ouw
O"'
Oorzaken van de
toegenomen druk:
Zomaar een dag
uit het leven van
de bedrijfsarts
imunicatie
f personeel.
Iwerd
jverd
DE STEM
EXTRA
Btvptprqs.
ERHUURBEDRIJF
gHoekTel. 0115-442329
Iers
DONDERDAG 2 MEI 1996
-Introductie deskundigheidseisen: arbodien-
sten moeten voldoen aan eisen om een certifi
caat te krijgen om te mogen functioneren. Ge
volg: kleine organisaties of individuele huisart
sen hebben te weinig specialistische expertise
in huis over bijvoorbeeld hygiëne en veiligheid
en vallen af.
-Bedrijven betalen arbodiensten veelal per ver
richting in plaats van per werknemer. Gevolg:
kleine diensten redden het financieel niet en
slaan massaal aan het fuseren en clusteren.
-Afschaffen ziektewet: ziekteverzuim moet om
laag en dus wordt er strenger gecontroleerd en
gekeurd. Gevolg: belang werknemer in de knel,
vooral de werknemers waar 'iets' mee is.
Als ochtendmens ben ik vroeg op het werk.
Computer aanzetten, werkplan voor de dag
maken en voor het spreekuur nog wat admini
stratie doen. Vanochtend houd ik spreekuren,
de middag is voor overleg met PZ-chefs van
verschillende bedrijven, voorbereiding van een
periodiek onderzoek en het opzetten van een
risico-inventarisatie.
Cliënt A heeft een bedrijfsongeval gehad: ge
broken vinger en een open wond. De pijn was
inmiddels een stuk minder. Ter plekke via een
telefoontje met zijn baas geregeld dat hij toe
zichthoudend werk kreeg, waarbij hij zijn ge
zonde hand niet hoefde te gebruiken.
Meneer B is niet meer zo jong, een kwaal aan
zijn rechterhand. De medische mogelijkheden
zijn zeer beperkt. Hij realiseert zich dat hij zijn
werk als automonteur zo niet kan volhouden.
Er is al veel overlegd met zijn werkgever. Hij
kan een functie krijgen waarin hij meer met te
keningen en maatvoeringen aan de slag kan.
De heer C had met onze huisbezoekster afge
sproken vandaag het werk te hervatten, maar
achtte zich toch nog arbeidsongeschikt. Dus
moest hij langs komen. Hij kwam met een vaag
verhaal. Vorige maand was er ook al zoiets ge
weest. Ik peilde nog wat naar achterliggende
problemen: niets. Nee, deze man hoorde echt op
zijn werk bij zijn collega's. Daarmee heb ik niet
gezegd dat hij liegt over zijn gezondheid of dat
hij simuleert, je moet cliënten nooit bruskeren.
Je moet je als arts op je waarnemingen baseren.
Ik geef hem dus een briefje dat hij arbeidsge
schikt is. Hij is vervolgens toch naar zijn werk
gegaan.
Mevrouw D komt voor een aanstellingskeuring.
Ze blijkt via een uitzendbureau al vele maan
den bij de firma X. te werken. Het bevalt haar
prima als telefoniste. Ik ben, gezien haar func
tie, vooral geïnteresseerd in haar gehoor en
stressbestendigheid. Haar baas vond kennelijk
dat het al die maanden goed was verlopen, an
ders zat ze nu vast niet tegenover mij. Een kort
consult. Ik wens haar succes.
Een paar cliënten verder komt meneer E bin
nen. Nerveus, bedrukt. Oudere man. Zijn
vrouw is acuut opgenomen met kanker. Het le
ven zag er zo mooi uit. Nog een paar jaar voor
de vut. Hij is thuis gebleven. Duidelijk geheel
van slag en hij wil ook zo vaak mogelijk naar
het ziekenhuis. Nu is ze er nog Maar is hij
ziek? Nu wel, emotioneel duidelijk ingestort. Ik
informeer of ze op de zaak weten wat er speelt.
Tja, ze vonden het beroerd. De baas had hem
gebeld. Ik zal na zijn volgende bezoek bij zijn
baas en bij hem erop aandringen een regeling
te treffen voor meer vrije tijd. De arbeidsuren
kunnen bijvoorbeeld verschoven worden, hij
kan meer snipperen en ja, de werkgever zal ook
wat moeten doen. Hier kun je niet echt spreken
van een 'ziekte', maar meer van een sociaal
probleem. Een oplossing kan alleen gevonden
worden als zowel wex-knemer als werkgever
meewerken. Mijn rol is vooral een bemiddelen
de.
Tenslotte cliënt F. Hij is herstellend van een
rugprobleem. De tijd is rijp voor geleidelijke
terugkeer. We maken samen een tijdschema
voor de opbouw van het werk en tussentijds
komt hij terug om zo nodig het plan bij te stel
len. Het gesprek met de personeelschef over de
terugkeer van meneer F valt mefvat tegen. Het
is erg slap op de zaak, ze hebberral moeite om
'de gezonden' aan het werk te houden. Ik snap
dat best, maar zij wilden zo graag de ziekte-
duur verkorten en ik weet dat het na verloop
van tijd steeds moeilijker wordt om de stap
naar het werk weer te maken. Ze zullen hun
best doen
Bron: Arbodienst West-Brabant, 130 medewerkers van wie 27
bedrijfsartsen, te verzorgen werknemers: 70.000
Van onze verslaggeefster
Bergen op Zoom/Roosendaal -
Daar waar bedrijfsartsen
'oude stijl' moeite hebben met
hun strengere controlerende
rol, is de huidige generatie be
drijfsartsen overwegend posi
tief over de 'nieuwe zakelijk
heid' die zijn intrede deed bij
de arbodiensten. Die instel
lingen worden door werkge
vers onder andere ingehuurd
om ziekteverzuim te begelei
den (lees: beperken) en aan
stellingskeuringen te verrich
ten.
Dr. Ph. Koster van Groos uit Ber
gen op Zoom behoort tot de cate
gorie meer 'sociale' bedrijfsart
sen. Een paar maanden geleden
ging hij in de vut als 'manager
kwaliteit en ontwikkeling' van de
arbodienst West-Brabant. Vöör
zijn bedrijfsarts-periode was hij
tien jaar huisarts.
«Belangrijk onderdeel van het
werk van arbodiensten is om
werknemers die veel verzuimen,
te motiveren aan de slag te gaan.
Dat is niets nieuws, dat deden we
altijd al. Maar door individuali
sering en commercialisering van
de gehele maatschappij is de con
trolerende functie van de arbo
diensten toegenomen. Enerzijds
leidde dat tot een meer heldere en
zakelijke relatie tussen bedrijfs
artsen en bedrijven. Maar aan de
andere kant vind ik het heel jam
mer dat daardoor ook de nadruk
op een strengere controle is ko-
te liggen."
Koster van Groos kiest zijn woor
den zorgvuldig. Want ja, het ligt
natuurlijk allemaal gevoelig.
Sinds werkgevers een deel van
het ziekteverzuim zelf moesten
gaan betalen (vanaf 1 januari
1994: de eerste twee weken ver
zuim voor kleine bedrijven en de
^rste zes weken voor grote) wor
den sollicitanten 'met een vlekje'
massaal door werkgevers ge
weerd. Het aantal medische af
keuringen steeg eveneens fors.
Alleen, geen enkele arbodienst
l'Jkt iets met die harde cijfers van
net College van Toezicht op So
ma e Verzekeringen (CTSV) te
maken te hebben.
«Boeiende cijfers ja", zegt dr.
Koster van Groos. „Als ik naar
laatste twee jaar kijk, moet
vaststellen dat ik geen enkele
sollicitant heb afgekeurd. Mis
schien vallen die mensen al in het
'oortraject van een sollicitatie af
komen ze niet eens aan een
keuring toe."
Cijfers
B'j de arbodienst West-Brabant
Dr. C. Moelands, bedrijfsarts bij de Arbodienst West-Brabant en hoofd van de sector industrie, ziet voordelen aan een meer zakelijke
relatie tussen werkgevers en bedrijfsgezondheidsdiensten. foto de stem/ben steffen
ligt het afkeuringspercentage al
jaren op 0,5 zeggen C. Moelands
en F. van Geldere, beiden be
drijfsarts bij de Arbodienst West-
Brabant. „Wij hebben ons al vele
malen afgevraagd hoe het CTSV
aan het percentage van vijf komt.
In ieder geval niet bij ons van
daan. Als werkgevers mensen bij
ons aanbieden voor een keuring,
zitten die meestal al in het be
drijf, als tijdelijke kracht. Dan is
al bekend dat er medisch niets
met ze aan de hand is."
Een jaar of vijftien geleden kre
gen de arbodiensten nog 'van al
les'aangeboden. „Maar de laatste
jaren en zeker sinds 1 januari
1994 is dat drastisch veranderd.
Ook de verzuimcijfers zijn sinds
dien gedaald. Landelijk van tus
sen de zeven en acht procent naar
gemiddeld vijf procent nu. Dat
heeft vooral te maken met een
omslag in verantwoordelijk
heidsgevoel van het middenkader
in bedrijven. De directe chefs
moeten actiever in de gaten hou
den hoe het hun medewerkers
vergaat. Over de aard van de
klachten hoeven werknemers
niets aan hun werkgever te ver
tellen. Maar meestal doen ze dat
wel uit zichzelf."
Sommige werkgevers willen dat
er op de eerste dag een controleur
(meestal een verpleegkundige
van de arbodienst) op de stoep
staat, bij andere gebeurt dat pas
na een week. „Dat is afhankelijk
van het contract wat we met een
bedrijf afsluiten", zegt Moelands.
„Daarin moeten wij een balans
zien te vinden tussen het belang
van de werkgever aan de ene kant
en het belang van de werknemer
anderzijds."
Zowel de werkgever als de werk
nemer wordt door de arbodienst
als cliënt beschouwd, alleen de
laatste rammelt niet met de geld
buidel. Is het niet zo dat het be
lang van de werknemer steeds
meer in de knel komt door de
meer zakelijke verhouding tussen
arbodiensten en bedrijven? Arbo
diensten worden tegenwoordig
immers per verrichting betaald
en krijgen in veel mindere mate
een vast bedrag per werknemer.
Anders geformuleerd: bezwijken
bedrijfsartsen voor de dreiging
van bedrijven naar een andere
arbo-club te stappen, als de uit
komst van een periodiek onder
zoek, een medische controle of
een aanstellingskeuring hen niet
bevalt?„Nee, zo werkt dat dus
niet", zegt F. van Geldere, be
drijfsarts en coördinator indivi
duele dienstverlening bij de
West-Brabantse arbodienst.
„Een werkgever volgt onze ad
viezen op omdat hij ervoor be
taald heeft. Het betalen voor be
paalde verrichtingen verhoogt
juist de betrokkenheid van de
werkgever. Als een werkgever het
echt te bont maakt, stoten wij ze
zelfs af als klant." Maar dat kost
toch geld? „Inderdaad, maar der
gelijk slechte werkgevers tref je
zelden aan hoor. Ik herinner me
er enkelen... en daar was wel een
grote bij, ja."
Softies
Namen van 'slechte' en 'goeie' be
drijven noemen de artsen uiter
aard niet. Uit de school klappen
over cliënten is not done. Duide
lijk is in ieder geval dat de arbo
dienst - wil hij financieel overle
ven - moet zorgen voor een goed
contact met de directie van een
bedrijf.
En dat kan alleen met 'de juiste
man op de juiste plek'. „Bedrijfs
culturen kunnen nogal verschil
len", stelt dr. C. Moelands, hoofd
van de sector industrie bij de
West-Brabantse arbodienst, een
beetje droogjes vast. Dus de sof
ties gaan naar de gemeentehuizen
en de hard-liners naar het me
taalbedrijf? „Dat zijn uw woor
den, maar we houden inderdaad
rekening met de cultuur in een
bepaald bedrijf en de persoon
lijkheid van een bedrijfsarts. De
strengheid, of liever gezegd de
mate waarin de vrijblijvendheid
van controles en keuringen is af
genomen, hangt mede af van de
contacten en contracten met de
werkgever. Dat lijkt me logisch."
Arbeidsomstandigheden
Arbodiensten doen naast aanstel
lingskeuringen en periodieke on
derzoeken, ook de controle op ar
beidsomstandigheden. Volgens
de Bergse oud-bedrijfsarts Kos
ter van Groos verdwijnt door de
laatste wetgevingsperikelen juist
datgene naar de achtergrond wat
het werk als bedrijfsarts zo leuk
maakt: de preventie. „Het voor
komen dat mensen door slechte
werkomstandigheden ziek wor
den. Hulpmiddelen bedenken
waardoor werknemers beter kun
nen functioneren. Gehoorbe-
schermers, zonneschermen, voet
steunen. Maar ook het maken van
risico-inventarisaties voor be
drijven bijvoorbeeld."
Koster van Groos heeft signalen
dat bedrijven toch weer meer oog
krijgen voor arbeidsomstandig
heden. „Sinds 1994 konden we
onze veiligheidsdeskundigen
nauwelijks aan het werk houden.
Er was geen vraag meer naar risi
co-inventarisaties of naar toxi
sche stoffenbeleid. Maar dat
trekt nu weer aan, vooral vanwe
ge de wettelijke verplichting voor
zo'n inventarisatie. We zitten in
een overgangsfase denk ik. Werk
gevers gaan ongetwijfeld weer
inzien dat ziekteverzuim ook heel
duidelijk met arbeidsomstandig
heden te maken heeft."
De bedrijfsarts
moet balanceren
foto de stem/dick de boer
De druk op bedrijfsart
sen neemt toe. A: om zie
ke mensen zo snel moge
lijk weer naar het werk
te sturen en B: om niet-
honderd procent gezonde
sollicitanten af te keuren.
De toegenomen druk
wordt toegeschreven aan
de introductie van de
wulbz, de wet op het uit
betalen van het loon bij
ziekte. Deze wet vervangt
per 1 maart van dit jaar
de oude ziektewet, die
voor werkgevers aanzien
lijk goedkoper was om
dat de bedrijfsverenigin
gen voor het doorbetalen
van de zieke werknemers
opdraaiden.
De druk, de economische
druk welteverstaan,
neemt dus toe. Tegen
standers van de wetswij
ziging voorspelden het.
De top van de arbo-
wereld bevestigt het. Ver-
zekeringsgeleerden wis
ten het allang: de onaf
hankelijkheid van de ar-
bo-dokter is sinds de eer
ste wijziging in de ziekte
wet op 1 januari 1994 in
het gedrang.
Maar wat vindt de dokter
er zelf van? Wordt het be
roep van bedrijfsarts, als
het belang van de werk
nemer steeds meer in de
knel komt, niet onaange
naam veel dualistischer?
Dr. Ph. Koster van Groos, oud-bedrijfsarts met lange huisartsenervaring.