20 procent topsporters heeft onvoldoende gezichtsvermogen 'Wonderol vet eten c zonder dil Guillain-Barré Syndroom Siliconenplug maakt mannen onvruchtbaar EJ De oorsprong van agressie Veel dwarslaesie-patiënten te lang in revalidatiecentrum Cara-patiënten Kans op kanker Cholesterolgi DE STEM LIJF LEVEN A- en B-sporters Diepte-zien Indonesisch Afgeklemd PRODUKT INFORMATIE DE STEM Nadelen WOENSDAG 31 JANUARI 1996 Beter sporten door beter zien Door Jan Koesen Een op de vijf topsporters ziet onvoldoende. Onvoldoende oogscherpte kan net dat ver schil uitmaken tusen goud en zilver en winnen of verliezen. De rechtsbuiten ziet net niet vanuit zijn ooghoek de ingezette sliding van zijn tegenstander en wordt onderuit gehaald. Een kans op een goal gaat teloor. De tennisser ontgaat de topspin van een bal en slaat hopeloos mis. Een skiër die niet goed contras ten ontwaart, ziet dat derde paal tje in die witgrijze wereld voor hem iets te laat en komt verkeerd in. Een zwemmer heeft niet in de gaten dat vlak achter hem een sprint wordt ingezet en reageert te laat. Tijdens de Olympische Winter spelen van Lillehammer en Bar celona bleek bij een onderzoek door hoofdsponsor Bausch Lomb dat een op de vijf gescreen de atleten onvoldoende scherp zag en dat meer dan de helft nooit een oogfunctie-onderzoek had ondergaan. Van de 342 atleten in Lilleham mer, ongeveer een vijfde van het totaal aantal sporters uit 46 lan den en 12 disciplines, bleek 35 procent een oogcorrectie nodig te hebben. Iets minder dan de helft van deze groep droeg contactlen zen bij het sporten. De andere helft wist niets eens dat ze een oogcorrectie konden gebruiken. Bij meer dan 23 procent kwam een gezichstsscherpte uit de bus die lager was dan de normwaarde 100, en bij 5 procent werd zelfs een gezichtsscherpte vastgesteld van 70 procent. Hierdoor bleek de dieptewaarneming (stereo zien) bij een op der 20 atleten onvoldoende. Bausch Lomb is een internatio naal bedrijf dat zonnebrillen maakt en contactlenzen. Samen met de Olympische Steunpunten in het land, zoals Papendal en een aantal cont'actlensspecialisten wil het bedrijf iets aan de gezichtsscherpte van sporters doen. Voor de A- en B-sporters is dit gratis en de rest van de spor ters hoeven ook niet diep in hun beurs te tasten. Voor sporters zijn goede ogen even belangrijk als een perfecte fysiek en dito techniek. De pres taties van een sporter worden opgeroepen door een veelheid aan factoren die op elkaar reage ren: de feedback. Waarnemen en handelen, tijdsbesef en actie zijn nauw verweven met elkaar. Het begrip coördinatie krijgt bij top sport steeds meer aandacht en oog en oogbewegingen spelen een beslissende rol bij deze coördina tie. Op talloze wijzen kan er iets mis gaan bij de waarneming door sporters. En als de waarneming niet optimaal is, kan ook de sportprestatie nimmer het aller hoogste bereiken. Bij een goede oogcorrectie kunnen de presta ties van een topsporter iets Een sporter die niet goed ziet, zoals bijvoorbeeld een snowboarder tijdens een slalom, loopt de kans dat-ie letterlijk en figuurlijk de mist in gaat. omhoog gaan. Die winst is niet sensationeel, maar scherpe ogen kunnen net dat ietsie pietsie ver schil uitmaken. De afzet bij ver springen, precies weten waar die ene coureur zich bevindt en wat hij gaat doen, die fraaie vrije trap die met een boog over het muur tje gaat en net achter de keeper inslaat, dat balletje dat op je af komt razen, al die informatie moet door de ogen worden ver gaard, waarop de rest van het lichaam en de geest de juiste beslissingen kan nemen. Een sporter die niet goed kan zien in contrastarme situaties, zoals bijvoorbeeld de salom bij grauw weer, zal niet op dat ene correcte moment een handeling inzetten die hem de titel kan geven. Het oog laat zich vaak bedriegen. Bekend is dat wanneer iets wat beweegt, gevolgd wordt met de ogen, het vaak lijkt of stilstaande objecten op de achtergrond in tegengestelde richting bewegen. Dit is een illusie. Is er weinig ver band tussen objecten op de ach tergrond, zoals bij een slechte verlichting, regen of mist, dan lij ken zij te bewegen ten gevolge van oogbewegingen. De sporter kan er door misleid worden. Hoe optimaler de ogen gecorri geerd zijn en hoe beter ze samen werken, des te geringer zijn de kansen op ongewenste effecten. Goed zien betekent ook veiliger sporten. Een Elfstedentochtrijder moet bijtijds scheuren in natuur ijs kunnen zien. Voor schaatsers is een goede oogprotectie heel belangrijk vanwege rondvliegen de ijsscherven. Maar niet voor elke sport zijn de oogeisen hetzelfde. Een boog schutter moet natuurlijk uiterst scherp kunnen zien, maar wat er om hem heen gebeurt is voor hem niet van belang. Basketballers moeten naast een goede oog/handcoördinatie ook beschikken over een goed vermo gen om perifeer en diep te zien. Zij moeten precies weten wat en wie er aan alle kanten van hun lichaam bevindt. Perifeer (rand) zien is ook voor voetballers, hockeyers en ijshoc- kers belangrijk en ook hier speelt de spatiële lokalisatie een hoof drol. Voor tenissers is een hoge gezichtscherpte en een goed gezichtsveld onontbeerlijk, plus natuurlijk de alom nodige oog/hand coördinatie. Skiërs staan aan veel extreme invloeden bloot zoals wind, kou, regen, sneeuw, droogte, slechte contrasten, lichtreflexen, ultra- violetbelasting enz. Ook hier bestaat een balans tussen zien en voelen, waarbij goed zien meer zekerheid biedt en blessures voorkomt. Een golfer moet goed nabij- en verzien. Goed diepte zien en een goede oog/hand coör dinatie zijn, het verhaal wordt eentonig, ook hier onmisbare voorwaarden. Wielrenners heb ben vaak een ongebruikelijke hoofdhouding en een daardoor afwijkende oogpositie. Goede ongestoorde oogbewegingen, perifere waarneming en goede gezichtsscherpte zijn nodig om ongelukken te voorkomen. En hier is oogbescherming ooknuttig vanwege de grote kans op stof en zand in de ogen. Wat moet men nu dragen: een bril of contactlenzen? Tijdens de Olympische Spelen in Albertvil- le, Barcelona en Lillehammer werd vastgesteld dat eenderde van alle atleten een bril droeg. Maar slechts 7 procent droeg die bril daadwerkelijk tijdens hun sportuitoefening, terwijl onge veer 18 procent contactlenzen gebruikte, met name de zachte lenzen vanwege het hoge comfort en de geringe verlieskans. Opmerkelijk was dat de helft van deze topatleten nooit eerder een oogfunctie-onderzoek had onder gaan. Ze waren niet op de gedachte gekomen dat er verband bestaat tussen beter zien en beter sporten. Bij de amateurs komt die overweging helemaal niet of nau welijks ter sprake. Door dr. Jan Verhulst Al enkele jaren verzorg ik voor bepaalde instellingen een cur sus omgaan met agressie. Vast onderdeel van die cursus is de vraagstelling of agressie al dan niet een aangeboren eigenschap of drift is bij de mens. Met agressie bedoelen we dan elk gedrag dat bedoeld is de ander lichamelijk en/of geeste lijk schade toe te brengen. Het blijkt dat veel cursisten er moeite mee hebben als agressie een standaard onderdeel zou zijn van het menselijk gedrags repertoire. Aan mij dan steeds de droeve taak hun duidelijk te maken dat de kans groot is dat wij niet veel beter zijn dan de chimpansees die (volgens bio loge Jane Goodall) klaar blijkelijk zon der enige aan leiding hun eigen jongen en een complete naburige clan vermoordden. De feiten wijzen erop dat agressie bij mens en dier ingebakken is. Ook bij mensen die van zichzelf zeggen ze 'nooit' echt kwaad te krijgen zijn. Dergelijke mensen is namelijk heel eenvoudig uit hun vredelievende droom te helpen door ze bijvoorbeeld te dreigen aan hun kinderen te komen. Geen enkele ouder blijft daar koud onder. In het maandblad Psychologie heeft de wetenschapsjournalist Mare Meuleman enige tijd gele den het wetenschappelijk onderzoek naar de oorsprong van agressie nog eens op de rij gezet. Hij vermeldt onderzoek waaruit blijkt dat er zoiets bestaat als een 'agressie-gen.' Als je namelijk agressieve mui- zen met elkaar laat paren, dan krijg je al na 25 generaties (en dat gaat heel snel bij muizen!) dusdanig agressieve muizen, dat ze elke soortgenoot zonder pardon aanvallen. Laat je niet- agressieve muizen zich voort planten, dan krijg je echte wat jes: ze doen niets, wat je ook met hen aansolt. Nog meer biologie. Vrij centraal in onze hersenen zit de aman delkern (nucleus amagdyla). Als je daar met een naald in gaat prikken, dan zie je een sterke toeneming van agressief gedrag. Vroeger op de universi teit leerden we al dat je bij kat ten de zoge noemde 'sham- rage' (schijn- woede) kon opwekken door bepaalde delen van de hersenen weg te snijden (dat mocht toen nog). Agressief gedrag lijkt dus in ieder geval neurobiologische verankerin gen te hebben. Maar dat is nog niet alles. Ook hormonen blijken een rol te spe len, en dat met name testoster on. Mannen hebben over het algemeen meer van dat spul dan vrouwen Bovendien is uit onderzoek gebleken dat gevan genen die werden veroordeeld door geweldsmisdrijven, meer testosteron hadden dan ande ren. Dat klinkt allemaal wat somber natuurlijk. Want als agressie voor een (groot?) deel te maken heeft met factoren bui ten onze vrijwel wil om, dan ziet het er niet best uit. Maar geluk kig spelen ook de cultuur en het sociale milieu een flinke rol. Zo kennen Pygmeeën en Eskimo's het verschijnsel van de agressie helemaal niet. Bij een bepaalde 'onderontwikkelde' stam in Afrika gebruikt men voor 'agressief' en 'kinderachtig' het zelfde woord. Van de andere kant zijn er ook stammen waar bij agressie als hoogste levens doel wordt opgevat. Bekend is dat veel gedragswe tenschappers zich het hoofd hebben gebroken over hoe je het meest effectief met agressief gedrag kunt omgaan. Strenge straffen lijken voor de hand te liggen, maar blijken juist een averechts effect te hebben: kin deren van streng straffende ouders vertonen later als ze zelf groot zijn meer agressief gedrag dan de kinderen van ouders die mild straffen en die niet-agres- sief gedrag belonen. Maar milde straffen kun je natuurlijk ook niet in alle gevallen volhouden: als een broertje zijn zusje met een mes bewerkt, dan kun je dat niet mild bestraffen. Kinderen blootstellen aan tv- geweld is ook slecht: kinderen worden daardoor wel degelijk agressief. Dit effect doet zich overigens niet alleen voor bij kinderen: na oorlogen zien we altijd een stijging van het aantal moorden, vooral in de winnende landen. Dus dat belooft nog wat, daar in voormalig Joego slavië. Het zal uit bovenstaande duidelijk zijn dat het probleem van de agressie nooit eenvoudig zal kunnen worden opgelost: te veel factoren spelen een rol. Kennelijk is het zo, dat alleen in een uitgebalanceerde maat schappij, waarbij er geen tekor ten en ontevredenheid zijn en waarin alleen goed opgevoede, gewetensvolle en sociaalvoelen- de individuen rondlopen, een relatief agressie-arme situatie mogelijk is. Een utopie dus. Door Jan Paalman Op 8 november 1988 was hij opgestaan met een vreemde spierpijn in de rechterkuit. Hans Vonk moest die woensdagavond in Duitsland dirigeren en omdat hij er niet de man naar was om vanwege een spierpijntje af te zeggen reed hij samen met een lid van het Residentie Orkest naar Leverkusen. Daar aangekomen, zo vertelde hij een half jaar geleden in NRC 'pakte ik mijn spullen uit mijn auto, sjokte naar een trap en constateerde dat ik die Mount Everest nooit van mijn leven op zou komen. Mijn ledematen leken te bestaan uit lood.' Hij besloot om naar Amsterdam terug te rijden. Een dodenrit. „Mijn collega zag onderweg een man naast zich zitten die in hoog tempo verstijfde en dood gewicht werd. Uiteindelijk sleepten drie verplegers me uit de wagen, werd ik in een rolstoel gekwakt waar - floep - het licht voor tien dagen bij me uitging." Het verhaal is bijna klassiek voor een ziekte die zo'n negentig jaar geleden voor het eerst werd beschreven. In 1916 werkten drie Franse artsen - de dokters Guillain, Barré en Strohl - in een neurologisch ziekenhuis vlak achter het front. In die baaierd van ellende trof fen ze twee soldaten aan met een heel eigenaardig ziektebeeld. Beide soldaten klaagden over ongeveer dezelfde klachten: tin telingen in de voeten met zwak te in de benen, later gevolgd door tintelingen en krachtsver- lies in de handen. Die klachten gingen na een paar dagen spon taan weer over en nu weten we dat ze beiden leden aan het Guillain-Barré Syndroom. Het tweetal kwam er goed van af want het Guillain-Barré Syn droom (GBS) slaat doorgaans met een schrikwekkende snel heid en hevigheid toe. De oor zaak is een aantasting van de perifere zenuwen, de zenuwen die van en naar het ruggemerg signalen doorgeven. Als de bewegingszenuwen zijn aange daan, de zenuwen die vanuit het ruggemerg naar de spieren lopen, dan kan dat zich al naar gelang de ernst zich uiten in krachtsverlies en zelfs verlam ming. GBS is zelfs de voornaamste oorzaak van een acute verlam ming. Dat begint meestal in de benen: trappenlopen en opstaan wordt moeilijk en later kunnen ook de armspieren, aangezichts spieren en ademhalingsspieren verlamd raken. Een op de vier patiënten moet dan ook worden beademd. Een beschadiging van de gevoelszenuwen uit zich in gevoelloosheid, tintelingen, doof gevoel, trillingen en schokjes in armen en benen. Soms raken enkele hersenzenuwen ook ver lamd zodat je je gezichtspieren en zelfs je ogen niet meer kunt bewegen en soms raakt zelfs het hart van slag. Het GB-syndroom kan op iedere leeftijd voorkomen, zowel bij man en vrouw en in elke uithoek van de aarde. Het is zeldzaam, slaat bij 1 op de 100.000 mensen per jaar toe, dus bij ongeveer 150 Nederlanders per jaar, maar is een zeer dramatisch ziekte beeld. Vroeger, nog niet eens zo lang geleden, overleed een op de drie GBS-patiënten voorname lijk door hartritmestoornissen, maar tegenwoordig kan men dankzij zeer intensieve zorg het leeuwedeel van hen (97 procent) er veilig doorslepen. Van hen geneest na weken tot maanden 80 procent 'restloos', terwijl de overigen hun leven lang min of meer last blijven hou den van gevoelsstoor- nissen en krachtsverlies in de ledema ten. Een echte oorzakelijke behandeling bestaat niet, omdat men nog steeds niet weet wat precies de beschadigingen van de perif ere zenuwen veroorzaakt. Bij het syndroom wordt de myeline- schede, zeg maar de isolatie rond de zenuwvezel, aangetast, zoveel is zeker. Ook is tamelijk zeker dat het lichaam zelf de zenuwscheden met eigen antis toffen beschadigt. De interes santste vraag - waarom het lichaam zo nodig in eigen vlees moet snijden - is tot op heden onbeantwoord gebleven. Hoe wel. De meeste patiënten blijken vlak voor het uitbreken van de aandoening een infectie onder de leden te hebben gehad. Dus eerst een griepje, en of dat niet genoeg is gelijk dat syndroom er boven op. Wat is nu recentelijk gebleken? Ongeveer vier op de tien GBS-patiënten heeft eerst een infectie meegemaakt van een bacterie van het merk Cam pylobacter jejuni/coli, een microbeest dat pas twaalf jaar geleden is ontdekt. Dat kan niet toevallig zijn. Het vreemde is evenwel dat de bacterie bij twee procent van de bevolking voorkomt terwijl het GBS toch uiterst zeldzaam is. Waarom komt het syndroom dan niet vaker voor? Dat komt, zo zegt de nieuwe theorie van de 'Molecular Mimicry', omdat het heel soms kan voorkomen dat mensen op hun zenuwcellen eiwitten hebben zitten die stom- toevallig als twee druppels water lijken op de eiwitten van Campylobacter. Als deze enke lingen een Campylobacter- infectie oplopen dan zal het afweerapparaat antistoffen maken tegen de bacterie-eiwit ten. Prachtig. Maar de antistof fen vallen dan ook in een moeite door de eiwitten van eigen zenu wen aan met als gevolg het syn droom van Guillain-Barré. Echte oorzakelijke geneesmid delen zijn er dus niet. De laatste jaren heeft men met zeker succes geëxperimenteerd met plasmaferese en immunoglobu- line-therapie. In het eerste geval wordt al het plas ma vervangen en bij immunoglobi- ne-therapie krijg je natuurlijke afweerstoffen toe gediend. De resul taten spreken elkaar toch wat tegen. Blijft over het er doorsle pen van de patiënt met intensie ve zorg. Dat is een gevecht met de Engel. „Je vind jezelf op een dag terug aan een ijzeren long, infusen, buizen, bliepende toe stellen. Ik had geen flauw idee wat het allemaal voor dingen waren, merkte ook dat ik niet in staat was het te vragen: ik kon niet meer spreken. Mijn hart functioneerde nog, mijn ogen, mijn hersens op laag niveau - de rest bleek verlamd. Het had wel iets weg van Kafka's 'Die Ver- wandlung', over de man die tot zijn schrik zomaar verandert in een kever." Hans Vonk genas na enkele maanden volledig. Zowat de helft van de mannen die zich laten steriliseren door middel van vasectomie heeft min of meer last en pijn van dat ingreepje. Maar sterilisatie van mannen kan op een veel simpeler manier: een siliconenplugje blokkeert de zaadleiders. Door Sjef Kusters Honderdduizenden Chinezen en Indonesiërs kunnen er al over meepraten: mannen kun nen op een simpele, pijnloze manier worden gesteriliseerd door een beetje siliconen te injecteren in hun zaadleiders. Die vloeistof stolt tot een plug- je en voorkomt dat er zaadjes in de ejaculatie-vloeistof terecht komen. De priksterilisatie wordt nu in het Academisch Ziekenhuis Maastricht AZM op verzoek van de Wereld Gezondheisor- ganisatie WHO nog eens getest. Eind februari start het AZM ermee. „We gaan de komende maanden 75 mannen volgens de traditionele manier sterili seren en 75 middels de prikme- thode. Eind van het jaar hoop ik de resultaten van dat verge lijkend onderzoek op papier te hebben," zegt uroloog J. Zam- bon. Hij leidt het onderzoek voor de WHO. Uit een publicatie van de Con sumentenbond in 1994 bleek dat ruim de helft van de Neder landse mannen naweeën, zoals bloedingen, zwellingen of infecties had na de traditionele sterilisatie. Daarbij wordt een stukje uit de zaadleiders van de beide teelballen weggenomen, waarna de uiteinden van die zaadleiders worden dichtge bonden of dichtgeschroeid. „Het is een open operatie. Die doen we liever niet. Overigens: ofschoon zowat de helft van de mannen zegt 'last' te hebben gehad, zien wij weinig compli caties", zegt Zambon. De nieuwe methode is ontwik keld door de Indonesische arts Soebadi uit Soerabaya, die in Groningen studeerde. Hij ken de de methode waarbij Chinese urologen een beetje polyuret- haan in de zaadleiders spuiten. Dat 'schuim' hardt daar uit en verstopt het ongeveer 1 milli meter dunne buisje. Maar pol- yurethaan is in het Westen niet toegelaten voor medische toe passing omdat de stof 'ver dacht' is. Soebadi had in Groningen ken nis gemaakt met een sterilisa tiemethode voor vrouwen, waarbij de eileiders worden verstopt door inspuiting van tweecomponenten-siliconen. Hij combineerde de Chinese prikmethode met de Westerse siliconen-toepassing en testte het resultaat in Indonesië met succes uit. In een apencentrum in Kenya werd nog uitgepro beerd hoe succesvol de omkeer baarheid van de siliconenme- hode is. Dat is bij de traditio nele manier, een uren durende microchirurgische ingreep, mei dertig procent succes. Bij de prikmethode is het een klusje van 'n paar minuten met zo'n 75 procent kans van slagen. „De priktechniek vergt behen digheid en we gaan hier in Maastricht dan ook met een vast team werken. De zaadlei. der is te vergelijken met een spaghetti-sliert: een stevig buisje met een dunne opening Je moet dus precies in die klei- ne opening zitten met je naald. Dat controleren we door een beetje vloeistof in te spuiten. Krijgt de man dan aandrang om te plassen, dan weten we dat het vocht via de zaadleider de piasbuis heeft bereikt en dat we dus goed zitten." Weet de uroloog dat hij precies in de zaadleider zit, dan wordt dat buisje aan twee kanten afgeklemd, waarna de twee- componenten-siliconen wordt ingespoten. Na ongeveer zeven minuten is dat plugje hard geworden. „Je kunt het in de balzak voelen als een rijstkor reltje," weet uroloog Zambon. Hij heeft wel ervaren dat de huid van de balzak van man nen in het Verre Oosten veel dunner is dan die van Neder landse mannen. Bij mannen in Zwitserland is die huid nog dikker. „Daarom hebben we hier onze apparatuur moeten aanpassen." Het grote voordeel van de plug- jes-methode is niet alleen de eenvoudiger ingreep, veel min der kans op infectie en eenvou digere restauratie. Maar heel belangrijk is ook dat de nieuwe methode beter geaccepteerd wordt vooral in Islamitische landen. „Het wegnemen van een stukje gezond lichaam stuit in sommige culturen op bezwa ren. Dat gebeurt bij de prikste rilisatie dus niet." Wereldwijd zijn volgens de WHO zo'n 85 miljoen mannen gesteriliseerd. In Nederland gaan jaarlijks zo'n 27.000 man nen onder het mes, in het AZM Maastricht ongeveer 250. Er worden veel meer mannen dan vrouwen gesteriliseerd. Uroloog Zambon: „Wij denken vaak wat geringschattend over de medische wetenschap in derde wereldlanden. Typisch is immers dat de WHO deze methode eerst nog eens in Europa wil laten testen, alvo rens hem wereldwijd te propa geren. Maar in die landen is vaak grote kennis en vaardig heid voorhanden. Deze vorm van sterilisatie is eigenlijk een vorm van omgekeerde ontwik kelingshulp." Utrecht (anp) - Veel mensen met een dwarslaesie blijven onnodig lang in een revalidatiecentrum, omdat ze maanden op aanpassin gen in huis of op een elektrische rolstoel moeten wachten. Ruim eenderde van de patiënten verblijft gemiddeld 22 weken langer in een revalidatiecentrum dan medisch noodzakelijk is. Dat blijkt uit een onderzoek onder 318 patiënten met een dwarslae sie, dat is uitgevoerd door de faculteit Geneeskunde van Uni versiteit Utrecht. Een dwarslaesie is een onderbre king van het ruggemerg, waar door spier- en zenuwfuncties ui- vallen. De aandoening kan M gevolg zijn van een ziekte of trau ma. Drs. M. Post ondervroeg JU patiënten nadat ze uit een revali datiecentrum waren ontslag® Die kwamen uit acht verschills- de centra. Veel van de onds- vraagden klaagden over de traji procedures bij de toewijzing v® zorg, hulpmiddelen en bij a®- passingen aan de woningen, lo ge procedures zorgden ervoor 41 110 van de ondervraagd® gemiddeld 22 weken langer in W centrum moesten blijven. Mensen met een ernstige vorm van cara (aandoeningen aan df luchtwegen) hebben baat bij een managementcursus waarin t leren beter met hun ziekte om te gaan. Dat blijkt uit een onder zoek van de psycholoog T. Deenen, die promoveerde aan de Rijks universiteit Groningen. Het onderzoek was ingegeven door d( verschillen tussen patiënten die objectief even ziek zijn. De eer heeft meer hulp nodig dan de ander, het ene leven staat veel me® in het teken van de ziekte dan het andere. Volgens de promover- dus heeft dat te maken met de manier waarop patiënten met hu» ziekte omgaan. De cursus, die werd gegeven in het Nederlands atsmacentrum in Davos, probeert patiënten duidelijk te maker hoe ze dat op een goede manier kunnen doen. Ze moeten zich hon den aan de voorschiften van behandelaars, moeten werken aar- hun conditie en dienen gezond te leven. De cursus werd gegev® door verschillende behandelaars: artsen, klinisch psychologe» fysiotherapeuten, bewegingstherapeuten en diëtisten. Volge® Deenen is de opzet van de cursus ook bruikbaar voor andere groe pen chronisch zieken. Mensen in de gezondheidszorg die werken met kankerremmendj geneesmiddelen (cytostatica) hebben een verhoogde kans om ze» kanker te krijgen. Het personeel loopt bij de bereiding en toedie ning van een dergelijk middel namelijk een kans dat de cystosta- tica ook in hun lichaam worden opgenomen. De meeste cytostati ca kunnen zelf kankerverwekkend zijn. Dit blijkt uit een onder zoek naar beroepsmatige blootstelling aan cytostatica, dat Katholieke Universtiteit Nijmegen in opdracht van staatssecreta ris Linschoten (sociale zaken en werkgelegenheid) heeft uitge voerd. Linschoten heeft het rapport over het onderzoek naar i Tweede Kamer gestuurd. Naar schatting werken er enkele dui zenden mensen in de gezondheidszorg met cytostatica. Door Arjen Broekhuizen Een nieuwe behandelii blijkt in staat het aids veroo zakende hiv-virus zo onderdrukken, dat het ni langer in het bloed aantooi baar is. Dit is maandag Washington op een congr met 2000 Amerikaanse aid behandelaren meegedeeld. Vooraanstaande aids-deskund gen, onder wie de directeur v; De v Gezellige dikkerds. Het medemens blijkt verklaa Zeker vrouwen. Er besta humeurpil: chocolade. Vi flikje, de reep en de moo vaar dan? Ach wat, een i Door Ron Buitenhuis Zoals mannen verlangen na: vlees, zo hunkeren vrouwen na: chocolade. Zo'n bruine ree boordevol vet en suikers. Ze wo den er rustig en blijer van. Vai daar dat menige vrouw gevoelei van stress, onvrede en ledighe: bevredigt met een Bros, Milka - Verkade. 'Vrouwen kunnen humeurig wo: den, omdat het geslachtshormoc oestrogeen hun bloedsuikerspii gel beïnvloedt,' meldt het tijc schrift Psychologie. De menstrr atie, pubertijd of zwangerscha zijn dan ook van die typiscl perioden dat 'het' even niet lel ker zit. Door suikers te eten, scheiden c hersenen meer serotonine af, d: de kalmte terugbrengt. Omd: chocolade bovendien vijftig pre cent vet bevat, scheiden de hers: nen ook nog eens veel endorfine af, wat lekker opvrolijkt. Een en ander wordt uitvoer: beschreven in het boek W7i women need chocolate van c Amerikaanse Debra Waterhous Ze adviseert haar seksegenote om meteen een paar kleine po: ties chocolade te eten als 'H Gevoel' hen overvalt. Het flik; als goed-humeurpil. 'Je voelt beter, functioneert efficiënte eet minder en hoeft dus niet ban le zijn voor je lijn.' Het geheim zit 'm in het eten va een paar kleine porties. Tie gram chocolade bevat circa vij: tig calorieën. Het negeren van c chocolade-lokroep leidt volger Waterhouse tot een gekmaken Naar hartelust friet, chips, ij maar een gram aan te komei van de snelle hap lijkt binne kelijkheid te worden. De Am nistration (FDA) keurde vori tig vet, Olestra, goed voor co Olestra is een synthetische ol: die niet door het menselij lichaam kan worden opgenomei Het verdwijnt met de ontlastinj De Amerikaanse multination; Procter and Gamble stak ee kwart eeuw onderzoek en ruil vierhonderd miljoen gulden in c ontwikkeling van het produkt. Voedsel dat in Olestra won gebakken bevat minder dan d helft van het aantal calorieën d; voedsel dat in normale olie boter wordt bereid. De smaal komt overeen met die van maïsc lie. Amerikaanse topmanage: die onlangs in Baton Roug (Louisiana) mochten proeven va produkten, bereid met Olestr, waren vol lof: het smaakt na: vet en het ziet er uit als vet. Maar er kleven ook nadelen aa het nieuwe produkt. Olestra gee vervelende bijwerkingen: kran pen, winderigheid en in enke gevallen zelfs acute diarre Wetenschappers van de univers teit van Harvard noemen Olesti zelfs „het meest controversie chemische middel dat ooit wei gemaakt voor de voedingsindu: Bij zijn tocht door het spijsvert: ringskanaal zou de synthetiscl olie voedingsstoffen opzuigen d bekend staan om hun kankerw: rende werking. Het Nationaal Kanker Institui m Amerika heeft dan ook gee begrip voor het besluit van c f DA om Olestra voor consumpt: INFORMATIE Wie nadere informatie wil omtrent artikelen in deze bijlage, kan tijdens kantooruren bellen naar: 076-5312344 of 076-5312272. Schriftelijk reageren kan ook. net adres daarvoor is: De Stem, redactie Lijf Leven, Postbus 3229,4800 MB Breda. Eindredactie: René van der Velden.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1996 | | pagina 22