Een vergeten Zeeuwse kolonie Jan Aan de 'Wilde Kust' in Guyana zijn nog volop Zeeuwse sporen te vinden Formule DE STEM ZEELAND ZATERDAG 24 AUGUSTUS 1996 C5 if® venezuela 100 km ATLANTISCHE OCEAAN Georgetown Kartuni o Bartica Puruni G U A N A Port Mourant PAKARAII/IA MOUNTAINS brazilië brazilië Vlaanderen heeft over seks, crimin ziekten gaat, in di worden bijna on-' premier Dehaene het succes drijft roerselen van de huiler met een ge: Door Ron Buitenhuis Kranten in Nederland hebl tuut waarin ondermeer sta dacteur de eindverantwoorj wat er allemaal naast de ai wordt. In een hoop lande geld, maar hier heeft de uti len over wat er in de redi van de krant terecht komt. denk ik dan, maar er zijn c tiers die daar anders over di De directeur van deze kran lijk niet gelukkig mee zijn a zou gaan leggen hoe u aai men zonder al die adverteni geen behoefte aan heeft. Ei a leen maar nieuws en foto al niet op zit te wachten, zonder die foto's. Het lijkt u wel iets? In dat gi en uitgevers geruststellen,1 jigt óf de complete krant d/op en d'r aan, óf u krijg uitgever u wel voor de keus middellijk voor het leeuwei teerder* ex- gezet wotden, Korte termijn fataal zou zijn »erder kunnen we daaroW een ons wegen, maar dat h jln' want de mogelijkheid 'achterkant van wat u h schijnlijk advertenties. Ik omdat ik me iedere wee waar deze rubriek terecht erna met zijn afwijkinge Overigens heb ik voor d laanderei anderd. I pen vijf verschok leven va derlands sprekende Be; nitief uit de anonimii men. Of het nu travesti| ren zonder vrouw, onfi lotto winnaars, seksbei duwen, jonge kloosti misleide fotomodellen wen van gangsters b geen ander heeft tv-mi Jambers (50) de Vla: hun blootje gezet. Soi lijk, maar meer nog De intieme drijfveren| en tragedies van onze ren zijn onmiskenba, biechtstoel gekomen. Natuurlijk is er ook Jambers-reportages zij zeer de zelfkant van schappij belichten, te r| seks gaan en te populi^ inhoud zijn. De reportdj levensverhaal is zelfs deel voyeurisme- verw Belgische premier Luc noemde hem ooit 'de tv-maker van België', merking die hard a Zelfs bij een door de wi de journalist als Paul Ji „Ik ben bekotst door ga's, krantenmensen, p andere opinion leade programma's zouden waardig zijn, geënscea kon toch niet dat al die 1 maar hun ziel bij mij Ij den. Ik zou wel veel gel voor al die getuigenissel „Wie mijn loopbaan ei diacultuur in dit land e kent, weet dat het kinne pure afgunst. Ik heb één frank betaald voor e view. Ik heb nooit een geënsceneerd. Ik zal o een vraag opnieuw stel dat dat beter uitkomt vc| portage. Alle reacties d zijn authentiek. Dat is o den dat ik altijd met camera bij iemand op bil Ik wil de spanning van c| ontmoeting vastleggen." Jambers zoekt bewust vensverhaal van gewone Intellectuelen en ande örow-figuren bestempe| werkwijze als populist! der diepgang. „Ik weigi allerlei professoren of deskundologen aan het laten. Zij weten welli zinnige dingen over schi transseksualiteit of Jehc tuigen, maar hun woo: klijven niet zo als de van de betrokkenen z De activiteiten van zowel de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC) als Westin- dische Compagnie (WIC) hebben overal op de wereld hun sporen achtergelaten in de vorm van machtige forten of riante behuizingen. Het zijn dikwijls toeristische trekpleisters. Het straatarme Guyana, de voormalige Britse kolonie tussen Suriname en Venezuela, probeert hier een graantje van mee te pikken. Met één oog gericht op Nederland. Want bijna twee eeuwen - van 1600 tot 1795 - was Guyana een Nederlandse kolonie. Beter gezegd: een Zeeuwse kolo nie, die zelfs nog exclusief bezit van de Staten van Zeeland en de steden Veere, Vlissingen en Middelburg is geweest. Vlissinger Doeke Roos ging, in opdracht van de Stichting Menno van Coehoorn, kijken wat er nog restte aan Zeeuwse forten in het gebied dat in de 17e eeuw de Wilde Kust werd genoemd. Hij vond onder meer een complete poort van Kijk- overal, mogelijk het kleinste fort uit de Nederlandse koloniale geschiedenis. Onderzoeker Doeke Roos met twee stenen en een restant van een dakpan die het be wijs leverde dat Kijk-overal een Neder lands bouwsel was. foto jaap wolter- beek en stelde mij genist." Via de Menno van Coe- hoomstichting sprak hij met de Guyanese am bassadeur in Londen die hem vervolgens weer in zijn vaderland introduceerde. Bij zijn aankomst in het Zuid-Amerikaanse land werd als het ware de loper voor hem uit gelegd. Voor hij er met zijn meetlint en foto toestel op uit kon trekken moesten allerlei be zoeken worden afgelegd. „Niks forten bezoe ken, praten met de minister. En een groot ver slag in de plaatselijke krant." Toeristisch jaar Achteraf kan Roos dat best begrijpen. 1996 is immers door de Guyanese regering uitgeroe pen tot toeristisch jaar en alles wat daaraan kan bijdragen is welkom. „Ze vonden het prima dat ik de oude forten Kijk-overal en Zeelandia aan de Essequibo-ri- vier en Nassau aan de Berbice-rivier wilde be zoeken maar vroegen zich gelijk af: wat komt daar achteraan? Blijft het bij kijken of doet men er in Nederland iets mee? Want ook in Gu yana begint men te beseffen dat dit soort res- Door Rein van der Helm tanten van wat ik het Nederlandse overzees cultureel erfgoed wil noemen, een welkome aanvulling op het toeristisch pakket kunnen zijn." Vlak na zijn aankomst in Georgetown, februa ri dit jaar, bleek dat de huidige Nederlandse ambassadeur in Suriname, baron Van Heem stra, toevallig ook daar verbleef. „Het is daar natuurlijk een klein wereldje. Van Heemstra bleek Kijk-overal bezocht te hebben dankzij de directeur van een reisbureau die vlakbij het voormalige fort op een ander ri viereilandje een fraaie behuizing heeft. Die man, Jad Rahaman, nodigde ons uit voor een verblijf bij hem. We kregen de beschikking over een bootje en een personeelslid. Die ging op Kijk-overal met een geweldig groot kapmes de begroeiing te lijf en baande voor ons een weg," zegt Roos. Van het fort resteert niet veel meer. Alleen on dergrond van gestapelde natuursteen, waarop vroeger twee verdiepingen waren gebouwd en een geweldige poort. „Een indrukwekkend bouwsel," zegt Roos. Na zijn bezoek denkt Roos een historisch raadsel te hebben opgelost. „Er was altijd twijfel over wie eigenlijk de oor spronkelijke bouwers van het fort waren. Por tugezen of Spanjaarden, die honderd jaar voor de Zeeuwen daar al geweest waren of toch die Zeeuwen." Roos nam twee stenen en een stuk dakpan mee naar Nederland. Zij werden onderzocht door onder meer de stadsarchivaris van Amsterdam evenals de gedetailleerde foto's van het metsel werk van de poort. „De experts zeiden allemaal: zonder meer Ne derlands. Daarnaast vond ik in het Rijksar chief in Middelburg een document waarin melding werd gemaakt dat in 1621 zich Zeeuwen langs de Essequibo hadden gevestigd en begonnen waren met de bouw van een fort. Omdat Kijk-overal nog nooit onderwerp van onderzoek is geweest, zou Roos het toejuichen als er een officieel archeologisch onderzoek zou plaatsvinden. „Misschien iets voor een ploegje jonge archeologen om daar opgravin gen te doen. Want het is een unieke locatie." De plaatselijke bevolking voelt daar volgens hem ook wel wat voor. „Er zijn stemmen opge gaan om het eilandje en de fortrestanten regel matig te ontdoen van de begroeiing zodat de fraaie poort en een groot gedeelte van de om muring zichtbaar wordt en blijft. Het is op de rivier, denk ik dan, een echte blikvanger." Wat meer bekend is er van het fort Zeelandia. Deze imposante poort is het enige nog goed zichtbare restant van het fort je Kijk-overal in Guyana. foto doeke roos Die versterking kwam er begin 18e eeuw op aandrang van de commandeurs van Kijk-over al. De plantages op de oevers.rond het eilandje raakten uitgeput en door het plaatsen van een fort dichter naar de monding van de rivier toe kon de kolonie beter verdedigd worden. Een zekere Storm van 's Gravensande bleek de grote animator voor het nieuwe fort - gebouwd op wat later Forteiland zou heten - dat uitein delijk in 1743 was voltooid. Dankzij de plantage-eigenaars die gedurende de drie jaar van de bouw slaven beschikbaar stelden. Anno 1996 rest van Fort Zeelandia nog een imposante ruïne, die vrij gemakkelijk te bezoeken is. „Wat er nog is, mag eigenlijk niet verder meer verloren gaan," vindt Roos, die erop wijst dat Forteiland al in 1870 door het toenmalig Brits gouvernement tot historisch monument is ver klaard. „Dat kan het nog steeds zijn, maar dan moet er wel wat geconserveerd worden en als het kan de oude gracht er omheen weer uitge graven." Bedelbrieven Bij het fort werd gelijktijdig de 'Nieuwe kerk' gebouwd. Het bouwsel, met zijn zestig centi meter dikke muren, staat in Guyana bekend als het oudste gebouw van het land. Niet zo lang geleden was het nog in gebruik. Om het weer gebruiksklaar te maken moet er het een en ander aan gerepareerd worden. „Niks grootschaligs. Een vloertje storten, het dak re pareren en weer nieuwe ramen en luiken aan brengen." En het is hiervoor dat Roos 'bedelbrieven' heeft gestuurd aan het Zeeuws provinciebe stuur en de colleges van Veere, Wissingen en Middelburg. „Het is een zwaar woord, maar ergens heeft Zeeland toch een soort historische plicht om een steentje bij te dragen aan de verdere ont wikkeling van zijn vroegere kolonie. Een paar eeuwen lang hebben wij hier scheepsladingen goederen weggesleept, er tienduizenden ne gerslaven naar toe gebracht, ze verhandeld en ook mishandeld. Vervolgens hebben we in 1795 de benen genomen, al die mensen achter gelaten en ons erfgoed laten staan." Een erfgoed dat ook is terug te vinden in straatnamen als Vlissengenstreet en Stabroek- markt (Georgetown heette Stabroek voor de Engelsen de kolonie overnamen). Of in Nieuw Amsterdam in de vroegere kolonie Berbice. Een kolonie waar het volgens het Zeeuwse thuisfront niet altijd voor de wind ging. I®' mers als iets 'naar de berbiesjes' is, gaat het niet écht goed. "Hopelijk geldt de spreuk niet voor het historische kerkje op Forteiland, zegt Roos. Het kerkje, annex school, vlakbij Fort Zeelandia kan voor een niet al te groot bedrag weer bruikbaar worden gemaakt. Drie Zeeuwse gemeenten en de provincie zijn benaderd voor een bijdrage hierin. foto doeke roos Negentig kilometer landinwaarts in Guyana, op de plaats waar de rivier de Essequibo zich splitst in de Cayuni en de Mazarouni, ligt een piepklein eilandje. Niet groter dan 50 bij 70 meter. Dit eilandje, met de toepasselijke naam Kijk-overal, was honderd jaar lang het militair en bestuurlijk centrum van de kolonie Isekepe (Essequibo) die langzaam maar zeker in de omgeving van het fort ontstond. Een kolonie bestaande uit een aantal suikerrietplantages, door koppige Zeeuwen met behulp van uit West-Afrika aangevoerde negerslaven aan de jungle ontrukt. „Rond 1600 duiken de eerste, meest Zeeuwse, kolonisten op langs de Essequibo, een rivier die vanaf de 'Wilde Kust' zoals het gebied toen werd genoemd, goed bevaarbaar was," zegt Doeke Roos. „Pas in 1616 vestigden zij zich op dat eilandje dat in zijn geheel tot fort werd omgebouwd.". Een klein fort, zoals ook blijkt uit een reisverslag van Adriaan van Berkel uit 1671. Hij nam het fort in ogenschouw en meld de dat dit heel snel was gebeurd. „Het fort legt op een eilantje niet grooter als dat men het met een steen over zijne lengte kan gooien", zo staat te lezen. Van Berkel kon gemakkelijk met zijn sloep aanleggen en aan wal stappen. Voor Doeke Roos was dat drie eeuwen later andere koek. Guyana is eigenlijk alleen langs de kust be woond, waarbij het merendeel van de 700.000 inwoners zich bevindt in de hoofdstad George town. Het binnenland is nagenoeg onbegaan baar. Een straatarm land, nog volop in worste ling om een experiment als marxistisch-leni- nistische heilstaat te boven te komen. Woeste verhalen In zijn in 1992 verschenen publicatie 'Zeeuwen en de Westindische Compagnie' had Roos al uitvoerig stilgestaan bij de Zeeuwse plantage kolonies langs een aantal rivieren in Guyana. „De locaties van de forten en hun geschiedenis zijn bekend, maar niet hoe je er kon komen. Ik durfde er eerst niet naar toe om dat te onder zoeken," zegt hij nu. „De meest woeste verha len deden de ronde en ik leidde daaruit af dat het onveilig voor mij en mijn vrouw zou zijn". Het was de vroegere ambassadeur van Neder land in Suriname, Koch, die bij Roos de twij fels kon wegnemen. „Ik kwam met hem in con tact. Hij zei onlangs in Guyana te zijn geweest Forteiland, in de monding van de Essequibo, is een stukje koloniaal verleden dat door het straatarme Guyana als toeristisch trekpleister gebruikt kan worden. De resten van het Fort Zeelandia zijn nog indrukwekkend. foto doeke roos

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 24