F
Literatuur mag geen kunstmatig vermaak zijn'
i
imenten
De gedaante van Wouter van Riessen
Co van Assema
Lilies
Mario Vargas Llosa wil zich niet afzijdig houden van het straatgewoel
NIEUWE EXPO'S
GROTE GIDS
D3
J dat ze heeft sinds het vertrek
|haar vader, blijft.
IN BEELD
Hamburgers in Lokaal 01 Antwerpen
Twee nieuwe exposities in De Beyerd
Massa-expositie bij de NBKS
Foto's van Eminy Andriesse
Symbolen van de dood
Bulgaars echtpaar in Breda
MAART
1996 D2 I DE STEM
VRIJDAG 15 MAART 1996
C"l
i' 1 fej»,
FOTO COR VIVEEN
ist song of Manuel Sendero
ft toneelstuk Death and the
in, dat werd verfilmd door
n Polanski.
an van Dis, de schrijver van
loekenweekgeschenk Palm-
komt op zaterdag 13 april
De Bussel in Oosterhout
hem treedt Connie Palmen
winnares van de AKO-lite-
trprijs 1995.
op 13 april vindt in de Til-
ke schouwburg de Nacht van
lassie plaats. De hoofdgast is
it Komrij en verder worden
acht: Lydia Rood, Ronald
,art, Hermine Landvreugd,
.an Brusselmans, Diana
Kristien Hemmerechts en
lel Artus.
Fortuins hebben ontzag voor
|y's moeder. Anderen kruipen
1 de Bancrofts omdat ze rijk
'maar wij scheiden van ze',
Tracey. Toch bedenkt de
de van Fortuin ingenieuze
nen om Lolly's ouders weer
felkaar te brengen, een bankier
Ie familie is nooit weg. Intus-
I denkt Lolly veel na en ze ont-
|t dat ze veel liever haar vader
Jig heeft, dan dat zij een For-
wordt. Ze is eigenlijk Ban-
|£t en Fortuin tegelijk.
de lezer het hele verhaal
Jr voorvoelt, gebeurt ook: Lol-
ouders verzoenen zich. Zelf-
jzekerd meldt Lolly zich als
relei Bancroft bij de boomhut,
j hoofdkwartier van de bende,
ze verdedigt haar naam zo
brtuigend dat ze zowaar om-
f)g mag klimmen. Ze hoort er
ürtaan bij.
[hy schrijft zó dat je de perso-
n en hun omgeving voor je ziet
ze heeft een vlotte, hier en
ar humoristische stijl, maar ze
nooit oppervlakkig. Haar rela
terende manier van schrijven
at bovendien ruimte voor eigen
lerpeinzingen.
i tekeningen van Mance Post il-
ptreren het verhaal voorbeel-
nnorBen Ackermans
Elke ochtend speelt zich in het
kart van Londen een striptease af.
I Het gebeurt in een huis aan de
I Montpelier Walk, in de wijk
Knightsbridge. In dat huis woont
een romanschrijver. Hij is het die
dagelijks zijn nummer ten beste
geeft.
Het is geen gewone striptease, maar
een papieren. Die gaat zo: De schrijver
onthult niet zijn verborgen charmes,
mis de danseres, hij openbaart de de
monen waardoor hij bezeten wordt -
zijn verlangen, zijn schuld, soms zijn
Maar dat is niet het enige verschil met
een willekeurig meisje in een bloot
tent. Want, zoals hij zelf schrijft, een
striptease begint gekleed en eindigt
naakt. In een roman gaat het anders
om. Eerst is de schrijver naakt, aan het
slot heeft hij kleren aan.
„In een roman is de naakte, persoonlij
ke ervaring het beginpunt. Maar ge
bruikmakend van zijn verbeeldings
kracht weeft de schrijver daar een net
van vermommingen omheen. Het is
een proces dat er toe leidt dat je op het
laatst een compleet aangekleed per
soon over houdt. Het schrijven van een
roman is eigenlijk een omgekeerde
striptease."
De woorden zijn van Mario Vargas
Llosa. Hij is die schrijver, die 'discrete
exhibitionist' in Londen. Voorheen
was hij dat in Lima, hoofdstad van zijn
geboorteland Peru. En hij kan erg goed
aankleden, zoals de reeks klassieke ro-
I mans van zijn hand laat zien.
De stad en de honden, Het groene huis,
Gesprek in de kathedraal, De oorlog
van het einde van de wereld, De gees-
I ten van de Andes - het is slechts een
p - behoren tot de top van de mo-
I derne Latijns-Amerikaanse literatuur.
Elk jaar weer wordt Llosa onder de
kanshebbers voor de Nobelprijs ge-
I schaard. Vele andere belangrijke prij
zen vielen hem al ten deel.
Verslagen
Niet alleen als schrijver maakte hij
naam. Over de hele wereld staat hij
ook bekend als de man die bijna presi
dent was. In 1990 dong hij mee naar
het hoogste ambt van Peru, maar werd
onverwacht verslagen door Alberto
Fujimori. Llosa keerde de politiek én
Peru vervolgens onmiddellijk de rug
toe. Het eerste voorgoed, het andere in
ieder geval zolang Fujimori er aan de
macht blijft.
„Een rijke ervaring was het", zegt hij
nu. „Pijnlijk en niet erg aangenaam,
I maar ook heel leerzaam. Ik heb ervan
1 dat ik een schrijver ben, die
vooral als schrijver moet opereren en
I totaal ongeschikt is voor een politiek
I leven. Maar ik heb nergens spijt van."
Hij woont nu dus in Londen, waar hij
's middags de bibliotheek van het Bri
tish Museum frequenteert en iedere
ochtend de pen ter hand neemt. Hij
werkt aan een nieuwe roman, Los cua-
dernos de Don Rigoberto. Schrijven is
allang weer alles voor hem. „Het is in
tens en heel opwindend, maar niet
noodzakelijk vreugdevol. Alle wils
kracht, koppigheid en discipline die ik
in me heb is er voor nodig."
Angst
Het gesprek vindt plaats in Madrid.
Mario Vargas Llosa, die sinds kort ook
de Spaanse nationaliteit bezit, vertoeft
er regelmatig. Het is zo'n beetje zijn
tweede woonplaats. Toeval: zowel
Londen en Madrid kregen recentelijk
met terroristische aanslagen te maken.
Maar zelfs de gedachte aan angst is
nog niet bij hem opgekomen. „Ik ben
Peru gewend", lacht hij.
Hij heeft zijn intrek genomen in het
Palace Hotel. Een gebouw met gran
deur uit 1914, met zalen die genoemd
zijn naar reeds verscheiden collega
schrijvers: Cervantes, Hemingway.
Aan de deur staat een portier met hoge
hoed in een rijk versierd uniform. Het
Prado-museum is een steenworp ver.
Met een kaarsrechte rug is Llosa de
roodpluchen trap naar de lounge afge
daald. Deze maand wordt hij zestig.
Zijn golvende kuif is grotendeels grijs,
de rimpels in het gezicht mogen er zijn,
zijn motoriek aarzelt tussen statig en
stram. Hoffelijkheid en distantie
vloeien aangenaam in hem samen. De
hem zo vaak toegedichte arrogantie is
op het knaapje in de hotelkamer blij
ven hangen.
Het is laat in de middag. Buiten gaan
luidruchtige Italiaanse voetbalsuppor
ters voorbij. Ze zijn in de stad voor de
match tussen Real Madrid en Juven-
tus.
Llosa kan er niet heen, maar zou best
willen. „Ik hou van voetbal. In Londen
ging ik regelmatig naar Chelsea, sa
men met Salman Rushdie. Maar toen
het hooliganisme te erg begon te wor
den ben ik daarmee gestopt. Het is me
allemaal te fanatiek."
We praten over het genot van lezen.
Het lezen van literatuur, wel te ver
staan. Zojuist is in Nederland Llosa's
literaire autobiografie verschenen. De
oorspronkelijke titel luidde A writer's
reality, de Nederlandse werd Een ma
nier om ongeluk te bestrijden. Hij is
daar tevreden mee.
„Vaak wordt literaire fictie be
schouwd als iets gratuits. Maar dat is
het niet. Fictie helpt ons onze gefrus
treerde verlangens te vervullen. We
vinden andere werelden uit, omdat de
wereld waarin we leven niet in staat is
aan onze verwachtingen te voldoen.
De kloof is groot. Pas als we lezen, be
leven we de ervaringen die we in de
echte wereld zouden willen beleven. In
die zin is literatuur iets dat ons helpt
ons ongeluk te bestrijden."
Mario Vargas Llosa: „Het idee van de schrijver die zich afsluit in een wereld vol verschrikkingen bevalt me niet.
Kapitalisme is volgens mij een systeem dat beter werkt dan de andere. Ik sta er achter, zolang het maar niet gelijk
staat aan onderdrukking en exploitatie. foto bert nienhuis
„Fictie is een verrijking. Ze zorgt voor
rusteloosheid, voor ontevredenheid
met de echte wereld. Dat is prima! Li
teratuur stimuleert de kritische erva
ring. We ervaren hoe armzalig de we
reld is wanneer we die afzetten tegen
de fictieve wereld, dat fantastische
universum dat door de menselijke
geest geschapen wordt. Die ontevre
denheid is heilzaam, een noodzaak
voor de mens zelfs. Ze zorgt voor ver
andering."
Overleven
Volgens Llosa is het lezen van litera
tuur daarom iets dat de jeugd aange
leerd moet blijven worden. „Je mag
dat niet opofferen. Want ais je dat
doet, laat je robots achter. Mensen die
perfect een machine kunnen bedienen,
maar niet meer dan dat. Omdat ze een
wijdere horizon ontberen. Dat besef
begint door te breken."
Volgens sommigen is het doodvonnis
van het boek als communicatiemiddel
getekend. Niet volgens Llosa. Hij acht
de kans dat het boek en de literatuur
ook in een wereld van bits en bytes zul
len overleven redelijk groot.
„Ik ben niet pessimistisch. Nog nooit
in de geschiedenis zijn er zoveel boe
ken uitgegeven en gekocht. Niet allen
hedendaagse literatuur, maar ook de
klassieken. Shakespeare en Cervantes
hebben nooit zoveel lezers gehad als
nu."
Llosa maakt zelf wel eens gebruik van
een fenomeen als Internet. Hij vindt
het ook prima als zijn boeken on-line
worden gelezen. Maar zelf zou hij
nooit een literair werk tot zich nemen
via het computerscherm. Daarvoor is
het boek als object hem te dierbaar.
„Een roman lezen is een ceremonie,
een privé-activiteit tot en met. Als ik
lees, dan dompel ik me echt onder in
een wereld van verzinsel, plezier en
creativiteit. Ik denk niet dat dat moge
lijk is met Internet. Een boek is een
privé-object, een beeldscherm niet.
Met een boek zonder je je af. Het staat
je toe werkelijk de deuren van je zelf -
je verbeelding, je geheime begeerten -
open te zetten."
Stroom
Mario Vargas Llosa droeg met andere
groten als Gabriel Garcia Marquez en
Julio Cortazar bij aan de boom van de
Latijnsamerikaanse literatuur uit de
jaren zestig en zeventig. De stroom
boeken uit het continent die Europa
bereikt is sindsdien nauwelijks ver
minderd. De huidige Boekenweek is er
zelfs aan gewijd. Een echte verklaring
voor het succes heeft Llosa niet. Of het
moet 'het traditionele plezier in het
vertellen van verhalen' zijn.
Literatuur uit Latijns-Amerika is zo
divers als het continent zelf. Maar nog
altijd wordt er - in het spoor van de
fantastische elementen in het werk
van bij voorbeeld Marquez en Isabel
Allende - al te gemakkelijk het stem
peltje magisch-realisme op gedrukt.
Een term die in ieder geval niet van
toepassing is op Llosa's boeken. „Mijn
werk is veel meer realistisch dan ma
gisch. De fictie in mijn boeken is veel
meer gelijk te stellen met, laten we
zeggen, de echte wereld dan met een
verzonnen wereld."
Bordeel
Nu was er in die echte wereld al ge
noeg voor hem te beleven, en veel
daarvan drong ook tot zijn romans
door. Hij verwerkte zijn ervaringen op
een militaire academie in Lima in De
stad en de honden, liet in Het groene
huis zijn eigen leerschool in een bor
deel doorklinken, en vergastte de lezer
in Tante Julia en meneer de schrijver
op een echo van zijn mislukte eerste
huwelijk met een twaalf jaar oudere
tante.
In Een manier om ongeluk te bestrij
den maakt de schrijver veel werk van
het betoog dat fictie nooit mag worden
verward met de echte wereld. Maar
juist door de talrijke autobiografische
elementen in zijn romans overkomt het
Llosa vaak. Hij zegt er weinig aan te
kunnen doen. „Ik kies die onderwer
pen niet. Ik word door hen gekozen."
„Sommige ervaringen dwingen je tot
een verhaal. Je bent veel vrijer in de
woordkeuze, het opzetten van een
structuur, de vormaspecten van een
roman dan in de keuze van een onder
werp. Wat dat betreft ben je veel meer
een werktuig van je eigen demonen."
Mislukte race
Is de mislukte race naar het Peruaanse
presidentschap zo'n demon? Nee, ant
woordt Llosa resoluut. Een roman
daarover zal er nooit komen. Die drie
jaren in de politiek schreef hij al van
zich af in de vuistdikke autobiografie
Een vis in het water.
Een mening over politiek blijft Mario
Vargas Llosa niettemin wel houden, en
hij steekt die niet onder stoelen of ban
ken. Zijn opinies zijn overal ter wereld
in kranten en tijdschriften te vinden.
Dat was vroeger zo, en dat is na het
échec in Peru niet anders.
„Ik heb altijd deelgenomen aan het
publieke debat over sociale en politie
ke problemen. Ik voel een zekere ver
plichting tegenover de samenleving.
Natuurlijk, ik ben in de eerste plaats
schrijver. Dat is ook waar mijn hart
ligt. Maar literatuur staat niet los van
wat er zich verder in de maatschappij
afspeelt. Het idee van de schrijver die
zich volledig afsluit van een wereld vol
verschrikkingen bevalt mij niet."
„Het is voor mij meer een moreel dan
een politiek engagement. Schrijvers en
intellectuelen moeten zich uitspreken,
reacties uitlokken. Als er geen debat
is, wordt politiek een activiteit voor
experts en bloedt de democratie dood.
Literatuur mag geen kunstmatig ver
maak zijn. Ze moet zich laten besmet
ten door maatschappelijke proble
men."
Orakel
Mario Vargas Llosa is een veelweter.
Een orakel, zeggen mensen die minder
van hem gecharmeerd zijn. Een me
ning over de Franse identiteit? Men
kan bij hem terecht. Een intellectuele
oefening over het geheugen, zoals Wim
Kayzer die twee jaar geleden voor de
VPRO-tv vastlegde? Llosa deed mee,
en met genoegen. Voor een persoonlij
ke stemverklaring bij de Spaanse ver
kiezingen in de krant El Pais deinsde
hij evenmin terug.
Llosa stemde PP, de centrumrechtse
partij die afgelopen zondag de stem
busstrijd won. Ofschoon hij vond dat
de PP wat al te veel naar de sociaal
democratie is opgeschoven. „Ze waren
denk ik bang te worden geportretteerd
als kapitalisten."
Voor de schrijver zelf is dat geen
scheldwoord. Sterker: het naamplaatje
past hem best. „Kapitalisme is volgens
mij een systeem dat beter werkt dan de
andere. Ik sta er achter, zolang het
maar niet gelijk staat aan onderdruk
king en exploitatie. Dat is wat er nu in
Peru onder Fujimori gebeurt, waar het
leger de regering controleert."
Gehaat
Ooit was Llosa communist, maar hij
keerde zich (in tegenstelling tot bij
voorbeeld Marquez) daarvan af toen
hij zag hoe Cuba zich ontwikkelde. Nu
omhelst hij 'rechts', al is het dan een li
berale vorm ervan. Hij wordt er in
sommige kringen om gehaat, maar
gaat daar niet onder gebukt. Ook in de
drie jaar dat hij in de politiek zat kreeg
hij de volle laag. „Als je eens wist hoe
ze mij toen hebben uitgescholden..."
Wat Llosa aan de Spaanse verkie
zingsstrijd vooral opviel was dat het
een persoonlijk gevecht was, geen con
frontatie van ideeën. Terwijl die vol
gens hem toch in het middelpunt zou
den moeten staan.
„Al die passie...", verzucht hij. „Laat
ze die maar voor de literatuur reserve
ren. Passie is een traditie in de Spaan
stalige cultuur. Natuurlijk herken ik
dat. Ik ben zelf een hartstochtelijk
man. Maar passie hoort niet in de poli
tiek. Politiek moet rede zijn. Zoals in
een land als Nederland, waar het ge
zonde verstand overheerst."
De tegenwerping dat dat ook erg saai
is, brengt Llosa niet van zijn stuk. „Ik
hou van saaie beschavingen. Als saai
betekent dat geweld, terrorisme, into
lerantie, schendingen van mensen
rechten niet voorkomen: bravo! Dan
liever saai."
r reis met de oom van Adri is
Et vierde boek over Adri, Wim
I Martje. Wouter Klootwijk be-
Fhrijft de drie vrienden en hun
vonturen op een manier die
[aakt dat iedereen naar zon
armonieuze kindertijd Ce"
(ig)verlangt. De vrienden praten
pel met elkaar en zeggen precies
[at ze denken. Hinderlijke ge-
jelens zitten hen nog niet in de
leg. Om de kinderen fantas-
|sche avonturen te laten beleven,
eeft Klootwijk een oom mge-
:hakeld, want van een oom mag
altijd meer dan van je cud®?
lit keer heeft de oom van Aan
.en Mercedes gekocht. Een ou
us die hij verbouwt tot.kam
'Jeerwagen. Daarmee gaat het -
p stel op reis naar zee, naar ts
fie. De bus is handig bij appe
[lukken in de boomgaard en
[lijkt ideaal als patatkraam-
[alen waar je stuk voor stuk een'
fan geniet. Philip 5C
naakte de Ulustraties in een losse
tijl die bij het verhaal past.
Margaret Mahy: 'Bijna,e®",„g
f tuin'. Uitg. Querido, prijs
vanaf 9 jaar met
I Wouter Klootwijk. Op ra
de oom van AdriUitg. l
prijs 24,90, vanaf 6 jaar
Door Frits de Coninck
Als we het, sprekend over het
werk van een schilder, hebben
over zijn beeldtaal bedoelen we
®ar meestal iets overdrachte-
i]ks mee. Een schilder schildert
tenslotte en gebruikt geen woor-
en, zoals wij dat doen als we
et over een schilderij hebben.
«Jfl beeldtaal is een metafoor
voor de middelen en de motieven
ie hij gebruikt om een beeld
(voorsteUing) tot stand te bren-
8 Een beeld dat wij daardoor
J®»*" a's typisch van die
7;™er,en niet van een ander.
J "^Wtaal, dat zijn de ingre-
Itr^u1 'n steeds wisselende
j en samenstelling een
s ander schildersgerecht
P veren. De schilder Co van
ma^ma onberscheidt zich in de
beeldt» ,Waarop hil' met ziln
2 °mgaat Hil laat dui-
2n ,.z!en welke de materialen
IflJw1 gebru'kt, het vlak dat
2hlldert en de tekens die hij
2plaatstAllesineengeor-
Al!»^eVenw'cbt'Se compositie.
ielporen die leiden tot het uit
ood resu'taat zijn voor het
helder en' *n zbl *s een
Scht0VKrciaChtelijkeSChider
kant v - de ambachtelijke
Ie Stnf? Vak. bliift-
belannri^u C^ikking neemt een
Enjke plaats daarbij in. De
zichtbare structuur van de dra
ger, het linnen, wordt afgewis
seld met een verflaag waardoor
heen zandcement en kalk zijn
gevoegd. In dat vlak dat in nuan
ces van grijs is geschilderd, mon
teert hij hier en daar ook nog
flarden papier (envelop, brief).
De materialiteit die van dit
mengprocédé het resultaat is,
doet onvermijdelijk denken aan
de materieschilders die de schil
derswereld in de jaren '60 domi
neerden. De Spanjaard Antonio
Tapiès, de Nederlander Jaap
Wagemaker.
Maar ook anderszins heb je het
gevoel dat zijn beeldtaal duide
lijk is. De vormen, tekens, figu
ren die hij als losse elementen in
zijn relatief grote kleurvlakken
zet hebben een eigen soort com
municatie. Ze hebben iets met
elkaar. Ze vertellen een verhaal
dat zich afspeelt aan de buiten
kant van het schilderij. Een
klein verhaal over dingen en ge
beurtenissen, in beelden die als
woorden zijn te verstaan. Zon
der iets meer of anders te bedoe
len dan ze zeggen. Ook dat is
beeldtaal.
P® Verbeelding, Klokkenstraat
12, Baarle-Nassau, tot 25 maart.
Open donderdag t/m zondag van
1 tot 5 uur.
Wouter van Riessen is zichzelf
tot aanleiding. Hij schildert, te
kent en (soms) fotografeert zijn
eigen lichaam. Een gezicht en
een gestalte die hij door en door
kent, die hij dagelijks in de spie
gel ziet en waarvan geen lijn
hem nog onbekend is. Een lijf
waarin je negenentwintig jaar
leeft, dat moet een vertrouwde
plek zijn. En toch. Er zit iets on
gemakkelijks in de manier waar
op de figuur in het beeld staat.
Waar het aan schort is enige
vanzelfsprekendheid die je zou
mogen veronderstellen bij ie
mand die zo in zijn eigen werk
woont. Die zichzelf zo nabij is.
Maar bij Wouter van Riessen,
een jonge, opvallende kunste
naar uit Arnhem, is niks vanzelf
sprekend.
De enige zekerheid die in zijn
werk te vinden is dat is de stel
ligheid waarmee de contourlij
nen op het tekenblad zijn gezet
en de kleurvlakken op het doek
de gestalte vormen. Lijnen en
kleuren zitten stevig in zijn vin
gers, daar heeft hij hard aan ge
werkt en daar is weinig aarze
ling in te ontdekken. Maar tus
sen lijnen en kleurvlakken hangt
een stilte die ongemakkelijk
aandoet. De duidelijkheid van
de gestileerde lijnen en de hel
derheid van de sterke kleuren
roepen, heel tegenstrijdig eigen
lijk, het gevoel van leegte op.
Het is de gemoedstoestand van
de figuur die zich verwondert
over zichzelf. Die zich afvraagt
wat er allemaal om hem heen af
speelt en nooit een bevredigend
antwoord vindt. Het gezicht is
van die toestand de uitdrukking.
Als een gezicht je van de teke
ning of het schilderij je zo aan
kijkt, hoe moet je dan terugkij
ken Het ongemak zit dus ken
nelijk bij ons, de kijkers.
Bolle ogen, een lange kaaklijn,
Tekening van Wouter van Riessen, te zien in Den Bosch
houterige motoriek en een schra
le gestalte. Dat is Wouter van
Riessen, dat is de hoofdpersoon
in zijn werk. Een jongen die op
school bij de gymles altijd ach
teraan moest staan en bij het
partijtje kiezen overbleef. Zo al
leen staat hij ook op de tekenin
gen. Op een recente tekening
heeft hij zichzelf afgebeeld tot
aan het middel in duidelijke
contourlijnen.
De figuur hangt wat uit het lood:
hij helt over naar de rechterkant
van het blad, alsof hij ondanks
alle scherpte van de lijnen toch
wil ontsnappen. Alsof hij er ei
genlijk ook niet wil staan. De
ogen zijn groot en hol. Je kijkt
erin zonder dat je de gelegenheid
de diepte te peilen en de ziel te
zien. Deze tekening is van een
subtiele gevoeligheid, maar die
ligt wel aan de oppervlakte. Het
innerlijke bestaan blijft op al het
werk van Wouter van Riessen
zorgvuldig achter de gestalte
verborgen. Het laat veel meer ra
den dan zien. Het potlood trekt
trefzekere sporen over het witte
papier en markeert tegelijkertijd
een geladen stilte. Wat verwon
derlijk is, is onuitspreekbaar.
Dat is wat een andere tekening
misschien ook wel wil zeggen.
We zien het inmiddels bekende
hoofd, de bolle ogen, het lege ge
zicht. Midden op het blad heeft
hij de hand in volle breedte te
gen de kin aangezet, de lange,
smalle vingers gestrekt. Die ogen
en deze monumentale hand beel
den niks anders uit, ze zijn wat
ze zijn: een uitdrukking van ver
bazing. Er is nog iets merkwaar
digs aan deze afbeelding.
Enkele jaren geleden heeft Van
Riessen een zelfde voorstelling
in olieverf geschilderd. Een
schilderij dat allerwegen de aan
dacht trok toen het werd ge
toond in de Rotterdamse Kunst
hal in een selectie van werk van
30 talentvolle kunstenaars van
over heel de wereld. Bij Wouter
van Riessen doet de merkwaar
digheid zich voor dat het doek
voorafgaat aan de tekening,
waar dat normaal gesproken an
dersom is. Een groots schilderij
dat het karakter lijkt te hebben
van een schets! Zijn recentste
schilderij op de groepstentoon
stelling in Den Bosch toont de
bekende kop maar nu voor de
verandering in gezelschap. Op
de rechterschouder zit de pop
Bert (van Bert en Ernie) genoeg
lijk aangeleund tegen het hoofd.
Bert is levendig geschilderd, met
een warmte die van binnenuit
lijkt te komen. Een ding krijgt
iets menselijks. Een de mens
zelf? Diens kop lijkt mechanisch
geworden, met uitschroefbare
ogen en een demontabele neus.
Een kop uit de meccanodoos.
Maar nog altijd een kop van
Wouter van Riessen. Zo gaat dat:
als je zo trouw blijft aan je on
derwerp, in dit geval jezelf, dan
is de kleinste verandering van
grote betekenis en een onophou
delijke reden tot verwondering.
Artis, Boschveldweg 471 (naast
het station). Den Bosch. De ten
toonstelling duurt tot 1 april en is
open op donderdag t/m zondag
van 1 tot 5 uur.
Vanavond (donderdag) worden in de Antwerpse vestiging van Lokaal
01 vier kunstenaars uit Hamburg voorgesteld. Het gaat om Valentin
Alscher, Peter Dombrove, Christoph Ebener en Manfred Kroboth. De
presentatie (door Guillaume Bijl) zal geschieden om 19.00 uur op het
adres van Lokaal 01 aan de Verbrande Entrepotstraat 9 in Antwerpen.
Om 20.00 uur is er een geluidsperformance. Het Lokaal is geopend op
donderdag, vrijdag en zaterdag, 13.00-17.00 uur. De tentoonstelling
duurt t/m 31 maart.
Onder de titel Het gegeven beeld begint op 17 maart een tentoonstel
ling met 64 werken van 8 kunstenaars: Florette Dijkstra, Otto Egberts,
Loek Grootjans, Ab van Hanegem, Peter Kantelberg, George Korsmit,
Mariëtte Linders, Marcel Zalme. Op dezelfde dag begint een tentoon
stelling van recent werk van Jaeomijn den Engelsen (winnares van de
Nederlandse Grafiekprijs 1994), getiteld The beauty of serendipity
(dat woord bestaat echt en het betekent 'de gave om bij toeval waar
devolle dingen te ontdekken'). Beide tentoonstellingen in De Beyerd
worden gelijktijdig geopend door de Bredase wethouder J. Gielen, op
zaterdag 16 maart om 16.00 uur. (t/m 28 april).
Tomoko Baba, Sjoerd Bakker, Jan van den Berg, Mark Brusse, Marij-
an Geluk, Hooykaas/Stansfield, Ellen Houtman, Jannie van Huizen,
Hugo Kaagman, Christiaan Kuitwaard, Alexander Lichtveld, Barba
ra Nanning, Jean Ruiter, Rob Scholte, Marjan Teeuwen, Harald Vlugt
en Yumiko Yoneda exposeren in de NBKS, Reigerstraat 16 Breda, en
in KW14, Verwersstraat 20, Den Bosch. De opening in Breda vindt
plaats op zondag 17 maart om 14.00 uur. Openingstijden di. t/m zo.
13.00-17.00 uur. (t/m 21 april)
In het Cultureel Centrum Van Gogh, Molenstraat 5 in Zundert, zijn 40
foto's te zien van Emmy Andriesse, die zijn opgenomen in haar boek
De wereld van Van Gogh. Ze maakte de foto's in Arles, Saint-Rémy en
Auvers, waar Vincent van Gogh zijn laatste levensjaren doorbracht.
Emmy Andriesse wilde ook op andere plaatsen (o.a. Nuenen) fotogra
feren om een volledig beeld van het leven van de schilder te kunnen
geven, maar ze stierf tijdens het project, op 39-jarige leeftijd, (t/m 10
april)
De Grote Kerk in Breda geeft onderdak aan de tentoonstelling Zand
loper, Zeis en Pierlala, symbolen van de dood in kunst en cultuur. De
expositie is ingericht door het Nederlands Centrum voor Volkscultuur
in Utrecht. Spreuken, symbolen, schilderijen en legenden vertellen
hun verhaal, (t/m 12 april)
Sculpturen van Jeanette Spronck (uit Breda), schilderijen van Sofia
Lazarova en pastieken en schilderijen van Stojan Lazarov, een Bul
gaars echtpaar, zijn vanaf morgen te zien in Galerie Ginneken, Gin-
nekenweg 287 in Breda. De opening wordt zondag om 15.30 uur ver
richt dor mevrouw N. Dandalova, cultureel attachee van de Bulgaarse
ambassade in Den Haag. (t/m 28 april)