Weekend DE STEM Soms blijft een slachtoffer met wraakgevoelens zitten. De Bredase rechter P. Paalvast kan zich dat levendig voorstellen. Het is moeilijk te verkroppen als de dader er met 'slechts' een werkstraf vanaf komt. Als hij een ernstig verkeersongeval heeft veroorzaakt. Of zich heeft vergrepen aan een minderjarig meisje. Toch werden er in het arrondissement Breda dit jaar ruim 700 werkstraffen uitgedeeld. En in Zeeland ruim 200. Reclasseringsdirecteur Vlottes: „De werkstraf is beslist géén tienrittenkaart, zo van: je ziet maar wanneer je komt. Wie zich niet aan de afspraken houdt, gaat onverbiddelijk de cel in." 'De werkstraf is geen tienrittenkaart, zo van, je ziet maar wanneer je komt' 'Een gedwongen straf van een fors aantal uren brengt structuur in hun leven' ZATERDAG 11 DECEMBER 1993 E3 Door Riet Pijnappels Het succes van de dienstverlening De pastoor is even lun chen, zegt de jonge vrouw die de deur van de pastorie opent, ver ontschuldigend. Geen probleem, zeggen de twee reclasseringswerkers, Ad Rops en Rien van Rooij. Ze kennen de weg. Zij zullen de verslaggeef ster wel even door de kerk gidsen. De roomwitte basiliek van Ouden bosch oogt statig in het schrale herfstzonnetje. De zandstenen pila ren van het voorportaal glanzen alsof' ze iedere dag worden ge schrobd. De reclasseringswerkers komen re gelmatig bij de pastoor over de vloer. De kerk van de koepelstad is al ruim drie jaar een populair pro ject voor dienstverleners. Voor hen die als straf 'onbetaalde arbeid ten algemene nutte' hebben opgelegd gekregen. Trots wijst Van Rooij naar de pas gerestaureerde boog aan de linker kant van het plein. Mooi stukje vakwerk, prijst hij. Van dienstver leners. En dat is niet het enige: een elektricien repareerde de kerkver- lichting; een dakdekker controleer de het dak van voren tot achteren op gaten; een stukadoor repareerde het kapotte krulwerk. De houten kerstster die 'van ellende uit elkaar viel' is vervangen door een gloed nieuw exemplaar van aluminium. En het kapotte mozaïek in het kerkpad is weer in oude glorie hersteld. Steentje voor steentje. Monnikenarbeid, verzekert Van Rooij. En volgende week, zo vertelt hij, gaat een jongen zónder enige vakkennis, want die zijn er natuur lijk ook, de dikke laag duivestront van het dak schrobben. Pastoor A. Landsbergen komt te rug van de lunch. Hij is blij met de dienstverleners. Niet alleen omdat hij in het goede van de mens ge looft („Magnifiek dat die mensen hier tot de ontdekking komen dat we er zijn om elkaar te helpen."), maar ook omdat de gratis arbeid hem al vele tienduizenden guldens heeft gescheeld: „Anders zou het onderhoudswerk blijven liggen." „Ik vraag nooit wat de heren heb ben gedaan." verklaart hij goed moedig. „Maar de reclassering weet dat ik hier liever geen aan randers heb. Er werken hier veel vrouwen, ziet u." In het begin van dit jaar werd er in de kerk ingebroken. De daders lie ten een spoor van vernielingen ach ter. Het kerkbestuur verweet hem 'te goed van vertrouwen te zijn door al dat tuig binnen te halen,' maar de pastoor geloofde geen mi nuut dat het een van zijn delin quenten was geweest. De politie nam de zaak hoog op en vond binnen de kortste keren de werke lijke daders. Het waren géén dienstverleners. „De heren hebben mijn vertrou wen. Om tien uur en drie uur drinken ze een kopje thee op de pastorie. Er zijn er natuurlijk wel die misbruik maken van de vrij heid. Die er met de pet naar gooien. Maar dan rapporteer ik het aan de reclassering en die trekken er hun conclusies uit." In het arrondissement Breda wer den dit jaar ruim 700 werkstraffen opgelegd. In Zeeland ruim twee honderd. De delinquenten kregen van de rechter de keuze: werken of zitten. De dienstverlening is een van de drie hoofdstraffen en wordt beschouwd als een straf die qua zwaarte inligt tussen de andere twee: de geldboete en de onvoor waardelijke vrijheidsstraf. Het maximum is 240 uur werken of zes maanden cel. Een week arbeid voor een maand cel. Het succespercentage is hoog. Slechts tien procent van de dienstverleners mis lukte dit jaar. Kwam niet opdagen of verziekte de klus. En kreeg alsnog een celstraf. In het kantoor van de Stichting Reclassering Midden- en West- Brabant in Breda doen Van Rooij en Rops een willekeurige greep in hun dossiers: Een 37-jarige man, schuldig aan seksuele gemeenschap met een minderjarige, werd dit jaar veroordeeld tot 150 uren timmer werk in een pastorie. Een 30-jarige man, veroordeeld wegens diefstal, kreeg 100 uren bosonderhoud. Een 36-jarige man, schuldig bevonden aan opzettelijke brandstichting, werkte 240 uren in een dierenpark. En een dronken chauffeur verrich te 65 uren onbetaalde arbeid in een opvangtehuis voor daklozen. Vanaf volgend jaar komt er een nieuwe, grote doelgroep van dienstverleners: de steunfraudeurs. Een fraudezaak van 75.000 gulden kan leiden tot een gevangenisstraf van zes maanden of 240 uren dienstverlening. De reclassering in Breda heeft in heel het arrondissement 250 dienstverleningsprojecten. Op non- profitbasis. Op scholen, in zieken huizen, bejaardenhuizen, paro chies, musea en natuurparken. Niet iedere veroordeelde is overal even makkelijk plaatsbaar. Scholen wil len geen drugsveroordeelden of da- ders van zedendelicten. Bejaarden huizen weigeren tasjesrovers en buurthuizen hebben liever geen dieven. Vanwege de kas. Van Rooij: „Er zijn projecten waar de begeleider zegt: Je mag hier alle Marokkanen neerzetten die je hebt, maar geen Antillianen en Turken. Zo iemand heeft dan een paar keer een slechte ervaring gehad. Dan moeten we ons aanpassen aan zijn wensen. Anders raak je het project kwijt." In Bavel maken twee dienstverle ners, de 21-jarig Anita en de 34-jarige Kees, een woonhuis klaar voor twee Somalische asielzoekers. Anita, met lang, blond haar, witte muurverf op haar spijkerbroek, lacht breeduit: „Ik heb voor het eerst in mijn leven gewit." Ze heeft van de rechter 60 uren werkstraf gekregen. Wegens diefstal in een warenhuis. De schouders ophalend: „Ik vind het werken niet erg. Lie ver dan dat ik in een celletje moet zitten." Kees is minder laconiek. Zenuwachtig rookt hij zijn sigaret. Hij zat met te veel borrels op achter het stuur. Voor de tweede keer. Kreeg een straf van 80 uren alternatieve dienstverlening. „Voor mij is het een ideale straf. Het alternatief was de gevangenis. Dan zou ik mijn toekomst wel kunnen vergeten." Hij is blij met deze kans, knikt hij. „Ik heb de gemeenschap een hoop geld gekost, ik heb wel het gevoel dat ik op deze manier iets terugdoe." Aarzelt even. Of hij het werk wel als een straf ervaart? „Toch wel. Je wordt er mee gecon fronteerd dat je fout bent geweest. Ik ben ook voor een jaar mijn rijbewijs kwijt, eerlijk gezegd voel ik dat harder." Staatssecretaris Kosto wil de ko mende jaren meer alternatieve straffen. Het cellentekort is een nijpend probleem. Om nog maar te zwijgen over de enorme financiële belasting voor de schatkist. Een dagje cel kost vandaag de dag ruim 400 gulden per gevangene. Met de ruim 8000 alternatieve straffen die landelijk worden opgelegd spaart justitie elk jaar 165 miljoen gulden uit. Desalniettemin klinkt er de laatste tijd steeds vaker hevige kritiek op de werk straf als alternatief voor de gevangenisstraf. De verharding van de criminaliteit versterkt de roep om vergelding. En 'zitten' geldt traditioneel als straf Numero Uno. Onlangs nog noemde procureur-ge neraal mr. D. Steenhuis uit Leeuwarden het huidige strafregi- me 'te soft'. En de werkstraf 'een slap aftreksel van wat oorspronke lijk de bedoeling was.' Aanrecht kastjes verven, speeltuinen op knappen of tuinieren noemde hij niet zwaar genoeg. Wilgen knotten, het plaggen van de hei, dat zou de dienstverlening een stuk geloof waardiger maken voor het publiek, zo zei hij. „De zweep erover. Bloed, zweet en tranen," reageert directeur J. Vlot tes van de Reclassering Midden- en West-Brabant met lichte spot op de kritiek van de magistraat. „Nou, daar is geen sprake van. Wij zijn er niet voor om extra leed toe te brengen. Maar de werkstraf is geen tienrittenkaart, zo van, je ziet maar wanneer je komt. Een dienstverle ner moet zich consequent aan de afspraken houden. En dat is voor veel mensen geen eenvoudige zaak. Iemand die twee keer te laat komt voor de keukencorvee van De Klokkenberg, die vliegt eruit. En gaat onverbiddelijk alsnog de cel in. En dat de projecten te licht zijn?" Hij trekt een bedenkelijk gezicht. „Wat is licht? Wat is zwaar? Wij vragen ons vooral af of de arbeid zinvol is. Nuttig voor de maatschappij. En dan kan het ka rakter zeer uiteenlopend zijn. Van bosarbeid tot het categoriseren van oorlogsstukken in het Bredase Ge neraal Maczekmuseum." Ook reclasseringswerkers At Rops en Rien van Rooij, beiden 'oude rotten' in het gevangeniswezen, la ten hun oor niet hangen naar de, in hun ogen, 'gemakkelijke' kritiek. De dwang om te móeten werken, voor nop bovendien, en met de gevangenisstraf als stok achter de deur, wordt door de meeste dienst verleners als straf ervaren, verze keren ze. Rops: „Bovendien leren De dwang om te móeten werken, voor nop bovendien, en met de gevangenisstraf als stok achter de deur, wordt door de meeste dienstverleners als straf ervaren. foto de stem dick de boer ze in de gevangenis niets goeds. Ik heb 28 jaar in De Koepel gewerkt. Geloof me, het enige wat je daar leert is je verder bekwamen in je criminele carrière." Wat hem betreft is er één maar: „Een werkloze die tijdens normale werkuren zijn werkstraf moet kla ren, komt er in mijn ogen wél te makkelijk vanaf. Je moet je afvra gen of de verhouding met iemand met een volledige dagtaak die een half jaar lang ieder vrij uur moet opofferen, dan nog wel klopt." De 44-jarige René verduisterde bij een Westbrabantse gemeente 14.000 gulden. En werd door de rechter gestraft met 240 uur dienstverlening. Zes weken lang, tijdens de zomervakantie waarin hij naar Spanje wilde gaan, werkte hij in psychiatrische kliniek Vrede rust in Bergen op Zoom. „Het ligt voor de hand dat je, met de gevan genisstraf die boven je hoofd hangt, kiest voor de werkstraf. Het heeft minder invloed op je persoon lijke leven dan opsluiting. Gevan genisstraf heeft voor mij absoluut geen waarde. Het is een kwestie van je tijd uitzitten. Een onnuttige,, onproduktieve bezigheid, lijkt mij. Bovendien lever je met een werk straf een tegenprestatie. Je hebt iets fout gedaan en dat moet goed gemaakt worden. Beter werken dan op staatskosten vegeteren." Het grootste voordeel van een werkstraf, verklaart officier van justitie G. van der Burg van het Bredase arrondissement Breda, is dat werkloze delinquenten leren een arbeidsritme op te bouwen. „We praten vooral over burgers die nauwelijks weten hoe ze hun dag moeten vullen. Een gedwongen straf van een fors aantal uren brengt structuur in hun leven." Van der Burg is lid van de commis sie Alternatieve Straffen. Maar ze ker geen kritiekloos lid. „Sommige projecten vind ik te makkelijk. Honderd uren kruisjes zetten op een administratieafdeling van een bejaardentehuis vind ik te licht. Of achter de bar staan van een ge meenschapshuis. Of stoeltjes schoonmaken bij NAC." Hij heeft begrip voor het ongenoegen van de samenleving. „Ik kan me het heel goed voorstellen, het gevoel dat iemand er met onbetaalde arbeid er goed van afkomt. Veel mensen as sociëren het met een paar uurtjes kinderboerderij." „Ik heb regelmatig heel emotionele gesprekken met slachtoffers van zedendelicten of nabestaanden, die een familielid hebben verloren door een dodelijk ongeval. Die heb ben vaak hevige problemen met een alternatieve straf. Hij heeft ons dit aangedaan, hoor je dan, en hij komt er zo makkelijk vanaf. Dat is soms heel moeilijk." „Ik heb grote twijfels of de alterna tieve straf wel geschikt is, qua vergelding, voor zedendelicten, ge weldsdelicten of aanrijdingen met dodelijk gevolg. Als ik op de stoel van een rechter zou zitten, zou ik in die gevallen geen alternatieve straf opleggen. Ik vind niet dat een dergelijke afdoening recht doet aan datgene wat ze hebben gedaan." „Als ik het gevoel heb dat het maatschappelijk niet verantwoord is, zeg ik dat op een zitting. Geluk kig zie je dat de rechters ook rekening houden met het maat schappelijk effect." Het slachtofferleed telt zwaar mee in de rechtspraak. De Bredase rechter P. Paalvast bevestigt dat nadrukkelijk. „Absoluut. De me ning van een slachtoffer is voor ons een heel belangrijke factor. Dat raakt de openbare orde. Het straf recht heeft onder meer de functie om orde en rust in de samenleving te brengen. Zodanig dat de mensen niet zelf willen gaan ingrijpen." Hij kan zich heel goed voorstellen dat mensen met wraakgevoelens blijven zitten. „Wij realiseren ons dat met name bij ernstige verkeers ongevallen." Bij een zwaar ver keersongeval kan de oorzaak een kleine onoplettendheid zijn, legt hij uit. Met dramatisch gevolgen. „Dat betekent dat er een groot span ningsveld kan zijn tussen schuld en gevolgen. De gevolgen vragen om een zware straf, terwijl de schuld beperkt is. Ondanks dat we realise ren dat de getroffenen met grote wraakgevoelens blijven zitten, leg gen we dan toch een werkstraf op. Omdat dat in veel gevallen de beste oplossing is. Maar wij zijn ons ervan bewust dat de wijze waarop wij omgaan met alternatieve straf fen een bijdrage levert aan het bestaan van een maatschappelijk draagvlak. Daarom waken wij er zorgvuldig over dat de straf niet uitgehold wordt door te lichte ar beid." De 36-jarige Sjaak uit Sint Wille- brord wil geen goed woord meer horen over de reclassering. Terwijl hij driftig de kat op zijn schoot aait, zegt hij zich 'verraden' te voelen. Van de rechter kreeg hij het volle pond. Tweehonderdveertig uren werkstraf voor een oplich tingszaak van, ruw geschat, 40 h 50.000 gulden. Onder houdswerkzaamheden in een ge meenschapshuis in Sprundel. Maar zijn vrouw was zo vaak ziek. En hij meldde zich altijd keurig af, verze kerde hij. Totdat er op een dag een brief van de reclassering op de mat viel. Hij hoefde niet meer te komen. Terwijl hij nog maar veertig uren hoefde, foetert hij. Nu moet hij in januari weer voor de rechter ko men. God weet wat hem nou nog boven het hoofd hangt. Uit privacy-overwegingen zijn de namen van de dienstverleners gefingeerd.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1993 | | pagina 31