Blowen
tussenuur
r
CAFE
'De schoolleidingfieeft
er geen idee van
wat er allemaal gebeurt'
ter gaat
Is gaan
ïelpen
voor
ihuis
vieren
EXTRA
is museum
Jprijs
van Europa
WOENSDAG 24 APRIL 1996 D
1996 DEEL D
oemen en Marja
de in maart ver
zamelde verhalen
gen van hen zijn
veetal zonder enig
ertalingen moesten
de verhalen uit de
drukkelijk verzoek
h met en aangepast
bokovs verhalen, de
chenen.
inds de zomer op de
de vertalingen van
.kken van eerdere
•s
op de kwestie geen
l Ot
lands Fonds voor de
kans geven een lan-
gaat de films uitzen-
nkelijk van het resul-
t per film bekeken of
n de bioscoop zal wor-
iracht.
np) - De Raad van Eu-
t zijn museumprijs 1996
1 aan het Oostenrijks
'voor Toegepaste Kunst
1. Directeur Peter Noe-
de prijs in ontvangst ge
it handen van Leni Fi-
jorzitter van de Parle-
Assemblee van de Raad
ipa.
;um, gesticht in 1860, is-
I )88 en 1993 volledig ge-
;rd en opnieuw inge-
[ever is er daarmee in ge
en nieuw en veel jonger
.te trekken dan voorheen,
[won het Joods Historisch
in Amsterdam de Mu
is van de Raad van
bmroep zendt volgende
smma uit om geld in te
Jgs- en verblijfscentrum
|sah-ziekenhuis in Jeru-
l-uitzending komt vanaf de
Jast in Rotterdam.
I programma treden onder
In de Belgische artiest Hel-
ptti, de Amerikaanse zan-
Jddi Greene en de winnaars
pt Prinses Christina Con- I
ivoor jong muzikaal talent
Itie is een initiatief van de
lem Foundation Nederland
J-Metterdaad.
is de uitzending zullen een
l kunstenaars kunstwerken
n, die een plaats in het nieu-
htrum krijgen,
rijgt de naam Zichron Men-
t. Daar zullen jonge arabl'
|en joodse kankerpatiëntjes
ag onderwijs krijgen en nun
rs kunnen overnachten,
nieuwe onderkomen moe j
bieden aan de 120 tot la
tutjes die jaarlijks voor oe-
Jsling naar Jeruzalem ko-
iBert van Leeuwen presen-
1 het programma, dat om
I uur op Nederland 2 keg
drie delen op het sche
pool?*see
V0feTÖ*l.GAME
VI D60GAMC
IIneen gemiddelde middelbare schoolklas zitten zeven
I leerlingen die de afgelopen maand dronken of aange
schoten zijn geweest, luidt de eerste zin van een bro-
I chure van het Gelders Centrum voor Verslavingszorg.
Twee leerlingen drinken zich elke week een stuk in
de kraag. Drie leerlingen hebben het afgelopen half
I jaar softdrugs of xtc gebruikt. Dat leerlingen ook op
school gebruiken, weet de directie, of zij is er zich in
elk geval van bewust. Wanneer ouders zich bezorgd
tonen, is het vrijwel nooit over het alcoholgebruik,
vrijwel altijd over drugs. Ondertussen komen de
meeste leerlingen de schooljaren door zonder drugs.
Een blik in een, uiteraard niet gemiddelde, klas.
Door Ivo Postma
Ais de koffieshop aan de overkant is, wat doe je dan?
FOTO DIJKSTRA
Ie Tuschinsky viert vanat
in aantal activiteiten,
.e dirigent van het Tu®chlt"S(j
'heaterorkest dat in de J
de stomme films voor a
iding zorgde, geeft een a
serten. Op een aantal zond^
iden zal het nieuw j'
tercabaret LiLaLo vci
rang van de filmvoors
;e optredens verzorgen.
lede Wereldoorlog speeWe
it een grote rol in het theate
raden vooral joodse artiesten
Het huidige Tuschinsky-t
krijgt binnenkort ee
pbeurt en wordt fo^s zes
id. Het huidige aantal va
;n zal daarna op 19 kom
De schoolleiding heeft er
geen idee van wat hier
allemaal gebeurt", zegt
Krijn met een wetende,
ironische blik. De vijftienjarige
lijkt niet ontevreden over de uit
werking die zijn geheimzinnige
opmerking op de anderen heeft.
De anderen zijn twaalf jongens
en meisjes, net als Krijn leerlin
gen in de verschillende vierde
klassen van een middelbare
school. Ze kijken met een meng
sel van kritiek en schuchterheid
in zijn richting. Sommigen vin
den Krijn wel aardig maar ze
voelen een angstig soort respect
vanwege de verdovende middelen
en andere riskante zaken waar
hij zich mee bezighoudt.
Krijns opmerking klinkt nogal
provocerend voor de schoollei
ding, Hij suggereert dat het een
fluitje van een cent is al die zorg
zame volwassenen om de tuin te
leiden. De schoolleiding staat
niet paf. Zij weet al lang dat zij
niet alles weet, niet alles kan we
ten.
„De meeste ouders hebben al
geen idee wat hun kinderen alle
maal uitvoeren. Hoe zouden wij
als school het dan kunnen weten,
vraagt leerlingenbegeleider Ko-
nings, toch ietwat gestoken, zich
af.
Volgens Konings gaat het er de
school niet om precies te weten
wie er drinkt, wie er gebruikt en
hoeveel. „Dat is toch niet in kaart
te brengen", zegt hij. „Het is be
langrijker te zorgen dat ze zelf
standig hun houding leren bepa
len tegenover alles wat er op hen
af komt, dat ze zelf verantwoor
delijkheden aanvaarden en keu
zes maken."
Leskoffers
Drugs spelen een rol in en om de
school. Dat ontkent niemand
meer. De GGD's en de centra
voor verslavingszorg krijgen te
genwoordig zelfs al vragen uit
het basisonderwijs. Leskoffers
met preventief voorlichtingsma
teriaal zijn verkrijgbaar. Op en
kele tientallen basisscholen in
Gelderland wordt er al mee ge
werkt in de groepen zeven en
acht.
De leiding van deze instelling
voor voortgezet onderwijs wenst
het drugsgebruik niet als een geï
soleerd probleem te lijf te gaan.
In samenwerking met het Gelders
Centrum voor Verslavingszorg
(GCV) heeft de school een paar
jaar geleden het project 'Gezond
Leven' in het schoolwerkplan op
genomen. Dit project behelst een
'hele' benadering van jonge men
sen die bezig zijn kennis te ma
ken met van alles en nog wat.
Naast kennisverwerving ook
voorlichting over de actuele vra
gen des levens.
Konings, bevlogen: „Hoe sterk
moet je zijn om niet met je vrien
den mee te gaan naar de koffie
shop? Het is heel wat hoor wan
neer iemand van zestien voor
zichzelf begint te bepalen waar
hij of zij voor kiest."
Gabbers
Krijn heeft zijn keuze bepaald. Ja
tegen de drugs dus. Krijn is vijf
tien en blowt al twee jaar. Niet
alleen in zijn vrije tijd. Soms ook
op school, waar drugs en alcohol
pertinent verboden zijn, maar hij
zorgt wel dat het uit het zicht ge
beurt. Hij experimenteert met
zwaardere drugs en bezoekt af en
toe een houseparty. Hij behoort
tot het derde deel van de house-
gangers dat blijkens een onder
zoek ecstacy-pillen slikt.
Geldnood heeft Krijn al eens op
het dievenpad gebracht. Hij is
geen gabber of kaalkop en ziet er
ook niet zo uit. Toch heeft hij wel
eens omgang met het groepje lui
in trainingspakken dat vaak do
minant aanwezig is bij de hoofd
ingang en agressief is tegen kak
kers en alto's.
De vriend van Stefanie heeft een
keer zomaar een mep gekregen
van zo'n trainingspak toen ze sa
men door de stad liepen. Ze
gruwt van die lieden. „Er zitten
wel wat nazi's tussen", oordeelt
deskundige Krijn. „Maar de
meesten zijn gewoon gabbers.
Zeg maar vrienden."
Discipline
Krijn maakt een rustige zelfver
zekerde indruk. Hoewel een re
gelmatig gebruiker van verdo
vende middelen ziet hij er rede
lijk fris en samenhangend uit. „Je
moet er mee weten om te gaan. Je
moet discipline hebben", zegt hij.
Hij heeft een stevig postuur en
zijn smoelwerk straalt een zeker
evenwicht uit. De uitdrukking in
zijn ogen zegt dat hij inderdaad
weet heeft van zaken die voor de
meeste andere hier aanwezige
kinderen nog vreemd en ver zijn.
En zo is het ook. Neem nou Tho
mas. Heeft nog nooit een baantje
gehad. Zelfs over babysitten hoor
je hem niet praten. Wat zou Tho
mas met geld moeten? Een cd ko
pen misschien? „Ik koop nooit
wat", zegt hij. „Ik heb niks no
dig."
Of Femke en Annebel. Zij weten
dat hun klas heel wat gebruikers
van softdrugs telt. Eenderde,
schat Annebel. Het heeft volgens
haar en Femke weinig invloed op
de sfeer. Annebel zegt dat ze nog
nooit geblowd heeft. „Ik zou het
niet doen ook. Ook niet wanneer
ik het op school van iemand kon
krijgen. Ook niet wanneer ik het
kreeg aangeboden van een jongen
die ik aardig vind."
Nieuwsgierig
„Het is onzin om te praten over
aanbieden van softdrugs op
school", relativeert Marieke, de
enige niet-vierdeklasser in het
gezelschap. Zij zit erbij namens
de leerlingenraad. „Softdrugs,
daar wordt niet in gedeald. Die
kun je zo krijgen in de koffie
shop, driehonderd meter verder
op." Maar sommigen hebben an
dere ervaringen. „Ik weet dat je
bij bepaalde jongens op school
spul kunt kopen", zegt Maurits,
een jongen met een kinderlijk ge
zicht die niet de indruk wekt dat
hij na school aan een joint toe is.
Femke en Annebel zeggen wel
nieuwsgierig te zijn hoe het is als
je een trekje neemt van een stic
kie. „Ik zal het wel eens probe
ren", zegt Femke, „maar niet nu.
Later."
Experimenteren dus. Volgens
leerlingbegeleider Konings zijn
er in deze leeftijdsgroep meer die
daaraan denken. „Voor de duide
lijkheid", zegt Jan Bouwens, pre
ventiewerker jongeren van het
GCV, „het gros blowt niet. Wat
vooral is toegenomen, dat is de
hoeveelheid mensen die het voor
de eerste keer doen."
Volgens Bouwens worden deze
experimenteerders die het vaak
bij een keertje laten, vaak op een
hoop gegooid met verslaafden.
Bij het GCV weten ze hoe groot
de verschillen zijn. Het centrum
heeft ook te maken met wat Bou
wens noemt 'extreme groepen
jongeren' die in vele opzichten
verder gaan dan hun leeftijdge
noten, ook op het gebied van van
dalisme, geweldpleging en onvei
lig vrijen. „Dit soort groepjes
staat op de duur wel alleen", al
dus Bouwens. „Ze worden geïso
leerd door dé rest."- Dat is wat er
op deze school gebeurt. „Er
wordt bij ons keihard tegen die
lui ingegaan", zegt een vurige Jo
se. „Dat gaat zo van: 'Zit je nou
nog steeds op deze school? Dan
wordt het de hoogste tijd dat je
eens opkrast.'"
Ouders zijn vreselijk bang voor
drugs, terwijl het gebruik van al
cohol - volgens het Nibud num
mer een op de bestedingslijst van
de jeugd - hun veel minder zor
gen lijkt te baren.
Klassementor Yvonne Nagtzaam
had nog nooit iets in haar klas ge
merkt toen enkele verontruste
ouders haar dringend verzochten
iets te doen aan het drugspro
bleem in haar klas.
„De resultaten van de leerlingen
waren redelijk en de sfeer was
goed. Het was in alle opzichten
een leuke en aardige klas", ver
telt ze. „Toen kreeg ik de signalen
van die ouders. Er zou in de tus
senuren geblowd worden en hun
kinderen zouden daar last van
hebben."
Volgens Konings bestond het
probleem van die kinderen hier
in, dat ze eigenlijk niet mee wil
den blowen, maar niet nee durf
den te zeggen omdat ze bang wa
ren er niet bij te horen.
Conrector Everts heeft de indruk
dat dat iets was van die kinderen
zelf. „Niemand dwong hen, maar
ze waren bang niet mee te doen.
Juist de verlegen en meer terug
getrokken leerling reageert zo."
Opluchting
Klassementor Nagtzaam belegde
een speciale ouderavond. Ze her
innert zich dat angst en geheim
zinnigheid er een grote rol speel
den. Iedereen was bang namen te
noemen, want ouders bleken be
zorgd dat hun kind daar weer na
re gevolgen van zou ondervin
den."
Met de namen die desondanks
boven water kwamen ging Nagt
zaam terug naar haar pupillen.
„Ik heb hen voor de keus gesteld.
Of je gaat'zelf met je ouders pra
ten of ik doe het. Een paar ont
kenden dat ze geblowd hadden.
Een aantal wilde er wel met hun
ouders over praten. Anderen wil
den dat niet. Ze vonden het on
eerlijk van mij. Ze vonden dat ik
hen niet echt vrij liet omdat ik
hun ouders anders zou verwitti
gen."
Nu de gesprekken tussen ouders
en blowende kinderen op gang
zijn gekomen, zegt Nagtzaam dat
ze niets meer aan de zaak doet.
Ze merkt wel dat het praten over
de kwestie een enorme opluch
ting teweeg heeft gebracht, met
name voor een van de betrokke
nen, een gebruiker. „Hij wilde er
eigenlijk mee stoppen, maar kon
geen kant op. Op dit niveau zijn
de klassen nog niet gesplitst. Ze
zitten de hele dag bij elkaar. Het
aan het licht komen van zijn si
tuatie is thuis met enorme emo
ties gepaard gegaan. Hij bloeit nu
weer helemaal op."
Vader en zoon
Voor Agnes, die met haar aanste
kelijke open glimlach een beetje
aan het Zeeuwse botermeisje
doet denken, is de drugsscene een
ver-van-mijn-bedshow. Het mag
om haar heen desnoods wemelen
van de wiet, zij voelt zich niet
aangetrokken tot de blowbare
genotmiddelen.
„Ik heb niet de minste behoefte
aan drugs. Ik vind het nergens
voor nodig en ik ben ook niet van
plan er in de toekomst gebruik
van te maken."
Agnes staat heel ver van het we
reldje van Krijn af. Het geld dat
ze verdient met een goed betaald
baantje in de supermarkt gaat
deels naar de spaarbank. „Voor
mijn studie." Verder heeft ze
hobby's die geld kosten, zoals
dansen. En wanneer ze kleren wil
hebben die haar moeder te duur
vindt, legt ze zelf bij.
Agnes heeft het gewoon te druk
om te weten dat ook in haar klas
een jongen zit die er stevig op los
blowt. Dat hoort ze nu, van José,
haar klasgenote die naast haar
zit. „O ja, die?", zegt Agnes met
een verbaasde grijns. José zal het
niet in de gaten hebben. Die heeft
er oog voor gekregen sinds haar
oudere zus bevriend is geweest
met een jongen die een heel eind
op weg naar de top was. „Op een
gegeven dag wilde ze hem wel
eens mee naar huis nemen. Nou
dat mocht van mijn ouders, maar
alleen op voorwaarde dat hij niet
stoned was. Die jongen zijn vader
gebruikte zelf ook. Die vader was
er zelfs heel erg mee bezig. Had
zelf een pijp ontworpen."
Wit en stil
Heel voorzichtig en de kat uit de
boom kijkend ervaren Maurits en
Felix het leventje op school. Jon
gens die iedere dag om zes uur
opstaan om hun krantenwijk te
doen en dan naar school fietsen
en 's avonds weer op tijd naar bed
moeten. Ze gniffelen een beetje
over twee klasgenoten die na een
uitgebreide joint tijdens een tus
senuur in verdoofde toestand in
de klas verschenen. „Ik had er
geen last van", zegt Felix. „Je
merkte niet veel van ze. Ze waren
wit en erg stil."
Krijn zegt dat hij niet zo van de
sfeer op school houdt. „Er komen
hier te veel mensen alleen om te
leren", zegt hij. Felix en Maurits
weten niet beter dan dat ze daar
voor iedere dag naar school ko
men. En passant zijn ze te weten
gekomen dat er onder de opper
vlakte ook andere zaken aan de
orde zijn. Zo zijn er jongens die
nu eens bomberjacks in de aan
bieding hebben, dan weer een
adres weten waar je op voordeli
ge wijze aan een fiets kunt ko
men.
Met zijn tweetjes zetten ze zich
lachend af tegen een klasgenoot
die zijn identiteit tracht te zoe
ken in de gabbersfeer. „Die denkt
dat ie ook een gabber is", mees
muilt Felix. Hij kleedt zich net zo
aan als die lui en hij staat ook wel
eens bij dat groepje op het voor
plein, maar hij is er niet echt een
hoor. Neenee."
Steunpunt HALT
Marieke van de leerlingenraad
bezigt een relativerende kijk op
het verschijnsel drugs op school.
Ze zegt: „Men moet niet vergeten
dat wij kinderen zijn van ouders
uit de jaren zestig. Mijn ouders
hebben vroeger ook gebruikt en
mijn moeder heeft zelf eens tegen
me gezegd: probeer het maar
eens. Nou denk ik daar anders
over dan dat je dat op aansporing
van je ouders doet. Als het mag is
er minder aan. Het moet iets te
maken hebben met iets stiekems
doen."
Om dezelfde soort reden vindt
Marieke dat verbieden averechts
werkt.
De ouders van Krijn hebben zich
naar zijn eigen zeggen erbij neer
gelegd dat hun zoon gebruikt.
„Ze vinden het niet erg als ik
midden in de nacht stoned thuis
kom", zegt hij. Met dezelfde on
verstoorbaarheid deelt hij mede
dat hij een keer is gepakt bij een
poging tot inbraak.
De krantenwijk die hij samen
met zijn broer doet, levert hem
niet genoeg middelen op om zijn
ijle levensstijl te bekostigen.
Maar het overschrijden van de
grens naar de kleine criminaliteit
kostte hem een verwijzing naar
het steunpunt HALT. Deze ken
nismaking met het voortraject
naar justitie heeft hem toch aan
het schrikken gemaakt.
„Ik heb werkstraf gekregen",
zegt hij. „Niet lang hoor, maar als
je naar HALT moet ben je ge
waarschuwd, hè. Als je nog een
keer bij inbraak betrapt wordt,
weet je dat je er minder makke
lijk van af komt. Dan krijg je een
strafblad en gaat het later pro
blemen opleveren wanneer je een
baan zoekt en zo."
De schoolleiding heeft verschei
dene kwesties aan de hand gehad
met mensen die spullen stalen
van medescholieren. Ook die zijn
onder de hoede van het steunpunt
HALT gesteld en hebben een
werkstraf gekregen.
Aanpak
Conrector Everts: „Dat zijn za
ken die je als school niet meer
handlen kunt. Die liggen niet op
ons terrein. Maar we hebben er
uitdrukkelijk voor gekozen die
mensen niet van school te verwij
deren. Het lijkt ons niet verstan
dig te zeggen: rot maar op. Na
tuurlijk zijn er grenzen aan alles.
Als alle begeleiding wordt gewei
gerd, wordt het echt ingewik
keld." Dat is ook de zienswijze
van het Gelders Centrum voor
Drugsverslaving jegens echte
verslaafden.
„Wanneer een leerling de dag
niet meer doorkomt zonder blo
wen, dan is van school verwijde
ren geen goede aanpak volgens
ons", zegt Monique Stals, die zich
als preventiewerker speciaal op
het onderwijs richt. „Als je een
leerling meteen schorst, ben jé als
school van het probleem af, maar
blijft de vraag wat gebeurt er
verder met die jongen. Het is een
incidentenaanpak. Je doet dan
niets aan het verschijnsel."
Konings blijft erbij dat het niet
gaat om de vraag of drugsgebruik
op school een groeiend verschijn
sel is. Ook niet om de vraag of het
'erg' is. Hij gelooft in het gevolg
de onderwijsconcept dat beoogt
de leerlingen weerbaar te maken
tegen de invloeden die hen omge
ven.
Daarmee is de zorg over de afloop
niet weggenomen. Conrector
Everts denkt dat deze vierde klas
geen doorsnee vierde klas is. „Op
sommige scholen is het dichter
bij. Zoals in Amsterdam. Als de
koffieshop aan de overkant is.
Wat moet je dan?"
Maar in deze stad zijn de koffie
shops ook overal binnen handbe
reik. Wat moet je dan?