Een dwarse zoektocht naar God De ontembare fantasie van John Irving boekenlegger kinderboeken theater speelfilm I Y. Né over poëzie Zoetermeer: de stem van een nieuwe schrijversgeneratie Kinderen van Haïti 'Antigone vt in Hulst en S Theater in V Veldheer wo DE STEM BOEKEN Twee dichteressen tegen de haast 'Ave Verum Corpus' vreemde debuutroman van Désanne van Brederode Nieuwe roman 'Een zoon van het circus' staat als een huis mm deSTEM Shakespeare al Fascinerend niemandsland VRIJDAG 23 SEPTEMBER 1994 Y. Né foto chris van houts Toen De Stem eerder dit jaar lezers opriep hun favoriete ge dichten op te sturen, was de respons onverwacht groot. Poëzie lezen bleek voor velen een geliefde bezigheid en lezen óver poëzie ook. Daarom heb ben we besloten op deze pagi na ook deze literatuurliefheb bers te bedienen. Vandaag is voor de eerste maal onder het kopje 'Poëzie' een bijdrage te lezen van de hand van Y. Né, dichteres en beeldend kunstenares in Bre da. Eén keer in de veertien dagen schrijft zij voortaan over nieuw verschenen dicht bundels. Yvon Né is geboren in Goes en volgde de kunstacademie St. Joost in Breda. Van haar ver schenen onder meer de bun dels Het oor de bij en Dun land (met eigen tekeningen). Het Hollands Maandblad pu bliceerde verschillende van haar gedichten. Door Y. Né Een langzaam gedicht schrijven, zoals je een langzaam muziek stuk componeert, of een gedicht schrijven over iets dat zich traag beweegt, is dat een remedie te gen de haast en de onopmerk zaamheid? In haar bundel De sprong van een slak doet Lidy van Marissing 'oefeningen in een traag en uitvergrotend kijken', Maria van Daalen schrijft Het Hotel in een 'trage, ongehaaste taal tegen het vergeten'. Twee dichteressen. Twee bundels voor lezers die graag leesplezier en inspanning verenigen. Lidy van Marissing is vooral bekend als auteur van experi menteel proza, vaak in de vorm van fragmentarisch onderzoek, waarin ze de lezer betrekt. Het leven is immers evenmin één verhaallijn met één gebruiksaan wijzing. Ook in haar nieuwste poëzie valt ze de onverschillige burger aan: 'het zien en niets weten/ (dit hier) zien en niets ervan weten/ willen.(dat daar)'. Haar romans staan tussen proza en poëzie in. Dit is haar tweede gedichtenbundel. Poëzie was volgens haar immers elitair en onmaatschappelijke mooimake rij. Nu ziet zij deze vorm als. mogelijkheid bij uitstek om 'sub tiele gebeurtenissen die ons doorgaans ontgaan zijn even te zien, zolang het gedicht duurt'. Traag bewegen doet beter zien, dus moet je mee op rug van de slak. In grote bewogenheid glijdt die van het ene blad op het andere, zo traag dat het een eeuwigheid lijkt. Het is als 'een gestolde sprong'. Ziedaar de ti tel. De serie Turbulentie leest daarentegen snel, het is als zap pen bij tv: opsommingen van wat gelijktijdig gebeurt. In elk gedicht gelijke woorden in ande re patronen, hier wordt gekeken door een kaleidoscopisch oog. Zelfs als de wereld tot één kamer inkrimpt, wordt het leven niet als eenheid ervaren. Binnenska mers een hoofd vol beelden. In Woonplaats lijkt een camera opgesteld boven een stadswijk, die af en toe een beeld opneemt. De film toont die wijk dan als een organisme, dat zichzelf beurtelings openhaalt en dicht maakt. Het bewustzijn kan al die veranderingen niet bevatten en duizelt ontheemd: steeds wordt ergens anders een stoep opge broken voor buizen en draden. En wie kent niet de klank van 'het suisgas'? Hier ligt ineens een nieuw wegdek over het oude heen, daar is een hele nieuwe straat aangelegd. Je herkent de weg naar huis niet meer. Beelden van de stad gaan 'licht zwiepend door je heen'. Een mens is 'iemand van ergens gekomen/ niemand naar nergens gegaan/ daartussen gebeurt het'. Van Marissing schrijft, drijft ruimte in het eng begrensde hier en nu. Deze poëzie bevat sterke beelden. Over tijd die onophou delijk rechtdoor snelt, over leven dat daarin slingerend voortgaat, vertraagd, als een slak 'langs zout en as' met haar slakkehuis op de rug. Alleen hierin is ruimte voor waarneming en reflectie. Hier 'ontstaat toch langzaam een geheime plek'. Maria van Daalen zorgde voor de eerste vrije opening van de Boekenweek ('het gaat om de waardigheid van de taal en niet om de verkoopcijfers') en maakt deel uit van de gloednieuwe re dactie van literair tijdschrift De Revisor, waarin geweten en zin tuiglijkheid leiddraad heten te zijn. Het Hotel bevat zeer lichamelij ke poëzie. Erotiek. 'Binnen deze tastzin ben ik levend', schrijft Van Daalen. Maar het gaat ook over de taal zelf. Echo's uit de traditie zijn ingeweven: Leopold, Nijhoff, Kouwenaar. Ze zegt haar Nederlands heel hecht te willen maken: eigen taal en visie, grammatica en traditie als een 'ecosysteem'. Van Daalen schrijft over aarde, zaad, zee, zand, vlees en bloed. Het zijn geen metafo ren, zegt ze, omdat 'de aarde mijn eigen betekenis is'. We zijn stof en keren terug tot de stof. Door de hele bundel heen zijn beelden te vinden van liefde, vruchtbaarheid en verval. En de taal is 'het vocht' dat ze 'moet uitspreken voordat het wegsij- pelt in de aarde'. Lichamen zijn hier nauwelijks begrensde reali teiten, want alles stroomt. Het ene beeld gaat over in het ande re, 'de gedachte is een vloedlijn, die heen en weer spoelt'. Ze lijkt in het voetspoor te willen treden van Aphrodite, Aurora en Maria tegelijk, waarbij ze brokstukken mythologie en religie in zich wil opnemen. Ze zoekt totaliteit, on geacht of deze wit is of zwart. De bundel roept de atmosfeer op van een Italiaanse Renaissance-schildering in taal. Klassiek, maniëristisch, wars van ironie, gewaagd (gevaar voor cliché!) en vol. Hier spreekt verlangen naar transcendentie in een aards en tijdelijk taalland schap, op ernstige toon, in lang zaam tempo. Intrigerend. Maar mis ik daarin niet, zo af en toe, een kleine staccato, lichtheid, contrast? Lidy van Marissing: 'De sprong van een slak'. Uitg. Van Gennep, prijs 24,50 Maria van Daalen: 'Het Hotel'. Uitg. Querido, prijs 27,50 Door Johan Diepstraten Het begint steeds meer mode te worden dat romanschrijvers de lezer rechtstreeks aanspreken op zijn gedrag. Atte Jongstra heeft er een handje van om op die manier zijn teksten wat draaglijker te maken, Jan Tet- teroo gaat net een stapje verder met zijn vragen of de lezer wel lekker ruikt, regelmatig zijn tanden poetst en of hij wel een prettige adem heeft voor ande ren. Het zijn overbodige toe voegingen, maar ze zijn on schuldig vermakelijk. Ook debutante Désanne van Brederode heeft dit middel ont dekt. 'Jij hebt dit boek ter hand genomen. Nieuwsgierig? Ge woon uit verveling? Op advies van wie?' luiden de openings vragen van haar roman Ave Verum Corpus. Gegroet Waar lijk Lichaam. In de tweede ali nea geeft ze aan wat ze met de lezer wil: 'Lees mij met je zin tuigen. Wat er tussen ons ge beuren zal, is echt alleen van ons. Wat wij maken gaat die per. Wat je doet en wat ik met jou doe valt buiten elke orde.' En aan het einde van het eerste hoofdstuk is dit laatste duide lijk: aan de mannen vraagt zij of ze wel eens masturberen ('Wat vindt je vrouw daarvan? Weet zij het? Als ze het veroor deelt, ga dan in godsnaam bij haar weg.') en aan de vrouwen of ze wel eens met een zakspie- geltje naar zichzelf hebben ge keken ('Tussen je benen, bedoel ik. Wanneer ben je van plan volwassen te worden?'). Een romanschrijver die zo opent, kan de reacties voorspel len. Désanne van Brederode suggereert de meest voor de hand liggende al zelf: je hebt het recht om me voortijdig in de hoek te smijten. Het verbond dat zij met de lezer wil sluiten is op deze manier inderdaad 'buiten elke orde': de roman lijkt op een draaiboek voor een therapeutisch zelfonderzoek dat in de jaren zeventig in zwang was. Maar wie zich in het begin niet af laat schrikken door het onhandige gest'oet- haspel en met Van Brederode 'meegaat' in haar literaire 'ont dekkingsreis', zal aan het einde toch waardering opbrengen voor haar pogingen een harts tochtelijke roman te schrijven. Want talent heeft ze, ook al valt er veel op het debuut aan te merken. Orgasme Ave Verum Corpus handelt over de filosofiestudente Lucia die verlangt naar 'het andere lichaam dat het hare zal ver- Désanne van Brederode volmaken'. In haar relatie met de studievrienden Thomas, Bob en Erik vindt ze niet waar ze echt naar op zoek is: 'Mijn orgasme is geen eindpunt, geen kleine dood. Nee, mijn orgasme is de geboorte van een vreselijk verlangen naar werkelijke seks. Werkelijke seks, die nooit lijkt te komen.' Ook de relatie met haar professor Oudegeest - hij geeft Licht dat haar kan troos ten - brengt Lucia niet de ver lossing waarnaar zij streeft. Lucia zoekt het hogerop. Vallen er nog stiltes in discussies met medestudenten als de naam Je zus in het geding is - 'Het begrip kreeg handen en voeten, nog geen ogen, no.g geen adem' -, halverwege de roman start daadwerkelijk het onderzoek naar de Heiland. 'Durf jij ie mand te kennen die zich reli gieus noemt? Durft je van ie mand te houden die op haar beurt weer van Jezus houdt?', klinkt het naar goed voorbeeld van de Evangelische Omroep, voordat Lucia zich helemaal foto reinier gerritsen gaat overgeven. Maar in plaats van een platonische verhouding streeft Lucia iets na wat bij de EO als blasfemie wordt gezien. In Ave Verum Corpus gaat het om de fysieke eenwording met het ware lichaam van Christus. Madonna Daarmee sluit Désanne van Brederode aan in de rij van Reve, Salinger, Miller, Warhol, Madonna en Prince die zoveel opschudding veroorzaakten vanwege hun controversieel re ligieuze besef. In de clips van Madonna blijkt volgens Joost Zwagerman in de essaybundel Collega's van God dat zij niet eerder zal rusten voordat Jezus voor haar is gevallen. 'Ze zal Hem zedig kussen en het stof, bloed en zweet van Zijn gezicht vegen. Zijn lijdend lichaam zal bij haar in goede handen zijn.' De superstar Prince streeft er naar Jezus' gelijke te worden, 'opdat hij de miljoenen incar naties van Maria in sexuele verering kan naderen.' Het zijn de cd's van Prince die het stille, bedeesde meisje Lu cia in haar verduisterde kamer doen kronkelen op de grond, maar Prince kent alleen het ritme van dijen die zich openen en samenknijpen. Hij kent niet het ritme van het hart. De zoektocht van Lucia naar de werkelijke seks komt via een relatie met de lesbische Betty - keihard, wreed en onmenselijk - uit op een bestiale vereniging met een bok. Godslastering In haar 'queeste naar God' overtreft Désanne van Bredero de haar voorgangers die be schuldigd werden van godslas tering of obsceniteit. Ave Ver um Corpus bevat passages die in sadomasochisme en bestiali teit bij nadere beschouwing Re- ve's Nader tot U tot een gekuist kinderboek maken. 'Jij in het bijzonder krijgt Lucia's perver se dromen op een presenteer blaadje aangereikt- als dat geen blijk van intimiteit is,' laat Désanne van Brederode weten. 'Telkens als ik mij her lees pel ik weer een rok van de ui die dit boek is. Dichter, dichter bij de dichtgedrukte kern die geen kern is, merk ik meer en meer hoe penetrant ik ruik - mijn ogen tranen ervan.' Geloven is een beerput open trekken, had Désanne van Bre derode al enkele keren laten weten. Ave Verum Corpus is een vreemd debuut. Niemand hoeft te twijfelen aan de gedreven heid van de schrijfster om het 'waarlijk lichaam' te ontdek ken: de roman is geschreven met een passie die niet vaak voorkomt. Maar het kost veel inlevingsvermogen om serieus te blijven als Désanne van Bre derode de lezer toespreekt met: 'Jij herkent in mijn verhaal jouw eigen onmacht om volle dig lief te hebben, zonder reser ve. Jij herkent in mijn verhaal jouw lichaam dat zich delen wil, maar eerst gebroken moet worden.' Dit is het geklets van de sensitivity training. Het probleem van de roman is dat Van Brederode geen maat weet te houden. Haar pogingen om de lezer bij haar queeste te betrekken, werken eerder ave rechts. Zoals het een bezoeking is om een hele avond bij de Evangelische Omroep door te brengen, zois het ook een op gave om deze dwarse zoektocht naar God te blijven volgen. Désanne van Brederode: 'Ave Verum Corpus. Gegroet Waarlijk Lichaam'. Uitg. Querido, prijs 35,-. Door Henk van Weert John Irving is de meester van het bizarre. In zijn boeken loopt geen gewoon mens rond. De wereld volgens Garp, de roman die hem beroemd en rijk maakte, was een staalkaart van het groteske. Wie herinnert zich niet de merkwaardige per sonages uit die gewelddadige komedie: de a-seksuele ver pleegster Jenny Fields, de wor stelaar-schrijver T.S. Garp, de fanatieke feministes die hun tong uitrukten, de transsek- suele sportheld Roberta? Pil na pil volgde, maar Garp bleef Irving's meesterwerk. Langzaam werd het wat stiller rond de Amerikaanse schrijver. Nu is John Irving terug, op nieuw njet een kloek boek - ruim zevenhonderd bladzij den-, waarin weer een lange optocht van merkwaardige per sonages voorbij trekt. Een zoon van het circus kwam vorige week in Nederlandse vertaling uit, slechts luttele we ken nadat het Amerikaanse ori gineel in de winkels lag. Het is een roman die zich afspeelt in India, maar niet óver India gaat, zoals Irving nadrukkelijk in een voorwoord verklaart. Dokter Farrokh Daroewalla, de spin in het web van living's nieuwste, is ook niet het proto type van een Indiër. Met die verklaring zet Irving bij voorbaat de rem op inter pretaties van zijn boek, die in de richting gaan van een grote, allesverklarende literaire dui ding van dat enorme land, dat de westerse wereld nog zo vreemd is. Het is maar litera tuur, het zijn maar personages, het is maar een verhaal, fluis tert de verteller. Bontheid Maar wat een verhaal. Allerlei hoofd- en bijfiguren buitelen in Dickensiaanse bontheid in vol le vaart door het boek. Een arts met wortels in India, maar gro tendeels levend in Canada, die John Irving foto anthos heimelijk scenario's schrijft voor politiefilms; een circusd werg die taxi's bestuurt en las tige klanten met racketstelen neerknuppelt; een blonde vamp die in een keurige club haar borsten ontbloot; een arrogante filmster die de aangenomen zoon van de dokter is; zijn tweelingbroer als dolgedraaide Amerikaanse missionaris; een hippie-meisje dat in een dildo Duitse Marken naar India smokkelt, ga zo maar door. Dokter Farrokh Daroewalla is losgeraakt van zijn oorsprong. Hij is in India als Parsi gebo ren, maar heeft het land verla ten voor een succesvolle car rière in Canada. Daar blijft hij een gediscrimineerde buiten staander. Regelmatig keert hij terug naar Bombay. Farrokh jaagt met zijn scena rio's voor politiefilms allerlei bevolkingsgroepen in India de gordijnen in. De held in die films is de macho inspecteur Dhar, een rol van Farrokh's geadopteerde zoon John D. Hij is meer gehaat dan geliefd. Naar aanleiding van een van zijn films worden er seriemoor- den gepleegd op hoertjes in de bordelen van Bombay." Bij wijze van signatuur kerft de moordenaar tekeningen van een olifantje in de lijken. Hij vermoordt ook een man, die lid is van de exclusieve club waar de dokter en zijn zoon verke ren. Uit een briefje in de mond van het slachtoffer wordt dui delijk dat de fanatieke moorde naar het uiteindelijk op Dhar, alias John D., gemunt heeft. De werkwijze van de moorde naar zet Farrokh Daroewalla aan het denken. Twintig jaar eerder heeft hij de lichamen van twee vermoorde hippies onderzocht. In zijn onderzoek stuitte hij op dezelfde olifant signatuur. De hippie-moorde naar moet dezelfde zijn als de m/v die nu in de bordelen huis houdt, concludeert de dokter. Met de echte politieman Patel en diens vrouw Nancy probeert de arts-scenarist de dader in de val te lokken. De film-inspec teur Dhar speelt daarin een hoofdrol. Het verhaal van de moorden is het kernverhaal in Een zoon van het circus. Hoewel het de ■trekken van een thriller heeft, is het zeker geen whodunnit zoals we -die van detective schrijvers gewend zijn. Irving maakt geen omtrekkende be wegingen om de identiteit van de dader te verbergen. Hij ge bruikt het verhaal van de moorden slechts als kapstok, waaraan hij zijn veelkleurige personages met al hun bizarre eigen verhalen kan ophangen. John D., dokter Farrokh en de missionaris Martin Mills zijn de figuren in een ingewikkeld fa milieverhaal, waarin een twee ling bij de geboorte wordt ge scheiden. John wordt filmster met India als basis, Martin groeit in Amerika op tot fana tiek priester-student. Farrokh wil de verspreide zonen hereni gen. Zo zijn er meer verhalen-in- het-verhaal in Een zoon van het circus. De geschiedenis van een dwergenechtpaar uit het circus bijvoorbeeld, de trage dies van de hele en half omge bouwde mannen in de rosse buurt van Bombay, de minia tuur-ellende van de straatkin deren, 'de naar Somerset Maug ham geurende verhalen die zich afspelen in de exclusieve club, waar Farrokh zijn dagen slijt. Een zoon van het circus is geen boek over India, John Irving zei het al. Het boek gaat veel ver der dan zo'n geografische be perking zou toestaan. Een zoon van het circus is een boek over de moderne tijden, waarin de wereld een gigantische kermis geworden is en de mensen op drift geraakt zijn. Over de ker mis lopen mensen uit alle windstreken door elkaar heen, ieder met hun eigen besognes, ten prooi aan ontheemding en een gebrek aan houvast. Dokter Farrokh Daroewalla is de verpersoonlijking van die knagende en gek makende ge voelens. Hij is nergens echt thuis. In Canada is hij een rare Indiër die gepest wordt, in Bombay is hij een verwesterde christen. Farrokh is de man van de toekomst waaraan we al begonnen zijn, de personificatie van al die vluchtelingen, emi granten en hun kinderen, die hun biotoop verlaten hebben. Hij is de zoon van het circus, waarin de wereld veranderd is. In die wereld heerst de gesple tenheid. Bij Irving weerspiegelt zich dat in de mensen. In Een zoon van het circus hebben veel personages een dubbele identi teit: een A- en een B-bestaan. Dokter, maar ook heimelijk scenarioschrijver; man maar ook stiekem travestiet; vrou wenheld maar ook homo; dege lijke mevrouw maar ook trans- seksueel en moordenaar; cir cusartiest maar ook vechtd- werg. Een zoon van het circus is een roman als een huis. Het gebouw bestaat uit een paar grote, hel verlichte balzalen, het kent kleine en grote kamers, maar ook nauwe doorgangen en mys terieuze, donkere spelonken. Het fundament blijft stevig. Daar staat de ambachtelijke virtuositeit van de grote vertel ler John Irving borg voor. John Irving: 'Een zoon van het circus' (vertaling Sjaak Comman deur). Uitg. Anthos, prijs 49,90 (paperback), 59,90 (gebonden). Door Johan Diepstraten Nijgh Van Ditmar is hard op weg om de uitgeverij te worden van de nieuwe schrijversgenera tie, zoals dat ooit De Bezige Bij en De Arbeiderspers zijn ge weest. Met zo'n groot aantal suc cesvolle debutanten ligt het ook voor de hand dat juist Nijgh Van Ditmar het initiatief heeft genomen voor een nieuw literair tijdschrift. Ook al is de kritische functie van de tijdschriften voor een groot deel overgenomen door de dag- en weekbladen, en on danks de financiële risico's is het eerste nummer toch een feit. De titel is weinig commercieel, maar de nieuwe generatie heeft een stem gekregen: Zoetermeer. 'De redacteuren van Zoetermeer hebben het lef gehad een titel te kiezen die de bestaande en inge sleten associaties ter discussie stelt,' mag de burgemeester van de 'saaie slaapstad' in de inlei ding beweren. In het 'Redactio neel' geven Rob van Erkelens, Ronald Giphart en Joris Moens hun uitgangspunten: 'Zoeter meer heeft geen programma, be ginselverklaring, manifest, in houdelijke statuten of andere bij voorbaat beperkende regels (en dit geeft al problemen genoeg)'. En over de stad: 'Zoetermeer is representatief voor maatschap pelijke en culturele ontwikkelin gen in Nederland'. Als de redactie over twee jaar haar eerste nummer nog eens bekijkt, zal zij zeggen: gelukkig is de saaie vormgeving veran derd, het idee om oude verhalen onder het stof vandaan te halen (Aletrino) was een misvatting, de ingezonden brievenrubriek heb ben we goddank laten vallen en werk van buitenlandse auteurs komt er ook niet meer in. En met enige trots zal zij vast stellen: de kracht van Zoeter meer ligt in de verhalen en de poëzie van de nieuwe generatie. De redactionele formule is daar- mee beperkter geworden, de inhoud aanzienlijk beter kijk eens wat ons is gelukt: generatie van De Nieuwe (ju van Forum, van Barbarberei Revisor is er een club onts die de literatuur van de negentig heeft bepaald: Grunberg, Hermine Landvreï Daphne Meijer, Megghel D« wina, Herman Franke, van Dam, Theodoor Hok Wanda Reisel, Maria Sta Jan Tetteroo, Ronald Erik Vlaminck, Dirk van 'wë den, Eva Bentis, Joris Pamela van Munster, Cees ij Hoore, Edwin Oosti Désanne van Brederode, Verhuyck en Michiel Hanratk Alles wat bij de gevestigde 1 raire tijdschriften niet kan. mogelijk bij Zoetermeer. tijdschrift dus tegen de 'on bromberen' die het nu voor zeggen hebben. Een ding is dit moment duidelijk: met komst van Zoetermeer kan lezer zich weer behoorlijk er: ren en bij vlagen hartelijk chen. De Nederlandse literatim heeft er een recalcitrante pub bijgekregen. Maar wel een in ligente en dat is hoopgevend. u£T THEATER van Ivonne Lêx mi) speelt als seizoensopener In 30 september in Den Dullaert in Hulst, het toneelstuk 'Anti- I "one' van Jean Anouilh in de ILie van Ivonne Lex. Enkele dagen eerder, op 27 september, is het ook te zien in de schouw burg in St. Niklaas, j 'Antigone' was de dochter van het Thebaanse koningspaar Oe dipus en Iokaste. Zij was de zus van Ismene, Eteokles en Polynei- kes Antigone volgde haar vader i oedipus in ballingschap toen de- j ze er achter kwam dat hij met zijn eigen moeder getrouwd was. 1 jjh stak zichzelf de ogen uit. Kreon (Frans Maas) neemt de Door Muriel Boll Haïti stond de afgelopen week in het middelpunt van de belang stelling. Op de televisie zag je beelden van armoedige levens in een verpauperde omgeving. Wie meer wil weten over het leven daar, moet beslist Een beetje zout van Frances Temple lezen, dat enkele dagen geleden bij Querido verscheen. Temple heeft haar jeugd in Vir ginia (VS) doorgebracht en later o.a. enige tijd in de Dominicaan se Republiek gewoond dat met Haïti op één eiland ligt. De schrijfster las over de brand- bomaanval in 1991 op het op vangtehuis voor jongens, Lafan- mi Selavi in Haïti. Ze had ook een aantal toespraken gehoord van Jean-Bertrand Aristide en foto's gezien van kinderen en tieners die aan het werk waren of demonstreerden. „Ik vroeg me af hoe het zou zijn om een van hen te zijn, geroepen om mee te werken aan de grote veranderin gen die nodig zijn in een land. dat probeert een nieuwe start te maken, met als reusachtige te genstanders het politiek terroris me en onze wereldeconomie." Een beetje zout bevat de verha len van Djo een jongen van ze ventien, en van Jeremie, een meisje van vijftien. Die twee ontmoeten elkaar in het hospi taal van Titid, zoals de Haïtia- nen Aristide noemen. Djo ligt daar, zwaar toegetakeld door de Tonton Macoute, zijn leven hangt aan een zijden draadje. Dat draadje is Jeremie, die op verzoek van Titid, Djo's verhaal opneemt. Titid weet hoe hij ver halen moet gebruiken om dingen te laten gebeuren, om te zorgen dat er iets in de wereld veran dert. Het is ook een manier om Djo bij bewustzijn te houden. Djo heeft al heel jong moeten meeehelpen de kost te verdienen voor het gezin. Schoenenpoetsen in een land waar voornamelijk sandalen en gympjes gedragen worden, brengt minder op dan boodschappen doen voor dieven bendes. Via die bendes komt Djo in het opvanghuis van Titid. Hij helpt mee de jongens daar te leren lezen. Zelf is hij ook nit'.| naar school gegaan maai zusje heeft hem een paar letten geleerd. De boeken die voor t onderwijs gebruikt worden, ht-| ten 'een beetje zout'. Zout is h enige waarmee zombies uit tel lijdzame slavenbestaan vertel worden, hun ogen gaan erdoor open. Op een dag wordt Djo gekidnapt! en verkocht aan een Domini- r caanse landeigenaar. Hij moet! rietsuiker kappen, zoals tallozeI andere slaven. Pas na drie jaal kan Djo ontsnappen en vindt hij J Titid terug. Hij helpt de pries in de verkiezingscampagne, i valt de Macoute het tehuis i en vermoorden Djo's bi vriend, zelf raakt hij zwaar ge-I wond. Djo is het symbool voor| een aardse, praktische van het leven. Jeremie daarentegen denkt dat! ze haar land het beste helpt door! het geloof en onderwijs, maar! eigenlijk is het een vlucht uit de! werkelijkheid. Daar komt achter als bij de verkiezingen! van 1987 minstens 17 menswl worden vermoord in het stemlo-l kaal waar zij ook is. Braaf doen! wat de koude .buurman in tel noorden, Amerika, wil, levert al-I leen een papieren democratie op De echte democratie moet je ver-I, overen met gevaar voor leven. Eigenlijk zijn beide soor-| ten van aanpak nodig, sugge-r reert Temple, net als de katho-1 lieke kerk pas geloof waardij wordt voor de Haïtianen eigen oorspronkelijke daarnaast blijft bestaan. Jeremie's bezoeken aan Djo tel ginnen met korte stukjes waarin I Djo's toestand ter sprake kont Die alinea's doen wat gekunsteWI aan en voegen eigenlijk weul]j| toe aan het verhaal dat op r" van begin tot eind boeit. beetje zout is een waardewl boek over jongeren die de im^I en de fantasie hebben in opsta» te komen tegen onderdrukte® I Het geeft je ook een verhelde I rend en kleurrijk beeld van Har- F ti- F.Ft. Temple: 'Een beetje, zout Uitg. Querido, prijs 27.50, va 13 jaar. %k Zoë In het Panhuis en Frans M IN HET Raamtheater in Antwer pen wordt tot 16 oktober op woensdag tot zondag en op zon dag (15.00 uur) de Schommel van Edna Mazya gespeeld. In het stuk, dat gebaseerd is op ware feiten, zoekt Cindy het gezel schap van vier buurjongens. De jongeren dagen elkaar uit. Het meisje doet stoer en danst met overgave, ze laat zich blinddoe ken en zegt geen angst te heb ben. Aan fiet einde van de avond zal ze misbruikt en bang zijn en emotioneel gewond voor het le ven. In 't Klein Raamtheater speelt Nora Tilley de rol van Amanda in het spel 'Amanda en de widowmaker' van Walter van den Broeck. Amanda is Spaans sprekend en getrouwd met een Belg die werkt voor een reisbu reau. Het huwelijk is geen succes en na 25 jaar bereidt Amanda zich voor op de jaarlijkse recep tie op de ambassade. Die dag trekt het hoertje Carmen bij hen BIJNA 400 jaar na de creatie van Shakespeare's 'Romeo and Juliet', beleeft dit beroemde lief desdrama een opvallende weder geboorte. Rob van Houten, Teo Joling en Mark Kingsford zetten het stuk volgende week in de schouwburg in Middelburg als mime-comedy op de planken. Hun versie speelt zich letterlijk af achter de schermen. Terwijl CINEMA Middelburg heeft deze week drie speelfilms op het pro gramma staan: 'Temptation of a monk' (23, 24 en 25 september om 20.00 uur), 'La Ardilla Roja' (23 en 24 september om 22.30; 26 27 september om 20.00 uur) en 'Lifetimes' (29 en 30 septem-' her om 20.00 uur). 'Temptation of a monk' is een film uit Honk Kong over de veldheer Shi. Hij laat zich over vallen om zich bij de moord op de kroonprins afzijdig te hou den. Zijn moeder kan deze schande niet dragen en dwingt hem voortaan als monnik dooi plE CEMENT Garden' is hel verhaal van vier kinderen. Nie 'hng na de dood van hun vader sterft ook hun moeder. Uit angs' van elkaar gescheiden te wor den, besluiten ze haar dood ge heim te houden en haar in eei tonkist in de kelder te begra ven. Aanvankelijk redden ze he vnj goed, maar de bevreemden' de sfeer geeft het gevoel dat situatie lelijk zou kunnen sporen. Het verhaal is gesitueerd in ee: ascmerend niemandsland, da Perfect de dromerige eenzaam heid en verwarring van de pu erteit oproept. De film is vol gende week te zien in filmhui orgy Bess. De regie is va Andrew Birkin, de hoofdrolle worden gespeeld door Andrei "obertson, Charlotte Gain bourg en Sinead Casack. vangO2e0n00au9ur28 September' aa ont De omslag van 'Een beetje zout'.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1994 | | pagina 20