N&» In Las Vegas mondt de Nijl uit in een zwembad 'amaha '"speler iitr philips isautomaat SURPLUS NU vanaf SS AU \KING WEZING VAN NASSAU WK0BH&& vrijdag 29 december 1995 i 5 nieuw in doos brammeerbaar domplay sat enz. pt.bediening I watt, afstandsbediening pOO toeren |er laag geluidsniveau Jaarprogramma |iz. enz. oothandel elcenter >belweg 2 - 28b 3 es aast Zeelandhallen) el,: 0113-229299 jnderdag koopavond t 20.00 uur ók zaterdag open n 10.00 tot 17.00 uur In Las Vegas mondt de Nijl uit in het zwem bad. En de ridders van koning Arthur spreken er met een onmisken baar zuidelijk accent. Niets aan de Ameri kaanse gokstad is echt. Een nachtje op 'de Strip'. Stappen in een anti-wereld. Het leven, losgemaakt van zijn simpelste schema's: vroeg en laat, voor en achter, links en rechts. Gestold tot een eeuwig, sponsachtig moment, slechts begrensd door het toegestane krediet van de bank. Las Vegas: een orgie van licht FOTO CARLA KNUIMAN Stappen in een anti-wereld de 1996-1999 t in een openbare vergade- in van het dagelijks bestuur amenstelling van het bestuur wd: Willemstad if 80, 4765 BJ Zevenberg- 4758 SC Standdaarbuiten aat 53, 4911 BH Den Hout d: 1 VC Zevenbergen TB Terheijden <r, ne mmm Door Bert Ummelen Bij elven is het al, en wat ik zoek kan ik niet vinden. Oké, het Flamingo Hil ton hotel is er. Het is er op dezelfde onvermijdelijke manier als al die andere baltsende mastodonten van Vegas' gok- en toerisme-industrie. Maar ik zoek een ander Flamingo. Het legendarische. Het hotel-casino van Ben Bugsy Siegel, de gangster. In plaats daarvan loop ik Elvis Presley tegen het lijf; toegegeven, ook een memorabele figuur als het om de geschiedenis van Las Vegas gaat. In een wat krap zittend, kobaltblauw glitterpak doet hij zijn oude successen nog een keer. Jailhouse RockBlue Suede Shoes. Als ik - je hebt hart voor de kunst of niet - een dollar in de doos voor zijn voeten heb gestopt, neemt hij de gele genheid te baat om even uit te blazen. Ik zeg dat hij óók heel veel op een ster uit Holland lijkt. Dat doet hem ple zier. Andrew Heses, zegt hij proevend. Ik knik. In Las Vegas mondt de Nijl uit in het zwembad. De ridders van koning Arthur spreken er met een onmisken baar zuidelijk accent. En voor de kust van Schateiland zinkt driemaal daags, onder kanonvuur van piraten, een Brits fregat - om vervolgens weer uit de golven te voorschijn te komen. Niets aan de Amerikaanse gokstad is echt. Ook haar geschiedenis niet. De popu laire versie daarvan wil dat in het vre desjaar 1945 Bugsy Siegel, op zoek naar een voordelige besteding van zijn spaarcenten, drieëneenhalve mijl bui ten het toen nog onbeduidende woe stijnplaatsje als in een visioen zijn hotel-casino 'Flamingo' zag verrijzen. Zo zou 'de Strip', de levensader van Vegas, zijn ontstaan. In werkelijkheid viel het met de visio naire gaven van Siegel nogal mee. Casino's en ook hotel-casino's waren er al in Las Vegas sinds de bestuurde- ren van Nevada in 1931, geconfron teerd met een dreigend bankroet, had den besloten het gokken te legalise ren. En ook de locatie-keuze, langs de snelweg naar Los Angeles, was min der revolutionair dan wat Vegas' hagiografen ervan hebben gemaakt. Er stond daar al drie jaar een hotel, het El Rancho. En bovendien was Sie gel niet de bedenker van het Flamin go-hotel. Hij nam het over van de eer ste eigenaar, die tijdens de bouw in financiële moeilijkheden was geraakt. Marketingman Zo krimpt in het licht van de feiten de gestalte van Bugsy Siegel tot het for maat van een handige marketingman. Zoals Las Vegas zelf krimpt als de zon het overneemt van de elektriciteits maatschappij. Maar een handige mar ketingman was hij. De western-stijl van de casino's in Las Vegas vond Sie gel een beetje achenebbisj. Voor de fij ne meneren en hun secretaresses uit Hollywood die hij in zijn clubs in LA ontving, was een wat andere omge ving nodig. Hij gaf zijn hotel een voor uitstrevende architectuur. Iets van Bauhaus was erin te vinden. Niet te veel natuurlijk, het moest gezellig blijven. Siegels Flamingo leeft voort in foto albums. Niet, leer ik die nacht van een taxichauffeur, in Las Vegas. Hoe warm de historische belangstelling van de stad ook mag zijn, met hotel casino's die zijn geïnspireerd op the ma's als het antieke Rome (Caesar's Palace), het oude Egypte (Luxor) en de Europese middeleeuwen (Excali- bur), de eigen geschiedenis deelt daar niet in. Het hotel is opgeblazen, zoals onlangs de Landmark-toren, gebouwd door de excentrieke miljar dair Howard Hughes, is opgeblazen om parkeerruimte te winnen voor het stedelijke congrescentrum. Sentimen ten moeten in Vegas de geldstroom opjagen, niet afremmen. Een fantastische aanblik biedt de Strip - eigenlijk: het zuidelijke deel van de Las Vegas Boulevard - 's avonds ongetwijfeld. Een orgie van licht is het. Opvallend is dat recente thema-hotels als het Luxor zo te zien een betrekkelijk lage stroomrekening betalen. Somber tekent de reusachtige zwarte piramide zich af tegen de hemel. Alleen de sfinx voor het bouw werk baadt in laser-licht. En dan is er natuurlijk de lichtbundel die vanuit de top zestien kilometer hoog de lucht in priemt. Het Luxor kondigt het meest gedeci deerd het einde van het neon-tijdperk in Las Vegas aan - de tijd dat specta culaire fagades de passerende auto mobilist moesten verleiden op de rem te trappen en uit te stappen. Dat hij vervolgens in een saai, efficiënt gebouw terecht kwam, deed er niet toe. Hij was binnen, en daar deden kaar ten, dansende balletjes en eenarmige bandieten de rest. Het was, in feite, de aanpak van het bordeel. Een berg make-up en tante Neel eronder. Naar binnen De moderne, kolossale thema-casino- hotels hebben de schmink als het ware naar binnen gezogen. In het Excalibur zegt de juffrouw van de receptie M'Lord en M'Lady tegen de gasten, de lampen in gangen en kamers lijken op toortsen, en op gezette tijden gaan ridders te paard elkaar met lansen te lijf. In Caesar's Palace is het mannelij ke personeel aangekleed als Ben Hur en het vrouwelijke als Cleopatra. En in Circus Circus loopt iemand met fluoriserende staven te jongleren. Maar de speelzaal is er, afgezien van zo'n passant, geheel inwisselbaar voor de andere. Erin gaan is eenvoudig genoeg. Volop gratis parkeerruimte, niet te missen royale entrees. Maar eruit komen zonder kompas valt niet mee. Het enorme oppervlak, volge stouwd met batterijen feestelijk ver lichte speelautomaten, het ontbreken van daglicht en de geraffineerd wan ordelijke lay-out van het geheel: alles werkt mee aan een gevoel van des oriëntatie. Het leven is hier losge maakt van zijn simpelste schema's: vroeg en laat, voor en achter, links en rechts - gestold tot één eeuwig, spons achtig moment. Een roes, alleen begrensd door de toegestane krediet ruimte van de bank. Sommigen houden Las Vegas voor een karikatuur en metafoor tegelijk van de Amerikaanse samenleving en haar overgave aan de mammon. Maar dat lijkt me ernaast. Misschien is Las Vegas, de anti-wereld, juist wel de enige plek in de Verenigde Staten waar geld niets voorstelt. Nergens wordt geld zo gemakkelijk tegen zo'n kwestieuze tegenwaarde uitgegeven. Bejaardenhuis De speelzalen waar ik een kijkje neem, hebben nog het meest weg van een bejaardenhuis op de verjaardag van de oudste bewoner. Sjiek en eroti- serend, zoals het casino van James Bond, is het er niet. Praktisch onvind baar in de chaos van automaten leidt de roulette-tafel een fossiel bestaan. Oma bepaalt onmiskenbaar het beeld, en ze heeft iets makkelijks aangetrok ken. Aan de video-pokerbar bestel ik een rol kwartjes en een (voor de speler gratis) glas witte wijn. Naast me zit Bob, een joviale zestiger uit Califor- nië. Het is zijn dag. „Deze machine wil me betalen", zegt hij op samen- zweerderstoon als voor de derde keer het geklater van vallende munten klinkt. Het is een geluid dat, waar je ook gaat of staat in het casino, perma nent klinkt. Houd moed, zegt het, geef niet op. Waarom zou ji j niet winnen? „Wow", gaat het naast me, en „tsss- ss", terwijl ik het ene na het andere kwartje in de vreugdeloze gleuf van mijn apparaat stop. Ik schuif de bar man zijn tip toe en loop naar het Mirage, waarmee, in het staartje van de jaren tachtig, de metamorfose van de paming-industrie begon. De for mule - duizend mensen die honderd gulden komen vergokken leveren meer op dan honderd mensen die dui zend gulden vergokken - is de onaan tastbare wet van Las Vegas geworden. Disneyland De stad claimt dat ze al lang geleden (zeg maar: eind jaren zestig, toen mil jardair Hughes verschillende mafiosi uitkocht) de weg naar het burgerfat soen is ingeslagen en presenteert zich nu graag als een soort dobbelend Dis neyland. Het middle-class gezin is het voornaamste doelwit van de beheer maatschappijen die de scepter van de Godfathers hebben overgenomen. Niet te dure kamers, zeker buiten het weekend, en spotgoedkope maaltijden moeten de drempel voor het hotel casino laag houden. De gemiste inkomsten komen via de speelauto maten binnen. Het gokken is letterlijk overal. Zelfs aan de ontbijttafel. Naast suiker en room voor de koffie staat een pakje formulieren voor het non-stop fceno-spel. Speciale hoekjes zijn ingericht voor de jeugd. Het is een mes dat aan twee kanten snijdt: het hebben van kinde ren hoeft geen beletsel te zijn voor een paar dagen spelen. En de kinderen zelf zijn een nieuwe bron van inkom sten. Soms is ethiek heel profijtelijk. Je kunt kinderen niet laten gokken. Dus strijk je hun kwartjes op zonder iets van de opbrengst uit te keren. Het Mirage is de thuisbasis van het illusionisten-duo Siegfried en Roy. Ze worden op de Strip pal voor het casi no geëerd met een borstbeeld. Het lijkt. Dat wil zeggen, het maakt wei nig uit: de versteende grimassen of de griezelige extra portie jeugd die ze van de plastisch chirurg hebben gekregen. Hoe komt het toch, vroeg laatst een criticus van een Amerikaans week blad zich af, dat boeken of films die over Las Vegas gaan zo zelden, in artistieke zin, iets voorstellen. Ik pie ker erover, terwijl ik de weg afspeur, op zoek naar een taxi die me down town kan brengen. Komt het omdat Las Vegas samenvalt met zijn make up, zoals Siegfried en Roy met hun eeuwige jeugd en Tom Jones, nog zo'n Vegas-ster, met het draaien van zijn heupen? Komt het omdat de stad zich nu eenmaal even slecht leent voor ver beelding en evocatie als een teddybeer voor psychotherapie? Verlaten De opwindende statistieken van Vegas' gok- en toeristenindustrie (28 miljoen toeristen per jaar met een totale besteding van 19 miljard dollar) zouden doen denken dat het op de Strip voortdurend zwart ziet van de mensen. Maar dat is op deze late door deweekse avond niet het geval. Voor Schateiland beginnen de mensen die naar de midnight-editie van de zee slag hebben gekeken juist weg te kui eren. De show vormt een echte trek pleister. Maar de rest van de Boulevard maakt een verlaten indruk. De gigantische hotel-casino's laten hun bewoners niet graag gaan. En waarom zouden die ook? Slapen, eten, drinken, een bood schap doen, en natuurlijk: je eens flink vermaken - in alle basisbehoef ten wordt voorzien. Het is precies de geïntegreerde leefwereld, waarvan kunstenaars en architecten in de jaren zestig droomden. Homo ludens heeft in Las Vegas zijn bestemming gevon den. De chauffeur van de van heeft de lokale radiozender opstaan, de KFBI, die verderop op de Strip zijn studio heeft. Een populaire talkshow is aan de gang. De presentator vertelt op vet te toon over een avontuurtje van de afgelopen nacht. Een luisteraarster, door een studio-assistente nadrukke lijk als 'Spaans' aangekondigd, neemt daar aanstoot aan. En dan gaat het zo. Presentator: „Wanneer heb jij voor het laatst seks gehad?" Vrouw: „Eh, wel... afgelopen nacht." Presentator: „Vijf jaar geleden zul je bedoelen." Vrouw: „Ik ben een mooie vrouw, enne..." Presentator: „Misschien was je dat vijftig jaar geleden." Vrouw: „Je bent, je bent... een var ken." Presentator: „En jij niks anders dan een tochtige koe. Waar kom je eigen lijk vandaan?" Vrouw: „Van Puerto Rico." Presentator: „Waarom ga je niet terug naar je derde-wereldland? Laat mijn land met rust." Vrouw: „Jij..., jij..." Presentator: „Ga melk geven." Trouwkapellen Halverwege de rit naar downtown stap ik uit om de beroemde trouwka pellen te bekijken. Tussen het zuide lijke eind van de Las Vegas Boulevard en het centrum liggen ze, temidden van goedkope restaurantjes, pandjes huizen en onduidelijke winkeltjes, als kralen aaneengeregen. Mister, mister. Geen honderd meter kun je hier lopen zonder een krantje in je handen gedrukt te krijgen, waar in entertainers zich in volle glorie aanbieden voor een uurtje op je hotel kamer. Tientallen zijn ervan. Omdat nogal wat toeristen zich voor het bezit ervan generen, zijn delen van de Strip er letterlijk mee geplaveid. Las Vegas is de enige plek in Nevada waar pros titutie niet is gelegaliseerd, maar ner gens in de VS is de bedrijfstak zo opdringerig aanwezig. Er wordt niet getrouwd op dit uur. Maar in de Chapel of love brandt licht. Een stevige Mexicaanse, die er de boel aan het schoonmaken is, neemt me nieuwsgierig op. „Toch maar niet", zeg ik. Ze lacht een aan stekelijke lach als ik in mijn beste Spaans uitleg dat in Las Vegas trou wen sneller gaat dan scheiden. Se puede casar rapidamente, pero divor- ciar tarda mucho. Zes weken moet je aantoonbaar inwoner van de stad zijn om je bruid, als ze tegenvalt, weer kwijt te raken. Veel meer dan somberheid valt hier niet op te doen, en ik besluit rechts omkeert te maken. Het is een hele wandeling naar het Excalibur, waar ik een kamer heb. Op zichzelf, bedenk ik, is dat een aktiviteit waarvan Bug sy Siegel en zijn dubieuze collega's, mochten ze nog leven, versteld zouden staan. Hün Vegas was een autostad bij uitstek. Maar tegenwoordig is de Strip een van de aangenaamste routes die de VS de voetganger te bieden hebben. Waar de wandelaar een ver keerstechnisch probleem vormde, zijn loopbruggen gemaakt. Een en ander geeft het rare gevoel dat je loopin spanning niet klopt met de afstand die je aflegt. Vergeten wereld Bij het Frontier-hotel stap ik plotse ling een vergeten wereld binnen. Een groepje zo te zien Middenamerikaanse mannen en vrouwen houdt er de wacht. Ze hebben borden bij zich, waarop ik lees dat het keukenperso- neel het werk heeft neergelegd. De nacht lijkt oma's te maken. Een leger van oma's bezet de casinovloer van het Excalibur. In autistische con centratie drukken ze knoppen in en voeren ze hun machines met munten. Soms wordt de ban plotseling, onvoorspelbaar en onverklaarbaar, gebroken. Een beetje moeilijk staan ze op, met hun kartonnen bekers vol munten. Op weg naar een machine die het beter met ze voorheeft. Om half vier besluit ik wat te gaan eten. „Ontbijt, lunch of diner?", vraagt de juffrouw bij de kassa op geroutineerde toon. „Keeeenoooo", roept, terwijl ik een tafeltje zoek, een schelle stem.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1995 | | pagina 27