20 procent topsporters heeft onvoldoende gezichtsvermogen
'Wonderol
vet eten c
zonder dil
Guillain-Barré Syndroom
Siliconenplug maakt
mannen onvruchtbaar
EJ
De oorsprong
van agressie
Veel dwarslaesie-patiënten
te lang in revalidatiecentrum
Cara-patiënten
Kans op kanker
Cholesterolgi
DE STEM
LIJF LEVEN
A- en B-sporters
Diepte-zien
Indonesisch
Afgeklemd
PRODUKT INFORMATIE
DE STEM
Nadelen
WOENSDAG 31 JANUARI 1996
Beter sporten door beter zien
Door Jan Koesen
Een op de vijf topsporters ziet
onvoldoende. Onvoldoende
oogscherpte kan net dat ver
schil uitmaken tusen goud en
zilver en winnen of verliezen.
De rechtsbuiten ziet net niet
vanuit zijn ooghoek de ingezette
sliding van zijn tegenstander en
wordt onderuit gehaald. Een
kans op een goal gaat teloor.
De tennisser ontgaat de topspin
van een bal en slaat hopeloos mis.
Een skiër die niet goed contras
ten ontwaart, ziet dat derde paal
tje in die witgrijze wereld voor
hem iets te laat en komt verkeerd
in.
Een zwemmer heeft niet in de
gaten dat vlak achter hem een
sprint wordt ingezet en reageert
te laat.
Tijdens de Olympische Winter
spelen van Lillehammer en Bar
celona bleek bij een onderzoek
door hoofdsponsor Bausch
Lomb dat een op de vijf gescreen
de atleten onvoldoende scherp
zag en dat meer dan de helft nooit
een oogfunctie-onderzoek had
ondergaan.
Van de 342 atleten in Lilleham
mer, ongeveer een vijfde van het
totaal aantal sporters uit 46 lan
den en 12 disciplines, bleek 35
procent een oogcorrectie nodig te
hebben. Iets minder dan de helft
van deze groep droeg contactlen
zen bij het sporten. De andere
helft wist niets eens dat ze een
oogcorrectie konden gebruiken.
Bij meer dan 23 procent kwam
een gezichstsscherpte uit de bus
die lager was dan de normwaarde
100, en bij 5 procent werd zelfs
een gezichtsscherpte vastgesteld
van 70 procent. Hierdoor bleek
de dieptewaarneming (stereo
zien) bij een op der 20 atleten
onvoldoende.
Bausch Lomb is een internatio
naal bedrijf dat zonnebrillen
maakt en contactlenzen. Samen
met de Olympische Steunpunten
in het land, zoals Papendal en een
aantal cont'actlensspecialisten
wil het bedrijf iets aan de
gezichtsscherpte van sporters
doen. Voor de A- en B-sporters is
dit gratis en de rest van de spor
ters hoeven ook niet diep in hun
beurs te tasten.
Voor sporters zijn goede ogen
even belangrijk als een perfecte
fysiek en dito techniek. De pres
taties van een sporter worden
opgeroepen door een veelheid
aan factoren die op elkaar reage
ren: de feedback. Waarnemen en
handelen, tijdsbesef en actie zijn
nauw verweven met elkaar. Het
begrip coördinatie krijgt bij top
sport steeds meer aandacht en
oog en oogbewegingen spelen een
beslissende rol bij deze coördina
tie.
Op talloze wijzen kan er iets mis
gaan bij de waarneming door
sporters. En als de waarneming
niet optimaal is, kan ook de
sportprestatie nimmer het aller
hoogste bereiken. Bij een goede
oogcorrectie kunnen de presta
ties van een topsporter iets
Een sporter die niet goed ziet, zoals bijvoorbeeld een snowboarder tijdens een slalom, loopt de kans dat-ie letterlijk en figuurlijk de mist in gaat.
omhoog gaan. Die winst is niet
sensationeel, maar scherpe ogen
kunnen net dat ietsie pietsie ver
schil uitmaken. De afzet bij ver
springen, precies weten waar die
ene coureur zich bevindt en wat
hij gaat doen, die fraaie vrije trap
die met een boog over het muur
tje gaat en net achter de keeper
inslaat, dat balletje dat op je af
komt razen, al die informatie
moet door de ogen worden ver
gaard, waarop de rest van het
lichaam en de geest de juiste
beslissingen kan nemen.
Een sporter die niet goed kan
zien in contrastarme situaties,
zoals bijvoorbeeld de salom bij
grauw weer, zal niet op dat ene
correcte moment een handeling
inzetten die hem de titel kan
geven.
Het oog laat zich vaak bedriegen.
Bekend is dat wanneer iets wat
beweegt, gevolgd wordt met de
ogen, het vaak lijkt of stilstaande
objecten op de achtergrond in
tegengestelde richting bewegen.
Dit is een illusie. Is er weinig ver
band tussen objecten op de ach
tergrond, zoals bij een slechte
verlichting, regen of mist, dan lij
ken zij te bewegen ten gevolge
van oogbewegingen. De sporter
kan er door misleid worden.
Hoe optimaler de ogen gecorri
geerd zijn en hoe beter ze samen
werken, des te geringer zijn de
kansen op ongewenste effecten.
Goed zien betekent ook veiliger
sporten. Een Elfstedentochtrijder
moet bijtijds scheuren in natuur
ijs kunnen zien. Voor schaatsers
is een goede oogprotectie heel
belangrijk vanwege rondvliegen
de ijsscherven.
Maar niet voor elke sport zijn de
oogeisen hetzelfde. Een boog
schutter moet natuurlijk uiterst
scherp kunnen zien, maar wat er
om hem heen gebeurt is voor hem
niet van belang.
Basketballers moeten naast een
goede oog/handcoördinatie ook
beschikken over een goed vermo
gen om perifeer en diep te zien.
Zij moeten precies weten wat en
wie er aan alle kanten van hun
lichaam bevindt.
Perifeer (rand) zien is ook voor
voetballers, hockeyers en ijshoc-
kers belangrijk en ook hier speelt
de spatiële lokalisatie een hoof
drol. Voor tenissers is een hoge
gezichtscherpte en een goed
gezichtsveld onontbeerlijk, plus
natuurlijk de alom nodige
oog/hand coördinatie.
Skiërs staan aan veel extreme
invloeden bloot zoals wind, kou,
regen, sneeuw, droogte, slechte
contrasten, lichtreflexen, ultra-
violetbelasting enz. Ook hier
bestaat een balans tussen zien en
voelen, waarbij goed zien meer
zekerheid biedt en blessures
voorkomt. Een golfer moet goed
nabij- en verzien. Goed diepte
zien en een goede oog/hand coör
dinatie zijn, het verhaal wordt
eentonig, ook hier onmisbare
voorwaarden. Wielrenners heb
ben vaak een ongebruikelijke
hoofdhouding en een daardoor
afwijkende oogpositie. Goede
ongestoorde oogbewegingen,
perifere waarneming en goede
gezichtsscherpte zijn nodig om
ongelukken te voorkomen. En
hier is oogbescherming ooknuttig
vanwege de grote kans op stof en
zand in de ogen.
Wat moet men nu dragen: een bril
of contactlenzen? Tijdens de
Olympische Spelen in Albertvil-
le, Barcelona en Lillehammer
werd vastgesteld dat eenderde
van alle atleten een bril droeg.
Maar slechts 7 procent droeg die
bril daadwerkelijk tijdens hun
sportuitoefening, terwijl onge
veer 18 procent contactlenzen
gebruikte, met name de zachte
lenzen vanwege het hoge comfort
en de geringe verlieskans.
Opmerkelijk was dat de helft van
deze topatleten nooit eerder een
oogfunctie-onderzoek had onder
gaan. Ze waren niet op de
gedachte gekomen dat er verband
bestaat tussen beter zien en beter
sporten. Bij de amateurs komt die
overweging helemaal niet of nau
welijks ter sprake.
Door dr. Jan Verhulst
Al enkele jaren verzorg ik voor
bepaalde instellingen een cur
sus omgaan met agressie. Vast
onderdeel van die cursus is de
vraagstelling of agressie al dan
niet een aangeboren eigenschap
of drift is bij de mens.
Met agressie bedoelen we dan
elk gedrag dat bedoeld is de
ander lichamelijk en/of geeste
lijk schade toe te brengen. Het
blijkt dat veel cursisten er
moeite mee hebben als agressie
een standaard onderdeel zou
zijn van het menselijk gedrags
repertoire. Aan mij dan steeds
de droeve taak hun duidelijk te
maken dat de kans groot is dat
wij niet veel
beter zijn dan
de chimpansees
die (volgens bio
loge Jane
Goodall) klaar
blijkelijk zon
der enige aan
leiding hun
eigen jongen en
een complete
naburige clan
vermoordden.
De feiten wijzen
erop dat agressie bij mens en
dier ingebakken is. Ook bij
mensen die van zichzelf zeggen
ze 'nooit' echt kwaad te krijgen
zijn. Dergelijke mensen is
namelijk heel eenvoudig uit hun
vredelievende droom te helpen
door ze bijvoorbeeld te dreigen
aan hun kinderen te komen.
Geen enkele ouder blijft daar
koud onder.
In het maandblad Psychologie
heeft de wetenschapsjournalist
Mare Meuleman enige tijd gele
den het wetenschappelijk
onderzoek naar de oorsprong
van agressie nog eens op de rij
gezet. Hij vermeldt onderzoek
waaruit blijkt dat er zoiets
bestaat als een 'agressie-gen.'
Als je namelijk agressieve mui-
zen met elkaar laat paren, dan
krijg je al na 25 generaties (en
dat gaat heel snel bij muizen!)
dusdanig agressieve muizen,
dat ze elke soortgenoot zonder
pardon aanvallen. Laat je niet-
agressieve muizen zich voort
planten, dan krijg je echte wat
jes: ze doen niets, wat je ook met
hen aansolt.
Nog meer biologie. Vrij centraal
in onze hersenen zit de aman
delkern (nucleus amagdyla). Als
je daar met een naald in gaat
prikken, dan zie je een sterke
toeneming van
agressief
gedrag. Vroeger
op de universi
teit leerden we
al dat je bij kat
ten de zoge
noemde 'sham-
rage' (schijn-
woede) kon
opwekken door
bepaalde delen
van de hersenen
weg te snijden
(dat mocht toen nog). Agressief
gedrag lijkt dus in ieder geval
neurobiologische verankerin
gen te hebben.
Maar dat is nog niet alles. Ook
hormonen blijken een rol te spe
len, en dat met name testoster
on. Mannen hebben over het
algemeen meer van dat spul dan
vrouwen Bovendien is uit
onderzoek gebleken dat gevan
genen die werden veroordeeld
door geweldsmisdrijven, meer
testosteron hadden dan ande
ren. Dat klinkt allemaal wat
somber natuurlijk. Want als
agressie voor een (groot?) deel te
maken heeft met factoren bui
ten onze vrijwel wil om, dan ziet
het er niet best uit. Maar geluk
kig spelen ook de cultuur en het
sociale milieu een flinke rol. Zo
kennen Pygmeeën en Eskimo's
het verschijnsel van de agressie
helemaal niet. Bij een bepaalde
'onderontwikkelde' stam in
Afrika gebruikt men voor
'agressief' en 'kinderachtig' het
zelfde woord. Van de andere
kant zijn er ook stammen waar
bij agressie als hoogste levens
doel wordt opgevat.
Bekend is dat veel gedragswe
tenschappers zich het hoofd
hebben gebroken over hoe je het
meest effectief met agressief
gedrag kunt omgaan. Strenge
straffen lijken voor de hand te
liggen, maar blijken juist een
averechts effect te hebben: kin
deren van streng straffende
ouders vertonen later als ze zelf
groot zijn meer agressief gedrag
dan de kinderen van ouders die
mild straffen en die niet-agres-
sief gedrag belonen. Maar milde
straffen kun je natuurlijk ook
niet in alle gevallen volhouden:
als een broertje zijn zusje met
een mes bewerkt, dan kun je dat
niet mild bestraffen.
Kinderen blootstellen aan tv-
geweld is ook slecht: kinderen
worden daardoor wel degelijk
agressief. Dit effect doet zich
overigens niet alleen voor bij
kinderen: na oorlogen zien we
altijd een stijging van het aantal
moorden, vooral in de winnende
landen. Dus dat belooft nog
wat, daar in voormalig Joego
slavië. Het zal uit bovenstaande
duidelijk zijn dat het probleem
van de agressie nooit eenvoudig
zal kunnen worden opgelost: te
veel factoren spelen een rol.
Kennelijk is het zo, dat alleen in
een uitgebalanceerde maat
schappij, waarbij er geen tekor
ten en ontevredenheid zijn en
waarin alleen goed opgevoede,
gewetensvolle en sociaalvoelen-
de individuen rondlopen, een
relatief agressie-arme situatie
mogelijk is. Een utopie dus.
Door Jan Paalman
Op 8 november 1988 was hij
opgestaan met een vreemde
spierpijn in de rechterkuit. Hans
Vonk moest die woensdagavond
in Duitsland dirigeren en omdat
hij er niet de man naar was om
vanwege een spierpijntje af te
zeggen reed hij samen met een
lid van het Residentie Orkest
naar Leverkusen.
Daar aangekomen, zo vertelde
hij een half jaar geleden in NRC
'pakte ik mijn spullen uit mijn
auto, sjokte naar een trap en
constateerde dat ik die Mount
Everest nooit van mijn leven op
zou komen. Mijn ledematen
leken te bestaan uit lood.' Hij
besloot om naar Amsterdam
terug te rijden. Een dodenrit.
„Mijn collega zag onderweg een
man naast zich zitten die in
hoog tempo verstijfde en dood
gewicht werd. Uiteindelijk
sleepten drie verplegers me uit
de wagen, werd ik in een rolstoel
gekwakt waar - floep - het licht
voor tien dagen bij me uitging."
Het verhaal is bijna klassiek
voor een ziekte die zo'n negentig
jaar geleden voor het eerst werd
beschreven. In 1916 werkten
drie Franse artsen - de dokters
Guillain, Barré en Strohl - in
een neurologisch ziekenhuis
vlak achter het front.
In die baaierd van ellende trof
fen ze twee soldaten aan met een
heel eigenaardig ziektebeeld.
Beide soldaten klaagden over
ongeveer dezelfde klachten: tin
telingen in de voeten met zwak
te in de benen, later gevolgd
door tintelingen en krachtsver-
lies in de handen. Die klachten
gingen na een paar dagen spon
taan weer over en nu weten we
dat ze beiden leden aan het
Guillain-Barré Syndroom.
Het tweetal kwam er goed van
af want het Guillain-Barré Syn
droom (GBS) slaat doorgaans
met een schrikwekkende snel
heid en hevigheid toe. De oor
zaak is een aantasting van de
perifere zenuwen, de zenuwen
die van en naar het ruggemerg
signalen doorgeven. Als de
bewegingszenuwen zijn aange
daan, de zenuwen die vanuit het
ruggemerg naar de spieren
lopen, dan kan dat zich al naar
gelang de ernst zich uiten in
krachtsverlies en zelfs verlam
ming.
GBS is zelfs de voornaamste
oorzaak van een acute verlam
ming. Dat begint meestal in de
benen: trappenlopen en opstaan
wordt moeilijk en later kunnen
ook de armspieren, aangezichts
spieren en ademhalingsspieren
verlamd raken. Een op de vier
patiënten moet dan ook worden
beademd. Een beschadiging van
de gevoelszenuwen uit zich in
gevoelloosheid, tintelingen, doof
gevoel, trillingen en schokjes in
armen en benen. Soms raken
enkele hersenzenuwen ook ver
lamd zodat je je gezichtspieren
en zelfs je ogen niet meer kunt
bewegen en soms raakt zelfs het
hart van slag.
Het GB-syndroom kan op iedere
leeftijd voorkomen, zowel bij
man en vrouw en in elke uithoek
van de aarde. Het is zeldzaam,
slaat bij 1 op de 100.000 mensen
per jaar toe, dus bij ongeveer
150 Nederlanders per jaar, maar
is een zeer dramatisch ziekte
beeld. Vroeger, nog niet eens zo
lang geleden, overleed een op de
drie GBS-patiënten voorname
lijk door hartritmestoornissen,
maar tegenwoordig kan men
dankzij zeer intensieve zorg het
leeuwedeel van hen (97 procent)
er veilig doorslepen. Van hen
geneest na weken tot maanden
80 procent 'restloos', terwijl de
overigen hun
leven lang min
of meer last
blijven hou
den van
gevoelsstoor-
nissen en
krachtsverlies
in de ledema
ten. Een echte
oorzakelijke
behandeling
bestaat niet,
omdat men
nog steeds niet weet wat precies
de beschadigingen van de perif
ere zenuwen veroorzaakt. Bij
het syndroom wordt de myeline-
schede, zeg maar de isolatie
rond de zenuwvezel, aangetast,
zoveel is zeker. Ook is tamelijk
zeker dat het lichaam zelf de
zenuwscheden met eigen antis
toffen beschadigt. De interes
santste vraag - waarom het
lichaam zo nodig in eigen vlees
moet snijden - is tot op heden
onbeantwoord gebleven. Hoe
wel.
De meeste patiënten blijken
vlak voor het uitbreken van de
aandoening een infectie onder
de leden te hebben gehad. Dus
eerst een griepje, en of dat niet
genoeg is gelijk dat syndroom er
boven op. Wat is nu recentelijk
gebleken? Ongeveer vier op de
tien GBS-patiënten heeft eerst
een infectie meegemaakt van
een bacterie van het merk Cam
pylobacter jejuni/coli, een
microbeest dat pas twaalf jaar
geleden is ontdekt. Dat kan niet
toevallig zijn.
Het vreemde is evenwel dat de
bacterie bij twee procent van de
bevolking voorkomt terwijl het
GBS toch uiterst zeldzaam is.
Waarom komt het syndroom
dan niet vaker voor? Dat komt,
zo zegt de nieuwe theorie van de
'Molecular Mimicry', omdat het
heel soms kan voorkomen dat
mensen op hun zenuwcellen
eiwitten hebben zitten die stom-
toevallig als twee druppels
water lijken op de eiwitten van
Campylobacter. Als deze enke
lingen een Campylobacter-
infectie oplopen dan zal het
afweerapparaat antistoffen
maken tegen de bacterie-eiwit
ten. Prachtig. Maar de antistof
fen vallen dan ook in een moeite
door de eiwitten van eigen zenu
wen aan met als gevolg het syn
droom van Guillain-Barré.
Echte oorzakelijke geneesmid
delen zijn er dus niet. De laatste
jaren heeft men
met zeker succes
geëxperimenteerd
met plasmaferese
en immunoglobu-
line-therapie.
In het eerste geval
wordt al het plas
ma vervangen en
bij immunoglobi-
ne-therapie krijg
je natuurlijke
afweerstoffen toe
gediend. De resul
taten spreken elkaar toch wat
tegen. Blijft over het er doorsle
pen van de patiënt met intensie
ve zorg. Dat is een gevecht met
de Engel. „Je vind jezelf op een
dag terug aan een ijzeren long,
infusen, buizen, bliepende toe
stellen. Ik had geen flauw idee
wat het allemaal voor dingen
waren, merkte ook dat ik niet in
staat was het te vragen: ik kon
niet meer spreken. Mijn hart
functioneerde nog, mijn ogen,
mijn hersens op laag niveau - de
rest bleek verlamd. Het had wel
iets weg van Kafka's 'Die Ver-
wandlung', over de man die tot
zijn schrik zomaar verandert in
een kever."
Hans Vonk genas na enkele
maanden volledig.
Zowat de helft van de mannen die zich laten steriliseren
door middel van vasectomie heeft min of meer last en pijn
van dat ingreepje. Maar sterilisatie van mannen kan op een
veel simpeler manier: een siliconenplugje blokkeert de
zaadleiders.
Door Sjef Kusters
Honderdduizenden Chinezen
en Indonesiërs kunnen er al
over meepraten: mannen kun
nen op een simpele, pijnloze
manier worden gesteriliseerd
door een beetje siliconen te
injecteren in hun zaadleiders.
Die vloeistof stolt tot een plug-
je en voorkomt dat er zaadjes
in de ejaculatie-vloeistof
terecht komen.
De priksterilisatie wordt nu in
het Academisch Ziekenhuis
Maastricht AZM op verzoek
van de Wereld Gezondheisor-
ganisatie WHO nog eens getest.
Eind februari start het AZM
ermee. „We gaan de komende
maanden 75 mannen volgens
de traditionele manier sterili
seren en 75 middels de prikme-
thode. Eind van het jaar hoop
ik de resultaten van dat verge
lijkend onderzoek op papier te
hebben," zegt uroloog J. Zam-
bon. Hij leidt het onderzoek
voor de WHO.
Uit een publicatie van de Con
sumentenbond in 1994 bleek
dat ruim de helft van de Neder
landse mannen naweeën, zoals
bloedingen, zwellingen of
infecties had na de traditionele
sterilisatie. Daarbij wordt een
stukje uit de zaadleiders van de
beide teelballen weggenomen,
waarna de uiteinden van die
zaadleiders worden dichtge
bonden of dichtgeschroeid.
„Het is een open operatie. Die
doen we liever niet. Overigens:
ofschoon zowat de helft van de
mannen zegt 'last' te hebben
gehad, zien wij weinig compli
caties", zegt Zambon.
De nieuwe methode is ontwik
keld door de Indonesische arts
Soebadi uit Soerabaya, die in
Groningen studeerde. Hij ken
de de methode waarbij Chinese
urologen een beetje polyuret-
haan in de zaadleiders spuiten.
Dat 'schuim' hardt daar uit en
verstopt het ongeveer 1 milli
meter dunne buisje. Maar pol-
yurethaan is in het Westen niet
toegelaten voor medische toe
passing omdat de stof 'ver
dacht' is.
Soebadi had in Groningen ken
nis gemaakt met een sterilisa
tiemethode voor vrouwen,
waarbij de eileiders worden
verstopt door inspuiting van
tweecomponenten-siliconen.
Hij combineerde de Chinese
prikmethode met de Westerse
siliconen-toepassing en testte
het resultaat in Indonesië met
succes uit. In een apencentrum
in Kenya werd nog uitgepro
beerd hoe succesvol de omkeer
baarheid van de siliconenme-
hode is. Dat is bij de traditio
nele manier, een uren durende
microchirurgische ingreep, mei
dertig procent succes. Bij de
prikmethode is het een klusje
van 'n paar minuten met zo'n
75 procent kans van slagen.
„De priktechniek vergt behen
digheid en we gaan hier in
Maastricht dan ook met een
vast team werken. De zaadlei.
der is te vergelijken met een
spaghetti-sliert: een stevig
buisje met een dunne opening
Je moet dus precies in die klei-
ne opening zitten met je naald.
Dat controleren we door een
beetje vloeistof in te spuiten.
Krijgt de man dan aandrang
om te plassen, dan weten we
dat het vocht via de zaadleider
de piasbuis heeft bereikt en dat
we dus goed zitten."
Weet de uroloog dat hij precies
in de zaadleider zit, dan wordt
dat buisje aan twee kanten
afgeklemd, waarna de twee-
componenten-siliconen wordt
ingespoten. Na ongeveer zeven
minuten is dat plugje hard
geworden. „Je kunt het in de
balzak voelen als een rijstkor
reltje," weet uroloog Zambon.
Hij heeft wel ervaren dat de
huid van de balzak van man
nen in het Verre Oosten veel
dunner is dan die van Neder
landse mannen. Bij mannen in
Zwitserland is die huid nog
dikker. „Daarom hebben we
hier onze apparatuur moeten
aanpassen."
Het grote voordeel van de plug-
jes-methode is niet alleen de
eenvoudiger ingreep, veel min
der kans op infectie en eenvou
digere restauratie. Maar heel
belangrijk is ook dat de nieuwe
methode beter geaccepteerd
wordt vooral in Islamitische
landen. „Het wegnemen van
een stukje gezond lichaam stuit
in sommige culturen op bezwa
ren. Dat gebeurt bij de prikste
rilisatie dus niet."
Wereldwijd zijn volgens de
WHO zo'n 85 miljoen mannen
gesteriliseerd. In Nederland
gaan jaarlijks zo'n 27.000 man
nen onder het mes, in het AZM
Maastricht ongeveer 250. Er
worden veel meer mannen dan
vrouwen gesteriliseerd.
Uroloog Zambon: „Wij denken
vaak wat geringschattend over
de medische wetenschap in
derde wereldlanden. Typisch is
immers dat de WHO deze
methode eerst nog eens in
Europa wil laten testen, alvo
rens hem wereldwijd te propa
geren. Maar in die landen is
vaak grote kennis en vaardig
heid voorhanden. Deze vorm
van sterilisatie is eigenlijk een
vorm van omgekeerde ontwik
kelingshulp."
Utrecht (anp) - Veel mensen met
een dwarslaesie blijven onnodig
lang in een revalidatiecentrum,
omdat ze maanden op aanpassin
gen in huis of op een elektrische
rolstoel moeten wachten.
Ruim eenderde van de patiënten
verblijft gemiddeld 22 weken
langer in een revalidatiecentrum
dan medisch noodzakelijk is. Dat
blijkt uit een onderzoek onder
318 patiënten met een dwarslae
sie, dat is uitgevoerd door de
faculteit Geneeskunde van Uni
versiteit Utrecht.
Een dwarslaesie is een onderbre
king van het ruggemerg, waar
door spier- en zenuwfuncties ui-
vallen. De aandoening kan M
gevolg zijn van een ziekte of trau
ma.
Drs. M. Post ondervroeg JU
patiënten nadat ze uit een revali
datiecentrum waren ontslag®
Die kwamen uit acht verschills-
de centra. Veel van de onds-
vraagden klaagden over de traji
procedures bij de toewijzing v®
zorg, hulpmiddelen en bij a®-
passingen aan de woningen, lo
ge procedures zorgden ervoor 41
110 van de ondervraagd®
gemiddeld 22 weken langer in W
centrum moesten blijven.
Mensen met een ernstige vorm van cara (aandoeningen aan df
luchtwegen) hebben baat bij een managementcursus waarin t
leren beter met hun ziekte om te gaan. Dat blijkt uit een onder
zoek van de psycholoog T. Deenen, die promoveerde aan de Rijks
universiteit Groningen. Het onderzoek was ingegeven door d(
verschillen tussen patiënten die objectief even ziek zijn. De eer
heeft meer hulp nodig dan de ander, het ene leven staat veel me®
in het teken van de ziekte dan het andere. Volgens de promover-
dus heeft dat te maken met de manier waarop patiënten met hu»
ziekte omgaan. De cursus, die werd gegeven in het Nederlands
atsmacentrum in Davos, probeert patiënten duidelijk te maker
hoe ze dat op een goede manier kunnen doen. Ze moeten zich hon
den aan de voorschiften van behandelaars, moeten werken aar-
hun conditie en dienen gezond te leven. De cursus werd gegev®
door verschillende behandelaars: artsen, klinisch psychologe»
fysiotherapeuten, bewegingstherapeuten en diëtisten. Volge®
Deenen is de opzet van de cursus ook bruikbaar voor andere groe
pen chronisch zieken.
Mensen in de gezondheidszorg die werken met kankerremmendj
geneesmiddelen (cytostatica) hebben een verhoogde kans om ze»
kanker te krijgen. Het personeel loopt bij de bereiding en toedie
ning van een dergelijk middel namelijk een kans dat de cystosta-
tica ook in hun lichaam worden opgenomen. De meeste cytostati
ca kunnen zelf kankerverwekkend zijn. Dit blijkt uit een onder
zoek naar beroepsmatige blootstelling aan cytostatica, dat
Katholieke Universtiteit Nijmegen in opdracht van staatssecreta
ris Linschoten (sociale zaken en werkgelegenheid) heeft uitge
voerd. Linschoten heeft het rapport over het onderzoek naar i
Tweede Kamer gestuurd. Naar schatting werken er enkele dui
zenden mensen in de gezondheidszorg met cytostatica.
Door Arjen Broekhuizen
Een nieuwe behandelii
blijkt in staat het aids veroo
zakende hiv-virus zo
onderdrukken, dat het ni
langer in het bloed aantooi
baar is. Dit is maandag
Washington op een congr
met 2000 Amerikaanse aid
behandelaren meegedeeld.
Vooraanstaande aids-deskund
gen, onder wie de directeur v;
De v
Gezellige dikkerds. Het
medemens blijkt verklaa
Zeker vrouwen. Er besta
humeurpil: chocolade. Vi
flikje, de reep en de moo
vaar dan? Ach wat, een i
Door Ron Buitenhuis
Zoals mannen verlangen na:
vlees, zo hunkeren vrouwen na:
chocolade. Zo'n bruine ree
boordevol vet en suikers. Ze wo
den er rustig en blijer van. Vai
daar dat menige vrouw gevoelei
van stress, onvrede en ledighe:
bevredigt met een Bros, Milka -
Verkade.
'Vrouwen kunnen humeurig wo:
den, omdat het geslachtshormoc
oestrogeen hun bloedsuikerspii
gel beïnvloedt,' meldt het tijc
schrift Psychologie. De menstrr
atie, pubertijd of zwangerscha
zijn dan ook van die typiscl
perioden dat 'het' even niet lel
ker zit.
Door suikers te eten, scheiden c
hersenen meer serotonine af, d:
de kalmte terugbrengt. Omd:
chocolade bovendien vijftig pre
cent vet bevat, scheiden de hers:
nen ook nog eens veel endorfine
af, wat lekker opvrolijkt.
Een en ander wordt uitvoer:
beschreven in het boek W7i
women need chocolate van c
Amerikaanse Debra Waterhous
Ze adviseert haar seksegenote
om meteen een paar kleine po:
ties chocolade te eten als 'H
Gevoel' hen overvalt. Het flik;
als goed-humeurpil. 'Je voelt
beter, functioneert efficiënte
eet minder en hoeft dus niet ban
le zijn voor je lijn.'
Het geheim zit 'm in het eten va
een paar kleine porties. Tie
gram chocolade bevat circa vij:
tig calorieën. Het negeren van c
chocolade-lokroep leidt volger
Waterhouse tot een gekmaken
Naar hartelust friet, chips, ij
maar een gram aan te komei
van de snelle hap lijkt binne
kelijkheid te worden. De Am
nistration (FDA) keurde vori
tig vet, Olestra, goed voor co
Olestra is een synthetische ol:
die niet door het menselij
lichaam kan worden opgenomei
Het verdwijnt met de ontlastinj
De Amerikaanse multination;
Procter and Gamble stak ee
kwart eeuw onderzoek en ruil
vierhonderd miljoen gulden in c
ontwikkeling van het produkt.
Voedsel dat in Olestra won
gebakken bevat minder dan d
helft van het aantal calorieën d;
voedsel dat in normale olie
boter wordt bereid. De smaal
komt overeen met die van maïsc
lie. Amerikaanse topmanage:
die onlangs in Baton Roug
(Louisiana) mochten proeven va
produkten, bereid met Olestr,
waren vol lof: het smaakt na:
vet en het ziet er uit als vet.
Maar er kleven ook nadelen aa
het nieuwe produkt. Olestra gee
vervelende bijwerkingen: kran
pen, winderigheid en in enke
gevallen zelfs acute diarre
Wetenschappers van de univers
teit van Harvard noemen Olesti
zelfs „het meest controversie
chemische middel dat ooit wei
gemaakt voor de voedingsindu:
Bij zijn tocht door het spijsvert:
ringskanaal zou de synthetiscl
olie voedingsstoffen opzuigen d
bekend staan om hun kankerw:
rende werking.
Het Nationaal Kanker Institui
m Amerika heeft dan ook gee
begrip voor het besluit van c
f DA om Olestra voor consumpt:
INFORMATIE
Wie nadere informatie wil omtrent
artikelen in deze bijlage, kan
tijdens kantooruren bellen naar:
076-5312344 of 076-5312272.
Schriftelijk reageren kan ook.
net adres daarvoor is:
De Stem, redactie Lijf Leven,
Postbus 3229,4800 MB Breda.
Eindredactie: René van der Velden.