OPA. Brussel sterft, ien niemand lie het erhindert anon hlentino is dood maar de mythe van de latin loverleeft voort mysterieuze uranaen Moirans zijn raadsel 'Amsterdammers zijn somber over hun stad9 roper/ NO MET AL 96. >ON TERUG*. DATUM een, nazorg den klanten deren dat uw 1e zorg krijgt n met volle- erd uik maken ruilgarantie. r GLAS, WIS/ RE SPIEGELS. wenst: er zijn maar liefst ginnen met de 55s, maar it-dealer en overtuig uzelf g heel veel nieuws in huis gsmogelijkheden. 599,- excl. BTW, gebaseerd op i de dichtstbijzijnde Fiat-dealer. m i I Toeristen merken er waarschijnlijk weinig van, de souvenirwinkels laten alleen de mooie plaatjes 1 foto archief de stem hen. Brusselaars die het zich konden veroorloven, verhuisden naar het platteland. Hun plaats werd inge nomen door migranten. foto archief de stem Leegstand is na criminaliteit de grootste kwaal van Brussel foto epa Door Bert Schampers Brussel - Liesbeth List en Jacques Brei zongen het, ieder in hun jigen taal: 'Brussel was toen nog een bruisende stad'. Met de fldruk op toen. De publicist Geert van Istendael schreef in i Brussel' dat bombardementen de stad in de 20ste eeuw jlan wel bespaard zijn gebleven, maar dat de vernietiging ach- jerai met een vakkundigheid gebeurde welke die van de Luft- taffe in de schaduw stelt. prussel sterft en niemand die dat Verhindert. Toeristen valt het pellicht niet eens op dat achter |de grote reclamepanelen gebou- pn staan te verloederen. Brussel s de meest gehavende hoofdstad [van Europa. Tiaar over die schandvlekken, de «ankers van de stad, wordt wei- lig geschreven. Waarom ook? De Busie is veel betere handelswaar. Pe souvenirwinkels ronde Grote Markt verkopen dan ook mooi gebonden foto-boeken. Dikke pillen met prachtige plaatjes van al even fraai gerestaureerde monumenten, uit zo'n hoek gefo tografeerd dat de leegstaande en verpauperde gebouwen ernaast niet in beeld komen. Leegstand is na criminaliteit de grootste kwaal van de meeste Belgische steden. Antwerpen en Brussel hebben sinds de verkie zingen van vorig jaar elk een 'groene' wethouder van ruimte lijke ordening. Allebei hebben ze zich voorgenomen de verkrotting tegen te gaan. Met veel tam-tam werd in de hoofdstad een leeg standsbelasting aangekondigd. Maar veel eigenaren blijken daar aan te ontsnappen. Brussel loopt zodoende tientallen miljoenen frank per jaar mis aan niet geïnde belastingen. Toch is er hoop. Onlangs tekende de Brusselse burgemeester Xavier de Donnéa een principe overeenkomst met de Antwerpse projectontwikkelaar Landmaster Invest over de renovatie van Hotel Central, een groot complex in het hartje van de stad dat al acht jaar staat te verkommeren. Het pand mag door het akkoord niet worden gesloopt, zoals de bedoeling van de projectontwik kelaar was. Hotel Central wordt nu verbouwd tot een complex met appartementen, hotelkamers en winkels. De aangekondigde renovatie is het eerste succes van de Brusselse kraakbeweging. Voorzover van een kraakbeweging sprake is. België kent namelijk geen woningnood. Waar wel behoefte aan is, dat zijn betaalbare wonin gen in de steden. Maar daar ging het de krakers van Hotel Central niet om. Voor tientallen organisaties is het voormalige hotel uitgegroeid tot hét symbool van de Brusselse 'stadskankers', zoals de rotte plekken in de stad worden genoemd. Het akkoord over Hotel Central is de pijnstiller die de zieke stad nodig had, al zit een voorspoedig herstel van de patiënt er voorlopig niet in. Europa De stedebouwkundige teloorgang van Brussel is het gevolg van de komst van de Europese instellin gen en de speculatiegolf die daar door op gang kwam. Brusselaars die het zich konden veroorloven verhuisden bovendien naar het platteland. Hun plaats werd ingenomen door migranten. Maar de grote schuldigen zijn volgens de critici de projectont wikkelaars en hun speculatieve handlangers. De tactiek is sim pel: je koopt een blok huizen of kantoren, laat het leegstaan en hoopt dat de grondprijzen stij gen. Speculanten zijn geduldig. Soms krijgen ze geen bouwver gunning, of ze hebben een ver gunning, maar vinden geen investeerders. In hartje Brussel zijn er minstens dertien stadskankers. De rotte plekken werden vorig jaar in kaart gebracht door de Brusselse Raad voor het Leefmilieu BRAL. In het hele Brusselse gewest, alle 19 gemeenten samen, staan zo'n 30.000 woningen leeg. Brussel mag dan wel het visite kaartje van België en Europa zijn, stedebouwkundig faalt de hoofdstad op alle fronten. Publi cist Van Istendael: „Als het dat niet kan, is het hoog tijd dat de EU uit Brussel verdwijnt." [wor Aart Heering Florence - „Latin lover: tem peramentvolle, vurige maar fegelijk romantische minnaar, i met name in de Noord- iropese landen men zich de pannen uit de Latijnse lan- pn voorstelt." ingehouden nationale trots («klaart het Italiaanse woor- Penboek een term die tegelijk een droombeeld, een cliché en een F'otisch paradigma inhoudt: dat T® de zwoele zuiderling en de onweerstaanbare verleider, van F mediterrane playboy en de fdnatische badman. Maar de lover is ook een zorgvuldig geschapen. mythe, die driekwart :aw geleden zijn opwachting paaide en sedertdien in het col- Ftle| bewustzijn is blijven han- I Beeld en werkelijkheid van oL T waren onlangs het erwerp van een expositie in FMce en een boek dat tegelijk "catalogus en een socio-ero- rc"e verhandeling is. Tortrettengalerij lw êe'egenheid werd het T orentijnse Stazione Leopolda, fcw0rma"® sintion voor goe- PortwHlnen,' 0Itlgeb°uwd in een lala ivaneenveertig- leliit meest vermaarde zui- larffi ei70Veraars aUer Uiden- Baksten van veeial ironische in diff, gg>n,hun k°nterfeitsels 'et zarri ha, neerSevleid op kela,ï bedekte vloeren, die bet wam associaties oproepen ^aS^°merSestrandenin famerSeiT611^"36^® ziin de (de tijd Jj! var tfnggegaan in Bod 7n'., j" Griekse opper- Farcheerdêr aateen schuirls- der van het zuiverste Rudolph Valentino, grondleg ger van de Italiaanse mythe van de 'latin lover' fotoarchief de stem water, en de Homerische held Odysseus, een 'mythische min naar die beroemd werd door zijn onwil om naar huis terug te keren'. Meer recente voorlopers zijn Giacomo Casanova, een 'waarachtig feminist' door het begrip dat hij voor zijn vrouwen aan de dag legde, en Don Juan Tenorio, die in Mozarts Don Gio vanni zo zijn veroveringen op een rijtje zet: „In Italië 640, in Duits land 231, 100 in Frankrijk, in Turkije 91: maar in Spanje zijn het al 1003!" De moderne Italiaanse geschie denis is vol van internationaal vermaarde tombeurs de femmes: de revolutionaire dichter Ugo Foscolo, die 'bijna evenveel van de vrouwen hield als van zich- Marcello Mastroianni, de bescheiden 'lover' uit de jaren zestig, zeventig. foto archief de stem zelf'; Giuseppe Garibaldi, de vader des vaderlands die 'Italië met al zijn vrouwen veroverde'; de nationale bard Gabriele D'An- nunzio in wiens nachthemd op een strategische plaats een patrijspoort was aangebracht; en Benito Mussolini, die niet alleen de vrouwen maar (helaas) ook een heel volk aan zijn zegekar bond. Grondlegger Ook de latin lover bij uitstek, de ware grondlegger van de mythe, was een Italiaan, die zijn fortuin echter zocht en vond in de Ver enigde Staten. Dankzij de jonge immigrant Rudolph Valentino, (1895 1926), werd de term een begrip en Valentino verwierven Antonio Banderas, de jonge held in de film Desperado. foto archief de stem de Italianen, die tot dan toe in de VS voornamelijk waren gezien als mandolinespelers, armoed zaaiers en gauwdieven, een faam die op de stranden van Rimini tot op de huidige dag stand houdt. Valentino, die in werkelijkheid Rodolfo Guglielmi heette, bleek op het witte doek de perfecte tegenhanger van de arische hel den met wilskrachtige kaken en staalharde blik die tot dan toe het witte doek hadden beheerst. Valentino's geraffineerde elegan tie, zijn exotische rollen (sjeik, torero, Frans edelman), zijn decadente uitstraling en zijn vochtige, langoureuze blik (gevolg van een ernstige bijziend heid) maakten 'Rudy' tot de geheime droom van miljoenen gefrustreerde huisvrouwen van evenzovele hardwerkende en van romantiek verstoken midden standers. Minnaressen Maar het produkt Valentino werd daarnaast ook kundig geëxploi teerd door de toen al op volle toe ren draaiende Hollywoodse pr-machine. Twee opeenvolgen de minnaressen zetten de naar corpulentie neigende ladykiller op een strikt dieet en legden hem kasteelromantische verklaringen in de mond die geheel in stijl waren met het verbeelde perso nage: „Een man kan lief zijn voor een vrouw die hem niets kan schelen, maar alleen tegen een vrouw van wie hij houdt of heeft gehouden, kan hij wreed zijn." Valentino's plotselinge overlijden door een maagperforatie, gevolgd door een golf van zelfmoorden van fans, maakte geen einde aan zijn mythe, daar zorgde de film industrie wel voor. Zijn officiële opvolger was Alberto Rabagliati, die door de Fox Film Co. in Italië uit 500 gegadigden werd gekozen als de Nieuwe Valentino, maar vier jaar later weer werd terugge stuurd, toen zijn charisma het niet bleek te halen met dat van zijn illustere voorganger. Bijdrage Succesvoller in de prolongatie van het door Valentino gescha pen archetype waren andere Ita lianen als Roberto Rossellini, de 'schaker' van Ingrid Bergman, de bescheiden Marcello Mastroianni en de nu vergeten maar in de jaren '60 in Hollywood vermaar de acteur en hartenbreker Ros- sano Brazzi, die in de Adriatische kustplaats Riccione zelfs een oor konde mocht ontvangen wegens Door Wilko Voordouw Parijs - Heel Frankrijk leeft mee met het dappere dorp Moirans-en-Montagne. Een heel leger geologen, stralings deskundigen en andere ingenieurs hebben hun licht al laten verschijnen over de mysterieuze branden in het Jurasser dorp. Piskijkers, azijnloerders en wichelroedelopers boden hun diensten aan de wanhopige bevolking aan. Twaalf branden. Twee doden. En nog altijd is er geen enkele logi sche verklaring. geschoven en er zit geen gas in de bodem bij het Jurasser dorp. Daarna volgden de meest wilde veronderstellingen. Boze gees ten uit ver vervlogen tijden zouden voor de branden zor gen. De wraak uit het Hierna maals werd door veel bewoners als een reële mogelijkheid gezien. Sinds de 20-ste januari is er nog maar een enkele brand geweest in Moirans-en-Mon tagne. In een boerenschuur, even buiten het dorp. Maar daar stelde de brandweer al snel vast dat het om een 'verze- keringetje' ging. De boer had geprobeerd wat nutteloze zaken in brand te steken in de hoop dat de verzekeraars hem dik zouden uitbetalen. De rechter-commissaris in Lons-le-Saunier heeft twee nieuwe deskundigen aan laten rukken, die nu toch schijnen aan te sturen op een vorm van kortsluiting, ontstaan door het ingraven van de hoogspan ningskabel. De fundering van de huizen, gebouwd in de jaren '60 is van beton. De wapening is van ijzer. Sommige van die ijzerkabels steken uit het beton in de grond. Vooralsnog wordt er nu in Moi- rans-en-Montagne rekening mee gehouden dat een deel van de spanning in de hoogspan ningskabel via de ijzerkabels de huizen binnen moet zijn gedrongen. Een woordvoerder van het Franse electriciteitsbedrijf protesteert heftig tegen deze beschuldiging. „Onze kabels lekken niet." In afwachting van een definitief antwoord op wat in Frankrijk 'het raadsel van Moirans' heet, heeft de burgemeester alle bewoners van de rue des Cares gevraagd om voorlopig niet naar hun huizen terug te keren. Vooral de rue des Cares in het 2000 inwoners tellende dorp lijkt gedoemd. Want daar waren de meeste branden. En ook de hevigste. Die van 20 januari staat bij alle bewoners nog levendig in het geheugen gegrift. Toen was er op een dag drie keer brand in hetzelfde huis. Om kwart voor 2, een kwartier later en 's avonds om 20.16 uur sloegen de vlammen uit het dak. De laatste, zeer fel le brand eiste twee mensenle vens. Die van bewoonster Annie Raffin en een brand weerman, die haar probeerde te redden. De twaalf branden ontstonden elk op de meest vreemde plaat sen in de huizen. In een linnen kast, in een zak cement, in een stapel lino onder een bed. En bij alle branden werd vastge steld dat er een ongewone hitte heerste. Die hitte was onver klaarbaar, omdat de brand weer steeds snel ter plekke was en het vuur dus helemaal nog niet zo heet had kunnen wor den. Moirans-de-Geplaagde keek natuurlijk allereerst naar een pyromaan. Maar de politie en gendarme schoven die hypo these al snel terzijde. Te onwaarschijnlijk. Onmogelijk ook. Daarop herinnerde iemand zich dat er vorig jaar een hoogspanningskabel in de rue des Cares was ingegraven. Zou die niet..? Maar Electricité de France, het Franse electrici teitsbedrijf, kwam met meet apparatuur en stelde vast dat het overslaan van kortsluiting onmogelijk was. Gas werd ook als optie naar voren gebracht. Door geschuif met aardlagen zou methaan naar boven zijn gekomen, dat in de huizen op onverklaarbare wijze in brand vloog. Maar de geologen zijn stellig: er is niets Amsterdam (anp) - Amsterdam moddert teveel met zichzelf. De Mokumers kijken somberder tegen hun stad aan dan buiten staanders dat doen. Dat leidt tot defensief gedrag of tot passi viteit, waar juist een offensieve houding nodig is. zijn 'wezenlijke bijdrage tot de bevestiging en de export' van de mythe van de Italiaanse man. Naast Italië zijn ook de Spaanse en de Zuidamerikaanse afdeling ruim vertegenwoordigd in de Florentijnse galerij der legend arische minnaars. Met onder meer de viriele playboy-coureur Porfirio Rubirosa ('Monsieur Toujours Prêt'); de schilder Pablo Picasso ('concreet in het abstrac te en veel andere zaken'); de vorig jaar overleden boulevardier met blauw bloed Don Jaime de Mora y Aragon, ook wel 'Fabiolo' genoemd naar zijn Belgisch-koninklijke zuster, die onder meer een wetenschappelij ke verhandeling over zeventien verschillende manieren van kus sen op zijn naam heeft staan; de acteur Antonio Banderas ('de nieuwe belofte van de mythe') en de danser Joaquin Cortès ('de jongste ontdekking'). Halfgod-verleider „De films van Valentino hebben de cultus van de Italiaanse half god-verleider in de wereld gebracht. Na hem beschouwen de Italianen zich als grote minnaars en span nen zij zich in om dat aan de hele wereld te tonen, ook gratis", schrijft de socioloog Giannino Malossi in de catalogus. Naar ik uit betrouwbare bronnen heb ik mogen vernemen, stemt de mythe lang niet altijd met de realiteit overeen, maar toch draagt een zomerse toeristenin vasie van op avontuur beluste blondines elk jaar weer krachtig bij aan de bevestiging van het inmiddels traditioneel geworden beeld. Er is maar één conclusie mogelijk: Valentino is dood, maar de mythe leeft voort. Topambtenaar Harry Grosveld legde die gloedvolle aansporing tot meer zelfverzekerdheid neer in het boekje Terugzien en een beetje vooruitzien. Hij schreef het ter gelegenheid van zijn afscheid als directeur economi sche zaken van de gemeente Amsterdam. „Zonder een beetje file, een tikje seks en een vleugje criminaliteit hoor je er als stad niet bij", citeert Grosveld een Amerikaanse bezoeker. Twintig jaar geleden haalde toenmalig gemeentesecretaris Lemstra Grosveld vanuit Utrecht naar de hoofdstad. „De economi sche functie moet broodnodig worden versterkt. De bedrijven kankeren teveel", aldus Lemstra. Grosveld kreeg tot taak de amb tenaren van economische zaken uit hun ivoren toren te halen en het veld in te sturen. Dat was hard nodig, want bestuur en bedrijfsleven rolden in die tijd voortdurend ruziënd over straat. Hij heeft het geweten. Hoewel veel ontwikkelingen niks te maken hadden met bestuurlijk onvermogen, maar met interna tionale economische ontwikke lingen. Zo moest Grosveld mach teloos toezien hoe Amsterdam veel belangrijke vestigingen ver loor aan gemeenten waar meer uitbreidingsmogelijkheden waren, aan de economische recessie of de internationale con currentie. Ford vertrok naar België, Heine- ken sloot twee bierbrouwerijen, de scheepswerf NDSM ging ten- onder omdat de concurrentie met Japan op het gebied van de bouw van mammoettankers niet viel vol te houden. De reparatiewerf ADM was het volgende slacht offer. De electronische bolletjes schrijfmachines van IBM verlo ren het van de personal compu ters, Tjoklat (chocolade), Batco (sigaretten en Maggi (soepen) vertrokken naar respectievelijk Aken, Brussel en Venray. Als het op samenvoegen van fabrieken aankwam, lagen de kansen van Amsterdam nooit gunstig, con stateert de scheidend directeur. Gelukkig was het niet altijd kom mer en kwel, schrijft Grosveld. Er kwamen ook industrieën bij. Voornamelijk omdat Amsterdam de bakens verzette, en besloot bedrijven grond te verhuren tegen een symbolische erfpacht van een gulden per vierkante meter. Ook de introductie van een vette premie voor bedrijven die Amsterdam nieuwe arbeidsplaat sen bezorgden, hielp goed. Zo behendig als hij was in het zakendoen met het bedrijfsleven, zo onthand voelde Grosveld zich als het ging om politici. Een dieptepunt in zijn ervaringen met bestuurders vormde het pre stigieuze IJ-oeverproject dat zo jammerlijk mislukte. Het begon als een redelijk simpel plan om de oevers van het IJ rond het cen traal Station op te kalefateren. Toenmalig wethouder M. van der Vlis trok het project naar zich toe en maakte het steeds omvangrij ker. De kilometers lange oevers wer den verbonden met wegen, tun nels, zwevende bruggen en trams. Er verscheen een prachtig druk werk met 'artists impressions' van Teleport tot IJburg. „Mijn waarschuwing voor het luchtbel effect door teveel onzekerheden aan elkaar te koppelen, ging in het enthousiasme geheel verlo ren." Het werd echt gevaarlijk toen het gemeentebestuur aan de IJ- oevers alle prioriteit gaf en er geen concurrerende kantoorloka- ties mochten worden ontwikkeld. Voor Grosvelds afdeling econo mische zaken was dat een zware slag. Voor de economen bestond er slechts één echte toplocatie, en dat was de Zuid-as, het gebied rond het World Trade Center. De directeur schetst hoe hij zich tijdens de presentatie van de IJ- oever plannen als enige 'ongelo vige' verstopte achter een pilaar en zich vertwijfeld afvroeg wat er met de stad aan de hand was. „Pogingen tot nuancering waren kansloos. Wie niet voor was, was tegen." De ambitieuze voornemens spat ten, niet tot Grosvelds verbazing, uiteen. Amsterdam was een slor dige duit lichter en een ervaring rijker. „Politiek blijft ondoor grondelijk, zelfs voor ambtena ren die er middenin zitten." Grosveld stapt er nu uit. Voor hem geen manoeuvreren meer tussen de eisen van het bedrijfs leven en die van steeds wisselen de stadsbesturen. Hij verruilt het stadhuis aan de Amstel voor een bureau elders. De komende jaren besteedt hij aan een proefschrift over de internationale concurrentie van wereldsteden. Amsterdam krijgt er vast een plaats in.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 27