n de stem in HIT ODUKT IJZEN. Canadees schiereiland Nova Scotia bakermat van de Cajuns Shelburne teert op de zomer van 1994 'Whale watching' is fun en't mag van Greenpeace eren 020-6242316. JW RETAILERS. KRANT. Non Indianen Visserij Toerisme Canadees stadje was decor 'The Scarlet Letter' Tonnen Prullaria Gekte Vervelend Fifty-fifty Harderwijk 1996 X 63 binnen- en buitenland, holen tot Timboektoe, van dverteerders uit Zuidwest Stem, opnieuw. ERS IN HET ZUIDWESTEN. 12 550 agina in de BEDRIJVENBIJLAGE ten opnemen, wordt door ons [uren wij de eventuele reacties de tekst geen tel,nr. vermeldt de betaling onderin de bon. 112, 4800 VB Breda t.a.v. de Op Nova Scotia zijn de meeste Aca- diërs nog te vinden op het Franstalige ei land Cape Bre ton in het noorden, ver uit het mooiste stuk van dit deel van Canada. FOTO'S TOURISM NOVA SCOTIA verhaal van Evangeline In de jaren vijftig emigreerden Neder landers massaal naar Canada. Ze waren daar niet de eerste Europese im migranten. Al in 1605 streek een groep van vijfhon derd Fransen neer op het Canadese schiereiland Nova Scotia. Ze stichtten de kolonie Arcadië naar het voorbeeld uit de Griekse Oud heid. De naam werd verbasterd tot Aca- dië met als bewo ners Acadiërs. Het werden de voorou ders van de huidige drie miljoen Aca diërs, verspreid over de wereld. De meesten vestigden zich in Louisiana, waar hun Franse naam, Les Aca- diens, verbasterd werd tot Cajuns. Wereldberoemd vanwege keuken en muziek. De geschie denis van een ver dreven volk ofwel het verhaal van Evangeline. Door René van der Velden Nova Scotia betekent letterlijk Nieuw Schotland. Want ook Schotten zochten massaal hun toevlucht in het onbekende stukje Canada dat zo vaak bevochten werd door Engelsen en Fransen. De oorspronkelijke bewoners, de Micmac-indianen, eindigden in reservaten. De geschiedenis van de Acadiërs werd de tweede schand vlek op het blazoen van dit groene schiereiland. Maar kom, lees eerst het trieste liefdesverhaal van Evangeline, verteld door een gids in Grand Pré, waar het bloedmooie meisje woonde. Echte Acadiërs houden er hun ogen niet droog bij. De mooie Evangeline la Biche wordt verliefd op Gabriël Arcen- eaux. Omdat hij gelukkig ook van haar houdt, zullen ze gaan trou wen. Beiden zijn van Franse af komst en ze hebben het goed in hun Acadië. Bij de Vrede van Utrecht in 1713 is hun land eigen dom geworden van Engeland maar ze mogen er blijven wonen. Na een halve eeuw krijgen de Engelsen echter in de gaten dat de Acadiërs voor visvangst en landbouw op de mooiste plekjes zitten. De Britten eisen dan onvoorwaardelijke trouw aan de Britse kroon. Wat onder meer inhoudt dat ze in een oorlog tegen de Fransen de wa pens op moeten nemen tegen hun voormalige landgenoten. Dat wei gert het trotse volk. Als in septem ber 1755 de oogst net rijp is, wor den alle mannen van Grand Pré in de kerk bijeengeroepen om te ho ren dat al hun bezittingen eigen dom worden van de Britse kroon In het historisch museum in Grand Pré is op een schilderij van Claude Picard te zien hoe de Acadiërs in 1755 met schepen werden gedeporteerd. en dat de bevolking zal worden ge deporteerd. Datzelfde jaar nog worden zesduizend Acadiërs op schepen gezet, hun steden worden platgebrand. Later volgen er nog vele duizenden. Tijdens die deportatie in 1755 wordt Evangeline gescheiden van haar geliefde Gabriël. Evangeline kan de man van haar dromen ech ter niet vergeten en gaat naar hem op zoek. Ze slijt een groot deel van haar leven met een hopeloze zoek tocht in de Verenigde Staten. On der meer in Louisiana waar zo'n honderd gezinnen uit Acadië te recht zijn gekomen. Gabriël is daar geweest maar inmiddels weer vertrokken om elders zijn geluk te beproeven. Evangeline vindt haar geliefde niet. Radeloos besluit ze om non te worden. Jaren later werkt ze tij dens een epidemie in een zieken huis in Philadelphia. En daar, ten- langenleste, vindt ze haar geliefde Gabriël, oud en stervende. Zak doek en doek. Voor Acadiërs is dit verhaal van Henry Wadsworth Longfellow zo ontroerend omdat het de geschie denis van hun volk vertelt. De Acadiërs zijn een verscheurd volk, vergelijkbaar met de joden in de Tweede Wereldoorlog. Op Nova Scotia vormden de Aca diërs destijds de enige blanke be volkingsgroep die het goed kon vinden met de oorspronkelijke be woners, de Micmac-indianen. De ze indianen zijn op zo'n 20,000 na uitgestorven. Ze leven in armoedi ge reservaten. Met de Acadiërs daarentegen gaat het heden ten dage goed. Van de drie miljoen Acadiërs zit nog maar een kleine minderheid, zo'n 80.000, op Nova Scotia. De mees ten wonen verspreid in New Brunswick, Quebec en vooral, bijna een miljoen, in Lousiana. Met Nova Scotia - iets groter dan Nederland met slechts 800.000 in woners, gaat het minder goed. Het lijkt wel of de nakomelingen van de Engelsen en Fransen gestraft worden voor hun heerszuchtige daden in vroeger eeuwen. „De vis serij ligt voor tachtig op zijn gat," vertelt voormalig staatssecretaris Laurence MacPherson. Er is sim pelweg te veel vis uit het water ge haald. Kreeft - nationaal gerecht van Nova Scotia - mag nog maar de rest is voor de komende zeven jaar verboden. Toerisme moet de oplossing zijn van alle problemen en Europeanen zijn daarbij doelgroep nummer 1. „Europeanen blijven langer en ge ven meer geld uit," luidt de theorie van toerismebaas Ron Comeau. Maar hoewel de vliegtarieven spectaculair gedaald zijn - op dit moment kost een retourticket Am sterdam-Canada nog maar iets meer dan 600 gulden - heeft Nova Scotia Europeanen, afgezien van rust en natuurschoon, niet zo gek veel te bieden. De fraaie twee- baans-kustroute leidt langs hon derden meren, verlaten parken, pittoreske gekleurde houten hui zen en ruwe boomstammen als lantaarnpalen. En nergens een sterveling te zien. Ron Comeau: „Zelfs in het seizoen is het hier nergens vol. Wij willen ook geen miljoenen mensen." Het schiereiland heeft zijn aan trekkingskracht voor Amerikanen en Canadezen maar Europeanen vormen vanwege de oversteek van de Atlantische Oceaan nog altijd een kleine minderheid van vijf procent. De vliegmaatschappij Canada 3000 heeft sinds 4 mei rechtstreekse vluchten vanaf Schiphol naar Hali fax, hoofdstad van Nova Scotia. Toeristisch wordt Nova Scotia aange duid als een vakantiebestemming voor rustzoekers en natuurliefheb bers. Voor kinderen is er weinig te beleven. De beste manier om het schiereiland te verkennen is per auto. Er zijn twaalf verschillende autoroutes die langs alle historische hoogte punten van deze Canadese provin cie voeren. De nationale parken bieden meer daagse wandeltochten en kano tochten. Hier kan gekampeerd worden voor tien tot vijftien dollar per nacht. Verder zijn er ruim hon derd privé-campings. Er is een gevarieerd aanbod van ac commodaties, variërend van ui terst luxueze hotels, zoals Chateau Halifax (200-350 dollar), tot een voudige hotels zoals Keddy's Dart mouth Inn (45-65 dollar). Luxe zijn ook diverse Seasight Resorts inclu sief golfbaan. Het uitgaansleven is geconcentreerd in Halifax. Volle pubs op zaterdag avond met traditionele live mu ziek. Nationaal gerecht is kreeft onder het motto 's morgens gevangen, 's avonds gegeten. Vis overheerst op de menu-kaarten. Met wat diesel en propaan zorgde de speciale-effectenploeg ervoor dat het leek alsof Shelburne in brand stond, Door René van der Velden De historische bioscoopfilm The Scarlet Letter is sinds kort in Nederland te zien. De film is in geen enkel land een kas succes geweest en dat is verschrikkelijk jammer voor het Canadese plaatsje Shelburne dat verwoede pogingen doet om toeristen te lokken met Doek Street, het originele decor van The Scarlet Letter. Shelburne ligt net onder Hali fax, hoofdstad van het schier eiland Nova Scotia, aan de zuidoostkust van Canada. Het is in mei 1783, na de Ameri kaanse Revolutie, gesticht door loyalisten. Het is geen bijzon der plaatsje en dat weten ze in Shelburne ook. Dolgelukkig waren de inwoners dan ook toen hun stadje in 1994 even uitgroeide tot het Hollywood van Canada. In plaats van kostbare opna mesets te bouwen, hadden de makers van de Cinergi/Disney- film The Scarlet Letter beslo ten om gebruik te maken van de vele in Doek Street voor handen historische gebouwen, waaronder honderd authen tieke huizen uit de achttiende eeuw. Regisseur Roland Joffé en de filmsterren Demi Moore, Robert Duvall en Gary Oldman waren een zomer en een herfst lang live aan het werk te zien. Dezelfde Doek Street was een paar jaar eerder al de set voor Mary Silliman's War, een film over de Amerikaanse revolutie. Op een maandag in mei rijden we via de zogeheten Lighthou se Route naar Shelburne. Het is prachtig weer, hoewel het kli maat hier niet veel beter is dan het onze. Het is een uiterst rus tig stadje. Ander verkeer is er simpelweg niet. In de houtza gerij zijn een man en een vrouw aan het werk. De planken voor de huizen komen hier niet van daan. Dag in dag uit maken ze er houten tonnen voor vis. In dit deel van de wereld is al les bij het oude gebleven. We stappen zo'n tweehonderd jaar terug in de tijd. Alleen de lan taarnpalen verstoren het oude beeld. Daarom zijn die ook zo gemaakt dat ze gemakkelijk te verwijderen zijn. Shelburne ligt, zoals alles op Nova Scotia, aan een prachtig meer. Aan de overkant van het meer is geen bebouwing wat ook bijdraagt aan de zeven tiende eeuwse entourage. Tijdens de opnamen van The Scarlet Letter telde Shelburne plotseling driehonderd procent meer toeristen. De visserij, van oudsher de belangrijkste in komstenbron, werd plotseling van de eerste plaats verdron gen door toerisme. De export van kerstbomen kreeg concur rentie van de verhuur van ka no's en kayaks en andere toe ristische 'attracties'. Zoals een heus museumpje met Scarlet Letter-prullaria. In het museum de geur van ver gane glorie. Er is niet veel te zien. Stapels folders, wat affi ches en familie-albums vol fo to's. Maar er wordt wel heel en thousiast over het jaar van de film gesproken. Shelburne wil niets liever dan een toeristisch filmstadje zijn. „De zomer van 1994 was een tijd van magie en gekte in Shel burne," schrijft Leonard Pace in het blad The Making Of The Movie The Scarlet Letter. En Cathy Holmes, journalist van de plaatselijke krant The Coast Guard, begint nog altijd te stralen bij de herinneringen aan die lange filmzomer, waar in niet alleen de huizen van Shelburne, maar ook zo'n vier honderd meespelende inwoners zich even beroemd waanden. „Waar anders krijgen gewone mensen de kans om ge schminkt, gekleed en geregis seerd te worden als echte Hol- lywood-acteurs? Ze hadden een geweldige tijd, ondanks de lan ge uren van wachten en kij ken." Plans Weidenfeld uit het nabu rige Salmon River kreeg een rol vanwege zijn prachtige volle witte baard. „De manier waar op Demi Moore me aankeek, ik vatte het persoonlijk op, ik dacht dat ze gek op me was." Minder enthousiast was Louise Lindsay die temidden van de set woonde. „Ik had geen pro blemen met de filmmensen, maar wel met de duizenden toeristen die door mijn ramen gluurden, op mijn deur klopten en door mijn bloementuin ban jerden. Op sommige zondagen liepen er drieduizend mensen door Dock Street. Dat was erg vervelend." Gelukkig voor haar: het zal zo'n vaart niet lopen. Shelbur ne zonder Demi Moore en Ro bert Duvall is gewoon een rus tig oud stadje om even door heen te rijden of om op de Lighthouse Route letterlijk links te laten liggen. 5 bij of maak gebruik van on- tarief is het niet mogelijk op .Tel.nr.: mer tien jaar verbonden aan het Nationaal Park van Cape Breton en kent hef gebied als geen ander. Door René van der Velden Kinderen en Greenpeace zijn er, ieder op tan eigen manier, groot van geworden. Maar de walvisj acht is niet meer wat het geweest is. In Canada is het tegenwoor- jug zelfs helemaal verboden om op deze joekels van vissen te jagen. In diverse kustplaatsen aan de Atlantische Oceaan tabben ze van de nood een deugd ge- Maakt. 'Whale watching' heet de toeris tische attractie ofwel 'walvis kijken'. Met ue camera in de aanslag is het bijna net Xe vroeg om walvissen te zien? Onzin. 20 spannend als met de harpoen. We bevinden ons op Nova Scotia, een schier- na in het zuidoosten van Canada. Op de oeristische kaart wemelt het van de walvis- fn dus we verheugen ons zeer. Circussen en 'fflentuinen hebben deze voorziening im- öjs niet in hun assortiment. Mens onze toeristische autotocht langs de lt» j'en we vissersschepen liggen en lij- n de walvissen erg dichtbij. Maar het is J en van kenner tot leek wordt beweerd Tot l8'ïe vroeS 's voor 'whale watching', van i We °P een mo°ie avond, aan het eind de tocht, David Lawley ontmoeten. Hij is samensteller van de toergids van Cape Breton s Cabot Trail, met recht de belang- 2 i« 'oer'stenbestemming van Nova Scotia "hantisch Canada. David Lawley is dik En nog diezelfde avond in de Inverary Inn in Baddeck - woonplaats van telefoonuitvinder Bell - is het geregeld. De volgende ochtend zal Kapitein Haak ons hoogstpersoonlijk op wachten bij de haven van het vissersplaatsje Chetïcamp. Kapitein Haak heeft geen haak maar mist wel zijn rechterhand. Onwennig geven we el kaar een slappe linkerhand. Cal Poirier is zijn naam en hij verzorgt in het seizoen (juli en augustus) dagelijks drie whale-cruises. Met twee boten die ieder 35 toeristen kunnen hebben. Het wachten is op zijn figuurlijke rechter hand, de gepensioneerde leraar Mederic Le- Fort. Franse namen want beiden zijn nako melingen van echte Acadiërs. Terwijl kapi tein Cal ons aan een extra jas helpt, doet as sistent Mederic wat hij zijn hele leven ge daan heeft, lesgeven. De Blue Whale is de grootste walvis maar die tref je alleen in New Foundland. Daarna komt de Fin Whale, 18 tot 23 meter lang en hij spuit 25 meter hoog. Een week geleden hebben ze er drie gezien. Hoe groot is de kans dat We er vandaag een te zien krijgen? Fifty-fifty, schatten de mannen op sport schoenen en met dikke brillen. De boot gaat wild tekeer. Lopen op het dek is een trapeze-oefening voor landrotten. Vast houden maar. Uren van ingespannen naar het water turen, niet wetend wat er gaat ge beuren. Door de mobilofoon klinkt de vraag 'Hebben jullie vandaag al walvissen gezien?' Het ant woord luidt 'nee'. Het is koud, bar koud. We steken onze ver kleumde handen diep in mouwen en broek- Dit kan het resultaat zijn van enkele uren 'whale watching', maar dan moet je erg veel geluk hebben. Geen eigen foto. zakken om het leed te verzachten met de ei gen lichaamswarmte. Dit was vroeger kost winning, nu heet het recreatie. FOTO TOURISM NOVA SCOTIA 'There she blows', klinkt het plotseling. Le raar Mederic heeft in de verte wat gezien. De boot verandert van richting. Maar de Fin Whale heet een snelle zwemmer te zijn en on ze vissersboot is niet echt van het type speed. Maar na een tijdje, op een plek ver van de eerste waterspuit, is het luid en duidelijk te zien. Vijf, zes stralen metershoge water damp. Opnieuw erop af. De spanning stijgt. Zo moet dat dus ongeveer gevoeld hebben tijdens de walvisjacht. Wat zullen die man nen een hekel aan Greenpeace hebben. Wordt er hier nog illegaal gejaagd? „Nee, niemand jaar meer op hen, de walvis sen zijn gelukkig hier." De metershoge watertorens verschijnen nu om de vijf tot tien minuten. Maar om de wal vis zelf te zien moeten we dichterbij zien te komen. Op zes mijl van de kust lukt dat. Na herhaal de wilde achtervolgingen zien we haar lig gen, een lomp grijs-zwart gevaarte in voSe zee. Het is een Fin, weet Mederick. Van min stens 23 meter, maken we onszelf wijs. De Harderwijk-sprong is er niet bij. En van ver zekeringen hebben we al helemaal geen ver stand. Na dik vier uur staan we weer met vaste voe ten op de grond. Zie je in de komende vakan tie een tekening van een walvis op een toeris- tenkaart. Echt doen. 'Whale watching' is fun en het mag van Greenpeace. •1

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 11