e kleine gevolgen Ontwikkeling medicijnen in de psychiatrie gaat na jaar 2000 razendsnel' De zondagse kuier Nederlanders gaan te laat anders leven om kanker te voorkomen 'Therapie longkanker is weggegooid geld' oESTEM LIJF LEVEN E3 CT INFORMATIE In Genenonderzoek in opmars bij het ontrafelen van de menselijke evolutie Evolutionaire klok Eenvoud Bottenjagers Onderzoek Flessehals Bijwerkingen Prozac Idealistisch JENSDAG 11 OKTOBER 1995 gj WOENSDAG 11 OKTOBER 1995 \ly Shopboek. alle cosmetica-kennis van The Body Shi ld ligt het in de winkel. Ruim 216 pagin; rg van top tot teen in de ruimste zin van i okken zit in de eerste druk van deze uita Jtien gulden te besteden in een van de Bix [eïllustreerde hoofdstukken komen uiteei aan de orde: lichaam, gezicht, kleur,: kon en ouder worden. The Bodyshop ïrland telt inmiddels zo'n vijftig vestigt er 1300 winkels. Uitgangspunten van 1 llijke informatie, respect voor het militj [streven naar eerlijke handel, tegen die) wereld. Het boek is verschenen bij Uita |5. nine A schadelijk kan zijn voor de ongebi Ir bekend. Zwangere vrouwen krijgen da feel vitamine A-pillen te slikken en nietI :en Amerikaans onderzoek blijkt nu echt»' leringen van deze vitamine schadelijk kui nderzoek bewijst dat een dagelijkse innaj internationale eenheden (i.e.) vitamine» ogen aan het embryo. Het gaat vooral omj In de zwangerschap, als vrouwen vaaknij Terwachting zijn. len meer worden opengesteld voor wandj 1 er nog gebieden, of delen ervan, af[ ende schadelijke effecten van wandelaaj ?>ende onderzoek naar is verricht. Het Wal :standpunt naar voren gebracht op een st^ Ir 'Natuur en recreatie: binnendoor en t lijeenkomst kondigde directeur Brabersv fdat zijn organisatie, die veel natuurterr leert, meer terreinen gaat openstellen. Ihet hevi- egenomen J Dat zijn Itieve en 1 Dat kan lingebeeld |est waar nwerping, naai ver- lactiviteits Ivan weef- t roest. Als i gewrich- gaan ze in Iteruit. En ge onder- I-patiënten normaal. wonder", Es, chirurg Ziekenhuis kingsverschijnselen van n heid, pijn, zwelling, warmte het niet goed kunnen gebruikt van het aangedane lichaar deel. In de late 'koude' f: wordt de pijn onbehandelba: het lichaamsdeel voelt kr aan, is in het geheel niet te bruiken en alle delen van weefsel - huid, nagels, botti spieren, pezen - gaan in omva achteruit. Inspanning en intf sieve fysiotherapie maken klachten alleen maar erger. „Maar het is niet zo dat 1 mensen niet willen oefent zegt Goris, „ze kunnen dom' niet oefenen." Met de tametj nieuwe PET-scan waarmee tegenwoordig chemische re ties in de weefsels op de»1 kan volgen, zag men dat weefsels van deze patiënten oefening zuurstof tekort kor zodat er na oefening wee' aantastende zuurstofradica kunnen ontstaan, een soort terstofperoxide maar dan erg Iets dergelijks zie je ook bij0 stekingen. De therapie om voor de hand: de over® aan radicalen wegvangen (zo heten ze echt) radicalen :ste onder- hap snap .1 heel lang olang met t dan ga je ongelukkig Een paar :en psycho- ,j 160 men- polsbreuk jrg-zieken- ngekomen. men af. En iten bij wie :en psycho- anderen te le collega's pgaand on- k en behan- heel andere oorzaak en lerapie. Net j dat PD het de hand ge- actie met in sche ontste- moeite om de opvatting _(l Goris te vermelden. - ai naai blijven de dokte klooien met blokkades sympathicuszenuw, een deling waar ze zelf na in geloven. Na zwarte Eva een zwarte Adam? B00r Theo Holleman I Zis Charles Darwin daar in de vo- eeuw toe aanzette, is onderzoek menselijke evolutie hoofdza- i Cjijk onderzoek geweest van fossie le resten. De bestaande twee theo rieën over de oorsprong van de mo derne mens zijn daar ook volledig op I gebaseerd. oudste theorie stelt dat wij recht reeks afstammen van Homo erectus. [üie ontstond ongeveer twee miljoen jaar [eden in Afrika. Vertegenwoordigers n deze verre voorouder verlieten hun joortegrond een miljoen jaar later om note delen van Azië en Europa te gaan I koloniseren. Uit de regionaal verspreide I rroepen 'kolonialen' zou de huidige 'j mens zich overal geleidelijk aan hebben I ontwikkeld (en dit moest dan ook de oor- r g van rasverschillen zijn). Deze theorie wordt 'Out of Africa I' ge ijld, of wat deftiger: het multiregio- e continuïteitsmodel. Maar in de ja- I ren zestig kwam de veronderstelling van j geleidelijke, rechtlijnige ontwikke- I ling onder druk te staan. Men kon er niet |nee verklaren dat sommige moderner nde menselijke fossielen ouder ble- dan overblijfselen van kennelijk I minder geëvolueerde voorouders. I Een kleine groep onderzoekers opperde I toen dat de aanname van een tweede I emigratiegolf vanuit Afrika een ant- d op dit probleem gaf. Hom0 sa- de moderne mens, zou volgens hen tussen 150.000 en 200.000 jaar gele- n in Afrika zijn ontstaan en ongeveer 1 100.000 jaar voor Christus een begin I hebben gemaakt met zijn verovering van j de wereld. De moderne mens zou de na- 1 van pionier erectus vervolgens hebben verdrongen. alternatieve theorie gaat als het mmgingsmodel door 't leven - of wat I rnendelijker als 'Out of Africa II - en I betekende niet minder dan een heuse uring in het voordien hechte bol- I werk van de paleo-antropologie. J Ia de tweede helft van de jaren tachtig n een heel ander soort wetenschap- I pers zich over onze evolutie te buigen: 1 genen-onderzoekers. Drie Amerikaanse I genetici (Cann, Stoneking en Wilson) I brachten in 1987 hun eerste bevindingen 1 naar buiten. De moderne mens moest, zo schreven zij bet tijdschrift Nature, ongeveer 0.000 jaar geleden in Afrika zijn ont- I staan. Zij baseerden deze uitspraak op onderzoek naar het DNA van elementjes iade menselijke celkern die de cel ener- I gie leveren en die mitochondriën worden emd. We erven deze elementjes uit- 1 sluitend van moederskant. Ze blijven 'uiten de samenvoeging van mannelijk vrouwelijk erfelijk materiaal op het moment van bevruchting. Nu is het zo in alle menselijke DNA toevallige I veranderingen, mutaties, plaatsvinden. Die doen het DNA evolueren. r men aanneemt treden deze muta- op met een vaste regelmaat. Er tik- als het ware evolutionaire klokken a ons DNA. In vergelijking met de rest De aapmens, een van de vele tussenvormen tussen aap en mens. van het DNA bezit het DNA van miton- chondriën (mtDNA) een veel sneller lo pende evolutionaire klok. Deze twee om standigheden, het feit dus dat mtDNA altijd buiten de ingewikkelde samenvoe gingen van mannelijk en vrouwelijk ge- nenmateriaal is gebleven én de snellere klok, maakt mtDNA volgens genetici ge schikt voor onderzoek naar de menselij ke evolutie. De laboratorium-praktijk is daarbij na tuurlijk razend ingewikkeld, maar de grondregel waarop men uitspraken doet over onze oorsprong en afstamming ver bluft door zijn eenvoud. Heb je namelijk het mtDNA te pakken waarin zich de meeste mutaties hebben opgestapeld dan is dat noodzakelijkerwijs ook het oudste mtDNA. Bij hun vergelijkende onder zoek onder mensen uit verschillende we relddelen ontdekten Cann, Stoneking en Wilson dat Afrikaans mtDNA het meest divers was. Dus wezen ze dat continent aan als het oorsprongsgebied van de mo derne mens. Vervolgens lieten ze een computerpro gramma los op statistisch berekende gradaties van verwantschap tussen de mtDNA-'pakketjes' van verschillende herkomst. Dit programma stelde een mtDNA-stamboom op en aan het begin van die stamboom plaatsten Cann, Sto neking en Wilson een denkbeeldige oer- moeder. 'Zwarte Eva' noemden de media haar al gauw. De aannames over de snel heid van de evolutionaire klok van het FOTO ARCHIEF DE STEM mtDNA gaven Zwarte Eva een ouder dom van tussen de 140.000 en 290.000 jaar, met 200.000 jaar als beste schat ting. De 'Out of Africa I'-aanhang onder de, zeg maar traditionele bottenjagers rea geerde afwijzend. Ze bleef volhouden dat alleen de studie van fossielen de ba sis kon bieden voor zinvolle uitspraken over de menselijke evolutie. De voor standers van de vervangingstheorie wa ren vanzelfsprekend in hun nopjes met deze steun in de rug. Helaas voor hen raakte Zwarte Eva na een jaar of vijf in diskrediet. Bij her nieuwd onderzoek van het oorspronke lijke materiaal bleek dat het computer programma, gebruikt voor de opmaak van de stamboom, niet op zijn taak was berekend. Het Out of Africa I-kamp veerde op, schreef Zwarte Eva aan flar den en greep de problemen met het com puterprogramma aan om de genetische studie naar de afstamming van de mens zoveel mogelijk te beschadigen. Maar daar liet men zich niet meer in de hoek zetten en nu, acht jaar later, slaan de ge netische paleo-antropologen terug. Een harde klap. In het tijdschrift Science publiceerden de Amerikanen Dorit, Akashi en Gilbert onlangs de resultaten van een onderzoek dat in opzet overeenkomt met wat Cann, Stoneking en Wilson deden. Zij hebben zich echter niet op mtDNA gericht maar op een deel van het Y-chromosoom, het mannelijke sexe chromosoom dat van vader op zoon wordt doorgegeven. Het betrokken deel blijft wel, net als het mtDNA, buiten de samenvoeging van mannelijk en vrouwelijk erfelijk materi aal. Een nadeel is dat de mutatie-klok in het stukje Y-chromosoom minSTens tien keer zo langzaam tikt dan die in mtDNA. Dorit en zijn collega's onderzochten het DNA van de stukjes Y-chromosoom van 38 mannen afkomstig uit de gehele we reld. Ze vonden geen noemenswaardige verschillen en trekken daaruit de con clusie dat het genenpakket van de mo derne mens, en daarmee de moderne mens zelf, waarschijnlijk een 'jong' ver schijnsel is. Ongeveer 270.000 jaar schat Dorit. Dit komt dicht in de buurt van wat Cann, Stoneking en Wilson beweer den (en is natuurlijk weer koren op de molen van de aanhang van het vervan gingsmodel; die groeit de laatste jaren toch al snel). Een Zwarte Adam dus? Het antwoord op die vraag blijft nog open. Door het ont breken van genetische variatie in het stukje Y-chromosoom is het niet moge lijk de geografische plaats aan te wijzen waar Adam rondliep. Dorit heeft daarom onderzoek op stapel staan naar een an der deel van het Y-chromosoom waarvan het DNA iets sneller muteert. In een commentaar haalt hij daarnaast nog eens de centrale conclusie van Cann, Stoneking en Wilson aan. In alle beroe ring destijds bleef die onverkort eer- eind: het Afrikaanse mtDNA is he'. meest divers en daarmee het oudst. Ais hij er in slaagt regionale variaties in het DNA zichtbaar te maken verwacht Dorit ook niet dat die naar een andere oorsprongs gebied van de moderne mens zullen wij zen. Voorzichtigheid blijft geboden met het schatten van de ouderdom van Homo sa piens sapiens langs de weg van genetisch onderzoek, zo stelt Dorit. Er zijn name lijk nog andere verklaringen mogelijk voor geringe genetische variatie of voor het ontbreken daarvan. De flessehals- optie bijvoorbeeld. Stel dat onze voorou ders op een bepaald ogenblik met uit sterven werden bedreigd. En stel dat slechts een handjevol van hen wist te overleven en dat wij daarvan afstam men. Dan zou ons nu 'jong' lijkende genen- pakket feitelijk voortkomen uit een ver gaande inkrimping van de oorspronke lijke, daarvóór opgebouwde genetische variatie. En dan zou de oorsprong van de moderne mens toch veel verder terug in de tijd liggen. Maar voor de goede orde: de flessehals- optie is een theoretische mogelijkheid. Concrete aanwijzingen zijn er tot nu toe niet voor gevonden. j ^tetië (anp) - „Na de eeuw wisseling komt er een explosie I toi kennis over de hersenen. wis van grote invloed op de initol I Beer gers, stoffen als mam DMSO. Daardoor kan de steking tot rust komen. Onafhankelijk van Gons 3 ben onderzoekers van de sche faculteiten in Gtots en van de VU in Amsterdam deze methode succesen ge „Goede reultaten", zo H J de Amsterdammers in "e derlands Tijdschrift voor neeskunde van 6 m me(] Maar in de internationale sche gemeente staat Gon Y T tisch alleen. In 1993 pnbli^l hij een artikel over Vv 1 zeer toonaangevende m vakblad de Lancet, mai grote overzichtsartikel e jaar geleden in de BW niet de minste onder s a sche bladen, nam niet J Interna") eling van psychiatri- patiënten: er zullen veel medicijnen beschikbaar en> die een steeds ver- tere werking hebben." dr. H. van Praag, hoogle- paychiatrie aan de Rijksuni- L ,'1. Limburg, heeft natio- 1 internationaal veel aan- L. ™°r zijn bijdragen aan de Itoet, e^n§ van de biologische Igtoatrie. Vooral zijn ontdek- 1 a., terrein van depres- tijn van belang voor de we- _aP' Tijdens het Europees 's over neuropsychofarma- linïo,®CNP) dat vorige week 11. ndië gehouden werd, kreeg |lltt ."""g de ECNP-prijs '95. l!'.ooneiSs is een bedrag van ™"ar gemoeid, bestemd In. "'der onderzoek, int mtaa®laatvan de theorie luit ,enselijk gedrag voortkomt Mnctionerende hersenen. |ï«TnnSenin het gedrag ko- IW„°0r veranderingen in de liagwMdtSterk afwiikend §e- 5ju in zijn theorie veroor- 00reen serie functiestoor- De oorzaak van die serie veran deringen kan lichamelijk of psy chisch zijn. „Iemand kan op zijn hoofd zijn gevallen. Of er kunnen psychische stressoren zijn die de hersenfunctie beïnvloeden. Soms vertaalt zich dat in lichamelijke klachten, bij voorbeeld als ie mand bang wordt. Dan gaat zijn hart kloppen, of hij krijgt maag pijn en wordt misselijk. Dat heeft geen lichamelijke oorzaak, maar wordt aangestuurd door de her senen. Bij sommige mensen gaat het in de hersenen zelf mis, en soms geeft dat interactie met an dere functies. Dan krijg je de complexe gedragsstoornissen. Zijn uitgewerkte theorie maakte het de farmacie mogelijk veel ge richter naar geneesmiddelen te zoeken. Zo kwamen er middelen op de markt die precies op dat ge deelte van de hersenen inwerken waar de functie verstoord is. Vooral op het terrein van depres sies is dat een doorbraak van enorme betekenis geweest. Sinds de jaren vijftig bestonden er uit sluitend medicijnen die min of meer bij toeval waren ontdekt. Zo bleek een variant op een nu niet meer verkrijgbaar middel te gen tuberculose de stemming van de patiënten opmerkelijk te ver beteren. Vervolgens is gekeken of het ook bij depressieve patiënten zou werken. Dat was het geval. Zo zijn meer antidepressiva per ongeluk ontdekt. Nadeel van die klassieke antide pressiva was dat er een enorme hoeveelheid bijwerkingen aan te pas kwam. Met de tweede gene ratie antidepressiva, zoals de se lectieve middelen ook wel wor den genoemd, is dat effect be hoorlijk minder. Bovendien blijkt het veel beter mogelijk om men sen met een kleine, vaste dosering te behandelen. Wel blijft het volgens Van Praag meestal nodig om mensen zowel medicijnen als psychotherapie te geven. „Aan de stressoren moet je wat doen, anders komen de pro blemen weer terug. De combina tie van medicijnen en therapie blijkt toch de meest adequate aanpak." Middelen tegen depressies pak ken vooral de serotonine-huis- houding aan. Serotonine is één van de stoffen in de hersenen die de prikkeloverdracht verzorgen (neurotransmitters). Behalve de pressies kan een verstoorde sero- tonine-huishouding ook agressie, dwanghandelingen en paniek stoornissen veroorzaken. Het is Van Praag: 'Na de eeuwwisseling komen er betere medicijnen be schikbaar'. FOTO ARCHIEF DE STEM volgens Van Praag daarom alles behalve bijzonder dat de antide pressiva van de tweede generatie bij veel meer psychiatrische aan doeningen blijken te werken dan alleen depressiviteit. Een overbekend voorbeeld van een serotonine-regelaar is Prozac (fluoxetine). In Nederland zijn nog drie andere, soortgelijke middelen op de farmaceutische markt. Prozac kreeg veel aandacht door lovende verhalen in de ene krant en afbrekende kritiek in de ande re. Inmiddels staat vast dat het antidepressivum ook werkt tegen boulimia nervosa (eetstoornis ge kenmerkt door vreetbuien). Eén groot wetenschappelijk onder zoek heeft verder aangetoond dat fluoxetine ook een goede uitwer king heeft op pre-menstruele stoornissen. Van Praag: „Ik heb al langer be weerd dat selectieve farmaca, zo als die voor serotonine, niet zo zeer voor één ziektebeeld geïndi ceerd zijn. Ze hebben een bepaal de psycholytische functie die al lerlei stoornissen op een bepaald vlak en combinaties daarvan aanpakt. Daarom voorzie ik voor de toekomst ook grote ontwikke lingen, omdat er steeds meer van dergelijke selectieve farmaca zul len worden ontwikkeld. Daar door wordt het mogelijk ziektes te behandelen, waar we nu nog helemaal niets voor hebben. Bij voorbeeld dementie en versla- vipgsziektes. Niet iedere psychiater deelt het enthousiasme van Van Praag. Sommige van zijn collega's vin den dat hij zijn theorie te idealis tisch voorstelt en geen rekening houdt met de mogelijkheid dat een ernstige verstoring van het gedrag door zo complexe facto ren in de hersenen wordt veroor zaakt, dat het niet voldoende is om alleen de werking van de neu rotransmitters aan te pakken. Van Praag beseft dat zijn gedach te nog niet overal geaccepteerd is. Hoe ver de mogelijkheden strek ken om iemand een combinatie van selectief werkende middelen te geven, weet hij nog niet. „Zo'n ideale combinatiepil zou voor ie der individu weer anders samen gesteld moeten worden. Zover is het nog lang niet." Dan weer de Schelde. Het is zondagmiddag, niets bijzonders te doen en het nazomert zacht en prach tig. Op naar de Schelde dus, voor een echt Zeeuws zondags kuiertje. Hoewei de woordenboeken het ontkennen, is kuieren geen wandelen en al helemaal geen 'stappen'. In mijn beleving dan. Stappen doe je uit sport of als je haast hebt, wandelen gaat een tandje langzamer, en kuieren, nou, dat kan héél langzaam gaan. Kuier is luier. Het leukste van het kuieren is eigenlijk het stilstaan. En rondkijken. Maar meestal slenter je. Daarom is het ook zo gezond. Want kuieren is medi teren. Wandelen is dat ook wel, maar minder. Op het slome ritme van de kuierpas ga je automatisch an ders ademen. Je voetstappen vormen een mantra in y je hoofd, je wordt kalmer zonder pilletje en je gaat helderder denken. Althans, dat overkomt mij altijd 5J" wanneer ik een flink stuk kuier. Ik hou van kuieren. En waar is zo'n duffe zondag dan beter voor dan ÜL voor wat reflectie in de geest over de week die was of de week die komt. En welk geluidje begeleidt dat he- |m le proces beter dan het gekabbei van de Schelde te- uil gen de blokken van de dijkvoet? Kuieren dus, op naar de Schelde, en vergeet die New Age-farm'. Wij weten daar een ideaal kuierpad. Waar wij wo nen hebben we de luxe te kunnen kiezen uit twee Scheldes, de Wester- en de Ooster-, maar voor het ideale kuierpad moeten we naar de Oosterschelde. Daar zoeken we het dorpje Kattendijke op, rijden naar het kleine parkeerplaatsje bovenop de dijk en stallen daar de auto. Even de dijktop over, links aan- houden en vanzelf al zie je aan de andere kant van de dijk een smal pad van licht beton dat naar het Goese sp Sas voert, van de dijk af te herkennen aan een blin kend witte windmolen. Kuieren maar. Mensen die de kuiermeditatie zot vinden of wat an ders zoeken in een wandeling hoeven zich niet te vervelen. De tocht voert je langs wel tien Zeeuwse minilandschapjes aan de Scheldeoever. Hier moet je eigenlijk op het tij kuieren, want met laagwater zie je het meest. Je passeert een stuk strand, oude klei- putten, resten van een landbouwhaventje, velden met zeeraket en zeebies, door de afwisseling van landschapjes is het hier zeer aantrekkelijk ook voor de zeevogels. Je telt er dus honderden schuddende eendekonten, aalscholvers die als zwarte notarissen hun vleugels drogen, nog enkele rotganzen, grote vergaderingen scholeksters en natuurlijk de meeuwen. Wat is de Schelde zonder de meeuwen. Afgelopen zondag hoorden we er twee zelfs miauwen. Echt miauwen. Ze dreven pakweg zes meter van het wandelpad op het water en mauwden als katten. Dat hadden we nog nooit gehoord, maar aan de andere kant hoor je vaak nieuwe dingen op ons ideale kuierpad. Ideaal is het ook omdat je niet kunt verdwalen. Er is maar één pad. Vier kilometer verder kom je bij het Goese Sas en je vindt daar bij de jachthaven het café Het Loze Vissertje. Een gouden tent voor kuiervolk en toerfietsers. Ze hebben alles. IJs, friet, koffie, pils, water voor de hond, noem maar op. En door de druk te daar is het meestal gezellig. Zijn de noden van het lichaam weer vervuld, dan keer je gewoon terug op je schreden en je mediteert weer op Kattendijke aan. De hele kuier kost je anderhalf uur. Op het hele gemakje. Den Haag (anp) - De helft van de Nederlandse bevolking begint pas rond zijn vijftigste met gezond leven uit angst voor ziektes. Maar om het risico van kanker te beperken is dit aan de late kant. Ook denken veel mensen dat ze gezond eten terwijl dit in werkelijkheid niet zo is. Mannen leven ongezonder dan vrou wen. Dit blijkt uit een onderzoek van het Bureau Interview en de Rijksuniversiteit Limburg. De Nederlandse Kankerbestrijding maakte gisteren bij de start van de Europese Week tegen Kanker de eerste resultaten bekend. Jaarlijks sterven in ons land 30.000 mensen aan kanker. Bij 10.000 van hen is de oorzaak ro ken. Kanker bij ouderen is vaak het gevolg van leefstijl op jonge en middelbare leeftijd. Tussen het ontstaan van kanker en het mo ment dat de ziekte aan het licht komt, kan wel 20 tot 30 jaar zit ten. De Nederlandse Kankerbe strijding noemt het dan ook zor gelijk dat Nederlanders te laat hun leefwijze veranderen. Driekwart van de sterfte aan kanker heeft te maken met leef gewoonten. Roken en voedings gewoonten nemen elk zo'n 30 procent voor hun rekening. Alco hol, zonnen en onveilig werken met kankerverwekkende stoffen zijn de oorzaak van zo'n 15 pro cent van de sterfte aan kanker. Van een kwart van alle gevallen is de oorzaak onbekend. Vari onze verslaggever Eindhoven - Onderzoek naar kankertherapie is weggegooid geld. Dat schrijft de Amerikaanse wetenschapshistoricus Ro bert N. Proctor in Wetenschap, Cultuur en Samenleving, een uitgave van de Vrije Universiteit Amsterdam. Proctor vindt het kankeronder zoek een 'medisch Vietnam'. Hij concludeert dat het Nationale Kankerinstituut in de VS in de afgelopen halve eeuw 29 miljard dollar heeft gepompt in het ont wikkelen van geneeswijzen voor kanker zonder dat dat noemens waardige resultaten heeft opgele verd. „De gangbare prognoses, zoals het overlevingspercentage na vijf jaar", aldus Proctor, „zijn voor de meeste soorten kanker (long-, darm-, borst- en maag kanker bijvoorbeeld) de afgelo pen twintig jaar zo goed als on veranderd gebleven." „Kanker", schrijft de weten schapshistoricus, „heeft zich ont wikkeld tot de pest van de twin tigste eeuw: alleen al in de Vere nigde Staten zal één op de drie le vende Amerikanen deze ziekte krijgen en zal één op de vijf eraan overlijden." Proctor pleit ervoor meer geld te besteden aan de pre ventie van verschillende vormen van kanker, waarmee wel goede resultaten zijn geboekt, dan aan het zoeken naar medicijnen en therapieën. Proctor concludeert dat zelfs bij andere volksziekten, waarvoor wel deugdelijke medicijnen zijn ontwikkeld (zoals cholera en tu berculose), uiteindelijk preven tieve maatregelen als betere hy giëne en gezondere voeding de doorslag hebben gegeven bij de bestrijding ervan. Desondanks speelt preventie, 'althans in het Amerikaanse kankerprogram ma', volgens Proctor nog altijd een ondergeschikte rol. De voorzitter van de Nederlandse Organisatie voor de Kankerbe strijding, dr K.W. van de Poll, reageert wat mismoedig op het betoog van Proctor. „Deze dis cussie is niet nieuw", zucht hij. „Hij laait eens in de zoveel tijd op en steeds worden dezelfde argu menten gehanteerd." Van de Poll wil overigens niet zeggen dat Proctors betoog vol strekt niet deugt: „Maar het is vooral ingegeven door de Ameri kaanse situatie. Daar is door de overheid en de farmaceutische industrie de afgelopen twintig jaar vooral de nadruk gelegd op vooruitgang in de therapie. Men was daar overdreven -je zou haast zeggen 'Amerikaans' - op timistisch over. Dat optimisme was zeker niet gerechtvaardigd." Proetor heeft eveneens gelijk als hij stelt dat de prognoses voor een aantal vormen van kanker nauwelijks zijn verbeterd.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1995 | | pagina 23