AGEN 5°.° 475 10? 5°.° Prinses Margriet bij opening van Holland Festival Nieuwe energieke danstaal van een duivelskunstenaar In de beschutting van Park Wolfslaar c Bakker IJGEN MEER DAN NDTIJD. Holland Festival pakt uit met choreograaf William Forsythe deStem ZUKI SPECIALIST 3EDRIJF F. KOENS mei rijk zijn. 69.5 10°." valiteitsverschil GROTE GIDS E3 fitara brio '50.- Suzuki Samurai Cabrio de Luxe 1995 25.750.- Micra 1993 750.- Suzuki Alto GLX 7.250.- irry bus '50-- Suzuki Swift 17.995.- Autobedrijf Tholen B.V. WEL IN DE KRANT. 1 J Ir o is eenzaam, maar ook vrij I Zijn eerste werken waren i agressieve, rauwe, uiterst knap geconstrueerde mini- dansdrama's die zelfs nog de liefde gingen. Say |Bje Bye uit 1980 was een I nihilistisch popdocument I over een verloren samenle ving dat op het publiek een wurgende uitwerking had. Maar na 1983 ruilde hij de heftige emoties van zijn vroege werk in voor een Ivan alle logica ontdane, i j meer onpersoonlijke stijl. .Mijn balletten zijn be doeld om naar te kijken, niet om te begrijpen", her haalde hij sindsdien veel- Ivuldig. Natuurlijk Kijkgaatjes IN BEELD Hr Concreet 1996 X 52 rbloeiers altijd goed terp geprijsd. VRIJDAG 17 MEI 1996 wart, met dlap dak 5-deurs b.j. 1989 (en, wit 1994 1000 (C, bj. 1995 rood, 5-drs. maanden tot 1 jaar garantie Ien financiering mogelijk, ringen en al uw reparaties bij 20a - Roosendaal - 0165-537687 l .OT.S. Cabrio autom. age ;L autom., 4-drs. i16V 5-drs. .e. 5-drs. 5-drs. LPG urbo Diesel ifdak, alarm GLX 5-drs. LPG ABS, airbag -drs. I6V 3-drs. esel 4-drs. bupé autom. 6V 3-drs. drs. Sedan T 5-drs. LPG •drs. pé opt. f •drs. •drs. 3-drs. oupé LPG ,PG Irs. 2.3 aut. 5-drs. 2.3 00 Intruder 000 GT turbo opties drs. grijs met. beige 104 000 km 161.000 km 67000 km 72.000 km 23.000 km 15.000 km 23.000 km 127.000 km 129.000 km 106.000 km 18.000 km 213.000 km 83.000 km 157.000 km 106.000 km 94.000 km 63.000 km 124.000 km 144.000 km 101.500 km 122.000 km 177.000 km wit/rood rood groen zwart m. 217.000 km 134.000 km 98.000 km 75.000 km 16.708 mis 90.000 km 8.700 km '91 17.500/ '87 11.950.- '91 32.850.- '90 15.950/ '91 13.950.- '92 1 9.850- '90 15.950- '93 22.950- '86 4.500.- '90 7.250.- '92 13.850/ '94 28.750.- '95 29-950.- '91 14.950/ '92 27.500- '92 21.950.- '93 14.750.- '87 1 6.900- '93 26.950/ '89 25.900- '93 45.950.- '89 9.950.- '93 18.500/ '88 9.750.- '87 9.500.- '95 21.500- '89 10.250/ '87 8.750.- '94 29.950.- '90 11.950- '82 14.950.- '86 6.750/ '89 9.850/ •91 22.950/ •94 56.950/ ■87 71.950/ '86 9.500/ '91 29.950/ '90 26.950/ '93 49.950/ '87 16.950/ ■94 62.500/ '91 14.750/ O.iuunill v An 35.000 km '93 25.500/ 184.000 km '87 11. JJ' 98.000 km '89 17* onze voorraad. ts een greep uit ip Zoom Off. Lancia-dealer Noordzijde Haven 48-50 4611 GT Bergen op Zoom Tel.: 0164-233 880 Fay 0164-238 336 ezien als een deel van 't dagelijks nietig dan ook nog boeiend is, kan een adve ir^^jtaendin^jn^^eb^^^Jj' 1 9 Margriet en mr. Pieter van zijn vrijdag 31 mei in Muziektheater in Amsterdam lyezig bij de opening van het Hol- Festival. Het festival wordt geo- j met een voorstelling door het erlands Dans Theater met cho- Irfafieën van William Forsythe en van Paul Lightfoot en Jiri Kylian. I Jiri Kylian creëert voor dit programma lij t ^euw werk, getiteld Anna and I ostriches (a true story). Het werk is gezet op composities van Johann, Josef en Eduard Strauss, en op muziek van Zbig- niew Preisner uit de film Damage (1992). De tweede wereldpremière is van Paul Lightfoot, danser en choreograaf bij het NDT, met als titel Start to Finish, een choreografie voor acht dansers op ba rokmuziek. Het Nederlands Balletorkest, onder lei ding van de Amerikaanse gastdirigent Paul Connelly, begeleidt de voorstellin gen. Als soliste treedt Nicoline Alt op in het hoboconcert van Albinoni. Het werk van choreograaf William For sythe staat dit jaar centraal in het Hol land Festival. Op het programma staan de volgende voorstellingen: Say bye-bye uit 1980 is hard en rauw van beweging, met door merg en been snij dende kreten en gillen van de dansers. Licht amusement dat meteen een des tructief element krijgt. Uitgevoerd door het Nederlands Danstheater 1 in Mu ziektheater Amsterdam: 31 mei, 2, 3 en 5 juni, 20.15 uur. Artifact uit 1984: een verwrongen, sur realistisch sprookje over mensen van de ze tijd, met pandemoniumachtige bewe gingsexplosies. Uitgevoerd door Het Na tionale Ballet in het Muziektheater: 12, 13,14,15,17 en 19 juni, 20.15 uur. Alie/Na(c)tion uit 1992: Verontrustende opening met vallende dansers, een beeld ontleend aan de film Alien, met een lich te verwijzing naar waanzin en vreemde lingenhaat, maar ook met klassieke pi rouettes, bij muziek van o.a. Thom Wil- lems. Uitgevoerd door het Ballett Frank furt in het Koninklijk Theater Carré: 20, 21, 22 en 23 juni, 20.15 uur. Op 22 juni met nabespreking William Forsythe. Eidos: Telos uit 1994: computer en klok ken op de speelvloer bepalen aanvanke lijk de bewegingsstudies, maar het ein digt in een choreografisch inferno, met muziek van o.a. Thom Willems. Uitge voerd door Ballett Frankfurt in het Mu ziektheater: 27, 28 en 29 juni, 20.15 uur. Het ontbreken van een klein detail is een film van Raymond Gieling over de sa menwerking tussen de Nederlandse componist Thom Willems en choreograaf William Forsythe. Nederlands Filmmu seum, 13 tot en met 19 juni, dagelijks om 20.00 uur. I Door Marjan Mes I Het fascinerende van de balletten van duivelskunstenaar William I Forsythe is, dat hoewel ze (mis- alleen over beweging ze met hun grillige, ver end grensoverschrijdende I danspatronen de toeschouwer I toch bij de keel grijpen. Precisie, I timing, energie en licht (dat hij zelf ontwerpt) spelen een dwin- "ude rol bij deze Duitse Ameri- an, die als geen ander de taal i de moderne dans heeft ver- Moment uit het dansdrama 'Say bye-bye' van Forsythe William Forsythe: 'Ik ken geen regels en ik ken alle regels'. FOTO ANDREAS PO H LM ANN nieuwd. William Forsythe werd in 1949 in New York geboren waar hij ook zijn dansopleiding kreeg. In Amerika kwam hij als danser niet echt aan het werk en vertrok daarom in 1973 naar Eu ropa, waar hij bij het Stuttgarter Ballett van John Cranko beland de waar ook de Tsjech Jiri Kylian danste. Die herkende als een van de eersten Forsythes unieke ta lent als choreograaf. Toen Kylian in 1975 artistiek leider van het Nederlands Danstheater was ge worden, trok hij Forsythe al snel aan als gastchoreograaf. Zodoende is diens baanbrekende werk al in een vroeg stadium in ons land bekend geworden, ter wijl hij met zijn eigen Ballett Frankfurt (een muf provinciege zelschap waarvan hij een gezel schap van wereldnaam maakte) al vele malen in het Holland Fes tival opzien baarde. Balletten als Artifact, Impressing the Czar, Limb's Theorem en Behind the China Dogs, radicaal anders dan alle andere balletten, hebben in Nederland grote indruk gemaakt, hoewel er ook altijd boe-geroep was. Zwemmen Hoewel Forsythe lang problemen heeft gehad met het conservatie ve publiek in Frankfurt, heeft hij er nooit over geprakkizeerd om terug te gaan naar New York. „In New York is ballet big business. Ik kan me niet voorstellen dat het leuk is om als balletleider elke avond naar een party of receptie te gaan. Ik drink niet en voel me ongemakkelijk op feestjes. Ik ben een echte family-man. Ik leid een echt dom leven in Frankfurt: sta op, ga eerst zwemmen of trainen, werk zeven of acht uur, ga naar huis, ben bij mijn gezin en werk nog wat thuis met vrienden of ga lezen." Hoewel beïnvloed door de geab straheerde klassieke dans van George Balanchine, door Merce Cunningham, die op het toneel verschillende dingen tegelijker tijd liet plaatsvinden, en door de Laban-techniek gaat het werk van William Forsythe veel verder dan dat van zijn voorgangers. Hij onderzoekt voortdurend de grenzen van de dans, waarbij zijn vitale bewegingsidioom onuit puttelijk lijkt en altijd volstrekt onvoorspelbaar is. Zijn dansers weet hij tot verbluffende presta ties aan te zetten. Muziek van o.a. Bach gebruikt hij in gedecon strueerde fragmenten en verder werkt hij nauw samen met de Ne derlandse componist van elektro nische muziek, Thom Willems. Lichaamsdelen De doorstromende vloed van complexe, vaak messcherpe be wegingen die onverwachts in een pose kunnen bevriezen, de merk waardige afwisseling van kracht en plotselinge zwakheid, li chaamsdelen die vanuit een to taal beheerst lichaam afzonder lijk kunnen bewegen; het is alle maal even virtuoos, van een pure schoonheid, maar vaak ook zeer FOTO JORGE FATAUROS verontrustend in zijn zeggings kracht. Forsythe's explosieve beweging staal is overrompelend zonder dat zij echt te duiden valt, hoewel iedereen er zijn eigen associaties bij kan hebben. Zelf ziet de cho reograaf zijn werk vooral als 'vi suele flitsen, opgebouwd uit mo numentale sculpturen, uit objec ten, als een wolk van dingen'. De choreograaf onderzoekt het functioneren van dans, los van zijn psychologische ballast en maakt daarbij gebruik van de computer, die hij vaak de volgor de en frequentie van elementen in een dans laat vaststellen. „Ik ben als een primitieve in boorling: ik ken geen regels en ik ken alle regels. In zeker opzicht moet je volstrekt a-cultureel zijn. Er is chaos die in de plaats is ge komen van de natuur, de natuur lijke ordening. De computer is een hulpmiddel om de regels te vergeten. Misschien zou je dat postmodernisme kunnen noemen: technologie gebruiken om kennis te ontrafelen." VERVOLG VAN VOORPAGINA GROTE GIDS Is er één kenmerk aan te wijzen dat de schilders op deze tentoon stelling gemeen hebben? „Het enige wat deze schilders ge meen hebben is de eigen weg die zij gaan. De verschillen zijn to taal. Kunstenaars zijn tegen woordig eenzamer dan ooit, maar tegelijkertijd heel vrij. Er zijn geen vaste structuren meer. Het spannende van deze tijd is dat de kunst vogelvrij is. Wel licht is er toch een overkoepelen de eigenschap: de conceptuele kunst op zich is weliswaar uitge storven, maar sinsdien is alle kunst in feite conceptueel gewor den." Het gaat de kunstenaar ook niet - weer - om schoonheid? „Of iets mooi of lelijk is, daar gaat het niet om. De vraag is: doet het werk je iets. Dat hoeft niet alleen ontroering of verwon dering te zijn. Het kan ook woede zijn, of razernij. Het ergste wat een kunstwerk kan oproepen is onverschilligheid. Maar overi gens is pure schoonheid helemaal geen gepasseerd idee. Er hangen hier bijvoorbeeld schilderijen van Mare Mulders. Dat werk draait om het erbarmen met het lijden in de wereld. Karkassen, bloedig neergeschoten dieren, een afgesneden runderkop. Ter compensatie schildert hij bloe men, rozen, lelies, als troost." Zijn er merkbare verschillen tus sen hedendaagse schilders in Ne derland en in Vlaanderen?. „In België wordt in het algemeen kleiner werk gemaakt dan in Ne derland. Bovendien is het werk meer literair geïnspireerd, Vla mingen werken meer met taal en tekst. In Nederland zijn de doe ken groter en brutaler. De grote, obsceen aandoende doeken van Charlotte Schleiffert en Erik van Lieshout zouden in België on denkbaar zijn." Wot geeft bij jou de doorslag bij het beoordelen van een schilde rij? Waaraan moet een goed kunstwerk voldoen? „Mijn beoordelingscriterium is heel moeilijk onder woorden te brengen. Ik moet in een kunst werk iets herkennen van het creatieve moment van de kunste naar. Dat is een heel belangrijk moment. Dat is namelijk het mo ment waarop individuele ge- waarwoordingen van de kunste naar een universele dimensie krijgen, iets van alle mensen, alle tijden en alle volken. Het mo ment waarin het indivuele sa menvalt met het universele, dat maakt iets voor mij tot goede kunst. Ik kan me voorstellen dat deze hedendaagse kunst voor sommigen moeilijk toegankelijk is. Maar geloof me, dit zijn alle maal ernstige mensen, vol spiri tualiteit. Al zou je dat misschien niet denken bij iemand als Erik van Lieshout met zijn grote kleu rige kutten." Watje nu zegt heeft ook te maken met het schilderij van Lucassen, waarop de schilder zichzelf af beeldt met Van Gogh en Mond riaan? „Van Gogh en Mondriaan zijn twee voorbeelden van grote kun- stenaars, individuen die een ge voelsmatige band hadden met het universum, met de mensheid, met iets veel groters dan zijzelf. Maar ik heb dat schilderij van Lucassen ook gekozen omdat het de continuïteit in de hedendaag se kunst illustreert, de traditie. Er zijn tussen hedendaagse en historische kunst veel meer over komsten dan men vaak denkt. Het traditionele realistische schilderkunst bijvoorbeeld is een complex begrip, vol raadsels en verborgen mogelijkheden. Oude schilders stelden hun werk vaak vanuit de verbeelding samen, dus eigenlijk conceptueel." Hoe representatief is uiteindelijk deze keuze voor de schilderkunst van nu? „Als tien andere mensen voor het samenstellen van deze tentoon stelling gevraagd waren, dan zouden er natuurlijk verschillen optreden, maar er zou toch een 'harde kern' zijn die in iedere se lectie terugkomt. Er is hier werk te zien dat nau welijks nog een schilderij is. Werk dat letterlijk ruimtelijk is. „Dat heeft alles te maken met het drama van het schilderij. Een schilderij heeft de illusie van ruimte, maar je kunt die ruimte niet betreden. Vandaar dat som mige schilders, zoals Marien Schouten, een uitweg zoeken in de driedimensionaliteit." Wil je tenslotte iets vertellen over je eigen achtergrond? „Ik heb in Utrecht aan de kunst academie Theatervormgeving gestudeerd en daarna kunsteg- schiedenis aan de universiteit. Die studie was sterk historisch gericht. Mijn passie is de schil derkunst, maar ik ben ook sterk geïnteresseerd in de integratie van verschillende kunsten, de vermenging van disciplines, zo als in opera en theater. Ik ben voor de helft werkzaam als criti ca voor onder meer Metropolis M. In mijn artikelen ben ik vaak bezig om beeldende kunst in een ruim perspectief te plaatsen: fi losofie, religie, muziek, litera tuur. Voor de andere helft werk ik voor De Beyerd. De laatste ja ren organiseer ik steeds meer tentoonstellingen. 'Ver na Vermeer. Hedendaagse schilders in Nederland en Vlaan deren'. Werk van J.C.J. Vander- heyden, Lucassen, Toon Verhoef, Rob van Koningsbruggen, René Daniels, Mariene Dumas, Marien Schouten, Philip Akkerman, Mare Mulders, Hans Schuil, Marian Breedveld, Rob Birza, Hans Broek, Charlotte Schleiffert, Erik van Lieshout (Nederland) en Dan van Severen, Raoul de Keyser, Ka- rel Dierickx, Fred Bervoets, Thé van Bergen, Philippe Vanden- berg, Jan Fabre, LucTuymans, Be- noït (Van Innis), Sam Diilemans (Vlaanderen). In De Beyerd, Bo schstraat 22, Breda, open di. t/m vrij. 10.00-17.00 uur, zon- en feestdagen 13.00-17.00 uur. Te zien t/m 16 juni. Op zaterdag 18 mei (15.00 uur) vindt er in De Beyerd een ronde tafelgesprek plaats tussen enkele van de schilders. Het gesprek zal gaan over de rol van de schilder kunst in de jungle van de heden daagse beeldende kunst. De installatie die de Chinees Gu Dexin heeft gemaakt aan de voorzij de van de villa Klein Wolfslaar in Breda maakt van de aarde letterlijk een schuilplaats voor de kunst. Op de pasvlakte heeft hij een replica ge legd van de middenpartij van de sta tige, maar werkloze villa. Het prachtige huis zou een schitte rende plek voor de beeldende kunst kunnen zijn, maar helaas: het is het natuurlijke, maar lege middelpunt van een park dat tijdelijk vol van kunst is. De middenpartij van de vil la, dat zijn de drie dubbele deuren van het bordes en daarboven de drie dubbele ramen van het balkon. Gu Dexin heeft ze op schaal nagemaakt en op het gras gelegd, omgeven door een bed van vurig rode (plastic) an jers. Het effect is heel vervreemdend. De aarde heeft het aanzien van een woonhuis gekregen, het park is een schuilplaats geworden die zich aan ons oog onttrekt. Want het glas blijkt ^•egelglas te zijn dat onze blik on middellijk terugkaatst, de wijde he mel in. Wie toegang wil komt bedro gen uit. Daarbij, ramen die zo ter aarde liggen, openen niet maar slui- en af en hebben in die zin meer weg van een grafmonument. Bet werk van Gu Dexin zouden we ais metafoor kunnen beschouwen voor wat de openluchttentoonstelling van beeldende kunst in Wolfslaar be- t te zijn. Voor het vierde achter- envolgende jaar heeft de stichting undament in de open en vrij toegan- 5® i ^imte van Park Wolfslaar in eda een tentoonstelling van beel- en en installaties ingericht, dit maal onder de titel Shelter. Shelter (onder- beschutting! wil in een wereld van desoriëntatie en vervreemding, een wereld die door technologische ontwikkeling sneller verschuift dan het individu kan bijbenen, het ver langen aan de orde stellen naar be schutting. Een plek die rust geeft en tegelijk dat verlangen weer in twijfel trekt. Het huis als toevlucht tegen onveiligheid en als aanzet tot nieuwe onzekerheid. Want waar anders dan bij jezelf kun je nog zijn? Het is een vraag met een existentiële strekking die je in het proza dat de actuele kunst begeleidt op het ogenblik meer en meer tegenkomt. Het zal wel bij een eeuw horen die zich ten einde spoedt. Vanuit die ideologische stel- lingname is heeft de selectie voor de kunst plaats gevonden die deze zo mer Wolfslaar in bezit neemt. Een theoretische benadering als deze leidt vaak tot thematisering van kunst en vooral van tentoonstellin gen. Ideeën worden als een knellend en dwingend verband om de kunst werken heen gelegd en sturen de be leving veel te sterk een bepaalde rich ting uit. In vorige manifestaties in Wolfslaar was dat inderdaad het ge val. Het aardige van deze vierde afle vering is dat het thema Shelter, het onderdak, aansluit bij een natuurlij ke kwaliteit van beeldende kunst. Kunst neemt waar dan ook een plek in, werkt in samenhang met de ruim te eromheen, als het goed is. Wan trouwen past ten aanzien van beel dende kunst die overal hetzelfde is, die overal en dus nergens bestaat. Die straffeloos en zonder enige conse quentie op elke willekeurige plaats neergezet kan worden. In de actuele De installatie met spiegels en plastic anjers van Gu Dexin kunst gaan veel beelden en installa ties juist over de plek waar ze func tioneren. Willen bij de kijker een be wustzijn oproepen ten aanzien van de omgeving, zowel naar tijd, ruimte als naar mentaliteit. De tien kunstwerken die deze zomer Park Wolfslaar bezetten, stellen hun eigen plaats en onderdak aan de orde en daarmee ook het park. Wolfslaar is meer dan in voorgaande manifesta ties de hoofdpersoon. In de beschut ting van het park met zijn schitte rende en afwisselende ruimtes funge ren de meeste werken op een beschei den maar heel vanzelfsprekende ma nier. In harmonie met de omgeving, ondanks de verontrusting die sommi ge installaties wekken. De talrijke zwarte paraplu's die de Cubaan Ri- cardo Brey (Havana, 1955) omge keerd in een grote, rode beuk heeft gehangen beschermen niet meer, maar zijn een beeld van dood en drei ging geworden. Kadavers van veel te grote zwarte kraaien die meedogen loos overgeleverd aan weer en wind. Gu Dexin (Peking, 1962) confronteert de bezoeker met de schijn en leegte van wat zich aandient als een veilig huis. James Chapman (Londen, 1966) heeft FOTO ROLF TER VEER net als Gu Dexin en de Nederlander Job Koelewijn de aarde gebruikt als werkmateriaal. Heel poëtisch heeft hij de sterrenhemel in de aarde geïn jecteerd. Zes piepkleine kijkgaatjes in de grond waarvoor je als kijker let terlijk door de knieën moet. Het knielmatje ligt al klaar. Wat je ver wacht te zien is het binnenste van de aarde en in plaats daarvan krijg je een heldere blik op de sterren. Zes verschillende sterrenbeelden die ons voeren van die paar vierkante deci meter aarde naar de oneindigheid van het uitspansel. Waar we tijdens de wandeling door het park uit nieuwsgierigheid naar kunst (er staat ten slotte een bordje) door de knieën gaan, gaat onze verbeel ding de ruimte in en worden we heel klein. Kleiner kun je je als mens niet voe len. Wat Gu Dexin monumentaal en breedsprakig reali seert, roept Chap man op met kleine en intieme middelen die hun eigen grens eindeloos overschrij den. Job Koelewijn (Spakenburg, 1962) is een van de meest spraakmakende jonge kunstenaars van dit moment. Wat hij vooral probeert is een erva ring op te roepen, een zintuiglijke sensatie teweeg te brengen die een verhaal niet vertelt maar in ons be wustzijn oproept. Het materiaal dat hij gebruikt is uitermate particulier. Het is zijn eigen leven, zijn afkomst, zijn biografie die aangewend worden in een publieke installatie. Zijn parti culiere ingreep is meestal gebonden aan één moment, één plaats en de perceptie van de individuele toe schouwer. In objectieve, zakelijke, materiële zin is er bij hem soms niet eens sprake van een werk. In die heldere, symmetrische tuin aan de zijkant van Wolfslaar heeft hij in de grond een geluidsinstallatie ge stopt die het aangrijpende geluid van een schreeuwend kind voortbrengt. De bezoeker is in verwarring. Hij wordt er zich pijnlijk van bewust zich te bevinden in een ruimte waar hij iets dreigends hoort zonder dat hij iets anders ziet dan een oude, beslo ten tuin. De ruimte is bevangen met onraad maar voor het oog is er niks anders dan rust en beschutting. De tuin wordt opgeladen met het on zichtbare merkteken van de angst. Zoals hij hier de ruimte afbakent met geluid, zo realiseert hij op het ogen blik in het Stedelijk Mueum in Am- Door Frits de Coninck sterdam een ruimte met behulp van de geur van aftershave die zijn vader vroe ger gebruikte. Een plek uit zijn verle den wordt weer in het bewustzijn ge bracht met Fresh Up. Joep van Lieshout stelt de ervaring van architectuur aan de orde met een in stallatie die uit een lange polyester wand met hardhouten kozijnen en dubbel glas bestaat, en haaks daarop twee kleien wanden, een met een deur en een raam zonder glas en de ander met een dubbel venster met glas. Dat is het. Materieel heel duidelijk, heel concreet, zichtbaar aanwezig en toch ontbreekt er van alles. En juist dat wat er niet is, bepaalt onze beleving van wat er wel is. Architectuur be staat bij de gratie van een dak, de af sluiting en vervollediging van een ruimte die met de wanden begint. Wat zijn wanden, hoe perfect ze er ook uitzien, als er geen dak is? In wat voor ruimte precies bevinden we ons als we wel een deur kunnen openen, de vensters kunnen sluiten en we toch overgeleverd blijven aan iets waartegen we ons willen be schermen? Wat is dus binnen en wat is buiten? Die twee relatieve begrip pen blijken volkomen in elkaar op te gaan. Nergens blijk ik dus binnen te zijn en nergens onderdak. Wat blijft is het Park Wolfslaar en een boeiende tentoonstelling. Alhoewel, gezien de onverwachte en forse vermindering van subsidie door de gemeente Breda is dat ook niet helemaal zeker. Een inmiddels traditionele manifestatie met een dergelijke ambitie en capaci teit verdient beter. Park Wolfslaar is elke dag gratis toe gankelijk van 10 uur 's morgens tot 6 uur 's avonds. Shelter duurt tot 7 juli.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 25