a
De keerzijde van China's welvaart
Boeiende tentoonstelling in Brussel over Tweede Wereldoorlog
Jonkheer Reuchlin grossiert in tin, wijn, platen, boeken en ideeën
Kalenderperikelen
Jubileum-
Voordeelkrant
aat
BUITENLAND
ir
Verkeersborden roesten weg onder de handen van de schilders
Toilet
1 DECEMBER 1994 /6
1.00
.00
70,50
46,20
6,20
1,50
36,20
69,50
52,20
37,80
19,50
29,10
4,50
36,60
57,60
33.90
31,50
30,80
7,80
12,00
25,00
51,70
5,10
41,80
47,50
61,50
Toshiba Corp.
Union Carbide
Union Pacific
Unisys
USX Marathon S
US West
Westinghouse
Woolworth
Xerox Corp.
Wall Street
allied signal
amer.brands
amer.tei.tei
amoco corp
asarco inc.
bethl. steel
boeing co
can pacific
chevron
chiquita
Chrysler
Citicorp
cons edison
digit equipm
dupont nemours
eastman kodak
exxon corp
ford motor
gen electric
gen. motors
goodyear
hewlett-pack.
int. bus.mach
int. tel tel.
klm airlines
mcdonnell
merck co.
mobil oil
omega financ.
philips
royal dutch
sears roebuck
sfe-south.pac
texaco inc.
travelers
united techn.
westinghouse
whitman corp
woolworth
705,00
30,50
30j
47,30
47j
8,90
8j
16,80
16;
36,20
36;
12.20
12;
14,00
14;
97,00
97;
19/12 20/12
34 33ft
35ft 36'/.
51'/. 50ft
61ft 61ft
27ft 28
18 18
47ft 48ft
15 14
44ft 44ft
13ft 13ft
46 46ft
43 43ft
25ft 26
34ft 34
55ft 54
46 45ft
61ft 61ft
26'/. 26ft
50 49ft
38 38
33ft 32
95ft 97ft
71ft 70ft
81ft 82ft
25ft 24ft
141 142ft
38'/. 38ft
84ft 84ft
25 24ft
29ft 29ft
106 106ft
44ft 44
17ft 17ft
61ft 61ft
32ft 32ft
61ft 61'/.
12ft 12
16ft 16ft
14ft 14ft
vk vonge koers
sk slotkoers gisteren
a laten
d
ex cfaim
gedaan/bieden
ex dividend
f gedaan/laten
g bieden en ex dividend
h laten en dividend
k gedaan en laten ex dividend
I gedaan en bieden ex dividend
55,00
293
3,50
3,70
57,50
288
1,50
1,70
62,50
290
0,60
0,60
55,00
100
0,10
0,10
57,50
130
0,20
0,40
110,00
123
6,20
6,40 a
90.00
102
24,50
24,80
47,50
103
5,70
5,50
50,00
206
3,40
3,20
52,50
118
1,50
1,50
175,00
158
2,20
2,05
140,00"
101
6,60
6,50
135,00
106
3,10
3,00
410,00
519
7,80
7,30 a
4)5,00
249
5,10
4,50
420,00
337
3,10
2,90 a
390,00
1070
0,60
0,60
395.00
160
1,00
0,80
400,00
407
1,70 a
1,50
405,00
1037
2,50
2,50
410,00
835
4,30
4,00
4)5,00
118
6.50
6,30
12,50
177
1.10
1,00
12,50
115
1,50
1,50
70,00
104
5,70
6,70
75,00
178
2,80
3,30
80,00
174
1,00
1,20
85,00
221
0,30
0,40
90,00
138
0,30 a
0,10
75,00
267
6,20
6,40
45,00
229
1,20
1,30
40,00
117
10,10
10,40
50,00
131
2,30 a
2,00
95,00
402
1,90
1,90
200,00
103
0,30
0.40
200,00
103
3,20
3,00
190,00
1011
8,50
8,70
190,00
155
3,50
3,80
195,00
222
7,00
6,80
190,00
1014
8,80
8,60
160,00
118
4,00
4,00
52,50
341
1,50
1,30
55,00
136
0,50
0,50
55,00
158
2,10
2,20
30,00
105
23,50
23,60
52,50
620
1,80
1,80
210,00
166
0,60
0,50
160,00
101
50,00
49.00 a
200,00
129
3,20
3,60
190,00
300
2,00
2,30
3'ng,
affiti-
iwen
3n en
lijvend
z.g.s.t.
2500,-
De nieuwe Vervat
is uit. 32 Pag. met alles
over caravans, vouwwa
gens, occasions, caravan-
voortenten-luifels, kam-
peertenten, rugzakken.
Honderden aanbiedingen
uit de kampeersupermarkt
voordeelcheques enz. enz.
Haal 'm af of vraag 'm aan.
Vervat, Stadionweg 31,
R'dam tel. 010-4321455/
fax 010-4793164.
InenomdetuijU
Grote bonte AGAVE vb-
plant, 50,-. Tel. 01651-
43194.
,nc U TELEVISIE te koop zw./w
groot beeld, prime s'a
WOENSDAG 21 DECEMBER 1994
'83
i.g.s.t
ita-
uldens
tent,
ststof
vans,
luwe
BERG
ƒ40,-, 01172-3110.
ENGELS-T urks-Engelse
woordenboeken '-9-5
50,-, 01640-66134.
T.K. zwart/wit Doka n»
vergrotingsapp. bak,K
enz 50.-. 01620-22765.
HALF-VRIJSTAAND W®
Wagenstraat 2 Wagenberg-
Vrpr. 145.000 k-K'
Tel.01693-4692.
Uit de hand te koop
2 gerestaureerde Mono
mentenpanden, Stadh
2-3-4 Dordrecht. Ges?
voor wonen/winkel/kantoor
of comb. Te bezichtigen
zaterdag van 11-00-15.W
uur. Tel: 01626-86136.
Poor onze correspondent
Bert Schampers
Brussel - Foto's en vitrine
kastje alleen volstaan niet
meer om publiek te lokken
naar een tentoonstelling over
de Tweede Wereldoorlog. Het
moet grootser en het moet
vooral echt lijken.
Zo'n expositie is 'Ik was twintig
in '45', die momenteel in Brussel
te zien is.
Op een oppervlakte van 6600
vierkante meter in het Konink
lijk Museum van het Leger en de
Krijgsgeschiedenis in het Brus
selse Jubelpark, moet de bezoe
ker een traject van 2,2 kilometer
afleggen. Hij ziet op zijn twee
uur durende wandeling 3000
voorwerpen, video's, hoort au
thentieke geluiden en loopt door
vijftien driedimensionele decors.
'Ik was twintig in '45' is opgezet
volgens het beproefde recept van
mega-exposities rond de stripte
kenaar Hergé en het werk van
Georges Simenon, die eerder in
Welkenraedt en Luik te zien wa
ren.
Het nieuwe project rond de
Tweede Wereldoorlog is evenwel
nog ambitieuzer en werd samen
gesteld onder toezicht van een
ethisch en wetenschappelijk co
mité.
De tentoonstelling begint op 28
juni in 1914, als in Sarajevo
aartshertog Franz Ferdinand
van Oostenrijk wordt vermoord.
Het incident wordt gezien als het
startsein van de Eerste Wereld
oorlog.
In een vitrine is het uniform van
Franz Ferdinand opgehangen
met in een hoek het moordwa
pen, zoals dat door de Belgische
wapenfabrikant FN is nage
maakt. De bezoeker stapt ver
volgens in een tot in de puntjes
gereconstrueerde loopgraaf uit
de Eerste Wereldoorlog. Zelfs de
geur van de Westvlaamse IJzer-
vlakte hangt er.
De overgang naar de jaren '20 en
'30 - de periode tussen de twee
wereldoorlogen - wordt uitge
legd met kranten en foto's. Er
weerklinken liedjes van Marlène
Dietrich, maar haar zwoele
chansons maken plaats voor on
rust op de beurzen, de economi
sche crisis en de opkomst van
Adolf Hitler in Duitsland.
De reconstructie van een joods
cabaret in het Berlijn van de
jaren dertig moet duidelijk ma
ken wie het eerste slachtoffer
werd van het oprukkende nazis
me. De muren zijn beklad met
anti-semitische leuzen. Op de ta
feltjes staan half gevulde glazen
bier. Er zijn sporen van geweld.
Er is een Belgisch schooltje uit
1940 nagebouwd en een Londen-
se metro, compleet met treinstel.
De metropijpen deden dienst als
schuilkelder tijdens de Duitse
bombardementen op Londen.
Er is ook een bunker van de
Atlantik-wal gereconstrueerd.
Door een ventilator wordt koude
zeelucht naar binnen geblazen.
En er is de Berlijnse bunker,
waarin Hitier zijn laatste dagen
sleet. Hier liggen zijn politieke
testament en agenda.
Het grootste decor is een hele
straat in Edingen, een dorp op
de taalgrens in België. De straat
'vertelt' eigenlijk de ontwikke
lingen van het begin tot het
einde van de oorlog.
'Ik was twintig in '45' wil meer
zijn dan alleen een historisch
pretpark. Daartoe zijn tal van
authentieke stukken, attributen
en documenten geleend van be
kende en minder bekende musea
uit de hele wereld. Er zijn per
soonlijke bezittingen van Hitier,
Churchill, Eisenhower en andere
politieke en militaire kopstuk
ken.
Er is ook het Verdrag van
Versailles dat aan de basis ligt
van de Duitse weerwraak. De
expositie toont de verslagen van
de Wannseeconferentie waar het
besluit over de uitroeiing van de
joden werd genomen. De bezoe
ker loopt langs de muren van een
concentratiekamp met geheime
tekeningen van joodse gevange
nen.
Er zijn ook nog uniformen van
Rommel en Montgommery te
zien en nog veel meer van dit
alles.
De expositie in Brussel vergt een
behoorlijke inspanning van de
bezoeker. De foto's en decors
vertellen een stuk geschiedenis,
dat nooit vergeten mag worden.
De vorm is anders dit keer, maar
daarom niet minder boeiend.
'Ik was twintig in '45', Koninklijk
Museum van het Leger en de
Krijgsgeschiedenis, Jubelpark
Brussel, nog te zien tot 14 mei
1995, dagelijks van 10 tot 19 uur,
gesloten op maandag.
Door onze correspondent Jan van der Made
Beijing - Acht uur 's ochtends. Een zwarte grauwsluier,
veroorzaakt door miljoenen schoorsteenpijpjes van gebogen
plaatijzer ontneemt de zon haar ochtendlicht. Xie Yuan, een
bebrilde veertiger, stapt op de fiets om naar zijn werk te gaan,
een marteltocht die hem 45 minuten kost.
Hij heeft een katoenen lapje voor
zijn mond bevestigd als filter
tegen de koolstofdampen. „In de
winter is de vervuiling het
ergst", aldus Xie.
Op straat, in de dagelijks weer
kerende strijd met de files,
wordt de kolendamp nog eens
vermengd met de uitlaatgassen
van honderdduizenden taxi's,
driewiel-brommers, zware
vrachtwagens en de enorme ge
lede bussen die zich in een blau
we walm hullen na iedere meter
die ze optrekken.
„Over vijf jaar ziet Beijing er uit
als Bangkok," schrijft een com
mentator in de Hongkongse
South China Morning Post. Daar
is de luchtvervuiling zo ernstig
dat tijdens het spitsuur de over
kant van de straat niet te zien is.
Als Xie eindelijk op zijn werk
arriveert is hij bedekt met een
laagje fijn, zwart stof, en on
danks zijn mondlapje is het
noodzakelijk zijn keel rochelend
te legen in een emaillen kwispe
door die naast zijn bureau op de
grond staat.
Permanente rookwolk
Milieu-verontreiniging vormt de
onvermijdelijke keerzijde van
China's economische hervormin
gen. Drie van de zeven meest
vervuilde steden ter wereld, Be
ijing, Shenyang en Shanghai,
liggen in China.
De staalstad Benxi in de provin
cie Liaoning is, getuige Ameri
kaanse satellietfoto's, twaalf
maanden per jaar gehuld in een
permanente rookwolk. Zure re
gen in de stad Chongqing in
Centraal China is letterlijk
zwart en zorgt ervoor dat meta
len verkeersborden zo snel ver
roesten dat ze ieder half jaar een
nieuwe verfbeurt nodig hebben.
Van het water in de steden is 86
proeent ondrinkbaar en miljoe
nen koelkasten (op dit moment
31 miljoen, binnen twintig jaar
meer dan tien keer zoveel) met
cfk's vormen een direkte bedrei
ging voor de ozonlaag.
China's pijlsnelle industriële
groei (afgelopen jaar 17 procent)
stemt niet optimistisch. Op dit
moment dumpen fabrieken van
de havenstad Shanghai alleen al
dagelijks vijf miljoen ton afval
en de stad staat nog maar aan
het begin van de verwezenlijking
van plannen om Azië's grootste
industriële en financiële centrum
van de 21e eeuw te worden.
Negatieve gevolgen
De auto-industrie probeert een
betaalbare gezinswagen op de
markt te brengen en China's
acht grote autofabrieken hopen
in 1995 samen een miljoen per
sonenauto's te produceren.
„Je kunt wel zeggen dat ze moe
ten leren van de negatieve gevol
gen voor het milieu in het Wes
ten," aldus Robert Williams,
woordvoerder van de United Na
tions Industrial Development
Organisation (UNIDO) in Beij
ing. „Maar iets als het hebben
van een auto wordt gezien als
het summum van materiële wel
vaart. Ze zien dat gezinnen in
het Westen allemaal een of twee
auto's hebben, dus denken ze,
waarom wij niet?"
Maatregelen om milieu-veront
reiniging tegen te gaan bestaan,
op papier althans, wel degelijk.
China was het eerste Derde-We
reldland dat, in april dit jaar,
met een uitgewerkt voorstel voor,
haar eigen 'Agenda '21' kwam,
een voortvloeisel van de wereld
milieutop die in Rio de Janeiro
werd gehouden. Het Chinese mi
lieu-witboek omvat 63 projecten
die moeten zorgen voor een
schoner milieu. ---
Een door paarden getrokken kar rijdt voor een cementfabriek.
Niet alleen de industrie veroorzaakt ernstige milieu-verontreiniging in China, maar ook de huishoudens zijn grote vervuilers. Met
name in de wintermaanden neemt de luchtvervuiling toe doordat er veel kolen gestookt worden om de huizen te verwarmen, foto epa
Schone energie
In 1992 tekende Beijing ook het
Protocol van Montreal tegen
'substanties die de ozonlaag uit
putten', met name cfk's in koel
kasten en freongas. Discussies
hierover duurden twee jaar
waarbij Chinese afgevaardigden
zich op het standpunt stelden
dat 'het niet eerlijk was om Chi
nese burgers koelkasten te ont
zeggen omdat het China aan de
technologie ontbreekt om een
vervanging te vinden voor de
cfk's. - j
In plaats daarvan zouden de
geïndustrialiseerde landen met
de benodigde technologie en fi
nanciële bronnen moeten opdra
ven om voor substituten te zor
gen. Uiteindelijk werd overeen
gekomen dat er een fonds van
581 miljoen dollars zou komen
om ontwikkelingslanden te hel
pen bij het maken van de tech
nologische overstap.
Unido helpt met een tiental pro
jecten; zo werd er afgelopen
maand een begin gemaakt met
de bouw van een 150 megawatt
energiecentrale die als 'demon
stratiemodel' moet dienen en
waarin 'schone' kool zal worden
gebrand. Technologie hiervoor
zal worden onderwezen aan een
onderzoeksinstituut van de
Zuid-Oost universiteit in Nanj
ing.
Druppel
Maar hulp en internationale
fondsen lijken een druppel op
een gloeiende plaat. Volgens
China's Bureau voor
Milieudefensieeen staatsorgaan,
is maar liefst 420 miljard gulden
nodig om het land een goede
schoonmaakbeurt te geven. En
behalve de milieu-verontreini
ging die de toenemende indus-
trialisatiegolf met zich mee
brengt kampt het land ook nog
eens met een rampzalige ontbos
sing en oprukkende woestijnen.
Xie Zhenhua, directeur van Chi
na's Milieudefensie Bureau, om
schrijft China's milieu-proble
men dan ook als 'alarmerend'.
Ondanks een 'groene' politiek
die herbebossingsprojecten in
het leven riep, gaat de algehele
kwaliteit van de omgeving om
laag.
„Twintig milieu-wetten in vijf
tien jaar hebben niet kunnen
verhinderen dat fabrieken door
gaan met het lozen van afval.
„Beboeten helpt niet veel. De
meeste fabrieken zijn staatsbe
drijven. Worden die beboet door
de staat, dan beboet de staat
zichzelf. Het kan ze niets sche
len."
Groepen als Greenpeace maken
geen kans in China. „De Chinese
regering houdt niet van onaf
hankelijke organisaties die actie
gaan voeren en de regering voor
schut kunnen zetten," aldus een
Westerse diplomaat in Beijing.
Toch bestaat er een: een groepje
intellectuelen dat zich heeft ver
zameld onder de naam 'Vriend
van de Natuur'.
Directeur is Liang Congjie, die
enige faam geniet omdat hij de
kleinzoon is van de befaamde
19e-eeuwse hervormer Liang Qi-
chao. In april van dit jaar kreeg
hij officiële toestemming om
China's eerste onafhankelijke
milieu-groep op te richten. Het
doel van het groepje (op dit
moment zijn er zo'n zestig leden)
is om het publiek bewuster te
maken van de milieu-problema
tiek.
Onwetendheid
Maar omdat het geen staatsorga
nisatie is ontvangt Liang geen
subsidies en beperken de activi
teiten zich tot twee of drie ge
spreksbijeenkomsten per jaar.
„Chinezen zijn zich nauwelijks
bewust van de ernst van de mi
lieu-vervuiling. Ze hebben niet
door dat ze er zelf aan bijdragen.
En wanneer ze het slachtoffer
worden van ernstige vervuiling
weten ze niet wat ze eraan moe
ten doen."
Het bewijs voor die onwetend
heid wordt geleverd door vier
viskwekers in het district Shuid-
uihu in Oost-Beijing. Ze hebben
een huisje opgetrokken van
bordkarton en lappen stof op een
miniatuureilandje temidden van
hun viskwekerij. Maar de vijver
vormt het middelpunt van een
van Beijing's ontelbare vuilnis
belten en staat in open verbin
ding met een rivier waar een
belendende chemische fabriek
haar afval in laat klokken. „Er
zitten veel vissen hier. Natuur
lijk kun je ze eten," merken ze
vrolijk op. „Er is vraag naar, dus
waar zouden we ons druk om
maken?"
Door Tom Smeets
Sinds een jaartje doet hij in
tin. De Tielse tinindustrie Rio
is de uitvalsbasis van waaruit
de meest uiteenlopende en
meestal ook wonderlijke
ideeën worden gelanceerd.
Wijn speelt daarbij meestal een
rol. Hij noemt zichzelf niet voor
niets een vinocolist. Zo'n sjieke
term hoort bij een sjieke heer.
Want dat is jonkheer mr. J. G.
Reuchlin, George voor zijn
vrienden.
We ontmoeten elkaar in Gent,
waar hij op een grote horeca-
beurs niet alleen Tielse tin, maar
ook topwijnen uit Franken aan
de man probeert te brengen.
Hoe komt een Rotterdamse jonk
heer in Tiel terecht? Voor mr.
George Reuchlin is die stap hele
maal niet zo wonderlijk. „Ik had
een bureau voor interim mana
gement. Zeg maar fysiothera
peut of begrafenisondernemer
voor het bedrijfsleven. Enkele
vrienden wilden leuke projecten
kopen. Zij zorgden voor het geld,
ik zou het management voeren.
Tijdens hun zoektocht liepen ze
tegen de Tielse tinindustrie Rio
op."
Rio is volgens hem 'een leuk
klein bedrijf met een leuke po
tentie'. De onderhandelingen tot
overname duurden een jaar.
„Dat is te lang. Zo'n onderhan
deling is net als kauwgum. Het
smaakt eerst lekker, maar als je
het te lang in de mond houdt,
dan gaat de smaak eraf en wor
den de spieren vermoeid. Dan
spuug je het uit. Dat is met een
overname-onderhandeling ook.
Als dat niet binnen drie maan
den rond is, wordt het niks."
Door alle gesprekken had hij een
persoonlijke band opgebouwd
met de eigenaren. Toen de on
derhandelingen werden afgebro
ken, vroegen ze hem dan ook of
hij zelf geen zin had in een
directiefunctie.
„Ik vond het zo'n leuke uitda
ging. Het sluit ook aan op mijn
karakter: creatief, maar ook ge
structureerd organisatorisch. Ik
heb 'ja' gezegd en sinds 1 januari
1994 zit ik in het tin."
Hij heeft nooit eerder iets met
tin te maken gehad. „Absoluut
niet. Het is een materiaal dat ik
alleen van naam kende. Ik had
me nooit gerealiseerd dat er zo
veel potentie in zit. Ik probeer
tin uit de sfeer van het siervoor
werp te halen en er een ge
bruiksvoorwerp van te maken.
Zoals wijnkoelers, omdat tin een
prima isolerend materiaal is."
Tiel was ooit een echte tinstad.
Jonkheer Reuchlin: „Het was in
de Middeleeuwen al de haven
stad waar het tin uit Engeland
overgeladen werd naar het Duit
se achterland. In zo'n overslag
plaats vestigt zich automatisch
een stukje industrie. Tiel was dè
tinstad van Nederland, maar al
die bedrijven zijn of gestopt of
ter ziele gegaan. Tingieten is in
Nederland geen rendabele bezig
heid meer."
Rio is de laatste tinfabriek van
Nederland en is alleen rendabel
Jonkheer Reuchlin
FOTO ARCHIEF DE STEM
in combinatie met het toeris
tische aspect. „We trekken per
jaar zo'n 88.000 bezoekers. Het
dure loon van Nederland wordt
gecompenseerd door de dollars
van de Amerikaanse toeristen
die komen kijken hoe men het
vroeger deed. Dat betekent ook
dat we een lage graad van auto
matisering hebben. Als men bij
ons komt, wil men het ambacht
zien."
De jonkheer legt het accent
steeds meer op de relatie- en
promotiegeschenken. „Tin heeft
een blijvende waarde. Krijg je
iets van tin, dan bewaar je dat.
Dat gooi je niet weg. Een fles
wijn wordt opgedronken en be
landt in de vuilnisbak. Dan is de
attentiewaarde weg. Niet bij tin
waarop de gulle gever z'n naam
of logo zet. Dat blijft ergens
staan en behoudt z'n attentie-
waarde."
George Reuchlin houdt zich ech
ter niet alleen met tin bezig. Hij
heeft ook hobby's. 'Te veel' zelfs,
menen sommigen. „Ik ben een
keer getest toen ik directeur van
Ahoy was. De psycholoog zei
'wat u doet kan niet in 24 uur'.
Waarop ik zei: 'Als je echt wil
kan er toch een heleboel'."
Zijn belangrijkste hobby is wijn.
„Maar ik ben geen wijnkenner,
ik ben wijngenieter. Ik zeg ook
altijd: ik ben geen alcoholist, ik
ben vinocolist. Dat vind ik wat
sjieker."
De hobby wijn blijkt heel goed
hand in hand te gaan met de
commercie tin. „Als ik onderne
mers zeg kom eens naar mijn
tinfabriek kijken, dan krijg je
niet veel respons. Maar wel als
ik een wijnproeverij organiseer
onder het motto 'tin en wijn'."
Hij drinkt niet alleen wijn, hij
handelt er ook in. Reuchlin is
gespecialiseerd in wijn uit het
Duitse Franken.
De belangstelling voor Franken
heeft een verrassende oorzaak.
„Op de middelbare school waren
talen niet mijn sterke punt. Ik
had voor Engels een 3, voor
Frans een 2 en voor Duits een
2*4. Mijn ouders hadden het ge
voel dat ik daarmee niet mijn
eindexamen zou halen. Ze beslo
ten me tijdens de grote vakantie
steeds naar de binnenlanden van
deze taalgebieden te sturen."
Toen Duitsland aan de beurt
was, was hij vijftien. „Ik werd
door mijn ouders naar Fr'öhs-
tockheim verbannen, zo voelde
ik dat toen. Het ligt niet ver van
Würtzburg. Ik ben terecht geko
men op een mooi kasteel. Ik was
nog nauwelijks binnen of ik
werd smoorverliefd op de doch
ter van de baron. Ik maakte
bovendien kennis met de wijn."
Met de dochter is het nooit wat
geworden, met de wijn des te
meer. „Frankenwijn is een klein
gebied, maar is van hoge klasse.
Er wordt nauwelijks geëxpor
teerd, omdat de Duitse gastrono
mie vrijwel alles zelf opdrinkt."
In Nederland is de Frankenwijn
alleen bij de echte kenners be
kend. Reuchlin: „De Duitse
wijnbouw heeft de Nederlandse
markt helemaal verpest door
naar kwantiteit te zoeken. An
ders dan de Fransen die de kwa
liteit hebben gepromoot. Ze zijn
weggezakt als een super
marktwijn. De image dat ook
Duitsland hele goeie wijnen kan
maken is verloren gegaan."
Een leven zonder wijn kan hij
zich nauwelijks voorstellen.
Maar hij heeft desondanks ook
nog andere hobby's. Hij schrijft
veel, zoals een misdaadroman
over het Moerdijk milieu-schan
daal. Hij is bezig met een tweede
boek, een sleutelroman over de
ondergang van een Rotterdamse
redersfamilie.
Een andere hobby van de jonk
heer is het uitbrengen van gram
mofoonplaten met Nederlandse
militaire marsmuziek. „Niet om
dat ik zo'n militair was, maar
juist omdat ik het niet was. Ik
heb twee jaar mijn dienstplicht
bij de cavalerie volbracht. Als
student met een bierbuik zag ik
daar als een huis tegenop. Uit
eindelijk heb ik twee fantas
tische jaren gehad. Ook al omdat
ik het boeiend vond om twee
jaar lang iets te doen wat ik
absoluut niet wilde."
Na zijn diensttijd vond hij het
leuk de muziek te hebben waar
mee hij al die tijd geconfron
teerd was. Maar in de platen
zaak vond hij alleen 'Alte Kame
raden', niets Nederlands.
Philips was niet geïnteresseerd.
'Er zijn maar twee idioten die
zo'n piaat zouden kopen', zei een
woordvoerster. Waarop de jonk
heer antwoordde: „Mevrouw,
dan feliciteer ik u, want dan
hebt u voor het eerst van uw
leven de helft van de markt aan
de telefoon."
Op eigen kosten heeft hij toch
doorgezet. Er werden uiteinde
lijk 10.000 lp's verkocht. De se
rie, die inmiddels zestien platen
telt, zou hij graag nog uitbreiden
met muziek van schutterijen
plus operettemuziek die een mi
litaire binding heeft.
Jonkheer Reuchlin bij het af
scheid: „Het belangrijkste voor
mij is het creatief zijn. Ik vind
het heerlijk om dingen te creë
ren. Ik ben niet zozeer carrière-
gericht danwel projectgericht.
Als ik iets moois kan maken dan
moet ik mezelf vaak afremmnen
om het niet te mooi te maken,
anders is het niet meer commer
cieel. Dat is een zwakte van me."
Weet u waar ik op
mijn eeuwige
zoektocht naar
het wezen van de Amerikaan
se ziel soms ineens het ver
moeden krijg dat ik warm
ben? Op een Amerikaans toi
let. Amerikaanse toiletten
vooral openbare maar ook
wel particuliere zijn meest
al nogal onthutsende voorzie
ningen, waarin zich, dunkt
me, iets van de essentie van
dit volk moet weerspiegelen.
De wc's in private Ameri
kaanse woningen zijn dikwijls
geen aparte hokjes, doch uit
sluitend gesitueerd in de di
verse badkamers die elk huis
rijk is. Zo is het ook gekomen
dat de wc in Amerika niet
'the toilet' of zoiets heet,
maar 'the bathroom'.
Als je hier bij vrienden of
kennissen naar het toilet gaat,
ben je dus pardoes doorge
drongen tot de vertrouwelijk
heid van hun badkamer. Dan
zit ik ga even uit van de
zitvariant je met zicht op
tanden- en haarborstels, me
dicijnen of nog intiemere at
tributen van het plaatselijke
huwelijksleven te wachten op
de dingen die komen gaan.
Dat is een lichtelijk bedrem-
melende confrontatie, waar ik
dan ook nooit helemaal aan
gewend ben geraakt. Maar
het is als ervaring niets verge
leken met de sensatie van een
bezoek in Amerika aan een
openbaar gemak, in een res
taurant, kantoorgebouw of
stadion of zo.
Als lid van het mannelijk ge
slacht kan ik alleen met auto
riteit over de Heren spreken,
maar ik heb gehoord dat de
situatie bij de Dames voor
een deel dezelfde is. Niet na
tuurlijk voor wat betreft het
bij de tegenpartij onbestaande
deel urinoir, een faciliteit die
in haar Amerikaanse versie
doorgaans een door mij toch
nogal gewaardeerd facet ont
beert: tussenschotjes.
Dat gebrek aan scheidswand
jes brengt 'n schuchter Euro
pees mens telkens wel heel
erg dicht bij de anonieme
Amerikaanse medeman. En
dat is temeer daar een hele
ondervinding waar Ameri
kaanse toiletten in massale
behoeften moeten voorzien
en derhalve reusachtige ruim
ten zijn, zoals in de benzine
stations langs de highways.
Daar staan wij soms met wel
veertig heren op 'n rij. Met
dus onbelemmerde uitkijk
naar weerszijden! Niet dat ik
er speciale belangstelling voor
heb, maar het oog is soms
eigenzinnig en overziet dan
dat bizarre Amerikaanse
landschap, dat in zekere zin
niet minder adembenemend is
dan pakweg Death Valley. Op
andere momenten geeft Sieg-
mund Freud me de illusie dat
ik daar toch, zoals het hoort,
in m'n eentje sta en dat de
ooghoeken slechts in zo'n re-
peteerspiegel kijken waarin je
jezelf tot in het oneindige her
haald ziet.
Een even buitengewone bele
venis in een Amerikaans
openbaar privaat is de afleve
ring van de grote boodschap.
Daartoe begeeft men zich in
een van de, vaak eveneens in
lange rijen aangebrachte, ca
bines. Cabine is niet het goe-
Door Mare de Koninck
de woord, want dat veronder-"
stelt een besloten ruimte en er
is weinig beslotens aan de
Amerikaanse latrine.
Het is meer een los verband
van schotjes die eigenlijk te
smal en te kort zijn om op
elkaar en op de vloer en het
plafond aan te sluiten. Het
zijn kortom net zoveel, om in
de sfeer te blijven, spleten en
reten dan dat het bescher
mende panelen zijn. Het gaat
vermoedelijk om een opzette
lijk design, dat controle van
het zeer zichtbaar geoccu
peerde interieur door zeden-
bewakers mogelijk maakt.
Over de akoestische aspecten
van de transparante wc-archi-
tectuur wil ik niet eens uitwei
den. Laat ik het erop houden
dat ieder kan genieten van
een assortiment intieme gelui
den dat misschien nog het
raakst kan worden aangeduid
met het begrip kakofonie.
Wat leert dit alles ons nu over
de ware aard der Amerika
nen? Ik ben er niet zeker van.
Maar er kan een verband lig
gen tussen het doorsnee wc-
ontwerp en de veelgeroemde
openheid van de Amerikaan
se samenleving. Mogelijk ook
is er een relatie met de alge
hele Amerikaanse vrees voor
seksualiteit en belendende
onoirbaarheden, in de bestrij
ding waarvan het lagere goed
van de discretie tijdens de
secretie moet sneuvelen. Ge
lukkig krijg ik nog ampel ge
legenheid tot nader onder
zoek bij elke visite in dit land
aan wat hier wei heel terecht
het openbaar toilet heet.
Door Martijn Hover
Dat het bijna Nieuwjaar is, weten we doordat er kalen
ders zijn. De kalender is een prachtige uitvinding, maar
helaas kleven er nogal wat problemen aan. Zoals het feit
dat de astronomische verschijnselen waarop onze tijdre
kening gebaseerd is, weinig rekening houden met de
menselijke voorliefde voor mooie, ronde getallen.
Aanvankelijk ging men ervan
uit dat het 'zonnejaar' 365
dagen telde. In werkelijkheid
is het echter iets langer, zodat
na verloop van tijd de seizoe
nen begonnen te verschuiven.
Zeker vroeger was dat lastig,
want de kalender was oor
spronkelijk vooral bedoeld om
de aanvang der jaargetijden
met enige mate van nauwkeu
righeid te voorspellen.
Neem het jaar 1582. De lente
begon in dat jaar al op 11
maart. Dat werd te dol, vond
paus Gregorius XHI. Hij be
sloot de dag na 4 oktober 15
oktober te noemen, zodat het
jaar 1582 slechts 355 dagen
telde.
Bovendien werd het aantal
schrikkeljaren teruggebracht
door van 'eeuwjaren' die niet
deelbaar zijn door 400, 'ge
wone' jaren te maken. Zo is
het jaar 2000 een schrikkel
jaar en was 1900 dat niet.
Desondanks blijft onze kalen
der een merkwaardige kar
bonkel op het zitvlak van de
tijd, vol merkwaardige tegen
strijdigheden. De aanvangsda
ta van de jaargetijden zijn
bijvoorbeeld nog altijd tame
lijk willekeurig in de kalender
ingepast.
Klimatologen waren daar
reeds lange tijd (allang) ach
ter. Zij houden zich beroeps
halve onder meer bezig met
het bestuderen van seizoens-
wisselingen. Voor hen is het
uitermate lastig dat de seizoe
nen niet keurig in de kalender
passen.
Daarom hebben zij jaren gele
den al besloten het begrip
'meteorologisch jaargetijde' in
te voeren. De meteorologische
seizoenen beginnen keurig op
de eerste van de maand: de
'meteorologische winter' be
gint op 1 december, drie we
ken voor het begin van dè
'astronomische winter'.
Wie daar even goed over na
denkt, komt al gauw tot de
slotsom dat een simpele aan
passing van de kalender aller
lei problemen uit de wereld
zou helpen. Een simpele ver
schuiving zou volstaan: noem
de datum die nu nog '21 de
cember' heet voortaan '1 de
cember' en astronomische en
meteorologische seizoenen
vallen keurig samen.
Weliswaar zou dat kleine pro
blemen opleveren omdat de
data tussen de eerste en de
eenentwintigste december
twee maal zouden voorkomen.
Maar dat zou slechts een een
malig fenomeen zijn waar we
gemakkelijk overheen kunnen
stappen. Tenslotte is het ge
mopper over de tien 'verdwe
nen' dagen in 1582 ook vrij
snel verstomd.
Als we dan toch bezig zijn,
kunnen we misschien tegelij
kertijd iets doen aan de bela
chelijke manier waarop onze
maanden zijn opgebouwd. Met
name februari, dat zielige
overblijfsel van de Romeinse
kalender, is met zijn 28 dagen
natuurlijk een vreemde eend
in de bijt.
Omdat het jaar om en nabij
365 dagen telt, zou het keurig
zijn onder te verdelen in zeven
maanden van 30 dagen en vijf
van 31 dagen. In schrikkelja
ren zou een van de korte
maanden een dag extra kun
nen krijgen, zodat het schrik
keljaar zes maanden van 30 en
zes maanden van 31 dagen zou
tellen.
Helaas hebben dergelijke
voorstellen het in het verleden
niet gehaald en ziet het er niet
naar uit dat dat in de nabije
toekomst wel het geval zal
zijn. Voorlopig zullen we ons
moeten behelpen.