posters niet in strijd waren met de goede smaak en het fat soen, maar wel nodeloos kwet send waren voor christenen. Ook de schoenenfabrikant Jit- mar kwam in botsing met de bond. Tot drie keer toe werd het bedrijf op de vingers getikt vanwege het gebruik van de woorden jemienee en gossie- mijne. Directeur Wiersma rea geerde niet één keer. In het Re formatorisch Dagblad legde hij uit waarom niet: hij vond het zonde van de postzegel. „Dan lopen er maar geen gerefor meerden op mijn schoenen", was de laconieke reactie van Wiersma. De columnist Theo van Gogh schreef in het weekblad HP/De Tijd een 'godslasterlijke co lumn'. De hoofdredacteur wei gerde excuses te maken en ad viseerde de bond de columns van Van Gogh niet meer te le zen. In het jaaroverzicht geeft de bond ook exact aan wat nog wel door de beugel kan en wat niet. De uitdrukking in Gods naam kan niet, terwijl de uitroep o jee! een 'grensgeval' is. De Osse volleyballer Bas van de Goor kan ook rekenen op een brief van de bond. Onmid dellijk na het behalen van het olympisch goud schreeuwde hij een luide gvd in de microfoon van een radioreporter. Welis waar met een zachte g, maar het blijft de categorie 'grove vloeken'. Door Barenda Grutterink (anp) Amsterdam - Het Rijksinsti tuut voor Oorlogsdocumenta tie (Riod) heeft per 1 septem ber voor het eerst een direc teur die zich persoonlijk niets van de oorlog herinnert: prof. Hans Blom, 53 jaar. „Ik weet er zelf echt helemaal niets meer van"„aldus Blom. „Ik ben me als wetenschapper in de loop der jaren voor de oorlog gaan interesseren, omdat het voor Nederland de meest schok kende gebeurtenis was sinds de Franse tijd. Voor het eerst kwam onze onafhankelijkheid weer op het spel te staan. Mijn achter grond is aan de ene kant wel goed, een serieus wetenschapper moet toch afstand nemen van het onderwerp." Wetenschappers van nu slagen daar meer en meer in als het over de oorlog gaat, zegt Blom. „In het werk van oudere historici, hoe goed het vaak ook is, klonk nog weieens door dat iets fout was, of juist goed. Ik vind dat een onder zoeker moet nagaan hoe men in een bepaalde situatie heeft ge leefd. Het morele oordeel moet daarbij worden teruggedrongen. Dat heb ik in 1983 in mijn oratie 'In de ban van goed en fout?' ook al gezegd. De kwestie van goed en fout was overigens wel heel ingrijpend voor de ouders van Blom. „Mijn vaders vader was een NSB'er. Mijn vader zat in het verzet. Mijn ouders hebben in de oorlog met mijn grootvader en -moeder ge broken." „Mijn opa is na de oorlog in een interneringskamp overleden aan dysentrie. Mijn ouders kregen te horen dat oma ook zou overlijden als ze in het kamp bleef. Na een innerlijke strijd besloten ze haar toch in huis te nemen, hoewel ze ook met haar hadden gebroken. Er werd thuis weinig over het verleden gesproken. Het was Professor Blomde nieuwe directeur van het Riod geen favoriet onderwerp, maar ik wist er wel van. Je zou dus haast zeggen dat het onbewust toch een rol heeft gespeeld bij de ontwik keling van mijn interese voor de oorlog. Bewust is het zeker niet. Ik schreef mijn proefschrift bij voorbeeld over de muiterij op de Zeven Provinciën in 1933. Dat is toch wel heel wat anders." Blom heeft inmiddels wel veel over de oorlog gepubliceerd. Hij trok de aandacht met artikelen over de vermeende breuk die de oorlog in de Nederlandse ge schiedenis heeft veroorzaakt. „Op een aantal fronten is er een breuk: het jodendom dat vooral voor Amsterdam zo belangrijk was, werd bijna vernietigd, we veranderden van een neutraal land in een lid van bondgenoot schappen en door het verlies van de koloniën werden we een klein land. Maar er was méér conti nuïteit: de verzuiling bleef, het rechtssysteem en het economi sche stelsel ook, de ontwikkeling van een sociaal systeem ging door. Dat staat haaks op wat de volksmond beweert; die verdeelt alles in vóór, tijdens en na de oor log." Met een ander publiek mis verstand rekende Blom ook al eerder af: de mythe dat Neder land zoveel voor de joden zou hebben gedaan. „Dat hadden de vernieuwers van de jaren zestig overigens ook al gezegd hoor. Maar ik heb in 1986 tijdens een lezing in Tel Aviv Nederland ver geleken met andere landen. Dan zie je dat Nederland 75 a 80 pro cent van de joden kwijt is, tegen België 40 en Frankrijk 25 pro cent. Toch was het koningin Beatrix die de brede publieke discussie hierover aanzwengelde, in haar kersttoespraak van 1994 en haar rede in de Knesset in 1995. „Vlak na de oorlog was er irritatie en afweer als de overlevenden van de vervolging over hun ervarin gen begonnen. Er was meer aan dacht voor de vernedering van het land door een vreemde bezet ter en voor de wederopbouw. Dat laatste hadden veel slachtoffers zelf ook, dat gevoel van: de schouders eronder. Daarbij kwa men het verlies van Indië en de Koude Oorlog. Verder waren we inderdaad lang trots op ons 'klein maar dapper-imago', zal ik maar zeggen, zo van: we hebben ons toch wel verzet. Maar tegengelui den zijn er altijd al wel geweest." Blom heeft gewoon op een adver tentie voor een opvolger voor de inmiddels vertrokken Riod-di recteur dr. C. Schuiten gesollici teerd. „Ze wilden een zittende hoogleraar die zich in zijn loop baan ook met zaken als de bezet ting had beziggehouden. Boven dien moest de kandidaat bestuur lijke ervaring hebben. Aan die ei sen voldeed ik wel. Ik schreef dat ik weieens wilde komen praten." Blom's eigen ideeën bleken te stroken met de richting die het Riod zelf op wil. Zo moet het Rijksinstituut toegankelijker worden. „Dat zat ook al in de pijplijn hoor, dat was al besloten voordat ik benoemd was. Het is een heel mooi en goed instituut, maar nu moet je nog een drempel overwinnen als je er naartoe gaat. In het nieuwe pand dat we ver derop aan de Herengracht gaan krijgen, komt een echte balie en word je geholpen met alle moder ne middelen." Er moet ook meer samenwerking komen met soortgelijke buiten landse instituten, waardoor meer informatie wordt verkregen en waardoor de ontwikkelingen ook meer en meer in internationaal perspectief kunnen worden beke ken. Blom beschikt over veel per soonlijke contacten in het buiten land. Het tijdvak wordt ook rui mer voor het Riod. „Het gaat nog steeds om de oorlog, het voorspel en het naspel, maar de cirkels daar omheen worden steeds wij der. De naam Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie moeten we vooralsnog handhaven. Docu mentatie verzamelen is de kern taak. Zo is het instituut ook inge bed in de samenleving en daar door is het voor verschillende groepen heel belangrijk. Daar moet je niet aan morrelen. Als je plotseling gaat veranderen, maak je chaos." Mensen die door een be drijfsongeval of een ver keersongeluk schade op lopen, proberen steeds vaker schadevergoeding van de dader te krijgen. Advocaten en letselscha debureaus spelen hierin een belangrijke rol. Over de methoden om klanten te werven is een felle dis cussie gaande. Door Mark Tuinstra DE AMSTERDAMSE Letsel- schadegroep Nederland geeft slachtoffers van een ongeval gra tis juridisch advies en kijkt wat de mogelijkheden zijn om van de dader een schadevergoeding te krijgen. Kosteloos wordt een dos sier gemaakt. Slechts de advo caat die de zaak in behandeling neemt, betaalt voor het dossier. Komt het na een proces tot een schadevegoeding, dan krijgt de LGN daar vijftien procent van. 'Handel in leed', zo bestempelde de vereniging Letsel Schade Ad vocaten (LSA) de handelwijze van de Letselschadegroep Neder land (LGN). Volgens de LSA leidt de 'verkoop' van dossiers tot Amerikaanse toestanden, het zo genaamde ambulance-chasing, waarbij advocaten ambulances, volgen, hopend op een zaak. De LSA is bang dat de praktijken van de LGN de opstap zullen zijn naar de vercommercialisering van de behandeling van letselza ken. „Onzin", vindt LGN. „Wij maken een dossier waaraan wij veel onkosten hebben", stelt J. Janssen van de LGN. „Die kosten brengen wij simpelweg in reke ning en daarvoor betaalt de ad vocaat. Dat is alles." Janssen meent dat de weerstand van de LSA tegen zijn bedrijf voortkomt uit broodnijd want het gaat goed met zijn bedrijf. „We hebben in twee jaar al meer dan tweedui zend zaken binnengehaald." De LGN werft klanten via assu rantie-tussenpersonen en folders bij fysiotherapeuten. Cliënten worden thuis bezocht om de juri dische stappen voor een slachtof fer zo makkelijk mogelijk te ma ken. „We streven naar laagdrem peligheid", stelt Janssen. De LGN handelt eenvoudige zaken zelf af. Ingewikkelde kwesties speelt ze door aan een advocaat. „We doen in feite gewoon heel veel voorwerk voor een advo caat", vervolgt Janssen. „We analyseren de zaak, en kijken of het zinvol is om via de rechter een schadevergoeding af te dwin gen." De invoering van de Wet aansprakelijkheid nabestaanden verkeersslachtoffers was voor de LGN van groot belang. Hierdoor werd het voor slachtoffers moge lijk om de kosten van een gespe cialiseerde belangenbehartiger op de verzekeraar te verhalen. De LGN hanteert het no-cure-no- pay principe. Bij dit systeem hoeft de cliënt niets te betalen als hij een zaak verliest. Wint hij de zaak, dan draagt hij een percen tage van de schadevergoeding af aan het letselschadeburo of de advocaat. Dit ligt bij de LSA ge voelig omdat de LSA-advocaten de no-cure-no-pay methode nietJIIS mogen gebruiken vanwege de ge dragscode die de Nederlanse Or de Van Advocaten zichzelf heeft opgelegd. Letselschade Groep Nederland (LGN) vindt dat het no-cure-no- pay principe in het voordeel van het slachtoffer werkt. Janssen: „Een slachtoffer van een ongeval weet vaak niet waar hij aan toe is. Als hij onvoldoende voorge licht wordt - wat vaak gebeurt- krijgt hij onverwacht een hoge rekening van zijn advocaat", stelt Janssen. „Vaak is het zo dat een advocaat in het vooronderzoek veel uren declareert en achteraf niets kan doen voor de cliënt. Om dit te voorkomen geven wij gratis advies. De cliënt kan bij een pro ces kiezen om een advocaat per uur te betalen, of hij kiest voor no-cure-no-pay waarbij hij vijf tien procent van de schadever goeding afdraagt. Als hij verliest betaalt hij niets. Wij zijn een bu reau voor de gewone man." Maar de gewone man kan na eer. ongeval toch ook gewoon de stap naar een der bureaus voor slacht offerhulp maken? „Die zijn veel breder georiënteerd", zegt Jans sen. „Zij geven bijvoorbeeld ook psychische ondersteuning. W'j zijn zuiver in de juridische af handeling gespecialiseerd." Een gesprek tussen de Neder landse Orde van Advocaten en de LGN over letselzaken heeft het oordeel van de LSA vooralsnog niet beïnvloed. „We hebben nog niet intern overlegd over de uit komst van het gesprek", laat mi- J. Biesma weten. Hij sluit niet uit dat de mening over de LGN her zien moet worden. „Maar voor barig zijn we niet geweest. »e zijn alleen zeer beducht voor handel in leed." Van onze verslaggever Amsterdam - Natuurrampen dif samenhangen met het vera®jj rend klimaat zullen vermoeden] (in elk geval voor Europa) gee noemenswaardige financiële g volgen hebben. Extra schade a gevolg van zware stormen, oV® stromingen, hittegolven en ex" me droogte is vrij eenvoudig op vangen, bijvoorbeeld met tiju 8 en beperkte verhoging verze ringspremies. Dat is de uitkomst van eeni on® zoek dat is verricht door de V J Universiteit Amsterdam en universiteit van Oxford. De0 derzoekers doen kond van bevindingen in het onlangsv schenen rapport Climate and Extreme Events. poorHenkMees Zeist - Nog slechts drie aanva iin er over in de Oranje-groep achttien voetballers die zijn gek voor de interland van het Ne lands elftal tegen wereldkamp Brazilië, zaterdagavond in de sterdam ArenA. ne keuze voor slechts drie aanva „Hist op een aanpassing van de spee' J van 4-3-3 naar 4-4-2. Bondsc Giius Hiddink legt in zijn selecti meeste accenten bij de groep midde ders van wie er liefst zeven zijn geko Daartoe behoren de na een jaar wee mggehaalde Wim Jonk en Jean-Paul Gastel, de enige nieuweling in de s 'Ze li bij S Door Jacques Hendriks Breda/Rotterdam - Aan het co Jalink en zijn vorige werkgever komen. Zowel vrijdag als gister een deurwaarder naar het sta geen partij is in deze zaak - en na Jalink omdat deze de overeenge gekomen. Sparta heeft beslag la kening en daar is een bedrag van lans bij NAC is beslag gelegd. Nico Jalink tekende enige tijd ge leden een contract bij NAC ter wijl hij met Sparta eerder een mondelinge overeenkomst had gesloten over de verlenging van zijn contract met die club voor twee jaar. De arbitragecommissie van de KNVB kwam erbij aan te pas en dwong Jalink tot het beta len van een afkoopsom van zo'n 1.000 gulden. Na veel vijven en zessen ging Sparta akkoord dat Jalink die drie ton in termijnen zou afbetalen. Simpel „We hebben een heel simpele be talingsregeling getroffen met Ja link," aldus mr. B. Leijnse, de be langenbehartiger van Sparta. „Vervolgens hebben we wel vier keer het verzoek om uitstel van de eerste betaling gekregen. Van NAC-voorzitter Peek, van advi seurs en van Jalink. Op een gege ven moment hebben we een uiter ste datum genoemd waarop de afspraak nagekomen moest wor den, maar hij bleef weer in gebre ke. Reden voor ons om wat druk op de ketel te zetten en een deur waarder in te schakelen," aldus Leijnse. „We hadden inderdaad een ulti matum afgesproken, dat was af gelopen vrijdag, maar alles gaat via mijn schoonvader en die was vorige week in het buitenland," verdedigde Nico Jalink zich. Jalink vroeg en kreeg om die re den uitstel tot maandag 15.00 uur. Nog geen geld. „Om kwart over drie stond er al een deur waarder bij NAC voor de deur en zojuist (ca. 16.00 uur) bij mij thuis," vervolgde Jalink veront waardigd, ondanks het feit dat hij natuurlijk zelf de afspraak met was nagekomen. „Eén dagje 's die mensen zeker nog te veel gevraagd. Mijn schoonvader is zaterdag teruggekomen, dus maandag kon die pas wat doen. Vandaag (maandag) of morgen is alles gewoon geregeld, dan is het geld overgemaakt." Enge mensen «Het zijn gewoon enge mensen blj Sparta. Net als die advocaat van ze, die is helemaal verschrik kelijk eng. Ze proberen werkelijk alles om mij zoveel mogelijk te zieken. Die uitslag van NAC- l P®rta (1-0) ligt ze zeker ook niet kker. Het is echt een lachertje ean het worden. Mij maken die wee dagen niets uit. Alles wordt »ch geregeld?" «Dat ik viermaal om uitstel heb fel3 He toch al zo geplaagde AC-speler Nico Jalink heeft pfk o we<fstrijd tegen zijn oude ub Sparta, jongstleden zater- g (1-0 voor NAC) een scheurtje zijn rechter bovenbeenspier overgehouden. De Rotterdamse *-,niÜinst 's gisterochtend onder- w ln het ziekenhuis. vni6 v^,erken ernaar toe dat ik a„t®e, e week dinsdag weer in in; j an komen- Vandaag had ik j ®r geval al iets minder last Jalink daarvoor," aldus t h g

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 8