TT
Taken van
volgteams
Boris en Bill
en een
lege stoel
DE STEM ZATERDAG 28 OKTOBER 1995 E2 DE STEM
Hij is 45. Werkt bijna vijfen
twintig jaar bij de politie. De
laatste jaren in Zuid- en
Oost-Nederland bij een
observatie-team (OT), dat de
handel en wandel van
topcriminelen in de gaten houdt.
Hij volgt ze hardnekkig,
desnoods wekenlang tot in het
buitenland. Hij mag niet over
zijn werk praten, maar doet het
na lang aarzelen toch. Mits hij
anoniem blijft: vanwege
mogelijke represailles van zijn
werkgever, danwel de criminele
wereld.
Een politieman over
nietsontziende acties tegen de
onderkant van de maatschappij:
valse processen-verbaal,
inbreken, het uitlokken van
strafbare feiten en het verkapt
uitleveren van Nederlanders aan
het buitenland.
Agent observatieteam klapt
uit de school over het
verborgen politiewerk
'Als rechter zou ik alleen nog
maar een eenvoudige
straatagent geloven'
Badend in het bloe
Marie-Anne de Do
zoon Michael afgel
op het eiland Kreti
de rotsachtige beri
idyllisch bergwegg
werden net op tijd
door geschrokken
het dorpje Milatos
door vaardige han<
neurochirurg Dimi
Aravinakis wonne:
ziekenhuis van He:
strijd op leven en c
de strijd met de po
iedere hulp tekort
„Een zwaar ongeh
politie vol. „Een o1
beweert een verbet
Marie-Anne de Do
„Nou, daar zitten we dan, Boris. Mooi uitzicht,
lekker weer. Wat willen we nog ineer?"
„Stop even met die prietpraat, Billy. Je bent wat
kaler geworden, zie ik. Ga je nog steeds naar die
dure kapper?"
„Hahaha, je blijft schofferen, Boris. Zo ken ik je
weer, kameraadski. Heb je de laatste tijd nog
leuke reacties gehad uit Tsjetsjenië?"
„Rook je nog wel eens een jointje, Bill?"
„Drink je nog zo veel, Boris?"
„Heb jij bedacht dat we hier moeten zitten of is
het de CIA? Het is een historische plek, zeggen
ze. Wat moet ik hier eigenlijk?"
„Hier zat president Roosevelt vroeger de wereld
problemen op te lossen met Churchill. Ja, die
mannen hadden écht iets te bespreken."
„Vergeet Stalin even niet, Billy-boy. Roosevelt en
Stalin hebben in 1945 in Jalta de wereld ver
deeld. Dat moet een geweldige sensatie zijn ge
weest! Als je daar aan denkt!
„Ik geloof dat men verwacht dat wij hier ook his
torie gaan schrijven, Boris."
„Poeh! Het wordt hoogtens een sfeerplaatje in
het foto-album Het Aanzien van 1995."
„Die rust hier in Hyde Park, ongelofelijk. Ik ga er
bijna van knikkebollen. Wacht eens, zie je dat
hertje daar tussen de eikebladeren, Boris?"
„Bill, ik stel voor dat we onze geweren pakken
en eens lekker ouderwets gaan jagen. Ik weet
zeker dat hier beren zitten."
„Daar beneden stroomt de Hudson. Die zul je
eerst over moeten steken. Mei, Boris, we moe
ten ons gedragen. In de overisg-hpu'ding! Alle
media staan achter ons te koekeloeren."
„Zal best. Ik begin nou toch dorst te krijgen."
„Boris, een echte wereldleider heeft honger.
Honger naar macht. Dat moet jij toch weten.
Speel je rol nu maar."
„Heb jij thuis nog iets te zeggen? Of trekt die ra
re Njoet Gingeritsj in Washington aan de touw
tjes?"
„Newt Gingrich bedoel je? Tja, de Republikeinen
draaien alles terug in Amerika. Ik mag in het
openbaar de clown spelen. Jij weet wel onge
veer wat dat is."
„Ik mag met mijn vuisten zwaaien, broeder Bill.
Meer niet. De misdaad is aan de macht in Rus
land. De mensen staan de hele dag in de rij bij de
bakker. Voor mij valt er niks te doèn."
„Je mooie rijk is uit elkaar gevallen. Alleen met
onze steun kun jij in het Kremlin blijven. Zo is het
toch, Boris?"
„Hou je mond eens. Bill. Julie hebben in mij
geïnvesteerd, ik ben jullie hoop. Door onze ge
speelde dankbaarheid mag jij in het Witte Huis
wonen."
„Okay. Daar zitten we dan, twee superpresiden
ten in de herfst."
„Twee machtige naties in hun najaar."
„Weet jij waarom die derde stoel daar staat, Bo
ris? Is die misschien voor Helmut Kohi?"
„Die Teutoonse bierton, die mij diep door de
drek laat kruipen?"
„Of misschien voor John Major?"
„Schei toch uit, William Clintonovitsj. Die heeft
thuis niet eens 'een eigen stoel. Major heeft nog
minder te vertellen dan wij.
„Het kan natuurlijk voor Lubbers zijn. Hij wordt
genoemd als de Nieuwe Wereldleider.
„Ljoebers? In Europa wilden ze hém niet. Zou hij
dan wel goed genoeg zijn voor de hele wereld?"
„Verkijk je daar niet op, Boris. Als de Hollanders
iets willen... Ze hebben de KPN al naar Wall
Street gebracht. Trouwens, was Roosevelt ook
niet een beetje een Nederlander?"
„Goed, goed, Bill. Laat-ie dan maar haast ma
ken."
„Ja, want wij komen er met z'n tweeën niet
meer uit."
„Wat moeten we aan met deze wereld?"
„Ik zou het beslist niet weten, Boris."
„Gek dat we hier met onze rug naar de wereld
pers moeten zitten."
„Maar goed ook, want je gulp staat open, Bo-
ris." I
„Dan zeggen we straks dat ons gesprek in de
grootst mogelijke openheid heeft plaatsgevon
den. Wat denk je daarvan, Bill?"
„Hahahahahahahahana."
Van onze verslaggevers
„Alles wat ik normaal vond, blijkt plotseling niet zo normaal te zijn. Dat heeft me aan het denken gezet. Noem het een beetje gewetensnood. Ik doe namelijk voortdurend klussen
die tegen de wet zijn.foto chris keulen
ij is er van overtuigd: De Neder-
I landse gevangenissen zitten vol
iAi aflLmet criminelen die door de poli
tie zijn uitgelokt. Bovendien wordt er volgens
hem, als het niet anders kan, met bewijsmate
riaal gemanipuleerd.
Hij praat fluisterend. Voelt zich tijdens het
eerste gesprek niet op zijn gemak. Een ge
spierde man van ongeveer een meter tachtig,
die voortdurend zenuwachtig met zijn linker
voet heen en weer wipt.
„Over mijn vak praten valt me niet makke
lijk. Ik heb geheimhoudingsplicht. Ben ge
traind om niet over mijn werk te praten. Te
gen niemand, zelfs niet tegen mijn eigen
vrouw." Uitlokken, manipuleren. Hij blijft
ook bij latere afspraken bij zijn zware be
schuldiging. „Uitlokken, het benaderen van
criminelen om strafbare feiten te plegen, is
tegen de wet, maar gebeurde de laatste jaren
regelmatig. Over het manipuleren met bewijs
heb ik vaker andere agenten horen praten. Ik
heb het als observant één keer met eigen ogen
kunnen zien. Ik wil er verder niets over zeg
gen. Mijn wetenschap zou voor een bepaalde
criminele organisatie goud waard zijn. Die
zou me kunnen opjagen, me proberen met al
le mogelijke middelen onder druk te zetten."
Gewetensnood
Het is een van de twee redenen waarom hij al
leen anomiem wil praten. De andere is voor
hem net zo zwaarwegend. „Als de politietop
er achter komt wie ik ben, sta ik meteen op
straat. Of erger, ik word vervolgd omdat ik
mijn geheimhoudingsplicht schend."
Aan de verhoren van de parlementaire enquê
tecommissie heeft hij een rot gevoel overge
houden. „Alles wat ik normaal vond, blijkt
ploseling niet zo normaal te zijn. Dat heeft me
aan het denken gezet. Noem het een beetje ge
wetensnood. Ik doe namelijk voortdurend
klussen die tegen de wet zijn. Ik had wel eens
bedenkingen, maar heb nooit mijn meerderen
vragen gesteld of dat wel kon. Ik was, zeker in
het begin, dolblij bij zo'n elite-eenheid te ho
ren. Af en toe opkomende twijfel duwde ik
weg. Mijn chef vroeg niet gauw toestemming
aan het Openbaar Ministerie. Als ik wel eens
vroeg of de officier van justitie ons dekte, riep
hij altijd 'Ja hoor'. Ik wist dat het niet zo was,
maar vond het wel goed zo."
Observatie-agenten opereren vaak volkomen
wetteloos, vindt hij nu. „We zijn volleerde in
brekers. Auto's, brandkasten, woningen. Het
is voor ons geen probleem. We vervalsen als
het moet processen-verbaal, laten af en toe
Nederlandse criminelen in het buitenland te
gen de lamp lopen. Ik dacht er nooit over na.
Het hoorde gewoon bij mijn werk, het bestrij
den van boeven."
Zijn huidige twijfels kan hij binnen de eigen
groep niet kwijt. „Agenten die hun aarzelin
gen uiten krijgen de wind van voren. Intern
heerst er bij de politie een kruiperige menta
liteit. Als je kotst, word je uitgekotst."
Bovenmodale auto
Hij blijft zijn werk gewoon doen. „Begrijp me
goed. Ik heb een prima job. Het is spannend,
spectaculair werk, dat ik geen dag wil missen.
Bovendien is het voor een eenvoudige jongen
mooi meegenomen dat je altijd in een boven
modale auto rijdt. Dat moet wel als je crimi
nelen moet schaduwen. Die rijden echt niet in
een Opeltje."
In de strijd tegen de georganiseerde misdaad
moet veel mogelijk zijn, is bovendien zijn me
ning. „Maar er moeten betere wettelijke rege
lingen komen. Dat besef ik nu terdege. Het
kan toch niet zo zijn dat een groepje politie
mensen, zonder enige controle, naar eigen
goeddunken kan handelen. Dat is eng. Geloof
me, we bedienen ons van methoden die ze bij
het Openbaar Minsterie niet kennen of liever
In naam der wet
niet willen weten."
De verhoren van de commissie Van Traa volgt
hij met kromme tenen. Hij ergert zich al we
ken groen en geel aan al die politiechefs die
de zeven commissieleden - volgens hem - een
rad voor de ogen proberen te draaien.
„Ze liegen dat ze zwart zien. Ze doen alsof al
les gesmeerd loopt. Maar ze weten heus wel
welke kunstjes er in het voortraject van een
strafrechtelijk onderzoek toegepast worden."
Vooral de teamleiders bij politiediensten als
tactische recherche, observatieteams en cri
minele inlichtingendienst (CID) moeten het
bij hem ontgelden.
„Die mensen willen carrière maken. Voor hen
is elke zaak heilig. Regels uit welk wetboek
dan ook, tellen niet."
Hij kreeg vaak genoeg van zijn chef niet-offi-
ciële opdrachten.
„Moest ik ergens inbreken om te kijken of er
gestolen goed lag. Als dat zo was, belde die
chef zijn CID-maatje. Die maakte dan een
verklaring op: Uit CID-informatie is gebleken
dat... Mijn chef vroeg vervolgens aan de hand
van die informatie de officier van justitie om
een spoedhuiszoeking."
De Nederlandse politie is afgegleden, gelooft
hij. Bestrijdt criminelen met criminele mid
delen. „Valse processen-verbaal, niet gemelde
inkijkoperaties, criminele informanten straf
bare feiten laten plegen. Ik heb het allemaal
meegemaakt. Tot aan de IRT-affaire en het
instellen van de commissie-Van Traa werd
het binnen de politie volkomen normaal ge
vonden. Nu roept iedereen plotseling dat ze
de spelregels volgen en dat nooit iets onder
nomen wordt zonder toestemming van justi
tie. Echt, als ik rechter zou zijn, geloofde ik
alleen maar een gewone straatagent."
Hij kan niet om zijn eigen opmerking lachen.
„Het zal moeilijk worden voor de commissie
om de waarheid boven tafel te krijgen. De le
den doen ongetwijfeld hun best. Maar ze pra
ten vrijwel alleen met de top van politie, OM
of ministerie. Dat zijn allemaal strategen in
maatpakken die elkaar dekken. De veldwer
kers, de mensen van het vuile werk, die heb
ben geen reden om te liegen. Van hun verha
len zou de commissie rode oortjes krijgen."
Hij geeft een actueel voorbeeld.„Drie weken
geleden ondervroeg de commissie een politie
functionaris waarom er toch zoveel crimine
len de telefoonhoorn telkens verkeerd opleg
den, zodat de politie ook de gesprekken in de
huiskamer kon volgen. 'Och, misschien waren
het goedkope telefoons', was het antwoord
van de politieofficier."
„Ik kon mijn oren niet geloven. De commissie
Nederlandse observatie-teams hebben
op papier de volgende taken:
1. Het systematisch en onopvallend ga
deslaan van personen, objecten of si
tuaties met de bedoeling om strafbare
feiten op te sporen, te voorkomen en
criminele inlichtingen te verzamelen
in de zin van de CID-regeling (crimi
nele inlichtingendienst-red).
ALGEMEEN:
2. Het heimelijk verkennen van het cri
minele milieu.
SPECIFIEK:
3. Wie gaat er met wie om en welke con
tacten bestaan er tussen bepaalde cri
minelen.
OPERATIONEEL
OF ONDERSTEUNEND DOEI:
4. Het verzamelen van gegevens die di
rect of indirect als bewijs kunnen die
nen in een tactisch recherche-onder
zoek.
moest eens weten. Als bij een crimineel echt
de hoorn van de telefoon ligt, kun je er van op
aan dat een politie-informant in het spel is.
Iemand die zo diep in de organisatie gedron
gen is dat hij bij de bendeleider in- en uit
loopt."
Maar die gevaarlijke en omslachtige methode
is volgens de observatieman niet meer nodig.
„In Driebergen, waar de Afdeling Stiekem
van de Nederlandse politie zit, hebben ze de
meest geavanceerde afluisterapparatuur. On
der andere een minuscuul zendertje, dat in
het voedingskanaal van de telefoon moet
worden gestopt. Via een zender in bijvoor
beeld een huis aan de overkant, kan de politie
de huiskamer-gesprekken van de crimineel
horen en tegelijk via een niet officiële tape
opnemen. Dan moet de haak wel óp de tele
foon liggen. Als er via het toestel gebeld
wordt, krijgt het zendertje geen voeding,
werkt het niet."
Vervalsen
Die methode, waarvoor van te voren in het
huis van de crimineel moet worden ingebro
ken om het zendertje te plaatsen, wordt al
toegepast, verzekert hij. „Toen ik een paar
jaar geleden in Driebergen op cursus was,
werd het zendertje gedemonstreerd. 'Och, dat
spul hebben we vorige week nog gebruikt',
riep een van de cursisten. Ik weet nog goed
dat de cursusleider toen een vuurrood hoofd
kreeg."
Ook voor het vervalsen van processen-ver-
baal wordt de hand niet omgedraaid, beweert
hij. „Het komt vaak voor dat een observant
zijn verklaring aanpast, omdat de tactische
recherche dat vraagt. De observant heeft in
een voortraject bepaalde strafbare feiten ge
constateerd. Maar tijdens de ondervraging
van de verdachte blijkt er ook sprake van an
dere strafbare omstandigheden. Dan wordt
de observatieman gevraagd zijn proces-ver
baal met gegevens van de verdachte aan te
vullen."
Vaak maken ook opstappers - een recher
cheur van de tactische recherche die een be-
paalde actie van het observatieteam volgt - de
processen-verbaal van het observatieteam.
„Die man heeft de actie zelf niet gezien. Hij
schrijft gewoon op wat wij hem later vertel
len."
Vooral bij het volgen van criminele burgerin
formanten nemen de observatieteams het niet
zo nauw met de waarheid. „Die informanten
moeten koste wat kost afgeschermd worden.
Die opdracht krijg je van te voren al mee. Als
een informant van ons voor een bepaalde cri
minele groepering in Amsterdam grondstof
fen gaat inkopen, volgen wij hem natuurlijk
vanaf die plaats. Maar in het proces-verbaal
lees je dat wij de informant bij een andere
plaats, bijvoorbeeld Tilburg of Zierikzee, op
het spoor zijn gekomen. Zo'n criminele infor
mant werkt vaak voor meerdere misdaador
ganisaties. Door het aanpassen, zeg maar ver
valsen van het proces-verbaal, weten andere
criminelen nooit dat het eigenlijk over hun
medewerker gaat."
Hij verbaast zich erover dat de commissie
geen vragen stelt over het verkapte uitleveren
van Nederlandse criminelen „Dat gebeurt.
Veel Nederlandse criminelen komen door ons
toedoen in buitenlandse gevangenissen te
recht."
Nederlandse obervatieteams hebben prima
contacten in het buitenland vertelt hij. „We
beschikken over allerlei afgeschermde bui
tenlandse kentekennummers. Op die manier
kunnen we criminelen in welk land dan ook
onopvallend volgen. Andersom gebeurt het
ook. Buitenlandse agenten worden ook door
ons goed bediend."
Landgenoten
Meerdere malen liet zijn observatieteam in
het buitenland Nederlandse criminelen in de
val lopen. „Het waarom weet ik niet precies.
Het bespaart de Nederlandse autoriteiten in
ieder geval veel werk. Bovendien zijn de
straffen in de meeste andere Europese landen
veel hoger dan in Nederland. Het heeft me al
tijd tegen de borst gestuit. Crimineel of niet,
ik vind dat je landgenoten niet zo moet be
handelen."
Hij komt met een recent voorbeeld. „We volg
den een wapenhandelaar richting Duitsland.
We hadden genoeg strafbare feiten geconsta
teerd om de man in Nederland aan te houden.
Maar we kregen van onze baas opdracht de
GFK, het Duitse Grenz Fahndungs Komman-
do, te tippen dat het transport bij een bepaal
de Duitse plaats aangehouden kon worden."
„Op de een of andere manier ging het fout.
Het GFK was het wapentransport misgelo
pen. Ze vroegen collega's uit een klein plaats
je om de auto aan te houden. Die politieagen
ten hielden het transport aan, maar wisten
niet waarnaar ze precies moesten zoeken. Bo
vendien konden ze niets vinden. Wij volgers
hadden gezien dat de crimineel even van te
voren wapens uit de auto had gegooid. Dan
krijg je een gekke situatie. Een Nederlandse
observatieagent moef: dan, mei een zak wa
pens in zijn handen, Duitse agenten vriende
lijk op de schouder kloppen en vragen of ze
even mee willen komen. In het uiteindelijke
proces-verbaal lees je uiteraard geen woord
hierover.
'Uit anonieme bron wisten we dat op een be
paalde dag en uur dat wapentransport langs
zou komen', staat dan in het proces-verbaal
van de Duitse agenten. Nou, daar moet de
Duitse rechter het maar mee doen."
Tijdens onze gesprekken kijkt hij telkens ze
nuwachtig om zich heen. „Wie weet schadu
wen ze me al. Hebben ze er lucht van gekre
gen dat ik met de pers praat."
Observatiemensen zijn namelijk goed in het
schaduwen, laat hij vervolgens met gepaste
trots weten. „We volgen iemand constant met
meer dan vijf auto's. Geloof me, hoe voorzich
tig een crimineel ook is, hij merkt er niets
van.
Een OT'er is goed opgeleid, doceert hij. „Je
krijgt bijvoorbeeld een speciale rijopleiding.
Die cursus duurt drie weken en is erg gevaar
lijk. Er zijn zelfs doden bij gevallen. Je leert
wel alles over autorijden. Dat is ook wel no
dig. Als het team iemand volgt, komt het vaak
voor dat de derde of vierde volgauto, wegens
verkeersomstandigheden, het contact verlo
ren heeft en moet bijtrekken. Dan zijn vaak
halsbrekende toeren nodig om het verlies
weer goed te maken. Doen alof je een afslag
neemt en met meer dan tweehonderd kilome
ter per uur via de vluchtstrook alle verkeer
passeren om weer zicht met de eerste volgau
to te krijgen. Dat hoort er gewoon bij."
Ijspriem
Voor het stiekem schaduwen van een auto
zijn soms trucjes nodig. „Soms moet je s
nachts een wagen volgen die lijkt op duizend
anderen. We maken dan van te voren meteen
ijspriem een heel klein gaatje in het achter
licht. Zo klein dat de eigenaar het zelf nooit
zal zien. Dat kleine gaatje geeft wel een extra
fel licht. Daardoor weten we dat we nog
steeds de juiste auto volgen. We zien er trou
wens tijdens ons werk heus niet zo ongescho
ren en ruig uit als ik nu. Een keurig pat
hoedje en bril met vensterglazen doen wonde
ren."
Hij weet nog precies hoe blij hij was toen hi|
als wijkagent overgeheveld werd naar een ob
servatieteam. „Tegen die mensen werd opge
keken. Het was een ruige groep. Je hoordeook
allerlei verhalen over drank en vrouwen. D:e
verhalen klopten, merkte ik al gauw. Mij»
nieuwe collega's, ze vertelden er onder elkaar
openlijk over, dronken veel en konden ook
gratis naar de hoeren. Misschien heeft het iet
te maken met de spanningen die dit werk m(l
zich meebrengt. Vergis je niet. Het wek*
lang observeren en volgen van een bepaal®
groep criminelen is een vermoeiende en f
vaarlijke klus. Bovendien zie je van dicht b:,
in welke ongelooflijke rijkdom die mensenle
ven. Dan wil je zelf ook wel eens uit de ba®
springen."
Hij zou over veel meer heimelijke operaties en
tactieken kunnen vertellen. Maar hij wil "e
niet.
„Het is niet verstandig. Ik zou dan te herken
baar worden. Bovendien heb ik alleen gepraa
om mijn gemoed te luchten en een kleine bij
drage aan de discussie over betere wettelijk
regels te leveren. Ik ben een politieagent611
wil dat, als het even kan, ook blijven."
Door Romain van Damr
De woede laa
snappen. Zoi
hoop is om 1
mogen emoties geen rol sj
„Natuurlijk kook ik van 1
loze, niets kunnen doen, c
altijd is het is mijn woor
Tot nu toe kan niemand n
al drie maanden verder."
Met meer dan normale
Marie-Anne de Dooij w
het televisieprogramma
Daarin werd aandacht j
nog jonge Stichting Alai
van geweldsdelicten in h<
cieel wil bijstaan.
Ze stopt het voorlopig erj
hoofd. „Die1 stichting zej
opgehaald te hebben. D.
Turkse zaak zijn, voor di
verkracht zijn. Logisch,
Misschien kan ik er ooit
pen.
Het is een van die strohali
hardnekkig vastklampt,
wil ze nu nog niet wetei
vriend Harry Bakx en de
liet Marie-Amne de Dooij
leden nog eens alles aan z
„Alle mogelijkheden wil i
het maar enigszins kan,
Later wil ik niet zeggen:
dat niet geprobeerd?'."
Ze keken elkaar recht in c
ons in alle oprechtheid a
wat ik vergeet? Iets wat
zien? Is er niet één proc
toch geen ongeluk en ben
de war geraakt dat je dér
val is?"
Het antwoord is nog altij
overval. We zijn neergeslé
nen die ons in die scherp<
ter trokken. Maar de pol
want het toerisme op Kre
de van ondervinden. Dat
vast!"
Laatst nog was er een h(
tje. Van het ministerie ve
ken uit Den Haag. De kn
we scooter die ze gehuui
tochtje naar de bergen, vi
den.
„Dan ben je zó blij, dan c
ben we beet! Want die s
nen. Dat vond de politie
vreemd. Volgens mij is d
Ik heb de afgelopen
cussie gehad met een
van probeert te overti
acht uur, tegen betal
gulden, zó veel weet t<
het die rooie rug meei
dien krijg je er brood
zelfs dat heeft mijn sc
nemen.
Hij was zo overtuigd
me tot een weddensch
den: ik mocht er voor
zitten, en als ik na afl<
waar voor zijn geld g(
alsnog moeten dokker
'U heeft dus niets te
zeer charmante mene
in staat moet worden
blemen koelkasten aa
als zijn leerschool nii
Want als u gezien heej
gezien heeft hoe goed
tijd nog zeggen dat
waard vond. Klonk
wedden doe ik niet m
ge week in de Kuip,
dat ik misschien we
uitnodiging in zal gaa
Ik wacht dus maar al
om ik er wel bij zou
ven dat de bijeenkom
in een zaaltje van ee
sterdam. Of het nou c
telijke is, weet ik n
hangen rechtstreeks