Psychologe onderzoekt beoordeling van sollicitanten Ms: de lukrake ziekte ÊÈÊW Trekvc Stern Pedofilie moet verboden blijven DE STEM LIJF LEVEN J DE STEM PRODUKT INFORMATIE Eurocondoom wordt 17 centimeter Tv-commentaar beïnvloedt kinderen Voeding en milieu Reumaprijs voor Feitkamp 1 KKSSSr WOENSDAG 13 MAART 1996 Gewoon jezelf blijven' Door Mick Salet Welke sollicitant heeft de meeste kans op succes? Psy chologe Karen van Dam on derzocht hoe professionals van psychologische adviesbu reaus personeel selecteren. Onlangs promoveerde ze op de resultaten van die studie. Een vraaggesprek. Zeker. Zelfstandig. Zakelijk. Zó moet je overkomen om het ver te schoppen als sollicitant. Met goed gepoetste schoenen en een gepolijste glimlach alléén red je het niet. Karen van Dam, veertig jaar, is een psychologe die onderzoek heeft gedaan naar het beoorde len van sollicitanten. Kom je met een plezierige pre sentatie verder dan met een goed gemaakte test? Heeft een zenuw achtige kandidaat minder kans dan een zelfverzekerde kandi daat? Karen van Dam keek mee over de schouders van selec teurs. Om fe oordelen of iemand ge schikt is voor een bepaalde baan, maken selecteurs gebruik van testresultaten én informatie uit een gesprek. In zo'n gesprek pro beren ze de persoonlijkheid van een sollicitant te peilen. Naar welke eigenschappen kijken ze vooral? „Als je kijkt wat selecteurs alle maal op papier zetten, dan krijg je een lange lijst van eigenschap pen. Met aan de ene kant positie ve termen, zoals vriendelijk, vlot, stevig, serieus, doorzettend en dynamisch. En aan de andere kant negatieve termen, zoals on aardig, onzeker, geen flair, ge spannen, niet ondernemend en naïef. Al die termen kun je onderbren gen in vijf verzamelbakken. De Grote Vijf. En welke van die vijf vinden veel selecteurs dan de be langrijkste? De verzamelbak met trekken die iets vertellen over ie mands emotionele stabiliteit. Is een sollicitant nuchter, koel en onverstoorbaar? Of juist emotio neel, overgevoelig en paniekerig? Dat vinden selecteurs vaak be langrijk. Want ze bevelen over het algemeen graag stévige kan didaten aan. Sollicitanten die een stabiele indruk maken, die niet gauw zenuwachtig zullen worden en van wie. verwacht wordt dat ze situaties van stress aankunnen." Is dat goed te voorspellen? „Nee, de voorspellende waarde van zo'n oordeel is in het alge meen maar beperkt. Emotionele .stabiliteit is ook moeilijk vast te Psychologe Karen van Dam: 'Mijn advies is: stel je niet aan, slijm niet, maar stel je onafhankelijk op. Niet te zelfverzekerd, wel zelf standig.' FOTO GERUNDE DE GEUS stellen. Mensen blijken nogal eens van mening te verschillen over de vraag of iemand stabiel is of niet. Of een sollicitant ijverig en stipt zal zijn, of juist gemak zuchtig en slordig, dat is beter te voorspellen. Als sollicitanten stipt uit een psychologisch on derzoek komen, dan blijken het later vaak ook werkelijk stipte werknemers te zijn." Uit uw onderzoek blijkt dat de vriendelijkheid van een sollici tant het minst van belang is voor een selecteur. Hoe komt dat? „Voor het uiteindelijke oordeel van een selecteur maakt het nau welijks uit of een sollicitant een vriendelijke indruk maakt of niet. Er zijn natuurlijk functies waarin het wél van belang is. Voor sommige banen is het name lijk nodig dat je vriendelijk bent en je klantgericht weet op te stel len. Dan is vriendelijkheid func tioneel en dus ook van belang voor de beoordeling van een solli citant. Maar uit mijn onderzoek blijkt het verder nagenoeg geen rol te spelen of de selecteur een sollici tant vriendelijk vindt of niet." Echt niet? „Nou ja, je kunt je voorstellen dat gevoelens van sympathie wel eens een beetje meespelen. Selec teurs leven vaak met een kandi daat mee. Sollicitanten hebben wel eens het gevoel dat het in zo'n procedure selecteur tégen sollici tant is. Maar dat is niet zo. Het is selecteur mét sollicitant. Selec teurs leven mee. Ze denken wel eens: 'het zou leuk zijn als deze kandidaat door de selectie zou komen'. Maar over het algemeen spelen die gevoelens van sympa thie nauwelijks een rol. De in vloed van persoonlijke indrukken blijkt ook niet zo overweldigend. De resultaten van een psycholo gische test wegen zwaarder." Mensen trekken vaak hun nette kleren aan als ze gaan sollicite ren. Zodat de eerste indruk in elk geval goed is. Terecht? Is de eer ste indruk belangrijk? „Ik ga niet zeggen dat het niét zo is, want er zijn altijd gevallen waarin het van belang is, maar over het algemeen valt het wel mee. Je hóórt natuurlijk wel eens van die verhalen. Dat iemand na één blik op een kandidaat al denkt: 'nee, die niet'. Dat kan ge beuren. Ik hoorde van een stu dente die solliciteerde naar een baantje in de horeca. Ze kwam binnen en kreeg meteen te horen: 'je bent aangenomen'. Alleen maar omdat ze er goed uitzag. Maar een selecteur van een psy chologisch adviesbureau zal zo niet te werk gaan. Natuurlijk is die eerste indruk er wel. Zo func tioneren mensen nou eenmaal. Je kijkt eerst even wat voor vlees je in de kuip hebt. Als een soort kapstok voor een verdere beoor deling. Maar uiteindelijk gaat het voornamelijk om andere vragen. Beschikt iemand over de juiste ervaring en eigenschappen? Kan iemand stressvolle situaties aan?" Het antwoord op die vragen lijkt soms af te hangen van de selec teur. Is de een wat positiever dan de ander? „Uit mijn onderzoek blijkt dat sommige selecteurs vaker tot een positief oordeel komen dan ande re selecteurs. Dat betekent dus dat het voor sollicitanten uit kan maken met wélke selecteur ze te maken krijgen. Dat kan wel eens vervelend zijn. Voor een sollici tant, maar ook voor een organisa tie. Want als een goede kandidaat wordt afgewezen, is dat niet al leen vervelend voor die kandi daat, maar ook voor een organi satie, die daardoor met minder goede kandidaten genoegen moet nemen. En die goede kandidaat gaat misschien wel naar de con currentie." Vindt u dat de selecteurs over het algemeen goed oordelen? „Dat kan ik niet in het algemeen zeggen. Aan de ene kant doen ze hun werk serieus en proberen ze hun persoonlijke sympathie nau welijks een rol te laten spelen. Aan de andere kant laten ze ne gatieve informatie die laat aan bod komt, zwaarder wegen dan informatie die eerder aan bod komt. En dat is niet zoals het zou horen. Stel bijvoorbeeld dat een kandidaat op een bepaald, vlak wat minder in huis heeft, dan wordt het advies over die kandi daat minder gunstig als die infor matie pas aan het eind van de procedure naar voren komt." Kun je als sollicitant gebruik ma ken van die wijsheid door nega tieve informatie over jezelf niet tot het allerlaatste moment te be waren? „Dat zou kunnen. Je hebt natuur lijk niet alles in de hand, maar stel dat iemand die solliciteert als buschauffeur ooit een verkeer songeluk heeft veroorzaakt. Dan zou ik hem inderdaad aanraden dat niet op het allerlaatste mo ment te vertellen. Dan krijgt het een groter gewicht. Het is trou wens altijd verstandig om zélf met zoiets te komen. Want als ze er op een andere manier achter komen, dan kan de indruk ont staan dat je het hebt willen ver zwijgen. Het mooiste is het zelf te vertellen en meteen te zeggen wat je er van geleerd heeft. Dat is ge drag waarvhn gesmuld wordt." U heeft onderzoek gedaan naar selecteurs - vaak psychologen - van adviesbureaus. Niet naarper- soneelchefs of kleine onderne mers die zelf sollicitanten selecte ren. Zou dat niet veel uitmaken? Selecteurs van een adviesbureau nemen sollicitanten immers niet aan. Ze geven alleen maar een oordeel over de geschiktheid van een sollicitant. „Ja, ik denk dat het wel iets uit maakt. Als selecteur hoef je niet met een sollicitant samen te wer ken. Als je dat wél moet doen, wordt de persoonlijke betrokken heid groter. Dan denk je: 'zou het klikken?' Dan kies je uit tien ge schikte kandidaten die ene die het best in je organisatie past." Wat kan een sollicitant nou van uw onderzoek leren? „Ik zou mensen altijd aanraden gewoon zichzelf te blijven. En ook om zich ópen op te stellen tij dens een selectieprocedure. Dat kun je laten merken door goed naar de vragen te luisteren en daar ook op te antwoorden. Het heeft weinig zin om vooraf een heel verhaal uit je hoofd te leren en dat af te steken. Dan denkt een selecteur: 'dat was de vraag toch niet?' Het heeft ook weinig zin om je anders voor te doen dan je bent. Je valt dan mogelijk door de mand óf krijgt misschien een baan waar je helemaal niet ge schikt voor bent, zodat je na een tijdje overspannen raakt. Mijn advies is: stel je niet aan, slijm niet, maar stel je onafhankelijk op. Niet te zelfverzekerd, wel zelfstandig." Na veel geharrewar en discussie is de Europese Unie erin slaagd een norm vast te stellen voor het Eurocondoom. Op 1I 1998 moeten alle condooms die binnen de EU worden verkocht I voldoen aan de Europese normering. Dat betekent dat voortaa I alleen nog maar condooms op de markt mogen worden gebracb I met een minimumlengte van 17 centimeter. Dat steekt nogal om mistisch af tegen de gemiddelde lengte van hoogstens 15 centimt I ter voor het Westeuropese lid. Dat was echter niet de voornaa' ste reden voor het gebakkelei waarmee het vaststellen van de coj I doomnorm omgeven was, meldt het Britse tijdschrift New Sein I tist. Het was meer de doorsnede dan de lengte van het ei die met name de Italianen zorgen baarde. In het bereikte c mis kan een condoom elke gewenste doorsnede hebben, waarbij I 52 mm als 'gemiddelde' wordt genomen. De verpakking dient da-I wel aan te geven hoe groot de doorsnee precies is en of dat wijder of smaller is dan het 'medium'-condoom. Televisie-commentaar bij voetbalovertredingen beïnvloedt 1®. I deren. Hoe af keurender de verslaggever zich uitlaat over ee! overtreding, des te negatiever is het oordeel van de jonge kijker I Het maakt niet uit of het favoriete team de overtreding maalt I Dat blijkt uit een onderzoek van A. van Oordt, waarop zij vo™ jaar afstudeerde bij de Sectie Kind Media van de Rijksuniver I siteit Leiden. Aan het onderzoek deden 96 kinderen van de laatst 1 twee groepen van de basisschool mee. Ze kregen negen fragmec-1 ten van voetbalwedstrijden te zien, waarin steeds een anders I overtreding werd gemaakt. De onderzoekster haalde het oor-1 spronkelijke commentaar weg. Studio Sportverslaggever Fraai Snoeks voorzag iedere overtreding van een goedkeurend, afketj rend, dan wel neutraal commentaar. Opvallend is dat kint een overtreding altijd afkeuren, ongeacht het commentaar. Huisvrouwen letten bij het kopen van voeding nog nauwelijks op I milieu-aspecten. Versheid, kwaliteit en eetgewoonten zijn de be-1 langrijkste drijfveren om een bepaald product aan te schaffen Veel huisvrouwen blijken ook niet goed geïnformeerd over het ver-1 band tussen voeding en milieu. Dat blijkt uit een onderzoek van dt| Landbouwuniversiteit Wageningen in opdracht van de Neder-1 landse Vereniging van Huisvrouwen. De onderzoekers stellen vast I dat veel vrouwen wel op de hoogte zijn van milieuproblemen als I het mestoverschot, de energiekosten bij voedselproduktie in kas. sen en de problemen rond het vrachtwagentransport. De onder- L vraagden legden echter geen verband met de voedingsmiddels! die in de winkel te koop zijn. De meesten wezen alleen op verpak- f kingen en bestrijdingsmiddelen als belangrijke milieu-aspecten I bij producten. De NVVH start nu samen met een aantal andere or-1 ganisaties campagnes over milieu en producten. De eerste zal zich richten op de herkenbaarheid en verkrijgbaarheid van 'mens-a milieuvriendelijk' geproduceerde kleding, aldus de vereniging Prof. dr. T. Feitkamp neemt dinsdag 19 maart de Nationale Reu-1 maprijs 1996 in ontvangst. Hij krijgt de prijs, bestaande uit ei beeldje, een bokaal en een bedrag van 50.000 gulden, onderra voor zijn onderzoek op het gebied van immunologie. Feltkamp I heeft al aangekondigd het geldbedrag te zullen besteden aai| grensverleggend onderzoek naar het ontstaan van de ziekte vi Bechterew (ankyloserende spondylitis) en naar reactieve g wrichtsontstekingen die na een infectie kunnen ontstaan. Het is I de tweede keer dat de Nationale Reumaprijs wordt toegekend. In I 1995 kreeg Thuiszorg Drenthe de prijs voor hun inspanningen oil als thuiszorgorganisatie een reumaconsulent aan te stellen. Huisvrouwen letten bij het boodschappen doen nauwelm op milieu-aspecten fotoarchiefdesm| Door drs. J. Paalman Hoewel ze de reputatie had dat ze heel goed schreef, word je toch weer overrompeld door haar directe, onsentimentele stijl. Toen de neuroloog haar vonniste met de diagnose 'ms' viel ze in een diepe put en bleef daar een jaar lang in zitten. „Dat kwam omdat ik iets deed dat ik later afgeleerd heb en dat ik iedereen aanraad om af te le ren: in de toekomst leven." Renate Rubinstein koos voor een ironisch en opgewekt pessimis me. Nee heb je, zo luidde de titel van het boek dat ze in 1985 over haar ziekte schreef. Dus ja kun je krijgen. Alleen op die manier kan die ziekte meevallen. Door er an ders tegenaan te kijken. Door er anders mee om te gaan. Want de medische wereld heeft tot op he den de patiënt weinig te bieden. 'Multipele sclerose onderscheidt zich daarin van kanker dat je er oud mee kunt worden. Een over eenkomst met kanker is weer dat niemand weet waar het van komt," schreef ze. Het is nog er ger. Men weet ook niet hoe het ziekteproces in zijn werk gaat. Men heeft zelfs geen waterdich te manier om de ziekte vast te stellen. Ook geen waterdichte test om te kijken of een patiënt voor- of achteruitgaat. Men heeft eigenlijk geen echte thera pie tegen de ziekte. En van de misschien veelbelovende thera pieën die nu in de maak zijn, weet men nog steeds niet of ze echt iets uithalen. 'Ms is een lukrake ziekte,' schreef Renate Rubinstein, en zo is het maar net. Wat weet men dan wel? De kans om ms te krijgen is niet zo groot, elk jaar komen er 450 patiënten bij. Maar omdat je er niet dood aan gaat (na het stellen van de diagnose leeft de gemiddelde patiënt nog dertig jaar) zijn er toch nog 15.000 ms-patiënten. De ziekte slaat meestal toe tus sen de 20 en 40 jaar, bij vrouwen iets vaker dan bij mannen. Ms tast in kleine ontstekings haardjes links en rechts in de hersenen de witte isolerende stof rond de hersenzenuwen aan wat een soort kortsluiting ver oorzaakt zodat de opdrachten van de hersenen steeds slechter doorkomen. Waarom dat ge beurt weet men dus niet precies. Wat op voorhand de gevolgen zijn ook niet, want de ziektever schijnselen zijn bij elke patiënt weer anders. Het klassieke beloop begint met plotseling opstekende ra re verschijnse len die ook weer bijna spoorloos kun nen verdwij nen. Ineens merkt de pa tiënt dat hij met een oog niet meer goed kan zien. Het kan ook zijn dat hij rare dingen voelt, moeilijk zijn plas op kan houden, duize lig wordt, ineens moeite heeft met traplopen of zomaar steeds weer struikelt. Dat gaat over, maar op een kwade dag komt het ook terug, steeds vaker en steeds heftiger, en elke keer le vert de patiënt een stukje in. Op een slecht moment, na een relatief korte tijd of na jaren, gaat deze eerste fase over in een tweede fase van chronische neergang die de patiënt uitein delijk machteloos in de rolstoel laat belanden. Sommige patiënten slaan de eerste fase over en Renate Ru binstein leed aan deze geleide lijk progressieve variant. Wat daaraan te doen? 'Er zijn vele mogelijkheden om de symp tomen van de ms-patiënt te beïnvloeden,' zo belooft een overzichtsartikel over ms in het medische blad Patient Care van de vorige maand. Van belang is dat de symptomen op alle fron ten tegelijk worden bestreden. Daardoor kunnen de inconti nentie, het hevige trillen, de krampende pijn in de spieren en de moeheid met min of meer succes worden bestreden. De moeheid bij ms is zeer intens. 'De moeheid is de lastigste mij ner handicaps', schreef Renate met deftige zelfspot. 'Lopen laat zich vermijden, spasmen zijn met pillen te onderdrukken en de pijn gaat op en neer en is uit het bewustzijn te drijven, omdat je eraan gewend raakt en gelei delijk vergeet hoe het vroe ger was.' Maar alle goede zor gen kunnen niet voorko men dat de ziekte de pa tiënt meesleept in zijn onstuit bare val. Geen wonder dat men hevig op zoek is naar de echte oorzaak van ms. Die heeft men - daar heb je het weer - min of meer gevonden. Multi pele sclerose, zo luidt de al tien tallen jaren gangbare theorie, is (net als chronisch reuma, diabe tes type 1, de ziekte van Crohn, de ziekte van Addison en nog een tiental ernstige chronische ziekten) een zogeheten auto-im muun ziekte: een ziekte die ont staat wanneer onze antistoffen het eigen lichaam aanvallen. Dat ms een auto-immuunziekte is staat nu min of meer vast en de al tientallen jaren toegepaste behandeling met corticosteroï- den (stoffen als prednison, Corti sol) berust op die theorie. Want ze onderdrukken de afweer en waarschijnlijk dus ook de ont stekingsreactie die de isolatie rond de zenuwen vernielt. Maar helaas. Ze helpen dan wel een opflakkering van ms te onder drukken, maar het beloop van de ziekte wordt er helaas niet door afgeremd. Daar lijkt beta- interferon wel toe in staat. Interferon is een natuurlijke sig- naalstof waarmee lichaamscel len elkaar waarschuwen voor een naderende ziektekiem. Hoe het precies werkt bij ms weet men wederom niet, maar in 1993 kon men voor het eerste keer in de geschiedenis van de ziekte triomfantelijk bekend maken dat men met dit interferon een middel had gevonden dat inder daad de ziekte leek te stuiten. Hoewel. Het succes is voorlopig nogal theoretisch. Op mri-foto's bleken met interferon behandel de patiënten minder schade aan hun hersenen op te lopen dan vergelijkbare niet behandelde patiënten. Prachtig. Maar de handicaps waren bij beide groe pen even erg. Men moet afwach ten of interferon op termijn in derdaad zorgt voor minder ziek te en het zal nog jaren duren voordat dit duidelijk is. Zo zijn er nog veel meer experi mentele therapieën die een op komende ms in de kiem hopen te smoren en van hen is de therapie met Copolymeer-I voorlopig de meest belovende. Cop-I is een eiwit dat sprekend lijkt op het eiwit in de isolatie van de zenu wen dat door het afweerappa- raat wordt aangevallen. De be doeling is dat het als een soort lokeend de verkeerd gerichte antistoffen en perverse afweer- cellen afleidt van de kwetsbare zenuwen. Terwijl men indrukwekkend meer te weten is gekomen blijft het praktische succes voorlopig uit. En voor Renate Rubinstein kwam dat in ieder geval te laat. Ze ging als een slagschip schie tend uit alle kanonnen geheel in stijl ten onder en liet met haar boek een bericht voor de overle venden na. 'Levenslust tegen de teleurstel ling en het verlies: stel je zaak op niets, laat alles meevallen. Dood ga je toch en kun je nog miljoenen jaren zijn. Elke pink die je intussen nog beweegt is meegenomen.' Toen zelfs dat niet meer ging maakte ze er een eind aan. Door dr. J. Verhulst Sommige zaken op seksueel ge bied zijn volstrekt oninvoelbaar: zo is er nog geen enkele incest- pleger geweest die mij heeft kunnen vertellen hoe, en waar om hij tot zijn daden is geko men. Hetzelfde geldt voor ver krachters, exhibitionisten en pedofielen. Dat heeft naar alle waarschijn lijkheid te maken met het feit dat dergelijk abnormaal sek sueel gedrag gestuurd wordt door enorm sterke onbewuste motieven (driften), waarbij het 'gezonde' verstand en het gewe ten volledig worden overspoeld: ik heb NU zin in seks, DUS doe ik het'. Punt uit. In het gunstige geval WETEN ze wel dat wat ze gedaan hebben niet kan, maar ze VOELEN het niet. Zouden ze dat wel voelen, dan waren ze nooit tot hun daden gekomen. Tegenwoordig horen en lezen we veel over zaken als 'sekstoeris me' en 'pedofiele netwerken'. In feite gaat het in beide zaken om hetzelfde: een bepaald type man (bij vrouwen zie je dit gedrag zelden of nooit) heeft er om de een of andere reden behoefte aan om seksueel verkeer te heb ben met minderjarigen. Bij minderjarigen moet je dan denken aan knaapjes van een jaar of twaalf of jonger. Bij de wet is dit uitdrukkelijk verbo den: pas op 16-jarige leeftijd wordt een kind in staat geacht eraan toe te zijn om zelf te bepa len wat het wel en niet wil op seksueel gebied. Maar die 16-ja- rigen zijn voor de meeste pedo fielen juist niet meer zo interes sant omdat ze dan al (in licha melijk opzicht) geen echte kin deren meer zijn: de baard zit in veel gevallen al in de keel en (schaam)beharing is al aanwe zig. Voor seksueel contact met het echt jonge kind moet men dus of zijn toevlucht zoeken in de mar ge van de maatschappij (in het netwerk), of in het buitenland. Want daar zijn altijd wel onver laten te vinden die op welke ma nier dan ook (vaak met behulp van fysieke dwang of door toe diening van drugs) kinderen be schikbaar hebben. Net zo jpfig, groot of klein als je ze hebben wilt. Een land als Thailand is bijvoorbeeld berucht in dit op zicht. Maar laten we vooral niet vergeten dat er ook in Neder land complete netwerken zijn, bestaande uit heren die allerlei contactadressen, foto's en films met elkaar uitwisselen. Kernvraag bij dit alles is na tuurlijk: kan seksueel contact tussen een kind en een volwas sene nou zoveel kwaad? Voor standers van pedofilie (en die zijn er in Nederland ook en daar krijg ik nu vast weer ruzie mee) menen natuurlijk dat het alle maal zo'n vaart niet loopt. Het gaat volgens hen bij pedofilie vooral om een uitwisseling van liefdevolle gevoelens, waarbij seks eigenlijk volstrekt secun dair is. Vergeet het maar. Als je kijkt in de clubblaadjes van en voor pedofielen, dan is het een en al seks wat de klok slaat. En dan liefst nog anale en/of orale seks. Daarmee wordt ook vol strekt duidelijk op welk psycho- seksueel ontwikkelingsniveau pedofilie zich afspeelt: de mees te pedofielen zijn niet verder ge komen dan een vroegkinderlijke ontwikkeling. Juist daarom kunnen ze zich alleen een kind op hun gemak seksueel contact met een vol-, wassene is voor hen bedreigen! en daardoor niet bevredigend Tegenstanders van pedoffi wijzen erop dat een kindva twaalf totaal niet in staat is ob te overzien wat de gevolgen# van zo'n vroeg seksueel contac: Dat kan ook niet, want het is e: geestelijk nog lang niet aan» Dergelijke zaken komen in j regel pas na de puberte:' orde. Een pedofiel die omgang heeft met een dwingt zo'n kind in feite ome® absoluut voortijdige sprong ïl zijn ontwikkeling te maken,f dat is nooit gezond. Zo'n p krijgt op latere leeftijd dat om I geheid problemen met zijn»-' beeld en seksuele identitai| Want als het wat ouder is, worden, gaat het beseffen* toe het zich geleend heeft. Diep schuldgevoelens, gevoelensI walging en schaamte en een tale radeloosheid zijn dan e der regel dan uitzondering^ zijn dan wel geen 'terechte g voelens (een kind is naP NOOIT schuldig, ook niet» incest), maar neem rustig v mij aan dat die gevoelens I erg diep gaan zitten. En dus men ze vroeger of later ffl hulpverlening terecht, die ook niet zo goed raad meeI je kunt wat er gebeurd >s ongedaan maken, dus moe persoon ermee om leren wat hinken op twee benen be'',,. Alleen op grond van het I is het mijn stellige overijl dat pedofilie verboden d j blijven. Dat betekent voor pedofielen in kwestie dat l len moeten leren om hun te beteugelen. Want een pie voor pedofielen bes „I helaas niet. Net zo min I 1 'V: A «f 4JU - M .VA*' Trekvogels vestige: Pedofiele kunst. FOTOARCHIEF DE STEM verkrachters, exhibitionisten. Strafte in principe ook niets m r gelijke gevallen: want hef je de driften niet op. 5oor John van Oppen n de lucht voltrekt zich mo- lenteel een fantastisch na- uurverschijnsel: de voorjaar strek. Miljoenen vogels keren terug van winterkwartier naar zomerverblijf, vaak na sen intercontinentale vlucht /an tienduizend kilometer, ïen prestatie van Olympisch formaat. De nestbouwers be schikken nauwelijks over spiermassa en vetreserves in aun lijf. Hoe spelen trekvogels lat klaar? Wat is het'geheim yan hun feilloze oriëntatie techniek? Hoe omzeilen ze de gevaren op de lange-afstand- vlucht van Noordelijk naar Zuidelijk Halfrond? Op zoek laar de oplossing van het hysterie van de vogeltrek. JHet is alsof de mannetjesvink oe fent voor deelname aan het song festival. 'Wie, wie, oh wie is er voor Grietje Marie?,' zo -tt, vrij vertaald, de on-zin me het wilde zangertje eindeloos en op hoge toon herhaalt. Beze maand kwam hij terug. Uit frankrijk, in een gezamenlijke jy uent met honderden soortgeno ten. Langs de rand van het bos I Bakent hij nu zijn territorium af. onafgebroken zingt hij zijn een- gelig lied, in de hoop een vrouwtje te versieren. ffmeisjesvlucht kan elk moment w binken overwinteren i [groepsgewijs bij elkaar. In het L/Saar treuzelen de vrouwtjes I 'ja met naar huis gaan. Dat nen ,]Ze,met °Pzet- Om de man- 1 snelt» te geven vooruit te I oveml" •6nJeen mooi Plekie te ver- 7 rf m natuur. llukt»3 me*den hier arriveren, liuisteren ze naar de vinkenslag 'Wle' wie oh wie is „en ®ng voor Grietie Marie,' zin- i |v«en ller^erders terwiil ze hun geliikpn b)e meiden ver- al Hi, e zangkwaliteiten van lokroJP,2611-' Een zuivere Kmho ?nt dat hii een Ie- Pntrole heeft'onder aantrekkmacu t vergro°t zijn pi]nbmf g acht en daarmee jtjes. °b> succes bij de vrouw- ^eersW u 00 siis3eswereld. In de dames hunnHVanmaartkiezen de wam» danspartner voor Igaan In sent"33!0 die komen is Uitgevlnal eï.'als het 'gen. De vnl„ jSCJle'den de we- jbalts van vol *nte begint de Voor (je ,e? ab aan, althans [berfst. i g^nksvogels die de 1 Perleven Van^3151^ weten te Ne is dat de helft f0 genera" pehtige schatt0 volgens voor- 1 Spattingen. Van de eer- 1 artikeie^® de»"?'?'0 Wil omtrent tijdens kantoer J ?9e' ban jw-fene van der Velden.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 22