Aanklachten vanuit de West Acht s( Typisch Nederland in een handvol liedjes BOEKENLEGGER KINDERBOEKEN 8 Eieren, raven en eenden Het menselijk deel van de materie Romans van Cynthia McLeod, Henry Menckeberg en Astrid H. Roemer DESTEM BOEKENGIDS Lenteprijs voor Manon Uphoff 'DESTEM Chili eert Haasse, Nooteboom e.a, Shere Hite wordt Duitse Door Hans Rooseboom En wéér is er een boek versche nen over Nederland. Niet over onze bezienswaardigheden of museumschatten, maar over Ne derland als natie, als mentaliteit, als identiteit. Boeken over de Nederlandse ei genaardigheden zijn er in alle soorten. Door buitenlanders voor buitenlanders, door Nederlan ders voor buitenlanders, en de laatste tijd ook door buitenlan ders voor Nederlanders. Aan het mooie beeld dat wij van onszelf hebben (tolerant! demo cratisch!) is de laatste jaren flink geknaagd door intelligente waar nemers uit den vreemde, die hier vaak jarenlang verblijven als cor respondent. Van de Franse journalist Sylvain Ephimenco bijvoorbeeld hebben wij kunnen leren dat Nederlan ders nog altijd een diep respect voor regenten, politici en be stuurders hebben, in volledige te genstelling tot wat zij zelf den ken. Het nieuwste boek in de rij is niet geschreven door een buitenlan der maar door een Nederlander. Het heet De lage hemel en is be doeld als een hulpmiddel voor buitenlanders in Nederland. Het is dan ook eerst in het Engels ver schenen, werd druk verkocht, en is nu in het Nederlands vertaald. De auteur, Han van der Horst, is er niet op uit om de zaken mooier voor te stellen dan ze zijn. Hij wil licht laten schijnen in de Neder landse duisternis, waarin geïnte resseerde buitenlanders tastend hun weg zoeken. Ook voor ons zelf is dit boek leerzaam. Zo alledaags als wij ons land vin den, zo vreemd zijn onze manie ren en gebruiken in de ogen van buitenlanders. Zeker als ze hier langer verblijven dan de gemid delde toerist. Han van der Horst heeft al twintig jaar nauw con tact met buitenlanders van we tenschappelijk niveau, die aan Nederlandse universiteiten ko men studeren of onderzoek ko men doen. Hun vragen en opmerkingen over de Nederlandse samenleving heeft hij grondig tot zich laten doordringen. En uiteindelijk is deze handlei ding daaruit gerold. Het betoog van Van der Horst is opgebouwd rond een aantal tref woorden (in bonte volgorde): ge dogen, zuilen, risicomijding, kos tenbeheersing, koopmansgeest, handelsgeest, mondigheid, maat schappelijk middenveld, goede afspraken, de klok, ruimtelijke ordening, maatschappelijk geo riënteerde ingenieurs, begelei ding, zorg, agenda, afspraak, overleg, haalbaarheid, compro mis, ruggespraak, voorspelbaar heid en... een scherp oog voor on derdrukking in het buitenland. Wat Van der Horst rond deze trefwoorden te berde brengt is helder, leesbaar en amusant. En informatief. Een vondst is het ci teren van een aantal liedjes en gedichten die volgens de auteur Nederland 'helemaal' typeren. Dat zijn de volgende teksten: Oude Maasweg, kwart over drie (Amazing Stroopwafels) - over 'dertig kilometer Maasroute, de ruggegraat van de Nederlandse econonie'. Denkend aan Holland zie ik bre de rivieren (Marsman) - over de dominante rol van het water in heden en verleden. Ik houd zo van die donkre bur gerheren (Greshoff) -over de bur gerij, de ruggegraat van de Ne derlandse samenleving. Amsterdam huilt, waar het eens heeft gelachen (Kees Manders). Over de herinnering aan en her denking van oorlog, bezetting en massamoord. Je bent niet mooi, je bent geen knappe vrouw (Philip Pinkhof) - over de onromantische levens houding der Nederlanders. Mens, durf te leven (Dirk Witte) - over de moeite die Nederlanders hebben om buiten de gebaande paden te treden en je niets aan te trekken van wat de buren den ken. Dat is die kleine man (Louis Da vids) - over de rancuneuze klein burger die al het onbekende af wijst. Toen was geluk heel gewoon (Van Kooten De Bie) - over het ver loren bolwerk van geborgenheid en gezelligheid dat Nederland vroeger was. Han van der Horst: 'De lage he mel. Nederland en de Nederlan ders verklaard'. Uitg. Scriptum, prijs 39,50 (geb.) VRIJDAG 29 MAART 1996 Manon Uphoff krijgt de Lente- prijs voor de Literatuur 1996, een prijs van de Rabo-bank. Uphoff wordt onderscheiden voor het beste verhaal in een Nederland stalig literair' tijdschrift. Daarbij is de voorwaarde dat de schrijver nog niet in boekvorm heeft gepu bliceerd. De Utrechtse schrijfster Uphoff (1962) ontvangt de prijs (2500 gulden) voor het verhaal Begeer te, verschenen in het herfstnum mer van De Tweede Ronde. Enige maanden later kwam het boek Begeerte als debuut uit bij uitge verij Balans. De prijs werd eerder toegekend aan Arnon Grunberg. Manon Uphoff De feministische Amerikaanse schrijfster Shere Hite heeft haar zelf opgelegde ballingschap offi cieel gemaakt door Duits staats burger te worden en de eerste editie van haar autobiografie Het Hite Rapport over Haarzelf in het Duits uit te geven. De 53-jarige Hite verliet de VS na de vijandige reacties op haar boek uit 1987, waarin ze zegt dat de meeste vrouwen zich ver vreemd voelen in relaties met Door Muriel Boll Een ei is geen ei staat vol platen, twee pagina's groot, die Kaspara- vicius vol tekende met eieren en hazen. Hij geeft de eieren arm pjes en beentjes, laat hen kliede ren met water of zich verkleden als paasei om de hazen te foppen. Soms zijn de eieren glad, soms van dons als eendekoppen, soms zijn het denne-eieren. Op een plaat zie je een heel orkest van Humpty Dumpties terwijl een be renfamilie op zijn paasbest zit te eten. Een echt paasboek waarin kinde ren veel kunnen aanwijzen en ontdekken. Lidy Peters maakte er rijmpjes bij, waarin ze oude bekende paasversjes verwerkte. Ze zijn aardig, maar niet meer dan dat, het gaat om de tekenin gen. Op de omslag staat een mooie paashaas met een mand ei eren op zijn rug die een paasei ontmoet met een mand vol hazen. Roderik de raaf met de gouden veren van Hans Wilhelm ziet er heel feestelijk uit, op het omslag staat een raaf met echte gouden veren in zijn staart staat te pron ken. Roderik is geboren als een doodgewone zwarte raaf, net zo saai als andere raven en dat be valt hem niet. Hij had veel liever 'een grote snavel als een toekan willen hebben of mooie kleuren als een papegaai of een flamingo. Al draagt hij een tros druiven op zijn kop, een zonnebloem, een vlinder of een strik, Roderick blijft een gewone raaf tot een oud vrouwtje in het bos hem omtovert tot de meest schitterende, glin sterende en oogverblindende vo gel die je je maar kunt voorstel len. Bij het bekende Het lelijke jonge eendje van H.C. Andersen maak te Kaarina Kaila haar eigen rag fijne sprookje. Zij tekende de eenden als ijle menselijke figuren met een eendenmasker, zodat je je in een Venetiaans carnavals feest waant. Ze gebruikt daarbij zachte kleuren, vooral aardkleu ren, waartegen de zilverwitte eenden- en zwanenvleugels mooi uitkomen. Haar illustraties zijn verstilde schilderijtjes, prachtig. Op zijn beurt verbeeldde Brian Wildsmith het verhaal van het le ven van Sint Franciscus in kleur rijke illustraties. Behalve dat geeft het boek achtergronden over de tijd en het sociale milieu waarin de heilige leefde. Voorin staat bovendien Het op het schutblad afgedrukt. De I platen beslaan steeds twee pagi-1 na's en liggen voor je waaier van kleuren met daarsl gedetailleerde tekeningen, fel I een middeleeuws Italiaans staijil aan een haven met majestueus I zeilschepen, ridders te paard u:'- gedost voor de strijd, minstreler een bonte verzameling j kleine vogels, enzovoort. Wildsmith houdt de achtergrondl rustig en waar het om gaat, schil-1 dert hij in uitbundige Meuren. D: pagina's zijn zachtgekleurd i een matgouden rand. Op allep ten is de beschermengel si Francscus te vinden; als kinder?: I dat door hebben, zullen ze bij i-f ke nieuwe afbeelding daarnaai| op zoek gaan. Heel anders, maar minstens al mooi is Het appeltulbanije, iel verhaal van Nienke van Hichtml met hartverwarmende, sfeeroJI tekeningen van Marjan van Ml Een oud vrouwtje heeft tochzoif zin in een appeltulbandje. SI heeft alles in huis, meel, suikft| boter en kruiden, maar g pel. Wel pruimen, een hele booil vol met de roodste, rondstepit| men, maar daar kun je geen appeltulband van bak Door te ruilen, de pruimen vw| donsveertjes, de veertjes v bloemen, de bloemen voor Ml gouden ketting en de ketting Kj een hondje, komt ze uiteindebjlf bij een oude eenzame recht. Die wil graag een ruil voor een mand appels vrouwtje is nog net op tijd tw| om een heerlijke tulband te tel ken voor het avondeten. I Van Zeyl tekent een liedje verlangen, een paradijs- nig landschap waar niets en mand haast heeft. Een j een prentenboek waarin twl bloemen en groen nog een raal(tje) verstopt zit ook. Kasparavicius: 'Een eiis 9ee!Ï.P Met versjes van Lidy Peten >1 Gottmer, prijs 24,90 J Hans Wilhelm: 'Roderik, de met de gouden veren. W 1 Holkema en Warendorf, P«P 27,50 H.C.Andersen en K.Kaila lijke jonge eendje' Brian Wildsmith: 'Sint Franc Nienke van Hichtum en M». van Zeyl: 'Het appeltulbandje Deze drie boeken van uitg- I Christofoor kosten resp- ƒ27,50 en 21,50 Het Chileense ministerie van Buitenlandse Zaken heeft de Gabrie' Mistral-medaille toegekend aan de schrijvers Hella Haasse, Ba Schierbeek en Cees Nooteboom. Met de medaille eert Chili degene I met zijn werk het culturele vermogen van zijn land en taal ve heeft, aldus de Chileense ambassade in Den Haag. Naast de drie Nederlandse auteurs is aan nog zeventien andere su vers de medaille toegekend. Onder hen zijn de Tsjechische preside--1 Vaclav Havel, Ernesto Sabato (Argentinië), Octavio Paz (Mexico),E-. I nesto Cardenal (Nicaragua), Jacques de Bruyne (België), Claude Cot!, fon (Frankrijk) en Astrid Lindgren (Zweden). De prijs werd in 1995 ingesteld ter gelegenheid van het feit datdeCfc. leense dichteres Gabriela Mistral, die in 1954 is overleden, vijftigja;- geleden de Nobelprijs voor literatuur ontving. mannen. Hire woont afwisselend in Londen, Parijs» in Keulen, waar haar echtgenoot de Duitse componist Friedncii I Hoericke, woont. Hite liet (el Britse krant The Sunday Obser-1 ver weten dat ze haar Ameri kaanse paspoort heeft ingeleverd om te protesteren tegen 'del groeiende jacht op het kelijke denken in de VS, nieuwe McCarthy-achtige pe de'. poor Hans Rooseboom Reeds in tien talen is de na van de Noorse schr Alnaes verschenen. De de elfde vertaling, de in de boekwinkel. Ter daarvan was Karsten l derland, en wel in Bred de Bredase uitgeverij het boek in haar imnj fonds heeft opgenomen Sabina, een biografisch schrijft het leven van één i van de psychanalyse: Sal (1885-1941). Zij was een R die in de jaren 1908-1910 tige liefdesverhouding ha huwde) psychiater Carl G Zurich. Sabina werd zelf ook maakte kennis met Sigmr een aantal ideeën van ha zonder die ideeën helema, grijpen. Sabina's psychiat ten waren zo belangrijk da ter opbiechte dat hij 'allei danken had. Waarom is deze invloedrij toch helemaal vergeten? D te maken met het latere ver leven. Zij keerde in 1923 stalinistische Sovjet-Unie tuigd communist), waar ze trische werk niet kon uitvi kwamen de Duitsers, die v klon B gingen toepassen woon doodschoten. Ook S, twee kinderen. Het boek s, lend rond 1910 en in de gr iogswerkelijkheid van 194] U bent zelf vlak voor de Tu oorlog geboren, in 1938. UI dus meegemaakt. „Van de oorlog herinner soldaten op straat. Toen de nenvielen was ik twee jaa I ring van Noorwegen dooi duurde maanden, van april Noorwegen is een en al be den, dus veel moeilijker te jullie platte Nederland. Om J westkust, werd helemaal j bardeerd. Mijn moeder verl tijd hoe ze mij tussen de br i zen door heeft weggesleept zelf geen herinneringen a denk dat die ervaringen ei Al mijn romans gaan over o heid, vernietiging, geweld. Kunt u iets over uw ac\ schrijver vertellen „Ik ben als journalist bego mijn studie geschiedenis ai siteit van Oslo (ik ben histo dagelijks leven ben ik redac cultuur geweest van Dagbla nog een goede krant was. V Tekening van Kaarina Kaila in 'Het lelijke jonge eendje Ook zonder toelichting duidelijk dat er een vei agenda is die de diversit kunst bij elkaar houdt. Ii hangen er in De Beyerd ii 64 werken van betre klein formaat, verdeeld series van elk acht. Het deel behoort tot het domi de schilderkunst. De naars zijn dezelfde, de zijn steeds anders, en to elke serie voel je een oi sproken samenhang. De horen in de gegeven reeki kaar, hebben in ieder ge' met elkaar te maken, in h ging of in ontkenning. He binnentreden in het huis mand die je niet kent: elk dingen in het interieur st zich zelf maar samen vor een eigen verband dat ui king is van de persoonli die daar woont. De tentoonstelling heet I geven beeld. Ze is het rei van een idee dat de B beeldende kunstenaars Kantelberg en Loek Grq m 1992 baarden. Is het m< als beeldend kunstenaar o je werk te reageren op we een ander en toch je eig mi zelfstandigheid te bet Kun je met andere woord kunstwerk tot stand b: vanuit de impuls van we: een andere kunstenaar? 1 het atelier reageert in zeki eik werk op het vorige, m gaat dat als het gegevei mt andere hand en dus een andere artistieke men a ontstaan? En uiteiii moet zo'n werkwijze iets o' ren wat uniek is. Iets w<! zou hebben bestaan als mt kozen °PZ6t Z°U hebb' Dp al deze vragen is ma: antwoord geldig en dat antwoord dat de tentoonst Ro Het feit dat er fieyerd gescheiden van t verschillende preser mat'611 Z^n tn verschij mate zuiver artistieke li OIootleggen, is voidoencJ woord. Het is h,,<> o? Cynthia McLeod foto chris van houts Door Johan Diepstraten De kokkin ranselen ze dood om dat zij ervan wordt verdacht de eigenaar van de plantage te heb ben vergiftigd. De lezer weet dat zij onschuldig is. Nadat soldaten de dochter van de kokkin, de 15 jarige slavin Ngimba, hebben ontzet, verkracht een wacht commandant het meisje. Negen maanden later zondert Ngimba zich af op de plantage Ma Ro- chelle om te bevallen. De lezer is na veertig pagina's nog maar amper bekomen van vele drama's op de plantage of de volgende ramp dreigt zich te voltrekken. 'Wat een mofistertje, dacht Ngimba, een rood mon stertje. Ze haatte dit kind, ze haatte het, wat een vervloekt monstertje, in haar lichaam ge stampt door het witte beest. Ngimba wilde het kind oppak ken om het in het water te gooi en maar iets weerhield haar; ze kon het niet.' Als de nieuwe roman Ma Ro ebelle passée. Welkom El Dora do van Cynthia McLeod (1936) ooit verfilmd wordt, heeft de re gisseur aan één Concertgebouw orkest niet voldoende om alle dramatische passages te onder steunen. De roman is een aan eenschakeling van emotionele opvliegers door de ongelukkige liefdesverwikkelingen, geschre ven in de stijl van de triviaallite ratuur. Sentimenteel en melo dramatisch, er zijn geen andere karakteriseringen van toepas sing op het nieuwe werk van Cynthia McLeod. Was haar vo rige roman Hoe duur was de sui ker af en toe op het randje van de kitsch, met Ma Rochelle pas sée. Welkom El Dorado over schrijdt zij de grenzen toch echt. Wat hier gebeurt kan niet, denkt de lezer, maar leest de roman toch in één adem uit vanwege de spectaculaire gebeurtenissen. Hugenoten Cynthia McLeod kan een ver haal vertellen. Voor deze histo rische roman verdiepte zij zich in het wel en wee van de Franse Hugenoten die zich via Neder land in de kolonie Suriname vestigden. De familie Couderc, gevlucht uit Bergerac, staat cen traal. Zij was erin geslaagd de familienaam blank te houden, ook al liepen er nogal wat mu latten rond: de mannen Couderc stoeiden op de plantage flink met slavinnen en vonden 'een jong negerinnetje niet te ver smaden'. Zo ging dat in de 18e en 19e eeuw. Om de effecten optimaal uit te buiten, bedacht Cynthia McLe od een structuur vol parallelle verhalen. De roman volgt de le vensloop van het kind van de slavin Ngimba, Esthelle, die liefdevol opgroeit op de planta ge Ma Rochelle. Op latere leef tijd trouwt zij met masra Etien- ne Couderc. Nogal in fel con trast met dit onwaarschijnlijk gelukkige leven staat het huwe lijk van Lucie Couderc die tegen haar zin trouwt met de ambte naar Lodewijk Brederoo. Als Lucie in verwachting raakt van haar minnaar Otto moet er een duivels plan worden bedacht om Lodewijk te misleiden. Hoor de violen aanzwellen op de momenten dat Lucie haar liefde voor Otto bekent: "'0 Otto, hou me vast, laten we voor eeuwig samen zijn, blijf bij me, blijf bij Astrid Roemer Henry Menckeberg me," had ze de eerste keer ge fluisterd en zo was het nog steeds. Iedere keer, na een lange weldadige koestering van teder heid en geluk. Ze zou willen sterven, samen met Otto willen sterven om voor altijd in dat eeuwige geluk te zijn.' In het voorwoord schrijft Cynt hia McLeod dat het leven van de verhaalfiguren wordt beheerst en bepaald door kleur. In de so ciale structuur van Suriname was de huidskleur de belang rijkste factor: hoe dichter men in kleur bij de groep van de blanken stond, hoe meer presti ge. Deze gedachte, ook te vinden in haar debuut Hoe duur was de suiker, heeft ze uitgewerkt in een roman die meer lijkt op een moderne soap dan op De neger hut van oom Tom. De racistische opvattingen van de blanke kolo nisten herhaalt Cynthia McLeod in Ma Rochelle passée. Echt ver rassend in politiek-historisch opzicht is de roman nergens, maar wie zich niet te veel stoort aan de clichés, zal zich geen mo ment vervelen. Assen Een roman met veel minder vaart, maar met een even grote hoeveelheid clichés is het de buut De vrolijke dood van Da vid Caprino van de Surinaamse Antilliaan en manager bij Radio Nederland Wereldomroep op Bonaire, Henry Menckeberg (1950). Zijn hoofdpersoon David wordt ontslagen als automatise ringsmanager op de Antillen en gaat zijn heil zoeken in het kille Nederland. Op sollicitatiege sprek in Assen wordt hem dui delijk gemaakt dat een bruine man onmogelijk leiding kan ge ven aan witte Nederlanders. Vanaf dat moment slaan bij Da vid de stoppen door. Het zag er allemaal zo mooi uit in het eerste deel van de roman. Een prachtige baan bij Total Of fice, een vrouw, Ellen, die zijn amoureuze escapades buiten de deur toestaat en verder een on bekommerd leven op de Antil len. Alles verandert als hij werkloos wordt en Ellen zich de woorden van haar vader herin nert: 'Hij is een smeerlap, maar dat weten we toch al heel lang.' foto meulenhoff Na dertien jaar huwelijk helpt het advies van haar moeder ook niet: 'Wacht hem maar ouder wets op met je deegroller.' Ze vertrekt met David naar het Moederland en ze leeft in Delft met David onder één dak. Daar is alles mee gezegd. Moederland De eerste tweehonderd pagina's in de West zijn nogal wijdlopig, als David is aangekomen in het Moederland - zoals Nederland consequent wordt aangeduid -, krijgt het verhaal de allure van een avonturenroman. David komt in aanraking met het cri minele milieu, ontsnapt aan een aanslag, maar zal uiteindelijk in het noorden van Nederland 'uit zijn lichaam glijden'. In de laatste honderd pagina's laat Menckeberg zien dat hij, net als Cynthia McLeod, de spanning erin kan houden. On waarschijnlijk is het wel dat David ten onrechte wordt aan gezien voor homoseksueel en door potenrammers naar de an dere wereld wordt geholpen. De thematiek van racisme en dis criminatie legt Menckeberg er zo duimendik bovenop dat ze ongeloofwaardig is. McLeod en Menckeberg schrij ven romans die de lezer op geen enkele manier uitdagen. Ze be vatten lineair vertelde verhalen. Astrid H. Roemer (1947) zorgt ervoor in haar roman Gewaagd leven dat de lezer bij de les moet blijven. In negen hoofdstukken, Verhaal genoemd, aangevuld met de kleine intermezzi Berich ten en Gesprekken, kijkt de jon ge Surinamer Onno Mus terug op zijn turbulente leven als zoon van een predikant. Uit de pro loog blijkt dat hij uit Paramari bo is gevlucht. Op pagina 173 weet de lezer waarom. Volgens de advertenties van de uitgever is Gewaagd leven een roman 'die niemand spaart', maar dat is wat overdreven. Vooral de Nederlandse regering moet het ontgelden omdat zij er voor heeft gezorgd dat de huidi ge inwoners van Suriname 'in een beschamende afhankelijk heid' leven. Volgens een politi cus, maar misschien wel volgens Astrid H. Roemer, is er sprake van een herhaling van de chris telijke moraal in de slaventijd: wie men liefheeft, kastijdt men. 'Dat het land leegloopt naar Ne derland is een symptoom: wie zich gekastijd voelt zal naar geestig blijven zoeken naar de genegenheid van de kastijder.' Legerpredikant Deze politieke opvatting heeft Astrid H. Roemer vertaald naar het gezin Mus. De vader, predi kant nota bene, schept er genoe gen in om het gezinsleven 'on aangenaam te ontregelen' door alles te doen wat God heeft ver boden. Hij is agressief, treitert zijn vrouw en kinderen Hagith, Onno en Rubi, drinkt overmatig, verkracht en houdt er een bijzit op na. Deze overheerser laat zich door de militaire gezags hebbers inpalmen. Aan het ein de van de roman is hij een natio nale beroemdheid omdat hij - de legerpredikant - als bemidde laar optreedt. Alles is er mis met die man en de confrontatie met zoon Onno is een logisch gevolg van zijn ma nier van handelen. Als Onno met zijn vader heeft afgerekend, zwemt hij de Paramaribo-rivier over. 'Het was alsof hij nog maals uit het vruchtwater van de moederbuik een uitweg naar het leven moest vinden.' Om te overleven in het Surina me van de jaren zeventig is er maar één middel: liegen. De broer van Onno schrijft met vilt stift op zijn spiegel: 'Lang leve de leugen want de waarheid is dodelijk'. Het motto van de ro man is van Jacques Derrida: 'De waarheid over de waarheid is niet de waarheid'. De romanper sonages weten dat ze zich ner gens mee moeten bemoeien, 'zo als je dat gewoonlijk doet met een hoop stront die je aantreft op een plek waar die niet hoort te zijn. Je zorgt dat je er zelf niet intrapt, je walgt ervan, je loopt door. Iemand die gewoon door loopt kan gerust zeggen: men sen, ik heb niets gezien.' In veel opzichten zijn de drie ro mans aanklachten tegen Neder land en ze sluiten qua thematiek mooi aan op de boekenweek. Cynthia McLeod laat op de laat ste pagina Etienne en Esthelle in omarming bedenken dat het el dorado komt omdat de kinderen goudkleurig zijn geworden door hun roots. David Caprino van Henry Menckeberg vindt zijn el dorado niet en schaart zich in de lange rij ongelukkigen die het paradijs probeerden te vinden. De hoofdpersoon van Astrid H. Roemer, Onno Mus, herboren als een volwassen Creool, kan dro men over een betere toekomst. Deze laatste roman is de meest literaire van het drietal, maar ook Astrid H. Roemer schuwt de clichés niet. Wie romans uit de West leest weet nu eenmaal dat de gevoelsuitingen van Suri naamse romanpersonages hefti ger en uitbundiger zijn dan van de Hollandse equivalenten. Het probleem blijft om daar de juis te woorden voor te vinden. Cynthia McLeod: 'Ma Rochelle passée. Welkom El Dorado'. Uitg. Conserve, prijs 39,95. Henry Menckeberg: 'De vrolijke dood van David Caprino'. Uitg. Meulenhoff, prijs 36,90. Astrid H. Roemer: 'Gewaagd le ven'. Uitg. De Arbeiderspers, prijs 29,90. foto rvu Door Y. Né De dichter en historicus J.W. Schulte Nordholt, die augustus vorig jaar overleed, was vooral bekend om zijn nieuwe berijmin gen voor het Liedboek voor de kerken. Ook als Amerikanist viel hem grote bewondering ten deel. Hij schreef een veertigtal weten schappelijke werken en tien dichtbundels. Verzamelde ge dichten bevat een ruime keuze uit negen bundels. De tweede, aan gevulde druk bevat nu ook poëzie uit 1994 en zeven ongebundelde gedichten. De poëzie van Schulte Nordholt toont hoezeer hij gehecht was aan het verleden. Terwijl de experi mentele Vijftigers hoogtij vier den, publiceerde hij zijn rijmende landschapgedichten. Bovendien lagen zijn wortels in een door en door protestantse traditie. Hij ge tuigde daarvan tot in zijn meest recente poëzie. In 1943 debuteer de hij met de illegale bundel Het bloeiende steen, waarvan overi gens niets in de verzamelbundel is opgenomen. Door de traditio nele verzetspoëzie uit die periode werd hij gevormd. De oorlog bleef ook nadien aanleiding voor diverse, mooie gedichten. Als historicus ging hij met de voorvaderen om als waren zij le venden, die naast hem stonden. Sterker nog, in zijn ogen droegen ze de gezichten van de levenden en hadden ze de overhand in alles wat zij verrichtten. De traditie toont zich nu eenmaal in elk van onze gebaren en verworvenhe den. De historicus, die hij was, bleef in de vroege gedichten meer op de achtergrond dan in de late. Hij werd betogender. Zijn analy tische geest domineerde de inspi ratie van het moment: wie scheidt die schept! En omdat hij verdeelt, vermenigvuldigt hij zijn spiegel beeld. Ook filosofeerde hij in toe nemende mate over de taal en het dichterschap. Zo vergeleek hij het gedicht met wijn in kelders, die even vruchtbaar zijn als de duisternis, waarin een god begra ven is. Schulte Nordholt komt het meest sterk en natuurlijk naar voren in concrete beelden: De heiligen lopen op vogelvoeten/ zo kuis en zo voorzichtig door het woud. In de algemene beelden verliezen de gedichten aan span ning en volgen te vlot de platge treden paden. De woorden droom en dromen zijn de meest voorko mende woorden in de bundel, die de scheiding aangeven tussen de alledaagse, afgemeten werkelijk heid en de vermeende paradijse lijke voortijd. In Levend land schap komen ze in bijna elk ge dicht voor. In Sirenen schreef hij: Maar ik ben oud en vrees mijn dromen, vast-/ gegroeid aan dit klein afgemeten leven,/ gekrui- J.WSchulte Nordholt sigd aan het harde hout der mast. Zinnelijkheid en verbondenheid met het aardse leven aan de ene kant en het verlangen naar he melse eenheid en zuiverheid aan de andere kant vormen de polen van Schulte Nordholts dichter schap. De zo duidelijk in de protestants- christelijke traditie staande ge dichten, zijn wel gedateerd, maar sympathiek. Dat komt daardoor, dat hij geen religieuze dogma's aanhing, maar het formuleren in de taal als een religieuze daad zag. Voor hem was taal een reli gieus fenomeen. Het stelde hem in staat, ordening in de wereld aan te brengen en iets te zeggen, dat hij tevoren niet wist. Woorden konden iets van het grote raadsel leven prijsgeven, maar nooit zekerheden of waar heden schenken: Het woord is en kel het teveel,/ het mooie mense lijke deel/ van de materie, het ge luid/ boven het barre duister uit. Hij sprak over het goddelijke in de mens, dat via een gedicht even in vervulling kwam. Over de god, die buiten het menselijk bereik ligt, zei hij: Laat God begaan al is hij het gesteente/ dat in de akker ligt waarop gij zaait. Schulte Nordholt was een dichter van het oog met genoeg warmte, intelligentie en relativeringsver mogen om lezers van nu te kun nen boeien. HARTSCHRIFT Een rustig regelmatig hand schrift vult de glazen pagina, met breed ge duld glijdt het maar voort over het zwarte blad, alsof het er geheim plezier in had. Maar wel wat schools, zo netjes op en neer, met hier en daar een piek een en- kle keer. De pen heeft heimwee, zei de meester dan, het is of hij de streep niet vinden kan. De pen heeft heimwee, daarom schiet hij uit, maar kan niet uit het kader van de ruit, hij wordt getemd en dat is ook maar goed, hij schrijft mijn waarheid met mijn hartebloed. Hartstochtelijk schrijft hij met een spoor van licht mijn leven als een woordeloos ge dicht waarvan de zin pas later wordt onthuld. J.W. Schulte Nordholt: 'Verzamel de gedichten'. Uitg. De Prom, prijs 19,90 fotoarchief destem i

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 16