AGEN
5°.°
475
10?
5°.°
Prinses Margriet bij opening van Holland Festival
Nieuwe energieke
danstaal van een
duivelskunstenaar
In de beschutting
van Park Wolfslaar
c Bakker
IJGEN
MEER DAN
NDTIJD.
Holland Festival pakt uit met choreograaf William Forsythe
deStem
ZUKI SPECIALIST
3EDRIJF F. KOENS
mei
rijk zijn.
69.5
10°."
valiteitsverschil
GROTE GIDS
E3
fitara
brio
'50.-
Suzuki Samurai
Cabrio de Luxe
1995
25.750.-
Micra
1993
750.-
Suzuki Alto GLX
7.250.-
irry bus
'50--
Suzuki Swift
17.995.-
Autobedrijf
Tholen B.V.
WEL IN DE KRANT.
1 J Ir o is eenzaam, maar ook vrij
I Zijn eerste werken waren
i agressieve, rauwe, uiterst
knap geconstrueerde mini-
dansdrama's die zelfs nog
de liefde gingen. Say
|Bje Bye uit 1980 was een
I nihilistisch popdocument
I over een verloren samenle
ving dat op het publiek een
wurgende uitwerking had.
Maar na 1983 ruilde hij de
heftige emoties van zijn
vroege werk in voor een
Ivan alle logica ontdane,
i j meer onpersoonlijke stijl.
.Mijn balletten zijn be
doeld om naar te kijken,
niet om te begrijpen", her
haalde hij sindsdien veel-
Ivuldig.
Natuurlijk
Kijkgaatjes
IN BEELD
Hr
Concreet
1996
X 52
rbloeiers altijd goed
terp geprijsd.
VRIJDAG 17 MEI 1996
wart, met
dlap dak
5-deurs
b.j. 1989
(en, wit
1994
1000 (C, bj. 1995
rood, 5-drs.
maanden tot 1 jaar garantie
Ien financiering mogelijk,
ringen en al uw reparaties bij
20a - Roosendaal - 0165-537687 l
.OT.S.
Cabrio autom.
age
;L autom., 4-drs.
i16V
5-drs.
.e.
5-drs.
5-drs.
LPG
urbo Diesel
ifdak, alarm
GLX 5-drs. LPG
ABS, airbag
-drs.
I6V 3-drs.
esel 4-drs.
bupé autom.
6V 3-drs.
drs.
Sedan
T 5-drs. LPG
•drs.
pé opt. f
•drs.
•drs.
3-drs.
oupé LPG
,PG
Irs.
2.3 aut.
5-drs.
2.3
00 Intruder
000
GT turbo opties
drs.
grijs met.
beige
104 000 km
161.000 km
67000 km
72.000 km
23.000 km
15.000 km
23.000 km
127.000 km
129.000 km
106.000 km
18.000 km
213.000 km
83.000 km
157.000 km
106.000 km
94.000 km
63.000 km
124.000 km
144.000 km
101.500 km
122.000 km
177.000 km
wit/rood
rood
groen
zwart m.
217.000 km
134.000 km
98.000 km
75.000 km
16.708 mis
90.000 km
8.700 km
'91 17.500/
'87 11.950.-
'91 32.850.-
'90 15.950/
'91 13.950.-
'92 1 9.850-
'90 15.950-
'93 22.950-
'86 4.500.-
'90 7.250.-
'92 13.850/
'94 28.750.-
'95 29-950.-
'91 14.950/
'92 27.500-
'92 21.950.-
'93 14.750.-
'87 1 6.900-
'93 26.950/
'89 25.900-
'93 45.950.-
'89 9.950.-
'93 18.500/
'88 9.750.-
'87 9.500.-
'95 21.500-
'89 10.250/
'87 8.750.-
'94 29.950.-
'90 11.950-
'82 14.950.-
'86 6.750/
'89 9.850/
•91 22.950/
•94 56.950/
■87 71.950/
'86 9.500/
'91 29.950/
'90 26.950/
'93 49.950/
'87 16.950/
■94 62.500/
'91 14.750/
O.iuunill v An
35.000 km '93 25.500/
184.000 km '87 11. JJ'
98.000 km '89 17*
onze voorraad.
ts een greep uit
ip Zoom
Off. Lancia-dealer
Noordzijde Haven 48-50
4611 GT Bergen op Zoom
Tel.: 0164-233 880
Fay 0164-238 336
ezien als een deel van 't dagelijks nietig
dan ook nog boeiend is, kan een adve
ir^^jtaendin^jn^^eb^^^Jj'
1 9
Margriet en mr. Pieter van
zijn vrijdag 31 mei in
Muziektheater in Amsterdam
lyezig bij de opening van het Hol-
Festival. Het festival wordt geo-
j met een voorstelling door het
erlands Dans Theater met cho-
Irfafieën van William Forsythe en
van Paul Lightfoot en Jiri Kylian.
I Jiri Kylian creëert voor dit programma
lij t ^euw werk, getiteld Anna and
I ostriches (a true story). Het werk is gezet
op composities van Johann, Josef en
Eduard Strauss, en op muziek van Zbig-
niew Preisner uit de film Damage (1992).
De tweede wereldpremière is van Paul
Lightfoot, danser en choreograaf bij het
NDT, met als titel Start to Finish, een
choreografie voor acht dansers op ba
rokmuziek.
Het Nederlands Balletorkest, onder lei
ding van de Amerikaanse gastdirigent
Paul Connelly, begeleidt de voorstellin
gen. Als soliste treedt Nicoline Alt op in
het hoboconcert van Albinoni.
Het werk van choreograaf William For
sythe staat dit jaar centraal in het Hol
land Festival. Op het programma staan
de volgende voorstellingen:
Say bye-bye uit 1980 is hard en rauw van
beweging, met door merg en been snij
dende kreten en gillen van de dansers.
Licht amusement dat meteen een des
tructief element krijgt. Uitgevoerd door
het Nederlands Danstheater 1 in Mu
ziektheater Amsterdam: 31 mei, 2, 3 en 5
juni, 20.15 uur.
Artifact uit 1984: een verwrongen, sur
realistisch sprookje over mensen van de
ze tijd, met pandemoniumachtige bewe
gingsexplosies. Uitgevoerd door Het Na
tionale Ballet in het Muziektheater: 12,
13,14,15,17 en 19 juni, 20.15 uur.
Alie/Na(c)tion uit 1992: Verontrustende
opening met vallende dansers, een beeld
ontleend aan de film Alien, met een lich
te verwijzing naar waanzin en vreemde
lingenhaat, maar ook met klassieke pi
rouettes, bij muziek van o.a. Thom Wil-
lems. Uitgevoerd door het Ballett Frank
furt in het Koninklijk Theater Carré: 20,
21, 22 en 23 juni, 20.15 uur. Op 22 juni
met nabespreking William Forsythe.
Eidos: Telos uit 1994: computer en klok
ken op de speelvloer bepalen aanvanke
lijk de bewegingsstudies, maar het ein
digt in een choreografisch inferno, met
muziek van o.a. Thom Willems. Uitge
voerd door Ballett Frankfurt in het Mu
ziektheater: 27, 28 en 29 juni, 20.15 uur.
Het ontbreken van een klein detail is een
film van Raymond Gieling over de sa
menwerking tussen de Nederlandse
componist Thom Willems en choreograaf
William Forsythe. Nederlands Filmmu
seum, 13 tot en met 19 juni, dagelijks om
20.00 uur.
I Door Marjan Mes
I Het fascinerende van de balletten
van duivelskunstenaar William
I Forsythe is, dat hoewel ze (mis-
alleen over beweging
ze met hun grillige, ver
end grensoverschrijdende
I danspatronen de toeschouwer
I toch bij de keel grijpen. Precisie,
I timing, energie en licht (dat hij
zelf ontwerpt) spelen een dwin-
"ude rol bij deze Duitse Ameri-
an, die als geen ander de taal
i de moderne dans heeft ver-
Moment uit het dansdrama 'Say bye-bye' van Forsythe
William Forsythe: 'Ik ken geen regels en ik ken alle regels'.
FOTO ANDREAS PO H LM ANN
nieuwd. William Forsythe werd
in 1949 in New York geboren
waar hij ook zijn dansopleiding
kreeg. In Amerika kwam hij als
danser niet echt aan het werk en
vertrok daarom in 1973 naar Eu
ropa, waar hij bij het Stuttgarter
Ballett van John Cranko beland
de waar ook de Tsjech Jiri Kylian
danste. Die herkende als een van
de eersten Forsythes unieke ta
lent als choreograaf. Toen Kylian
in 1975 artistiek leider van het
Nederlands Danstheater was ge
worden, trok hij Forsythe al snel
aan als gastchoreograaf.
Zodoende is diens baanbrekende
werk al in een vroeg stadium in
ons land bekend geworden, ter
wijl hij met zijn eigen Ballett
Frankfurt (een muf provinciege
zelschap waarvan hij een gezel
schap van wereldnaam maakte)
al vele malen in het Holland Fes
tival opzien baarde. Balletten als
Artifact, Impressing the Czar,
Limb's Theorem en Behind the
China Dogs, radicaal anders dan
alle andere balletten, hebben in
Nederland grote indruk gemaakt,
hoewel er ook altijd boe-geroep
was.
Zwemmen
Hoewel Forsythe lang problemen
heeft gehad met het conservatie
ve publiek in Frankfurt, heeft hij
er nooit over geprakkizeerd om
terug te gaan naar New York. „In
New York is ballet big business.
Ik kan me niet voorstellen dat het
leuk is om als balletleider elke
avond naar een party of receptie
te gaan. Ik drink niet en voel me
ongemakkelijk op feestjes. Ik ben
een echte family-man. Ik leid een
echt dom leven in Frankfurt: sta
op, ga eerst zwemmen of trainen,
werk zeven of acht uur, ga naar
huis, ben bij mijn gezin en werk
nog wat thuis met vrienden of ga
lezen."
Hoewel beïnvloed door de geab
straheerde klassieke dans van
George Balanchine, door Merce
Cunningham, die op het toneel
verschillende dingen tegelijker
tijd liet plaatsvinden, en door de
Laban-techniek gaat het werk
van William Forsythe veel verder
dan dat van zijn voorgangers.
Hij onderzoekt voortdurend de
grenzen van de dans, waarbij zijn
vitale bewegingsidioom onuit
puttelijk lijkt en altijd volstrekt
onvoorspelbaar is. Zijn dansers
weet hij tot verbluffende presta
ties aan te zetten. Muziek van o.a.
Bach gebruikt hij in gedecon
strueerde fragmenten en verder
werkt hij nauw samen met de Ne
derlandse componist van elektro
nische muziek, Thom Willems.
Lichaamsdelen
De doorstromende vloed van
complexe, vaak messcherpe be
wegingen die onverwachts in een
pose kunnen bevriezen, de merk
waardige afwisseling van kracht
en plotselinge zwakheid, li
chaamsdelen die vanuit een to
taal beheerst lichaam afzonder
lijk kunnen bewegen; het is alle
maal even virtuoos, van een pure
schoonheid, maar vaak ook zeer
FOTO JORGE FATAUROS
verontrustend in zijn zeggings
kracht.
Forsythe's explosieve beweging
staal is overrompelend zonder
dat zij echt te duiden valt, hoewel
iedereen er zijn eigen associaties
bij kan hebben. Zelf ziet de cho
reograaf zijn werk vooral als 'vi
suele flitsen, opgebouwd uit mo
numentale sculpturen, uit objec
ten, als een wolk van dingen'.
De choreograaf onderzoekt het
functioneren van dans, los van
zijn psychologische ballast en
maakt daarbij gebruik van de
computer, die hij vaak de volgor
de en frequentie van elementen in
een dans laat vaststellen.
„Ik ben als een primitieve in
boorling: ik ken geen regels en ik
ken alle regels. In zeker opzicht
moet je volstrekt a-cultureel zijn.
Er is chaos die in de plaats is ge
komen van de natuur, de natuur
lijke ordening. De computer is
een hulpmiddel om de regels te
vergeten. Misschien zou je dat
postmodernisme kunnen noemen:
technologie gebruiken om kennis
te ontrafelen."
VERVOLG VAN VOORPAGINA
GROTE GIDS
Is er één kenmerk aan te wijzen
dat de schilders op deze tentoon
stelling gemeen hebben?
„Het enige wat deze schilders ge
meen hebben is de eigen weg die
zij gaan. De verschillen zijn to
taal. Kunstenaars zijn tegen
woordig eenzamer dan ooit,
maar tegelijkertijd heel vrij. Er
zijn geen vaste structuren meer.
Het spannende van deze tijd is
dat de kunst vogelvrij is. Wel
licht is er toch een overkoepelen
de eigenschap: de conceptuele
kunst op zich is weliswaar uitge
storven, maar sinsdien is alle
kunst in feite conceptueel gewor
den."
Het gaat de kunstenaar ook niet -
weer - om schoonheid?
„Of iets mooi of lelijk is, daar
gaat het niet om. De vraag is:
doet het werk je iets. Dat hoeft
niet alleen ontroering of verwon
dering te zijn. Het kan ook woede
zijn, of razernij. Het ergste wat
een kunstwerk kan oproepen is
onverschilligheid. Maar overi
gens is pure schoonheid helemaal
geen gepasseerd idee. Er hangen
hier bijvoorbeeld schilderijen
van Mare Mulders. Dat werk
draait om het erbarmen met het
lijden in de wereld. Karkassen,
bloedig neergeschoten dieren,
een afgesneden runderkop. Ter
compensatie schildert hij bloe
men, rozen, lelies, als troost."
Zijn er merkbare verschillen tus
sen hedendaagse schilders in Ne
derland en in Vlaanderen?.
„In België wordt in het algemeen
kleiner werk gemaakt dan in Ne
derland. Bovendien is het werk
meer literair geïnspireerd, Vla
mingen werken meer met taal en
tekst. In Nederland zijn de doe
ken groter en brutaler. De grote,
obsceen aandoende doeken van
Charlotte Schleiffert en Erik van
Lieshout zouden in België on
denkbaar zijn."
Wot geeft bij jou de doorslag bij
het beoordelen van een schilde
rij? Waaraan moet een goed
kunstwerk voldoen?
„Mijn beoordelingscriterium is
heel moeilijk onder woorden te
brengen. Ik moet in een kunst
werk iets herkennen van het
creatieve moment van de kunste
naar. Dat is een heel belangrijk
moment. Dat is namelijk het mo
ment waarop individuele ge-
waarwoordingen van de kunste
naar een universele dimensie
krijgen, iets van alle mensen, alle
tijden en alle volken. Het mo
ment waarin het indivuele sa
menvalt met het universele, dat
maakt iets voor mij tot goede
kunst. Ik kan me voorstellen dat
deze hedendaagse kunst voor
sommigen moeilijk toegankelijk
is. Maar geloof me, dit zijn alle
maal ernstige mensen, vol spiri
tualiteit. Al zou je dat misschien
niet denken bij iemand als Erik
van Lieshout met zijn grote kleu
rige kutten."
Watje nu zegt heeft ook te maken
met het schilderij van Lucassen,
waarop de schilder zichzelf af
beeldt met Van Gogh en Mond
riaan?
„Van Gogh en Mondriaan zijn
twee voorbeelden van grote kun-
stenaars, individuen die een ge
voelsmatige band hadden met
het universum, met de mensheid,
met iets veel groters dan zijzelf.
Maar ik heb dat schilderij van
Lucassen ook gekozen omdat het
de continuïteit in de hedendaag
se kunst illustreert, de traditie.
Er zijn tussen hedendaagse en
historische kunst veel meer over
komsten dan men vaak denkt.
Het traditionele realistische
schilderkunst bijvoorbeeld is een
complex begrip, vol raadsels en
verborgen mogelijkheden. Oude
schilders stelden hun werk vaak
vanuit de verbeelding samen, dus
eigenlijk conceptueel."
Hoe representatief is uiteindelijk
deze keuze voor de schilderkunst
van nu?
„Als tien andere mensen voor het
samenstellen van deze tentoon
stelling gevraagd waren, dan
zouden er natuurlijk verschillen
optreden, maar er zou toch een
'harde kern' zijn die in iedere se
lectie terugkomt.
Er is hier werk te zien dat nau
welijks nog een schilderij is.
Werk dat letterlijk ruimtelijk is.
„Dat heeft alles te maken met het
drama van het schilderij. Een
schilderij heeft de illusie van
ruimte, maar je kunt die ruimte
niet betreden. Vandaar dat som
mige schilders, zoals Marien
Schouten, een uitweg zoeken in
de driedimensionaliteit."
Wil je tenslotte iets vertellen over
je eigen achtergrond?
„Ik heb in Utrecht aan de kunst
academie Theatervormgeving
gestudeerd en daarna kunsteg-
schiedenis aan de universiteit.
Die studie was sterk historisch
gericht. Mijn passie is de schil
derkunst, maar ik ben ook sterk
geïnteresseerd in de integratie
van verschillende kunsten, de
vermenging van disciplines, zo
als in opera en theater. Ik ben
voor de helft werkzaam als criti
ca voor onder meer Metropolis
M. In mijn artikelen ben ik vaak
bezig om beeldende kunst in een
ruim perspectief te plaatsen: fi
losofie, religie, muziek, litera
tuur. Voor de andere helft werk
ik voor De Beyerd. De laatste ja
ren organiseer ik steeds meer
tentoonstellingen.
'Ver na Vermeer. Hedendaagse
schilders in Nederland en Vlaan
deren'. Werk van J.C.J. Vander-
heyden, Lucassen, Toon Verhoef,
Rob van Koningsbruggen, René
Daniels, Mariene Dumas, Marien
Schouten, Philip Akkerman, Mare
Mulders, Hans Schuil, Marian
Breedveld, Rob Birza, Hans
Broek, Charlotte Schleiffert, Erik
van Lieshout (Nederland) en Dan
van Severen, Raoul de Keyser, Ka-
rel Dierickx, Fred Bervoets, Thé
van Bergen, Philippe Vanden-
berg, Jan Fabre, LucTuymans, Be-
noït (Van Innis), Sam Diilemans
(Vlaanderen). In De Beyerd, Bo
schstraat 22, Breda, open di. t/m
vrij. 10.00-17.00 uur, zon- en
feestdagen 13.00-17.00 uur. Te
zien t/m 16 juni.
Op zaterdag 18 mei (15.00 uur)
vindt er in De Beyerd een ronde
tafelgesprek plaats tussen enkele
van de schilders. Het gesprek zal
gaan over de rol van de schilder
kunst in de jungle van de heden
daagse beeldende kunst.
De installatie die de Chinees Gu
Dexin heeft gemaakt aan de voorzij
de van de villa Klein Wolfslaar in
Breda maakt van de aarde letterlijk
een schuilplaats voor de kunst. Op de
pasvlakte heeft hij een replica ge
legd van de middenpartij van de sta
tige, maar werkloze villa.
Het prachtige huis zou een schitte
rende plek voor de beeldende kunst
kunnen zijn, maar helaas: het is het
natuurlijke, maar lege middelpunt
van een park dat tijdelijk vol van
kunst is. De middenpartij van de vil
la, dat zijn de drie dubbele deuren
van het bordes en daarboven de drie
dubbele ramen van het balkon. Gu
Dexin heeft ze op schaal nagemaakt
en op het gras gelegd, omgeven door
een bed van vurig rode (plastic) an
jers. Het effect is heel vervreemdend.
De aarde heeft het aanzien van een
woonhuis gekregen, het park is een
schuilplaats geworden die zich aan
ons oog onttrekt. Want het glas blijkt
^•egelglas te zijn dat onze blik on
middellijk terugkaatst, de wijde he
mel in. Wie toegang wil komt bedro
gen uit. Daarbij, ramen die zo ter
aarde liggen, openen niet maar slui-
en af en hebben in die zin meer weg
van een grafmonument.
Bet werk van Gu Dexin zouden we
ais metafoor kunnen beschouwen
voor wat de openluchttentoonstelling
van beeldende kunst in Wolfslaar be-
t te zijn. Voor het vierde achter-
envolgende jaar heeft de stichting
undament in de open en vrij toegan-
5® i ^imte van Park Wolfslaar in
eda een tentoonstelling van beel-
en en installaties ingericht, dit maal
onder de titel Shelter. Shelter (onder-
beschutting! wil in een wereld
van desoriëntatie en vervreemding,
een wereld die door technologische
ontwikkeling sneller verschuift dan
het individu kan bijbenen, het ver
langen aan de orde stellen naar be
schutting. Een plek die rust geeft en
tegelijk dat verlangen weer in twijfel
trekt. Het huis als toevlucht tegen
onveiligheid en als aanzet tot nieuwe
onzekerheid. Want waar anders dan
bij jezelf kun je nog zijn? Het is een
vraag met een existentiële strekking
die je in het proza dat de actuele
kunst begeleidt op het ogenblik meer
en meer tegenkomt. Het zal wel bij
een eeuw horen die zich ten einde
spoedt. Vanuit die ideologische stel-
lingname is heeft de selectie voor de
kunst plaats gevonden die deze zo
mer Wolfslaar in bezit neemt.
Een theoretische benadering als deze
leidt vaak tot thematisering van
kunst en vooral van tentoonstellin
gen. Ideeën worden als een knellend
en dwingend verband om de kunst
werken heen gelegd en sturen de be
leving veel te sterk een bepaalde rich
ting uit. In vorige manifestaties in
Wolfslaar was dat inderdaad het ge
val. Het aardige van deze vierde afle
vering is dat het thema Shelter, het
onderdak, aansluit bij een natuurlij
ke kwaliteit van beeldende kunst.
Kunst neemt waar dan ook een plek
in, werkt in samenhang met de ruim
te eromheen, als het goed is. Wan
trouwen past ten aanzien van beel
dende kunst die overal hetzelfde is,
die overal en dus nergens bestaat. Die
straffeloos en zonder enige conse
quentie op elke willekeurige plaats
neergezet kan worden. In de actuele
De installatie met spiegels en plastic anjers van Gu Dexin
kunst gaan veel beelden en installa
ties juist over de plek waar ze func
tioneren. Willen bij de kijker een be
wustzijn oproepen ten aanzien van de
omgeving, zowel naar tijd, ruimte als
naar mentaliteit.
De tien kunstwerken die deze zomer
Park Wolfslaar bezetten, stellen hun
eigen plaats en onderdak aan de orde
en daarmee ook het park. Wolfslaar
is meer dan in voorgaande manifesta
ties de hoofdpersoon. In de beschut
ting van het park met zijn schitte
rende en afwisselende ruimtes funge
ren de meeste werken op een beschei
den maar heel vanzelfsprekende ma
nier. In harmonie met de omgeving,
ondanks de verontrusting die sommi
ge installaties wekken. De talrijke
zwarte paraplu's die de Cubaan Ri-
cardo Brey (Havana, 1955) omge
keerd in een grote, rode beuk heeft
gehangen beschermen niet meer,
maar zijn een beeld van dood en drei
ging geworden. Kadavers van veel te
grote zwarte kraaien die meedogen
loos overgeleverd aan weer en wind.
Gu Dexin (Peking, 1962) confronteert
de bezoeker met de schijn en leegte
van wat zich aandient als een veilig
huis.
James Chapman (Londen, 1966) heeft
FOTO ROLF TER VEER
net als Gu Dexin en de Nederlander
Job Koelewijn de aarde gebruikt als
werkmateriaal. Heel poëtisch heeft
hij de sterrenhemel in de aarde geïn
jecteerd. Zes piepkleine kijkgaatjes
in de grond waarvoor je als kijker let
terlijk door de knieën moet. Het
knielmatje ligt al klaar. Wat je ver
wacht te zien is het binnenste van de
aarde en in plaats daarvan krijg je
een heldere blik op de sterren. Zes
verschillende sterrenbeelden die ons
voeren van die paar vierkante deci
meter aarde naar de oneindigheid
van het uitspansel.
Waar we tijdens de wandeling door
het park uit nieuwsgierigheid naar
kunst (er staat ten
slotte een bordje)
door de knieën gaan,
gaat onze verbeel
ding de ruimte in en
worden we heel
klein. Kleiner kun je
je als mens niet voe
len. Wat Gu Dexin
monumentaal en
breedsprakig reali
seert, roept Chap
man op met kleine en
intieme middelen die
hun eigen grens eindeloos overschrij
den.
Job Koelewijn (Spakenburg, 1962) is
een van de meest spraakmakende
jonge kunstenaars van dit moment.
Wat hij vooral probeert is een erva
ring op te roepen, een zintuiglijke
sensatie teweeg te brengen die een
verhaal niet vertelt maar in ons be
wustzijn oproept. Het materiaal dat
hij gebruikt is uitermate particulier.
Het is zijn eigen leven, zijn afkomst,
zijn biografie die aangewend worden
in een publieke installatie. Zijn parti
culiere ingreep is meestal gebonden
aan één moment, één plaats en de
perceptie van de individuele toe
schouwer. In objectieve, zakelijke,
materiële zin is er bij hem soms niet
eens sprake van een werk.
In die heldere, symmetrische tuin aan
de zijkant van Wolfslaar heeft hij in
de grond een geluidsinstallatie ge
stopt die het aangrijpende geluid van
een schreeuwend kind voortbrengt.
De bezoeker is in verwarring. Hij
wordt er zich pijnlijk van bewust zich
te bevinden in een ruimte waar hij
iets dreigends hoort zonder dat hij
iets anders ziet dan een oude, beslo
ten tuin. De ruimte is bevangen met
onraad maar voor het oog is er niks
anders dan rust en beschutting. De
tuin wordt opgeladen met het on
zichtbare merkteken van de angst.
Zoals hij hier de ruimte afbakent met
geluid, zo realiseert hij op het ogen
blik in het Stedelijk Mueum in Am-
Door Frits de Coninck
sterdam een ruimte
met behulp van de
geur van aftershave
die zijn vader vroe
ger gebruikte. Een
plek uit zijn verle
den wordt weer in
het bewustzijn ge
bracht met Fresh
Up.
Joep van Lieshout
stelt de ervaring van
architectuur aan de orde met een in
stallatie die uit een lange polyester
wand met hardhouten kozijnen en
dubbel glas bestaat, en haaks daarop
twee kleien wanden, een met een deur
en een raam zonder glas en de ander
met een dubbel venster met glas. Dat
is het. Materieel heel duidelijk, heel
concreet, zichtbaar aanwezig en toch
ontbreekt er van alles. En juist dat
wat er niet is, bepaalt onze beleving
van wat er wel is. Architectuur be
staat bij de gratie van een dak, de af
sluiting en vervollediging van een
ruimte die met de wanden begint.
Wat zijn wanden, hoe perfect ze er
ook uitzien, als er geen dak is?
In wat voor ruimte precies bevinden
we ons als we wel een deur kunnen
openen, de vensters kunnen sluiten
en we toch overgeleverd blijven aan
iets waartegen we ons willen be
schermen? Wat is dus binnen en wat
is buiten? Die twee relatieve begrip
pen blijken volkomen in elkaar op te
gaan. Nergens blijk ik dus binnen te
zijn en nergens onderdak. Wat blijft
is het Park Wolfslaar en een boeiende
tentoonstelling. Alhoewel, gezien de
onverwachte en forse vermindering
van subsidie door de gemeente Breda
is dat ook niet helemaal zeker. Een
inmiddels traditionele manifestatie
met een dergelijke ambitie en capaci
teit verdient beter.
Park Wolfslaar is elke dag gratis toe
gankelijk van 10 uur 's morgens tot 6
uur 's avonds. Shelter duurt tot 7 juli.