Jan Wolkers haalt nog eens uit
Er werd volop gedrukt en gelezen tijdens de Bezetting
Het circus
heeft
geen tent
KINDERBOEKEN
4Ons kleine oorlogje' en
de woede van Zoetermeej
DESTEM
BOEKENGIDS
PESTEM
'Zwarte bevrijding': een fel boekenweekessay-
Dierentemmer en paddenkusse
VRIJDAG 10 MAART 1995
Door Y.Né
De titel Boem de nacht van
K.Michels tweede poëziebundel,
doet vermoeden, dat hij op het
zelfde spoor verder ging als in
zijn eersteling Ja! naakt als de
stenen, die vol met uitroepen
staat. Inhoudelijk is hij niet echt
veranderd. Het gaat hem nog
steeds om het ordenen van de
vrijwel onbegrensde wereld van
de ervaring, waarvan het gelijk
tijdig plaatsvinden van de din
gen het grootste probleem lijkt.
Er is nu echter veel meer rust in
zijn teksten. Afzonderlijke woor
den en beelden krijgen een gelijk
accent. Daardoor wordt het ge
dicht als eenheid ervaren, on
danks de wisselende perspectie
ven.
Zo zit hij naar een leeggeruimd
tafelblad te staren en dan volgt:
'het zand ruikt muf/ het licht
werpt lange/ schaduwen over het
veld/ in de struiken ritselt het'.
Het tafelblad is een landschap
geworden, waarin hij in gedach
ten ook een huis plaatst. De
verkeersinformatie op de radio
brengt hem weer terug naar de
alledaagse realiteit, die hem ech
ter geen houvast kan geven.
Hier gelukkig niet meer de naïef
aandoende filosofieën, die de
richting in zijn eerste bundel
aangeven en die zich meestal als
niet al te verrassend proza laten
lezen. Michel studeerde filosofie
en heeft die houding nu doen
opgaan in en ten bate van zijn
poëzie. Hij schrijft, dat elk teken
iets is, dat voor iets anders staat.
Na herhaalde lezing vermoed ik,
dat hij dit met al zijn woorden
voorheeft. Maar de associaties
doemen nergens expliciet op.
Het is alsof ze indrukken be
schrijven vanuit een toestand
tussen waken en slapen in: 'De
reis is zwaar, de zee is donker/
en heel diep. Op het wateropper
vlak/ drijven lichte kluwens zee
wier// Er zijn zoveel signalen die
oplossen/ in de witte ruis, bood
schappen, erotische stijlfiguren
die het spoor bijster raken/ en
vernevelen alvorens aan te ko
men'.
Hij twijfelt aan het bestaan van
een echt bewustzijn. Er zijn al
leen stromen: de overvloed aan
dingen om ons heen, aan recla
meboodschappen, nieuwsberich
ten en het is onduidelijk welke
richting ze opgaan. Tijdens de
afwas hoort hij op de radio de
stem van Nescio. Dit leidt tot
een bespiegeling over de ether,
over deze 'tussenstof', die licha
men op verschillende plaatsen en
tijdstippen bij elkaar brengt.
Die gedachte levert ook het
mooie beeld op van 'een veer
boot/ die tussen twee haven
hoofden// twee wallen en valu
ta's/ schippert in een naar adem/
snakkende keerbeweging zoals/
olympische zwemmers die ma
ken'. En als de boot, buiten de
regels, stilligt tussen de twee
oevers in, is dit eigenlijk het
ultieme moment. Daarin is het
wachten op de stroom die naar
'de derde oever' zal leiden.
Het is mede het stiltegehalte, dat
de kracht uitmaakt van deze
gedichten. Verwijzingen leiden
nergens tot verheviging, een cli
max of totaaloverzicht. Ze blij
ven allemaal onder de opper
vlakte schijnen zonder een dui
delijke uitspraak te willen doen:
de dingen' bestaan naast en door
elkaar heen als kluwens zeewier.
Zo treft men in 'Op weg naar de
koelkast' teksten aan, die zo uit
reclamefolders geplukt lijken,
afgewisseld met tv-beelden van
een lavastroom door een straat
van een stad en een telefonische
enquête, terwijl de dichter zich
'beroerd, een gebroken ei/ een
blote dooier schommelend in een
glazen kom' voelt. Hij is rich
tingloos, onderweg tussen twee
polen, tussen heet en koud, tus
sen koud en heet, zonder meng-
kraan.
Deze poëzie is er niet één van
concentratie. Ze heeft vaak een
prozaïsch vertellend karakter,
waarin ook haiku-achtige en ab
surdistische teksten. Het sterkst
vind ik die gedichten waarin
concrete situaties in eenvoudige
taal worden weergegeven en met
andere, suggestieve zinnen door
regen. Zo wordt een kring van
licht in een huiskamer een circus
zonder tent. Het meeste bevindt
zich volgens Michel in het don
ker. Daar wacht het op het ex
ploderen van de nacht, 'op ge
boorte.
Het circus heeft geen tent
De Italiaanse populieren ruisen
Af en toe plant zij een rode
speldeknop in het naaipatroon
De man loopt door de gordijnen
en keert terug met een glazen
kom
Hij struikelt, zwabbert met zijn
benen
houdt nog net zijn evenwicht
De goudvis straalt
Het schimmige publiek roept
'oei'
De vrouw herschikt een van haar
borsten
en wrijft over haar zwangere
buik
■K. Michel: 'Boem de nacht'. Uitg.
Meulenhoff, prijs 34,90
Door Johan Diepstraten
Door het kiezen van 'De vijftig
ste mei' als thema, heeft de
CPNB een politiek gekleurde
Boekenweek georganiseerd.
Hoewel het Boekenweekge
schenk in principe los staat van
het thema, is Serenade van
Leon de Winter een oproep aan
de lezer om de consequenties te
trekken uit de politieke ont
wikkelingen. Als schrijver van
het Boekenweekessay had Jan
Wolkers de taak om de lezer te
prikkelen zodat hij nadenkt
over de vraag wat de bevrijding
heden ten dage nog betekent. In
die zin is Zwarte bevrijding het
voorwerk voor de novelle van
De Winter.
In een fel essay laat Wolkers er
geen misverstand over bestaan:
de beweegredenen om te her
denken en het bevrijdingsfeest
te vieren worden wel erg gering
voor degenen die de toestand
kritisch onder de loep nemen.
'Het onuitwisbare bloed van de
martelaren van onze bevrijding
schijnt als goudaders naar de
zakken van een stel haaien en
hyena's te vloeien die denken
dat Vijftig Jaar Bevrijding het
zelfde is als een spektakel als
Sail Amsterdam.'
Aanklacht
Het is niet voor het eerst dat
Wolkers uithaalt naar de wijze
waarop Bevrijdingsdag wordt
gevierd: een van zijn beste ro
mans, De perzik van onsterfe
lijkheid (1980), speelt zich af op
deze ene dag van het jaar en is
ook te lezen als één lange aan
klacht tegen dit fenomeen. In
het Boekenweekessay Zwarte
bevrijding beschrijft Wolkers
heel direct zijn weerzin en
haalt en passant de politiek
over de hekel: 'De mooiste
plekken in ons land vallen ten
prooi aan platvloerse project
ontwikkelaars en worden in ijl
tempo volgeëtterd met nepar-
chitectuur. De boeren en vis
sers worden de dupe van een
strategie die de politiek voor ze
heeft ontworpen. Er doen zelfs
geruchten de ronde dat het mi
nisterie van defensie het plan
heeft om met de grootste ver
vuiler van het televisiescherm
in ons land een contract te
sluiten om bepaalde aspecten
van het bevrijdingsfeest door
de krijgsmacht te laten ver
slaan. iUs je aan de geldbeluste
klefheid van het stel denkt dat
daar de scepter zwaait, belooft
dat weinig goeds.'
In het eerste deel van Zwarte
bevrijding haalt Wolkers herin
neringen op aan wat hij zelf in
Leiden meemaakte in die mei
dagen van 1945. Met afkeer
Jan Wolkers
beleefde hij de 'aan waanzin
grenzende uitbundigheid' en
vervreemdde van alles en ieder
een: 'Ik voelde me een schim
vandaag in rouw gedompeld.'
De jaren vijftig waren voor
Wolkers 'de voorzetting van de
armoedige en laffe vooroorlog
se tijd', de frisse lucht van de
jaren zestig was hooguit even
hoopgevend. Nee, het kwaad
nam steeds weer de overhand.
Er is eigenlijk geen enkele re
den om uitbundig de Bevrijding
te vieren zoals dat al jaren
gebeurt.
Het is om die reden dat Wol
kers op de vierde mei niet te
vinden is tussen belangrijke en
minder belangrijke Nederlan
ders aan de voet van het Natio
naal Monument. Hij staat op de
kleine gedenkplaats even bui
ten Amsterdam, omdat daar
een man in hemdsmouwen nog
'zo echt en gevoelvol' de Last
Post blaast.
'En iedere keer had ik de nei
ging om met de tranen over
FOTO KLAAS KOPPE
mijn wangen te roepen, zoals
Oliver Hardy in Saps at sea,
Blow the horn, Stan.' Blow the
horn.' Dan ziet Wolkers geen
scenes van heldendom en moed
voor zich, maar het beeld van
een gevallen soldaat die uit een
vrachtwagen wordt getrokken,
en hoe 'zijn zwarte krullen
langs het ruwe hout omhoogge-
streken werden alsof de wind
erdoorheen blies.'
Jan Wolkers: 'Zwarte Bevrij
ding.' Boekenweekessay. Uitgave
CPNB. Prijs 4,95.
Door Camiel Hamans
Nood leert bidden, oorlog vech
ten. Maar niet altijd. Speelde de
boekdrukkunst, volgens de
woorden van Schiller, een es
sentiële rol bij de opstand tegen
Spanje, waren de Franse bezet
ters zo beducht voor het vrije
woord dat er geen letter druks
mocht verschijnen zonder toe
stemming van de censor, het
hoofd van het Ministère de la
Pensée, generaal baron Pomme-
reul, en trachtten de Napoleon
tische opsporingsambtenaren de
dichter Helmers zelfs net na
zijn overlijden nog te arreste
ren, tijdens de Tweede Wereld
oorlog was de situatie in Neder
land anders.
Er verscheen veel verboden
drukwerk: kranten, pamfletten
en literatuur. De produkten der
schone letteren waren echter
slechts voor een klein deel van
opruiende aard. Vanaf 1 april
1942 waren letterkundigen ver
plicht zich aan te melden voor
de Kultuurkamer. Wie dat niet
gedaan had of niet kon vanwege
zijn joodse afkomst, mocht niet
meer publiceren. Bekende
schrijvers, en goede vaderlan
ders, als Nijhoff, Van Vriesland,
Van Duinkerken, Helman en
Theun de Vries, raakten zo hun
podium kwijt. Ze gingen onder
gronds.
Een deel van deze literatoren
was het officieel publiceren al
moeilijk of onmogelijk gemaakt.
De Duitse bezetter had een aan
tal boeken om politieke redenen
verboden en voor nieuwe uitga
ven was een papiervergunning
vereist. Die werd natuurlijk niet
verleend, als er bezwaar be
stond tegen de auteur of de
die uitgestoten werd.' Het wa
ren immers, althans in de ogen
van Wolkers, tijden van 'som
berheid en grote verwarring en
verloedering.' Deze afwijkende
zienswijze illustreert Wolkers
met veel voorbeelden en het
«4 6,/u
fiy£,
fy'/filt*
ttytm ~/y—t.-
Bladzijde uit 'Omne Animal' (1944) van Bertus Aafjes met een
prikkelende tekening van Cees Bantzinger.
resultaat is overtuigend.
Veel veranderde er niet na de
oorlog. Regenten en onderre
genten in zwarte driedelige
kostuums namen de touwtjes
weer in de handen. De Indische
kwestie verpestte de sfeer in
Herrijzend Nederland. Duizen
den jongemannen zijn 'door de
ploerterige domheid van de po
litici uit die tijd zinloos gesneu
veld in de modder van de sa-
wahs, de gezinnen waar ze uit
kwamen tot op de dag van
inhoud van diens werk.
De dichtader zocht echter een
uitweg. En zoals een debutant
die overal nul op het rekest
krijgt, vaak geen andere oplos
sing ziet dan een beperkte uit
gave in eigen beheer, zo ver
schenen er in de oorlogsjaren
talloze bundels in beperkte edi
ties. Soms in enige op de
schrijfmachine overgetikte
exemplaren, soms gestencild,
maar even vaak in prachtige
bibliofiele vorm. Gedrukt in
kleine oplagen, fraai verzorgd,
rijk geïllustreerd, op kostbaar
'georganiseerd' papier en in
kleur.
In totaal zijn er ruim duizend
van dit soort uitgaven bekend.
In de oorlog werden ze al verza
meld. Dirk de Jong, de officiële
bibliograaf van het boekenvak,
was een van deze collectioneurs.
Samen met zijn Vlaamse vrouw
hield hij salon. Jonge dichters
als Nol Gregoor, Anthony Bos
man, Rico Bulthuis, Maarten
Vrolijk en Johan van Delden
kwamen bij hem over huis en
lazen hun verzen voor. De Jong
kon via zijn werkgever Uitgeve
rij Sijthoff de verzen laten
drukken en zelf uitgeven. Om
dat hij onderduikers herbergde
koos hij voor de naam de Her-
berg-reeks.
De Jong was een verwoed ver
zamelaar van exclusieve boe
ken. Wat er ondergronds ver
scheen, probeerde hij te be
machtigen en vandaar dat hij
tijdens de oorlog al een groot
gedeelte van alles wat niet ge
publiceerd mocht worden in
huis had. Zijn collectie heeft het
bombardement op het Haagse
Bezuidenhout op wonderbaar
lijke wijze doorstaan. Het apo
criefe verhaal vertelt dat de
verboden verzameling in één af
gesloten kast zat. De rest van
het huis en van zijn boeken
schat viel ten prooi aan de
vlammen. De kast bleef echter
onaangetast overeind staan.
De Duitsers, die bang waren
voor plundering, posteerden,
zonder te weten wat ze deden,
een gewapende wachtpost voor
de verzameling contrabande en'
zodoende kreeg De Jong zijn
schat onaangeroerd weer in
handen. Op basis van dit mate
riaal en met gegevens van ande
ren kon Dirk de Jong na de
oorlog een bibiografie van offi
cieel niet verschenen boeken
schrijven: 'Het vrije boek in
onvrije tijd'. 1019 Titels staan
erin en er zijn naderhand nau
welijks nog door De Jong ge
miste uitgaven boven water ge
komen.
De Jong - en na hem ieder
ander die over het onderwerp
publiceert - maakt onderscheid
tussen twee categorieën: illegale
en clandestiene uitgaven. 'Ille
gaal waren het proza en de
poëzie die rechtstreeks gericht
waren tegen de bezetter en zijn
trawanten. Clandestien daaren
tegen was de 'normale' litera
tuur die geschreven en uitgege
ven werd door auteurs en uitge
vers, die zich niet wensten te
onderwerpen aan de door de
bezetter gestelde voorwaarden.'
Het merendeel van de verboden
boeken was clandestien, niet il
legaal. Voor het gevaar maakte
dit theoretische verschil echter
nauwelijks wat uit.
De Groningse kunstenaar en
meester-drukker Hendrik Nico-
laas Werkman, wiens 'druksels'
nu duizenden guldens op veilin
gen opbrengen, werd maart
1945 opgepakt. De bezetters
verdachten hem ervan de druk
ker te zijn van de Moffenspiegel,
een boekje met opruiende kari
katuren van 'Adolf de Eerste
(en de laatste)' door Karei
Links, geen pseudoniem. Het 40
pagina's dikke werkje was een
produkt van de illegale uitgeve
rij De Bezige Bij en in werke
lijkheid gedrukt door De Ko-
ningh in Den Haag. Het werd
bij ondervraging meteen duide
lijk dat Werkman met de Mof
fenspiegel niets van doen had.
Wel dat hij bijvoorbeeld de man
achter de clandestiene publika-
tie van Martin Bubers Chassidi
sche Legenden was en dat bleek
toereikend voor een dodelijke
afrekening, drie dagen voor de
bevrijding van Groningen.
Het verschil tussen clandestien
en illegaal lijkt duidelijk en van
belang en in sommige gevallen
is het dat ook. Want wat is
bijvoorbeeld de illegale waarde,
in de morele zin van het woord,
van de drie krukkige gedichten
bundels die de nachtredacteur
van de goed-foute Telegraaf mr.
Gustavo Bernardo José Hilter-
mann, bijgenaamd Hitlerman,
in 1944 en '45 bij de goede
Wormerveerse drukker Meijer
publiceerde?
Of van de uitgeverij In Duysent
Sorghen, wijkplaats van de zeer
misse Albert Kuyle en Anton
Erwich, die het in 1945 nog
bestonden een bundel Inter ar-
ma aan Zwart-Frontleider Ar
nold Meijer, 'oprecht patriot' op
te dragen. Of het moest zijn dat
ze zich in hun duizendvoudige
bezorgdheid op deze wijze van
een illegaal bewijs van goed
gedrag trachtten te voorzien.
In andere gevallen is het onder
scheid nauwelijks relevant. De
Bezige Bij gaf naast Jan Cam-
perts Achttien dooden, Henk
van Randwijks Celdroom en
Het Vrij Nederlandsch Lied
boek, met 131 verzetsgedichten,
ook Poe, Guy de Maupassant,
Gide en Steinbeck uit. De vlie
genvanger van Steinbeck was,
ondanks de beperkte oplage van
1000 stuks, goed voor een bruto
omzet van een ton. Met dit geld
werd het steunfonds van toneel
spelers die zich niet voor de
Kultuurkamer aangemeld had
den gespekt. De opbrengst van
Camperts gedicht, waarvan tij
dens de oorlog 35000 exempla
ren verkocht werden, ging naar
ondergedoken joodse kinderen.
Uitgevers en drukkers maakten
zelf ook bijna nooit onderscheid
tussen illegaal en clandestien.
In Den Haag drukte Fokke
Tamminga de verzetskrant Het
Parool, het illegale tijdschrift
De Vrije Kunstenaar, anti-Duit
se gedichten in opdracht van
uitgeverij Stols en hem door
ontwerper-illustrator Cees
Bantzinger en uitgever Bert
Bakker aangereikte bellettrie.
Bertus Aafjes, die een tijd in
Friesland ondergedoken zat en
daar volledig droog stond, had
ter compensatie een erotische
verzenbundel geschreven: Omne
animal. Met verzetspoëzie had
het niets van doen. Toch waag
de Tamminga zijn leven ervoor
en met reden.
'De kracht van de poëzie als
menselijke levensuiting,'
schrijft de Amsterdamse biblio
thecaris De la Fontaine Verwey
in het voorwoord van Dirk de
Jpngs Het vrije boek in onvrije
tijd, 'is zelden zo sterk gevoeld
als in die jaren.' 'Toen de vrije
Nederlander zelf zijn lectuur
wilde kièzen en vindingrijke
geesten ervoor zorgden, dat die
lectuur gedrukt werd.'
Door Ton Verbeeten
Het tweede nummer van Zoeter-
meer, het blad van de jongste
literaire generatie, verschijnt na
de Boekenweek en heeft als mot
to 'De oorlog is voorbij'. Een
presentatie in de Amsterdamse
discotheek Roxy gaat niet door,
omdat de organisatie niet rond
kwam.
Willen de jongeren van Zoeter-
meer de oorlog bagatelliseren?
Sommige mensen denken van
wel. Op initiatief van de schrijf
ster M. Februari houdt de Stich
ting Literaire Activiteiten Am
sterdam (SLAA) op 30 maart in
De Balie de tegenmanifestatie
over de vraag of er bij de gene
ratie jongeren nog zoiets bestaat
als 'affiniteit met het nationale
verleden en met de mensen die
dat verleden hebben beleefd'.
Mirjam Vosmeer, Joris Moens en
Rob van Erkelens van de redac
tie van Zoetermeer, in vergade
ring bijeen in het pand Singel
262 in Amsterdam, waar haar
uitgeverij Nijgh Van Ditmar
huist, spreken van een 'hyste
rische reactie'.
„De oorlog bagatelliseren? Het
tegendeel is waar", zegt Rob van
Erkelens. „Die mensen van die
tegenavond van de SLAA roe
pen: 'Die kids zijn ontzettend
fout en vervelend'. Alsof wij het
bestaan van concentratiekampen
ontkennen. Laat ik beginnen
met te zeggen wat we echt be
doelen. Wat ons betreft zou de
aandacht in de Boekenweek ge
richt moeten zijn op de brand
haarden van nu. Daar zijn wij
mede verantwoordelijk voor.
Waarom voor de zoveelste keer
alleen herdenken wat een halve
eeuw geleden gebeurd is, terwijl
onze hulp elders nodig is?"
Rob van Erkelens zegt het koel.
„Het lijkt wel of ze ons voor een
tribunaal willen slepen," voegt
Joris Moens toe. Mirjam
Vosmeer geeft een nadere toe
lichting: „Wat ons tegenstaat
aan de Boekenweek is de stapel
goedkope boekjes van het soort
'Mijn bevrijding', samengesteld
door Ivo Niehe, die de uitgeverij
en, ook de literaire, op de markt
gooien om de mensen geld uit de
zak te kloppen. Dat wilden we
op een prikkelende manier aan
de kaak stellen. Voor de aller
laatste keer zouden er bloembol
len geserveerd worden."
Rob: „Als Harry Mulisch over de
oorlog in ex-Joegoslavië zegt:
'Die is post-modern, die begrijp
ik niet', dan ervaar ik dat als
aanstootgevend. Van collega
Mulisch hoor je alleen hoe ro
mantisch de oorlog was. Daar
schrijft hij boeken over die een
vorm van amusement vertegen-
Rob van Erkelens: fij
dingsdag is gebaseerd"op,
FOTO KLAAS
nationalisme.
u»
woordigen. Dat is mystificer.
maar het verkoopt goed."
„Het gaat altijd om de vi
generatie, om de kinderen
nu. En kinderen kennen de
log van de televisie de i
Vraag is wat dat voor
opwerpt. Oorlog dat is Vietna
De films over de tweede werE
oorlog zijn niet in kleur
'Born on de fourth of julj
'Platoon' van Oliver Stone
dé films omdat er muziek
The Doors in zit."
Mirjam: „Ze kijken naar J|]
net als de hele wereld. In
sterdam leven mensen van
nationaliteiten en dan
hebben wij onze herdenking'
ons kleine oorlogje."
Rob: „Het gaat niet om de li
denking, de dodenherdenfc
zouden we eeuwig moeten
den, maar die debiele bi
dingsdag die mag weg. D
gebaseerd op eng nationals;
Zo is onze wereld niet meer.
ik op Internet communiceer,
iemand in Zaïre die mij veil
dat zijn opa twee weken gel
is doodgeschoten en ik zou
gen 'Ik weet precies watjevn
mijn opa is ook doodgescho
in de tweede wereldoorlog',
demonstreer ik daarmee hoe,
surd heden en verleden
over elkaar staan. Het g
het leven en het leed van nu,
van toen."
Joris: „Voor onze generaties
tweede wereldoorlog mythe,
de lagere school, tien
ik, vond ik die verhalen pn
tig. Oorlog, dat was avonti
Hoeveel inzicht heeft dat
opgeleverd? Ik heb langs d
van eigen beleving in mijn
'tijd uitgezocht hoe erg oorl
De geschiedenis van de twe
wereldoorlog heeft daar uitt
delijk maar heel weinig aan
gedragen. Jan Wolkers hl
nooit over de eerste wereldo
log geschreven, geheel volgi
het principe dat je moet si
ven over wat je nu meemaakt'
Door Muriel Boll
De omslag van een boek kan een
volslagen verkeerde indruk ge
ven: Temmer Tom heeft veel
hard blauw en verder ook weinig
dat maakte dat ik dat boek on
middellijk wilde lezen, maar als
je de eerste bladzijden bekijkt,
ben je direct verkocht. Zo uitno
digend zijn de beweeglijke teke
ningen van Philip Hopman. De
sfeer, de ijle lijntjes, en hier en
daar ook de kleur, roepen herin
neringen op aan het werk van
Quentin Blake. Tjibbe Veldkamp
bedacht een aantrekkelijk ver
haal dat de illustrator alle kan
sen biedt er iets moois van te
maken.
Het jongetje Tom is dierentem
mer; hij bouwt een trampoline
voor slakken en een trapeze voor
eekhoorns en bereikt grote hoog
ten in de temmerij. Zijn vader
durft niet buiten te komen kij
ken. Die is doodsbang voor bees
ten. Daar moet iets aan gedaan
geworden. Kordaat stapt Tom
naar de Duizend Dieren-winkel,
koopt een ijsbeer en temt hem zo
dat er 's avonds een nieuwe witte
stoel binnen staat, waarin zijn
vader heerlijk zit.
De volgende dag halen Tom en
de ijsbeer een hele stoet dieren
op. De pauwen staan prachtig op
de schoorsteen, octopus wordt
eem sierlijke kroonluchter, nijl
paard plooit zich tot bank en
tijger wordt vloerkleed. Toms
vader kijkt zijn ogen uit, het
nieuwe interieur bevalt hem wel.
Tot de voorstelling is afgelopen
en de dieren overeind komen en
buigen. Van schrik holt pa naar
buiten, maar het heeft geholpen.
Voortaan is hij niet meer bang
voor dieren.
Kinderen vinden in dit verhaal
veel van hun gading. Wie zou
geen dieentemmer willen zijn?
En sterker zijn dan je vader is
ook niet niks.
In Horizon van Laura Lava wa
ren de uitbundige platen er het
eerst, de tekst volgde. Lava haalt
een originele grap uit met de
horizon. Die verpest het uitzicht
van clown Klaas Wonder. Op een
dag gaat Klaas naar buiten,
snuift de dauw en zoent de spin
nen, en brengt een bezoek aan de
horizon. Hij trekt hem uit het
landschap, rolt hem op en steekt
hem in zijn zak. Thuis
horizon een handige wil
schommel en paktouwtje
gebeurt er als de horizon
dwijnt? De wereld wordt
chaos, bloemen en vogelsgroi
en vliegen in het rond,
boven of op hun zij, en des
bels gaan ook hun gang.
Het ziet er prachtig uit ffl
horizon, een wereld die vaag:
Chagall doet denken
raam en wat je erachter zie:
wat er doorheen zweeft. Intus
spelen een Ernie-pop en
bouter hun eigen spel en wk
de figuren op het schilden]
vend.
Alex de Wolf heeft al
boeken geïllustreerd. Nulijt
zijn stijl gevonden te hebba
elk geval vind ik zijn illusb
voor Annabel en de pn®
haar dromen heel overtuigt
Grote transparante aqua#
met zwarte lijntjes waarop
paleizen ziet, een koning,
gin en prinses en meer val
heerlijke onderwerpen om!'
kenen.
Colette Hellings bedacht M'
haal. Het is tijd dat Annabel
de man komt en daartoe m
een stoet prinsen op.
nabel vindt niets van baat
ding. 's Nachts sluipt ze
buiten, het kamermeisje W
haar bij de vijver. A#
maakt vreemde geluiden
springen vieze padden n
rond. Het ergste is dat At
ze vangt en kust! En j®
mompelt ze: 'Dat is J®.
niet.' Wat doet ze toch'
probeer mijn man te
zegt Annabel rustig. '0®
ses heeft haar pad, to
alle boeken. Eén kus w
verandert hem in de Pn®
mijn dromen.' Dag enna,c'
Aimabel achter de pat®
en dan is er eindelijk
rake kus. Annabel vera»
een pad. Een toverkus
andere kant uittovert. E{
vondst, een leuk boek.
JT. Veldkamp en
'Temmer Tom'. Uitg. Ploeg®*]
24,95 ,1,,:
L. Lava: 'Horizon'. Uitg-
6t/H2e?li9n°gsenA.de<
bel en de prins van naai
Uitg. Ploegsma, prijs a»-5
P. Hof
I
De verfilming van 'Pc
en zonder gezicht blijft.
Door Wam de Moor
Wat maakt een boek
tweeling van Tessa de
opvallend dat het,
baaierd van literatut
de Tweede Wereldoor
bestseller kon worden
meen zegt men dat
man staat in het teken
naderende verzoening
Nederland en Du:
nieuwe stijl, waarvan
lijk, toch nog, zelfs en:
denkingen van de mi
komende lente een
meekrijgen.
De lichte ergernis die r
ten en lezers uitten
gedrag van de Nederlan
te en de waardering
blijkt te hebben voor c
vallen van de Duitse An
tweeling, zouden de j
kunnen wekken dat wij
aan het verhaal van dr
partij. En dat we het vei
de eigen partij - wie en
dan ook mogen zijn - lai
hand wel kennen. Geen
ge gedachte, lijkt mij.
Maar de bekroning va
cher dan? Diens werk is
wat we van Presser (d
dergang en De na
girondijnen), Marga Mi
ne Frank, Etty HUlesu:
Levi en andere chroniqi
de holocaust hebben ge
verfilmd, gezien, nog alt
minst overbodig. Met
aan de hemel begon hi
aan een late schrijver
maar vooral - en bel
dan die carrière - aan
soonlijk geestelijk avoi
hem bevrijdde van een
re last. Het kader van
bijna vijf boeken met h
ge en directe verslaggc
wat hem als joods ki
kwam, is zijn leven.
Dat begon in 1928 in B
oen, kreeg in 1938 eei
dams vervolg, toen zij
na de Kristallnacht hi
winkel in het Kurort
achterlaten. Zij maaktf
wegkwamen, maar he
ynr genoeg, want in
1942 werd Westerbork I
land voor Theresien:
daarna Auschwitz-Birk
ouders kwamen om,
Derlach overleefde de
et zijn grote leergier
zijn bijna onbegrijpeli
misme wist hij de drie
terstand door de com
kampen in te lopen; hi
een bestaan op met
iQpoerj>n en was van
TT 8.3 docent sociologie!
Universiteit van Amstei
Kloof
When we in onze liter
°ee d van de Duitser zi
deeld van de nazi, d
dAtU aeiIiks een boek t
nat du zo zorgvuldig
°et als Drenkeling. W
zovp" i6h0Uden t00n en
zoveel gevoel ene-
eet te schrijven
eze allure is een
Quarantaine is
991, O,
oog V
over
groot
een u
van is een
Heeft Pu" aan de
in ho+ ïnnt.L.
1945' het 1;
i»45 m tal van
njssen aan wat
laatste
i kleine
het be
uit a tt wat het be
jé des terug te k