Mens is niet de meester van de tijd MUI 4Poort naar gezondheidszorg steeds smaller' Griekse visser krijgt antiek beeld in netten Ijilexandra Ri itaatssecretai Eindhovens mi Ubbe twee jaar DE STEM BINNENLAND BUITENLAND -DE STEM- Meten van de tijd is door eeuwen heen steeds obsessie van mensheid geweest v- V I Natuurlijk is zij bereid om zo ■snel mogelijk met de Tweede I Kamer te praten," aldus ISchmitz' woordvoerster. Zolang l'de volksvertegenwoordiging nog Liet met de staatssecretaris heeft I gedebatteerd over haar ruimhar- Itjge, maar omstreden besluit, ko- lmen illegale buitenlanders niet jin aanmerking voor een ver blijfsvergunning. I Dat debat zal nu vermoedelijk in I de laatste week van januari I plaatsvinden. De Kamer is dan ■terug van kerstreces. Het CDA (wilde de bewindsvrouw al on- 1 middellijk na de jaarwisseling Iter verantwoording roepen. Dan Prof. Ruud ter Meulen: samenleving wacht pijnlijke keuzes DE STEM 3!C MAANDAG 2 JANUARI 1995 De regen klettert te gen de ramen, de storm doet deuren klepperen, het hele huis druipt en kraakt, maar wij hoeven er lekker niet uit. Wij spelen halma en memory en ganzebord en eten het bakje met de laatste kerstkransjes leeg. „Wat een weer weer, je waait van de weg weg". Daar moe ten ze hard om lachen, die kindjes, die zelf net letters aan elkaar kunnen rijgen tot woorden. Die ook klanken proeven en de kunst van het rijmen machtig zijn. Na het onvermijdelijk baldadige vies- pies of vol-d-o' -.olgen toch ook kunstzinri, ;er creaties als jurk-augurk, zes-zwemles, coks-box. Maar zo simpel als dit hadden ze het nog nooit verzonnen: wat een weer weer, je waait van de weg weg. Eentje is slim, dat is helemaal niet echt een gedichtje, vindt ze. Dat is gewoon twee keer hetzelfde woord achter elkaar zetten: 'niks aan'. Moet ze dan maar eens proberen, zal ze zien dat op die manier rijmen heel moeilijk is, misschien kan zij het niet eens. Nu volgt een kwartiertje knutselen en Worstelen met woorden, waarop een meneer of juf uit groep drie en hoger jaloers kan zijn. Wat ze ook bedenken, het wil maar niet een heus rijmpje worden. 'Huis-thuis' komt aardig in de buurt, dat betekent voor hen hetzelfde, maar ze geven sportief toe dat het het zijn toch twee verschillende woordjes zijn. Ik zal helpen: als straks de boerekool op tafel komt, gaan weSmullen, roept de een. Eten, probeert de ander en opeens heeft die het door: 'we gaan eten eten'. Wat een ge juich, nu hebben ze drie van die leuke zinnetjes om straks thuis mee op te scheppen. Ik weet er nog een, die hoort er eigenlijk achter bij dat weer en die weg, hoor maar: 'zonde van je goed goed'. Twee blanco gezichtjes kijken me verbaasd aan. "Als je met dit weer naar buiten gaat, is het zonde van je goeie goed, snap je". Nee, hoe zouden ze ook. Kinderen en ook grote men sen tegenwoordig hebben ge wone en feestkleren en niet zoals vroeger weekse plunje of een afgedragen kloffie en het zondagse goed altijd schoon in de kast. Je goeie goed, dat is zo'n uitdrukking waarvan je zonder het op te zoeken weet, dat die ergens in Kees de Jongen of Het Grijze Kind van Theo Thijssen zal voorkomen. Maar niet (meer) in kinder- Wat een weer, kind hoofdjes. NRC Handelsblad deed een oproep naar dingen, zaken, gebruiken die verdwe nen zijn. Pagina's vol lezers- bijdragen met opvallend veel verloren gegane geuren, met weemoed beschreven. Merk waardig genoed geen woor den, toch hoort dit 'goed' eveneens bij al het verdwenen goed. Ook in snoepgoed is het weg, kinderen vragen gewoon snoep en moeders klagen dat hun schatjes zoveel zoetigheid wordt toegestopt. Had ook een mooie oproep geweest: welke woorden bent u kwijt geraakt?. Soms sta je verbaasd, lijkt het toch geen kwestie van vroeger en nu. In de bespreking van Judith Herzbergs gedicht 'Meeuwen' schrijft Guus Mid dag (hoe oud?) '...is het door onpartijdige ogen en oren waargenomen geworden'. Een schokje, mijn vader praatte zo: dat werk is beke ken geworden, de wedstrijd is gewonnen geworden. Was het dan niets ouderwets, alleen zorgvuldig taalgebruik, mijn moeder zei dat 'geworden' immers nooit. Ik kan het ze niet meer vra gen. En mét hen is de dier baarste betekenis van een simpel vierletterwoordje uit mijn leven verdwenen: 'fijn dat je er bent, kind'. Athene (afp) - Een Griekse visser heeft in de Egeïsche Zee ter hoogte van het eiland Kalymnos een bronzen vrou wenbeeld ontdekt, dat vermoedelijk dateert uit de Helle nistische tijd (3e tot le eeuw voor de jaartelling). Het beeld van de staande vrouw, die een tuniek draagt, verkeert in goede staat. Het weegt 200 kilo en is twee me ter hoog. Het is inmiddels in Athene, zo heeft minister van Cultuur Thanos Mikroutsikos zaterdag gezegd. De minister noemde de vondst zeer belangrijk. Hij wees erop dat de Griekse mu sea geen sporen uit deze tijd hérbergen. Binnenkort zullen archeologen in de buurt van de vindplaats nader onderzoek onder water doen om te kijken of er wellicht nog meer moois te vinden valt. Ook zullen zij zich buigen over de noodzaak en eventuele uitvoerbaarheid van herstel werk aan het opgeviste beeld. De visser had het beeld don derdag in zijn netten gekre gen. Na een eerste onderzoek is het zaterdag naar Athene overgebracht. De visser, die bij het transport van zijn vondst naar de Griekse hoofd stad aanwezig was, heeft het beeld aan de autoriteiten overgedragen 'uit liefde voor mijn vaderland'. Uitgave van uitgeversmaatschappij De Stem B.V. Directie: drs. J.H.M. Brader en D.H. Ahles (adjunct). Hoofdredactie: H. Coumans - hoofdredacteur. C. Hamans en H. Vermeulen - adjunct-hoofdredacteuren. Hoofdkantoor: Spinveld 55, Breda. Postadres: Postbus 3229, 4800 MB Breda. 076-236911 /Telefax 076-236405. Telefax redactie 076-236309. Bezorgklachten en abonnementenadministratie: Afdeling Lezerscontact S 06-0226116 (gratis) ma. t/m vrij. 8.00-17.00 uur, zat. 8.00-12.00 uur. Kantoren: Bergen op Zoom, Postbus 65, 4600 AB; 01640-36850, fax 01640-40731, redactie 01640-37253. Etten-Leur, Markt 28, 01608-21550, fax 01608-17829. Goes, Klokstraat 101100-28030, fax 01100-21928. Hulst, Steenstraat 14, 01140-13751, fax 01140-19698. Oosterhout, Bredaseweg 108B,® 01620-54957, fax 01620-34782. Roosendaal, Molenstraat 45,® 01650-37150, fax 01650-44929. Terneuzen, Zuidlandstraat 32,® 01150-17920, fax 01150-96554. Vlissingen, Scheldestraat 7-9, 01184-19910, fax 01184-11446. Openingstijden: van 8.30-17.00 uur. (Middagpauze van 12.30-13.30 uur m.u.v. Oosterhout) Abonnementsprijzen per 1 januari 1995 (bij vooruitbetaling te voldoen): per kwartaal 89.40, per half jaar 177.80 óf per jaar 345.75. Voor abonnees met automatische incasso: per maand 29.80, per kwartaal 86.90, per half jaar/ 172.80 óf per jaar 335.75. Voor posttoezending geldt een toeslag. Fotoservice 076-236573. Advertenties (tijdens kantooruren 8.30-17.00 uur): Rubrieksadvertenties 't Kleintje 076-236882 en bij Teuben, Ginnekenweg 7, Breda. Grote advertenties uitsluitend 076-236881. Fax 076-236405. Geboorte- en overlijdensadvertenties maandag t/m vrijdag tot 16.00 uur 076-236881fax 076-236405 zondag van 18.30 tot 20.30 uur 076-236242/236911 Alle advertentie-opdrachten worden uitgevoerd onder toepassing van de Algemene Voorwaarden van Uitgeversmaatschappij De Stem B.V. als mede de Regelen voor het Advertentiewezen. Bankrelaties: Postgiro 1114111 - ABN/AMRO rek. 520538447. De Stem op band: Centrum voor gesproken lektuur 08860-82345. De kalender is enerzijds een prachtige uitvinding, maar an derzijds ook een tamelijk slechtzittende jas voor Vader tje Tijd. Waarom telt februari bijvoorbeeld 28 (of 29) dagen en niet gewoon 30 of 31, zoals de andere maanden? En waar om beginnen de seizoenen niet gewoon keurig op de eerste van de maand, zoals de meteo rologen graag zouden willen? De verklaring ligt in de ge schiedenis. Door Martijn Hover Het jaar 2000 nadert met rasse schre den. Om meer dan één reden is dat een bijzonder jaar. In de eerste plaats na tuurlijk omdat het de afsluiting vormt van een duizendjarige periode: op 1 januari 2001 begint zowel de 21ste eeuw als het derde millenium van onze jaartelling. Het jaar 2000 is daarnaast ook een schrikkeljaar en dat is een zeldzaam heid. 'Eeuwjaren' zijn alleen schrikkel jaren als ze deelbaar zijn door 400. Het volgende 'schrikkeleeuwjaar' zal zich dan ook pas in 2400 voordoen. De obsessie met de tijd en het meten ervan is iets typisch menselijks. Planten en dieren zijn hun hele leven slaven van de tijd. Dagdieren leven overdag, nachtdieren leven 's nachts, bomen ver liezen hun bladerdek in de winter en krijgen nieuwe blaadjes in de lente. Hun leven wordt gereguleerd door de tijd en de seizoenen en dat stoort hen hoegenaamd niet. Mensen stoort dat wel. Natuurlijk zijn wij in wezen ook tijdslaven. We worden geboren, brengen de ons gegeven tijd op aarde door en sterven. En niemand die daar iets aan kan doen. We zijn echter over het algemeen niet dol op slavernij, zeker niet als we er zelf het slachtoffer van zijn. We hebben dan ook kalenders en klokken uitgevonden zodat wé ons meesters van de tijd kunnen wanen. De maan was onze eerste gids op het pad van de tijdrekening. Daar zullen meerdere oorzaken voor zijn geweest. Zo zorgen de schijngestalten die de maan in een periode van ruim vier weken doorloopt voor een tamelijk ge makkelijk herkenbare cyclus: nieuwe maan, wassende maan, volle maan, af nemende maan. Dat veranderde toen met de beschaving' de landbouw en het schrift werden uitgevonden. Nu er 'op papier' gerekend kon worden, werden ingewikkelder be rekeningen mogelijk. Tegelijkertijd maakte de landbouw de mens nog af hankelijker van de jaargetijden. Al vrij snel kwam men erachter dat de seizoe nen nogal uit de pas lopen met het maanjaar. Een 'lunatie' (het tijdsverloop van de ene nieuwe maan tot de volgende) duurt 29 dagen, 12 uur, 44 minuten en 2,8 seconden. Vermenigvuldigd met 12 le vert dat een 'maanjaar' op van om en nabij 354 dagen. Het jodendom werkt nog altijd met een zeer ingewikkelde maankalender. Het joodse jaar telt twaalf of dertien maan den van 29 of 30 dagen. Jaren met 12 maanden worden 'gemene jaren' ge noemd. Jaren met 13 maanden heten 'schrikkeljaren', net als bij ons, alleen telt het joodse schrikkeljaar dus niet slechts één dag, maar een hele maand extra. Omdat de seizoenen niet afhangen van de maan, maar van de positie van de aarde ten opzichte van zon, raakte het maanjaar uiteindelijk bij de meeste westerse volkeren in onbruik. De maan kalender van 354 dagen werd vervan gen door een zonnekalender die 365 dagen telde. Aanvankelijk ging men ervan uit dat het 'zonnejaar' (de tijd waarin de aarde één keer om de zon cirkelt) 365 dagen telde. In werkelijkheid is het echter iets langer, zodat na verloop van tijd de seizoenen andermaal begonnen te ver schuiven. Onze kalender is gebaseerd op de Ro meinse, die oorspronkelijk ook de maancycli volgde. De eerste pogingen van de Romeinen om tot een zonneka lender te komen leverde nogal een jan boel op: zo werd op gezette tijden een hele maand ingevoegd tussen 23 en 24 februari. Julius Caesar maakte in 44 voor Christus en einde aan de verwar ring door een nieuwe kalender op te stellen die al erg leek op de onze: elf maanden van 30 of 31 dagen en een van 28. Om de vier jaar werd aan de maand februari een 29ste 'schrikkeldag' toege voegd. De samenstellers van de Juliaanse ka lender hadden er echter geen rekening mee gehouden dat het zonnejaar iets korter duurt dan 365,25 dagen. Dat begon de gebruikers van de kalender zo tegen het jaar 1582 lelijk op te breken. De lente begon in dat jaar al op 11 maart. Dat werd te dol, vond paus Gregorius XIII. Hij besloot de dag na 4 oktober 15 oktober te noemen, zodat het jaar 1582 slechts 355 dagen telde. Bovëndien werd het aantal schrikkeljaren terugge bracht door van 'eeuwjaren' die niet deelbaar zijn door 400 'gewone' jaren te maken: 2000 is een schrikkeljaar, 1900 was dat niet. Daarmee was onze tijdrekening redelijk nauwkeurig geworden. De afwijking bedraagt nu nog ongeveer één dag per 3300 jaar. Het is nog altijd niet de meest nauwkeurige kalender die ooit is uitgevonden (dat was die van de Ma ya's), maar voor praktische doeleinden voldoet hij uitstekend. Toch is ook onze kalender nog voor verbeteringen vatbaar. Klimatologen weten daar alles van. Zij houden zich beroepshalve onder meer bezig met het bestuderen van seizoenswisselingen. Voor hen is het uitermate lastig dat de seizoenen niet keurig in de kalender passen. Daarom hebben zij jaren gele den al besloten het begrip 'meteorolo gisch jaargetijde' in te voeren. De mete orologische seizoenen beginnen keurig op de eerste van de maand: de 'meteoro logische winter' is begonnen op 1 de cember, drie weken voor het begin van de 'astronomische winter'. Wie daar even op doordenkt, komt al gauw tot de slotsom dat een kleine aanpassing van de kalender allerlei problemen uit de wereld zou helpen. Een simpele verschuiving zou volstaan: noem de datum die nu nog '21 decem ber' heet voortaan '1 december' en as tronomische en meteorologische seizoe nen vallen keurig samen. Weliswaar zou dat een probleempje opleveren doordat een jaar drie weken langer zou duren dan we gewend zijn. Maar dat zou slechts een eenmalig feno meen zijn waar we gemakkelijk over heen kunnen stappen. Je zou je bijvoorbeeld kunnen voorstel len dat we aan het jubileumjaar 2000 drie 'feestweken' vastplakken en 1 ja nuari 2001 laten vallen op de dag die eigenlijk 21 januari zou moeten heten. De meteorologen zouden dan voortaan heel gemakkelijk hun maand- en sei zoensgemiddelden kunnen uitrekenen terwijl de rest van de mensheid heel tevreden zou zijn met drie weken extra vakantie. Als we dan toch bezig zijn, kunnen we misschien tegelijk iets doen aan die belachelijke februari, dat zielige over blijfsel van de antieke Romeinse maan kalender met zijn 28 dagen. Omdat het jaar om en nabij 365 dagen telt, zou het keurig zijn onder te verdelen in zeven maanden van 30 dagen en vijf van 31 dagen. In schrikkeljaren zou een van de korte maanden een dag extra kunnen krijgen, zodat het schrikkeljaar zes maanden van 30 en zes maanden van 31 dagen zou tellen. Helaas hebben dergelijke voorstellen het in het verleden niet gehaald en ziet het er niet naar uit dat dat in de nabije toekomst wel het geval zal zijn. Voorlo pig zullen we ons moeten behelpen. Meesters van de tijd? We zijn niet eens de meesters van onze eigen kalender. Amsterdam (anp) - De Hd Alexandra Radiusprijs g. 1 l993/'94 gaat naar de dan- I ser Jahn Magnus Johansen. ge| De 27-jarige Noor is tweede solist bij Het Nationale Bal- De let. *4 I Alexandra Radius reikte hem Ba de prijs gisteren in het Mu- dal ziektheater in Amsterdam uit 18® tijdens de galavoorstelling van de)' /v O /V jen Haag (anp) - Staatssecrei ■schort haar besluit op om 1 -* ■verblijfsvergunning te geven. Ee bewindsvrouw heeft dat zaterdag Jjjen ruime meerderheid in de ■Tweede Kamer van CDA, WD ■en D66 heeft ernstige bezwaren Itegen de regeling, die vrijdag ■bekend werd gemaakt in de ■Staatscourant. hadden de parlementariërs hun vakantie moeten onderbreken. I De oppositiepartij ziet daar nu van de sten menl Het bae Schrl zwicl het I het Pvd bepsi verb| CD/ sprei de zq Schrj minil wonf sten ven. zen i verril gistel manl vreel tingtj hond (Eindhoven - Met een ferme klap sl afgelopen zaterdag om exact vijf uur brons beklede deuren van bet Eindhcl ■lHet museum is sinds zaterdag gedur I het publiek gesloten in verband met L De laatste tentoonstellingen in_ het oude museum, de afgelopen week bezocht door enkele hon- derden mensen, bestonden uit presentaties van een deel van de 1 eigen collectie en de maquette van de definitieve nieuwbouw, I ontworpen door de Amsterdamse architect ir. Abel Cahen. Wanneer het Van Abbe daad werkelijk kan gaan (ver)bouwen is nog onduidelijk. Er lopen nog verschillende beroepsprocedures tegen de geplande uitbreiding. Onder meer de stichting Behoud het Van Abbemuseum doet ver woede pogingen om het uit 1936 .daterende gebouw alsnog op de Het magl het geval De versJ musl lijkei ge P| de het overl met F schill schal Het uurwerkmonument vlakbij het station Saint Lazare in Parijs. fotoawI I 'uiit' r« MnrlarlanH no\A/Prkt hphb Van onze verslaggever Ber Crouzen „Wij zijn in Nederland druk doende de gezondheidszorg kritisch te bekijken. Lang zaam maar zeker wordt de toegangspoort naar de ge zondheidszorg enger ge maakt. Dat leidt tot hele ver velende situaties. Daar den ken de beleidsmakers veel te weinig over na." Ruud ter Meulen is meer denker dan actievoerder. Vanuit het riante pand van het Instituut voor Gezondheidsethiek aan het Maastrichtse Servaasklooster kijkt hij naar het toneel buiten en zet er kritische kanttekenin gen bij. Maar zijn voorbeelden zijn er niet minder duidelijk om. Hij plukt er twee uit de krant. Een groot deel van de behande lingen bij de tandarts verdwijnt uit het ziekenfondspakket. Men sen kunnen zich bijverzekeren. Maar nu al is duidelijk dat met name ouderen dat niet zullen doen. En dus gaan ze niet of pas veel later naar de tandarts. Dat betekent dat je in feite de poort van de gezondheidszorg sluit. Een tweede voorbeeld: sinds de ingrijpende wijziging van de wao-regeling zie je dat mensen steeds langer doorwerken. Men sen met reuma, die vroeger al lang een beroep gedaan zouden hebben op de wao, proberen nu zo goed als het gaat aan de gang te blijven. Tot het natuurlijk echt niet meer gaat. Ook hier hebben we de poort naar de gezondheidszorg voor een deel geblokkeerd. Ter Meulen begrijpt natuurlijk best waarom die poort steeds smaller wordt. 'Geldgebrek', zegt hij laconiek. „Maar dat ont slaat je niet van de plicht goed te kijken waar je aan begint. Wij hebben in Nederland altijd ge zegd dat wij hier geen Ameri kaanse toestanden willen. In dat land zijn er riante ziekenhuizen voor de rijken en worden de armen, die het niet kunnen beta len, buitengesloten. De kans zit erin dat wij ook die kant op gaan." „Wij moeten kiezen in de ge zondheidszorg," analyseert de nieuwe hoogleraar. „Maar dat is een heel pijnlijk proces." Hij geeft maar weer een voor beeld. „Wij zijn technisch in staat mensen van negentig goed te opereren aan hun hart. Dat doen weook. Maar die groep wordt steeds groter. Dan kom je toch steeds meer voor het dilem ma te staan of je zoveel geld moet besteden aan die operaties of dat je moet kiezen voor ande re groepen mensen." Een paar jaa/ geleden is er in Nederland een discussie geweest of je een leeftijdsgrens moet stel len voor bepaalde ingrepen, zo als harttransplantaties. Dat is toen afgewezen. De samenleving accepteerde dat niet. Maar het kan heel goed zijn dat er door al die operaties bij zeer oude men sen te weinig geld overblijft voor mensen die chronisch ziek zijn, mensen met reuma om een voor beeld te noemen. En dan moet de samenleving toch kiezen. Ter Meulen weet wat hij wil. „Als er dan toch ongelijkheid komt, pleit ik ervoor dat wij dan toch kiezem voor de chronische denk ik dat een groot deel van de zorg toch neerkomt op kinderen." Terloops wijst de hoogleraar o? I het verschijnsel van de ouder-1 mishandeling. „Ik zal niet gen dat er meteen grof lichamfr I lijk geweld gebruikt wordt, hel kan zich ook uiten in scheldpar-1 tijen of het aftroggelen van g Dat verschijnsel geeft toch te denken. Kinderen - maar ook verpleegkundigen - kunnen zich ook overvraagd voelen. Mag je een dochter die haar hele leven een moeizame verhouding haar ouders gehad heeft, vragen nu wel de zorg voor hen op ziek te nemen?" Alsmaar bezuinigen in de be jaardenzorg leidt tot situaties waarin verpleegkundigen lastige ouderen links laten liggen. Dat is toch ook een vorm van ouder mishandeling, constateert Ter Meulen. „Als je mensen in be jaardenhuizen en verpleeghuizen zo lang mogelijk als volwassen en zelfstandige mensen wil be handelen, als je ze het liefst weer R. ter Meulen: „Wij hebben in Nederland altijd gezegd dat we hier geen Amerikaanse toestanden willen." naar hun eigen omgeving ffil patiënten. Zorg voor deze groep hoort bij de basisvoorzieningen van de gezondheidszorg. Daar moet je niet in snijden. Dat le vert zoveel problemen en dilem ma's op. Daar kom je bijna niet uit." De laatste jaren heeft de Maas trichtse hoogleraar zich vooral verdiept in de zorg voor oudere mensen. „Daar komt een groot aantal ethische vragen samen", verklaart hij zijn voorkeur. „Oudere mensen blijven steeds langer in leven en gelukkig ook steeds langer vitaal. Niettemin komt er een periode dat ze zo gebrekkig worden dat ze in een bejaardenhuis of een verpleeg huis terechtkomen. In het verle den kwamen ze daar niet meer uit. Dat was het laatste adres. Nu zie je dat de overheid die mensen zo veel mogelijk zelf standig wil houden. Daar spelen naast ethische argumenten ook bezuinigingen een rol." En dus komt nu bijvoorbeeld een aantal mensen na een beroerte weer naar huis. Dat roept een aantal vragen op. Ter Meulen somt ze op. „Het is natuurlijk heel goed dat je hulpbehoevende ouderen zolang mogelijk ziet als autonome, zelfstandige mensen. Maar dat betekent wel een cul tuuromslag in verpleeghuizen.. Die moeten hun patiënten leren weer zelfstandig te worden." „En wie vangt ze dan weer op als ze thuis zijn? Met al die bezuinigingen in de thuiszorg terugbrengen moet je uiterst voorzichtig zijn met bezuinigi"' gen in deze sector." Het zal duidelijk zijn. De ko mende jaren moeten er nog heel wat keuzes gemaakt worden m de gezondheidszorg. Pijnlijk6 keuzes. Ter Meulen is zich daar heel goed van bewust. „Een ge luk is dat de nieuwe miris'er van Volksgezondheid, mevrouw Borst op dit terrein geen onb6' kende is. Ze heeft zich al jar® lang met dit keuzeprobleem be zig gehouden. Maar gemakkelijk zal het allemaal niet gaan." JARENLANG AL krijgt een klein aant 'wit' in Nederland gewerkt hebben, Geen haan die er naar kraait. Geen po van wordt. Maar als staatssecretaris lang praktijk is, en kranten dat berich opschudding onder kamerleden. Het dagen zelfs even over om de Tweede I bet kerstreces. De vraag hoe het zit met het verstrekk gen aan illegalen is minstens zo interes politici daarover opeens zo opgewondi Het was praktijk dat een iliegaal die werkt, premies en belasting betaalt, u gunning krijgt. Dat je zo iemand, van al redelijk ingeburgerd zijn, een vei vooral een zaak van humaniteit er Begrijpelijkerwijs gebeurde dat in stilt 'en naar Nederland te lokken. Nu komen er dan officiële regels, illegaal nog 'wit' aan de slag te ko_ yerminderd. Illegalen kunnen sinds 'sofi-nummer' bemachtigen. Daarnaas ties hun bestanden. Op die manier bli "iet illegaal werkt. Werkgevers die bebben, worden zwaarder gestraft. De regeling die Schmitz op schrift hes voor een beperkte groep: de wit we 1991. Een groep waar weinig nieuwe na verloop van tijd 'op' raakt. Blijft nog de vraag over de opgewor van CDA, VVD en D66. De enige kamerleden om zich op te winden, is voren heeft ingelicht over de regeling «en beginnend staatssecretaris die de bet onderwerp blijkbaar heeft ondersci veel minder reden tot opwinding, badden in ieder geval moeten weten die nu gaan roepen dat het allemaal komen ongeloofwaardig over. Waa afgelopen jaren niet gepiept? Door er nu een politiek nummer üeveinsde verontwaardiging, treedt ju op die ze zelf altijd zeggen te willen bet liedje is dat die aanzuigende wc Voorkomen als de regeling van Set Misschien wel helemaal verdwijnt. De een klein stukje humaniteit bij de beh 9en. Dat zou eerder een reden tot opwi

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1995 | | pagina 2