Weekend
mtm
--
De mail
uit op
Moeder Aarde
in de bijstand
DE STEM
PËSTEM
Fotograaf Hugo Wilmar werkte in
1946 en 1947 als
mariniersfotograaf in Soerabaja.
Hij was aanwezig bij acties die
Nederlandse mariniers tegen de
Indonesische vrijheidsstrijders
ondernamen. Wilmar maakte daar
schokkende foto's van die in de
meeste gevallen echter niet door de
militaire censuur kwamen.
Fotohistoricus Louis Zweers heeft
de foto's in de marine-archieven
opgedoken en brengt ze nu in een
boek alsnog in de openbaarheid.
Historicus
publiceert
verboden werk van
Nederlandse
oorlogsfotograaf
Hugo Wilmar
joveraP er n°E een paai]
C*tal m Amerika zit)1
Wrnderden tot duid
liZ Pende terroristenl
Ze hebden inl
jvan vfuers in de Veref
iCIirit me codes vl
lekn?1 15 de Anti-Chl
I"teconomjg stort of
pre!
ZATERDAG 4 FEBRUARI 1995
Door Caspar Cillekens
Vervolg van voorpagina
Zelf behoort hij duidelijk tot het
andere kamp, dat vindt dat je uit
voorzorg maatregelen moet nemen.
De vraag blijft: valt er iets te
besturen of lopen we achter de
rampen aan en plakken we af en
toe een pleister op de wonde? Zoe-
teman: „We hebben in ons land
veel kennis over hoe om te gaan
met water. Maar als het klimaat
verandert zijn alle oude berekenin
gen achterhaald. Dat is vervelend
voor een bestuurder, want dan
moet hij de middelen anders gaan
besteden. Moet je dat inzetten voor
de duinen, de zeewering of de ri
vierdijken. Als het klimaat een
graad of twee warmer wordt,
wordt de Rijn een regenrivier net
als de Maas in plaats van een
gletscherrivier. Dat heeft grote ge
volgen. Het betekent een reorgani
satie van onze complete infrastruc
tuur. Dat is zeer kostbaar. Boven
dien kun je als bestuurder alleen
geld vrijmaken als de bevolking het
overstromingsgevaar als een echt
probleem ervaart. De Rijn heeft
twee generaties geleden ook zo
hoog gestaan. Dat is men vergeten.
Naarmate de tijd tussen twee ram
pen langer wordt, neemt het besef
van het gevaar ervan af. Kijk maar
naar de ramp van 1953. Die leeft
niet echt meer. Dat is algemeen zo.
Japan is één grote vulkaan, maar
alle Japanners zullen daar gewoon
blijven wonen."
Rees Zoeteman zegt dat er
alleen een draagvlak voor
verandering zal zijn als we
anders omgaan met de na
tuur, er anders tegen aankijken.
„We zijn het gevoel kwijt", zegt hij,
„maar dat is nauwelijks verwon
derlijk. We brengen maar tien tot
twintig procent van onze tijd bui
ten door. Er is dus veel bestuurlijke
moed voor nodig om het beleid te
veranderen." Hij pleit vervolgens
voor een Deltaplan voor de rivier
dijken, een half uur voordat pre
mier Kok ermee naar buiten komt.
„Politici zijn vaak voorspelbaar,"
zegt hij met een glimlach. Maar hij
vindt een deltaplan voor de rivier
dijken bittere noodzaak, ook als
het het miljarden gaat kosten, „An
ders demp je de put als het kalf
verdronken is," zegt Zoeteman heel
toepasselijk.
Hij acht het overigens uitgesloten
dat Nederland het probleem in zijn
eentje oplost. Dat zal in Europees
verband moeten gebeuren, omdat
het beheer van de rivieren boven-
strooms ook voor verbetering vat
baar is. Zo verzuimde Duitsland
bijvoorbeeld om opvangbekkens
voor overtollig Rijnwater aan te
leggen waartoe het in 1993 had
besloten.
„Beheersbaar en bestuurbaar is het
waterprobleem in principe wel,"
zegt Kees Zoeteman, „we zijn in
Nederland eigenlijk altijd goed ge
weest in het beheer van het water.
Alleen zijn we in een situatie te
recht gekomen die uit de hand aan
het lopen is. Techniek en weten
schap hebben ons groeidenken ge
bracht. Dat brengt het tempo van
het uiterlijk leven omhoog en ver
morzelt ons vermogen om in ons
innerlijk leven te treden. We ma
ken met ons allen een maatschappij
waarvan we denken dat ze ons
gelukkiger maakt. Maar is dat ei
genlijk wel zo? Ook al vliegen we
de hele wereld af op zoek naar het
paradijs, dan is het zeer onwaar
schijnlijk dat we dat zullen vinden.
De mens zoekt wezenlijke dingen
in de uiterlijke wereld terwijl hij
die in zichzelf zou moeten zoeken.
In plaats van de auto oppoetsen,
zouden we onze ziel eens moeten
oppoetsen. Daar ga ik een half jaar
mee aan de gang."
Toch ziet hij in de huidige waterel
lende ook nog een lichtpuntje. „Als
je mij vraagt wat deze ingreep van
de weergoden ons brengt behalve
overlast, dan denk ik aan mense
lijkheid, solidariteit en broeder
schap. Dat is de keerzijde van de
medaille."
Aan pottekijkers hebben
oorlogvoerende gene
raals altijd al een hekel
gehad. Zeker aan jour
nalisten, die nu eenmaal
de reputatie hebben pro
fessionele pottekijkers te zijn.
Howard Russell van The Times, de
eerste professionele oorlogsverslag
gever, wekt tijdens de Krimoorlog
(1853-1856) de toorn van Lord
Raglan, de bevelhebber van de
Britse troepen. Russells verslagen
van de Britse veldtocht spelen de
Russen in de kaart, briest Raglan.
Dik een eeuw later Vietnam, de
eerste tv-oorlog. Amerikaanse ge
neraals klagen steen en been over
de media, met name de televisie.
De journalisten ondermijnen met
hun reportages het moreel aan het
thuisfront.
De generaals hebben hun lesje ge
leerd. Tijdens de Golfoorlog in
1991 krijgen de tv-kijkers geen
beelden te zien van body-bags, wel
van cleane bombardementen. De
media worden aan banden gelegd.
De militairen bepalen waar en wat
de tv-ploegen mogen filmen. De
media zijn welkom, maar enkel
onder strikte voorwaarden die door
het militaire belang worden gedic
teerd.
Of er tijdens de Golfoorlog veel
misgaat aan de kant van de coali
tie, daar moet de tv-kijker en kran
telezer maar naar gissen. Het ge
zegde van de Amerikaanse senator
Hiram Johnson uit 1917 gaat nog
altijd op: the first casualty when
war comes is truth (het eerste
slachtoffer op het slagveld is de
waarheid).
Als in 1946 de eerste Nederlandse
troepen landen op Java om 'orde en
rust' in Nederlands-Indië te her
stellen, is van een kritische ver
slaggeving door Nederlandse jour
nalisten nagenoeg geen sprake. Ge
neraal Spoor, de bevelhebber van
'onze jongens', bewaakt de bewe
gingen van de journalisten. Wat
niet door de beugel kan, wordt
slachtoffer van de censuur. Menige
journalist past trouwens zelfcen
suur toe.
Het beeld dat het thuisfront in
Nederland van de politionele acties
in Indonesië (1946-1948) te zien
krijgt, hangt dan ook sterk van de
clichés aan elkaar. Talrijk zijn de
foto's van de in vodden geklede
inheemse bevolking en de schade
die de Indonesische nationalisten
hebben aangericht. De Nederland
se militairen worden steevast ge
portretteerd als beschermers die
hulp bieden aan de behoeftige be-(
volking. Dat is het beeld dat gene
raal Spoor het thuisfront graag
voorzet.
Met name geïllustreerde weekbla
den als Panorama en de Katholieke
Illustratie - met zo'n 200.000 abon
nees massabladen in die tijd - wor
den door de voorlichtingsdiensten
van het leger van fotomateriaal
voorzien. Een van de legerfotogra-
fen is Hugo Wilmar.
Wilmar, in 1923 geboren in
een gegoed Haags milieu,
steekt in 1944 naar Enge
land over. De getalen
teerde amateurfotograaf wordt
naar Camp Lejeune in North-Caro
lina in de VS gestuurd, het hoofd
kwartier van de Nederlandse mari
niersbrigade in oprichting. Omdat
brildrager Wilmar niet geschikt is
voor frontdienst, gaat hij naar
Long Island in New York, waar het
Amerikaanse leger oorlogsfotogra
fen opleidt. Daar leert Wilmar hoe
hij in gevechtssituaties te werk
moet gaan.
In maart 1946 wordt Wilmar als
mariniersfotograaf gestationeerd in
de havenstad Soerabaja op Oost-
Java. Soerabaja en omgeving gel
den als bolwerk van de pemoeda's,
de gewapende leden van de natio
nalistische Indonesische jeugdgroe
pen. Rond Soerabaja en op Oost-
Java wordt al in 1946 fel gevoch
ten. De eerste politionele actie da
teert van juli 1947. Wilmar maakt
tijdens drie zuiveringsacties van de
*"'V. X
i-0 i k t-a d rf
Emeritus-bisschop J
notitie 'Elementen v
uitvaartliturgie' hetl
jliuskens overgenon
in al zijn geledingen
situatie rond kerkel
0p de agenda voor hl
vrijdag 10 februari i
met mensen uit het
vrijwilligerswerk vf
0p wat er leeft onde -
Door Jan Bouwmans
„Begraven il
tijde het beste l
0 Omgeving Soerabaja, Oost-Java, medio augustus 1946. Oorspronkelijk bijschrift:
extremisten". Foto niet gepubliceerd.
,Met deze dreigende beweging krijgt men veel vlugger iets los van deze gevangengemi
Ongewenste foto's uit Indi
Reacties: 1
mariniersbrigade talloze, schok
kende foto's.
Zijn foto's vallen ten prooi aan de
legercensuur. Foto's van dode of
gewonde mariniers worden niet
naar Nederland gestuurd: dat zou
het thuisfront alleen maar schok
ken. Ook opnames van het weinig
zachtzinnige optreden van de mari
niers tegenover de pemoeda's ko
men niet door de censuur.
In een brief aan een vriend in
Nederland doet Wilmar zijn be
klag. 'Wat de publikatie betreft,
deze wordt zoveel mogelijk geblok
keerd en tegengegaan. Schandelijk!
Het Nederlandse volk leeft daarom
in de stellige overtuiging dat we
hier mieters rustig in ons mooie
Indië zitten en toch maar boffen...'
Wilmars verontwaardiging heeft
waarschijnlijk niet zozeer met op
standigheid te maken als wel met
gekrenkte beroepstrots. Wilmar
weet immers - dat heeft hij tijdens
zijn opleiding in de VS wel ge
leerd - dat er zoiets bestaat als
militaire censuur.
De afgekeurde foto's van Wilmar
zijn door de fotohistoricus Louis
Zweers een paar jaar geleden ont
dekt in het fotoarchief van de afde
ling Maritieme Historie van het
ministerie van Defensie. Een keuze
uit deze foto's is verschenen in
Front Indië. Hugo Wilmar, oogge
tuige van een koloniale oorlog
De door de censuur getroffen foto's
zijn op een uitzondering na nooit
eerder gepubliceerd. In de jaren
vijftig verschijnt een keuze uit de
foto's in een gedenkboek van de
mariniersbrigade. Voor een beperkt
publiek dus.
In mei 1947 zwaait de eerste groep
oorlogsvrijwilligers van de mari
niersbrigade af. Zo ook Wilmar.
Een paar maanden later, net op tijd
voor de eerste politionele actie, is
Wilmar terug in Indonesië. Nu als
vaste fotograaf van Panorama en
de Katholieke Illustratie, uitgaven
van Spaarnestad. De foto's die Wil
mar maakt tijdens de eerste poli
tionele actie (doel: terugwinnen
van de economisch belangrijke ge
bieden, vandaar de naam Operatie
Produkt) zijn veel minder schok
kend dan de opnames van de strijd
rond Soerabaja. Wilmar handelt in
de geest van zijn opdrachtgevers:
geen foto's van doden, veel foto's
van 'dankbare' Indonesiërs.
Zweers: „Ze tonen een duidelijke
rechtvaardiging van het Neder
landse beleid, namelijk de handha
ving van het koloniale gezag in
Indië."
De tweede politionele actie in de
cember 1948 maakt Wilmar niet
meer mee. Spaarnestad, de oorlog
in Indië een beetje beu, heeft hem
dan al naar Nederland teruggeroe
pen. Wilmar zelf stapt begin jaren
vijftig op bij de Haarlemse uitge
ver. Uiteindelijk belandt hij in
Hollywood, waar hij als camera
man voor de Walt Disney Company
natuurfilms maakt in Latijns-Ame-
rika. In 1957 komt hij, 34 jaar oud,
bij een treinongeluk in Peru om het
leven.
Louis Zweers, Front Indië. Hugo
Wilmar, ooggetuige van een
koloniale oorlog. Uitgeverij Walburg
Pers.
0 Batavia (tegenwoordig Jakarta), begin juli 1947. Oorspronh
bijschrift: „De gemoedelijkheid die we hier bij een limonadlti
waarnemen, tekent de verhouding van onze soldaten tot de bevolk
Ze zijn niet gekomen om te vechten maar om een beveiligdetyant wa)/
verzekeren",
tus 1947.
Foto gepubliceerd in de Katholieke Illustratie,
Iedere krant heeft ze,|
brievenschrijvers. Wie d
den brieven leest, komt
dezelfde namen tegen,
dacteur die bepaalt of eej
den brief wel of niet aal
voorwaarden betreffend!
plaatsing voldoet, leest
van sommige vaste klant]
ge. Dat zijn de episteB
door de beugel kunnen. I
Misschien vanwege hl
bruik, of omdat er over T
werp dat de briefschrijv
bandelen, in de krant]
beschreven is. Het kan
de brief als een tang op I
slaat, of hele bevolkil
onbeschoft behandelt. I
sommige halve zolen nil
beweren dat de holocf
bestaan heeft, maar zb
rich er zelfs niet voor c'5
'eren dat een hedenda
raust best van pas z]
bomen in sommige landt
Er is derhalve tenminstl
teden voor het functiq
een hoofdredacteur, al
er ongetwijfeld nd
handvol meer op kunnf
'Vf -
er allemaal vl
'erpreid wordt als nieml
entwoordelijkheid voor j
leemt, kunnen we vil
Per dag op het Inl
hoppel ergens aan en F
®aar eens wat in de vcf
toegankelijke bestands]
gen van die boards
soort grove zeef, wat
u zeggen dat er een hj
bepaald gebied
wordt Wel zo gemakkel
ek bent naar flauwel
nis.
en paar voorbeelden,
,e semi-wetenschapp
nnmgen Van het bes|
mcaust maar gauw
nd in Amerika wai
«gemeente dat Bill Cl
Peim loo.ooo Chinez!
•ontracteerd die dit 1
erikaanse huishoud!
jn beslag zullen]
Overigens een vJ
;ens 'n tossen alle bal
0 Boedoeran, Oost-Java, 15 juli 1946. Oorspronkelijk bijschrift: „Een extremist die zich had overgegeven.
In deze houding wordt hij aan een verhoor onderworpen.Foto niet gepubliceerd. foto's hugo wilmar
0 Omgeving Soerabaja, Oost-Java, medio augustus 1946. Oorspronkelijk bijschrift: „Een pemoedal'
onder de duiker verstopt. Hij wordt aan zijn haren eruit gesleurd.Foto niet gepubliceerd.
lation"1 i?' De National 1
IPeneigen machtiSe H
|ze« ®enaren, althans!
■het hq TT Z1ln leden.
1 'de United Nationd
i