Trekvogels leveren prestaties van Olympisch formaat
Stem vliegt 'naar de maan en terug'
■ügggat»
a
a
a
ijven
Gluren mag
Akkoord over richtlijnen
voor verstandig zonnen
NFORMATIE
centimeter
oedt kinderen
kamp
E3
Bevroren grond
Boodschapper
Radar
Andere partner
Rampvlucht
Krachteloos
Bedreiging
Gouden regels
13 MAART 1996
ie Europese Unie erin ge.
iet Eurocondoom. Op 1 yj
31 de EU worden verkocht
Dat betekent dat voortaan
■kt mogen worden gebracht
leter. Dat steekt nogal opti.
van hoogstens 15 centime",
is echter niet de voornaam-
e het vaststellen van de con-
iritse tijdschrift New Scien-
de lengte van het condoom
:de. In het bereikte compro-
doorsnede hebben, waarbij
■n. De verpakking dient dan
ie precies is en of dat wijder
am.
irtredingen beïnvloedt kin-
;ever zich uitlaat over een
oordeel van de jonge kijker,
team de overtreding maakt'
van Oordt, waarop zij vorig
i Media van de Rijksuniver-
:n 96 kinderen van de laatste
Ze kregen negen fragmen-
waarin steeds een andere
lerzoekster haalde het oor-
lio Sportverslaggever Frank
an een goedkeurend, afkeu-
Opvallend is dat kinderen
acht het commentaar.
n voeding nog nauwelijks op
en eetgewoonten zijn de be-
ild product aan te schaffen,
ed geïnformeerd over het ver-
lijkt uit een onderzoek van de
in opdracht van de Neder-
De onderzoekers stellen vast
rijn van milieuproblemen als
bij voedselproduktie in kas-
itwagentransport. De onder-
ad met de voedingsmiddelen
sten wezen alleen op verpak-
belangrijke milieu-aspecten
nen met een aantal andere or-
producten. De eerste zal zich
rkrijgbaarheid van 'mens- en
iding, aldus de vereniging.
19 maart de Nationale Reu-
gt de prijs, bestaande uit een
an 50.000 gulden, onder meer
van immunologie. Feitkamp
drag te zullen besteden aan
rt ontstaan van de ziekte van
litis) en naar reactieve ge-
ectie kunnen ontstaan. Het is
umaprijs wordt toegekend. In
■ijs voor hun inspanningen om
:onsulent aan te stellen.
WOENSDAG 13 MAART 1996
Trekvogels vestigen zich weer in ons land om zich te vermenigvuldigen.
foto anp
idschappen doen nauwelijks
foto archief de stem
unnen ze zich alleen maar met
3i kind op hun gemak voelen,
rksueel contact met een vol-
assene is voor hen bedreigen!
i daardoor niet bevredigend,
egenstanders van pedofilie
ijzen erop dat een kind van
vaalf totaal niet in staat is om
overzien wat de gevolgen zijn
an zo'n vroeg seksueel contact,
lat kan ook niet, want het is er
eestelijk nog lang niet aan toe.
lergelijke zaken komen in
egel pas na de puberteit aan
rde. Een pedofiel die seksue
mgang heeft met een kin
wingt zo'n kind in feite om e
bsoluut voortijdige sprong
ijn ontwikkeling te maken,
lat is nooit gezond-Z°n J®,.
rrijgt op latere leeftijd dat
'eheid problemen met zijn
leeld en seksuele identi
Vant als het wat ouder is g
vorden, gaat het beseffen waar
oe het zich geleend heeft. D P
chuldgevoelens, gevoelens
valging en schaamte en ee
ale radeloosheid zijn dan
Ier regel dan uitzondering
ijn dan wel geen 'terechte g
roelens (een kind is nar*
TOOIT schuldig, ook met
ncest), maar neem rus"S j
nij aan dat die gevoellek0-
;rg diep gaan zitten. Eu de
nen ze vroeger of later
lulpverlening terecht, cl
ook niet zo goed raad m
je kunt wat er gebeurd is
ongedaan maken, dus n»
persoon ermee om tex .-j
wat psychologisch gezie
hinken op twee benen beteK
Alleen op grond van he g
is het mijn stellige overtuig 8
dat pedofilie verboden
blijven. Dat betekent
pedofielen in kwestie d' j-jften
len moeten leren om hu
lor John van Oppen
i de lucht voltrekt zich mo
menteel een fantastisch na
tuurverschijnsel: de voorjaar-
rek. Miljoenen vogels keren
tig van winterkwartier
naar zomerverblijf, vaak na
jen intercontinentale vlucht
■van tienduizend kilometer.
Een prestatie van Olympisch
formaat. De nestbouwers be
schikken nauwelijks over
spiermassa en vetreserves in
|un lijf. Hoe spelen trekvogels
«at klaar? Wat is het geheim
fan hun feilloze oriëntatie-
echniek? Hoe omzeilen ze de
paren op de lange-afstand-
van Noordelijk naar
Euidelijk Halfrond? Óp zoek
W de oplossing van het
[nysterie van de vogeltrek.
let is alsof de mannetjesvink oe
fent voor deelname aan het song
festival. 'Wie, wie, oh wie is er
l voor Grietje Marie?,' zo
it, vrij vertaald, de on-zin
Bie het wilde zangertje eindeloos
Jen op hoge toon herhaalt.
P® maand kwam hij terug. Uit
nkrijk, in een gezamenlijke
P*ht met honderden soortgeno
ot Langs de rand van het bos
«kent hij nu zijn territorium af.
Wgebroken zingt hij zijn een-
Wig lied, in de hoop een
®uwtje te versieren.
U'meisjesvlucht kan elk moment
Vinken overwinteren
„wijs bij elkaar. In het
b?r?ar 'reuze'en de vrouwtjes
P"lu met naar huis gaan. Dat
""•n ze met opzet. Om de man-
k.|i 113 te §even vooruit te
L ,en een mooi plekje te ver-
P® to de natuur.
|Sa meiden hier arriveren,
L,eren.?e nnar de vinkenslag
de vrijers. 'Wie, wie oh wie is
ij, voor Grietje Marie,' zin-
Me versierders terwijl ze hun
Bliiï s .udden. De meiden ver-
j en de zangkwaliteiten van
e vrijgezellen. Een zuivere
«P betekent dat hij een le-
hh! l ,teiTitariuin onder
kntrpM, J" Dat y,erS[oot zijn
Bi»L^Hf^kracht en daarmee
E °P succes bij de vrouw-
|eïïdatde sijsjeswereld. In
Ie Wl en van maart Wezen
ide «,armS danspartner voor
K®e panden die komen
F uitsevi r' a^s ket kroost
feu De °Pn' beiden de we
lt.^°lgende lente be§int de
oor rit, V°ïe? aan> althans
therf,i - geluksvogels die de
KS* weten te
is dat H u °udere genera-
mehtige sehat! vol§ens voor-
"Se schattingen. Van de eer-
te beteugelen. Want een
pie voor pedofielen besta
helaas niet. Net zo m®en
verkrachters, incestp B ^alt
exhibitionisten. Stra:i der.
in principe ook niets „rBiec
gelijke gevallen: want daa
hef je de driften niet op-
"•össsr
Postbus 3229a£;Leven'
stejaars zou slechts een op de zes
het vogelvrije seizoen doorstaan.
Van de vierhonderd soorten die
Nederland rijk is in de zomer
maanden, overwintert meer dan
de helft in zuidelijke streken.
Noodgedwongen. Hier is de be
vroren grond dan te hard om
wormen te steken. Er zijn geen
zaden, vruchten, bessen, kevers,
rupsen, larven en insecten voor al
die spreeuwen, zwaluwen, rood-
borsten, leeuweriken, rietzan
gers, groenlingen, kwikstaarten
en putters.
In de herfst vliegen ze weg. Ook
sommige roofvogels achten het
verstandiger te gaan dan te blij
ven. Zo zeilt de boomvalk altijd
samen met zijn prooi naar het
zuiden, als een schandaalfoto
graaf die zijn leven doorbrengt
als schaduw van Prinses Di. Wie
er oog voor heeft, kan hem soms
ontdekken aan de flank van een
vlucht boerenzwaluwen. Hij
voedt zich met de zwakste exem
plaren, die uitgeput uit koers ra
ken. Met dezelfde kolonie - zijn
levende voorraadschuur - keert
de boomvalk in het voorjaar
weerom.
Elke categorie heeft zijn eigen,
vaste bestemming. De grote lijs
ter gaat nooit ver en overwintert
in Frankrijk. Andere soorten, zo
als de ooievaar of de boerenzwa
luw, trekken helemaal naar cen
traal- en zuidelijk Afrika. In hun
winterkwartier gedragen onze
emigranten zich meestal als op
portunisten. Zonder vast nest
scharrelen ze hun kostje bij el
kaar. Ze volgen zwermen sprink
hanen, of stelen zaden van de
landerijen.
Ze zijn nog niet weg uit de rivier
delta, of hun plaats wordt inge
nomen door wintergasten uit de
poolstreken, die van oktober tot
maart op bezoek komen omdat
het klimaat daar dan even al te
bar is. De kleine zwaan, de grote
zaagbek, de brilduiker, het non
netje en de meerkoet zijn zulke
immigranten, die zich hier in le
ven houden met vis of gras. Veer
tien dagen geleden waren deze
soorten nog massaal te zien in het
stroomgebied van de Gelderse 'ri
vieren. Bij het Drielsche Veer zat
toen nog een groep van wel 250
koeten. Nu zijn ze foetsie. Alle
maal, zomaar, opeens. Terug naar
hun broedgebieden in Scandina
vië, Siberië of nog noordelijker.
Wie omhoog kijkt, kan deze we
ken een invasiemacht van zomer
vogels vanuit zuidelijke streken
zien terugkeren. Soort na soort
landen ze in bossen, tuinen, ak
kers en weilanden, volgens een
strak reisschema waarop biolo
gen de klok gelijk weten te zet
ten.
De kievit, in Nederland be
schouwd als de boodschapper
van de lente, kwam vlak vóór de
vink terug uit Marokko. De wulp
heeft zijn stek inmiddels ook al
weer gevonden, en de eerste grut
to is ook al gesignaleerd. Terug
uit Senegal of Gambia.
De koekoek, een vogel die zeer tot
de verbeelding spreekt vanwege
zijn gemakkelijk herkenbare sig
naal, laat nog even op zich wach
ten. Het reisplan dat zit opgesla
gen in het instinct van deze soort,
laat hem pas eind maart opstij
gen in oostelijk Afrika. In Neder
land wordt de behouden terug
komst van de koekoek niet pu
bliekelijk opgemerkt, maar in
Engeland publiceert een krant
als The Times traditiegetrouw
waar, wanneer en door wie de
eerste 'klokslag van de nieuwe
lente' vernomen is.
Als hekkensluiter arriveert de
gierzwaluw in het land, steevast
op 30 april. De gierzwaluw is
kampioen-zwever. Dag en nacht
kan hij onafgebroken rondcirke
len in hoge luchtlagen, dankzij
zijn stijve vleugels en het vermo
gen om gebruik te maken van
thermiek. Het voedsel vangt hij
in de lucht, zelfs paren en slapen
gebeurt in het zwerk, waarbij hij
snelle vleugelslagen laat volgen
door lange glijvluchten.
De exemplaren die Noord-Euro
pa in de herfst verlaten, blijven
waarschijnlijk negen maanden
nagenoeg non-stop in de lucht,
zoals paarden ook maar zelden
hoeven te gaan liggen om krach
ten op te doen. Pas vanaf eind
april zoeken de zwaluwen hun
oude rust- en broedplaats weer
op, onder dakranden in stadswij
ken.
Spectaculair is ook de 'reisplan-
ner' in het organisme van de re
genwulp. In de laatste nachten
van april trekken steevast tien
duizenden exemplaren in brede
vluchten over ons land, richting
thuisbasis Scandinavië.
Ornitholoog prof. dr. Arie van
Noordwijk, hoofd van de onder
zoeksafdeling waartoe het lande
lijke Vogeltrekstation Arnhem
behoort, schat dat vijf miljard
vogels meedoen aan de halfjaar
lijkse volksverhuizing in Europa.
Bij die globale schatting baseert
Van Noordwijk zich op metingen,
verricht via radar, satellieten en
ringonderzoek.
Dezelfde voorzichtige cijfers zijn
ook te vinden in de zojuist ver
schenen Wereldatlas van de Vo
geltrek. Samensteller Jonathan
Elphick ontwikkelde een compu
terprogramma om het migratie
patroon van de belangrijkste
soorten in beeld te brengen. Het
resultaat is een boekwerk van
180 bladzijden met zeventig
kleurenfoto's, vijftig kaarten en
honderdvijftig aquarellen, waar
mee de actuele inzichten uit deze
tak van wetenschap toegankelijk
zijn gemaakt voor een groot pu
bliek.
Elphick legt haarfijn uit waarom
elke vogelsoort zijn eigen route of
vlieghoogte aanhoudt. De infor
matie per vogelsoort over bio
toop, afmeting en gewicht wisselt
hij af met algemene hoofdstuk
ken over het reisklaar maken; het
waarom van het vaste tijdstip
van vertrek per categorie; de
vraag in welke mate navigatie en
oriëntatie zijn aangeboren of
aangeleerd; de sterk per soort
uiteenlopende vliegtechniek en
de gevaren op de vlucht.
Zo komt de leek te weten dat de
Indische gans 's werelds absolute
hoogvlieger is. In de Indusdeita is
dit dier op negenduizend meter
hoogte gesignaleerd. Toch rap
porteerde ook een piloot op een
hoogte van 8300 meter ooit wilde
zwanen die onderweg waren van
IJsland naar West-Europa. Klei
nere soorten blijven natuurlijk
dichter bij de grond. De lichtge
wichtzangers vliegen met vijf
honderd meter al ongebruikelijk
hoog voor hun doen.
Hoe ijverig Elphick ook getracht
heeft alle resultaten van weten
schappelijk onderzoek op een rij
tje te zetten, het raadsel van de
vogeltrek is nog lang niet opge
lost. „Elphick heeft fantastisch
werk verricht. Hij verdient alle
respect. Maar van veel trekvo
gelsoorten weet de mensheid nog
altijd erg weinig af. Of ze bij
voorbeeld -net zoals de vink-
bijna elk voorjaar een andere
partner krijgen," zegt Rinse Was
senaar.
Hij is hoofd van Euring Data
bank, een organisatie die garant
staat voor de internationale uit
wisseling van alle gegevens die de
ringcentrales van de dertig aan
gesloten landen verzamelen.
Wassenaar werkt op de Neder
landse ringcentrale in Heteren,
beter bekend als 'Vogeltreksta
tion Arnhem', onderdeel van het
Nederlands Instituut voor Oeco-
logisch Onderzoek (Nioo). Het
Nioo verleent diensten aan elke
universiteit of overheidsinstel
ling die onderzoek verricht op dit
vakgebied. Bij de samenstelling
van de Wereldatlas is dan ook ge
bruik gemaakt van de schat aan
gegevens die via Euring beschik
baar komt.
Wassenaar: „Het onderzoek naar
de vogeltrek is van groot belang.
Een op de tien soorten wordt in
zijn voortbestaan bedreigd. Uit
sterven is alleen te voorkomen als
we de gevaren duidelijk in beeld
krijgen. Daarbij is ringonderzoek
onmisbaar."
Ringonderzoek wees bijvoor
beeld uit dat de noordse stem de
absolute wereldkampioen van de
lange afstand is. Hij is goed voor
twintigduizend kilometer tijdens
zijn verhuizing van noord- tot
zuidpoolcirkel. Honderd gram
zwaar en met een vleugelspan
ning van tachtig centimeter, mi
greert deze marathon-vlieger ie
der jaar royaal de wereld rond, de
vele voedselvluchten tussendoor
nog niet eens meegerekend. De
oudste geringde stem een
broedvogel van de Waddeneilan
den - werd 27 jaar. In kilometers
uitgedrukt legde dit exemplaar in
zijn leven een afstand af die een
retourvlucht naar de maan over
treft.
Soms raakt een populatie ernstig
uitgedund na een fatale ramp-
vlucht. In de Amerikaanse staat
Minnesota kwamen in maart
1906 1,5 miljoen ijsgorzen in een
verschrikkelijke sneeuwbui te
recht. In wat nu bekend staat als
'de grote vogelregen' vielen ze als
hagelstenen uit de lucht. Gorzen
die nog net op de wieken konden
blijven, raakten hopeloos gedeso-
riënterd door de straatlantaarns
en vlogen zich dood tegen ramen
van gebouwen.
Beroemd is het geval van 3 sep
tember 1965, door Jonathan Elp
hick uiteraard aangehaald in zijn
atlas. Het verkeer in het Engelse
stadje Lowestoft werd lamgelegd
doordat een half miljoen Scan
dinavische broedvogels volslagen
uitgeput op straten en wegen
neerstreken. Ze waren op weg
naar Spanje en Portugal, maar
Onderzoek met ringen is van groot belang voor de toekomst van trekvogels. foto wim ferhoit
werden door een zuidoostelijke
storm naar het westen geblazen.
Toch gaat het, volgens Wassen
aar, bij 'natuurrampen' om een
malige incidenten, die geen be
dreiging hoeven te vormen voor
de survival van de soort. „Veel
gevaarlijker is de alsmaar toene
mende menselijke activiteit in
zijn leefgebied. Niet alleen in het
broedgebied hier, maar ook op de
halteplaatsen in de trekroute, of
op de overwinteringsplek."
Bij elke hectare braakliggende
grond die in Nederland verandert
in een goed onderhouden golf
baan, raakt een weidevogel
broedgebied kwijt. Niet voor één
seizoen, maar voor altijd.
Funest is ook de jacht in zuidelij
ke landen tijdens de vogeltrek, of
de aanleg van hoogspanningslei
dingen en kabelbanen op een vas
te vliegroute - zeker als dat ge
beurt in bergachtige streken.
Omtrekkende bewegingen helpen
dan vaak niet. De vlucht vindt
tijdens die omweg toch al snel
een te hoge bergtop op zijn route
en vliegt alsnog te pletter. Vogels
die de Alpen oversteken via de
Col de Brétolet, moeten bijvoor
beeld op ongeveer tweeduizend
meter boven de zeespiegel zien te
komen om deze pas te bereijsén.
Tegen de wind in komen ze hoog
uit vier meter boven de top van
deze laagste piek uit.
Neem een bladzanger als de fitis.
Hij weegt nog geen tien gram.
Wassenaar: „Verbijsterend ge
noeg presteert hij het om in twee
weken week tijds vanuit Zweden
tot tienduizend kilometer ver te
vliegen. Dat vergt het absolute
uiterste van dit wezentje. Een on
voorziene barrière op de route
betekent zijn dood. De inspan
ning is al fabuleus, zeker als de
energie die nodig is voor de lan-
ge-afstandvlucht wordt afgeme
ten aan het lichaamsgewicht."
Als fitissen een omweg moeten
maken en plotseling veel te lang
over zee moeten vliegen om de
kust te bereiken, kan dat ramp
zalige consequenties hebben. Ze
storten uitgeput neer en verdrin
ken massaal. Een vlucht landvo
gels die boven zee wordt overval
len door storm of zware neerslag,
zal overigens proberen een boort
oren te bereiken. Elke zeeman
kan wel een verhaal vertellen
over een vlucht trekvogels die in
lente of herst met duizenden te
gelijk neerstreek op het dek om te
schuilen.
Een mysterie op zichzelf is de
zeldzame kwartel. Wie in het veld
wel eens op een exemplaar is ge
stuit, krijgt het idee dat deze die
ren niet houden van vliegen. Het
is alsof ze met tegenzin het lucht-
ruim kiezen als ze worden opge
jaagd.
De fladderende vlucht maakt een
krachteloze indruk. Toch legt de
kwartel lange afstanden af. Hij
laat daarbij zelfs woestijnen en
zeeën achter zich. De kleine
kwartel uit West-Europa over
wintert ten zuiden van de Sahara
en in India.
Jonathan Elphick, 'Wereldatlas
van de Vogeltrek', Uitgeverij
Schuyt Co Haarlem, 59,50.
in
9
9
9
Door Eugène Verstraeten
Wil je iets onder de aandacht brengen dan moet je de
mensen prikkelen. Bij het nieuws dat er ergens in een
weiland een 'vogelkijkscherm' is verrezen, haalt ie
dereen de schouders op. Dus verzon een niet van pr-
talent gespeende boswachter de term 'gluurmuur'. En
zie, het liep er meteen storm. Welnu, zo'n gluurmuur
is het doel van onze wandeling door de noordelijke
bossen van het natuurgebied De Braakman in
Zeeuws-Vlaanderen.
Het vertrekpunt is een achter bosschages en struweel
verscholen, en dus wat moeilijk te vinden, parkeer
plaats. Dat verandert binnenkort, want dan wordt er
een uit de kluiten gewassen informatiebord geplant.
Boswachter Hans van Hage van Staatsbosbeheer
werkt ook nog aan een bijbehorend foldertje. Dat is
nog niet af en dus nemen we gewoon de boswachter in
levende lijve mee.
Als je langs de gluurmuur wilt, moet je de pas in de
grond geklopte paaltjes volgen met een lik rode verf
op hun kop. Alles bij elkaar een wandeling van an
derhalf uur. Geheel volgens de hedendaagse milieu
vriendelijke opvattingen zijn de paaltjes van onbe
handeld kastanjehout. Ze schijnen wel vijftien jaar
mee te gaan.
Vooraan in het bos is het een drukte van belang. Er
zijn pas honderden populieren omgezaagd en die
worden nu afgevoerd met behulp van grijpkranen en
vrachtwagens. De stukken boom gaan per schip naar
Arabische landen en komen later weer terug in de
vorm van sinaasappelkistjes.
Kenmerkend voor de route is dat je aan je rechter
hand telkens de beslotenheid van het bos vindt en
links afwisselende vergezichten over akkers en stuk
jes nat natuurgebied. Daar kun je allerlei watervogels
zien en met wat geluk een koppeltje kiekendieven of
een reiger. Een naburige boer blijkt er niet van ge
charmeerd. Hij heeft een knalapparaat in de strijd ge
worpen om de grauwe ganzen uit de buurt van zijn
wintertarwe te houden.
Het bos is zo'n veertig jaar oud en je kunt goed zien
dat men toen van orde en regelmaat hield. Naaldbo
men bij naaldbomen, eiken bij eiken, ga zo maar door.
Staatsbosbeheer probeert nu dit patroon te doorbre
ken door de natuur zijn gang te laten gaan. Natuur
liefhebbers vinden het schitterend, maar er blijven
ook altijd mensen die meteen gaan klagen als er wat
teveel brandnetels over het voetpad hangen.
Bij de oude Westgeul van de Braakman tref je een
uniek gebiedje met duinvallei-vegetatie. Daar ont
moeten zout en zoet water elkaar en tref je dus op een
klein gebied twee soorten begroeiing aan. Nu zien
weinig meer dan een veld met mos, maar in mei en
juni verandert het gebiedje in een grote bloemenzee.
Er zijn dan ook hele bijzondere plantjes te zien, zoals
bijvoorbeeld wilde selderie.
Ongeveer halverwege de wandeling doemt een rij in
de grond gegraven grijze betonplaten op. Het is de
'gluurmuur'. Als je daar achter staat kun je de vogel
tjes bekijken zonder dat die opschrikken. Je hebt er
een schitterend uitzicht op de Braakman en de omrin
gende rietkragen. Een groep goudplevieren heeft be
zit genomen van een rij paaltjes. Verder ontdekken
we een wulp, een bergeend en wat smienten.
Via de andere kant van het bos komen we uiteindelijk
weer bij de parkeerplaats. Vandaaruit vertrekt overi
gens ook een kortere wandelroute van een klein uur.
Dan moet je de paaltjes met een lik rode verf volgen.
Ook leuk, maar die route voert niet langs de 'gluur
muur'.
Utrecht - Een mooie bruine huid is lang niet altijd het schoon
heidsideaal geweest. Bij de Griekse schrijver Homerus was het
ideaal juist een blanke huid. Bruin was toen eerder ordinair, al
dus de Nijmeegse dermatoloog en voorzitter van het Nationaal
Huidfonds prof. dr. P. van de Kerkhof deze week bij de start van
'Buiten en binnen: Zon wijzer', de nieuwe voorlichtingscam
pagne van de Nederlandse kankerbestrijding.
Het KWF is het na anderhalf jaar
overleg tussen wetenschappers
en zonnebranche eens geworden
over richtlijnen met betrekking
tot verstandig zonnen, zowel bui
ten als in de zonnestudio.
Volgens Van de Kerkhof kan bij
lange blootstelling, vooral waar
het de wat blankere huid betreft,
op den duur naast veroudering en
rimpeling van de huid ook kan
ker optreden. Hij heeft becijferd
dat bijna dertig procent van de
Nederlanders gebruik maakt van
bruiningsapparatuur. Een mil
joen Nederlanders hebben een of
andere vorm van een huidaan
doening en twee procent lijdt on
der de chronische huidaandoe
ning psoriasis.
Het Nationaal Huidfonds, zo be
toogde zijn voorzitter, heeft tot
doel om op te komen voor een be
handeling van deze mensen. Zon
licht en ook het kunstlicht van de
zonnebank kan in zijn ogen voor
de een 'n belangrijke behandeling
zijn, maar voor een ander een be
dreiging. Personeelsleden van
bruinstudio's dienen op de hoog
te te zijn van de eventuele geva
ren, bijvoorbeeld of er medicij
nen worden gebruikt. Contact
met huidspecialisten is aan te be
velen. De bruiningsbranche kan
nooit op eigen houtje bezig zijn,
vindt Van de Kerkhof. „Ze levert
een bijdrage in de behandeling,
maar mag nooit de plaats van de
behandelaar innemen. Die blijft
voorbehouden aan de arts."
Volgens de Utrechtse emeritus
hoogleraar prof. dr. J. van der
Leun, expert op bruiningsgebied,
zijn er pogingen gedaan om ap
paraten te ontwikkelen die alleen
maar gunstige effecten zouden
hebben. Maar dat is niet gelukt,
zonnebrand en huidkanker blij
ven als ongewenste effecten aan
wezig.
Zo heeft men tevergeefs gepro
beerd om met de UV-straling op
een andere golflengte te gaan zit
ten. Het is, volgens hem, mogelijk
om dagelijks een UV-straling te
nemen zonder ooit bruin te wor
den. Wie bruining nastreeft moet
een efficiënte bruiningskuur heb
ben. Dat is, aldus Van der Leun,
een kuur, waarmee het gewenste
effect wordt bereikt met het
kleinst mogelijke aantal MED's.
MED (Minimale Eytheem Dosis)
is de hoeveelheid UV-straling
waarbij na 8 tot 24 uur een begin
van roodheid optreedt. Voor ie
mand met een zeer lichte huid is
die dosis bij gelijke omstandighe
den in kortere tijd bereikt dan
voor iemand met een getinte
huid.
Kankerbestrijding en industrie
zijn nu samen overeengekomen
dat de jaardosis uit bruiningsap-
paraten niet hoger mag zijn dan
50 MED. Dit is overigens geen
garantie voor de veiligheid van
de dosis. Elke dosis UV-straling
vermeerdert het risico. „Als de
gewenste effecten ook kunnen
worden bereikt met een kleinere
dosis, dan is dat alleen maar gun
stig," aldus Van der Leun.
De Nederlandse Kankerbestrij
ding heeft naast een gratis hulp
en informatielijn (06-0226622) en
een huid-infolijn (026-3514160)
tien gouden regels voor verstan
dig zonnen opgesteld.
Die regels luiden:
Geniet van de zon, maar denk
aan uw huid.
Maak geen verschil tussen ul
traviolette straling van echte zon
of bruiningsapparatuur. De huid
doet dat ook niet.
Draag buiten zo mogelijk een
zonnehoed/-klep en kleding.
Zoek schaduw op in plaats van
volle zon, zeker tussen 12.00 en
15.00 uur.
Als u lang in de zon gaat, smeer
onbedekte huid dan in met een
anti-zonnebrandmiddel. (Voor
Nederland factor 10 a 12)
Laat de huid geleidelijk wen
nen aan de zon en voorkom zon
nebrand.
Volg de gebruiksinstructies van
bruiningsapparatuur nauwkeu
rig op.
Laat zonnen en gebruik van
bruiningsapparatuur over aan
mensen boven de 15 jaar met
huidtype 2, 3 of 4.
Ga uit de zon als de huid
vreemd reageert met bijvoor
beeld uitslag, jeuk of snelle ver
branding en raadpleeg een arts.
Bij sommige huidaandoeningen
helpt ultraviolette straling, bij
andere juist niet. Vraag informa
tie bij een arts.