DE STEM 4Ik moet lopen ik moet controlefe Voor Geert Brusselers is er nu al veel meer dan voetbal alleen Jacobs Breda Electronics „TV" schotel antennesets nu vanaf Hi koop oordelig voor 25 cent per es gratis. Kortom, tie over Hi krijg je Intercity Mobile bi 'jnporteur/groothandel/dealer van ge|uj(ji licht en communicatie i icchnsstraat 14 Breda/Princenhage Tel. 076-5212881 Sport ZATERDAG 30 MAART 1996 DEEL B >41? rae°)?| 1 rn '7 <i Ik moet niets hebben van mensen die het liefst de godganse dag in het middelpunt van de belangstel ling staan. Mensen die kwaad worden omdat anderen aandacht naar zich toe trekken die zij zelf waard denken te zijn, kunnen wat mij betreft het heen en weer krlj-' gen. Toch mag ik die Tuur Wel, en ik heb ook hartelijk gela chen om Don Diego Poe der. Bij Tuur ben ik eens op bezoek geweest in zijn trainingscentrum in de Catskill Mountains. Na die mooie dag tuutten mijn oren van alle zoge naamde wijsheden die het vrolijke ventje in pacht dacht te hebben. Al die pretentieuze flauwe kul kon me gestolen wor den, maar irritant was het niet echt. Dat kwam om dat de charmante vuist vechter het allemaal zo mooi kan vertellen. In Frankrijk kunnen ze dat mooier zeggen dan het in het Nederlands klinkt: C'estletonquifaitlamu- sigue.... Betoon is het belangrijkste ingre diënt van de muziek. Ook in een gesprek is het de toon die in eer ste instantie bepaalt hoe iets over komt, en pas daarna de betekenis van de woorden. Tuur heeft niet alleen harde vuisten, maar ook een aardig gevoel voor muziek. Hij zingt zijn liedje zeer zuiver, en met een 'enthousiasme dat charisma tische trekjes vertoont. Een mooie psalm blijft mooi, maar als meneer pastoor voor de, hon derdste keer dezelfde preek op dreunt, dan gelooft de parochie het verder wel. Zeker als die pseu- do-wijsheden vanaf de kansel, en in dit geval vanuit de ring, iedere dag opnieuw over de discipelen worden uitgestrooid. Staat de voorganger dan ook nog constant zichzelf te bewieroken en de hemel in te prijzen en duldt hij op het affiche van het komen de paasfeest naast een grote kleu renfoto van zichzelf, een stralen krans om het hoofd, louter vage zwart-wit portretjes van de andere acteurs, dan gaat het fout. Dan begint het gemor in de goege meente, en duurt het niet lang voor de eerste afvallige een mani fest aan de voordeur spijkert. Dat was in dit geval Don Diego Poeder, wiens geweldige naam al leen al hem het recht gaf om de eerste steen te gooien. Het Spartaanse sparren daar in dat trainingshutje in Kerhonkson of in Gleason's Gym in Brooklyn, iedere avond om half tien naar bed, dat was allemaal best te verteren. Ze ker zolang die leren kap om je kop zit en het geluid lekker gedempt wordt. Maar dat geouwehoer van Tuur, zo besefte Poeder, daar zou je nog eerder een hersenbeschadi ging van krijgen dan van tiendui zend rechtse directen of upper cuts. Dus trok hij zijn bek-op het juiste moment open: tijdens wat een gezellige bijeenkomst ter meerdere eer en glory van Tuur Co) had moeten worden. Ik ben razend nieuwsgierig hoe het er nu aan toegaat in de voor bereiding op het eerste gala van Tuur Co) in de provincie. Slaan ze elkaar nu iedere dag tot poeder inplaats van te proberen de vuis ten heel te houden? Zou Tuur er wat van geleerd hebben en zijn hersenspinseltjes, die hij van de Scientology Church geleend lijkt te hebben, nu wat vaker voor voor zich houden? Is Tuurtje nog steeds woest op Orhan Delibas, die zijn kaken stijf op elkaar hield, maar die verdomde Poeder onder tafel wel stiekem een handje gaf? Blijkbaar bang dat-ie weer een draai om zijn oren krijgt van zijn ouweheer. Of is het allemaal doorgestoken kaart? Tuur een beetje kennende zou ik er niet van staan te kijken als hij die hele voorstelling zelf tot 'O de puntjes geregisseerd heeft. Als dat zo is, is-ie toch een stuk slimmer dan ik dacht en ben ik Weer in die mooie babbel van hem getrapt Léon Krijnen. Het NAC-logo zoals het prijkt op de nieuwe tenues. Geert Brusselers: „Ik doe het plasje voor de kopman die doping heeft gebruikt. IT- )si «--Wri. f Door Chris van Nijnatten Breda - Ajax, maar het kan ook een andere club geweest zijn, speelde Europees en Geert Brusselers had zichzelf een ge zellige voetbalavond beloofd; thuis op de bank, een drankje erbij, wat te eten en een Da vidoff in zijn hoofd. Niet dat-ie altijd sigaren rookt, maar een Davidoff, een krijgertje, dat leek hem wel wat. Het is een duur merk, volgens kenners kun je er op een bepaalde manier stoned van worden. Brusselers keek naar het voetballen en ging steeds verder achterover hangen. Toen hij ongeveer plat lag, begon hij te denken dat hij weieens misselijk van die rotsigaar kon zijn geworden. „He len, ik geloof dat ik ziek ben," zei de middenvelder van NAC tegen zijn vriendin en ging naar bed. Wat doet zo'n verhaal er nou eigenlijk toe? Weinig, misschien ook wel niks. Maar het is illustratief voor de manier waarop Brusselers (26) leeft. Voetbal bepaalt zijn leven (gezellige voetbal avond), hij houdt van stijl (Davidoff), is een gezelligheidsmens (thuis op de bank), leeft licht bourgondisch (drank je, eten), is commercieel ingesteld (krijgertje), tast zijn grenzen af (sto ned) en kiest op zijn tijd én strategisch eieren voor zijn geld (ging naar bed). In de zomer van 1992 kwam hij naar NAC. Het was zijn vierde profclub. Hij begon bij PSV, waar hij op zijn acht tiende meetrainde met de zo succesvol le selectie van '88. „Ik kwam niet ver der dan de trainingen, verder hoorde ik ook niet te komen daar," zegt Brus selers eerlijk. Hij vertrok naar Fortuna (eredivisie) en verkaste na twee seizoe nen naar FC Den Bosch in de eerste di visie om na een jaar over te stappen naar NAC. Rechtsbenig Brusselers slaagde in Breda hoewel hij de schijn tegen had. Hij kwam als lin kermiddenvelder terwijl iedere kenner wist dat hij eigenlijk rechtsbenig is. Bovendien vroeg men zich in Breda af: hoeveel pit schuilt er in een PSV'er? Want in de Beatrixstraat, waar men vermoedt dat de PSV-opleiding door gaans zachte eitjes aflevert, zijn passie en wilskracht basisvoorwaarden voor wie er als voetballer wil slagen. Inmid dels heeft hij er ongeveer 150 eredivi siewedstrijden opzitten en geldt hij als een 'winnaar'. Volgens hem is dat een 'jeukterm'. Hij kent het jargon van zijn eigen vak, maar gruwt van die clichés. „Een goeie wedstrijdmentaliteit heb ik, zeggen ze, maar dat vind ik ook weer zo'n lullige uitdrukking." Toch is.Brusselers een winnaar, niet eens zo'n overdreven goede voetballer, een mooie actie heeft hij niet 'stan daard' in huis, maar hij is wel een win naar: Zo erg zelfs, dat in de afgelopen weken NAC, FC Utrecht, Roda JC, SC Heerenveen (vanavond zijn tegenstan der in Breda) en FC Freiburg min of meer naar zijn gunsten dongen. Hij koos voor 'NAC omdat men hem daar goed betaalt, omdat hij over vier jaar in het commerciële management wordt opgenomen en omdat hij zich bij die club thuis voelt. „Ik had als een stek ker gebaald als ik had weggemoeten. Maar ik heb mijn principes. Ik zou nooit onder de prijs gebleven zijn. Dan maar balen als een stekker. Natuurlijk balen ja, ik ben er zo verdomd be nieuwd naar hoe NAC de toekomst in gaat, naar hoe het zal zijn om in dat nieuwe stadion te spelen, naar hoe groot NAC nog kan worden. Ik wil dat meemaken." Een andere kwaliteit van de Eindho- venaar, die overigens van '73 tot '84 in Roosendaal woonde omdat zijn vader Toon directeur was van DAF Trucks in Bergen op Zoom, is zijn relatieve on kwetsbaarheid. Bijna nooit is hij ge blesseerd. „Dat heeft niks met mijn pijngrens te maken," beweert-ie. „ik ben gewoon goed met mijn lichaam be zig, ik luister ook naar mijn lichaam. Twee keer per week laat ik me masse ren en een keer per week ga ik de sau na in. Voel ik het begin van een blessu re, dan sta ik zo bij 'de fysio'. En ver der bescherm ik me goed tijdens de wedstrijd. Ik vlieg keihard de duels in, want ga je er maar half in, dan blesseer je je eerder. Verder maak ik liever een overtreding dan dat ik op een uiterste manier voor de bal ga en mezelf bless eer. Voor de rest is het ook een kwestie van stom geluk dat ik zo zelden een kwetsuur heb." Wat is nu de toegevoegde waarde van Brusselers? Waarom wilde zijn trai ner/coach Wim Rijsbergen hem zo graag houden? „Vooral omdat ik weet wat ik niet kan en dat dus ook niet doe," zegt hij en debiteert daarmee een wijsheid uit de sport. Hij kan het we ten. Zijn vader, van PSV, speelde vier interlands en maakte daarin twee goals. Zijn broer Joop is actief in de sportmarketing, zijn schoonzus woont met Mitchell van der Gaag (Mother well) in Schotland en zijn vriendin is de nicht van Twan Scheepers. Zijn schoonvader is wielerman (ex-PDM) Jan Gisbers. De invloed van het wiel rennen op zijn milieu verraadt zich als Brusselers uitlegt hoe hij zichzelf ziet als voetballer. „Ik ben agressief, kan van alles wat, maar niks echt bijzonder goed. Zoals Abdellaoui zal ik nooit worden, hoewel ik wel zo'ri-fype zou willen zijn. Ik ben geen in het oog springende verschijning en de gemid delde supporter ziet mij vast als een grijze muis. Ik moet lopen, ik moet controleren, ik moet het hebben van mijn werklust. Gelukkig waardeert Rijsbergen dat. Zie mij als een water drager. De bidons zal ik niet halen, daar ben ik net te goed voor, maar ik trek wel de sprint aan en zal de kop man na pech terug in het peloton bren gen. Ik doe het plasje voor de kopman die doping heeft gebruikt." 'Discusselers' Hij weet niet meer wanneer het was dat Kees van Wonderen hem de bij naam 'Geert Discusselers' trachtte aan te smeren. „Ik praat heel veel als het me slecht gaat, maar ook als het me heel goed gaat. Wanneer ik- opgewon den ben praat ik gewoon veel." Ook met de trainer. Maar wie de discussie techniek van Rijsbergen kent, verge lijkbaar met het blafgedrag van een poedel en het bijtpatroon van een pit bull, die weet dat zelfs Brusselers kansloos is bij de trainer. „Ik win nooit een discussie van hem. Ook in Breda geldt het gezegde: 'de trainer heeft al tijd gelijk, zoniet, dan toch.' Ach, .we maken er een spelletje van. We zijn al lebei nogal eigenwijs." In Breda is men meer competitive, ont dekte Brusselers. Het leven is er een tikje harder dan in Eindhoven. „Het is daar gemoedelijker. In Breda is het le ven wel bourgondisch, maar de grote bek is er bijna net zo groot als in Rot terdam. Ik zal nooit een Bredanaar worden, ook over acht jaar niet, maar ik ben langzaam gek op die stad ge worden. Breda is een van de weinige steden met een eigen gezicht, een apart imago, met een eigen stijl van leven. En zoals het voetbal hier leeft, dat is zó lekker vopr een voetballer." Toch heeft hij het er niet altijd naar zijn zin gehad. Het was in het tweede jaar met NAC in de eredivisie. „Ik kreeg het idee, dat ze me liever kwijt dan rijk waren. Ook Spelbos voedde deels dat idee. Er waren de nodige pro blemen bij het verlengen van mijn con tract. Ik had alle wedstrijden gespeeld, maar werd niet gewaardeerd. Achteraf zeg ik dat ik toen niet mijn beste sei- Brusselers probeert het nieuwe shirt van NAC uit. zoen had gespeeld. Ik was onzeker en kon ook niet goed tegen kritiek. Dat bracht NAC tot de houding: 'voor jou tien anderen'. Daar was ik pissig over, maar aan de andere kant had ik er zelf voor moeten zorgen dat ik onvervang baar was. In de periode daarna heb ik me terug geknokt en dat is vorige week zaterdag gehonoreerd." Van Basten Hij wil er wat voor terugdoen, zo is zijn instelling. En die drang reikt ver der dan het voetbal alleen. „Het pu bliek hier respecteert mijn spel, ik blijf die mensen nog zeker vier jaar met de zelfde inzet bedienen. Maar commer cieel ga ik me ook verder oriënteren. Dat zit in me. Ook nu al." Brusselers kent het verhaal van Marco van Basten, die vlak voor een belang rijke wedstrijd van het Nederlands elf tal beloofde een blessure te veinzen voor een reclamebord van een hem be vriende sponsor. Kort geleden trapte Brusselers nogal nadrukkelijk tegen een bord nadat een doelpoging van hem in het vangnet boven de goal was beland. „Dat was pure frustratie, echt. Maar eerlijk, een sponsor vroeg me het een volgende keer tegen zijn bord te doen. Dat gaat me wat ver. Maar je mag best ver gaan voor een geldschieter. Moet je bij het wielrennen kijken. De directeur van PDM heeft drie nachten niet gesla pen toen een van zijn renners recht streeks op de televisie de Alpe d'Huez beklom. Zo'n renner weet dat. Iedere voetballer moet ook weten wat het be tekent om Fuji op zijn shirt te hpbben staan en op Mizuno-schoenen te mo gen lopen." Maar alle commerciële inspanningen ten spijt, het gaat in de eerste plaats om voetbal. Voorzitter John Peek zei het afgelopen week nog: „Je kunt een stadion bouwen, je organisatie op peil brengen en je sponsors en publiek net jes ontvangen, als je op het veld niet wint, dan rammelt het hele bedrijf." Brusselers weet dat het zo is. Hij merk te dat in het tweede eredivisiejaar on der Spelbos. „We wonnen nog niet de Jielft van onze thuiswedstrijden. Dat kan niet in Bre da. Het bruisende, het spectaculaire was er helemaal af. Geen club wilde nog echt voetballen tegen ons, omdat ze wisten dat dat domme NAC toch wel tegen een countertje zou oplopen. We speelden tegen een muur. Rijsber gen heeft dat veranderd. Hij heeft ons spel volwassener gemaakt. Hij heeft een defensief imago, maar dat is geba seerd op één wedstrijd: Ajax-Volen- dam (0-1). Die won Volendam met ex- FOTO'S DE STEM/JOHAN VAN GURP treem verdedigend voetbal. Daar kon hij niet anders. Hier heeft hij meer mo gelijkheden. Wat hij doet? Hameren op je goede en slechte kanten en stimule ren dat je alleen die goede kanten aan wendt. Dat werkt, en ook offensief, kijk eens hoeveel goals we voor heb ben. Nou dan." Nu hij besloten heeft nog vier jaar in Breda te blijven voetballen om daama in het commercieel management van NAC verder te gaan, lijkt een verhui zing uit Eindhoven reëel. „Nee," klinkt het resoluut, „daarvoor is mijn fami lie- en vriendenkring me te dierbaar. Bovendien, die belangstelling rond NAC is soms zo groot, dat je vaak 90 procent van je tijd over voetbal aange sproken wordt. Met alle respect voor mijn vak, maar dat is me te veel." Italië „Ik houd echt veel van het voetbal en als ik herkend word in de stad, dan ben ik gevleid. Het moet alleen niet in een gekte rond personen ontaarden. Ik heb veel respect voor die gasten die in Ita lië overeind blijven- Of voor Pierre van Hooijdonk, die met zijn kraag omhoog en een pet over zijn kop getrokken nog overal aangesproken wordt en nog vriendelijk blijft ook. Dat is knap." Voor Brusselers zijn er meer uitdagin gen dan alleen die in het voetbal. „Ik zou willen bereiken dat ik naast het oppervlakkige bestaan als voetballer nog iets meer bereik. Ik wil ook op een ander vlak serieus genomen worden. Er is meer dan alleen maar voetbal. Gek hè, dat ik dat zeg, net een nieuw contract afgesloten!" Dat contract, zo benadrukt hij, heeft hij voor een groot deel aan zijn mana ger Kees Ploegsma te danken. „Hij weet alles," zegt hij over de man die naar verluidt wederom in beeld is voor een managersfunctie bij PSV. „Geen club maakt Ploegsma iets wijs. En hij werkt hard voor je. Bij de VVCS (de spelersvakbond, CvN) was ik een num mer. Ze namen me niet serieus omdat ik geen topper ben. Kees van Wonde ren begonnen ze ook pas interessant te vinden toen PSV en Feyenoord voor hem kwamen. Dat is typerend voor die bond. De contractbegeleiding is daar heel slecht en ik begrijp heel goed waarom de broers De Nooijer niet meer door Gerards (begeleider WCS, CvN) geholpen willen worden." „Ik adviseer spelers om naar Ploegsma te gaan. Hij vraagt een fair uurtarief en levert vervolgens waar voor zijn geld. Ik weet niet of de VVCS er alles uithaalt voor een speler. Kees Ploegs ma doet dat wel en daar ben ik hem dankbaar voor."

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 11