3;
I
Speel nooit met vreemde honden
Duizenden mensen lijden
aan chronische moeheid
X
psychologe Martine Delfos schrijft handboek over ontwikkeling van kinderen
Sterilisatie vrouwen
niet zo onfeilbaar
Ernstige spierziekte
vroeg op te sporen
bij ongeboren kind
m
49
MAMA
Moeke
Onderzoekster: 'Test voor
hyperventilatie deugt niet'
Sanex
Douchegel
250 ml
Gloria
Vanderbilt
Eau de toilette
Ivapo 15 ml
Karei
DE STEM
LIJF LEVEN
E2
Advertentie geldig vanaf
24.4.96 t/rn 7„ 5.96
zolang da voorraad strekt.
Prijswijzigingen voorbehouden.
'.'•V/iïW
\v*v
i" uw MOEDERDAGWENSEN.
3TW.
Voor de allerliefste
een grote bos bloemen van
model B met foto
1 x 40 mm 40.-
Jansen
Vanavond kook ik
Willem
model D zonder foto
1 x 20 mm 17.50
Antwoordnummer 10225,
a plakken. Vanwege het lage
de betaling kunt u een
bf girobetaalkaart bijsluiten
Kruis het gewenste model
aan en vergeet niet de foto
eventueel bij te sluiten
I
gebruik van onderstaande
Telnr.:
:ijn/haar bank-/girorekening
het een kwestie van
opVOeding en omstandig-
ieden dat jongens vaker
lan meisjes op het crimi-
lelepad gaan? Of is het
n(je baarmoeder al be-
WOENSDAG 1 MEI 1996
net
Delfos. „Meisjes zijn over
iet algemeen beter be-
;tand tegen stress en
»]n.
'Jongens zijn het
kwetsbare geslacht'
loof
Mick Salet
Het is een risicofactor om als
pngen geboren te worden."
/oor psychologe Martine Delfos,
aar, is het een simpel somme-
Jongens hebben meer stoor
den dan meisjes en gaan eerder
Dus is het een risico om als
jongen geboren te worden,
tfartine Delfos heeft alle risico's
,n een rijtje gezet in een nieuw
iaslagwerk over de normale en
.«stoorde ontwikkeling van kin
deren. De titel: Kinderen in ont
wikkeling. Een handboek voor
eerkrachten, maatschappelijk
werkers, psychologen en andere
nilpverleners.
Het is heel normaal dat ouders
:ich zorgen maken over de ont
wikkeling van hun kinderen. Dat
tbben ze altijd al gedaan. Dat
jjort bij het ouderschap. Je leest
chter steeds vaker dat ouders er
éeite mee hebben dat hun kind
ét vóór loopt in ontwikkeling,
i int zo?
,jk denk het wel. Ouders willen
feeds meer scoren met hun kind.
Rat is niet goed. Ouders moeten
>ijn kind de kans geven zich in
:én eigen tempo en op een eigen
nanier te ontwikkelen. Dat is de
leste weg. Want stel nou dat je
w alles doet om een kind eerder
leren lopen of lezen dan leef-
ijdgenootjes? Dan is dat kind
daar zó mee bezig, dat het niet
rustig de tijd heeft voor de dingen
waar het eigenlijk aan toe is. Dat
is schadelijk. En die voorsprong
met lopen of lezen? Die verdwijnt
uiteindelijk toch weer. Kinderen
die éven voor lijken te liggen,
worden na verloop van tijd inge-
ïaald door de rest. Het is niet
rerstandig om kinderen eenzijdig
;e trainen. Ze leren het toch wel.
irzit een soort innerlijke klok in.
.aat kinderen daarom doen waar
:e aan toe zijn. Daar genieten ze
iok het meest van."
,Dat geldt niet alleen voor kleine
anderen, maar ook voor grote
onderen. Pubers bijvoorbeeld,
lie kun je wel vertellen hoe de
wereld in elkaar zit, maar dat
willen ze helemaal niet van een
rplwassene horen. Dat willen ze
telf ontdekken. Laat ze. Dat
ïoort bij de leeftijd. Dat hoort bij
de normale ontwikkeling.
Vaar ligt de grens tussen norma
le en verstoorde ontwikkeling?
De meeste mensen weten wel dat
neuters en pubers erg eigenwijs
m lastig kunnen zijn, maar wan-
Psychologe Martine Delfos: 'Het is een risicofactor om als jongen geboren te worden.'
neer noem je lastig gedrag nou
een gedragsstoornis?
„Die scheidslijn is heel moeilijk
te trekken. Ik spreek van een
stoornis als een kind iets in aan
leg heeft. Autisme bijvoorbeeld.
Dat heeft een kind in aanleg. Dat
komt van binnenuit. Maar het is
vaak moeilijk om te zien of ge
dragsproblemen nou van binnen
uit komen öf door invloeden van
buitenaf. Neem bijvoorbeeld een
kind dat hyperactief is en zich
moeilijk kan concentreren. Dat
gedrag zie je niet alleen bij kin
deren die in aanleg zo zijn, maar
ook bij kinderen met een struc
tuurloze opvoeding in een slechte
omgeving. Aan de buitenkant zie
je dan niet meteen of het om een
kind met ADHD gaat óf om een
kind dat slecht opgevoed is."
„Maar een moeder voélt dat ge
woon. Die wéét wel wanneer het
aangeboren is. Maar vaak durft
ze het niet te zeggen. Vooral niet
omdat ze steeds te horen krijgt
dat het aan haar ligt. Je doet dit
niet goed... Je doet dat verkeerd...
Ouders krijgen meestal meer kri
tiek dan steun vanuit de omge
ving. Als dan uiteindelijk blijkt
dat het ADHD is, een stoornis
van de rijping van het centrale
zenuwstelsel, dan is dat voor de
ouders een hele opluchting."
Hoor je momenteel niet iets te
vlug: 'het zal wel ADHD zijn'?
„Ja, van een extreem druk en im
pulsief kind wordt nu al gauw ge
zegd: het zal wel ADHD zijn. Het
is een beetje in de mode. Door al
le aandacht die het in de media
krijgt, denken mensen al gauw
dat élk druk kind met concentra
tieproblemen ADHD heeft. Die
diagnose is vaak fout. Als een
kind van 7 opeens druk en impul
sief wordt, dan is dat geen stoor
nis, dan is dat normaal. Kinderen
van die leeftijd worden nou een
maal drukker en agressiever."
In uw boek somt u een hele serie
stoornissen op die vaker bij jon
gens dan bij meisjes voorkomen.
ADHD, broekpoepen, criminali
teit, enzovoorts. U schrijft dat dit
niet zo verwonderlijk is als je be
seft dat elke baby in basisvorm
een vrouw is. Hoe bedoelt u dat?
„In de bijbel staat dat de vrouw
uit de rib van de man is gescha
pen, maar in werkelijkheid blijkt
de vrouw de basisvorm te zijn. In
de baarmoeder ontwikkelt de
foetus zich namelijk tot een
vrouw, ténzij er na enkele weken
een signaal van het xy-chromo-
soom komt dat het tot een kind
van het mannelijk geslacht ge
vormd moet worden. Dat bete
kent dus dat een ontwikkeling
die al in gang is gezet, dan van
koers moet veranderen. Wat
vrouw zou worden, wordt man.
Door die afgebogen ontwikkeling
wordt het mannelijk geslacht het
kwetsbare geslacht. Want jon
gens gaan eerder dood dan meis
jes. Jongens hebben meer stoor
nissen. Jongens lopen ook meer
risico in het ziekenhuis te worden
opgenomen of op een school voor
speciaal onderwijs terecht te ko-
En de oorzaak moeten we zoeken
in de baarmoeder?
FOTO'T STICHT
„Ja. De sekse van een kind kim je
beschouwen als een risicofactor.
Als meisje geboren worden is een
beschermende factor, als jongen
geboren worden is een risicofac
tor. Meisjes zijn over het alge
meen minder kwetsbaar dan jon
gens en beter bestand tegen stress
en pijn.
Het verschil tussen jongens en
meisjes ontstaat ook door een
verschillende rijping van de her
senen. Als je kijkt naar de herse
nen van jongens, dan zie je dat de
ontwikkeling van de rechterhelft
gestimuleerd wordt en de ont
wikkeling van de linkerhelft ge
remd. In de linkerhelft zit de taal.
Jongens hebben dan ook vaker
taalstoornissen dan meisjes. In de
rechterhelft zit de creativiteit. Er
zijn dan ook meer mannelijke
dan vrouwelijke componisten."
„Jongens en meisjes zien er niet
alleen verschillend uit, ze zijn
van binnen ook niet gelijk. Jon
gens hebben vaker last van naar
buiten gericht agressief gedrag.
Meisjes hebben vaker last van
naar binnen gericht verlegen ge
drag. Bij meisjes zie je vaker
angststoornissen, bij jongens va
ker criminaliteit."
En de trend dat meisjes steeds
crimineler worden?
„Meisjes halen de jongens nooit
in. Het wordt nooit gelijk. Dat is
een kwestie van hormonen. Hoe
meer testosteron, hoe meer agres
sie, hoe meer daadkracht. Omdat
mannen nou eenmaal meer
testosteron produceren, zullen ze
altijd agressiever en daadkrach
tiger dan vrouwen zijn. In een
moeilijke situatie zal een man
eerder iets doén, terwijl een
vrouw eerder hulp inschakelt.
Die neiging zit er gewoon in."
U schrijft dat het in geen enkele
cultuur gebruikelijk is dat de
man de kinderen opvoedt. Toch
zie je steeds meer mannen moed
eren. Heeft dat invloed op de ont
wikkeling van kinderen?
„Er zijn wel vaders die de opvoe
ding van de kinderen op zich ne
men, maar over het algemeen rust
de opvoeding toch nog op de
schouders van de vrouw. En ik
verwacht dat dit zo zal blijven. Al
denk ik niet dat je een fundamen
teel andere ontwikkeling krijgt
als kinderen door hun vader wor
den opgevoed. Het is wel zo dat
vaders anders opvoeden. Dat kun
je bijvoorbeeld zien aan de ma
nier waarop moeders en vaders
met hun kinderen spelen. Als een
vader en een moeder evenveel tijd
met hun kinderen spelen, dan
vinden de kinderen het spelen
met hun moeder vaak saai en het
spelen met hun vader juist span
nend. Omdat vaders dan van die
onvoorspelbare dingen doen."
Moet je die verschillen aanvaar
den? Moetje nietje best doen om
naar gelijkheid te streven?
„Ja, mannen moeten hun kinde
ren op kunnen voeden en vrou
wen moeten carrière kunnen ma
ken, maar je moet niet proberen
tegen de biologische stroom in te
emanciperen. Je moet met de bio
logische stroom méé. Verschillen
tussen man en vrouw zijn er, en
blijven er. Het is toch zo dat man
nen lichamelijk sterker zijn? Het
is toch zo dat mannen harder lo
pen en hoger springen dan vrou
wen? Waarom aanvaarden we
wel dat er lichamelijke verschil
len zijn, maar aanvaarden we
niet dat er psychologische ver
schillen zijn? Die zijn er namelijk
ook. Mannen willen doen. Vrou
wen willen praten..Vrouwen kun
nen vaak meerdere dingen tege
lijkertijd. Mannen kunnen zich
vaak op één ding concentreren.
Het is niet erg dat die verschillen
er zijn. Het wordt pas erg als het
ene minder gewaardeerd wordt
dan het andere. Het wordt pas
erg als er een stijd tussen de sek
sen van gemaakt wordt."
Martine Delfos, 'Kinderen in ont
wikkeling; stoornissen en belem
meringen', Swets Zeitlinger, Lis-
se, 1996, 59,50.
Washington (ap) - Sterilisatie
van vrouwen is nog altijd een
zeer effectieve anticonceptie
methode, maar niet zo onfeil
baar als tot nu toe werd aange
nomen. Uit een onderzoek van
de Amerikaanse pverheid blijkt
dat een op de vijftig vrouwen
die een sterilisatie-ingreep
hebben ondergaan, toch zwan
ger wordt.
Het risico op een zwangerschap
is hoger bij jonge vrouwen en
verschilt aanmerkelijk per ge
bruikte methode.
In de VS hebben ongeveer 10
miljoen vrouwen zich laten ste
riliseren. Het is daar de meest
gebruikte anticonceptiemethor
de. Tot nu toe gingen artsen er
op grond van beperkt en onvol
ledig onderzoek van uit dat ge
middeld een op de 250 sterili
saties mislukt.
Het nieuwe onderzoek, uitge
voerd door Centers for Desease
Control and Prevention (CDC),
heeft tien jaar lang 10.685
vrouwen gevolgd die een steri
lisatiebehandeling hadden on
dergaan. In deze periode wer
den 214 van hen zwanger.
Groningen (anp) - Nederlandse
onderzoekers hebben een manier
ontdekt om een veel voorkomen
de ernstige spierziekte waaraan
kinderen kunnen lijden, in een
vroeg stadium van de zwanger
schap op te sporen.
Bij deze ziekte, spinale spier-
atrofie (SMA), zijn bepaalde de
len van het ruggemerg ongenees
lijk aangetast. In het verloop er
van kunnen verlammingen op
treden en in ernstige gevallen
overlijdt het kind kort na de ge
boorte of binnen enkele jaren.
Door DNA-onderzoek is het nu
mogelijk om veelal met niet meer
dan een buisje bloed de diagnose
te stellen.
Ook kunnen ouders met een ver
hoogd risico op een kind met
SMA een vlokkentest laten doen
in de tiende week van de zwan
gerschap. Analyse van DNA van
het ongeboren kind geeft 99 pro
cent zekerheid dat het aan de
ziekte lijdt.
Door het zogenoemde DRA-on-
derzoek van drs. J.M. Cobben en
medewerkers hebben in Neder
land ouders met een verhoogd ri
sico op een kind met deze ziekte,
die graag kinderen willen, er een
keuzemogelijkheid bijgekregen.
Cobben promoveert vandaag op
dit onderzoek aan de Rijksuni
versiteit Groningen.
SMA is de op één na meest voor
komende ernstige spierziekte op
kinderleeftijd en een belangrijke
oorzaak van invaliditeit bij vol
wassenen. In milde gevallen
wordt de ziekte pas op volwas
sen leeftijd merkbaar, maar in
ernstiger gevallen sterft het kind
zeer jong of wordt het afhanke
lijk van de rolstoel.
De meeste vormen van de ziekte
zijn erfelijk. De ouders zijn dan
drager van de ziekte zonder dat
zij het zelf weten. Wanneer beide
ouders drager zijn is er 25 pro
cent kans dat hun kind dezelfde
vorm van SMA krijgt.
Amsterdam (anp) - De tot nu toe
meest gangbare hyperventilatie-
test deugt niet. Dat concludeert
H. Hornsveld, onderzoekster bij
het Academisch Medisch Cen
trum (AMC) in Amsterdam.
Bij hyperventilatie halen men
sen sneller of dieper adem dan
nodig is om in hun behoef te te
voorzien. Tot nu toe wordt aan
genomen dat daardoor de hoe
veelheid C02 in het bloed daalt.
Dat veroorzaakt allerlei klach
ten, bij voorbeeld tintelingen in
de handen en voeten, beven, dui
zeligheid en benauwdheid.
Om te kijken of patiënten last
hebben van hyperventilatie la
ten artsen ze in de regel een zo
geheten provocatie-test doen.
Daarbij moeten de patiënten
drie minuten lang hijgen. Krij
gen ze tijdens de test dezelfde
klachten als thuis dan hebben
die mensen inderdaad last van
hyperventilatie, luidt de stan
daard-conclusie.
AMC-onderzoekster Hornsveld
liet patiënten echter deze test
ook doen terwijl ze tijdens de
test kunstmatig extra C02 kre
gen bij-beademd, zodat de con
centratie in het bloed gelijk
bleef. Ook toen zeiden mensen
echter last te krijgen van de ge
bruikelijke klachten. Op basis
daarvan concludeert Hornsveld
dat de provocatie-test blijkbaar
niet altijd een goede diagnose
stelt.
Door drs. Jan Paalman
Hoeveel honden er in Nederland
rondlopen weet niemand - de
schattingen lopen uiteen van
een half tot anderhalf miljoen.
Maar dat ze kunnen bijten staat
vast. Ze bijten zo vaak dat het
wet eens in de krant komt, want
journalisten vinden 'hond bijt
man' geen nieuws, maar 'man
bijt hond' wel. Rare jongens die
journalisten. Jaarlijks laten
17.000 mensen zich voor een
hondenbeet in het ziekenhuis
behandelen en nog eens dertig-
buizend mensen vervoegen zich
hij de huisarts. Samen vijftig
duizend gebeten Nederlanders
per jaar.
In een op de drie gevallen blijkt
de gebetene het baasje zelf te
zijn. Daar zit een zekere recht
vaardigheid in.
Want nooit, nooit zal het baasje
toegeven dat zijn hond iets te
enthousiast, te springerig en
misschien wel een ietsie pietsie
'e bijterig is. En als het beest
toevallig toch eens toehapt dan
Wjg je bijna zonder uitzonde
ring te horen dat Wodan, Nero,
Killer of hoe het schatje ook
mag heten anders nooit zoiets
doet.
Opvallend is dat de eigenaar,
het baasje dus, een even groot
nsico loopt als een niet-honden-
bezitter. Driekwart van de
jlachtoffers is jonger dan dertig
jaar en vooral bij kinderen kan
een hondenbeet heel ernstig uit
pakken. Daarover verderop
meer.
0e daders zijn ook jong. Artsen
van de Eerste Hulp van het Til
burgse St. Elizabethziekenhuis
turfden in de jaren tachtig twee
laar achtereen het aantal bijt
enden en informeerden tevens
baar leeftijd, ras en geslacht van
de hond.
Tilburg telt 150.000 inwoners en
'8.000 honden, en in die twee
aar beten de Tilburgse honden
172 Tilburgse burgers het zie
kenhuis in. De dader was bijna
altijd jonger dan drie jaar en
drie keer vaker een reu dan een
teef. Dat klopt heel aardig met
andere binnen- en buitenlandse
gegevens. Op de Tilburgse lijst
van bijterige honden staat de
Duitse herder met stip boven
aan, op de voet gevolgd door de
bouvier en de hond van onbe
kend merk.
Niet helemaal eerlijk, want de
herdershond komt als meest ge
houden hond - een op de drie
honden is herdershond - vanzelf
bovenaan de lijst. Maar hij lijkt
ook naar verhouding meer te
bijten: van de gebeten Tilbur-
genaren was 30 procent gebeten
door een herdershond, terwijl
dit merk slechts
14 procent van
het Nederland
se hondenbe
stand uitmaakt.
In Amerika
geldt de her
dershond ook
als een grage
bijter en chirur
gen van het VU-
ziekenhuis in
Amsterdam
kwamen in
1990 tot dezelfde slotsom. Een
herdershond, zo beweren ze, bijt
anderhalve maal makkelijker
dan - u raadt het nooit - de pro
fessionele bijter bij uitstek: de
waak- en verdedigingshond. De
staande jachthond, van nature
een beroeps, hapt onverwacht
weinig naar mensen, minder dan
de waakhond en iets meer dan
een schoothondje. Aardhonden,
terriërs, zijn net zo erg als her
dershonden.
De meeste hondenbeten ont
staan, niemand weet waarom, 's
middags en in de vroege avond
uren. Verwondingen aan de
handen komen het meest voor,
dan volgen verwondingen aan
het gezicht en het been. In de
romp wordt zelden gebeten.
Maar kinderen worden heel
vaak, bijna altijd, in het gezicht
gebeten omdat ze klein zijn en
hun hoofd relatief groot. Vooral terlaat.
de uitstekende delen als oren,
neus en lippen moeten het dan
ontgelden.
Waarom beet het beest? De Til
burgse onderzoekers vroegen
aan de slachtoffers of ze achter
af een reden konden verzinnen
voor het gedrag van de hond. In
de helft van de gevallen bleek de
hond 'zomaar' te hebben gebe
ten, zodat de onderzoekers zich
aan het eind van hun verhaal af
vragen of honden, gezien hun
onvoorspelbaar gedrag, 'on
danks vele plezierige en positie
ve kanten' wel zo geschikt zijn
voor gezinnen met jonge kinde
ren. 'Misschien moet voor deze
gezinnen de aan
schaf van een
hond zelfs wor
den ontraden'.
In een recent ar
tikel in het Ne
derlands Tijd
schrift voor Ge
neeskunde doen
twee huisartsen,
R. en H. de Mel
ker, een aantal
aanbevelingen
om hondenbeten
te voorkomen: toon respect voor
de hond, ga niet ruw met hem
om, laat het dier met rust, speel
niet met vreemde honden en
haal ze niet aan, pak vechtende
honden bij hun achterpoten,
houdt honden aangelijnd en re
serveer een plaats voor de hond
waar hij zich terug kan trekken.
Allemaal regels die volgens hen
in een gezin met jonge kinderen
eenvoudig zijn uit te voeren.
De twee huisartsen doen ook een
poging om een eind te maken
aan een langdurige medische
controverse: wat is de beste be
handeling van een hondenbeet?
Een hondenbeet is een smerige
wond, zoveel is zeker. Doordat
hondentanden tegelijkertijd
pletten, kneuzen, scheuren en
snijden is de wond meestal rafe
lig, waardoor de wond slecht ge
neest en gemene littekens ach-
Bovendien is de wond altijd be
smet. Want aan die hondentan
den zitten de bacteriën marsbe-
reid te popelen om zegevierend
het slachtoffer binnen te trek
ken. Alle artsen zijn het er over
eens dat de behandeling moet
beginnen met een zogeheten
'wondtoilet', waarbij dode en
weinig levensvatbare stukjes
weefsel worden weggeknipt, het
vuil wordt uitgebruisd of met
een pincet verwijderd. Ze zijn
het er ook over eens dat het aan
gebeten lichaamsdeel moet wor
den stilgelegd (de arm in een mi
tella bijvoorbeeld) en dat een
spuitje tegen tetanus en (als het
heerst) hondsdolheid zin heeft.
Maar of het verstandig is om de
wond gelijk dicht te hechten,
daarover wordt al jarenlang ge
steggeld. Ook het toedienen van
antibiotica om een infectie te
voorkomen is al jarenlang on
derwerp van medische twist.
De beide De Melkers zochten al
le artikelen op die de afgelopen
twintig jaar in de vakbladen
over hondenbeten waren ge
schreven. Tien jaar geleden was
dat een maand werk, tegen
woordig laat je de computer
zoeken en ben je in een uurtje
klaar.
Uit de 464 gevonden artikelen
bleek dat het direct sluiten van
de wond niet leidt tot meer in
fecties. Je zou denken dat je op
die manier de bacteriën in het
lichaam opsluit, maar dat blijkt
dus erg mee te vallen. Het geven
van antibiotica zoals doxycycli-
ne heeft slechts beperkte waar
de. Om een geval van infectie te
voorkomen moet je, zo blijkt,
twintig anderen onnodig met
antibiotica behandelen. Anti
biotica hebben alleen zin bij
wonden aan de hand, bij diepe
wonden en wonden die ouder
zijn dan acht uur, en als de pa
tiënt om wat voor reden dan ook
weinig weerstand tegen infec
ties heeft.
Door dr. Jan Verhulst
Uit onderzoek blijkt dat de Nederlandse
huisartsen per jaar drie miljoen mensen op
hun spreekuur krijgen die klagen over ver
moeidheid. In meer dan negentig procent van
de gevallen kan de arts geen verklaring vin
den voor de klacht. Naar schatting lijden in
Nederland tussen de 15- en 20.000 mensen
aan 'chronische vermoeidheid'.
Als we de literatuur over dit verschijnsel be
kijken, valt op dat daarin de naam van dit
syndroom sterk varieert: sommige onderzoe
kers spreken dus van 'chronische vermoeid
heid', anderen van 'chronisch moeheids syn
droom (CMS), weer anderen bijvoorbeeld van
ME, wat staat voor myalgische encepha
lomyelitis. 'Myalgisch' heeft dan te maken
met de vaak optredende spierpijn, encepha
lomyelitis slaat op een veronderstelde ontste
king van het zenuwstelsel. Nog andere na
men voor hetzelfde beeld zijn: epidemische
neuromyasthenie, chronische mononucleosis
en fibromyalgie.
Het is altijd een slecht teken als een lichame
lijke of geestelijke aandoening steeds van
naam verandert. Dat betekent in de meeste
gevallen namelijk dat de desbetreffende aan
doening zich in het grote schemergebied tus
sen wetenschap en geloof bevindt. Daardoor
krijg je als het ware een kampvorming van
'gelovers' en 'niet-gelovers'.
Denk in dit verband bijvoorbeeld ook aan de
vele naamswisselingen van wat vroeger
M.B.D heette: eerst luidde de vertaling daar
voor 'minimal brain damage', toen 'minimal
brain disorder', vervolgens 'minimal brain
dysfunction'. En tegenwoordig spreekt men
liever van 'attention deficit/hyperactivity
disorder' (ADHD).
Al deze kreten slaan en sloegen op kinderen
die zich moeilijk en druk gedroegen en die
bovendien makkelijk afleidbaar waren.
Weer een ander voorbeeld betreft de omstre
den kreet MPS: multiple persoonlijkheids
stoornis, voorheen dissociatieve stoornis, nu
DIS, ofwel dissociatieve identiteitsstoornis.
Zoek het maar uit.
We kunnen uit die naamswisselingen in feite
maar één ding afleiden en dat is dat niemand
weet hoe de vork precies aan de steel zit. En
In Duitsland wordt ME ook wel het knock-out-syndroom genoemd.
FOTO KEES VAN DONGEN
dus krijg je inderdaad twee kampen die el
kaar te vuur en te zwaard bevechten.
Deze conclusie gaat zeker ook op voor het
verschijnsel van de chronische vermoeidheid.
Aan de ene kant de mensen die er vast van
overtuigd zijn dat chronische vermoeidheid
een échte ziekte of aandoening is, waarvoor
de artsen alleen geen geschikte diagnostische
middelen hebben. Met andere woorden: de
ziekte is er wel degelijk, maar de artsen kun
nen hem domweg niet vinden.
Aan de andere kant staan de sceptici, de on
derzoekers die inderdaad geen medische oor
zaak voor de vermoeidheid kunnen vinden en
die er daardoor toe neigen de klachten op te
vatten als een 'psychisch' verschijnsel. Dit tot
grote woede van de lijders aan deze vorm van
vermoeidheid, die zich daardoor namelijk
uitgemaakt voelen voor aanstellers, simulan
ten en neuroten.
De psychologen De Ridder en Heijmans zet
ten in een recent nummer van De Psycholoog
de zaken rondom het verschijnsel van de
chronische vermoeidheid op een rij. Ze ko
men dan tot de conclusie dat tot op heden nog
geen enkel onderzoek wijst op het bestaan
van een medische (lichamelijke) oorzaak. Wel
blijkt het zo te zijn dat mensen die klagen
over chronische vermoeidheid vaak depres
sief en/of angstig zijn. Oorzaak en gevolg zijn
daarbij overigens niet duidelijk: ben je moe
en word je daardoor depressief, of maakt je
depressie je moe?
Lijders aan chronische vermoeidheid blijken,
zoals gezegd, niets te moeten hebben van een
psychologische verklaring van hun klachten.
Volgens de genoemde psychologen is dat lo
gisch: de klachten komen namelijk het meest
voor bij mensen die voorheen een zeer actief
en arbeidzaam leven hebben geleid. Nu kun
nen ze opeens niets meer. Om zich te bescher
men tegen deze 'afgang' en tegen de gevoe
lens van minderwaardigheid, schaamte en
schuld, hebben ze een sterke behoefte aan
een medisch label voor hun ziekte. De behan
deling van patiënten die aan 'chronische
moeheid' lijden, dient dan ook op de eerste
plaats gericht te zijn op het opheffen van die
(vaak onbewuste) schaamte- en schuldgevoe
lens.