Weekend >0 AUTO'S IELLING? Het trieste faillissement van het eens zo roemruchte Sportpaleis Eindexamen zonder te inhaleren NENDIENST* .EASE! DESTEM E2 Het Sportpaleis in Antwerpen is failliet. Volgens de curator klop pen al weer belangstellende investeerders op de gesloten deuren van de verloederde wie- lertempel. Binnen is het kil en leeg, buiten schurkt een vies, groen dak tegen de E19 aan. ZATERDAG 18 MEI 1996 li leiding aan 9 medewerkers irt-timers). U bent als groeps- ielijk voor de vertaling van het aar afdelingsbeleid. lega; lO-CE of gelijkwaardig niveau; or techniek; ing heeft in een commerciële linggeven die is toegespitst op uatie; jen kritisch constructieve wijze ningsbeleid te scharen en in helder te formuleren; indelinge en schriftelijke uit en; rand werkt, kwaliteitsbewust is in het vaandel heeft staan; euwe collega: en secundaire arbeidsvoor- i werksfeer. derzoek kan deel uitmaken van *ze functie en is energie ook üw hriftelijke sollicitatie binnen 10 al Distributiebedrijf PNEM West, uijs, Postbus 1405, 4700 BK le informatie kunt u telefonisch P. Huijs, personeelsfunctionaris, I IVo pd tussen TOP Lease en haar relaties is i een vergelijkbare funktie van groot be jbranche bijna vanzelfsprekend, een grote mate van zelfstandigheid te kun ,ast beschikt u over financieel en juridisch als stressbestendigheid, flexibiliteit en goede ien horen als van nature bij u. Inzet tonen, afspraken waarmaken vindt u heel vanze fwisselende funktie binnen een plezierige e jede toekomstmogelijkheden en "plezier in h 'het arbeidsvoorwaardenpakket hierbij aan JP Lease en houdt u de ruim 20.000 aut° ïg? Stuur dan uw brief met curriculum vita^ iiet verschijnen van deze advertentie na ing Personeel Organisatie, Postbus 68^ meer informatie kunt u bellen met de danager Personeel Organisatie, te'e°^t ctijksimulaties gebaseerd op de assess e of een psychologisch onderzoek kun i van de selektieprocedure. reakties van zowel mannen als vrouwen kSE YOU 4802 HW BREDA, Tel.: (076) 579 32 00. fix: C76' 5?' Met mijn schrijfblok in de aanslag benader ik een groepje eindexamenkandidaten bij het fietsen hok. De dag is grijs, de stemming is somber. Ik zeg dat ik journalist ben en een stukje moet schrijven over de opgaven van vandaag. Dat lij ken ze een beetje gek te vinden, maar ze zijn be reid mijn vragen af te wachten. De tekstverklaring Nederlands houdt de jonge gemoederen het meeste bezig. Pittig. Te moei lijk, Onbegrijpelijk. Waanzin. Ja, de oordelen lie gen er niet om. Een jongen haalt de slordig op gevouwen tekst uit de voering van zijn leren jack. Hij wijst een passage aan en zegt: „Moet u dateens lezen." Erstaat: 'De man rookte veel, te veel. Maar liefst dne pakjes per dag. Al zijn vrienden wisten dat het slecht zou aflopenrKijk maar eens naar de Marlboro-cowboy, die door longkanker werd geveld. De kettingroker graaft zijn eigen graf.' Dat lijkt me vrij duidelijk," zeg ik. .Duidelijk?," vraagt de jongen. „Ze komen met allerlei stomme vragen over gezondheid en ne gatieve gedachten. Ik heb maar wat zitten zwammen. Shit, wat een ziek gedoe." .Maar je hebt toch wei een mening over ro ken?," probeer ik vriendelijk. „Ik vind het kicken om veel gas te geven op m'n krommer. Mijn maten roepen dan: tjee, jij rookt hink, zeg. Een mooie rookpluim is goed. Gaaf stuk herrie erbij. Roken moet gewoon." „Wat is precies de moeilijkheid in de tekst?," vraag ik. Een paar leerlingen trekken zich tac tisch terug. De jongen in het leer zet met enige tegenzin z'n tas op de grond. Er klinkt getinkel. Hij zucht: „Die drie pakjes, daar kan ik geen kant uit. Vangt hij die rook op in pakjes? En wie rookt er nou kettingen?" Plotseling realiseer ik mij iets. Deze jongen weet het waarschijnlijk echt niet. Het sigaretje, de peuk, het saffie, het sjekkie, de sigaar, de pijp, Deeindexaminandi van 1996 kennen het niet. .Maar is er niemand die met een pakje sigaret ten rondloopt? Ik kan het me haast niet voorstel len. Wat hebben jullie dan in je zak?" .Niemand. Nee, we hebben wel iets in onze zak, natuurlijk. Een mes. ledereen heeft wel een mes hij zich, want zonder wapen ben je op school verloren, Je moetje kunnen verdedigen tegen lui met verkeerde schoenen en tegen opgewonden leraren." Sinds er geen reclame meer mag worden ge maakt voor roken, gaat een deel van de werke lijkheid voorbij aan deze kinderen. Een hele ge neratie heeft geen idee wat het betekent als ie mand om een 'vuurtje' vraagt. Hoe een asbak er- uiziet, Wat vergeeld behang is. De jongen wordt onrustig en blaft in mijn ge zicht: „Wie is dat klote Marlboro-mannetje?" ?n adem ruikt naar drank, merk ik nu. ik zeg iets over symboolfunctie en machoge drag, Js het zo'n figuurtje uit een cd-rom-spelletje? ik schud mijn hoofd en stel een tussenvraagje: •Drinken jullie wel eens tijdens het eindexa men?" .Elkedag, man," zegt hij en haalt zijn schouders °P- .Hoe zou je anders door een schooldag moeten komen? Ik had er vanmorgen drie op Wr ik rijp was voor die Duitse vertaling." Rokershoestjes en nicotine-vingers zijn uit hun 'even gecensureerd in verband met de volksge zondheid. We behoeden de jeugd voor een do delijke verslaving. Ik begrijp het wel. Maar dat het verbieden van reclamefoto's met stoere kna- W en onafhankelijke meiden die genieten van een rokertje zo'n gigantisch effect zou hebben, det had ik niet verwacht. Die kinderen gaan toch heel wat gezondere toekomst tegemoet dan "I ouderen uit het tijdperk van de zwarte lon- gen. poteen shitdag," mompelt de jongen, die nu een beetje geprikkeld lijkt te raken. Hij haalt iets ®ain zak en gooit het in zijn mond. Een pille- je „Hoe rook je eigenlijk drie pakjes?" jj'eg hem langzaam en duidelijk uit hoe tabak in een wit vloeitje wordt gerold tot een mooi, smal ™!sie. En dat steek je tussen je lippen. Ik pak J aansteker en maak een vlam. e jongen deinst achteruit en graait in z'n tas w"bierflesjes. Opeens heeft hij een pis- oo! m zijn handen. Hij schiet op het fietsenhok ll^Pt don: „Waar staat je auto, lullo?" J?5 ^p een willekeurige Citroen en hij richt op nmt en die ^aPot sPatten' H'i P'aast de j? w?9 en kijkt me met een vurige grijns aan. «zijn enververende dagen", zeg ik begrij- K t üJe 'le'3t er gewoon tabak van." IKIJK me verbaasd aan. „Watte?" DoorTwan van den Brand i Affiches uit grootmoeders tijd in het magazijn van gerechtsdeurwaarder Brackeva. FOTO'S MARC BOLSIUS Een lege tempel in Antwerpen Het borstbeeld Stan Ockers, de buste van oud-beheerder Louis de Winter, affiches uit groot moeders tijd, een afgeleefde groene tandem. Ze zijn vorige week weggehaald uit het Ant werpse Sportpaleis en overgebracht naar de magazijnen van gerechtsdeurwaarder Alfons Brackeva. „Het moest gebeuren, voordat ze pootjes kregen," zegt hij. Vorige week kreeg het Sportpaleis nieuwe sloten. De (wieler)tempel van Antwerpen is failliet. Hij is kil, donker en leeg, zo blijkt als curator Guy Vanhoucke de nieuwe sleutel heeft omgedraaid. Slechts de bezoeker met een grenzeloze fanta sie ziet de juichende massa, enthousiast ge maakt door de vedetten van de baan, de pis- tiers. En hij hoort Frits Vaerewijck zijn schla ger 'In 't Sportpaleis' zingen, alsof er een zes daagse aan de gang is. Rijden, rijden is plezant, met een veloke in de hand. Rijden, rijden is plezant, met een wefke heel charmant. Rijden, rijden is plezant, met een coureurken heel galant. Rijden, rijden is plezant, maar dan zonder platte band. Toegegeven, geen tekstueel hoogstandje, wel een hit in zo'n volle arena. Zoals de hele zes daagse lange tijd enorme belangstelling ge noot. „De kaarten voor de belangrijkste avon den waren al maanden van tevoren uitver kocht," herinnert Gérard Sillen zich de gou den na-oorlogse tijd die met vallen en opstaan voortduurde tot in de jaren zeventig. De sportjournalist is 82 nu en sleet vele jaren in het Sportpaleis. „Nou en of ik dat faillisse ment erg vind." En zijn ex-collega Jos van Landeghem van de Gazet van Antwerpen: „Op de laatste avond van de zesdaagse in '47 zaten er bijna 28.000 mensen binnen. Meer zijn er nooit geweest. 28.000 mensen. Als vijf tig haringen in een tonneke voor twintig." Ook Patrick Sercu, de keizer van de zesdaag se en latere wedstrijdleider, herinnert zich de goede tijden. „Antwerpen was de klassieker onder de baanwedstrijden. Voor mij van bij zondere betekenis, omdat ik op die baan heb leren fietsen." Geloof het of niet, Sercu heeft er ook zijn 'eer ste mis gelezen'. In de dagen dat een zesdaag se nog een echte zesdaagse was (de koppels moesten 145 uur fietsen, diep in de nacht af- sprinten, 's ochtends vroeg weer op de peda len) werd op zondagochtend de mis gedaan op het middenterrein. „Je moet beseffen dat we het Sportpaleis niet uitkwamen. Daar was geen tijd voor," aldus Sercu. Artikel 1 en 2 van het reglement omschreven de arbeidsuren secuur: 'De koers zal zes da gen en een gedeelte duren: d.w.z. honderd vijf-en-veertig uren. Elke dag zal de koers stil gelegd worden van 6 tot 9 uur teneinde de zaal en de piste te reinigen en het gebouw te verluchten.' De renners, die enkele uren slaap was gegund in een bedompt hok, snakten op zondagoch tend kennelijk naar de zegen. De belangstel ling voor de mis was groot. „We waren ook bijna allemaal goed katholiek," meent Sercu. De tribunes bleven voor en na het Onze Vader goeddeels leeg. Pas bij de hervatting van de koers, kwam de massa weer toegestroomd. Eigenlijk, zegt Sercu, is het Sportpaleis voor de tweede keer failliet gegaan. De zesdaagse was immers al niet meer, sinds '94. De voor malige crack - winnaar van 88 zesdaagsen, drie wereldtitels sprint, 14 etappes in de Giro en 6 in de Tour - heeft zich daar bij neerge legd. Zeker ook omdat de faam van de pistiers niet meer die van vroeger is. Tilburger Pij nenburg (de Kanonbal), Wals, Van Steenber gen, Bosschenaar Schulte, Van Looy, Post en Sercu, het zijn klinkende namen, maar wel uit het verleden. René Pijnen De laatste Nederlandse renner die furore maakte op het houten ovaal van Antwerpen was René Pijnen, 49 inmiddels. Hij reed van 1969 tot '87 233 zesdaagses, 14 in Antwerpen. In het Sportpaleis won hij 'een keer of acht'. Net als Sercu leerde Pijnen er het vak van pi- stier. Hij herinnert zich vooral 'het kenners- publiek' en de lengte van de baan, 250 meter (zo'n honderdduizend planken). „Het was een mooie, grote baan. Het was moeilijk om een ronde te pakken op je tegenstanders, maar had je een ronde, dan was dat meteen ook een flinke voorsprong." Pijnen heeft de Antwerpse zesdaagse zien veranderen: van een '24-uurs-koers' in een avondwedstrijd, van een puur wielerevenent in een commercieel circus. Maar het Sportpa- Bekend beeld langs de El 9, het groene dak. leis bleef achter. „Het verouderde. Renners wilden niet meer in een hokje bij de verwar mingsketel slapen. Mij maakte het niet zoveel uit. Ik sliep toch wel," aldus Pijnen. Blikvanger De associatie tussen Sportpaleis en wielren nen ligt voor de hand. De zesdaagse, die was immers lange tijd de blikvanger. Maar van het begin af aan, sinds de opening in oktober 1933, is het complex meer geweest dan alleen een wielertempel. In de loop der jaren bood het onderdak aan ijshockeyers, motorcros sers, boksers, rodeo-rijders, balletdansers, springruiters, popsterren, beursgangers, zan gers als Sinatra en Pavarotti, komieken als Laurel en Hardy, revue-artiesten, Power Rangers en natuurlijk de veelverdienende tennissers. Sinds 1982 strijden zij in het Sportpaleis om baar geld en het met 1600 dia manten bezette racket van het ECC-toernooi. Voor de automobilist op de E19 is het Sport paleis ook een baken. Een markante, maar le lijke blikvanger, die bijkans tegen de Ant werpse ring aan schurkt. Een oude schuit, een troosteloze hal nabij de afslag Merksem, met een vies, groen dak, liefst 12.500 vierkante meter groot. Rouw „Elk evenement was mooi in zijn eigen vorm, voor zijn eigen publiek," zegt Arlette Wils, sinds 1967 in dienst van het secretariaat van het Sportpaleis. Ze stapt als een van'de laat ste der Mohikanen door de lege, troosteloze hal en langs kale kleedlokalen. Eind mei is het werk ook voor haar gedaan. Het spreekt voor zich, dat ze in de rouw is. Ze wil geen kwaad woord horen. „Natuurlijk ben ik in al die jaren vergroeid met het Sportpaleis," zegt Wils. Ze diende nog onder de regie van de familie De Winter, tot '83 de beheerder van de hal. „Twee weken geleden is de laatste van de De Winters over leden, Walter. Ik ben nog naar zijn begrafenis geweest. Ja, de aftakeling van het Sportpaleis ging hem aan het hart. Het lijkt er nu op, dat ze samen zijn heengegaan." Sinds '83 bestiert Sportpaleis Antwerpen NV het complex. Ze laat daarbij het oor hangen naar de grote aandeelhouder City 7 (Invest ments), het invloedrijke managementsbureau, dat eens grote plannen had met de tempel. De nieuwe bazen brachten weliswaar verbe teringen aan - tribunes, kleedlokalen, dak -, maar het geld voor permanent onderhoud en een grondige renovatie ontbrak. Het complex bleef oud en verouderd, zonder overigens echt te vervallen. „De plaats des onheils was het Sportpaleis," schreef een muziekrecensent nog in '91, nadat hij in de troosteloze accommodatie weinig plezier had beleefd aan een concert van Frank Sinatra. Lening Om een begin te maken met de ambitieuze plannen leende Sportpaleis Antwerpen NV begin jaren '90 400 miljoen frank (ruim 2 mil joen gulden) bij de bank Anhyp. Dat kon pas nadat stads- (250 miljoen) en provinciebe stuur (150 miljoen) zich garant hadden ge steld. Maar Anhyp zelf raakte ook in de financiële problemen. De bank eiste zijn geld op. Toen Sportpaleis Antwerpen NV niet in staat bleek om de miljoenen franks op tafel te leggen, volgde de faillissementsaanvrage. Gemeente en provincie, de borgstellers, hebben Anhyp inmiddels terugbetaling beloofd en zijn nu plots de grote schuldeisers van de NV die 2 mei failliet is verklaard. De grote houten baan in het verlaten Sportpaleis. „Nee, van ons had het Sportpaleis niet ten on der hoeven te gaan," zegt een woordvoerder van het kabinet financiën van de stad Ant werpen. „Een faillissement betekent voor ons dat we moeten betalen zonder iets te kunnen verhalen. Bovendien, we kennen ook een soort vermakelijkheidsbelasting. Die krijgen we nu ook niet binnen." Interesse in een overname heeft het gemeen tebestuur niet. „U kent misschien de finan ciële situatie van de stad Antwerpen," zegt de woordvoerder veelbetekenend. „We hopen wel dat het goed wordt verkocht." En na eni ge aarzeling: „Zoniet? Tsja, dan moeten we het misschien wel kopen." Over een vergelijk bare accommodatie beschikt de stad immers niet. Roman Mr. Vanhoucke, mede-curator, schermt wel met interesse van anderen voor de failliete boedel. Investeringsgroepen uit België, Frankrijk en Canada. „Eerst moeten we alles eens goed analyseren," aldus Vanhoucke. Hij suggereert onder meer 'een merkwaardige rol' van de bank Anhyp. „Die verdient het nog eens nader te worden onderzocht." Ook aan de betrokkenheid van City 7 wil hij nog wat uren besteden. Georges Baudeweyns, de verantwoordelijke bestuurder van Sportpaleis Antwerpen NV, tevens werkzaam bij City 7, weigert elk com mentaar. „Het verhaal is verteld, mijnheer. Houdt u toch op. Er is zoveel geschreven. Neem het allemaal met een korreltje zout. Ik zou u een hele roman kunnen voorlezen, maar ik heb er de tijd niet voor." Het voorlopig laatste evenement had eind vo rige maand plaats in het Sportpaleis. Gouwe ouwe bands als Procol Harum, The Spencer Davis Group en The Monkees probeerden het publiek te vermaken. Of het ze net zo goed af ging als Vaerewijck met 'Rijden, rijden is ple zant' is om het even. Navrant was de naam van het concert: Golden Years. Toen dat was afgelopen, gingen de deuren op slot. I

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 31