Weekend
e2
iator
:n b.v. made
hinisten
Mobiel
imbeciel
worden
n-
iger m/v
J?
DE STEM
m/v
Lectorium Rosicrucianum is de
internationale naam, maar in
ons land gaat dit
Rozenkruisersgenootschap door
het leven als De Internationale
School van het Gouden
Rozenkruis. Het is een
esoterische ofwel gnostische loot
aan de stam van het
christendom en schaart zichzelf
onder de kerkgenootschappen.
Erg talrijk zijn zijn leden in ons
land niet - ongeveer 2000
stuks maar het heeft over
belangstelling naar eigen zeggen
niet te klagen. Voor de aanhang
in West-Brabant en Zeeland
krijgt het genootschap in elk
geval binnenkort in Bergen op
Zoom de beschikking over een
eigen centrumgebouw met
tempelruimte.
Rozenkruisersgenootschap
opent eigen
centrum in
Bergen op Zoom
Rozenkruiser ben je niet.
Het blijft
een levenslang
wordingsproces
ZATERDAG 3 FEBRUARI 1996
ictie van het ziekenhuis
d disciplines: de interne
lienst en de technische
laat op korte termijn
1-time
nctie voor de periode
ot2jaar.
ing en werkt mee aan
tie en Evaluatie (RIE):
vallenregistratie;
an middelen en materialen;
en gezond werken met
met fysieke belasting;
met derden;
lematiek
RBO.
Iboek Bedrijfshulp-
.sgebonden medewerkers;
voor de opleiding hiervan;
en oefening:
lattegronden;
leiding over
ide functie-informatie
r. Dirven,
vanAvendonk,
n Opleidingen.
:n met een afgeronde
anvullende cursussen
inige (stage-) ervaring
W.G.-systeem, in
maximum bruto maand-
1/5.052,-bedraagt.
orwaarden zijn conform
Wij zijn aangesloten
bestaat een collectieve
Z.
rden wordt verzocht
"te richten aan de
t Personeel, Organisatie en
vacaturenummer FB.019.
■te termijn voor onze
jroot rijbewijs en di-
hiervoor.
Brabant/Zeeland een
bij de landbouwmecha-
hnische kennis en er-
veau
nnen werken
het rayon
te werken aan een
t
inctie in een dynarm-
een team met korte
:n en een sterk infor-
eenstemming met de
tak
n een team met enthou
recente pasfoto binn
nepoel 156
S6 NN Zwaanshoek
023-584 10 20
Zo jongen, heb je nog iets van de hoorzittin
gen gezien?"
„Wat zeg je, pa?
„Die hoorzittingen van Van Traa. Op de tv.
Spannend. Crimineel!"
Zegt me niks. Moet je dan gaan zitten om te
horen? Je loopt achter, pa, vrees ik. Kijken doe
je zittend, tegenwoordig. Internet, cd-rom,
noem maar op. Maar horen en spreken doe je
staand of lopend. Mobiel bellen, daar heb je
toch wei eens van gehoord?"
.Zeker, knul. Een griezelige ontwikkeling. Op
de gekste plaatsen zie je mensen telefoneren.
Laatst zag ik iemand op een herentoilet in een
vreemde houding. De plasser in de linkerhand,
de prater in de rechter. Moet dat zo nodig?"
„Je moet altijd bereikbaar zijn. Met snelle com
municatie kun je ontzettend veel tijd winnen.
Je moet wél bij blijven. Wie even niet oplet,
mist de ontwikkelingen en haalt die achters
tand nooit meer in."
„Wat moeten we met die tijdwinst? Je zult in
het park een man tegenkomen die z'n jas los
knoopt en in zijn kleding begint te tasten. Je
zietdat-ie iets glimmends tevoorschijn haalt en
aan een spriet staat te trekken. Dan begint die
vent opeeens te praten. Een privé-gesprek met
een of andere dame aan de andere kant. De
ene intimiteit na de andere en je moet wel
meeluisteren. Ik vind het aanstootgevend, zo in
het openbaar. Ik durf nauwelijks meer te straat
op."
„Ach pa, jij vertrouwt alleen zo'n zwarte tele
foon met een draaischijf die aan de muur
hangt. Dat is zo statisch! Daar zit toch geen
greintje fun in!"
„Als het maar praktisch nut heeft, jongen.
Daar gaat het toch om? Maar ik begrijp dat
horen, gewoon rustig luisteren, uit de tijd is. Je
moet erbij harlopen, fietsen of autorijden. Het
is doodzonde dat de dienstplicht zo abrupt is
afgeschaft."
„Wat?"
„Mankeert er iets aan je oren? Het leger zou
jou goed gedaan hebben. Je leert er luisteren.
Gehoorzamen, daar zit ook het woord horen
in. Je wordt er een kerel, zoals het spreek
woord zegt. Een kerel die alert, gestaald em
mobiel is. Echt mobiel. Mobiele Brigade,
Mobiele Eenheid, dat bestond allemaal eerder
dan Mobiel Ouwebetten."
„Pardon?"
„Versta je me weer niet? Of bedoel je Generaal
Pardon? Die Generaal Pardon neemt de vader
landse plicht wel erg licht. Hij zwaait deze
zomer de laatste dienstplichtigen af en uit. Wat
nog erger is: hij ontneemt de jongens van
maart en april de mogelijkheid op krachten te
komen in een bosrijke omgeving."
„Ik had best in dienst gewild, pa. Dat vind je
misschien gek, maar er zitten vaak leuke reisjes
aan vast. Midden-Oosten, Afrika, Bosnië.
Waarom bouwen ze de kazernes trouwens niet
om tot moderne reisbureaus?"
„Weetje wat er nu gebeurt? Knapen als jij blij
ven thuis rondhangen. Ik vraag me af of die
strategische ledigheid in de kazernes nou
zoveel erger is dan het doelloos pielen met
technische speeltjes. Je hoeft niet meer in
dienst, je hoeft geen opstel meer te maken.
biel imbeciel, zo maken wij de nieuwe
generatie. Of niet soms?"
„Wat zei je, pa? Ik heb het even niet gevolgd."
„Dat is natuurlijk die doodfheid. Jij hoort bij de
dove generatie. Suf gespeeld door keiharde
muziek ver boven de 80 decibel. Jullie hebben
allemaal zaktelefoontjes, maar jullie hebben
geen oren meer. De Nationale Hoorstichting
heeft deze week zo ongveer het Laatste Oor
deel uitgesproken."
„Heb je het nou weer over Hoorzitting? Hoor
eens, ik heb geen tijd voor die dingen. Ik ver
wacht een telefoontje. Shit, waar heb ik nou
m'n toestelletje laten slingeren?"
„Die slordigheid van jullie! Jij hebt veel te wei-
™S 9reeP op je eigen leven, je identiteit. Hoor
Je me, walkmans?"
„Wat?"
„Greep op je identiteit. Dove netel!
„Greep? Waarom zeg je niet gewoon grip? Jij
gebruikt altijd van die antieke Nederlandse
I woorden. Geen wonder dat ik je zo slecht kan
■j verstaan."
j „Hallo?"
„Hallo?"
Door Jan Bouwmans
r wordt druk getimmerd in het
I j vroegere bankgebouw in de Blau-
wehandstraat in Bergen op Zoom.
„Kijk," zegt Ankie Hettema-Pieterse uit Tho-
len, „daar was de kluis. Daar maken wij nu
een keukentje en toiletten in. En hier komt de
tempelruimte met een podiumpje, waar we
onze tempeldiensten houden. Hiernaast komt
de jeugdzaak Dan krijgen we nog een ruimte
voor lezingen en cursussen. En een kleine
bestuurskamer."
De verbouwing van de voormalige bank is
puur vrijwilligerswerk. In mei willen ze het
karwei geklaard hebben. Dan beschikt het
Lectorium Rosicrucianum ofwel De Interna
tionale School van het Gouden Rozenkruis
over zijn eerste eigen centrum voor West-Bra
bant en Zeeland. Tot zolang hebben de West
brabantse en Zeeuwse Rozenkruizers voor
hun activiteiten een tijdelijk onderkomen
gevonden in wijkcentrum 'Ons Bergen' in de
Markiezenstad.
Ankie Hettema is voorzitter van deze afde
ling, de eerste in Zuidwest-Nederland die
sinds september vorig jaar bestaat. De afde
ling telt 65 leden, die in dit genootschap leer
lingen heten. Daarnaast volgen 18 aspirant
leden een cursus.
Volgens Gerard Olsthoorn mag het genoot
schap zich momenteel in veel belangstelling
verheugen. Hij is landelijk bestuurslid van
het Lectorium Rosicrucianum dat zijn hoofd
zetel in Haarlem heeft. Het Lectorium telt
landelijk ongeveer tweeduizend leden en zo'n
tweehonderd aspirant-leden, verdeeld over
ongeveer vijftien afdelingen. Verder heeft het
genootschap twee conferentieoorden. Het
kent geen beroepskrachten voor het geestelij
ke werk. De leden betalen 55,- per maand
contributie, maar doorslaggevend is de
draagkracht, want geld mag nooit een beletsel
zijn om je aan te sluiten.
Met de komst van het eigen Centrumgebouw,
zoals ze het zelf noemen, in Bergen op Zoom
krijgt het Rozenkruisergenootschap van de
Internationale School van het Gouden Rozen
kruis vaste voet op Zuidwest-Nederlandse
bodem. Voordien werden er al wel wat activi
teiten ontplooid in Breda en Middelburg,
maar die werden ondernomen vanuit Eindho
ven en Rotterdam. In december 1994 hield het
genootschap een expositie in bibliotheek
Erasmus in Bergen op Zoom. Toen was een
eigen afdeling nog niet in het vizier. Maar nog
geen jaar later was die wel een feit. Ankie
Hettema glundert bij de opmerking dat die
ontwikkeling dan wel erg snel gegaan is. Zelf
is ze al twintig jaar lid. Ze heeft er al die jaren
veel gereis voor over moeten hebben.
Waar staan Rozenkruisers voor? Wat streven
ze na en hoe doen ze dat? Volgens de gods
dienstwetenschapper dr. R. Kranenborg zoe
ken ze nadrukkelijk aansluiting bij de oude
wijsheid van de gnostiek en presenteren ze
een esoterisch christendom. De westerse cul
tuur heeft van oudsher esoterische geestes
stromingen gekend. De kern van het esoteri
sche en gnostische gedachtengoed is, dat de
wezenlijke waarheden over mens en wereld,
over de zin en de betekenis van het leven wor
den toevertrouwd aan een groep ingewijden.
Die 'verborgen kennis' is in principe voor elke
'Waarlijk
mens
worden'
De phoenix ofwel de vuurvogel is een belangrijk
symbool voor Rozenkruisers. Hij symboliseert de spiri
tuele levensloop. De phoenix die uit zijn as herrijst,
staat voor de ik-mens die als de nieuwe mens kan
opstijgen naar zijn oorspronkelijke vaderland, als hij
zich dienend opstelt tegenover het goddelijke in hem.
Het embleem van de driehoek en het vierkant in de cir
kel is het vaste herkenningsteken van het genootschap.
ILLUSTRATIE: LECTORIUM ROSICRUCIANUM
Ankie Hettema-Pieterse en Gerard Olsthoorn: „We leven in een tijd die heel geschikt is om mensen weer bewust te maken van hetgene waarvoor ze eigenlijk geboren zijn."
FOTO DE STEM BEN STEFFEN
komst of dood, geen kritiek meer leveren op
medemensen, hetgeen, benadrukken Hettema
en Olsthoorn, niet hetzelfde is als onkritisch
zijn. Kortom, de levenshouding uit zich pri
mair in het verbreken van de ik-gerichtheid,
het egocentische, en dat geeft diepe vreugde.
Het Rozenkruisersgeloof preekt beslist geen
wereldmijding. Maar de spirituele levensweg
en daaruit voortspruitende levenshouding is
en blijft van individuele aard en vertaalt zich
bijvoorbeeld niet in sociale en maatschappe
lijke actie. Rozenkruisers gaan bij wijze van
spreken niet de barricaden noch de straat op
om de wereld te verbeteren. Dat betekent vol
gens Hettema en Olsthoorn echter pertinent
niet, dat de Rozenkruisersspiritualiteit zou
werken als pijnstiller tegen maatschappelijk
kwaad en andere ellende die mensen in onze
harde en zakelijke samenleving vaak weer te
verduren hebben. Nee, de zelfontmaskering
die de weg naar zelfkennis allereerst oplevert,
is meestal erg pijnlijk. Maar bovendien: wie
zelf de Rozenkruiserslevenhouding in prak
tijk brengt, brengt ook een betere wereld
dichterbij.
Wat is nu de plaats en de functie in dit geheel
van het genootschap en zijn plaatselijke cen
tra? Mevrouw Hettema en de heer Olsthoorn
karakteriseren ze als brandpunt waar de god
delijke kracht getransformeerd wordt ten
behoeve van de zoekende mens. Zonder
brandpunt kan de mens namelijk niets doen
met de goddelijke kracht, kan hij er niet op
reageren omdat die kracht zonder concentra
tiepunt te diffuus is. Het is en blijft echter een
innerlijke werkzaamheid van elke mens. Er is
geen kwestie van dat een Rozenkruiser via
ceremonies en rituelen tijdens samenkomsten
dat contact met die kracht kan maken.
Toch houden ook Rozenkruisers tempeldien
sten, in Bergen op Zoom in een frequentie van
twee keer per maand. De vorm ervan, zo blijkt
uit de woorden van de beide gesprekspart
ners, is eenvoudig. Elke tempeldienst begint
met het uitspreken van een rituaal, meestal
door een vrouw. Het gaat daarbij om een spe
ciale tekst, die zich richt tot het hart en zo
geformuleerd is dat ze primair de geestelijke
kern van elke aanwezige beroert. Het gaat dus
niet om het verstandelijk begrijpen van die
tekst, maar om er emotioneel door geraakt te
worden. Het rituaal wil het hart, waarin zich
de spirituele kern bevindt, openen en ontvan
kelijk maken. Na het rituaal volgt een toe
spraak waarin een aspect van de universele
leer wordt behandeld. Dat levert inkeer en
bezinning op, want het spreken wordt afge
wisseld door stiltes. „Het is in de tempel
dienst altijd zeer stil, want de stilte staat
voorop."
Zoals reeds gezegd is, hebben de Rozenkrui
sers volgens mevrouw Hettema-Pieterse en de
heer Olsthoorn momenteel de wind mee. Ze
interpreteren die belangstelling echter niet
als een reactie op de sociale en maatschappe
lijke ontwikkelingen in de huidige westerse
samenleving. „Wij zien dat in de westerse
maatschappij allerlei normen en waarden in
elkaar zakken of verdwijnen. Dat schept een
leemte, waardoor mensen op zoek gaan naar
andere waarden. Er ontstaat openheid voor
andere waarden."
Dat vroegere waarden wegvallen, heeft een
oorzaak: de kosmische klok die aangeeft dat
het tijdperk op zijn einde loopt en een geheel
nieuw, het Aquariustijdperk, aanbreekt. In de
visie van de Rozenkruisers breekt het Aquari
ustijdperk alles af, wat niet wezenlijk is. Het
tema: „Dat ervaren we dus nu. Die afbraak
schept verwarring, die sommige mensen nieu
we zekerheid doet zoeken in het oude van
fundamentalisme en nationalisme. Maar we
leven ook in een tijd die heel geschikt is om
mensen weer bewust te maken, waarvoor ze
eigenlijk geboren zijn." Om die reden bestaat
ook de Internationale School van het Gouden
Rozenkruis.
mens bereikbaar. Het esoterische christen
dom wijst de weg waar en hoe die 'verborgen
kennis' te vinden is, die de mens verlost en
volmaakt gelukkig maakt.
In het begin van de achttiende eeuw ontstond,
aldus Kranenborg, een sterke opbloei van
esoterische bewegingen als een reactie op het
rationalisme en de Verlichting. Dan ontstaan
of herleven genootschappen van Tempeliers,
Vrijmetselaars en Rozenkruisers. In de negen
tiende eeuw begint het occultisme aan een
opmars, waarbij twee hoofdstromen te onder
scheiden zijn: de theosofische esoterie em het
spiritisme. Het gedachtengoed van de heden
daagse Rozenkruisers is volgens Kranenborg
sterk gekleurd door de theosofische esoterie
van eind vorige eeuw. De bekendste Rozen
kruisersgenootschappen zijn de AMORC
(Ancient Mystical Order Rosae Cruscis, in
1915 opgericht in de Verenigde Staten) en de
Rosicrucian Fellowship, in 1909 in Amereika
opgericht. Uit deze laatste is in 1924 de
Nederlandse variant voortgekomen van het
Lectorium Rosicrucianum. In 1972 ontstond
nog een nieuwe loot: de esoterische Gemeen
schap Sivas.
Hoe beleeft Ankie Hettema haar Rozenkrui
serschap? „Eigenlijk is dat niet in woorden te
vatten. Al wat je zegt, schiet te kort. Maar als
je het dan toch probeert te omschrijven, dan
met woorden als Licht, Kracht, Zuiverheid
die aanwezig zijn/komen om het doel van het
leven te verwerkelijken en dat is: waarlijk
mens worden. De herkenning van: dit is het,
heb ik zó nog nooit ergens anders ervaren. Ik
ben twintig jaar bij de school en het wordt
geestelijk steeds rijker."Rozenkruiser ben je
overigens niet, want het blijft een levenslang
wordingsproces dat meer dan één mensenle
ven (reïncarnatie) in beslag kan nemen.
Mevrouw Hettema-Pieterse en de heer Olst
hoorn leggen uit. Ieder mens draagt diep in
zich een goddelijke kern. Die goddelijke kern
moet zich openvouwen zoals een roos, waar
door de goddelijke kracht vrij komt en zich
kan ontplooien. Daartoe is de mens namelijk
De werkzaamheden in de Bergse tempelruimte zijn in volle gang.
FOTO DE STEM BEN STEFFEN
op aarde. Op die goddelijke kern moet de
mens zich dus richten. De roos is dan ook hét
spirituele symbool van de Rozenkruisers.
Maar alleen de mens die deze wereld heeft
leren zien als een wereld die altijd door tegen
stellingen zal worden bewogen - goed en
kwaad, liefde en haat, enzovoort - maar er
tevens van overtuigd is dat die tegenstellin
gen moeten en kunnen worden doorbroken
omdat er nog een andere, oorspronkelijke
werkelijkheid is, alleen die mens ondergaat
op zeker moment de werkzaamheid van die
goddelijke kern in hemzelf. Die goddelijke
kern tot wasdom laten komen: daar is het vol
gens het Rozenkruisersgeloof in elk mensen
leven om te doen.
Jezus Christus is voor de Rozenkruisers dan
ook geen historische persoon, maar de Chris
tuskracht die diep in elke mens zit. Wie die
goddelijke kern herkent en er contact mee
maakt, neemt weer deel aan de goddelijke
ontwikkeling, niet in een hiernamaals, maar
in het hiernumaals. Het aardse leven, geke-
tend als het is aan tegenstellingen, biedt geen
werkelijke ontwikkeling. Daar heeft de dood
het laatste woord. Maar de mens die de god
delijke kern in zichzelf weet te ontsluiten,
hoeft niet meer geboren te worden, heeft de
cirkelgang van leven en dood doorbroken en
is binnen getreden in de goddelijke werkelijk
heid, niet uit eigen kracht, maar door de
Christuskracht,
Het is de Rozenkruiser dus begonnen om ver
lossing, bevrijding van de aardse natuur, de
ziel vrij maken. Niet op de eerste plaats van
zichzelf, want elke Rozenkruiser werkt aller
eerst voor de verlossing van zijn naaste. De
spirituele ontwikkeling vertaalt zich concreet
in de individuele levenshouding van de
Rozenkruiser. Hij eet geen vlees meer,
gebruikt geen nicotine of alcohol. Maar hij zal
ook geen kwaad spreken van anderen,
onwaarachtig zijn, angst hebben voor toe
s'