Aanklachten vanuit de West
Acht s(
Typisch Nederland in een handvol liedjes
BOEKENLEGGER
KINDERBOEKEN 8
Eieren, raven en eenden
Het menselijk
deel van
de materie
Romans van Cynthia McLeod, Henry Menckeberg en Astrid H. Roemer
DESTEM BOEKENGIDS
Lenteprijs voor Manon Uphoff
'DESTEM
Chili eert Haasse, Nooteboom e.a,
Shere Hite wordt Duitse
Door Hans Rooseboom
En wéér is er een boek versche
nen over Nederland. Niet over
onze bezienswaardigheden of
museumschatten, maar over Ne
derland als natie, als mentaliteit,
als identiteit.
Boeken over de Nederlandse ei
genaardigheden zijn er in alle
soorten. Door buitenlanders voor
buitenlanders, door Nederlan
ders voor buitenlanders, en de
laatste tijd ook door buitenlan
ders voor Nederlanders.
Aan het mooie beeld dat wij van
onszelf hebben (tolerant! demo
cratisch!) is de laatste jaren flink
geknaagd door intelligente waar
nemers uit den vreemde, die hier
vaak jarenlang verblijven als cor
respondent.
Van de Franse journalist Sylvain
Ephimenco bijvoorbeeld hebben
wij kunnen leren dat Nederlan
ders nog altijd een diep respect
voor regenten, politici en be
stuurders hebben, in volledige te
genstelling tot wat zij zelf den
ken.
Het nieuwste boek in de rij is niet
geschreven door een buitenlan
der maar door een Nederlander.
Het heet De lage hemel en is be
doeld als een hulpmiddel voor
buitenlanders in Nederland. Het
is dan ook eerst in het Engels ver
schenen, werd druk verkocht, en
is nu in het Nederlands vertaald.
De auteur, Han van der Horst, is
er niet op uit om de zaken mooier
voor te stellen dan ze zijn. Hij wil
licht laten schijnen in de Neder
landse duisternis, waarin geïnte
resseerde buitenlanders tastend
hun weg zoeken. Ook voor ons
zelf is dit boek leerzaam.
Zo alledaags als wij ons land vin
den, zo vreemd zijn onze manie
ren en gebruiken in de ogen van
buitenlanders. Zeker als ze hier
langer verblijven dan de gemid
delde toerist. Han van der Horst
heeft al twintig jaar nauw con
tact met buitenlanders van we
tenschappelijk niveau, die aan
Nederlandse universiteiten ko
men studeren of onderzoek ko
men doen.
Hun vragen en opmerkingen over
de Nederlandse samenleving
heeft hij grondig tot zich laten
doordringen.
En uiteindelijk is deze handlei
ding daaruit gerold.
Het betoog van Van der Horst is
opgebouwd rond een aantal tref
woorden (in bonte volgorde): ge
dogen, zuilen, risicomijding, kos
tenbeheersing, koopmansgeest,
handelsgeest, mondigheid, maat
schappelijk middenveld, goede
afspraken, de klok, ruimtelijke
ordening, maatschappelijk geo
riënteerde ingenieurs, begelei
ding, zorg, agenda, afspraak,
overleg, haalbaarheid, compro
mis, ruggespraak, voorspelbaar
heid en... een scherp oog voor on
derdrukking in het buitenland.
Wat Van der Horst rond deze
trefwoorden te berde brengt is
helder, leesbaar en amusant. En
informatief. Een vondst is het ci
teren van een aantal liedjes en
gedichten die volgens de auteur
Nederland 'helemaal' typeren.
Dat zijn de volgende teksten:
Oude Maasweg, kwart over drie
(Amazing Stroopwafels) - over
'dertig kilometer Maasroute, de
ruggegraat van de Nederlandse
econonie'.
Denkend aan Holland zie ik bre
de rivieren (Marsman) - over de
dominante rol van het water in
heden en verleden.
Ik houd zo van die donkre bur
gerheren (Greshoff) -over de bur
gerij, de ruggegraat van de Ne
derlandse samenleving.
Amsterdam huilt, waar het eens
heeft gelachen (Kees Manders).
Over de herinnering aan en her
denking van oorlog, bezetting en
massamoord.
Je bent niet mooi, je bent geen
knappe vrouw (Philip Pinkhof) -
over de onromantische levens
houding der Nederlanders.
Mens, durf te leven (Dirk Witte) -
over de moeite die Nederlanders
hebben om buiten de gebaande
paden te treden en je niets aan te
trekken van wat de buren den
ken.
Dat is die kleine man (Louis Da
vids) - over de rancuneuze klein
burger die al het onbekende af
wijst.
Toen was geluk heel gewoon (Van
Kooten De Bie) - over het ver
loren bolwerk van geborgenheid
en gezelligheid dat Nederland
vroeger was.
Han van der Horst: 'De lage he
mel. Nederland en de Nederlan
ders verklaard'. Uitg. Scriptum,
prijs 39,50 (geb.)
VRIJDAG 29 MAART 1996
Manon Uphoff krijgt de Lente-
prijs voor de Literatuur 1996, een
prijs van de Rabo-bank. Uphoff
wordt onderscheiden voor het
beste verhaal in een Nederland
stalig literair' tijdschrift. Daarbij
is de voorwaarde dat de schrijver
nog niet in boekvorm heeft gepu
bliceerd.
De Utrechtse schrijfster Uphoff
(1962) ontvangt de prijs (2500
gulden) voor het verhaal Begeer
te, verschenen in het herfstnum
mer van De Tweede Ronde. Enige
maanden later kwam het boek
Begeerte als debuut uit bij uitge
verij Balans. De prijs werd eerder
toegekend aan Arnon Grunberg.
Manon Uphoff
De feministische Amerikaanse
schrijfster Shere Hite heeft haar
zelf opgelegde ballingschap offi
cieel gemaakt door Duits staats
burger te worden en de eerste
editie van haar autobiografie Het
Hite Rapport over Haarzelf in het
Duits uit te geven.
De 53-jarige Hite verliet de VS na
de vijandige reacties op haar
boek uit 1987, waarin ze zegt dat
de meeste vrouwen zich ver
vreemd voelen in relaties met
Door Muriel Boll
Een ei is geen ei staat vol platen,
twee pagina's groot, die Kaspara-
vicius vol tekende met eieren en
hazen. Hij geeft de eieren arm
pjes en beentjes, laat hen kliede
ren met water of zich verkleden
als paasei om de hazen te foppen.
Soms zijn de eieren glad, soms
van dons als eendekoppen, soms
zijn het denne-eieren. Op een
plaat zie je een heel orkest van
Humpty Dumpties terwijl een be
renfamilie op zijn paasbest zit te
eten.
Een echt paasboek waarin kinde
ren veel kunnen aanwijzen en
ontdekken. Lidy Peters maakte
er rijmpjes bij, waarin ze oude
bekende paasversjes verwerkte.
Ze zijn aardig, maar niet meer
dan dat, het gaat om de tekenin
gen. Op de omslag staat een
mooie paashaas met een mand ei
eren op zijn rug die een paasei
ontmoet met een mand vol hazen.
Roderik de raaf met de gouden
veren van Hans Wilhelm ziet er
heel feestelijk uit, op het omslag
staat een raaf met echte gouden
veren in zijn staart staat te pron
ken. Roderik is geboren als een
doodgewone zwarte raaf, net zo
saai als andere raven en dat be
valt hem niet. Hij had veel liever
'een grote snavel als een toekan
willen hebben of mooie kleuren
als een papegaai of een flamingo.
Al draagt hij een tros druiven op
zijn kop, een zonnebloem, een
vlinder of een strik, Roderick
blijft een gewone raaf tot een oud
vrouwtje in het bos hem omtovert
tot de meest schitterende, glin
sterende en oogverblindende vo
gel die je je maar kunt voorstel
len.
Bij het bekende Het lelijke jonge
eendje van H.C. Andersen maak
te Kaarina Kaila haar eigen rag
fijne sprookje. Zij tekende de
eenden als ijle menselijke figuren
met een eendenmasker, zodat je
je in een Venetiaans carnavals
feest waant. Ze gebruikt daarbij
zachte kleuren, vooral aardkleu
ren, waartegen de zilverwitte
eenden- en zwanenvleugels mooi
uitkomen. Haar illustraties zijn
verstilde schilderijtjes, prachtig.
Op zijn beurt verbeeldde Brian
Wildsmith het verhaal van het le
ven van Sint Franciscus in kleur
rijke illustraties. Behalve dat
geeft het boek achtergronden
over de tijd en het sociale milieu
waarin de heilige leefde. Voorin
staat bovendien Het
op het schutblad afgedrukt. De I
platen beslaan steeds twee pagi-1
na's en liggen voor je
waaier van kleuren met daarsl
gedetailleerde tekeningen, fel I
een middeleeuws Italiaans staijil
aan een haven met majestueus I
zeilschepen, ridders te paard u:'-
gedost voor de strijd, minstreler
een bonte verzameling j
kleine vogels, enzovoort.
Wildsmith houdt de achtergrondl
rustig en waar het om gaat, schil-1
dert hij in uitbundige Meuren. D:
pagina's zijn zachtgekleurd i
een matgouden rand. Op allep
ten is de beschermengel si
Francscus te vinden; als kinder?: I
dat door hebben, zullen ze bij i-f
ke nieuwe afbeelding daarnaai|
op zoek gaan.
Heel anders, maar minstens al
mooi is Het appeltulbanije, iel
verhaal van Nienke van Hichtml
met hartverwarmende, sfeeroJI
tekeningen van Marjan van Ml
Een oud vrouwtje heeft tochzoif
zin in een appeltulbandje. SI
heeft alles in huis, meel, suikft|
boter en kruiden, maar g
pel. Wel pruimen, een hele booil
vol met de roodste, rondstepit|
men, maar daar kun je
geen appeltulband van bak
Door te ruilen, de pruimen vw|
donsveertjes, de veertjes v
bloemen, de bloemen voor Ml
gouden ketting en de ketting Kj
een hondje, komt ze uiteindebjlf
bij een oude eenzame
recht. Die wil graag een
ruil voor een mand appels
vrouwtje is nog net op tijd tw|
om een heerlijke tulband te tel
ken voor het avondeten. I
Van Zeyl tekent een liedje
verlangen, een paradijs-
nig landschap waar niets en
mand haast heeft. Een j
een prentenboek waarin twl
bloemen en groen nog een
raal(tje) verstopt zit ook.
Kasparavicius: 'Een eiis 9ee!Ï.P
Met versjes van Lidy Peten >1
Gottmer, prijs 24,90 J
Hans Wilhelm: 'Roderik, de
met de gouden veren. W 1
Holkema en Warendorf, P«P
27,50
H.C.Andersen en K.Kaila
lijke jonge eendje'
Brian Wildsmith: 'Sint Franc
Nienke van Hichtum en M».
van Zeyl: 'Het appeltulbandje
Deze drie boeken van uitg- I
Christofoor kosten resp-
ƒ27,50 en 21,50
Het Chileense ministerie van Buitenlandse Zaken heeft de Gabrie'
Mistral-medaille toegekend aan de schrijvers Hella Haasse, Ba
Schierbeek en Cees Nooteboom. Met de medaille eert Chili degene I
met zijn werk het culturele vermogen van zijn land en taal ve
heeft, aldus de Chileense ambassade in Den Haag.
Naast de drie Nederlandse auteurs is aan nog zeventien andere su
vers de medaille toegekend. Onder hen zijn de Tsjechische preside--1
Vaclav Havel, Ernesto Sabato (Argentinië), Octavio Paz (Mexico),E-. I
nesto Cardenal (Nicaragua), Jacques de Bruyne (België), Claude Cot!,
fon (Frankrijk) en Astrid Lindgren (Zweden).
De prijs werd in 1995 ingesteld ter gelegenheid van het feit datdeCfc.
leense dichteres Gabriela Mistral, die in 1954 is overleden, vijftigja;-
geleden de Nobelprijs voor literatuur ontving.
mannen. Hire woont
afwisselend in Londen, Parijs»
in Keulen, waar haar echtgenoot
de Duitse componist Friedncii I
Hoericke, woont. Hite liet (el
Britse krant The Sunday Obser-1
ver weten dat ze haar Ameri
kaanse paspoort heeft ingeleverd
om te protesteren tegen 'del
groeiende jacht op het
kelijke denken in de VS,
nieuwe McCarthy-achtige pe
de'.
poor Hans Rooseboom
Reeds in tien talen is de
na van de Noorse schr
Alnaes verschenen. De
de elfde vertaling, de
in de boekwinkel. Ter
daarvan was Karsten l
derland, en wel in Bred
de Bredase uitgeverij
het boek in haar imnj
fonds heeft opgenomen
Sabina, een biografisch
schrijft het leven van één i
van de psychanalyse: Sal
(1885-1941). Zij was een R
die in de jaren 1908-1910
tige liefdesverhouding ha
huwde) psychiater Carl G
Zurich.
Sabina werd zelf ook
maakte kennis met Sigmr
een aantal ideeën van ha
zonder die ideeën helema,
grijpen. Sabina's psychiat
ten waren zo belangrijk da
ter opbiechte dat hij 'allei
danken had.
Waarom is deze invloedrij
toch helemaal vergeten? D
te maken met het latere ver
leven. Zij keerde in 1923
stalinistische Sovjet-Unie
tuigd communist), waar ze
trische werk niet kon uitvi
kwamen de Duitsers, die v
klon B gingen toepassen
woon doodschoten. Ook S,
twee kinderen. Het boek s,
lend rond 1910 en in de gr
iogswerkelijkheid van 194]
U bent zelf vlak voor de Tu
oorlog geboren, in 1938. UI
dus meegemaakt.
„Van de oorlog herinner
soldaten op straat. Toen de
nenvielen was ik twee jaa
I ring van Noorwegen dooi
duurde maanden, van april
Noorwegen is een en al be
den, dus veel moeilijker te
jullie platte Nederland. Om
J westkust, werd helemaal
j bardeerd. Mijn moeder verl
tijd hoe ze mij tussen de br
i zen door heeft weggesleept
zelf geen herinneringen a
denk dat die ervaringen ei
Al mijn romans gaan over o
heid, vernietiging, geweld.
Kunt u iets over uw ac\
schrijver vertellen
„Ik ben als journalist bego
mijn studie geschiedenis ai
siteit van Oslo (ik ben histo
dagelijks leven ben ik redac
cultuur geweest van Dagbla
nog een goede krant was. V
Tekening van Kaarina Kaila in 'Het lelijke jonge eendje
Ook zonder toelichting
duidelijk dat er een vei
agenda is die de diversit
kunst bij elkaar houdt. Ii
hangen er in De Beyerd ii
64 werken van betre
klein formaat, verdeeld
series van elk acht. Het
deel behoort tot het domi
de schilderkunst. De
naars zijn dezelfde, de
zijn steeds anders, en to
elke serie voel je een oi
sproken samenhang. De
horen in de gegeven reeki
kaar, hebben in ieder ge'
met elkaar te maken, in h
ging of in ontkenning. He
binnentreden in het huis
mand die je niet kent: elk
dingen in het interieur st
zich zelf maar samen vor
een eigen verband dat ui
king is van de persoonli
die daar woont.
De tentoonstelling heet I
geven beeld. Ze is het rei
van een idee dat de B
beeldende kunstenaars
Kantelberg en Loek Grq
m 1992 baarden. Is het m<
als beeldend kunstenaar o
je werk te reageren op we
een ander en toch je eig
mi zelfstandigheid te bet
Kun je met andere woord
kunstwerk tot stand b:
vanuit de impuls van we:
een andere kunstenaar? 1
het atelier reageert in zeki
eik werk op het vorige, m
gaat dat als het gegevei
mt andere hand en dus
een andere artistieke men
a ontstaan? En uiteiii
moet zo'n werkwijze iets o'
ren wat uniek is. Iets w<!
zou hebben bestaan als mt
kozen °PZ6t Z°U hebb'
Dp al deze vragen is ma:
antwoord geldig en dat
antwoord dat de tentoonst
Ro Het feit dat er
fieyerd gescheiden van
t verschillende preser
mat'611 Z^n tn verschij
mate zuiver artistieke li
OIootleggen, is voidoencJ
woord. Het is h,,<> o?
Cynthia McLeod foto chris van houts
Door Johan Diepstraten
De kokkin ranselen ze dood om
dat zij ervan wordt verdacht de
eigenaar van de plantage te heb
ben vergiftigd. De lezer weet dat
zij onschuldig is. Nadat soldaten
de dochter van de kokkin, de 15
jarige slavin Ngimba, hebben
ontzet, verkracht een wacht
commandant het meisje. Negen
maanden later zondert Ngimba
zich af op de plantage Ma Ro-
chelle om te bevallen.
De lezer is na veertig pagina's
nog maar amper bekomen van
vele drama's op de plantage of
de volgende ramp dreigt zich te
voltrekken. 'Wat een mofistertje,
dacht Ngimba, een rood mon
stertje. Ze haatte dit kind, ze
haatte het, wat een vervloekt
monstertje, in haar lichaam ge
stampt door het witte beest.
Ngimba wilde het kind oppak
ken om het in het water te gooi
en maar iets weerhield haar; ze
kon het niet.'
Als de nieuwe roman Ma Ro
ebelle passée. Welkom El Dora
do van Cynthia McLeod (1936)
ooit verfilmd wordt, heeft de re
gisseur aan één Concertgebouw
orkest niet voldoende om alle
dramatische passages te onder
steunen. De roman is een aan
eenschakeling van emotionele
opvliegers door de ongelukkige
liefdesverwikkelingen, geschre
ven in de stijl van de triviaallite
ratuur. Sentimenteel en melo
dramatisch, er zijn geen andere
karakteriseringen van toepas
sing op het nieuwe werk van
Cynthia McLeod. Was haar vo
rige roman Hoe duur was de sui
ker af en toe op het randje van
de kitsch, met Ma Rochelle pas
sée. Welkom El Dorado over
schrijdt zij de grenzen toch echt.
Wat hier gebeurt kan niet, denkt
de lezer, maar leest de roman
toch in één adem uit vanwege de
spectaculaire gebeurtenissen.
Hugenoten
Cynthia McLeod kan een ver
haal vertellen. Voor deze histo
rische roman verdiepte zij zich
in het wel en wee van de Franse
Hugenoten die zich via Neder
land in de kolonie Suriname
vestigden. De familie Couderc,
gevlucht uit Bergerac, staat cen
traal. Zij was erin geslaagd de
familienaam blank te houden,
ook al liepen er nogal wat mu
latten rond: de mannen Couderc
stoeiden op de plantage flink
met slavinnen en vonden 'een
jong negerinnetje niet te ver
smaden'. Zo ging dat in de 18e
en 19e eeuw.
Om de effecten optimaal uit te
buiten, bedacht Cynthia McLe
od een structuur vol parallelle
verhalen. De roman volgt de le
vensloop van het kind van de
slavin Ngimba, Esthelle, die
liefdevol opgroeit op de planta
ge Ma Rochelle. Op latere leef
tijd trouwt zij met masra Etien-
ne Couderc. Nogal in fel con
trast met dit onwaarschijnlijk
gelukkige leven staat het huwe
lijk van Lucie Couderc die tegen
haar zin trouwt met de ambte
naar Lodewijk Brederoo. Als
Lucie in verwachting raakt van
haar minnaar Otto moet er een
duivels plan worden bedacht om
Lodewijk te misleiden.
Hoor de violen aanzwellen op de
momenten dat Lucie haar liefde
voor Otto bekent: "'0 Otto, hou
me vast, laten we voor eeuwig
samen zijn, blijf bij me, blijf bij
Astrid Roemer
Henry Menckeberg
me," had ze de eerste keer ge
fluisterd en zo was het nog
steeds. Iedere keer, na een lange
weldadige koestering van teder
heid en geluk. Ze zou willen
sterven, samen met Otto willen
sterven om voor altijd in dat
eeuwige geluk te zijn.'
In het voorwoord schrijft Cynt
hia McLeod dat het leven van de
verhaalfiguren wordt beheerst
en bepaald door kleur. In de so
ciale structuur van Suriname
was de huidskleur de belang
rijkste factor: hoe dichter men
in kleur bij de groep van de
blanken stond, hoe meer presti
ge. Deze gedachte, ook te vinden
in haar debuut Hoe duur was de
suiker, heeft ze uitgewerkt in
een roman die meer lijkt op een
moderne soap dan op De neger
hut van oom Tom. De racistische
opvattingen van de blanke kolo
nisten herhaalt Cynthia McLeod
in Ma Rochelle passée. Echt ver
rassend in politiek-historisch
opzicht is de roman nergens,
maar wie zich niet te veel stoort
aan de clichés, zal zich geen mo
ment vervelen.
Assen
Een roman met veel minder
vaart, maar met een even grote
hoeveelheid clichés is het de
buut De vrolijke dood van Da
vid Caprino van de Surinaamse
Antilliaan en manager bij Radio
Nederland Wereldomroep op
Bonaire, Henry Menckeberg
(1950). Zijn hoofdpersoon David
wordt ontslagen als automatise
ringsmanager op de Antillen en
gaat zijn heil zoeken in het kille
Nederland. Op sollicitatiege
sprek in Assen wordt hem dui
delijk gemaakt dat een bruine
man onmogelijk leiding kan ge
ven aan witte Nederlanders.
Vanaf dat moment slaan bij Da
vid de stoppen door.
Het zag er allemaal zo mooi uit
in het eerste deel van de roman.
Een prachtige baan bij Total Of
fice, een vrouw, Ellen, die zijn
amoureuze escapades buiten de
deur toestaat en verder een on
bekommerd leven op de Antil
len. Alles verandert als hij
werkloos wordt en Ellen zich de
woorden van haar vader herin
nert: 'Hij is een smeerlap, maar
dat weten we toch al heel lang.'
foto meulenhoff
Na dertien jaar huwelijk helpt
het advies van haar moeder ook
niet: 'Wacht hem maar ouder
wets op met je deegroller.' Ze
vertrekt met David naar het
Moederland en ze leeft in Delft
met David onder één dak. Daar
is alles mee gezegd.
Moederland
De eerste tweehonderd pagina's
in de West zijn nogal wijdlopig,
als David is aangekomen in het
Moederland - zoals Nederland
consequent wordt aangeduid -,
krijgt het verhaal de allure van
een avonturenroman. David
komt in aanraking met het cri
minele milieu, ontsnapt aan een
aanslag, maar zal uiteindelijk in
het noorden van Nederland 'uit
zijn lichaam glijden'.
In de laatste honderd pagina's
laat Menckeberg zien dat hij,
net als Cynthia McLeod, de
spanning erin kan houden. On
waarschijnlijk is het wel dat
David ten onrechte wordt aan
gezien voor homoseksueel en
door potenrammers naar de an
dere wereld wordt geholpen. De
thematiek van racisme en dis
criminatie legt Menckeberg er
zo duimendik bovenop dat ze
ongeloofwaardig is.
McLeod en Menckeberg schrij
ven romans die de lezer op geen
enkele manier uitdagen. Ze be
vatten lineair vertelde verhalen.
Astrid H. Roemer (1947) zorgt
ervoor in haar roman Gewaagd
leven dat de lezer bij de les moet
blijven. In negen hoofdstukken,
Verhaal genoemd, aangevuld
met de kleine intermezzi Berich
ten en Gesprekken, kijkt de jon
ge Surinamer Onno Mus terug
op zijn turbulente leven als zoon
van een predikant. Uit de pro
loog blijkt dat hij uit Paramari
bo is gevlucht. Op pagina 173
weet de lezer waarom.
Volgens de advertenties van de
uitgever is Gewaagd leven een
roman 'die niemand spaart',
maar dat is wat overdreven.
Vooral de Nederlandse regering
moet het ontgelden omdat zij er
voor heeft gezorgd dat de huidi
ge inwoners van Suriname 'in
een beschamende afhankelijk
heid' leven. Volgens een politi
cus, maar misschien wel volgens
Astrid H. Roemer, is er sprake
van een herhaling van de chris
telijke moraal in de slaventijd:
wie men liefheeft, kastijdt men.
'Dat het land leegloopt naar Ne
derland is een symptoom: wie
zich gekastijd voelt zal naar
geestig blijven zoeken naar de
genegenheid van de kastijder.'
Legerpredikant
Deze politieke opvatting heeft
Astrid H. Roemer vertaald naar
het gezin Mus. De vader, predi
kant nota bene, schept er genoe
gen in om het gezinsleven 'on
aangenaam te ontregelen' door
alles te doen wat God heeft ver
boden. Hij is agressief, treitert
zijn vrouw en kinderen Hagith,
Onno en Rubi, drinkt overmatig,
verkracht en houdt er een bijzit
op na. Deze overheerser laat
zich door de militaire gezags
hebbers inpalmen. Aan het ein
de van de roman is hij een natio
nale beroemdheid omdat hij - de
legerpredikant - als bemidde
laar optreedt.
Alles is er mis met die man en de
confrontatie met zoon Onno is
een logisch gevolg van zijn ma
nier van handelen. Als Onno met
zijn vader heeft afgerekend,
zwemt hij de Paramaribo-rivier
over. 'Het was alsof hij nog
maals uit het vruchtwater van
de moederbuik een uitweg naar
het leven moest vinden.'
Om te overleven in het Surina
me van de jaren zeventig is er
maar één middel: liegen. De
broer van Onno schrijft met vilt
stift op zijn spiegel: 'Lang leve
de leugen want de waarheid is
dodelijk'. Het motto van de ro
man is van Jacques Derrida: 'De
waarheid over de waarheid is
niet de waarheid'. De romanper
sonages weten dat ze zich ner
gens mee moeten bemoeien, 'zo
als je dat gewoonlijk doet met
een hoop stront die je aantreft
op een plek waar die niet hoort
te zijn. Je zorgt dat je er zelf niet
intrapt, je walgt ervan, je loopt
door. Iemand die gewoon door
loopt kan gerust zeggen: men
sen, ik heb niets gezien.'
In veel opzichten zijn de drie ro
mans aanklachten tegen Neder
land en ze sluiten qua thematiek
mooi aan op de boekenweek.
Cynthia McLeod laat op de laat
ste pagina Etienne en Esthelle in
omarming bedenken dat het el
dorado komt omdat de kinderen
goudkleurig zijn geworden door
hun roots. David Caprino van
Henry Menckeberg vindt zijn el
dorado niet en schaart zich in de
lange rij ongelukkigen die het
paradijs probeerden te vinden.
De hoofdpersoon van Astrid H.
Roemer, Onno Mus, herboren als
een volwassen Creool, kan dro
men over een betere toekomst.
Deze laatste roman is de meest
literaire van het drietal, maar
ook Astrid H. Roemer schuwt de
clichés niet. Wie romans uit de
West leest weet nu eenmaal dat
de gevoelsuitingen van Suri
naamse romanpersonages hefti
ger en uitbundiger zijn dan van
de Hollandse equivalenten. Het
probleem blijft om daar de juis
te woorden voor te vinden.
Cynthia McLeod: 'Ma Rochelle
passée. Welkom El Dorado'.
Uitg. Conserve, prijs 39,95.
Henry Menckeberg: 'De vrolijke
dood van David Caprino'. Uitg.
Meulenhoff, prijs 36,90.
Astrid H. Roemer: 'Gewaagd le
ven'. Uitg. De Arbeiderspers,
prijs 29,90.
foto rvu
Door Y. Né
De dichter en historicus J.W.
Schulte Nordholt, die augustus
vorig jaar overleed, was vooral
bekend om zijn nieuwe berijmin
gen voor het Liedboek voor de
kerken. Ook als Amerikanist viel
hem grote bewondering ten deel.
Hij schreef een veertigtal weten
schappelijke werken en tien
dichtbundels. Verzamelde ge
dichten bevat een ruime keuze uit
negen bundels. De tweede, aan
gevulde druk bevat nu ook poëzie
uit 1994 en zeven ongebundelde
gedichten.
De poëzie van Schulte Nordholt
toont hoezeer hij gehecht was aan
het verleden. Terwijl de experi
mentele Vijftigers hoogtij vier
den, publiceerde hij zijn rijmende
landschapgedichten. Bovendien
lagen zijn wortels in een door en
door protestantse traditie. Hij ge
tuigde daarvan tot in zijn meest
recente poëzie. In 1943 debuteer
de hij met de illegale bundel Het
bloeiende steen, waarvan overi
gens niets in de verzamelbundel
is opgenomen. Door de traditio
nele verzetspoëzie uit die periode
werd hij gevormd. De oorlog
bleef ook nadien aanleiding voor
diverse, mooie gedichten.
Als historicus ging hij met de
voorvaderen om als waren zij le
venden, die naast hem stonden.
Sterker nog, in zijn ogen droegen
ze de gezichten van de levenden
en hadden ze de overhand in alles
wat zij verrichtten. De traditie
toont zich nu eenmaal in elk van
onze gebaren en verworvenhe
den. De historicus, die hij was,
bleef in de vroege gedichten meer
op de achtergrond dan in de late.
Hij werd betogender. Zijn analy
tische geest domineerde de inspi
ratie van het moment: wie scheidt
die schept! En omdat hij verdeelt,
vermenigvuldigt hij zijn spiegel
beeld. Ook filosofeerde hij in toe
nemende mate over de taal en het
dichterschap. Zo vergeleek hij
het gedicht met wijn in kelders,
die even vruchtbaar zijn als de
duisternis, waarin een god begra
ven is. Schulte Nordholt komt het
meest sterk en natuurlijk naar
voren in concrete beelden: De
heiligen lopen op vogelvoeten/ zo
kuis en zo voorzichtig door het
woud. In de algemene beelden
verliezen de gedichten aan span
ning en volgen te vlot de platge
treden paden. De woorden droom
en dromen zijn de meest voorko
mende woorden in de bundel, die
de scheiding aangeven tussen de
alledaagse, afgemeten werkelijk
heid en de vermeende paradijse
lijke voortijd. In Levend land
schap komen ze in bijna elk ge
dicht voor. In Sirenen schreef hij:
Maar ik ben oud en vrees mijn
dromen, vast-/ gegroeid aan dit
klein afgemeten leven,/ gekrui-
J.WSchulte Nordholt
sigd aan het harde hout der mast.
Zinnelijkheid en verbondenheid
met het aardse leven aan de ene
kant en het verlangen naar he
melse eenheid en zuiverheid aan
de andere kant vormen de polen
van Schulte Nordholts dichter
schap.
De zo duidelijk in de protestants-
christelijke traditie staande ge
dichten, zijn wel gedateerd, maar
sympathiek. Dat komt daardoor,
dat hij geen religieuze dogma's
aanhing, maar het formuleren in
de taal als een religieuze daad
zag. Voor hem was taal een reli
gieus fenomeen. Het stelde hem
in staat, ordening in de wereld
aan te brengen en iets te zeggen,
dat hij tevoren niet wist.
Woorden konden iets van het
grote raadsel leven prijsgeven,
maar nooit zekerheden of waar
heden schenken: Het woord is en
kel het teveel,/ het mooie mense
lijke deel/ van de materie, het ge
luid/ boven het barre duister uit.
Hij sprak over het goddelijke in
de mens, dat via een gedicht even
in vervulling kwam. Over de god,
die buiten het menselijk bereik
ligt, zei hij: Laat God begaan al is
hij het gesteente/ dat in de akker
ligt waarop gij zaait.
Schulte Nordholt was een dichter
van het oog met genoeg warmte,
intelligentie en relativeringsver
mogen om lezers van nu te kun
nen boeien.
HARTSCHRIFT
Een rustig regelmatig hand
schrift vult
de glazen pagina, met breed ge
duld
glijdt het maar voort over het
zwarte blad,
alsof het er geheim plezier in had.
Maar wel wat schools, zo netjes
op en neer,
met hier en daar een piek een en-
kle keer.
De pen heeft heimwee, zei de
meester dan,
het is of hij de streep niet vinden
kan.
De pen heeft heimwee, daarom
schiet hij uit,
maar kan niet uit het kader van
de ruit,
hij wordt getemd en dat is ook
maar goed,
hij schrijft mijn waarheid met
mijn hartebloed.
Hartstochtelijk schrijft hij met
een spoor van licht
mijn leven als een woordeloos ge
dicht
waarvan de zin pas later wordt
onthuld.
J.W. Schulte Nordholt: 'Verzamel
de gedichten'. Uitg. De Prom, prijs
19,90
fotoarchief destem
i