Trekvogels leveren prestaties van Olympisch formaat Stem vliegt 'naar de maan en terug' ■ügggat» a a a ijven Gluren mag Akkoord over richtlijnen voor verstandig zonnen NFORMATIE centimeter oedt kinderen kamp E3 Bevroren grond Boodschapper Radar Andere partner Rampvlucht Krachteloos Bedreiging Gouden regels 13 MAART 1996 ie Europese Unie erin ge. iet Eurocondoom. Op 1 yj 31 de EU worden verkocht Dat betekent dat voortaan ■kt mogen worden gebracht leter. Dat steekt nogal opti. van hoogstens 15 centime", is echter niet de voornaam- e het vaststellen van de con- iritse tijdschrift New Scien- de lengte van het condoom :de. In het bereikte compro- doorsnede hebben, waarbij ■n. De verpakking dient dan ie precies is en of dat wijder am. irtredingen beïnvloedt kin- ;ever zich uitlaat over een oordeel van de jonge kijker, team de overtreding maakt' van Oordt, waarop zij vorig i Media van de Rijksuniver- :n 96 kinderen van de laatste Ze kregen negen fragmen- waarin steeds een andere lerzoekster haalde het oor- lio Sportverslaggever Frank an een goedkeurend, afkeu- Opvallend is dat kinderen acht het commentaar. n voeding nog nauwelijks op en eetgewoonten zijn de be- ild product aan te schaffen, ed geïnformeerd over het ver- lijkt uit een onderzoek van de in opdracht van de Neder- De onderzoekers stellen vast rijn van milieuproblemen als bij voedselproduktie in kas- itwagentransport. De onder- ad met de voedingsmiddelen sten wezen alleen op verpak- belangrijke milieu-aspecten nen met een aantal andere or- producten. De eerste zal zich rkrijgbaarheid van 'mens- en iding, aldus de vereniging. 19 maart de Nationale Reu- gt de prijs, bestaande uit een an 50.000 gulden, onder meer van immunologie. Feitkamp drag te zullen besteden aan rt ontstaan van de ziekte van litis) en naar reactieve ge- ectie kunnen ontstaan. Het is umaprijs wordt toegekend. In ■ijs voor hun inspanningen om :onsulent aan te stellen. WOENSDAG 13 MAART 1996 Trekvogels vestigen zich weer in ons land om zich te vermenigvuldigen. foto anp idschappen doen nauwelijks foto archief de stem unnen ze zich alleen maar met 3i kind op hun gemak voelen, rksueel contact met een vol- assene is voor hen bedreigen! i daardoor niet bevredigend, egenstanders van pedofilie ijzen erop dat een kind van vaalf totaal niet in staat is om overzien wat de gevolgen zijn an zo'n vroeg seksueel contact, lat kan ook niet, want het is er eestelijk nog lang niet aan toe. lergelijke zaken komen in egel pas na de puberteit aan rde. Een pedofiel die seksue mgang heeft met een kin wingt zo'n kind in feite om e bsoluut voortijdige sprong ijn ontwikkeling te maken, lat is nooit gezond-Z°n J®,. rrijgt op latere leeftijd dat 'eheid problemen met zijn leeld en seksuele identi Vant als het wat ouder is g vorden, gaat het beseffen waar oe het zich geleend heeft. D P chuldgevoelens, gevoelens valging en schaamte en ee ale radeloosheid zijn dan Ier regel dan uitzondering ijn dan wel geen 'terechte g roelens (een kind is nar* TOOIT schuldig, ook met ncest), maar neem rus"S j nij aan dat die gevoellek0- ;rg diep gaan zitten. Eu de nen ze vroeger of later lulpverlening terecht, cl ook niet zo goed raad m je kunt wat er gebeurd is ongedaan maken, dus n» persoon ermee om tex .-j wat psychologisch gezie hinken op twee benen beteK Alleen op grond van he g is het mijn stellige overtuig 8 dat pedofilie verboden blijven. Dat betekent pedofielen in kwestie d' j-jften len moeten leren om hu lor John van Oppen i de lucht voltrekt zich mo menteel een fantastisch na tuurverschijnsel: de voorjaar- rek. Miljoenen vogels keren tig van winterkwartier naar zomerverblijf, vaak na jen intercontinentale vlucht ■van tienduizend kilometer. Een prestatie van Olympisch formaat. De nestbouwers be schikken nauwelijks over spiermassa en vetreserves in |un lijf. Hoe spelen trekvogels «at klaar? Wat is het geheim fan hun feilloze oriëntatie- echniek? Hoe omzeilen ze de paren op de lange-afstand- van Noordelijk naar Euidelijk Halfrond? Óp zoek W de oplossing van het [nysterie van de vogeltrek. let is alsof de mannetjesvink oe fent voor deelname aan het song festival. 'Wie, wie, oh wie is er l voor Grietje Marie?,' zo it, vrij vertaald, de on-zin Bie het wilde zangertje eindeloos Jen op hoge toon herhaalt. P® maand kwam hij terug. Uit nkrijk, in een gezamenlijke P*ht met honderden soortgeno ot Langs de rand van het bos «kent hij nu zijn territorium af. Wgebroken zingt hij zijn een- Wig lied, in de hoop een ®uwtje te versieren. U'meisjesvlucht kan elk moment Vinken overwinteren „wijs bij elkaar. In het b?r?ar 'reuze'en de vrouwtjes P"lu met naar huis gaan. Dat ""•n ze met opzet. Om de man- k.|i 113 te §even vooruit te L ,en een mooi plekje te ver- P® to de natuur. |Sa meiden hier arriveren, L,eren.?e nnar de vinkenslag de vrijers. 'Wie, wie oh wie is ij, voor Grietje Marie,' zin- Me versierders terwijl ze hun Bliiï s .udden. De meiden ver- j en de zangkwaliteiten van e vrijgezellen. Een zuivere «P betekent dat hij een le- hh! l ,teiTitariuin onder kntrpM, J" Dat y,erS[oot zijn Bi»L^Hf^kracht en daarmee E °P succes bij de vrouw- |eïïdatde sijsjeswereld. In Ie Wl en van maart Wezen ide «,armS danspartner voor K®e panden die komen F uitsevi r' a^s ket kroost feu De °Pn' beiden de we lt.^°lgende lente be§int de oor rit, V°ïe? aan> althans therf,i - geluksvogels die de KS* weten te is dat H u °udere genera- mehtige sehat! vol§ens voor- "Se schattingen. Van de eer- te beteugelen. Want een pie voor pedofielen besta helaas niet. Net zo m®en verkrachters, incestp B ^alt exhibitionisten. Stra:i der. in principe ook niets „rBiec gelijke gevallen: want daa hef je de driften niet op- "•össsr Postbus 3229a£;Leven' stejaars zou slechts een op de zes het vogelvrije seizoen doorstaan. Van de vierhonderd soorten die Nederland rijk is in de zomer maanden, overwintert meer dan de helft in zuidelijke streken. Noodgedwongen. Hier is de be vroren grond dan te hard om wormen te steken. Er zijn geen zaden, vruchten, bessen, kevers, rupsen, larven en insecten voor al die spreeuwen, zwaluwen, rood- borsten, leeuweriken, rietzan gers, groenlingen, kwikstaarten en putters. In de herfst vliegen ze weg. Ook sommige roofvogels achten het verstandiger te gaan dan te blij ven. Zo zeilt de boomvalk altijd samen met zijn prooi naar het zuiden, als een schandaalfoto graaf die zijn leven doorbrengt als schaduw van Prinses Di. Wie er oog voor heeft, kan hem soms ontdekken aan de flank van een vlucht boerenzwaluwen. Hij voedt zich met de zwakste exem plaren, die uitgeput uit koers ra ken. Met dezelfde kolonie - zijn levende voorraadschuur - keert de boomvalk in het voorjaar weerom. Elke categorie heeft zijn eigen, vaste bestemming. De grote lijs ter gaat nooit ver en overwintert in Frankrijk. Andere soorten, zo als de ooievaar of de boerenzwa luw, trekken helemaal naar cen traal- en zuidelijk Afrika. In hun winterkwartier gedragen onze emigranten zich meestal als op portunisten. Zonder vast nest scharrelen ze hun kostje bij el kaar. Ze volgen zwermen sprink hanen, of stelen zaden van de landerijen. Ze zijn nog niet weg uit de rivier delta, of hun plaats wordt inge nomen door wintergasten uit de poolstreken, die van oktober tot maart op bezoek komen omdat het klimaat daar dan even al te bar is. De kleine zwaan, de grote zaagbek, de brilduiker, het non netje en de meerkoet zijn zulke immigranten, die zich hier in le ven houden met vis of gras. Veer tien dagen geleden waren deze soorten nog massaal te zien in het stroomgebied van de Gelderse 'ri vieren. Bij het Drielsche Veer zat toen nog een groep van wel 250 koeten. Nu zijn ze foetsie. Alle maal, zomaar, opeens. Terug naar hun broedgebieden in Scandina vië, Siberië of nog noordelijker. Wie omhoog kijkt, kan deze we ken een invasiemacht van zomer vogels vanuit zuidelijke streken zien terugkeren. Soort na soort landen ze in bossen, tuinen, ak kers en weilanden, volgens een strak reisschema waarop biolo gen de klok gelijk weten te zet ten. De kievit, in Nederland be schouwd als de boodschapper van de lente, kwam vlak vóór de vink terug uit Marokko. De wulp heeft zijn stek inmiddels ook al weer gevonden, en de eerste grut to is ook al gesignaleerd. Terug uit Senegal of Gambia. De koekoek, een vogel die zeer tot de verbeelding spreekt vanwege zijn gemakkelijk herkenbare sig naal, laat nog even op zich wach ten. Het reisplan dat zit opgesla gen in het instinct van deze soort, laat hem pas eind maart opstij gen in oostelijk Afrika. In Neder land wordt de behouden terug komst van de koekoek niet pu bliekelijk opgemerkt, maar in Engeland publiceert een krant als The Times traditiegetrouw waar, wanneer en door wie de eerste 'klokslag van de nieuwe lente' vernomen is. Als hekkensluiter arriveert de gierzwaluw in het land, steevast op 30 april. De gierzwaluw is kampioen-zwever. Dag en nacht kan hij onafgebroken rondcirke len in hoge luchtlagen, dankzij zijn stijve vleugels en het vermo gen om gebruik te maken van thermiek. Het voedsel vangt hij in de lucht, zelfs paren en slapen gebeurt in het zwerk, waarbij hij snelle vleugelslagen laat volgen door lange glijvluchten. De exemplaren die Noord-Euro pa in de herfst verlaten, blijven waarschijnlijk negen maanden nagenoeg non-stop in de lucht, zoals paarden ook maar zelden hoeven te gaan liggen om krach ten op te doen. Pas vanaf eind april zoeken de zwaluwen hun oude rust- en broedplaats weer op, onder dakranden in stadswij ken. Spectaculair is ook de 'reisplan- ner' in het organisme van de re genwulp. In de laatste nachten van april trekken steevast tien duizenden exemplaren in brede vluchten over ons land, richting thuisbasis Scandinavië. Ornitholoog prof. dr. Arie van Noordwijk, hoofd van de onder zoeksafdeling waartoe het lande lijke Vogeltrekstation Arnhem behoort, schat dat vijf miljard vogels meedoen aan de halfjaar lijkse volksverhuizing in Europa. Bij die globale schatting baseert Van Noordwijk zich op metingen, verricht via radar, satellieten en ringonderzoek. Dezelfde voorzichtige cijfers zijn ook te vinden in de zojuist ver schenen Wereldatlas van de Vo geltrek. Samensteller Jonathan Elphick ontwikkelde een compu terprogramma om het migratie patroon van de belangrijkste soorten in beeld te brengen. Het resultaat is een boekwerk van 180 bladzijden met zeventig kleurenfoto's, vijftig kaarten en honderdvijftig aquarellen, waar mee de actuele inzichten uit deze tak van wetenschap toegankelijk zijn gemaakt voor een groot pu bliek. Elphick legt haarfijn uit waarom elke vogelsoort zijn eigen route of vlieghoogte aanhoudt. De infor matie per vogelsoort over bio toop, afmeting en gewicht wisselt hij af met algemene hoofdstuk ken over het reisklaar maken; het waarom van het vaste tijdstip van vertrek per categorie; de vraag in welke mate navigatie en oriëntatie zijn aangeboren of aangeleerd; de sterk per soort uiteenlopende vliegtechniek en de gevaren op de vlucht. Zo komt de leek te weten dat de Indische gans 's werelds absolute hoogvlieger is. In de Indusdeita is dit dier op negenduizend meter hoogte gesignaleerd. Toch rap porteerde ook een piloot op een hoogte van 8300 meter ooit wilde zwanen die onderweg waren van IJsland naar West-Europa. Klei nere soorten blijven natuurlijk dichter bij de grond. De lichtge wichtzangers vliegen met vijf honderd meter al ongebruikelijk hoog voor hun doen. Hoe ijverig Elphick ook getracht heeft alle resultaten van weten schappelijk onderzoek op een rij tje te zetten, het raadsel van de vogeltrek is nog lang niet opge lost. „Elphick heeft fantastisch werk verricht. Hij verdient alle respect. Maar van veel trekvo gelsoorten weet de mensheid nog altijd erg weinig af. Of ze bij voorbeeld -net zoals de vink- bijna elk voorjaar een andere partner krijgen," zegt Rinse Was senaar. Hij is hoofd van Euring Data bank, een organisatie die garant staat voor de internationale uit wisseling van alle gegevens die de ringcentrales van de dertig aan gesloten landen verzamelen. Wassenaar werkt op de Neder landse ringcentrale in Heteren, beter bekend als 'Vogeltreksta tion Arnhem', onderdeel van het Nederlands Instituut voor Oeco- logisch Onderzoek (Nioo). Het Nioo verleent diensten aan elke universiteit of overheidsinstel ling die onderzoek verricht op dit vakgebied. Bij de samenstelling van de Wereldatlas is dan ook ge bruik gemaakt van de schat aan gegevens die via Euring beschik baar komt. Wassenaar: „Het onderzoek naar de vogeltrek is van groot belang. Een op de tien soorten wordt in zijn voortbestaan bedreigd. Uit sterven is alleen te voorkomen als we de gevaren duidelijk in beeld krijgen. Daarbij is ringonderzoek onmisbaar." Ringonderzoek wees bijvoor beeld uit dat de noordse stem de absolute wereldkampioen van de lange afstand is. Hij is goed voor twintigduizend kilometer tijdens zijn verhuizing van noord- tot zuidpoolcirkel. Honderd gram zwaar en met een vleugelspan ning van tachtig centimeter, mi greert deze marathon-vlieger ie der jaar royaal de wereld rond, de vele voedselvluchten tussendoor nog niet eens meegerekend. De oudste geringde stem een broedvogel van de Waddeneilan den - werd 27 jaar. In kilometers uitgedrukt legde dit exemplaar in zijn leven een afstand af die een retourvlucht naar de maan over treft. Soms raakt een populatie ernstig uitgedund na een fatale ramp- vlucht. In de Amerikaanse staat Minnesota kwamen in maart 1906 1,5 miljoen ijsgorzen in een verschrikkelijke sneeuwbui te recht. In wat nu bekend staat als 'de grote vogelregen' vielen ze als hagelstenen uit de lucht. Gorzen die nog net op de wieken konden blijven, raakten hopeloos gedeso- riënterd door de straatlantaarns en vlogen zich dood tegen ramen van gebouwen. Beroemd is het geval van 3 sep tember 1965, door Jonathan Elp hick uiteraard aangehaald in zijn atlas. Het verkeer in het Engelse stadje Lowestoft werd lamgelegd doordat een half miljoen Scan dinavische broedvogels volslagen uitgeput op straten en wegen neerstreken. Ze waren op weg naar Spanje en Portugal, maar Onderzoek met ringen is van groot belang voor de toekomst van trekvogels. foto wim ferhoit werden door een zuidoostelijke storm naar het westen geblazen. Toch gaat het, volgens Wassen aar, bij 'natuurrampen' om een malige incidenten, die geen be dreiging hoeven te vormen voor de survival van de soort. „Veel gevaarlijker is de alsmaar toene mende menselijke activiteit in zijn leefgebied. Niet alleen in het broedgebied hier, maar ook op de halteplaatsen in de trekroute, of op de overwinteringsplek." Bij elke hectare braakliggende grond die in Nederland verandert in een goed onderhouden golf baan, raakt een weidevogel broedgebied kwijt. Niet voor één seizoen, maar voor altijd. Funest is ook de jacht in zuidelij ke landen tijdens de vogeltrek, of de aanleg van hoogspanningslei dingen en kabelbanen op een vas te vliegroute - zeker als dat ge beurt in bergachtige streken. Omtrekkende bewegingen helpen dan vaak niet. De vlucht vindt tijdens die omweg toch al snel een te hoge bergtop op zijn route en vliegt alsnog te pletter. Vogels die de Alpen oversteken via de Col de Brétolet, moeten bijvoor beeld op ongeveer tweeduizend meter boven de zeespiegel zien te komen om deze pas te bereijsén. Tegen de wind in komen ze hoog uit vier meter boven de top van deze laagste piek uit. Neem een bladzanger als de fitis. Hij weegt nog geen tien gram. Wassenaar: „Verbijsterend ge noeg presteert hij het om in twee weken week tijds vanuit Zweden tot tienduizend kilometer ver te vliegen. Dat vergt het absolute uiterste van dit wezentje. Een on voorziene barrière op de route betekent zijn dood. De inspan ning is al fabuleus, zeker als de energie die nodig is voor de lan- ge-afstandvlucht wordt afgeme ten aan het lichaamsgewicht." Als fitissen een omweg moeten maken en plotseling veel te lang over zee moeten vliegen om de kust te bereiken, kan dat ramp zalige consequenties hebben. Ze storten uitgeput neer en verdrin ken massaal. Een vlucht landvo gels die boven zee wordt overval len door storm of zware neerslag, zal overigens proberen een boort oren te bereiken. Elke zeeman kan wel een verhaal vertellen over een vlucht trekvogels die in lente of herst met duizenden te gelijk neerstreek op het dek om te schuilen. Een mysterie op zichzelf is de zeldzame kwartel. Wie in het veld wel eens op een exemplaar is ge stuit, krijgt het idee dat deze die ren niet houden van vliegen. Het is alsof ze met tegenzin het lucht- ruim kiezen als ze worden opge jaagd. De fladderende vlucht maakt een krachteloze indruk. Toch legt de kwartel lange afstanden af. Hij laat daarbij zelfs woestijnen en zeeën achter zich. De kleine kwartel uit West-Europa over wintert ten zuiden van de Sahara en in India. Jonathan Elphick, 'Wereldatlas van de Vogeltrek', Uitgeverij Schuyt Co Haarlem, 59,50. in 9 9 9 Door Eugène Verstraeten Wil je iets onder de aandacht brengen dan moet je de mensen prikkelen. Bij het nieuws dat er ergens in een weiland een 'vogelkijkscherm' is verrezen, haalt ie dereen de schouders op. Dus verzon een niet van pr- talent gespeende boswachter de term 'gluurmuur'. En zie, het liep er meteen storm. Welnu, zo'n gluurmuur is het doel van onze wandeling door de noordelijke bossen van het natuurgebied De Braakman in Zeeuws-Vlaanderen. Het vertrekpunt is een achter bosschages en struweel verscholen, en dus wat moeilijk te vinden, parkeer plaats. Dat verandert binnenkort, want dan wordt er een uit de kluiten gewassen informatiebord geplant. Boswachter Hans van Hage van Staatsbosbeheer werkt ook nog aan een bijbehorend foldertje. Dat is nog niet af en dus nemen we gewoon de boswachter in levende lijve mee. Als je langs de gluurmuur wilt, moet je de pas in de grond geklopte paaltjes volgen met een lik rode verf op hun kop. Alles bij elkaar een wandeling van an derhalf uur. Geheel volgens de hedendaagse milieu vriendelijke opvattingen zijn de paaltjes van onbe handeld kastanjehout. Ze schijnen wel vijftien jaar mee te gaan. Vooraan in het bos is het een drukte van belang. Er zijn pas honderden populieren omgezaagd en die worden nu afgevoerd met behulp van grijpkranen en vrachtwagens. De stukken boom gaan per schip naar Arabische landen en komen later weer terug in de vorm van sinaasappelkistjes. Kenmerkend voor de route is dat je aan je rechter hand telkens de beslotenheid van het bos vindt en links afwisselende vergezichten over akkers en stuk jes nat natuurgebied. Daar kun je allerlei watervogels zien en met wat geluk een koppeltje kiekendieven of een reiger. Een naburige boer blijkt er niet van ge charmeerd. Hij heeft een knalapparaat in de strijd ge worpen om de grauwe ganzen uit de buurt van zijn wintertarwe te houden. Het bos is zo'n veertig jaar oud en je kunt goed zien dat men toen van orde en regelmaat hield. Naaldbo men bij naaldbomen, eiken bij eiken, ga zo maar door. Staatsbosbeheer probeert nu dit patroon te doorbre ken door de natuur zijn gang te laten gaan. Natuur liefhebbers vinden het schitterend, maar er blijven ook altijd mensen die meteen gaan klagen als er wat teveel brandnetels over het voetpad hangen. Bij de oude Westgeul van de Braakman tref je een uniek gebiedje met duinvallei-vegetatie. Daar ont moeten zout en zoet water elkaar en tref je dus op een klein gebied twee soorten begroeiing aan. Nu zien weinig meer dan een veld met mos, maar in mei en juni verandert het gebiedje in een grote bloemenzee. Er zijn dan ook hele bijzondere plantjes te zien, zoals bijvoorbeeld wilde selderie. Ongeveer halverwege de wandeling doemt een rij in de grond gegraven grijze betonplaten op. Het is de 'gluurmuur'. Als je daar achter staat kun je de vogel tjes bekijken zonder dat die opschrikken. Je hebt er een schitterend uitzicht op de Braakman en de omrin gende rietkragen. Een groep goudplevieren heeft be zit genomen van een rij paaltjes. Verder ontdekken we een wulp, een bergeend en wat smienten. Via de andere kant van het bos komen we uiteindelijk weer bij de parkeerplaats. Vandaaruit vertrekt overi gens ook een kortere wandelroute van een klein uur. Dan moet je de paaltjes met een lik rode verf volgen. Ook leuk, maar die route voert niet langs de 'gluur muur'. Utrecht - Een mooie bruine huid is lang niet altijd het schoon heidsideaal geweest. Bij de Griekse schrijver Homerus was het ideaal juist een blanke huid. Bruin was toen eerder ordinair, al dus de Nijmeegse dermatoloog en voorzitter van het Nationaal Huidfonds prof. dr. P. van de Kerkhof deze week bij de start van 'Buiten en binnen: Zon wijzer', de nieuwe voorlichtingscam pagne van de Nederlandse kankerbestrijding. Het KWF is het na anderhalf jaar overleg tussen wetenschappers en zonnebranche eens geworden over richtlijnen met betrekking tot verstandig zonnen, zowel bui ten als in de zonnestudio. Volgens Van de Kerkhof kan bij lange blootstelling, vooral waar het de wat blankere huid betreft, op den duur naast veroudering en rimpeling van de huid ook kan ker optreden. Hij heeft becijferd dat bijna dertig procent van de Nederlanders gebruik maakt van bruiningsapparatuur. Een mil joen Nederlanders hebben een of andere vorm van een huidaan doening en twee procent lijdt on der de chronische huidaandoe ning psoriasis. Het Nationaal Huidfonds, zo be toogde zijn voorzitter, heeft tot doel om op te komen voor een be handeling van deze mensen. Zon licht en ook het kunstlicht van de zonnebank kan in zijn ogen voor de een 'n belangrijke behandeling zijn, maar voor een ander een be dreiging. Personeelsleden van bruinstudio's dienen op de hoog te te zijn van de eventuele geva ren, bijvoorbeeld of er medicij nen worden gebruikt. Contact met huidspecialisten is aan te be velen. De bruiningsbranche kan nooit op eigen houtje bezig zijn, vindt Van de Kerkhof. „Ze levert een bijdrage in de behandeling, maar mag nooit de plaats van de behandelaar innemen. Die blijft voorbehouden aan de arts." Volgens de Utrechtse emeritus hoogleraar prof. dr. J. van der Leun, expert op bruiningsgebied, zijn er pogingen gedaan om ap paraten te ontwikkelen die alleen maar gunstige effecten zouden hebben. Maar dat is niet gelukt, zonnebrand en huidkanker blij ven als ongewenste effecten aan wezig. Zo heeft men tevergeefs gepro beerd om met de UV-straling op een andere golflengte te gaan zit ten. Het is, volgens hem, mogelijk om dagelijks een UV-straling te nemen zonder ooit bruin te wor den. Wie bruining nastreeft moet een efficiënte bruiningskuur heb ben. Dat is, aldus Van der Leun, een kuur, waarmee het gewenste effect wordt bereikt met het kleinst mogelijke aantal MED's. MED (Minimale Eytheem Dosis) is de hoeveelheid UV-straling waarbij na 8 tot 24 uur een begin van roodheid optreedt. Voor ie mand met een zeer lichte huid is die dosis bij gelijke omstandighe den in kortere tijd bereikt dan voor iemand met een getinte huid. Kankerbestrijding en industrie zijn nu samen overeengekomen dat de jaardosis uit bruiningsap- paraten niet hoger mag zijn dan 50 MED. Dit is overigens geen garantie voor de veiligheid van de dosis. Elke dosis UV-straling vermeerdert het risico. „Als de gewenste effecten ook kunnen worden bereikt met een kleinere dosis, dan is dat alleen maar gun stig," aldus Van der Leun. De Nederlandse Kankerbestrij ding heeft naast een gratis hulp en informatielijn (06-0226622) en een huid-infolijn (026-3514160) tien gouden regels voor verstan dig zonnen opgesteld. Die regels luiden: Geniet van de zon, maar denk aan uw huid. Maak geen verschil tussen ul traviolette straling van echte zon of bruiningsapparatuur. De huid doet dat ook niet. Draag buiten zo mogelijk een zonnehoed/-klep en kleding. Zoek schaduw op in plaats van volle zon, zeker tussen 12.00 en 15.00 uur. Als u lang in de zon gaat, smeer onbedekte huid dan in met een anti-zonnebrandmiddel. (Voor Nederland factor 10 a 12) Laat de huid geleidelijk wen nen aan de zon en voorkom zon nebrand. Volg de gebruiksinstructies van bruiningsapparatuur nauwkeu rig op. Laat zonnen en gebruik van bruiningsapparatuur over aan mensen boven de 15 jaar met huidtype 2, 3 of 4. Ga uit de zon als de huid vreemd reageert met bijvoor beeld uitslag, jeuk of snelle ver branding en raadpleeg een arts. Bij sommige huidaandoeningen helpt ultraviolette straling, bij andere juist niet. Vraag informa tie bij een arts.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 23