Weekend
E4
Het is mijn plicht
om over de
politieke partijen
na te denken'
0. Het aantal doden aan Indonesische kant lag tussen de
llOO.OOO en 200.000. Een reconstructie van de besluitvorming
lie aan de eerste militaire operatie voorafging.
'Een mooi woord
voor oorlog' brengt
de worsteling van
een koloniale
macht in beeld
'Diplomasi' tussen
Den Haag en
Batavia in
verstikkende sfeer
van wantrouwen
en verdeeldheid
TERDAG 21 MEI
1994 E3 SSTEM
ZATERDAG 21 MEI 1994
|et is met citaten moeilijk hard
laken, maar het is in Bonn J
Igemeen bekend feit, dat V?
Peizsacker Kohl intellectueel
tas is, en dat de kanselier stieki
lloers is op het natuurlijke rei
aarstalent van de president
aarmee overigens meer ziel
|fan zijn ambt profileerde.
het heetst van de Koude Oorl
bonde hij zich een voorstander vi
|e ontspanningspolitiek richti'
osten. Anders dan zijn mees
lartijgenoten stemde hij in met
logenaamde 'Oost-verdragen'.
Jerlijn bleef hij ijveren voor
Igenschijnlijk onhaalbaar doel:
jenwording van Duitsland, onit
loals hij vaak zei „de Duitse kwi
he een open zaak blijft zolang
Brandenburger Poort gesloten is.l
Binds die eenwording heeft hij
feet mogelijke gedaan om de kit
lussen Oost- en West-Duitsland
Iverbruggen. Hij wees zijn land)
loten er op, dat niets meer bij
lude kon blijven. Daarvoor is er
l-eel veranderd, 'en het Duitsli
lan 1994 is nu eenmaal niet hi
zelfde als de oude Bondsrepublï
plus de DDR.'
Rj ijverde vanuit zijn functie
loor het verenigd Europa en wai
fcchuwde voor een 'postnationi
provincialisme'. De band met
vesten noemt hij onomkeerbal
Tegelijk zal de Duitse oost-politij
beter dan tot nu toe, in die westt'
oriëntatie moeten worden ini
Ivoegd. In dat verband citeert
Igraag zijn Tsjechische collega Vi
Iclav Havel: „Duitsland hoort tj
Imidden-Europa, maar midden-Ej
Iropa is niet Duits."
|Als president is Von Weizsackeri
I woord en daad een voorbeeld
I weest als het over tolerantie tej
lover buitenlanders ging. Hij m
ldeel aan Turkse barbucues in
I Berlijnse Tiergarten, maar ook ai
I de begrafenis van de brandaansl
in Solingen. Hij leidde een demi
stratie van 300.000 Berlijners tegi
buitenlanderhaat en maakte zij
toespraak af, hoewel een kleii
groep demonstranten hem, oi
danks een sterke politie-macl
met verf en tomaten bekogelt
Zijn relatie tot Israël en de joden
tegelijk berouwvol en innig, alsi
hij met hen de totale verzoenii
kon symboliseren. Krijtwit en zwij
gend verliet hij onlangs de Duil
première van 'Schindler's List'. I
Von Weizsacker heeft de laq
ste tijd bewust de greni
van zijn presidentij
macht(eloosheid) opgezoi
Uitdagend, soms erg belerend i
moralistisch. Boven de partij!)
Soms zelfs ietsje boven het voU
ondanks zijn betrokkenheid meti
samenleving. Hij bleef -misschil
ook door afkomst en studie 1
paald - wat afstandelijk. Wat net
buigend. Ongeduldig soms, autoil
tair en ironisch. Een man vóór zijl
volk, maar niet echt vSn het volk.J
dat is niet genoeg.' Rau
Opmaat
tot een
koloniale
oorlog
je was vóór of je was tégen. Links én rechts waren verdeeld. En
|je legertop keerde zich tegen politici. De 'politionele acties'
irerscheurden het volk. Nog nooit had Nederland zo'n groot
lleger op de been gebracht: 120.000 man. Aan Nederlandse zijde
|®uvelden ruim 5000 militairen, meer dan in de meidagen van
Door John van Miltenburg
FOTO AN'
wordt die de nieuwe president, to
de laatste stemronde geldt na®
lijk eenvoudig een meerderne
van stemmen. i
Johannes Rau kan rekenen op I
499 SPD-stemmen en enkele tien
tallen stemmen van het linkse
van Büntnis 90/Griinen en des
mi-communistische PDS. M
hoop1
«au io uict gciAWtg- -
evenwel - zij het een beetje teg
beter weten in - dat veel libera
hun stem aan hém zullen goj'®,
niet aan niet aan Herzog. 01
ook gebeurt, is onduidelijk en
maakt deze verkiezing tot
spannend. „pD.
Niettemin houdt men in 1
kringen al ernstig rekening -
een nederlaag voor Rau, ook
hij van de vier kandidaten v
de populairste onder de L
bevolking. De Duitse Pres u!s-
worden gekozen voor een ani
termijn van vijf jaar en kil®
slechts één keer worden herko
De documentalist die
eind jaren veertig in
het foto-archief van
uitgeverij De Spaarne-
stad in Haarlem pers
foto's registreerde wist
er ook geen raad mee. 'Politionele
acties' staat achterop de meeste
foto's; 'oorlog' is op later datum in
grote handgeschreven letters een
aanduiding voor andere foto-jour-
nalistieke beeldinformatie.
De beheerder van het foto-archief
raakte naarmate meer Nederlandse
troepen naar Indië werden ver
scheept opgewonden. Maar het
mapje illustraties onder het tref
woord 'wreedheden' is nog altijd
flinterdun. Archiefbeheerders re
gistreren in de geest van de tijd.
Soms wordt geschiedenis nooit
herschreven.
Een Tsjechische persfotograaf
spreekt in een korte bijgeleverde
beschrijving van 'Dutch police
measures'. Zelfs in het buitenland
had de pers zich geconformeerd
aan wat de toenmalige Nederland
se minister Van Kleffens zijn colle
ga-ministers in een nachtelijke ka
binetszitting van 27 op 28 juni
1947 op het hart drukte. Spreek in
het openbaar nooit van een militai
re operatie maar van 'politionele
actie', was Van Kleffens' advies.
Het was een term die ook ten tijde
van de acties in Atjeh tussen 1873
en 1912 in zwang was. Die hard
handige 'pacificatie' (ook zo'n ver
hullend woord voor een 'koloniale
oorlog'), waarmee generaal Van
Heutz geschiedenis zou maken, liet
een spoor 'van rook en bloed' na.
De Atjeh-oorlog kostte 70.000
Atjehers en 12.000 Nederlandse
militairen het leven.
Ook nu ging het er om rust en orde
te brengen in een win-gewest, zo'n
tienduizend kilometer verwijderd
van 'Den Haag', dat Nederland als
kolonisator al driehonderd jaar aan
zijn wil had onderworpen. De om
standigheden waren anders, de in
tenties aangepast. Koloniale res
tauratie was niet de voornaamste
drijfveer, maar de Nederlandse
houding kenmerkte zich door be
voogding. Een Oost-Indië zonder
Nederland, dat was onmogelijk.
Dat het zelfbewustzijn onder een
bevolking van zeventig miljoen In
donesiërs in een onmetelijk eilan
denrijk tijdens de Japanse bezet
ting was gegroeid werd totaal ge
negeerd. Nationalisten waren
'communisten en terroristen'; de
vrijwel onmiddellijk na de Japanse
capitulatie uitgeroepen Republiek
Indonesia was 'een revolte van een
groepje raddraaiers'. De archipel
moest weer onder Nederlands ge
zag komen.
De geallieerde strijdkrachten
hadden Japan op de knieën
gedwongen. De Japanse
bezetter was in de capitu
latievoorwaarden formeel belast
met de handhaving van de openba
re orde in de overgangsperiode,
maar in de praktijk kwam daar
niet veel van terecht. Na de capitu
latie kwamen nog 3500 geïnter
neerden in de kampen om het le
ven. De revolutionairen kregen hier
en daar van de overwonnen bezet
ter de beschikking over Japanse
wapens; soms maakten zij zich er
meester van.
Nederlands-Indië kwam in het mi
litaire commandogebied van de
bondgenoten Engeland en Austra
lië, die zelf ook grote belangen
hadden in Zuidoost-Azië. Schip-
hol-Batavia was in die tijd nog vijf
dagen vliegen. Er was geen Neder
landse troepenmacht om de archi
pel onmiddellijk onder controle te
krijgen. De door Labour geregeer
de Engelsen, zelf in Brits-Indië
bedolven onder problemen om een
koloniaal imperium overzee naar
een nieuwe tijd te leiden, voelden
er niets voor om zich buiten hun
eigen territorium in een militair
wespennest te steken. De Britten
vonden dat de Nederlandse rege
ring maar met de vertegenwoordi
gers van de Republiek Indonesia
om de tafel moest gaan zitten om
het toekomstig bestuur vorm te
geven.
Er heerste een revolutionaire anti-
Nederlandse stemming die tot uit
barsting kwam. Op Java dreven de
lijken in de rivieren. Vooral de
Indonesische jeugd en het leger
eisten '100 merdeka' (vrijheid).
Het kabinet-Schermerhorn, de eer
ste regering in het berooide, na
oorlogse Nederland wilde aanvan
kelijk niet praten. En het wilde al
helemaal geen overleg met Soekar-
no die had gecollaboreerd met de
Japanners. PvdA-minister
dr. J. Logemann van Overzeese
Gebiedsdelen noemde Soekarno
'een griezelige man'.
De hoogste vertegenwoordiger van
Nederland in Indië, landvoogd
dr. H. van Mook, die een veel rea
listischer beeld van de situatie had,
mocht niet met de Indonesiërs on
derhandelen. Hij deed het toch,
waarop de ministerraad in de
herfst van 1945 besloot hem te
ontslaan. Twee PvdA-hoofdrolspe-
lers in het kabinet, premier Scher-
merhorn en minister Logemann die
koningin Wilhelmina namens de
regering van het ontslag op de
hoogte moesten brengen, vingen
bot.
De eigenzinnige vorstin weigerde,
wetend dat het ontslag internatio-
naai voor Nederland ongewenste
gevolgen zou hebben. Het kabinet
keerde op zijn schreden terug. De
latere minister-president Drees,
bewindsman op Sociale Zaken in
Schermerhorns ministersploeg, zou
in de jaren zeventig tegen zijn
biografen zeggen: „Koninginnen
doen wel eens verstandige dingen
tegenover ministers die soms meer
politieke motieven hebben."
Zowel de leiders van de Indonesi
sche revolutie als Nederlandse po
litici stonden voor de keus hun
belangen te behartigen langs de
weg van diplomasi' (via overleg
Een aanplakbiljet uit 1945, waarmee werd opgeroepen om tegen de Indische opstandelingen te gaan vechten.
een oplossing zoekenj of de 'perd-
juangan' (de strijd om onafhanke
lijkheid). Ook de Britten zouden in
hun nadagen nog met een grote
militaire actie te maken krijgen.
Zo'n 120.000 gewapende, opstandi
ge jongeren raakten slaags met
4000 Britse militairen van wie er
ruim 200 sneuvelden. Soekarno en
Hatta moesten er als leiders van de
revolutie aan te pas komen om de
gemoederen te bedaren.
Al sinds de Japanse overgave
maakte de militaire top in Neder
land en Indië zich op voor een
militaire oplossing van het conflict.
De strategische plannen van de
militairen namen vastere vorm aan
na het besluit van de geallieerde
bondgenoot Engeland om Neder
landse troepen toe te laten en Brit
se te vervangen. Maar militairen en
politici wisten ook dat er minstens
honderdduizend man troepen no
dig waren om alleen de belangrijk
ste en onrustigste gebieden, Java
en Sumatra, te veroveren.
Op de Hoge Veluwe in het
jachtslot Sint Hubertus,
Nederlandser kan het niet,
werden in april 1946 tussen
delegaties van de voorlopige Indo
nesische revolutionaire regering en
Nederland de eerste overeenkom
sten gesmeed voor een nieuwe toe
komst van het Indische eilanden
rijk. In Indonesië deed een Neder
landse onderhandelingsdelegatie
(de Commissie-Generaal onder lei
ding van dan ex-premier Scher-
merhorn) in het bergdorp Linggad-
jati in de loop van 1947 een nieuwe
belangrijke stap naar vrede met
een akkoord dat in Nederland
maar moeizaam steun vond.
Binnen twee jaar, zo bepaalden de
onderhandelaars (die niet voor
niets de status van 'minister' kre
gen) in de overeenkomst, zou Indo
nesië een federatieve staat worden
die met het Koninkrijk der Neder
landen de Nederlands-Indonesi
sche Unie zou gaan vormen. Veel in
het akkoord werd niet geregeld en
vooral de gemeenschappelijke gen
darmerie die de orde moest hand
haven, werd enkele maanden later
een breekpunt en het sein tot de
eerste militaire actie.
Een internationaal ingrijpen van
de Veiligheidsraad voorkwam een
totale koloniale oorlog. De vele
bestandsschendingen en boycotac
ties van Indonesische guerilla's
Nederlandse militairen arresteren een Indonesiër tijdens de eerste politionele actie.
FOTO RVU
zouden eind 1948 een tweede ge
wapend conflict inleiden.
De Hoge Veluwe-conferentie is in
de geschiedenisboeken altijd afge
schilderd als 'mislukt', vooral ook
vanwege het verdere verloop van
de Indonesische onafhankelijk
heidsstrijd die later uitmondde in
een bloedig treffen. Volgens de his
toricus J. de Jong ten onrechte,
omdat Nederland tijdens deze on
derhandelingen voor het eerst te
kennen gaf de Republiek te erken
nen, hetgeen later met 'Linggad-
jati' nader is geformaliseerd.
De Jong komt de eer toe het Neder
landse beleid tegenover de Indone
sische revolutie tussen 1945 en
1947 in zijn brede context (met
raadpleging van ook Amerikaanse,
Britse en Indonesische bronnen) te
hebben onderzocht. Het leverde
een briljante publicatie op uit oog
punt van historisch onderzoek,
maar saai voor de niet-ingewijde
om te lezen.
In het boek 'Een mooi woord voor
oorlog' van de journalist Ad van
Liempt, dat vanaf dit weekeinde
verkrijgbaar is in de boekwinkel,
wordt verslag gedaan van de korte
episode die in zowel Nederland als
Indië aan de eerste politionele actie
vooraf ging. De militaire operatie
dreef de Nederlandse samenleving
in twee kampen uiteen en vooral de
sociaal-democraten onder leiding
van 'verzoener Drees' moesten het
ontgelden. Van de 115.000 leden
die de PvdA in die dagen telde,
zegden er 7000 hun lidmaatschap
op.
'Een mooi woord voor oorlog'
brengt de worsteling in beeld van
een Nederlands bewind in weder-
opbouwtijd dat zich enerzijds zon
der kleerscheuren wilde losmaken
van een land waarmee het zulke
nauwe (en winstgevende) banden
had onderhouden en dat tegelijk de
Nederlandse belangen maar moei
lijk prijs wilde geven.
De scheidslijnen liepen door alle
partijen: de sociaal-democraten
werden door de Indonesische kwes
tie verscheurd, maar ook bij coali
tie-partner Katholieke Volkspartij
heerste verdeeldheid. En op de
achtergrond wogen persoonlijke
belangen onbeschaamd mee. De In-
dië-specialist Max van Poll, door
de KVP afgevaardigd in de Com
missie-Generaal moest laveren tus
sen de pressie van zijn partijleider
Romme, die de ambitie had zelf een
soort onderkoning in een na-kolo-
niaal Indië te worden en zijn rea
listische opvattingen over de situa
tie ter plaatse.
Van Poll zag niets in militaire
maatregelen en voer later een eigen
koers zonder zich om de opvattin
gen van Romme te bekommeren.
De KVP-staatsman Beel vatte de
schimmige tegenstellingen tussen
legertop en politici, 'hardliners' en
'oplossers', eigen belang en politie
ke visie, reactionaire bekrompen
heid en internationaal gezag tref
fend samen in een brief aan vice-
premier Drees op 10 mei 1947:
„Wat een wereld! Wat een wan
trouwen onder elkaar."
Ook de vaderlandse pers was
verdeeld. De uit de illegali
teit voortgekomen bladen
Trouw en Het Parool ston
den elkaar twee jaar na de bevrij
ding naar het leven. Het Parool
keurde militair optreden in Neder
lands-Indië af, Trouw riep voort
durend om ingrijpen. De Neder
landse onderhandelaars konden al
helemaal geen goed doen in de
ogen van Elseviers Weekblad. Het
goed geïnformeerde blad, dat re
gelmatig informatie kreeg doorge
speeld van diplomaat H. Boon van
Buitenlandse Zaken, rechterhand
van Van Mook in buitenlandse
aangelegenheden, had in januari
1947 de geheime notulen van de
besprekingen van Linggadjati geci
teerd.
Sehermerhorn was des duivels,
maar besloot het maar niet te on
derzoeken, schrijft de auteur van
'Een mooi woord voor oorlog'. Een
detail in het boek waarmee Van
Liempt naast de feiten zit. De
kwestie werd in werkelijkheid
hoog opgenomen en de journalist
H. A. Lunshof moest zich in 1947
als getuige voor de rechtbank ver
antwoorden. Hij weigerde de rela
tie te noemen van wie hij de gehei
me notulen van Linggadjati kreeg.
Rechter-commissaris, rechtbank en
gerechtshof verwierpen achtereen
volgens Lunshofs beroep op het
niet geschreven journalistieke ver
schoningsrecht. Lunshofs cassatie
verzoek bij de Hoge Raad vond
evenmin gehoor. Het landsbelang
woog zwaarder dan het publieke
belang van de journalist.
Van Liempt heeft de officiële bron
nen geraadpleegd en daarnaast
dagboeken en correspondentie van
hoofdrolspelers en dag- en week
bladen (die het lezerspubliek in die
tijd een vertekend beeld voorscho
telden). De vrucht van zijn journa-
listiek-historische arbeid is vooral
een heldere, goed leesbare publica
tie over een complexe materie uit
de vaderlandse politieke geschiede
nis die aan de lezer voorbijgaat als
een trein.
I Ad van Liempt - Een mooi woord
voor oorlog, uitgeverij Sdu Den
Haag, prijs f 34,90