e kleine
gevolgen
Ontwikkeling medicijnen
in de psychiatrie gaat
na jaar 2000 razendsnel'
De zondagse kuier
Nederlanders gaan te
laat anders leven om
kanker te voorkomen
'Therapie longkanker
is weggegooid geld'
oESTEM
LIJF LEVEN
E3
CT INFORMATIE
In
Genenonderzoek in
opmars bij
het ontrafelen van de
menselijke evolutie
Evolutionaire klok
Eenvoud
Bottenjagers
Onderzoek
Flessehals
Bijwerkingen
Prozac
Idealistisch
JENSDAG 11 OKTOBER 1995 gj
WOENSDAG 11 OKTOBER 1995
\ly Shopboek.
alle cosmetica-kennis van The Body Shi
ld ligt het in de winkel. Ruim 216 pagin;
rg van top tot teen in de ruimste zin van i
okken zit in de eerste druk van deze uita
Jtien gulden te besteden in een van de Bix
[eïllustreerde hoofdstukken komen uiteei
aan de orde: lichaam, gezicht, kleur,:
kon en ouder worden. The Bodyshop
ïrland telt inmiddels zo'n vijftig vestigt
er 1300 winkels. Uitgangspunten van 1
llijke informatie, respect voor het militj
[streven naar eerlijke handel, tegen die)
wereld. Het boek is verschenen bij Uita
|5.
nine A schadelijk kan zijn voor de ongebi
Ir bekend. Zwangere vrouwen krijgen da
feel vitamine A-pillen te slikken en nietI
:en Amerikaans onderzoek blijkt nu echt»'
leringen van deze vitamine schadelijk kui
nderzoek bewijst dat een dagelijkse innaj
internationale eenheden (i.e.) vitamine»
ogen aan het embryo. Het gaat vooral omj
In de zwangerschap, als vrouwen vaaknij
Terwachting zijn.
len meer worden opengesteld voor wandj
1 er nog gebieden, of delen ervan, af[
ende schadelijke effecten van wandelaaj
?>ende onderzoek naar is verricht. Het Wal
:standpunt naar voren gebracht op een st^
Ir 'Natuur en recreatie: binnendoor en t
lijeenkomst kondigde directeur Brabersv
fdat zijn organisatie, die veel natuurterr
leert, meer terreinen gaat openstellen.
Ihet hevi-
egenomen
J Dat zijn
Itieve en
1 Dat kan
lingebeeld
|est waar
nwerping,
naai ver-
lactiviteits
Ivan weef-
t roest. Als
i gewrich-
gaan ze in
Iteruit. En
ge onder-
I-patiënten
normaal.
wonder",
Es, chirurg
Ziekenhuis
kingsverschijnselen van n
heid, pijn, zwelling, warmte
het niet goed kunnen gebruikt
van het aangedane lichaar
deel. In de late 'koude' f:
wordt de pijn onbehandelba:
het lichaamsdeel voelt kr
aan, is in het geheel niet te
bruiken en alle delen van
weefsel - huid, nagels, botti
spieren, pezen - gaan in omva
achteruit. Inspanning en intf
sieve fysiotherapie maken
klachten alleen maar erger.
„Maar het is niet zo dat 1
mensen niet willen oefent
zegt Goris, „ze kunnen dom'
niet oefenen." Met de tametj
nieuwe PET-scan waarmee
tegenwoordig chemische re
ties in de weefsels op de»1
kan volgen, zag men dat
weefsels van deze patiënten
oefening zuurstof tekort kor
zodat er na oefening wee'
aantastende zuurstofradica
kunnen ontstaan, een soort
terstofperoxide maar dan erg
Iets dergelijks zie je ook bij0
stekingen. De therapie
om voor de hand: de over®
aan radicalen wegvangen
(zo heten ze echt) radicalen
:ste onder-
hap snap
.1 heel lang
olang met
t dan ga je
ongelukkig
Een paar
:en psycho-
,j 160 men-
polsbreuk
jrg-zieken-
ngekomen.
men af. En
iten bij wie
:en psycho-
anderen te
le collega's
pgaand on-
k en behan-
heel andere
oorzaak en
lerapie. Net
j dat PD het
de hand ge-
actie met in
sche ontste-
moeite om de opvatting _(l
Goris te vermelden. - ai
naai blijven de dokte
klooien met blokkades
sympathicuszenuw, een
deling waar ze zelf na
in geloven.
Na zwarte Eva
een zwarte Adam?
B00r Theo Holleman
I Zis Charles Darwin daar in de vo-
eeuw toe aanzette, is onderzoek
menselijke evolutie hoofdza-
i Cjijk onderzoek geweest van fossie
le resten. De bestaande twee theo
rieën over de oorsprong van de mo
derne mens zijn daar ook volledig op
I gebaseerd.
oudste theorie stelt dat wij recht
reeks afstammen van Homo erectus.
[üie ontstond ongeveer twee miljoen jaar
[eden in Afrika. Vertegenwoordigers
n deze verre voorouder verlieten hun
joortegrond een miljoen jaar later om
note delen van Azië en Europa te gaan
I koloniseren. Uit de regionaal verspreide
I rroepen 'kolonialen' zou de huidige
'j mens zich overal geleidelijk aan hebben
I ontwikkeld (en dit moest dan ook de oor-
r g van rasverschillen zijn).
Deze theorie wordt 'Out of Africa I' ge
ijld, of wat deftiger: het multiregio-
e continuïteitsmodel. Maar in de ja-
I ren zestig kwam de veronderstelling van
j geleidelijke, rechtlijnige ontwikke-
I ling onder druk te staan. Men kon er niet
|nee verklaren dat sommige moderner
nde menselijke fossielen ouder ble-
dan overblijfselen van kennelijk
I minder geëvolueerde voorouders.
I Een kleine groep onderzoekers opperde
I toen dat de aanname van een tweede
I emigratiegolf vanuit Afrika een ant-
d op dit probleem gaf. Hom0 sa-
de moderne mens, zou volgens
hen tussen 150.000 en 200.000 jaar gele-
n in Afrika zijn ontstaan en ongeveer
1 100.000 jaar voor Christus een begin
I hebben gemaakt met zijn verovering van
j de wereld. De moderne mens zou de na-
1 van pionier erectus vervolgens
hebben verdrongen.
alternatieve theorie gaat als het
mmgingsmodel door 't leven - of wat
I rnendelijker als 'Out of Africa II - en
I betekende niet minder dan een heuse
uring in het voordien hechte bol-
I werk van de paleo-antropologie.
J Ia de tweede helft van de jaren tachtig
n een heel ander soort wetenschap-
I pers zich over onze evolutie te buigen:
1 genen-onderzoekers. Drie Amerikaanse
I genetici (Cann, Stoneking en Wilson)
I brachten in 1987 hun eerste bevindingen
1 naar buiten.
De moderne mens moest, zo schreven zij
bet tijdschrift Nature, ongeveer
0.000 jaar geleden in Afrika zijn ont-
I staan. Zij baseerden deze uitspraak op
onderzoek naar het DNA van elementjes
iade menselijke celkern die de cel ener-
I gie leveren en die mitochondriën worden
emd. We erven deze elementjes uit-
1 sluitend van moederskant. Ze blijven
'uiten de samenvoeging van mannelijk
vrouwelijk erfelijk materiaal op het
moment van bevruchting. Nu is het zo
in alle menselijke DNA toevallige
I veranderingen, mutaties, plaatsvinden.
Die doen het DNA evolueren.
r men aanneemt treden deze muta-
op met een vaste regelmaat. Er tik-
als het ware evolutionaire klokken
a ons DNA. In vergelijking met de rest
De aapmens, een van de vele tussenvormen tussen aap en mens.
van het DNA bezit het DNA van miton-
chondriën (mtDNA) een veel sneller lo
pende evolutionaire klok. Deze twee om
standigheden, het feit dus dat mtDNA
altijd buiten de ingewikkelde samenvoe
gingen van mannelijk en vrouwelijk ge-
nenmateriaal is gebleven én de snellere
klok, maakt mtDNA volgens genetici ge
schikt voor onderzoek naar de menselij
ke evolutie.
De laboratorium-praktijk is daarbij na
tuurlijk razend ingewikkeld, maar de
grondregel waarop men uitspraken doet
over onze oorsprong en afstamming ver
bluft door zijn eenvoud. Heb je namelijk
het mtDNA te pakken waarin zich de
meeste mutaties hebben opgestapeld dan
is dat noodzakelijkerwijs ook het oudste
mtDNA. Bij hun vergelijkende onder
zoek onder mensen uit verschillende we
relddelen ontdekten Cann, Stoneking en
Wilson dat Afrikaans mtDNA het meest
divers was. Dus wezen ze dat continent
aan als het oorsprongsgebied van de mo
derne mens.
Vervolgens lieten ze een computerpro
gramma los op statistisch berekende
gradaties van verwantschap tussen de
mtDNA-'pakketjes' van verschillende
herkomst. Dit programma stelde een
mtDNA-stamboom op en aan het begin
van die stamboom plaatsten Cann, Sto
neking en Wilson een denkbeeldige oer-
moeder. 'Zwarte Eva' noemden de media
haar al gauw. De aannames over de snel
heid van de evolutionaire klok van het
FOTO ARCHIEF DE STEM
mtDNA gaven Zwarte Eva een ouder
dom van tussen de 140.000 en 290.000
jaar, met 200.000 jaar als beste schat
ting.
De 'Out of Africa I'-aanhang onder de,
zeg maar traditionele bottenjagers rea
geerde afwijzend. Ze bleef volhouden
dat alleen de studie van fossielen de ba
sis kon bieden voor zinvolle uitspraken
over de menselijke evolutie. De voor
standers van de vervangingstheorie wa
ren vanzelfsprekend in hun nopjes met
deze steun in de rug.
Helaas voor hen raakte Zwarte Eva na
een jaar of vijf in diskrediet. Bij her
nieuwd onderzoek van het oorspronke
lijke materiaal bleek dat het computer
programma, gebruikt voor de opmaak
van de stamboom, niet op zijn taak was
berekend. Het Out of Africa I-kamp
veerde op, schreef Zwarte Eva aan flar
den en greep de problemen met het com
puterprogramma aan om de genetische
studie naar de afstamming van de mens
zoveel mogelijk te beschadigen. Maar
daar liet men zich niet meer in de hoek
zetten en nu, acht jaar later, slaan de ge
netische paleo-antropologen terug. Een
harde klap.
In het tijdschrift Science publiceerden
de Amerikanen Dorit, Akashi en Gilbert
onlangs de resultaten van een onderzoek
dat in opzet overeenkomt met wat Cann,
Stoneking en Wilson deden. Zij hebben
zich echter niet op mtDNA gericht maar
op een deel van het Y-chromosoom, het
mannelijke sexe chromosoom dat van
vader op zoon wordt doorgegeven. Het
betrokken deel blijft wel, net als het
mtDNA, buiten de samenvoeging van
mannelijk en vrouwelijk erfelijk materi
aal. Een nadeel is dat de mutatie-klok in
het stukje Y-chromosoom minSTens tien
keer zo langzaam tikt dan die in mtDNA.
Dorit en zijn collega's onderzochten het
DNA van de stukjes Y-chromosoom van
38 mannen afkomstig uit de gehele we
reld. Ze vonden geen noemenswaardige
verschillen en trekken daaruit de con
clusie dat het genenpakket van de mo
derne mens, en daarmee de moderne
mens zelf, waarschijnlijk een 'jong' ver
schijnsel is. Ongeveer 270.000 jaar schat
Dorit. Dit komt dicht in de buurt van
wat Cann, Stoneking en Wilson beweer
den (en is natuurlijk weer koren op de
molen van de aanhang van het vervan
gingsmodel; die groeit de laatste jaren
toch al snel).
Een Zwarte Adam dus? Het antwoord op
die vraag blijft nog open. Door het ont
breken van genetische variatie in het
stukje Y-chromosoom is het niet moge
lijk de geografische plaats aan te wijzen
waar Adam rondliep. Dorit heeft daarom
onderzoek op stapel staan naar een an
der deel van het Y-chromosoom waarvan
het DNA iets sneller muteert. In een
commentaar haalt hij daarnaast nog
eens de centrale conclusie van Cann,
Stoneking en Wilson aan. In alle beroe
ring destijds bleef die onverkort eer-
eind: het Afrikaanse mtDNA is he'. meest
divers en daarmee het oudst. Ais hij er in
slaagt regionale variaties in het DNA
zichtbaar te maken verwacht Dorit ook
niet dat die naar een andere oorsprongs
gebied van de moderne mens zullen wij
zen.
Voorzichtigheid blijft geboden met het
schatten van de ouderdom van Homo sa
piens sapiens langs de weg van genetisch
onderzoek, zo stelt Dorit. Er zijn name
lijk nog andere verklaringen mogelijk
voor geringe genetische variatie of voor
het ontbreken daarvan. De flessehals-
optie bijvoorbeeld. Stel dat onze voorou
ders op een bepaald ogenblik met uit
sterven werden bedreigd. En stel dat
slechts een handjevol van hen wist te
overleven en dat wij daarvan afstam
men.
Dan zou ons nu 'jong' lijkende genen-
pakket feitelijk voortkomen uit een ver
gaande inkrimping van de oorspronke
lijke, daarvóór opgebouwde genetische
variatie. En dan zou de oorsprong van de
moderne mens toch veel verder terug in
de tijd liggen.
Maar voor de goede orde: de flessehals-
optie is een theoretische mogelijkheid.
Concrete aanwijzingen zijn er tot nu toe
niet voor gevonden.
j ^tetië (anp) - „Na de eeuw
wisseling komt er een explosie
I toi kennis over de hersenen.
wis van grote invloed op de
initol I Beer
gers, stoffen als mam
DMSO. Daardoor kan de
steking tot rust komen.
Onafhankelijk van Gons 3
ben onderzoekers van de
sche faculteiten in Gtots
en van de VU in Amsterdam
deze methode succesen ge
„Goede reultaten", zo H J
de Amsterdammers in "e
derlands Tijdschrift voor
neeskunde van 6 m me(]
Maar in de internationale
sche gemeente staat Gon Y T
tisch alleen. In 1993 pnbli^l
hij een artikel over Vv 1
zeer toonaangevende m
vakblad de Lancet, mai
grote overzichtsartikel e
jaar geleden in de BW
niet de minste onder s a
sche bladen, nam niet J
Interna")
eling van psychiatri-
patiënten: er zullen veel
medicijnen beschikbaar
en> die een steeds ver-
tere werking hebben."
dr. H. van Praag, hoogle-
paychiatrie aan de Rijksuni-
L ,'1. Limburg, heeft natio-
1 internationaal veel aan-
L. ™°r zijn bijdragen aan de
Itoet, e^n§ van de biologische
Igtoatrie. Vooral zijn ontdek-
1 a., terrein van depres-
tijn van belang voor de we-
_aP' Tijdens het Europees
's over neuropsychofarma-
linïo,®CNP) dat vorige week
11. ndië gehouden werd, kreeg
|lltt ."""g de ECNP-prijs '95.
l!'.ooneiSs is een bedrag van
™"ar gemoeid, bestemd
In. "'der onderzoek,
int mtaa®laatvan de theorie
luit ,enselijk gedrag voortkomt
Mnctionerende hersenen.
|ï«TnnSenin het gedrag ko-
IW„°0r veranderingen in de
liagwMdtSterk afwiikend §e-
5ju in zijn theorie veroor-
00reen serie functiestoor-
De oorzaak van die serie veran
deringen kan lichamelijk of psy
chisch zijn. „Iemand kan op zijn
hoofd zijn gevallen. Of er kunnen
psychische stressoren zijn die de
hersenfunctie beïnvloeden. Soms
vertaalt zich dat in lichamelijke
klachten, bij voorbeeld als ie
mand bang wordt. Dan gaat zijn
hart kloppen, of hij krijgt maag
pijn en wordt misselijk. Dat heeft
geen lichamelijke oorzaak, maar
wordt aangestuurd door de her
senen. Bij sommige mensen gaat
het in de hersenen zelf mis, en
soms geeft dat interactie met an
dere functies. Dan krijg je de
complexe gedragsstoornissen.
Zijn uitgewerkte theorie maakte
het de farmacie mogelijk veel ge
richter naar geneesmiddelen te
zoeken. Zo kwamen er middelen
op de markt die precies op dat ge
deelte van de hersenen inwerken
waar de functie verstoord is.
Vooral op het terrein van depres
sies is dat een doorbraak van
enorme betekenis geweest. Sinds
de jaren vijftig bestonden er uit
sluitend medicijnen die min of
meer bij toeval waren ontdekt.
Zo bleek een variant op een nu
niet meer verkrijgbaar middel te
gen tuberculose de stemming van
de patiënten opmerkelijk te ver
beteren. Vervolgens is gekeken of
het ook bij depressieve patiënten
zou werken. Dat was het geval.
Zo zijn meer antidepressiva per
ongeluk ontdekt.
Nadeel van die klassieke antide
pressiva was dat er een enorme
hoeveelheid bijwerkingen aan te
pas kwam. Met de tweede gene
ratie antidepressiva, zoals de se
lectieve middelen ook wel wor
den genoemd, is dat effect be
hoorlijk minder. Bovendien blijkt
het veel beter mogelijk om men
sen met een kleine, vaste dosering
te behandelen.
Wel blijft het volgens Van Praag
meestal nodig om mensen zowel
medicijnen als psychotherapie te
geven. „Aan de stressoren moet je
wat doen, anders komen de pro
blemen weer terug. De combina
tie van medicijnen en therapie
blijkt toch de meest adequate
aanpak."
Middelen tegen depressies pak
ken vooral de serotonine-huis-
houding aan. Serotonine is één
van de stoffen in de hersenen die
de prikkeloverdracht verzorgen
(neurotransmitters). Behalve de
pressies kan een verstoorde sero-
tonine-huishouding ook agressie,
dwanghandelingen en paniek
stoornissen veroorzaken. Het is
Van Praag: 'Na de eeuwwisseling komen er betere medicijnen be
schikbaar'. FOTO ARCHIEF DE STEM
volgens Van Praag daarom alles
behalve bijzonder dat de antide
pressiva van de tweede generatie
bij veel meer psychiatrische aan
doeningen blijken te werken dan
alleen depressiviteit.
Een overbekend voorbeeld van
een serotonine-regelaar is Prozac
(fluoxetine). In Nederland zijn
nog drie andere, soortgelijke
middelen op de farmaceutische
markt.
Prozac kreeg veel aandacht door
lovende verhalen in de ene krant
en afbrekende kritiek in de ande
re. Inmiddels staat vast dat het
antidepressivum ook werkt tegen
boulimia nervosa (eetstoornis ge
kenmerkt door vreetbuien). Eén
groot wetenschappelijk onder
zoek heeft verder aangetoond dat
fluoxetine ook een goede uitwer
king heeft op pre-menstruele
stoornissen.
Van Praag: „Ik heb al langer be
weerd dat selectieve farmaca, zo
als die voor serotonine, niet zo
zeer voor één ziektebeeld geïndi
ceerd zijn. Ze hebben een bepaal
de psycholytische functie die al
lerlei stoornissen op een bepaald
vlak en combinaties daarvan
aanpakt. Daarom voorzie ik voor
de toekomst ook grote ontwikke
lingen, omdat er steeds meer van
dergelijke selectieve farmaca zul
len worden ontwikkeld. Daar
door wordt het mogelijk ziektes
te behandelen, waar we nu nog
helemaal niets voor hebben. Bij
voorbeeld dementie en versla-
vipgsziektes.
Niet iedere psychiater deelt het
enthousiasme van Van Praag.
Sommige van zijn collega's vin
den dat hij zijn theorie te idealis
tisch voorstelt en geen rekening
houdt met de mogelijkheid dat
een ernstige verstoring van het
gedrag door zo complexe facto
ren in de hersenen wordt veroor
zaakt, dat het niet voldoende is
om alleen de werking van de neu
rotransmitters aan te pakken.
Van Praag beseft dat zijn gedach
te nog niet overal geaccepteerd is.
Hoe ver de mogelijkheden strek
ken om iemand een combinatie
van selectief werkende middelen
te geven, weet hij nog niet. „Zo'n
ideale combinatiepil zou voor ie
der individu weer anders samen
gesteld moeten worden. Zover is
het nog lang niet."
Dan weer de Schelde. Het is zondagmiddag, niets
bijzonders te doen en het nazomert zacht en prach
tig. Op naar de Schelde dus, voor een echt Zeeuws
zondags kuiertje. Hoewei de woordenboeken het
ontkennen, is kuieren geen wandelen en al helemaal
geen 'stappen'. In mijn beleving dan. Stappen doe je
uit sport of als je haast hebt, wandelen gaat een
tandje langzamer, en kuieren, nou, dat kan héél
langzaam gaan. Kuier is luier. Het leukste van het
kuieren is eigenlijk het stilstaan. En rondkijken.
Maar meestal slenter je.
Daarom is het ook zo gezond. Want kuieren is medi
teren. Wandelen is dat ook wel, maar minder. Op het
slome ritme van de kuierpas ga je automatisch an
ders ademen. Je voetstappen vormen een mantra in
y je hoofd, je wordt kalmer zonder pilletje en je gaat
helderder denken. Althans, dat overkomt mij altijd
5J" wanneer ik een flink stuk kuier. Ik hou van kuieren.
En waar is zo'n duffe zondag dan beter voor dan
ÜL voor wat reflectie in de geest over de week die was of
de week die komt. En welk geluidje begeleidt dat he-
|m le proces beter dan het gekabbei van de Schelde te-
uil gen de blokken van de dijkvoet? Kuieren dus, op
naar de Schelde, en vergeet die New Age-farm'.
Wij weten daar een ideaal kuierpad. Waar wij wo
nen hebben we de luxe te kunnen kiezen uit twee
Scheldes, de Wester- en de Ooster-, maar voor het
ideale kuierpad moeten we naar de Oosterschelde.
Daar zoeken we het dorpje Kattendijke op, rijden
naar het kleine parkeerplaatsje bovenop de dijk en
stallen daar de auto. Even de dijktop over, links aan-
houden en vanzelf al zie je aan de andere kant van de
dijk een smal pad van licht beton dat naar het Goese
sp Sas voert, van de dijk af te herkennen aan een blin
kend witte windmolen. Kuieren maar.
Mensen die de kuiermeditatie zot vinden of wat an
ders zoeken in een wandeling hoeven zich niet te
vervelen. De tocht voert je langs wel tien Zeeuwse
minilandschapjes aan de Scheldeoever. Hier moet je
eigenlijk op het tij kuieren, want met laagwater zie
je het meest. Je passeert een stuk strand, oude klei-
putten, resten van een landbouwhaventje, velden
met zeeraket en zeebies, door de afwisseling van
landschapjes is het hier zeer aantrekkelijk ook voor
de zeevogels.
Je telt er dus honderden schuddende eendekonten,
aalscholvers die als zwarte notarissen hun vleugels
drogen, nog enkele rotganzen, grote vergaderingen
scholeksters en natuurlijk de meeuwen. Wat is de
Schelde zonder de meeuwen. Afgelopen zondag
hoorden we er twee zelfs miauwen. Echt miauwen.
Ze dreven pakweg zes meter van het wandelpad op
het water en mauwden als katten. Dat hadden we
nog nooit gehoord, maar aan de andere kant hoor je
vaak nieuwe dingen op ons ideale kuierpad.
Ideaal is het ook omdat je niet kunt verdwalen. Er is
maar één pad. Vier kilometer verder kom je bij het
Goese Sas en je vindt daar bij de jachthaven het café
Het Loze Vissertje. Een gouden tent voor kuiervolk
en toerfietsers. Ze hebben alles. IJs, friet, koffie, pils,
water voor de hond, noem maar op. En door de druk
te daar is het meestal gezellig. Zijn de noden van het
lichaam weer vervuld, dan keer je gewoon terug op
je schreden en je mediteert weer op Kattendijke aan.
De hele kuier kost je anderhalf uur. Op het hele
gemakje.
Den Haag (anp) - De helft van de Nederlandse bevolking begint
pas rond zijn vijftigste met gezond leven uit angst voor ziektes.
Maar om het risico van kanker te beperken is dit aan de late
kant. Ook denken veel mensen dat ze gezond eten terwijl dit in
werkelijkheid niet zo is. Mannen leven ongezonder dan vrou
wen.
Dit blijkt uit een onderzoek van
het Bureau Interview en de
Rijksuniversiteit Limburg. De
Nederlandse Kankerbestrijding
maakte gisteren bij de start van
de Europese Week tegen Kanker
de eerste resultaten bekend.
Jaarlijks sterven in ons land
30.000 mensen aan kanker. Bij
10.000 van hen is de oorzaak ro
ken.
Kanker bij ouderen is vaak het
gevolg van leefstijl op jonge en
middelbare leeftijd. Tussen het
ontstaan van kanker en het mo
ment dat de ziekte aan het licht
komt, kan wel 20 tot 30 jaar zit
ten. De Nederlandse Kankerbe
strijding noemt het dan ook zor
gelijk dat Nederlanders te laat
hun leefwijze veranderen.
Driekwart van de sterfte aan
kanker heeft te maken met leef
gewoonten. Roken en voedings
gewoonten nemen elk zo'n 30
procent voor hun rekening. Alco
hol, zonnen en onveilig werken
met kankerverwekkende stoffen
zijn de oorzaak van zo'n 15 pro
cent van de sterfte aan kanker.
Van een kwart van alle gevallen
is de oorzaak onbekend.
Vari onze verslaggever
Eindhoven - Onderzoek naar kankertherapie is weggegooid
geld. Dat schrijft de Amerikaanse wetenschapshistoricus Ro
bert N. Proctor in Wetenschap, Cultuur en Samenleving, een
uitgave van de Vrije Universiteit Amsterdam.
Proctor vindt het kankeronder
zoek een 'medisch Vietnam'. Hij
concludeert dat het Nationale
Kankerinstituut in de VS in de
afgelopen halve eeuw 29 miljard
dollar heeft gepompt in het ont
wikkelen van geneeswijzen voor
kanker zonder dat dat noemens
waardige resultaten heeft opgele
verd. „De gangbare prognoses,
zoals het overlevingspercentage
na vijf jaar", aldus Proctor, „zijn
voor de meeste soorten kanker
(long-, darm-, borst- en maag
kanker bijvoorbeeld) de afgelo
pen twintig jaar zo goed als on
veranderd gebleven."
„Kanker", schrijft de weten
schapshistoricus, „heeft zich ont
wikkeld tot de pest van de twin
tigste eeuw: alleen al in de Vere
nigde Staten zal één op de drie le
vende Amerikanen deze ziekte
krijgen en zal één op de vijf eraan
overlijden." Proctor pleit ervoor
meer geld te besteden aan de pre
ventie van verschillende vormen
van kanker, waarmee wel goede
resultaten zijn geboekt, dan aan
het zoeken naar medicijnen en
therapieën.
Proctor concludeert dat zelfs bij
andere volksziekten, waarvoor
wel deugdelijke medicijnen zijn
ontwikkeld (zoals cholera en tu
berculose), uiteindelijk preven
tieve maatregelen als betere hy
giëne en gezondere voeding de
doorslag hebben gegeven bij de
bestrijding ervan. Desondanks
speelt preventie, 'althans in het
Amerikaanse kankerprogram
ma', volgens Proctor nog altijd
een ondergeschikte rol.
De voorzitter van de Nederlandse
Organisatie voor de Kankerbe
strijding, dr K.W. van de Poll,
reageert wat mismoedig op het
betoog van Proctor. „Deze dis
cussie is niet nieuw", zucht hij.
„Hij laait eens in de zoveel tijd op
en steeds worden dezelfde argu
menten gehanteerd."
Van de Poll wil overigens niet
zeggen dat Proctors betoog vol
strekt niet deugt: „Maar het is
vooral ingegeven door de Ameri
kaanse situatie. Daar is door de
overheid en de farmaceutische
industrie de afgelopen twintig
jaar vooral de nadruk gelegd op
vooruitgang in de therapie. Men
was daar overdreven -je zou
haast zeggen 'Amerikaans' - op
timistisch over. Dat optimisme
was zeker niet gerechtvaardigd."
Proetor heeft eveneens gelijk als
hij stelt dat de prognoses voor
een aantal vormen van kanker
nauwelijks zijn verbeterd.