Weekend
DB STEM
'Van de beloofde
buitenlandse hulp
aan de Palestijnen
is nog bitter weinig
betaald'
'Dat onze politie
bij Prinsjesdag
mocht zijn, dat was
de grootste eer
voor ons'
NOVEMBER 1994 E2
en het voortplantingsvermo-
an zeehonden wordt aange,
3ij vissen zou meer ziekte
Ben. Vervuiling versterkt de
prheid voor ziekten,
naar 'Waddenloog' Jaap de
Ve zijn met een surveillance-
Ivan zijn ministerie naar de
lrtplaat gevaren, een wilde
llbank naast het Dantziggat
I Ameland. Met waadlaarzen
(cselhoogte betreden we voor-
bij laagwater de zandbank
It zuigend slik, tussen de on-
fee sporen van vogelpootjes.
e Vlas laat een grote vlie-
ger op, om vanaf 150 meter
hoogte met een fotocamera
de toestand van de jonge
feitjes vast te leggen: een zelf.
Ihte, goedkope en effectieve
er om te monitoren. Hij wil
fee op langere termijn zien
lerk de invloed van de mossel
lij is op de mosselbanken.
pissers zijn ook gebaat bij een
waterkwaliteit. En bij eer,
gezondheid van de schelp-
De belangen staan niet al-
i sterk tegenover elkaar. Het
leren van kokkels en mosselen
poeger is sinds een jaar of drie
epen." Volgens De Vlas moet
feoede balans te vinden zijn
Ji natuurbehoud, mosselcul-
|en recreatie. Hij uit zich te-
In.
nou eens om je heen. Af en
ien veerboot, in de verte wat
fesschepen. Inderdaad, je hoort
ldurend straaljagers oefenen,
I de dieren reageren daar niet
J op. Ondanks het intensieve
pik van de Waddenzee valt het
het de verstoring en is het hier
I en rustig. Ook 's zomers valt
Icreatiedruk nog best mee. De
Ben zijn er ook niet alleen voor
Ituurbeschermers. Het is Rijk-
ridom. Van ons allemaal dus.
perst nu een balans, met zorg
kt." De Vlas moppert alleen
Ie 'enorme verstoring' door
vliegtuigjes, meermalen
J, niet ingeperkt door afge-
Igen maatregelen. Wat dat be-
Izou het ministerie van Ver-
Jen Waterstaat 'best wat meer
milieu geëngageerd mogen
lermd én intensief gebruikt.
|enske Peters: „Die voortdu-
afweging van ecologie en
bmie zal altijd bij de Wadden-
(ijven horen."
i surveillanceboot van Rijks-
Irstoat doorkruist de Wad-
ee.
ZATERDAG 26 NOVEMBER 1994
De zomen van een bijna-diplomaat
De PLO moet sinds de
Golfoorlog ook bezui
nigen. Voor dat con
flict uitbrak, werd de
Palestijnse organisatie
royaal gesteund door
rijke Arabische oliestaten. Die fi
nanciële hulp verdween groten
deels door Arafats pro-Iraakse
houding tijdens de oorlog om Koe
weit. Mede daarom is het eigen
gebouw van de PLO aan de Haagse
Raamweg verruild voor een kleine
bovenetage in een pand aan de
Laan Copes van Cattenburg.
Beneden bij de voordeur geeft een
bordje aan dat hier het Palestijns
Consulaat is gevestigd. Maar dat is
een beetje vooruit lopen op de
zaken, geeft Youssef Habbab (41)
toe. „De eigenaars van het pand
hebben een foutje gemaakt toen ze
dat bordje ophingen."
De vestiging heet eigenlijk een 'ge
neral delegation'. „Hij is officieel
erkend door de Nederlandse over
heid. Het is weliswaar geen diplo
matieke, maar toch in ieder geval
een formele politieke erkenning,"
meldt Habbab niet zonder trots.
Dan blijkt dat de Palestijnse verte
genwoordiger wél heeft gerekend
op de komst van een journalist,
maar niet op een fotograaf. Hij
duikt snel het toilet in om de
wangen glad te scheren.
Tijd om even rond te kijken in de
Zei Youssef Habbab vijftien jaar
geleden in Nederland dat hij
Palestijn was, dan was dat vaak al
voldoende om te worden
aangezien voor 'terrorist'.
Tegenwoordig houdt hij zich als
hoofd van de Palestijnse delegatie
in Den Haag bezig met de
onderhandelingen over een
havenproject van 120 miljoen
gulden. „Maar economische hulp
aan de Palestijnen blijft
broodnodig," vindt een bezorgde
Habbab. „Evenals politieke druk
op Israël om de akkoorden van
Oslo uit te voeren. Anders kon het
wel eens alsnog helemaal
mislopen met het vredesproces."
Door Samir Suudi
werkruimte van Habbab. Behalve
een Palestijnse vlag en een grote
landkaart van het Heilige Land,
vallen vooral de vele foto's op van
Yasser Arafat, alias Abu Ammar,
alias Mister Palestine. Arafat met
Mandela, Arafat met Lubbers,
Arafat met de Paus en Arafat met
Habbab.
Vanachter zijn bureau steekt een
gesoigneerde Habbab een minuut
of vijf later van wal. Eerst maar
het goede nieuws. Habbab is net
terug uit Gaza en kan melden dat
twee Nederlandse scholen gaan
helpen met de ontwikkeling van
het toerisme in de Palestijnse ge
bieden. De Nationale Hogeschool
voor Toerisme en Verkeer (NHTV)
uit Breda en de Hotelschool Den
Haag hebben hierover een prininci-
pe-overeenkomst gesloten met
Elias Freij, de Palestijnse minister
voor Toerisme en Archeologie.
De twee scholen zullen een zoge
naamd toeristisch masterplan ont
werpen voor Gaza, de West Bank
en Oost-Jeruzalem. Verder zullen
ze helpen bij het opzetten van een
trainingscentrum voor hotelperso
neel in Gaza en toeristische onder
wijsprogramma's ontwikkelen voor
de Palestijnse schooljeugd. Ook
gaan ze op zoek naar Nederlandse
bedrijven die willen investeren in
de toerismesector in deze gebieden.
Habbab: „Er is een enorm poten
tieel voor toerisme naar Palestina.
Van de belangrijkste plaatsen uit
de Israëlische toeristische folders
liggen er negentig in de Palestijnse
gebieden. Daarentegen overnacht
slechts vijf procent van de toeristen
die deze plaatsen bezoeken, in Pa
lestijnse hotels. De rest maakt ge
bruik van Israëlische accommoda
ties."
„Wij hebben zelf domweg niet ge
noeg hotels en restaurants. Neem
nou bijvoorbeeld Hebron. Daar
houdt ongeveer twintig procent
van de bevolking zich bezig met
het vervaardigen van souvenirs. Er
is in die plaats echter geen enkel
restaurant. Onder de Israëlische
bezetting werden er bovendien
geen vergunningen afgegeven voor
de bouw van hotels."
Jaffar Shadid (staand) en Youssef Habbab: '...enorm potentieel voor tourisme...'.
„Denk ook maar aan het religieus
toerisme," gaat het hoofd van de
Palestijnse delegatie verder.
„Katholieken bezoeken voor de
Kerstviering Behtlehem in decem
ber; de Grieks-orthodoxen doen
hetzelfde in januari. Christelijke
pelgrims bezoeken in grote getalen
plaatsen als Hebron en Oost-Jeru
zalem. Het toerisme en daarmee
samenhangende bedrijfstakken als
transport, horeca en catering zijn
zeer arbeidsintensieve bedrijfstak
ken. De toeristische branche kan
dus voor grote werkgelegenheid
onder de Palestijnen zorgen."
Habbabs economische advi
seur, Jaffar Shadid (36),.
mengt zich in het gesprek
en wijst op de drie miljoen
islamitische pelgrims die jaarlijks
een bedevaart naar Mekka maken.
Shadid: „Volgens de Koran moeten
deze pelgrims hun bezoek aan
Mekka eigenlijk afsluiten met een
bedevaart naar Jeruzalem. Om po
litieke redenen was dat de afgelo
pen 27 jaar niet mogelijk. Wellicht
dat zij in het kader van een vredes
regeling in de nabije toekomst weer
naar Jeruzalem mogen komen. Stel
dat zo'n dertig procent van de
Mekka-gangers ook Jeruzalem be
zoekt. Dan heb je het toch over een
miljoen mensen. En dat binnen een
week. Daar zul je ook de infra
structuur en de faciliteiten op aan
moeten passen..."
Behalve toerisme zijn ook de bouw
en de landbouw belangrijke groei
sectoren van de Palestijnse econo
mie. Grote aantallen Palestijnen in
de diaspora zullen, veel vaker dan
nu, hun roots willen terugvinden in
het land van hun (voor)ouders.
Habbab: „Deze mensen zullen lang
niet allemaal kunnen logeren bij
familieleden. Daarvoor moeten
enorm veel hotels en appartemen
ten gebouwd worden." Het komen
de decennium is dan ook jaarlijks
de constructie van circa 15.000
woonunits nodig.
Mogelijkheden om de Palestijnse
economie en werkgelegenheid op
en uit te bouwen zijn er volgens
Habbab en Shadid dus genoeg. In
feite is dat ook bittere noodzaak in
gebieden waar vijftig (West Bank)
tot zestig (Gaza) procent van de
bevolking werkeloos is.
Dat laatste gebied is eigenlijk één
uitgestrekt vluchtelingenkamp van
36 bij 10 kilometer. Zo'n 950.000
mensen zitten hier opeengepakt in
krotten, zonder waterleiding en
riolering. Het is in dit sociale
kruitvat waar de islamitische fun
damentalistische beweging Harnas
het stevigst wortel heeft geschoten.
Habbab is duidelijk bang voor on
controleerbare uitbarstingen van
volkswoede, als er geen verbetering
komt in de levensstandaard van de
Palestijnen in Gaza.
(Het gesprek vindt enkele dagen
voor de confrontatie tussen Pales
tijnse politiemensen en Hamas-
aanhangers plaats. Bij dit treffen
werden dertien demonstranten
doodgeschoten, Red.)
Habbab: „Er heerst grote ontevre
denheid onder de Palestijnse bevol
king. De mensen voelen zich zo
langzamerhand verraden. Dat wekt
een enorme hoeveelheid agressie en
radicalisme op. De Palestijnse bur
gers hebben politiek gezien een
hele hoge prijs betaald voor vrede
met Israël. Maar wat zien zij? Dat
Israël, Jordanië en andere Arabi
sche landen het meest profiteren
van het vredesproces. Zij kunnen
na de conferentie van Cassablanca
rekenen op miljarden dollars aan
buitenlandse hulp. Ook hebben
landen als Oman. Bahrein, Koeweit
nu de mogelijkheid hun betrekkin
gen met Israël te normaliseren."
„Tegelijkertijd ziet onze bevolking
dat er van de beloofde buitenland
se hulp eigenlijk nog bitter weinig
betaald is. Van een verbetering van
hun economische positie hebben ze
het afgelopen jaar dan ook niks
gemerkt."
Het zijn overigens niet alleen de
beroerde economische omstandig-
Een Palestijnse jongere in Ramallah op de bezette West Bank demonstreert tegen het vredesverdrag met
Israël. Volgens Youssef Habbab, hoofd van de Palestijnse delegatie in Den Haag, blijfven economische hulp
aan de Palestijnen en diplomatieke druk op Israël hard nodig. foto ap
foto de jong en van es
heden die de agressie en de verbit
tering onder de bevolking veroor
zaken. Ondanks het vredesproces
zitten ook nu nog zo'n 6000 Pales
tijnen vast in Israëlische gevange
nenissen. Habbab: „Er is in de
bezette gebieden praktisch geen
enkel huishouden waarvan niet
minstens één zoon gevangen heeft
gezeten, of nog zit, dan wel is
gedood tijdens de Intifada."
Op de Haagse etage schetsen
de Palestijnse vertegen
woordiger en zijn assistent
Shadid een situatie die be
droevend veel weg heeft van een
vicieuze cirkel: de bevolking in de
bezette gebieden mort steeds lui
der, omdat er geen verbetering in
hun levensomstandigheden komt.
Om die levensomstandigheden te
verbeteren is de economische hulp
van de Wereldbank en particuliere
buitenlandse investeerders onmis
baar. Die willen echter pas met
geld over de brug komen als de
Palestijnen behoorlijke juridische
en overheidsinstellingen hebben
opgericht. De Palestijnen claimen
op hun beurt dat daarvoor niet
alleen geld nodig is (dat zij zelf niet
hebben), maar ook verkiezingen
voor hun parlement, de Palestijnse
Nationale Autoriteit (PNA).
Zelf willen de Palestijnen volgens
Habbab deze verkiezingen zo snel
mogelijk houden. Het Israëlische
leger moet zich dan wel eerst te
rugtrekken uit de belangrijkste ste
den op de West Bank, zoals vorig
jaar is afgesproken volgens de
principe-overeenkomst van Oslo.
Bovendien moeten zij hun be-
moeienissen met de voorbereidin
gen voor de verkiezingen staken.
Habbab (op wiens voorhoofd zich
nu door de combinatie van een
stijgende opwinding en een warm
najaarszonnetje kleine zweetdrup
peltjes hebben gevormd): „Israël
zoekt duizend-en-één excuses om
de verkiezingen te vertragen. Zij
wil vantevoren inzage hebben in de
lijst van kandidaten voor de PNA.
Personen die haar om welke rede
nen dan ook niet bevallen, zouden
niet kandidaat mogen staan. Israël
wil ook dat de PNA maar 35 leden
telt. Veel te weinig. Er zijn mini
maal honderd leden nodig. Wij
weigeren dan ook categorisch om
te voldoen aan deze voorwaarden.
Op zo'n manier kunnnen de verkie
zingen natuurlijk nooit echt vrij en
democratisch zijn."
Shadid voegt daar aan toe: „We
hebben het idee dat Israël bewust
allerlei politieke en juridische ob
stakels voor de economische ont
wikkeling van de Palestijnse gebie
den opwerpt. Israël werkt volgens
ons niet aan de totstandkoming
van een vredesakkoord, maar al
leen van een veiligheidsakkoord
Rabin is een oud-militair die
slechts denkt in termen van veilig
heid."
„Maar wij zeggen: Er moet een
vredesakkoord komen dat garan
ties biedt voor een vrede die ook op
de lange termijn blijft bestaan. Als
Israël doorgaat met de Palestijnen
te vernederen, zullen ze hun ver
trouwen in Oslo verliezen."
Na het verhaal vol kommer en kwel
hebben de twee Palestijnen vanuit
de statige laan in de residentie
gelukkig toch ook weer positieve
dingen te melden. Want het is vol
gens Habbab en Shadid met name
Nederland dat hun staat in wor
ding te hulp komt met diplomatie
ke, technische en economische
steun.
De Palestijnse delegatie roept gere
geld de hulp in van het Nederland
se ministerie van Buitenlandse Za
ken bij het oplossen van misver
standen en conflicten met de Israë
lische autoriteiten over de uitleg
van 'Oslo'.
Ook bij het opbouwen van de in
frastructuur en het verbeteren van
het milieu in de Palestijnse gebie
den steekt de Nederlandse overheid
een helpende hand toe. Zo heeft
Nederland al toegezegd veertig
procent te betalen van de aanleg-
kosten (120 miljoen gulden) van
een zeehaven in Gaza.
Frankrijk en Italië hebben in prin
cipe beloofd het resterende deel
van het bedrag te verstrekken
Voordat de portemonnee definitief
open gaat, wil Parijs de uitkomst
van een onderzoek naar de milieu
aspecten en de technische haal
baarheid van een zeehaven bestu
deren.
Een eerder gemaakt plan voor
de aanleg van een 'drij
vende' haven voor de kust
van Gaza is inmiddels over
boord gezet. Door het winderige
klimaat en de daarmee gepaard
gaande hoge golfslag zou zo'n ha
ven maar drie maanden per jaar te
gebruiken zijn.
De eigen Palestijnse zeehaven die
voor een belangrijk deel aangelegd
zou moeten worden door het Ne
derlandse bedrijf Ballast Nedam.
betekent naar de mening van Hab
bab en Shadid een enorm impuls
voor de plaatselijke economie. Toe
risme, im- en export, transport- en
verzekeringswezen, douane; ze
zouden allemaal een grote vraag
naar arbeidskrachten genereren
Daarnaast zou de haven een uiterst
belangrijk bron van deviezen voor
een prille Palestijnse staat vormen.
Nederland loopt ook voorop met
het verlenen van hulp bij de verbe
tering van het Palestijnse milieu
Het ministerie van Ontwikkelings
samenwerking maakt in samen
werking met de Palestijnse autori
teiten een inventarisatie van de
problemen en een plan voor de
sanering. Den Haag zal binnenkort
ook assistentie verlenen bij de op
richting van een Palestinian Envi
ronmental Protection Agency. In
totaal schenkt Nederland de Pales
tijnse gebieden dit jaar 24 miljoen
gulden aan bilaterale hulp.
Zelf weet Habbab zich nog de tijd
te herinneren dat hij als Palestijn
in Nederland automatisch gezien
werd als 'veiligheidsrisico'. In '78
arriveerde hij in dit land met de
bedoeling politicologie te studeren
in Leiden. Daar kwam het nooit
van. Maar hij kwam er wel snel
achter wat de toen heersende pu
blieke en politieke opvattingen
over het Midden Oosten-conflict
waren. 'Israël heeft gelijk!' en 'Pa
lestina bestaat helemaal niet!', wa
ren slechts enkele van de kreten die
hem bijna dagelijks om de oren
vlogen.
De omslag kwam volgens Habbab
pas in 1982, toen de wereld met
afschuw kennis nam van de slacht
partijen in de vluchtelingenkam
pen Sabra en Shatilla in Beiroet.
Onder het oog van Israëlische mili
tairen vermoordden Libanese
christelijke milities toen duizenden
Palestijnen, voornamelijk bejaarde
mannen, vrouwen en kinderen.
Vanaf die tijd ontstond zeer
schoorvoetend een dialoog tussen
de hier verblijvende Palestijnen en
de Nederlandse overheid en poli
tiek. Lange tijd ging dit overigens
niet verder dan enkele contacten
met individuele politici en ambte
naren op het laagste niveau.
Onlangs maakte Habbab het mee
dat 22 Palestijnse agenten in spe
een opleiding mochten volgen aan
het Politie Instituut voor Openbare
Orde en Veiligheid (PIOV) in Hoo-
gerheide. Habbab, met ontroering
in zijn stem: „Het mooiste was nog
dat ze een officiële uitnodiging
kregen om de festiviteiten rond
Prinsjesdag bij te wonen. Dat was
de grootste eer voor ons..."