Tour (si® Francep 94 Zes maal de Tour, vijf keer winnaar Zware valpartij in Blois rode draad door wielerleven Eddy Merckx DE STEM 1969 1970 1971 Recordhouder Merckx op eenzame hoogte 1972 1974 1978 7,2 km >Tabes 263,51 DINSDAG 28 JUNI 1994 ZES keer in totaal nam Eddy Merckx deel aan de Ronde van Frankrijk. Vijf maal ('69, '70, '71, '72 en '74) won de Belg La Grande Bouclé. Een jaar, zijn laatste als Tour deelnemer - in 1975 - fi nishte hij als tweede achter Bernard Thevenet. VORIG jaar kwam over het wielerleven van Mer ckx in België een uiterst fraai boek uit onder de titel 'Eddy Merckx, de mens achter de kanni baal'. Daarin wordt het volledige wielerleven van de 'zwarte van Tervuren' van 1963 tot en met 1978 uitgebreid belicht. AUTEUR Rik Vanwal- leghem verwerkte daarin vele uren aan gesprek ken, die hij met de hoofdpersoon had. En sprak met vele ex-colle ga's uit het wielervak, die samen met Eddy Merckx streden. Aan zijn zijde of juist tegen hem. UIT het boek op deze pa gina de uitspraken, die Merckx tegenover Van- walleghem deed over de jaren waarin hij zijn vijf Tour-zeges binnenhaalde. En enkele opmerkelijke randverschijnselen rond de persoon van de Bel gische vedette. Een zwaar gewonde Eddy Merckx op het gras van de wielerbaan van Blois na het onge luk dat zijn gangmaker het leven kostte. foto archief de stem „Als je mijn erelijst bekijkt, zou je 1969 op het eerste gezicht aan duiden als een schitterend jaar. Ik reed om te beginnen een fan tastisch voorjaar, met overwin ningen in Milaan-San Remo (mijn derde), in de Ronde van Vlaanderen (mijn eerste), in Gent-Wevelgem en in Luik-Bas tenaken-Luik. Eigenaardig ge noeg reed ik in Milaan-San Remo aan de voet van de Poggio haast rechtdoor richting aankomst, omdat ik een stekende pijn voel de in mijn rechterknie. Bovenop de Poggio was die hinder geluk kig verdwenen." „Bovenop die reeks klassiekers won ik in 1969 ook mijn eerste Ronde van Frankrijk, dertig jaar na Syl- veer Maes. Ik kan dus moeilijk onte vreden zijn over dat seizoen. Eerst was er de doping- affaire in de Giro. Het was óf ik in Savona het dak van de hemel op mijn kop kreeg. Het is de grootste onrechtvaardig heid geweest in mijn carrière". „In de direct daar op volgende Tour verscheen ik dan ook supergemoti- veerd aan de start. Net als in het voor jaar en als in de Giro voelde ik de pedalen niet. Mijn winst in de rit van Luchon naar Mou- renx-Ville-Nou- velle, over de Pey- resourde, Aspin, Tourmalet en Au- 4Ik heb nooit een koers verkocht' bisque, blijft een van mijn sterkste prestaties. Een so lo van 130 kilome ter in het geel, al les en iedereen naar huis gereden. Het is me later jammer genoeg niet meer op die manier gelukt. Daar heeft mijn valpartij op de pis te van Blois op 9 september alles mee te maken. Sindsdien was niets nog hetzelfde. Met mijn rug kwam het nooit meer goed. Voor al met het klimmen liep het niet meer zoals vroeger. Het woordje 'afzien' kwam sindsdien haast dagelijks in mijn woordenboek voor." Supporters in de tuin Supporters vroegen de gekste dingen. „Als je ze binnenliet, za ten ze er twee uur later nog," zegt Claudine Merckx. „Zo was er een vrouw, die beweerde dat ze door ons veel moeilijkheden had. De telefoondienst had haar ons vroegere nummer in Tervuren ge geven. Ze vroeg Eddy een namid dag op bezoek te komen. Ze had een zoontje van negen dat zijn kameraadjes graag eens op het halve dag Eddy had verrast. Er werd ook veel geld gevraagd. Voor goede werken, zieke kinde ren, noem maar op. Aanvankelijk beantwoordde ik alle brieven, la ter niet meer. Ik heb eens een goed werk gesteund en de vol gende week werd ik overstelpt met bedelbrieven. Een vrouw, die bankroet was gegaan, vroeg ons drie miljoen. Ze zou terugbetalen wanneer ze kon, schreef ze. Toen we in Kraainem woonden, dron gen supporters de tuin binnen. Ze trokken Eddy's truien van de wasdraad. Er waren mensen, die door het achterpoortje binnenlie pen en door het venster gluurden om een glimp van Eddy op te kunnen vangen. „In 1970 was de snee er af. Dat kan misschien wat raar klinken met Parijs-Roubaix, Gent-We velgem en de Waalse Pijl op mijn erelijst van dat jaar. Maar het spetterende van vroeger was er niet meer. Een gevolg dus van die valpartij op de wielerbaan van Blois in de herfst van 1969. Ik haalde niet meer constant het ni veau van voorheen, mijn rende ment nam af. Ik overheerste nog wel, maar niet meer op dezelfde, nadrukkelijke manier. Parijs- Roubaix vormde een uitzonde ring. Die dag voelde ik me als vanouds. Maar vooral in het klimwerk voelde ik dat ik minder dartelde dan voorheen." „Dat seizoen maakte ik de fout om de gevolgen van mijn val in Blois niet echt aan te pakken. Ik begon als een gek aan mijn zadel te sleutelen om de rugpijn te ver zachten, ik knoeide met de peda len, ik experimenteerde met fra mes. Maar ik verzuimde ostheo- paten of kinesitherapeuten in te schakelen. Dat was toen ook niet gebruikelijk. Gelukkig ging ik voor de Tour uitgebreid het hoogtegebergte verkennen. Met RTL had ik een contract om dit te doen. Dat gaf me voldoende klimritme om in de Tour mijn wil op te leggen." „In 1970 werd ik ook voor de eer ste en de laatste keer nationaal kampioen op de weg bij de profs. In Yvoir vond ik een geschikt, zwaar parcours waarop ik het verschil kan maken. Dat geeft opnieuw de breuk aan met vroe ger, toen ik op om het even welk terrein iedereen de baas kon. Vanaf 1970 had ik echter slopen de wedstrijden nodig, waarin ik dankzij mijn goede conditie de anderen kon doen buigen. Daar door kreeg ik het bijvoorbeeld lastiger om kleinere rittenkoer sen te winnen. Blois'69 heeft mijn carrière zwaar beïnvloed. Maar ik ben nog steeds dankbaar dat mijn carrière, of zelfs mijn le ven, toen niet was afgelopen." Bedreigingen Tijdens de Tour van 1970 ontving organisator Felix Lévitan een dreigbrief. 'U hebt de Ronde voor Merckx gemaakt', stond daarin te lezen. 'Pas op. Wij vinden Mer ckx wel, ergens op een hoge top in de Pyreneeën. U moogt het hem gaan vertellen'. Lévitan hechtte niet veel belang aan die brief, maar de begeleidende gen darmerie kreeg toch een wenk om extra uit te kijken. Onderweg gebeurden er nogal wat zaken, die niet door de beu gel konden. „Men spuwde mij in het gezicht," zegt Merckx. „Of er werden steentjes naar me ge gooid. Kleine pesterijen alle maal. Ik vond dat niet alleen on begrijpelijk, het maakte me ook behoorlijk boos. Meermaals had ik zin om rechtsomkeert te ma ken en de daders bij de kraag te vatten. Ik vond dat gedrag vol slagen onverantwoord, zeg maar smerig. Ik zou het nisschien nog kunnen begrijpen, mocht ik een linkerd zijn geweest, die zijn overwinningen behaalde op een achterbakse manier. Maar op mijn succes viel weinig af te din gen: ik was ge woon de beste." In interviews f J sprak Merckx M y zelden over die incidenten. „Ik F /F/ wist dat het m r' achteraf weinig zin had om Tour de daarover te kla- France94 gen," zegt Mer ckx nu. „Men zou dat afge daan hebben als flauwekul of ex cuses. Op onsportiviteit van som mige toeschouwers maakte mij kwaad en brandde me nog meer vooruit. Hoe meer men mij pest te, hoe sneller ik reed. „Net als in 1970 vertoonde ik in 1971 tekenen van kwetsbaarheid, die ik voorheen niet had. In Luik-Bastenaken-Luik werd ik in de finale bijgehaald door George Pintens, in de Ronde van Frankrijk bracht Luis Ocana me in verlegenheid. De rugpijn als gevolg van Blois'69 bleef me par ten spelen. Fietsen, vroeger een plezier, werd steeds meer een kalvarie. Ik won die Luik-Bas tenaken-Luik, ik won de Tour, maar uit de manier waarop bleek toch steeds meer mijn kwets baarheid, mijn breekbaarheid. In dat opzicht was 1971 een diepte punt, al won ik bijna de helft van de wedstrijden waar ik aan deel nam. Mijn voorbereiding op de Tour was overigens niet ideaal geweest. Ik nam dat jaar niet deel aan de Giro, nog altijd de beste aanloop naar de Tour." „Een en ander belette niet dat ik in 1971 Mendrisio voor de tweede keer bij de profs wereldkampi oen werd. Toch stond dat jaar één woord centraal: pijn." Afspraken Afspraken waren niet aan Eddy Merckx besteed. Hij had noch tans de gelegenheid om zat te profiteren. Merckx zat meestal daar waar de 'slagen' gemaakt werden, waar geld te verdienen was, waar winstkansen in klin kende munt omgezet konden worden. Met zijn indrukwek kende en almaar aandikkende erelijst kon Merckx zijn markt waarde nauwelijks nog verhogen door nog meer te winnen: het 'verkopen' van wedstrijden werd des te aantrekkelijker. Toch leen de Merckx zich daar niet voor. Hij had morele bezwaren tegen dergelijke praktijken. „Je kon enkel onderhandelen met Merckx nadat je met je benen respect had afgedwongen," zegt Walter Godefroot. „Eerst trap pen, dan 'klappen'. Van combines of afspraken moest hij echter niets weten. Akkoorden werden stilzwijgend gesloten. Dat was het metier. Met die akkoorden bedoel ik natuurlijke coalities: de niet uitgesproken afspraak dat in een kopgroep iedereen zijn werk doet om de vlucht te doen slagen en dat de latere winnaar daar fi nancieel iets tegenover stelt. Merckx zweert bij hoog en laag dat hij nooit handeltjes heeft ge- Eddy Merckx krijgt na zijn Tour-zege van 1970 de geluk wensen van zijn echtgenote Claudine. foto archief de stem Lille - Eddy Merckx staat in de roemrijke geschiedenis van de Tour de France op eenzame hoogte. De vijfvou- dige winnaar van de Tour de France boekte 34 ritzeges. Een record dat onaantast baar lijkt, want de directe achtervolgers zijn allen niet meer actief als beroepsren ner. Tweede op de lijst is Ber nard Hinault. De eveneens vijfvoudige Tourwinnaar, die tegenwoordig nauw be trokken is bij de organisatie van het derde grootste mon diale sportevenement, heeft 27 overwinningen achter zijn naam staan. Miguel Indurain, de grote favoriet voor de komende ronde, won negen etappes. Zeven daarvan kwamen in een individuele tijdrit tot stand. De eeuwige lijst van etappe winnaars ziet als volgt uit: 1. Merckx (Bel) 34 overwinnin gen, 2. Hinault (Fra) 27, 3. Le- ducq (Fra) 25, 4. Darrigade (Fra) 22, 5. Frantz (Lux) 20, 6. Faber (Lux) 19, 7. Alavoine (Fra) 17, 8. Anquetil (Fra), Le Greves (Fra), Pellisier (Fra) 16. Eddy Merckx in het geel aan de Frankrijk. leiding van een kopgroep in de Ronde van foto archief de stem voerd met de overwinning als in zet. „Ik heb nooit een koers ver kocht," zegt hij met klem. „Kan- sen genoeg gehad. Moest je bij voorbeeld weten hoeveel Gimon- di mij in 1971 geboden heeft om in Mendrisio wereldkampioen te mogen worden. Eén keer heb ik een akkoord gemaakt en het woord akkoord is dan nog een overdrijving, want het ging fout." „Het seizoen begon niet erg schitterend. In Parijs-Nice kwam ik ten val. Daarbij werd een stukje uitsteeksel van een rugge- wervel afgebroken. Gelukkig ligt dit gebied ingebed in een spier massa, zodat de gevolgen van dat breukje beperkt bleven. Het voorjaar was opnieuw uitstekend met overwinningen in Milaan- San Remo, de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik. In de Gi ro had ik af te rekenen met Fuen- te, die me het leven nogal zuur maakte. Ook in de Tour bleek dat ik in het hooggebergte nog steeds met de besten meeging, maar hen op dat terrein nog maar moei zaam kon verslaan. In de Ronde van Frankrijk, die ik voor de vierde maal won, ondervond ik ook steeds meer dat men mijn do minantie beu was. Ook de orga nisatoren lieten dat blijken." Als kleuter kwetsbaar Tijdens zijn eerste levensjaren liet niets vermoeden dat Merckx een sportlichaam zou ontwikke len. De weerbaarheid van kleuter Merckx was niet bepaald indruk wekkend. „Integendeel," zegt zijn moeder. „Toen hij piepjong was, bleek hij zeer vatbaar voor aller hande ziektes. Dat heeft hij van mij meegekregen. Als er griep is in de buurt, val ik gegarandeerd in de prijzen. Toen Eddy drie, vier jaar was, had hij af te reke nen met de ene keel- of oorontste king na de andere. Ik maakte me daar grote zorgen over en vroeg de dokter waar dat moest eindi gen. Ik vreesde al dat hij zou uit groeien tot een zwak, kwestbaar jongetje. 'Wacht tot hij zeven, acht jaar is', zei de dokter me. 'Dan is het ergste wellicht voor bij'. Gelukkig was dat ook het ge val. „Ik ben eigenlijk mismaakt," lacht Merckx. „Een van mijn len dewervels is niet helemaal dicht gegroeid. In 1964 had ik verschil lende koersen gewonnen, toen ik met Sercu en Walschaert op stage ging naar Noorwegen. We skiden daar vaak. De dag na de terugreis reed ik meteen een wedstrijd. Na vijftig kilometer blokkeerde mijn rug. Een ver schrikking was dat. Mijn spieren trokken helemaal sa men. Ik raakte enigs zins in paniek, want ik zag een einde komen aan mijn carrière. Ik had hemel en aarde moeten bewegen om renner te kunnen wor den en dan zou door zo iets de droom plots worden afgebroken. Ik mocht er niet aan den ken. Weken aan een stuk kon ik nauwelijks nog een wedstrijd win nen. Willy Vannitsen heeft me toen een dok ter aanbevolen, die me bewerkte met een spuit van wel twintig centi meter lang. Griezelig, maar de hinder ver dween. Gelijkaardige Op deze grafiek is duidelijk te zien hoe vanaf zijn debuut bij de profs het rendement van wielrenner ti dy Merckx jaar na jaar stijgt. Tot het jaar 1971, we"- in de Belg op zijn absolute hoogtepunt beleefdetoe» hij niet minder dan 45 procent van de wedstrijd® waaraan hij deelnam, won. Ook de jaren 1972 enlffl zijn nog uitstekend. Daarna komt langzamerhand de terugval, die in 1976 spectaculaire vormen aanneemt rugklachten heb ik later niet meer gehad. „Met uitzondering van mijn de buutjaar '65 had ik ieder seizoen minstens een klassieker gewon nen. In 1974 moest ik echter wat de ééndaagsewedstrijden betreft volstaan met het wereldkampi oenschap in Montreal. Die vierde wereldtitel bij de profs deed me dan ook onnoemelijk veel ple zier." „Mijn voorjaar was compleet de mist ingegaan door ziekte. Na de Zesdaagse van Antwerpen liep ik een bronchitis op die ik niet goed verzorgde. Ik verscheen te vroeg weer in competitie, omdat ik kost wat kost de Ronde van Vlaande ren en Parijs-Roubaix wilde win nen. In de Giro reed ik weer 'nor maal', maar in de daarop volgen de Ronde van Zwitserland raakte ik opgescheept met een enorme cyste op mijn zitvlak. Ik moet daardoor het nationaal kam pioenschap in Bornem missen. Bij de start van de Tour was het leed nog niet helemaal geleden. Na de proloog in Brest was het zeemvel in mijn koersbroek doordrenkt van het bloed. Dat bleef zo de hele Tour duren, de ene dag wat erger dan de andere, zonder dat de tegenstander van iets wisten. Ik ondervond vooral hinder tijdens het klimmen. En dat vreet mentaal aan je, omdat je vreest dat de kwaal ieder ogen blik erger kan worden." Zeer onzeker Hoe meer Merckx won, hoe meer hij zich de vraag stelde of hij zijn succes zou kunnen bevestigen. Het begon al toen hij in 1964 we reldkampioen bij de amateurs werd. Velen zouden in zijn geval prompt van een fraaie profcarrie- re beginnen te dromen. „Na Sul- lunches werden zijn twijfels al leen maar groter," weet echtgi- note Claudine Merckx. „Er zij' er al zoveel wereldkampioen ge worden bij de amateurs, die M later bij de profs niet waar kon den maken, zei hij keer op keer. Ieder jaar bij de start van het sa- zoen, herhaalde zich het liedje 'Zal ik nog wel kunnen wat ik vo rig jaar kon, zal ik nog zo 5» rijden...' Hij zat daar verschrik kelijk mee in, ja." „Maar dat is toch volkomen te recht," beweert Merckx. ,,W' rennen is een keihard vak. moet jezelf elke dag opnieuw be wijzen. Een overwinning in klassieker of een grote rittenm- strijd is niet zoiets als een diplo ma waar je de rest van je leven of kunt terugvallen. In de topspo' worden geen diploma's uitge reikt, maar staat men bestendig voor een examen. Ik heb nooitM gevoel gehad dat ik het had ge maakt. Zelfs niet nadat ik Tour had gewonnen. Ik ben de" altijd nuchter in geweest. Jew jaar opnieuw vroeg ik me af: ik het nog?" Op 19 maart 1978 reed Eddy Merckx zijn laatste wielerwe strijd. In Kemzeke, waar hij twaalfde finishte. Een offifl afscheid is er nooit gek01"®' „Benauwend, zulke afscheidst standen. Je wordt dan verono steld nog eens op te dra ven, zelf nog eens te showen en da zeggen: 'Salut'. Ik vind zoiets s zielig. Beter meteen een streep 1 onder." Auteur: Rik Vanwalleghern - dy Merckx, de mens achter a nibaal, jjt- Uitgeverij Lannoo, deN\aam geversmaatschappij (H,eL Jr(0. blad-De Gentenaar) en ASLn prijs: 80 gulden. OËSTEM PROLOOG ZATERDAG 2 JU Individuele tijdrit RIJSEL 0 Grand-Place 3 7 Place Dorez 7.2 14.51 14.5 Place de la République 14.5 VERKLARING Bevoorrading 5 Spurt i A Berg 4e categorie A Berg 3e categorie A Berg 2e categorie A Berg 1e categorie A Berg buiten categorie Lencloït' Marigny-Bra FUTURQSC0PI Poitid 0 RENNES 38,5 Rougé 46 Chateaubriant 80 Candé 118,5 Bouchemaine 138 Brissac-Quincé 159,5 Doué-la-Fontaine 172,5 Montreuil-Bellay 198,5 Loudun 230 Lencloïtre 239,5 Marigny-Brizay 259,5 FUTUROSCOPE CAHI MontcuqJ Aulery^' Valence-d'Agen. Vic-Fézensac Marciac 1 Saint-ClJ Fleurance X Broquens j^irMaubourguet 11" eti WOENSDAG Lourdes TêHAUTACAM Saint-Clar Broquens A A 0 CAHORS 16 Montcuq 29,5 Aulery 66 Valence-d'Agen 69,5 Saint-Clar 160.5 Fleurance 134 Broquens 137 Vic-Fézensac 173,5 Marciac 165,5 Maubourguet 196 Vic-en-Bigorre 214 Tarbes 237 Lourdes 263.5 HAUTACAM A CARPENTRA3 i>t-Géniès-de-Comolasj r zj ChSteauneil du-Pi w La Calmette Quissac »St-Mathieu- 15" f de-Tréviers n. MAANDA )montpellier 231 WONTPHLLIER MONTPELLIER St-Mathieu-de-Tréviera Corconne 7®'5 Quissac 7n - La Calmette Dions 120 5 U2ès. 13p'c St"Géniès-de«Comola 15? ^tl^eauneuf-du-Papr' 190 r CarP0ntras 2in'c ^ont Ventoux 231^alaucène CARPENTRAS

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1994 | | pagina 20