Pinter spreekt op de planken
itfix
Tevredenheid en
een leeg voorplein
)AAL
4TAINER
'Chassé Theater treft je als blikseminslag
Orkater-'operamet
een thriller-motief
Ontstemde toverfluit
door Engels theater
[ADOTIP:
fU VOOR
i§
|9, Zaamslag
115-432352 I
DE TV!
Ht5i
GROTE GIDS
D4
Reisopera brengt 'La forza del destino'
Verdi in scenes en fragmenten
Linda de Mol
in tv-comedy
Toneelschrijver 4viert' 65e verjaardag in Londens theater
Fraai boekwerk over het Chassé Theater
Internationaal architectuurtijdschrift Domus:
Aad Nuis: Koenigscollectie
moet terug naar Nederland
Mozart ontmanteld in Breda
X 62
NA
left nooit meer met
handen de klep van
Afvalcontainer te
nen
(hikt voor bijna
•containers
zowel rechts als links
ïonteerd worden
jver-dealer is iet nu al hartje
eeft Glühwijn, ski's, skiboxen,
ngen, skiklemmen, elektroni-
:rs en winterhoézen. Alles voor
age prijzen (u wilt immers nog
s).
ieuwe Rover 400 staat er met
>edienbare ramen en spiegels,
ihtiging en een in hoogte ver-
uurdersstoel.
ete en stijlvolle Rover 600 staat
olie glorie, met ondermeer de
over grille, de wortelnotehouten
n centrale portiervergrendeling'
e R in de maand is kunt u bij uw
^r ook de winter check up laten
Die kost slechts f67,50 en dan
zelfs een Rover horloge cadeau,
•ouwens ook voor alle merken
iet een R beginnen.
Egbert AutoB. V.
Valkeiutraat 8 Breda
foon 076 - 5218989/5219012
INSTEM
VRIJDAG 1 DECEMBER 1995
Ellen van Haaren en Robert Woroniecki in 'Laforza del destino'
FOTO MICHAEL HÖRNSCHEMEYER
Door Camiel Hamans
Een opera in fragmenten, een
scene Mutter Courage, een kwar
tiertje anti-papistisch politiek
theater, enige momenten pasti
che, een paar vondsten uit een
klucht en verder in hoofdzaak
goed gezongen absurditeiten, dat
lis Verdi's La Forza del destino in
''Corina van Eijk-stijl.
Van Eijk heeft naam gemaakt
net haar weiland-opera's in
Spanga. In de Friese openlucht
vertoont ze jaarlijks haar stoute
interpretaties van beroemde
meesterwerken. Vol seks, grollige
invallen en ongerijmd komische
.stijlbreuken. Het kan zo zot niet
zijn of het mag in haar voorstel
lingen van het Verona van West-
stellingwerf.
1 In de Nederlandse schouwburgen
is Van Eijk nog nauwelijks te zien
geweest. Na een volstrekt mis-
l lukte Parelvissers in de nadagen
van Opera Forum, heeft zij voor
al in het buitenland gewerkt. De
Nationale Reisopera, de erfop
volger van Forum, biedt haar nu
.een herkansing.
Het resultaat is een dikke zes.
Niet zozeer door Van Eijk, maar
vooral door de Kroatische diri
gent Niksa Bareza. Hij houdt de
vrolijke, frisgekleurde chaos in
de hand Wat er zich ook aan iro
nie, bizarrerie en onorthodoxie
boven zijn hoofd afspeelt, hij
voorkomt dat de opera een spec-
kclecoupé wordt. In de cast, met
de uitblinkende Nederlanders
Ellen van Haaren en Jaco Huij-
pen, heeft hij daarbij goede
secondanten. Wat de zangers ook
aan maffe spelletjes moeten doen,
.zij houden de dramatische lijn
gaande.
Van Eijk is zich het gevaar van de
caleidoscoop bewust. Daarom
laat ze tijdens de ouverture de
later zo tragisch uiteenvallende
familie Calatrava in een verstild
familiesamenzijn herinneringen
ophalen aan de hand van een
fotoalbum. Op die wijze ver
schaft ze richting en duiding en
probeert ze structuur aan het bij
Verdi al zo onsamenhangende
werk te geven. Met te weinig suc
ces echter, want daartoe zou ze
haar eigen zucht tot overdadig
heid hebben moeten inperken.
Nationale Reisopera: La Forza del
destino. Regie Corina van Eijk,
muzikale leiding Niksa Bareza,
met onder meer Ellen van Haar
en, Robert Woroniecki, Robert
Bork en Jaco Huijpen. Eindhoven,
Stadsschouwburg, 1 december,
Rotterdamse Schouwburg, 4 en 6
december, Nijmegen, Stads
schouwburg, 23 december, Maas
tricht, Theater aan het Vrijthof,
28 december, Tiburg, Stads
schouwburg, 30 december. Aan
vangstijd 19.30 uur.
Van onze rtv-redactie
Hilversum - Linda de Mol krijgt
een hoofdrol in een nieuwe come
dy, die De drie zusters gaat heten.
Wanneer zij met deze komische
reeks bij de Tros op de buis ver
schijnt, is nog niet bekend.
Naast De Mol zijn er hoofdrollen
weggelegd voor Monique van de
Ven en Willeke Alberti. Veel is er
over de inhoud nog niet te zeg
gen, want het script is nog niet
eens af. Wel duidelijk is dat het
verhaal draait om een familiebe
drijf.
Door Max Steenberghe
Communiceren met Harold
Pinter zelf is absoluut onmo
gelijk. Terwijl er expliciet was
gevraagd om vooral niet te
lachen om de komende vraag,
proest Pinters zaakwaarne
mer het uit als de interview
mogelijkheden worden
gepolst. Pinter praat niet.
Heeft hij nooit gedaan, en de
spreekwoordelijke uitzonde
ring maakte hij in '79, door
tien minuten met The New
York Times te praten, waarbij
hij niet veel meer zei dan bij
het begin van een stuk te
beginnen en met het einde te
eindigen.
Bijna dertig stukken staan op zijn
naam, waaronder The Caretaker
(1959), The basement (1966), No
mans land (1974) en meest recent
Moonlight (1993). Daarnaast
schreef hij veel scenario's voor tv
en film, o.a. The French lieute
nants woman. Een pittig gesprek
aan de vooravond van zijn 65e
verjaardag zou heel aardig zijn,
maar Pinter heeft geen enkele
behoefte zich te verklaren. Ook
als hij zelf regisseert, krijgen de
spelers vrijwel niets te horen.
Dertien jaar lang schreef hij -op
een enkel eenactertje- geen nieu
we stukken. Waarom? Raadt
maar!
Wel spreekt hij zich uit over poli
tiek. In zijn stille periode gaf hij
spaarzaam essays uit, pro-sandi-
nistische polemieken tegen het
Amerikaanse beleid in Nicaragua,
of tegen martelingen in Zuid-
Afrika, censuur in Engeland. Tij
dens de Golfoorlog schreef hij een
gedicht, American football, dat
door geen krant werd geplaatst
vanwege de schuttingtaai die er in
voorkwam; volgens Pinter uitroe
pen van Britse piloten terwijl ze
hun raketten afvuurden op
bevolkte steden.
The Times profileerde hem vier
jaar geleden met een hilarisch
artikel. Hij moet een ramp in res
taurants zijn, kan alles bij elkaar
schreeuwen als de smaak - of wat
dan ook - hem niet bevalt. De
onlangs overleden acteur Donald
Pleasance bekende ooit ('from the
safety of France') doodsbang
geweest te zijn toen hij een van
Pinters stukken beautiful noemde.
Pinter ontplofte en zei: they are
not ment to be beautiful, but mea
ningful.
Taaltovenaar
Pinters grote kracht is zijn
woordgebruik, de opbouw van
zijn dialogen. Een taaltovenaar,
omdat hij in zijn stukken veel
meer zegt dan er staat. Hij schrijft
spaarzaam, met vele stiltes. Een
Engelse krant noemde hem zelfs
de enige schrijver die een avond
Harold Pinter in zijn stuk 'The hothouse'.
kan vullen met louter stiltes.
Terwijl er ogenschijnlijk alle
daags gebabbeld wordt, gaat er
een voortdurende dreiging van de
woorden uit. Het heeft te maken
met wat inmiddels Pinteren wordt
genoemd: normale omgangstaal
gebruiken in absurde omgevin
gen. De sfeer pingpongt daardoor
heen en weer tussen dolkomisch
en angstaanjagend.
„De kracht van zijn schrijven zit
in zijn taal, die moet je tot je laten
spreken en zelf gaan spreken en
dan gebeurt het gewoon", beken
de een actrice. Het publiek valt
altijd midden in de actie en moet
dan in de loop van het stuk zien
uit te maken hoe het in elkaar zit.
Altijd staat er iets te gebeuren,
maar de vraag van de avond is
altijd: wat?
Bij Pinter geen uitleg, geen bood
schap. Een criticus omschreef zijn
werk als puzzels van glas. De
stukken zijn nauwelijks zicht
baar, passen moeilijk en hebben
vlijmscherpe randen. Zelfs als alle
delen in elkaar zijn gevallen, is
het totaalbeeld nauwelijks zicht
baar.
Onderste la
Zo ook bij The hothouse. Een bij
zonder stuk. Ook voor Pinter zelf.
Hij schreef het in de winter van
1958, maar, zoals hij in het voor
woord zegt, legde het' opzij voor
latere bewerking en begon aan
The Caretaker. Die aanvankelijke
pauze werd waarschijnlijk inge
last na de wisselende kritieken op
The birthday party, en aangezien
The caretaker een van Pinters
grootste successen werd bleef The
hothouse in de onderste la liggen.
Pas in 1979 herlas Pinter het en
besloot dat het welzeker toneel-
rijp was. Hij veranderde een klei
nigheid hier en daar, liet het ver
haal verder intact en voerde zelf
de regie over de eerste opvoering,
in 1980 in Londen. In de huidige
versie is het pas de tweede maal
dat het stuk te zien is in Engeland.
In Nederland werd het als De
broeikas in '81 opgevoerd door
Toneelgroep Theater.
Het stuk heeft iets van Orwells
1984. The hothouse is opgebouwd
uit onsamenhangende delen, die
zich afspelen in een onduidelijk
instituut, waar van overheidswe
ge mensen naar toe zijn gestuurd
die 'de weg zijn kwijtgeraakt' en
nu onder dwang weer 'op het
rechte pad' moeten worden gezet.
Namen hebben ze niet, alleen
nummers. Vandaar dat de direc
teur, Roote, zich vaak vergist in
welke gevangene/patiënt hij heeft
gesproken.
De sluwe Gibbs, de brutale amb
tenaar Lush, de krolse miss Cutts,
allemaal hebben ze iets met
elkaar. Maar ook zit iedereen
gevangen in zijn eigen omstandig
heden, speelt ieder zijn of haar
eigen spel, treitert en pest vrolijk
met de rest mee. Niet uit sadisme,
maar uit gewoonte en uit zelfbe
houd.
Druppelsgewijs
Het Comedy Theater in Londen is
ruim een eeuw oud en beeld
schoon. Wat de avond maakt, is
uiteraard de aanwezigheid van de
man zelf, Harold Pinter. Niet dat
dat vooraf merkbaar is: het
publiek komt druppelsgewijs bin
nen en verdwijnt gewoontege
trouw meteen naar de bar. Pas
minuten voor het begin sjokken
FOTO IVAN KYNCL
de toeschouwers de zaal in, die
nog voor geen kwart is gevuld.
Maar dat schijnt op dinsdagavond
altijd het geval te zijn, had het
agentschap al verklapt en juist
daarom verzocht die dag te
komen.
Drie minuten na aanvang is dui
delijk dat Pinter niet bij toeval
The hothouse heeft gekozen als
het stuk waarmee hij op de plan
ken zijn 65e lijkt te willen memo
reren (vieren is een woord dat niet
in het Pinteren voorkomt, ook niet
in dit stuk waarin terloops wordt
opgemerkt dat het eerste kerstdag
is). Pinter speelt niet Roote, Pinter
is Roote. Zijn korte zinnen spuwt
hij uit. Ze exploderen in woede
aanvallen. Pinter lijkt zich te ver
galopperen en daadwerkelijk uit
te barsten in een woede die niet
gespeeld kan zijn.
Het spel vlamt, niet alleen van
Pinter maar van de hele -
kleine - cast. Maar net als in het
boek volgt de ontknopnig zo snel
en onverwacht, dat we buiten
staan voor we er erg in hebben.
Graag hadden we de andere
acteurs gesproken, of regisseur
David Jones. Gevraagd of de man
veel heeft moeten oefenen, of hij
zich met de regie bemoeide, of hij
wellicht iets in de tekst heeft aan
gepast? Maar niemand mag pra
ten en wil dat ook niet.
Ach, en naar de antwoorden is
makkelijk te raden. Aanpassin
gen? Ooit schopte Pinter een
acteur bijna buiten omdat hij 'een
stilte maar twee puntjes volhield,
terwijl ik er duidelijk drie heb
getypt'.
'The hothouse', van en met Harold
Pinter, tot 22 december in The Come
dy Theatre, Panton Street, Londen
(44-171-3691731).
Wie niet neukt, beft, pijpt ofero-
ver lult, is een droogkloot. Een
ouderwetse sufkont uit de tijd
van voor de NVSH. Toen voor
hel zingen de kerk uit de canon
van het huwelijksleven uitmaak
te. Toen bloot nog gevaar voor
verbranding inhield en toen lust
tog een ondeugd uit de catechis
mus was.
Mi valt zonder seks, oferos zoals de commercie liever zegt, niet meer
televen. Geen Hema-reclametje meer of een dame weegt haar borsten
tn publiek. Geen goed doel op tv of er moet een meisje uit de kleren,
geen gezellige verjaarsvisite of een neef bekent dat hij graag geslagen
wordt. Bij voorkeur door een dame gehuld in rubber.
Seks is salonfahig. Is handel en niet uitsluitend in de handen van
pooiers, kruidige videotheekhouders of besmuikte stationskioskeige-
naars, seks is reeds commercie van het nette soort. Een jaarlijkse
beurs voor 'erotiek-minnend' Nederland, waar jonge verloofden,
keurige gezinnen en moderne dominees leren hoe 'erotiek een wezen
lijk element is binnen onze emotionele belevingswereld'.
Maar hel kan nog verantwoorder. Behalve de beurs is er nu immers
ook een jaarboek, 'Erolife '96'. Een strak betepelde borst in body
point op het omslag en daarnaast een aanprijzing van het hoog cultu-
'td gehalte. Literatuur, kunst, mode en lifestyle ondergebracht in de
miste trends op erotisch gebied. Meesterschrijvers als Lydia Rood en
Ronald Giphart hebben hun welbetaalde pen voor het catalogusachti-
werkje gepunt.
ken heus, maar eerder elders gepubliceerd cultuurhistorisch essay,
ooi in elf pagina's 25 eeuwen kunstzinnige afbeeldingen van erotische
sn" bespreekt. En de illustraties daarbij maken duidelijk hoe com
mercieel aantrekkelijk de versmelting van kunst en seks is. Een wat
wauge foto van een 'ivoortje' toont een ruggelings rustende, ontblote
oomemet opgetrokken benen. Een half gekleed 19e eeuws heertje zit
geknield voor haar billen. Zijn lid gericht op haar goed zichtbare
Publieke opening. Maar daar draait het allemaal niet om. Het bij-
'.ft bewijst dat hier geen sprake is van onder dekmantel van kunst
verborgen stiekem gepeep. Het beeldje is van historisch belang: de
verzekerde waarde ligt tussen drie- en vierduizend gulden,
kn wat te denken van een degelijke, wel 2600 woorden lange
Door Marjan Mes
Hare Majesteit kreeg het tijdens
de wat gekneusde officiële ope
ning van het Chassé Theater al
aangeboden; het boekwerkje dat
de trotse gemeente Breda,
gesteund door de aannemers en
onderaannemers, heeft laten ver
schijnen over de schepping van
architect Herman Hertzberger:
Chassé Theater.
Het is een fraaie uitgave van de in
architectuurmonografieën gespe
cialiseerde Uitgeverij 010, die
Hertbergers bouwkunst al twee
keer eerder onder de loep nam.
Het bevat schitterende kleurenfo
tografie en zwart-witfoto's (door
een technische camera) van het
nieuwe Bredase theater, ontwerp-
schetsen, plattegronden en tekst
van Hertzberger.
Het boek opent met een artikel
over de totstandkoming van het
theater van de hand van artistiek
directeur Reg ten Zijthoff, de man
voor wiens hemelbestormende
ambities Breda eigenlijk te klein
was.
Hij herinnert er aan dat Breda al
in 1802 de eerste schouwburg van
Brabant had en memoreert ook de
politieke mislukking rond het
Civic Centre, gevolgd in de jaren
zeventig door de bouw van 't Turf
schip, toendertijd de eerste en eni
ge concertzaal van Brabant,
waarvan de gemeentelijke exploi
tatieproblemen in 1982 tot ver
koop aan een particulier leidden.
Dat er over het peperdure, uitslui
tend met voorstellingen en con
certen onmogelijk te exploiteren
De entree van het Chassé Theater in Breda
FOTO DE STEM JOHAN VAN GURP
Chassé Theater de schaduw hangt
van een herhaling van een derge
lijke ontwikkeling blijft uiteraard
buiten beschouwing.
'Terwijl de Concordia-nostalgie
een achterhoedegevecht levert en
tegenstanders van het nieuwe
theater een soap in afleveringen
schrijven, zijn het theaterconcept
en de technologie twintig jaar ver
der in hun ontwikkeling', herin
nert Ten Zijthoff zich tevreden.
Herman Hertzberger, wiens
opvallende creatie ondertussen
niet anders dan lof kreeg, betreurt
het in zijn artikel dat hij met zijn
schouwburgontwerp te laat heeft
kunnen inspelen op het vrij
[ouwing over sex drugs rock 'nroll. Als dat niet bewijst dat
keschi
kei hier om een eigentijds cultureel hoogstandje gaat. Gevoelens van
zinnelijke liefde, schrijft de deskundige auteur, worden door iedere
and artiest of groep wel in een aantal nummers uitgedrukt. Hij heeft
I 'Ifbaar goed geluisterd.
n zo n context kan een artistiek wat luchtiger bijdrage als die over
otische tuinen nauwelijks kwaad. De anonieme auteur doelt niet op
15 nannenbosjes of donkere laantjes waar het goed vigileren of
kl >naarzoe"en is, hij heeft een tuinarchitect gevonden die met
1moppijpenstrootje, vuurbloem en hemelsleutel een sfeertje weet te
tfere"- Niet geil, aanstootgevend of opdringerig, neen, een combina-
m '"a" mythologie en erotische aantrekkingskracht. Fallussymbolen
^"]v°ekerd door klimop, een ontspanningsheuvel van zachte gras-
en een intieme plaats omgeven door extra geurige bloemen en dat
oU °P8es'?fd me! toespelingen uit de vrijmoedige klassieke oudheid
<j,e°Peniijk libidineuze periode van Lodewijk XIV.
Erot'S ï°eCV00r bewijst deze brochure van lichamelijkheid,
de s a tassen' bl°ie extravagantie voor bruiden met lef en gewaag-
voorh'J"' Voor de clitorishoed, genezingstijd vier tot zes weken, de
°f het sremum. Wat dat is, weet de lezer van het jaarboek.
b'vo' Se^SJS ^an vve' dagelijkse kost voor iedereen, kunstzinnige seks
orbehouden aan een gymnasium-vooropleiding.
Door Hans Rooseboom
Als een blikseminslag. Een gebouw met een
adembenemende impact. Het invloedrijke
tijdschrift Domus komt in zijn laatste num
mer woorden te kort om het Chassé Theater
in Breda de hemel in te prijzen. Domus is een
tweetalig design-magazine (Rivista Interna-
zionale di Progetto/International Design
Review), dat wordt uitgegeven in Milaan. Het
is gewijd aan industrieel design en architec
tuur. Het tijdschrift wijdt een beschouwing
van enkele bladzijden aan het Chassé
Theater, geïllustreerd met zeer fraaie kleu
renfotografie. Auteur Andrea Vidotto keek in
Breda zijn ogen uit. „In de kleurloze stedelij
ke omgeving van een brede weg, kantoor-
blokken en parkeerplaatsen treft het Chassé
Theater je als een blikseminslag. De indruk is
adembenemend. Tegen de hemel tekent zich
een profiel af dat doet denken aan een acht
baan. Of aan een reusachtig zeildoek dat over
een berg materiaal is gedrapeerd."
„De woorden Chassé Theater staan in grote
vierkante letters als een architectonisch fries
onder de daklijst. Maar onder dt klassieke
signaal is er helemaal niets rustig."
Binnen is er volgens Domus niet, zoals je zou
verwachten, een hal, 'maar een volledig
autonoom winkelgebied in aanleg'. In de rest
van zijn bijdrage geeft de auteur blijk van
bewildering, surprise en amazement, die het
gebouw-in al z'n grandiosity bij hem opwekt.
„Het Bredase theater is een voorbeeld van de
bloei van design en architectuur in het
Nederland van de jaren '90." Er is sprake van
'een blijvende, en voor ons benijdenswaardi
ge bouw-euforie waarmee de Nederlandse
steden met elkaar wedijveren.'
Het Chassé Theater is, zo besluit het tijd
schrift, 'een bijzondere les in architectoni
sche en stedelijke kwaliteit.' Het magazine
Domus kost 35,-.
Moskou (anp) - De ruim drie
honderd tekeningen van het
Poesjkin-museum in Moskou
uit de voormalige collectie van
Franz Koenigs horen thuis in
Rotterdam. De kunstwerken
hadden er nooit vandaan
gehaald moeten worden.
Dat zei staatssecretaris Aad
Nuis van cultuur gisteren in
Moskou bij de opening van de
tentoonstelling Counterparts.
Op die presentatie in de Biblio
theek voor Buitenlandse Lite
ratuur zijn tot 21 januari dertig
tekeningen van oude meesters
uit de Koenigscollectie van
Museum Boymans-van Beunin-
gen in Rotterdam te zien.
De tentoonstelling valt samen
met de presentatie in het Poesj
kin-museum van ruim driehon
derd tekeningen uit de Koe-
nigs-collectie. Die tentoonstel
ling ging eind september open
en duurt tot 21 januari. De
tekeningen bevonden zich tot
1941 in Museum Boymans in
Rotterdam. Daarna werden ze
illegaal verkocht aan de nazi's.
Na de oorlog was de collectie
spoorloos, maar drie jaar gele
den gaven de Russische autori
teiten voor het eerst toe dat de
tekeningen zich in het depot
van het Poesjkin-museum
bevonden. Sinds september zijn
ze voor het publiek te zien.
Nuis verwacht dat de tekenin
gen uit het Poesjkin-museum
„als verloren zonen" naar Rot
terdam terugkeren. „Dit is niet
de plaats om de problemen
rondom de teruggave te bespre
ken", zei hij. „We bediscussië
ren de zaak op een open manier
met de autoriteiten, en ik ver
trouw erop dat de collectie snel
naar Nederland zal terugke
ren."
De bankier en verzamelaar
Franz Koenigs (1881-1941)
koos de tekeningen op basis van
kwaliteit en hun kunsthistori
sche relatie. Dat de werken in
het Poesjkin-museum en de
Bibliotheek complementair
zijn, is volgens Nuis goed te
zien.
Hij illustreerde dat aan de hand
van een tekening van Rem
brandt met daarop een leeuw,
niet toevallig het symbool van
Nederland. Koenigs kocht de
17e eeuwse tekening in 1926.
Drie jaar later wist hij een ver
gelijkbaar exemplaar op de kop
te tikken. Op de eerste Rem
brandt kijkt de leeuw naar
links; op de andere naar rechts.
Een ander voorbeeld is een
tekening van Watteau. Op de
portrettekening in het Poesj
kin-museum staat hetzelfde
kind als op die uit Rotterdam.
Ook zijn beide werken even
groot en met dezelfde techniek
gemaakt.
komende bouwterrein van de
voormalige Chassé-kazerhe.
Het weidse uitzicht vanaf de Wil-
helminasingel op het theater en
omgekeerd vanuit de foyer op de
omgeving speelde een grote rol bij
het ontwerp. 'Achteraf rijst de
vraag of een zo sterk op een uit
zicht gerichte ligging inderdaad
wel zo aantrekkelijk is', aldus de
architect.
Nogal idealistisch verwacht Her
tzberger dat het grote voorplein
van de schouwburg voor een deel
de functie van de moeilijker
bereikbare Grote Markt kan over
nemen. 'In dit verband kan ook de
strook verhuurbare ruimtes langs
het front van het gebouw een acti
verende rol spelen.'
De realiteit blijkt tot nog toe
anders. Het voorplein is een onge
zellige, lege grotestadsruimte die
bij avond veel te schaars verlicht
is en dan een speelplaats vormt
voor jongens op skateboards die
langs komen razen wanneer het
publiek zijn entree maakt.
De inmiddels aan de voorkant
gevestigde design-winkel is met
zijn etalages met meubilair, hoe
artistiek verantwoord misschien
ook, maar een wezensvreemd ele
ment. Het theatercafé, dat zich nu
aan de zijkant bevindt en niet tot
de verbeelding van het publiek
blijkt te spreken, was op deze
plaats wellicht een fraaie trek
pleister geweest, met een uitstra
ling naar de toch wat doodse
omgeving. Vooral bij avond.
'Chassé Theater'. Uitg. 010 Publis
hers, prijs 39.50.
Breda - Chassé Theater. 'Wie
vermoordde Mary Rogers?' van
Jan Veldman door Orkater.
Muziek: Vincent van Warmer
dam. Regie: Willme van de
Sande Bakhuyzen. Met o.a.
Gijs Scholten van Aschat,
Peter Blok en Porgy Franssen.
Gezien op donderdag 30
november. Op 24 januari in
Terneuzen.
Door Marjan Mes
In de openingsscène wordt een
meisje in het wit door duistere
figuren op een donker toneel
gemolesteerd, verkracht en
gedood. De mannen blijken
even later de muzikanten van
Orkater, die voor de verdere
rest van de voorstelling vooral
als gedreven instrumentalis
ten optreden in de theatrale
reconstructie van deze moord
zaak, Wie vermoordde Mary
Rogers?
Is Mary wel door deze kerels
omgebracht? vraagt deze opera
achtige voorstelling met gespro
ken en gezongen dialogen zich af.
Of is de schrijver Edgar Allen Poe
de dader van deze moord op het
sigarenverkoopstertje Mary
Rogers, die in 1842 in New York
plaats vond en Poe inspireerde
tot een moordverhaal dat hij in
Parijs situeerde.
Schrijver Jan Veldman heeft uit
allerlei bronnen geconcludeerd
dat de uitvinder van de speur
dersroman en het literaire hor
ror-verhaal best wel eens de
dader geweest kan zijn. In zijn
'thriller' bij Orkater is Poe, fraai
gekweld gespeeld, bewogen en
prachtig gezongen door Gijs
Scholten van Aschat, vanaf het
eerste moment de verdachte.
Hij wordt geflankeerd door twee
figuren uit zijn eigen moordver-
halen, de Commissaris (Peter
Blok) en de detective C. Auguste
Dupin (Porgy Franssen), die hem
al reducerend en deducerend
dwingen om zijn schuld te beken
nen.
De getrouwde Poe blijkt in de
flash-backs verliefd te zijn
geweest op de mooie Mary, The
beautiful cigarette-girl from Bro
adway, zoals ze steeds lyrisch
wordt bezongen in een telkens
terugkerende strofe.
De enscènering van regisseur
Willem van de Sande Bakhuyzen
van de moordreconstructies en
flash-backs is levendig en speels
op een geheimzinnig belicht
toneel, waarop soms ook revue
achtig wordt gedold. De drie
hoofdfiguren voeren al dansend
een komische act met pijp op en
ook het horrorachtige duikt nog
even op.
Het ziet er allemaal schitterend
uit, de acteurs zingen (vooral
Porgy Franssen) en spelen (vooral
Peter Blok) voortreffelijk en de
beweging en timing zijn uitste
kend.
De muzikanten vertolken actief
meespelend in de handeling de
sfeervolle, karakteristieke
muziek van Vincent van Warmer
dam in wat een creatieve menge
ling is van thriller, opera en
musical. Toch werd ik ondanks al
die geslaagde elementen niet echt
meegesleept. Een gezongen thril
ler is blijkbaar toch niet zo span
nend. Wellicht had het verhaal
ook te weinig substantie om te
kunnen boeien. Bovendien had de
Mary-figuur (Caya de Groot) niet
zoveel uitstraling dat zij haar
fatale aantrekkingskracht aan
nemelijk wist te maken.
Breda - Chassé Theater. Opera
The Magic Flute van Mozart,
uitgevoerd door het Music
Theatre London. Gehoord op
29 november.
Door Dré van Dongen
In 1791, na de première,
waren er recensenten die
meenden dat Die Zauberflöte
van Mozart en Schikaneder
bedoeld was als een gezongen
kritiek op het keizerlijk
bewind van die dagen, zelfs
als een verheerlijking van de
Franse Revolutie. Vrijmetse
laren zagen deze sprookjes
opera - want dat is het uitein
delijk - als een afspiegeling
van hun inwijdingsritueel.
In de loop der jaren is Mozarts
meesterwerk herhaaldelijk
gepersifleerd: de uitvoering door
Music Theatre London in de gro
te zaal van het Chassé Theater
spant echter de kroon en liet van
het oorspronkelijk muziekspel
over vrede, harmonie en broeder
schap geen spat heel. Zij die naar
het theater gelokt werden om een
heuse opera te zien, zijn dan ook
bedrogen uitgekomen.
Het orkest was gereduceerd tot
een ensemble van acht instru
mentalisten die - en dat moet
gezegd zijn - onder leiding van
Nicholas Patrick gedegen musi
ceerden. Deze dirigent verstaat
overigens de kunst om naast zijn
dirigeerstok op vaardige wijze
het rode potlood te hanteren: heel
wat gedeelten bleven ongespeeld.
Gemakshalve had men het koor
teruggebracht tot een vijftal
vocalisten, die versterking kre
gen van een elektronisch instru
ment, door de dirigent bespeeld.
Vocaal werd er weinig gepres
teerd. De prijs voor zuiver zingen
ging dit keer naar de zangeressen
die op zeer geestige wijze de rol
len van de Drie Knapen vervul
den. Voor het overige nam men
het niet zo nauw met het accuraat
intoneren. De Koningin van de
Nacht zong bij tijd en wijle zo
naast het notenbeeld dat het op
de lachspieren werkte.
Aanvaardbaar waren Jeremy
Rose als Tamino en zijn tegen
speelster Thomasin Tresize; een
enkele keer imponeerde ook Tim
Hardey als Sarastro. Decors en
kostuums waren pover, maar dat
kon men vergeten, omdat er uit
stekend geacteerd werd, in een
regie van Nicholas Broadhurst,
een betere zaak waardig. Het
summiere Duitse parlando van
Schikaneder was in het Engelss
uitgegroeid tot een geestige
komedie, zodat er gelukkig eens
gelachen kon worden. Aangezien
op het toneel het goede altijd
beloond en het kwaad gestraft
moet worden, werd de Koningin
van de Nacht aan het einde van
de opera stante pede doodgescho
ten. Het bleken losse flodders te
zijn.
V