De laatste
Burghers
van Sri Lanka
Borsi
Onderzo
de stem
Guus Hes wachtte halve
eeuw op doctorstitel
-DE STEM-
r"
de Stem
BINNENLAND BUITENLAND
LJ
J
Wijers waars(
DESTEM
Hoop en vre
V
DONDERDAG 27 OKTOBER 1994 A2
Door Michel Koster
'De tachtigjarige Osse
econoom Guus Hes
schreef op zijn onder
duikadres in 1943 het
proefschrift 'Risico als
economisch pheno-
meen'. Het proefschrift
verdween na de Tweede
Wereldoorlog in een
oude koffer op de zol
der van Hes. Het kwam
vijftig jaar later weer
tevoorschijn en promo
veert hij erop. Hes
wordt op 3 november Promovendus Guus Hes
de oudste promovendus F0T0 peter van huijkelom
in de geschiedenis van die nodig waren voor het
de Katholieke Univer- proefschrift. Ik gebruikte alles
Siteit Brabant. om miint denkbeelden en ken
nis vast te leggen.
De hoop papieren en schriften
staat in schril contrast met het
boekwerk dat nu klaar is. Op
een mooie grijze kaft staat:
'Risico als economisch pheno-
meen. Speurtocht naar de
plaats van het risico in de
economische literatuur en
practijk in de jaren vooraf
gaand aan de Tweede Wereld
oorlog'.
Hes heeft bewust gekozen
voor de oude spelling met
dubbele o's en sch. „Ik wilde
de sfeer van vijftig jaar gele
den vasthouden. Soms was dat
ingewikkeld. De typiste van
het proefschrift vroeg zich af
waarom ik zoveel taalfouten
had gemaakt. Mijn kinderen
riepen ook meteen toen het
klaar was dat ze blunders in
de spelling hadden ontdekt."
Hes, officier in de Orde van
Oranje Nassau en auteur van
het boek over de jodenvervol
ging in Oss 'Opdat zij niet
vergeten worden', wil niet te
diep ingaan op de inhoud van
zijn proefschrift.
„Ik' heb me bezig gehouden
met de vooroorloogse litera
tuur over risico in de econo
mie. Het proefschrift kan mee
genomen worden in de discus
sie over hoe het risico verdeeld
wordt over de gemeenschap.
Maar het is alleen voor weten
schappers te begrijpen," be
toogt hij. „Het heeft weinig
zin om andere mensen daar
mee lastig te vallen."
In 1936 studeerde hij aan de
toenmalige Roomsch Katho
lieke Handelshoogeschool in
Tilburg af. Nu' komt hij op 3
november terug op de Katho
lieke Üniversiteit Brabant 'om
de kroon op zijn werk te zet
ten.
„De titel doctorandus stelt
niet echt veel voor", meent
Hes. „In het buitenland zegt
zo'n titel niets. Doctor, dat
klinkt."
De oudste promovendus in de
geschiedenis van de KUB
wijst naar zijn laatste stelling
van het proefschrift. „Die
moet niet moeilijk te verdedi
gen zijn."
Op het papier valt te lezen:
Men is nooit te oud om te
leren.
De tachtigjarige Guus Hes
dook in 1943 met zijn gezin
onder in een badkamer van
het klooster in Batenburg. In
de ruimte van een paar vier
kante meter bestonden die da
gen tijdens de Tweede Wereld
oorlog uit spelletjes, lezen en
wat huishoudelijk werk.
De joodse Nederlander Hes
besloot de tijd te doden door
het economisch proefschrift
'Risico als economisch pheno-
meen' te schrijven.
Na de oorlog verdwenen de
aantekeningen naar de zolder
van het Osse herenhuis van
Hes. Daar bleven ze vijftig
jaar lang liggen.
Met ditzelfde proefschrift, nog
steeds in de oude spelling,
staat Hes op het punt om te
promoveren aan de Katholieke
Universiteit Brabant. Hes
heeft een halve eeuw moeten
wachten op de titel doctor.
„Tijdens de oorlog kon ik als
joodse Nederlander natuurlijk
niet promoveren. En na de
bezetting had ik wel wat an
ders aan mijn hoofd," vertelt
de gepensioneerde directeur
van Akzo Pharma in Oss.
Hij had ook de moed niet om
de koffer met de aantekenin
gen te openen. Hes was bang
voor pijnlijke herinneringen of
dat het proefschrift tegen zou
vallen.
In 1993 hakte hij de knoop
door. De koffer ging open.
„Het viel verschrikkelijk mee.
Als het proefschrift niets had
voorgesteld, dan was het zon
der blikken of blóZen in de
prullenbak beland. Het ver-
haa bleek goed in elkaar te
zitten. Met een extra hoofd
stuk zou het compleet zijn. Ik
besloot met een promotie mijn
wetenschappelijk leven waar
dig af te sluiten."
Hes laat de oude papieren kof
fer zien. Die is gevuld met een
stapel blaadjes en schriften in
alle vormen en maten.
„Dat was het grote probleem,"
blikt hij terug. „Hoe kwam je
in het klooster aan papier en
studieboeken. Met de hulp van
vrienden kreeg ik de dingen
Uitgave van uitgeversmaatschappij De Stem B.V.
Directie: drs. J.H.M. Brader en D. Ahles (adjunct).
Hoofdredactie: H. Coumans - hoofdredacteur.
C. Hamans en H. Vermeulen - adjunct-hoofdredacteuren.
Hoofdkantoor: Spinveld 55, Breda.
Postadres: Postbus 3229, 4800 MB Breda.
076-236911/Telefax 076-236405. Telefax redactie 076-236309.
Bezorgklachten en abonnementenadministratie:
Afdeling Lezerscontact 06-0226116 (gratis)
ma. t/m vrij. 8.00-17.00 uur, zat. 8.00-12.00 uur.
Kantoren:
Bergen op Zoom, Postbus 65, 4600 AB;
01640-36850, fax 01640-40731, redactie 01640-37253.
Etten-Leur, Markt 28, 01608-21550, fax 01608-17829.
Goes, Klokstraat 1, 01100-28030, fax 01100-21928.
Hulst, Steenstraat 14, 01140-13751, fax 01140-19698.
Oosterhout, Bredaseweg 108B,® 01620-54957, fax 01620-34782.
Roosendaal, Molenstraat 45,® 01650-37150, fax 01650-44929.
Terneuzen, Zuidlandstraat 32,® 01150-17920, fax 01150-96554.
Vlissingen, Scheldestraat 7-9, 01184-19910, fax 01184-11446.
Openingstijden: van 8.30-17.00 uur.
(Middagpauze van 12,30-13.30 uur m.u.v. Oosterhout)
Fotoservice 076-236573.
Advertenties (tijdens kantooruren 8.30-17.00 uur):
Rubrieksadvertenties 't Kleintje 076-236882 en bij Teuben,
Ginnekenweg 7, Breda.
Grote advertenties uitsluitend 076-236881. Fax 076-236405.
Geboorte- en overlijdensadvertenties
maandag t/m vrijdag tot 16.00 uur S 076-236881fax 076-236405
zondag van 18.30 tot 20.30 uur 076-236242/236911
Alle advertentie-opdrachten worden uitgevoerd onder toepass1 an de Algemene
Voorwaarden van Uitgeversmaatschappij De Stem B.V. alsrt, Regelen voor
het Advertentiewezen.
Bankrelaties: Postgiro 1114111 - ABN/AMRO rek. 520538447
De Stem op band: Centrum voor gesproken lektuur 0886C-32345.
Noteer als nieuwe abonnee:_
Naam:
Adres:
Postcode:
Plaats:_
Telefoon (voor controle bezorging):
De nieuwe abonnee betaalt per:
kwartaal acceptgiro 87.20 c
maand automatisch 29.05
De Parkerpen zenden aan:
Naam:
Adres: n
Postcode:Plaats:_
kwartaal automatisch
bank/gironr.
84.70
In de pen moet komen te staan: (max. 15 letters)
De pen wordt opgestuurd zodra wij het eerste abonnementsgeld ont
vangen hebben. Stuur deze bon in een open envelop zonder postze-
I naar Dagblad De Stem, Antwoordnummer 112, 4800 VB Breda.
Een oude Gereformeerde kerk.
"~i
DE STEM. EEN KRANT DIE JE WAT ZEGT.
Singhalezen en Tamils
vormen de grootste etni
sche groeperingen op het
deze week opnieuw door
geweld geteisterde Sri
Lanka - het vroegere
Ceylon. De kleinste groe
pering op het eiland ech
ter bestaat uit nazaten
van de Vereenigde Oost-
Indische Compagnie, de
zogenaamde 'Dutch
Burghers'. Een uitster
vende groep met een gou
den verleden. Een repor
tage.
Door ED VAN DE KERKHOF
DE WEG naar het noorden was
heet en lang en de klamme tro-
penlucht had zich muf en voch
tig tot in de papiervezels van het
boek gedrongen. De auteur was
R.L. Brohier en de titel was
Links between Sri Lanka and
the Netherlands.
De pagina's voelden aan als nat
karton en plakten aaneen. Het
was Brohiers dertiende boek ge
weest. De eerste drukproeven
waren samen met de drukkerij in
vlammen opgegaan. Niemand
had dat vreemd gevonden. Onge
luksgetallen moet je serieus ne
men op Sri Lanka.
Voor in de auto had father Godf
rey zijn witte toog tot op zijn
broek afgestroopt. Voor de zesde
keer speelde hij het nummer
I Edelweiss op zijn accordeon.
Soms oefende hij De Uil zat in
de Olmen. Dat hadden wij hem
in een onbewaakt ogenblik ge
leerd. Hij vond het een mooie
melodie voor een nieuwe liturgi
sche hymne. Hij zou er eens mee
naar de bisschop gaan, zei hij.
In een hete vlaag van fantasie
hoorde ik hoe de paus - die voor
volgend jaar een bezoek aan Sri
Lanka heeft afgekondigd - bin
nengehaald zou worden op een
stichtelijke variant van 'koe -
koek! koe - koek!...'
Maar ook dat moment gleed weg
in de natte rijstvelden naast de
pokdalige weg, rijstvelden die
gèleidelijk plaats maakten voor
moerassen en kreken vol witte
reigers.
Fort
KALPITYA BLEEK een morsig
kustplaatsje met tegen elkaar
schurkende uitdragerijtjes vol
gedroogde vis en vliegen. Buiten
wees father Godfrey op een grij
ze, stenen muur, overwoekerd
met oud gras en nieuw prikkel
draad.
„Hier heb je je fort," zei hij. Het
was niet toegankelijk. Binnen de
oude vesting had zich het Srilan-
kaanse leger genesteld, uitturend
naar het noorden waar vandaan
opstandige Tamils konden ko
men.
Aan de gammele pier lagen ge
deukte vissersboten. Bruine
mannen met lendedoeken hurk
ten bij hun netten en spuugden
rood sap in de verlaten baai die
volgens de kaart Dutch Bay
heette, de Nederlandse Baai.
Het was moeilijk voor te stellen
dat dit ooit een bloeiende haven
plaats was geweest, waar het
rood-wit-blauw van de Veree
nigde Oost-Indische Compagnie
wapperde.
Exodus
Nog eenmaal keek ik naar de
muren van het voormalige Ne
derlandse fort. Nadien pelde ik
door het boek van Brohier. In
het gedeelte over Kalpitya dat
ooit Calpentyn heette, las ik zin
nen over afbrokkelende muren,
onhandige pogingen om met wil
lekeurig aangebracht cement de
schade te herstellen, zinnen over
gestadig verval...
Ach, geschiedenis is verval. Het
was niet alleen met de muren
van het fort gebeurd, maar ook
met de afstammelingen van de
kooplieden en soldaten van de
VOC. Als Burghers hadden ze
het als kleine maar levenslustige
minderheid tot na de Tweede
Wereldoorlog volgehouden tus
sen Singhalezen en Tamils.
Vervolgens was de exodus op
gang gekomen, naar Canada,
naar Engeland, maar voorai
Sint Nikolaas Home; Doreen Henrichs sleet er jaren.
naar Australië. Ach nee, ze gin
gen niet allemaal en ze gingen
niet ineens - er' waren er die
achterbleven óm tot op de dag
van vandaag de kleinst mogelij
ke etnische minderheid op het
eiland te blijven vormen: 0,26
procent volgens de laatste tellin
gen-
Sint Nicolaas
HET HUIS lag als een oase in
een van die door vervallen kolo
niale veranda's getekende bui
tenwijken van Colombo, waar de
geuren van dieseldampen sa
menspannen met die van open
riolen en op houtvuur sudderen
de fishcurry's. Het dametje sprak
Engels.
Ze was diep in de zeventig en
haar gelaatskleur had de tint
van een breekbaar oud rose,
overdekt met een laagje getaand
vernis. Ze heette Doreen zei ze,
op z'n Engels, Doreen Henrichs -
ja, dat was nog Nederlands, of
Duits misschien, ze wist het niet
zo goed.
Ze bracht in dit huis de rest van
haar tijd door, wachtend, net
zoals dat rijtje andere dametjes
op de veranda - wachtend met
hun breekbare bleke lijfjes in de
schaduwen van dit huis dat Sint
Nikolaas' Home heette en dat op
de voorgevel het wapen torste
van de VOC met daaronder de
spreuk 'Eendracht Maakt
Macht'.
Ach ja, zei ze, ze had een doch
ter. Die zat al veertig jaar in
Engeland. Haar zoon woonde al
tijdenlang in Melbourne, Austra
lië, daar waar het grootste deel
van de diaspora van Srilankaan-
se Dutch Burghers was neerge
streken na het uitroepen van de
onafhankelijkheid van het ei
land.
En ach ja, ze had het ook gepro
beerd, eerst in Engeland en na
dien in Australië, maar ze had
maar niet kunnen wennen aan
het kille klimaat. „Too cold,
no?", had Doreen gezegd.
Ceylon, Sri Lanka, het eiland zat
al zeker vierhonderd jaar in haar
botten. Dat kreeg je er niet meer
uit.
Kaneel
GESCHIEDENIS BEGINT er
gens en deze geschiedenis begint
met kaneel. Of Raja Sinha II,
heerser over het koninkrijk Kan-
dy, in de bergen van Sri Lanka.
De Portugezen hadden bezit ge
nomen van de kust en Raja Sin-
ha vroeg de Hollanders van de
VOC hem te helpen de indringers
uit de havens te verjagen. Dat
was ergens halverwege de zeven
tiende eeuw.
En zo waren de Hollanders ge
komen en ze waren gebleven. Ze
hadden de koning verteld dat het
maar een tijdelijke inbeslagname
was, tot hij zijn'rekening voor de
verleende hulp had betaald. Die
rekening bedroeg - na aftrek van
geleverde olifanten, juwelen en
specerijen - op de kop af
7.265.460 gulden, 11 stuivers en
1 penning en zoveel had de ko
ning niet in kas...
De werkelijke reden voor deze
schandalige afperserij was ka
neel. Het eiland had 'de koste
lijkste ende fijnste caneel, die
Mevrouw Henrichs
Helena ende kostelijke bruydt,
daar om zoo veel jaren aan de
Portuguesche en Nederlandtsche
kant gekampt is,' aldus een kro
niekschrijver. Kaneel was goud.
Dominees
De Hollanders bleven er hon
derdvijftig jaar. Na de soldaten
kwamen de kooplieden en avon
turiers en de gereformeerde do
minees die-de Bijbel vertaalden
in het Tamil en Singhalees, witte
kerken met klokgevels bouwden
en scholen" stichtten 'tot Voort
planting van de Waare Christe-
lyke Gereformeerde Religie', zo
als nog te zien is op een bewaard
gebleven gevelsteen in het Ne
derlands Museum in Colombo.
Maar de dominees moesten het
uiteindelijk afleggen tegen de
populariteit van de heilige Anto-
nius en de met pijlen doorboorde
Sebastiaan, martelaar en even
eens heilige, katholiek van huis
uit.
De Hollandse VOC-bestuurderen
werden op de drempel van de
negentiende eeuw verjaagd door
de Engelsen die eerst koffie- en
toen theeplantages en nadien
ook de spoorlijnen naar het ei
land brachten.
De Hollandse afstammelingen
die achterbleven nestelden zich
al gauw genoeg behaaglijk in het
koloniale gebouw dat de Britten
optrokken op Ceylon - welis
waar niet in de salon, want die
was voorbestemd voor de Britten
zelf, maar vanaf de bijgebouwen
tot in de keuken wemelde het
van de Burghers, en een enkeling
wist zelfs tot in de betere kamers
door te dringen. Ze zouden er
blijven zitten tot ook de Britten
op hun beurt verdwenen. Dat
was in 1948.
Maar waren het eigenlijk wel
Hollanders?
Mengelmoes
EEN VOORBEELD. In 1885
werd op Ceylon J. Audrey Mar-
tensz geboren, Engelse voorna
men, Nederlandse achternaam.
Audrey stamde uit een gerenom
meerd Burgher- geslacht dat
trots was op een stamboom die
terugging tot ergens in Neder
land, zeventiende eeuw.
Audrey maakte naam als advo
caat, werd parlementslid en in
1948 werd hij benoemd tot Hoge
Commissaris van Ceylon in Au
stralië. De eerste. Bij zijn benoe
ming werden de gegevens van
zijn afkomst tot op de komma
vastgelegd als zijnde 62,5 pro
cent Nederlands, 25 procent
Schots en 12,5 procent Singha
lees.
Zo was het met velen, zo niet
met allemaal gegaan. De nazaten
van de VOC bestonden uit een
mengelmoes van huursoldaten
uit de Duitse en Zwitserse lan
den, hugenootse kooplieden uit
Frankrijk, avonturiers uit de
Hollandse provincies, uit elke
uithoek van Europa kwamen ze,
Ierland, Schotland, Denemar
ken, noem maar op - en dit alles
vermengd met het hete bloed
van Portugese en inlandse vrou
wen hetgeen de voortplantings-
drift bevorderde en dat zou ze,
toen de na-oorlogse exodus op
gang kwam, nog goed van pas
komen.
Thuis spraken ze een soortement
van Portugees koeterwaals,
doorspekt met wat Nederlandse
termen en toen de Britten kwa
men gingen ze over tot een vorm
van kokosnoten-Engels.
Losbollen
Zoals gezegd, de ongebreidelde
voortplantingsdrift van de Burg
hers zou hen nog van pas komen.
„Wat mij aan hen zo bijzonder
bevalt," schreef de heer Frost,
Australisch immigratiebeambte
in 1948 enthousiast vanuit Co
lombo naar Canberra, „is hun
uiterst vruchtbare voortplan
tingsgedrag. Grote gezinnen met
zeven of acht of zelfs twaalf
kinderen is de regel." Volgens de
heer Frost ideale voorwaarden
om het geboortepeil in Australië
danig op te schroeven...
Ach, het moet een levenslustig
volkje zijn geweest - het volkje
van postkantoorhouders en kan
toorklerken, treinmachinisten en
plantageopzichters met Neder
landse namen en gemengd bloed.
„Dutch?" zei onze gastheer
grijnzend. Hij maakte een hand
gebaar naar zijn mond, alsof hij
een fikse slok nam. De Burghers
waren, zo legde hij uit, op Sri
Lanka het synoniem geworden
voor drankzucht, losbolligheid
en verkwisting van eigen en an
dermans centen. Maar dat zal de
kift wel zijn geweest....
Stamboom
DE TOPLAAG bracht het in
middels tot rechter en advocaat
en journalist -en als zodanig
wisten ze met het blad Examiner
menige Britse autoriteit de boom
in te jagen.
In hun vrije tijd groeven zij
driftig naar stambomen en hoe
Hollandser die was, hoe hoger
het aanzien in eigen en ander
mans kring. („De Nederlandse
afstammelingen behoren tot de
best opgeleide en nuttige leden
van de eilandbevolking en vor
men de bovenlaag van de
Burgher-groepering op Ceylon;"
schreef de historicus P.
Arunachalaam in 1901.)
De genealogische bevindingen
werden uiteraard gepubliceerd
en wel in de Journal of the
Dutch Burgher Union of Ceylon
-volwaardig lid van die club
kon men alleen worden, als aan
getoond kon worden dat de af
stamming voor minstens zeven
tig procent Europees was...
Kakhuisje
Ach, het blad bestaat nog. Maar
neem het eerste nummer, dat
van maart 1908. Voorin een foto
van het Sinterklaasfeest van
1907 in Colombo en achterop
twee annonces - de ene voor
'Hoppe's Old Holland Gin' ('Re
commended by Doctors','aanbe
volen door de heren geneeskun
digen) en de andere voor '2 Po
pular Dutch Cigars'.
De afgedrukte ledenlijst bevat
tientallen oud-Nederlandse na
men, van Anthonisz en Bartholo-
meusz tot Van der Straaten en
De Vos afgewisseld met rijtjes
Van Geyzels, Van Houtens en
Van Dorts.
Bladerend door de jaargangen
stuit men op stambomen en ge-
schiedenisvragen - 'What was
the Dutch East India Compag-
ny?' - en een Engelse vertaling
van 'In naam van Oranje doe
open de poort' - 'Do open the
gate in the name of the Prince'..
Het kostelijkste zijn de woor
denlijstjes. Het Singhalese pan-
nekuk en boncie verwijst onmis
kenbaar naar pannenkoek en
boontjes, knopskattia is knoops
gat en - neem me niet kwalijk -
kakhusiya staat voor onze eigen
vaderlandse plee, in de oude da
gen ook wel 'kakhuisje' ge
noemd.
Hoe schril tekent zich daar het
laatste nummer van de Journal
tegen af. Eén nummer slechts
voor het hele jaar 1993. Met als
belangrijkste mededeling het
dankwoordje van voorzitter
Harold Speldewinde aan de Au
stralische Burgher-diaspora,
voor de financiële ondersteuning
van het St. Nikolaas' Home.
Precies tweeëntwintig pagina's
telt dat jongste exemplaar nog
maar - alsof het laatste blaadjes
zijn van een verschrompelde
boom...
Donkere wolken
NA DE Tweede Wereldoorlog
pakten ze hun koffers en ver
trokken, op zoek naar een nieuw
thuisland. Ceylon was zelfstan
dig geworden en de donkere
wolken van Singhalees en Ta-
mil-nationalisme pakten zich sa
men boven het eiland. Spoedig
'zou het eerste etnische gekrakeel
losbarsten, uitmondend ip de
massa-moorden van de decennia
daarop.
Het was alsof de Burghers het
aanvoelden. Ceylon was Euro
pees geweest, Sri Lanka
Aziatisch worden; het Engels dat
ze hadden gesproken werd ver
vangen door het Singhalees. Niet
dat ze weggejaagd werden, inte
gendeel. Maar ze voelden zich
niet meer thuis en ze gingen.
Ze gingen naar Australië.
Australië voerde direct na de
Tweede Wereldoorlog een blanke
immigratiepolitiek. Iedereen
de juiste Europese papieren was
welkom. En dus kwamen
Burghers, mèt hun stambomen
en hun voortplantingsdrift. Even
dreigde er nog een kink in de
kabel te komen, toen bleek
er nogal wat Burghers waren die
er niet bepaald Europees en
blank uitzagen - maar naarmate
de Australische variant op
'apartheid' versoepelde werden
de bepalingen wat ruimhartiger
en op den dppr kon er zoiets
moois ontstaan als de Burgher
Welfare League of Western Au
stralia die geld zou gaan inzame
len voor de laatste en ouder
wordende achtergeblevenen in
het moederland.
De laatste
EN ZO zaten we die morgen dus
in het huis van mevrouw Delo-
raine Brohier - afstammelinge
van de hugenoot Jean Brohier,
kapitein in het VOC-leger, Ze
schonk gemberbier die wat ver
koeling moest brengen in de
klamme hitte. Aan de muren
Perzisch en Chinees oud porse
lein en daartussen Delfts blauw,
zeilschepen, molens, water.
Aan een andere muur een inge
lijste oorkonde, horende bij de
ridderorde die haar vader kreeg
van het Nederlandse konings
huis, haar vader, R.L. Brohier,
auteur van menig geschiedboek
over Sri Lanka. Ze was in zijn
voetsporen getreden met studies
als Who areythe Burghers?, eet
uitgave van de Royal Asiatic
Society.
Ze was, zei ze, een van de
sten op Sri Lanka met de naam
Brohier. Er waren, zei ze,
mannelijke nakomelingen.
Jawel, zei ze, zij was nog wel
Nederlands Gereformeerd. Ze
zou wel een van de laatsten zijn
„Hoewel," zei ze met een betove
rend glimlachje, „de Burghers
nog steeds officieel een etnische
groep vormen op het eiland,
kleinste weliswaar, van nog geen
half procent, maar toch..."
En vervolgens had ze koket
schouders opgetrokken. „Ach
zei ze, „zo is geschiedenis."
Geschiedenis
ZO IS geschiedenis. In het Ne
derlandse vestingstadjè Galb
zaten we in de bruine gelagzaal
van het New Oriental Hotel en
werden bediend door schuifelen
de obers met oranje biezen op
hun pakken. De borden hadden
oranje randjes. Aan de muren
hingen prenten van Nederlandse
forten en Hollandse driemasters
en een kleurenfoto van Beatrix
en Claus.
Op de omwalling van het stadje
werden we aangeklampt door
leurders met 'écht Nederlands
kant' en andere leurders niet
'échte Nederlandse munten
- het waren net lastige vliegen
die zich niet met een enkel hand
gebaar lieten verjagen. Eindelijk
alleen zwierven we wat rond
Tot we zagen dat er flinke hap
uit een van de muren naar bene
den in zee was gegleden.
Zo is geschiedenis. Vergankelijk-
wegglijdend in de tijd. Want zeg
nou zelf: wat kost tegenwoordiê
,nog een busje kaneel?
Amsterdam (anp) - Vrac
wagenchauffeurs werken
lang en te zwaar. Het w
gaat dan ook gepaard i
veel gezondheidsklachten.
pat blijkt uit onderzoek van
studiecentrum arbeid en gezo
heid van het AMC in Ams
dam. Het vijfjarig onderzoel
gesubsidieerd door zes Fi
bonden.
pe studie beschrijft gezo
Van onze Haagse redactie
Den Haag - De staat v
mogelijk honderden miljoe
alsnog de modernisering v
keert.
Pat blijkt uit de antwoorden1
minister Wijers (Economis
Zaken) op schriftelijke vra,
van het PvdA-kamerlid Crone
Pe schadeclaim is te verwach
van de Samenwerkende Elek
citeits Produktiebedrijven (SE
die nu al ruim 160 miljoen g
den heeft geïnvesteerd in de i
dernisering van de kerncentr:
De modernisering maakt het i
gelijk de levensduur van
kerncentrale te rekken, van
jaar 2004 tot en met 2007.
In een SEP-aandeelhouders\
gadering heeft SEP-direct
Ketting- al gezinspeeld op z
claim. De omvang daarvan
in een uiterste geval oplopen
467 miljoen gulden, het to'
bedrag dat gemoeid is met
modernisering.
Het ministerie van Economis
Zaken houdt, aldus een woo
voerdster van Wijers, al terd
rekening met een forse scha
claim. „Nu heeft de sector al
miljoen geïnvesteerd. Als de r
dernisering nu gestopt wordl
te verwachten dat de sector
geïnvesteerd bedrag zal ver
len."
De- claim lij kt bovendien
goede kans te maken, benadi
de woordvoerster. Zij wijst
een gerechtelijke uitspraak
enkele jaren geleden waarin
staat werd veroordeeld werd
het betalen van een schadei
goeding toen de toenmalige
nister van Economische Za
(ADVERTENTIE)
VREDE IS de periode tusse
hij lijkt weer gelijk te krijc
Israël en Jordanië onder h
winst ruikende Amerikaanss
Ongeveer op hetzelfde nr
Libanese grens, werden wc
Hebron met traangas vai
gestaakt in Oost-Jeruzalem
Israël heeft vrede gesloti
besprekingen met Syrië en
liefde gezet op weg naar
gaat het geweld door.
Vanuit Zuid-Libanon drijver
Israels noorden nog met ri
gestijfde Hamas-aanhange
wachten beu, hebben vori
gemaakt. En Harnas belooft
Toch weerklonk in de Ara'
sche lied van de hoop. Is
iedereen in het Midden-Ot
Paar in geweld volharden!
wel van een extremistisch s
Riet telt en dat van de slach
loen de PI.O zich nog met
heer op keer terug. Het hee
die met Israël over vrede s
overwinningsloze strijd. C
hun heil gezocht bij Hama
Pen.
[yet tegen-geweld zijn di
adicalen niet te bestrijder
coëxistentie met de aanh,
overleg.
Als de Amerikaanse presid
van een televisieshow na
'sraëlische winnaars van
gemaakt.
,IKWERK
AimiMAARM
h- METABO!
tl