Brug tussen hoop en wanhoop
Joden Damascus zijn onmisbaar voor Syrië
iland kort
Ice ingetrokken
lz in 1993 op
nark verlies'
de stem
Allenby-brug over Jordaan symbool voor alles dat mis is in Midden-Oosten
BUITENLAND
'Hadera
iNetanyai
LTulkarm
JORDANIË
EGYPTE
Nablus
SAOEDI-
ARA6IE
ÏDamiya
Bridge
TeiAviyW Petah Tiqwa'
JORDAANOEVER
IRamallah
:Rehovot,
Jericho»==-
rAshdod
V^^jerüzaiêfe >«Maale
Bel Shemesï?~>^l/Adummim
s' yf Bethlehem j
rAshqelorr
iDoüe:
'Hebron
|25 OKTOBER 1993 A4
Liechtenstein
Ihtenstein heeft de gematigde
meerderheid in het parlement
JbO,l procent van de stemmen
betels, zo blijkt uit de eerste
1 Mario Frick tot regeringslei.
leerder de tweede man in het
Ivijf partijen bestond. Volgens
logressieve Burgerpartij (FBP)
len, de Vrije Lijst (FL) op 8,5
[•o-stad
l'ing heeft gistermorgen gedu-
lanse hoofdstad Mexico-stad
Itsen brak paniek uit, maar
loden of gewonden gevallen,
lituut heeft als kracht van de
I Richter gemeten en traceerde
In, 380 kilometer ten zuidwes-
Iktriciteit vielen in sommige
Itonden gaslekken en kortslui-
Ist beperkt.
fcse lente' overleden
|he president Vaclav Havel was
de Tsjechische mensenrechte-
Iis ook mede-initiator van het
ke rol speelde bij de vrijwel
989 het communistische regime
Duitsland
fcn linkse en rechtse jongeren in
hksen-Anhalt in de voormalige
l'ijdag op zaterdag 17 mensen
en liepen verwondingen op toen
1 de rellen te maken.
In extreem-rechtse jongelui, in
pn aan het eind van de avond
let stenen. De precieze oorzaak
felijk. 17 mensen werden voor
(en in het midden van Duitsland
1 een bijeenkomst van 50 neona-
vapens in beslag genomen.
I westen Georgië
Iringstroepen zijn gisteren door-
lllen op de eenheden van de
pië, Zviad Gamsachoerdia. Vol-
ping probeerden de troepen van
ze, de verbindingdweg vrij te
Jan de Zwarte Zee.
bppunt Samtredia in het westen
II Abasja. Vanhieruit hadden de
ie stad met artillerie beschoten,
t dat bij de gevechten 7.000
;aan tegenover ongeveer 5.000
nsachoerdia.
pt weekeinde te verbeteren ten
angstroepen, die de beschikking
wapens. Voor het eerst sinds
lerdag een trein uit de Zwarte-
aissi.
Verkeer, Bernard Bosson, heeft
aal plan voor Air France inge-
•an die luchtvaartmaatschappij
g tegen dat plan. Direct na de
'rance-topman Bernard Attali te
tselinge koerswijziging - tot dit
ring dat het sociaal plan waarin
zouden worden geschrapt bitter
(reorganisatie van het bedrijf
of de staking van het grondper-
og doorgaat.
tegen PKK op'
t vorige week het offensief tegen
fKK) aanzienlijk opgevoerd. Dat
bericht. In de oostturkse streek
voor een onafhankelijke Kurdi-
r nu de land- en luchtmacht in.
rd boven de stad Lice een 'regen
Anatolië zijn sinds vrijdag 29
leven gekomen, onder wie 17
eiderspartij, PKK. Dat is geble-
Driteiten.
Het grootste Duitse industrie-
ht dit jaar af te sluiten met een
miljard mark. Dat staat in de
se weekblad Der Spiegel, die
van Fokker - boekt een negatief
saldo van 800 miljoen mark en
de elektronicaproducent AEG
lijdt een verlies van 300 miljoen
mark.
De cijfers bij Mercedes-Benz
vallen slecht uit omdat naast de
verminderde afzet (eerste zeS
maanden minus 16 procent) ook
de reserveringen voor de ingreep
in het aantal arbeidsplaatsen het
resultaat drukken. Het concern
kondigde in augustus aan in
1994 nog eens 14.000 banen te
willen schrappen, bovenop de
15.000 in 1992 en 7.000 van dit
jaar. Eind juli werkten er bij
Mercedes zo'n 163.600 mensen.
MAANDAG 25 OKTOBER 1993
Plotseling is de verwar
ring compleet. Je bent in
twee landen tegelijk. En
officieel hebben diezelfde
twee landen hier niets te
zoeken. Nóg chaotischer
wordt het als de dromen
van Yasser Arafat uitko
men. Dan bezoek je plot
seling drie landen, die
het van elkaar niet willen
weten. De spil in dit ver
warrende spel is 'De
Brug'. Een rammelende,
dertig meter lange con
structie over de Jordaan.
Door Rogier Slop
In het namengekke Midden-Oos
ten heet het ding officieel (vol
gens de Jordaniërs) de 'Koning
Husayn-brug'. Voor de Israëli's
is het nog steeds de Allenby-
brug, genoemd naar de Britse
generaal, die in de Eerste We
reldoorlog de Turken uit de Ara
bische wereld dreef. Eigenlijk
hadden de Israëli's, als goede
bewoners van het Midden-Oos
ten, allang iets kunnen beden
ken, als de 'Theodor Herzl-brug'.
Ze hebben het niet gedaan,
waarschijnlijk omdat niemand
op het idee is gekomen.
Zeg je in ver afgelegen oorden
als Cairo of Bagdad dat je 'over
de brug' bent gekomen, en ze
weten het. De Brug is een sym
bool van alles wat er mis is in
het Midden-Oosten. Het is ook
de opmaat van de hoop - de
enige verbinding tussen Israël en
Jordanië; het enige verbindings
middel tussen Israël en de rest
van de Arabische wereld. Twee
tot de tanden gewapende tegen
standers omgeven de brug. Zij
zijn officieel nog op voet van
oorlog met elkaar. De brug is de
plek waar alle verkeer tussen de
West- en de Oost-oever wordt
samengeperst. Palestijnen aan
beide zijden van het grensrivier-
tje zijn aangewezen op het bela
chelijk kleine bruggetje. En om
dat Palestijnen aan beide oevers
van de rivier de meerderheid
vormen, is de brug van vitaal
belang.
Bizar
Maar het is een bizarre over
tocht. Officieel zijn noch Israël,
noch Jordanië bij de hele zaak
betrokken. Jordanië heeft sinds
1988 zijn aanspraken op de
West-oever ingetrokken. Israël is
'alleen maar' bezettingsmacht.
Formeel ga je reizend vanuit
Amman Jordanië niet uit. Even
formeel ben je, als je de brug
overgaat, met in Israël. Toch
maken deze twee landen de
dienst uit. Bij het blauw-witte
hek, dat aan het einde van de
brug de twee landen scheidt,
staan Israëlische soldaten en
Jordaanse grenswachten met el
kaar te kletsen. Ze wisselen de
vette grappen uit die het bij
iedere soldaat, waar ook ter we
reld, blijven doen. Alleen de
nonchalant naar beneden bunge
lende M-16-geweren van de Is
raëli's en de strakke pistoolhol
sters van de Jordaniërs verraden
dat het gaat om twee landen in
oorlog.
LIBANON/
Middellandse SYRlE
Zet teJk.
weg
Spoorweg
Palestijnen aan de westkant van de Allenby-brug, geduldig wachtend tot ze de oversteek naar
Jordanië mogen maken. foto ap
Maar daarna is er kalmte alom.
Binnen twee of drie dagen is de
pas gereed; als je tenminste niet
zo stom bent geweest om als
reisdoel 'Israël' op te geven.
'Jeruzalem', dat kan nog - het is
in deze gedachtengang een be
zette Arabische stad. Maar het
noemen van Tel Aviv is vragen
om eindeloos ambtelijk gezeur.
Hoezeer het ook mogelijlrifs dm
vanuit Jeruzalem fluitend naar
Tel Aviv te reizen, fièt'-dk een
realiteit die grondig wordt ont
kend.
Na enkele dagen is het voor
elkaar. De papieren voor De
Brug zijn in de knip. Tijd voor
de tweede etappe.
Bochten
Die fase is een helletocht. De 52
kilometer tussen de heuvels van
Amman en de bijna 250 meter
onder de zeespiegel gelegen Jor-
daan-vallei, worden door Ab-
doellah in een razend tempo af
gelegd. In het zwakke ochtend
licht - de brug is alleen 's och
tends open, dus er moet enige
haast worden gemaakt - rijdt hij
al bij het vertrek uit Amman de
keien uit de straat. Abdoellah is
een van die Arabische chauf
feurs, die in staat is met enkele
bewegingen een sigaret aan te
steken, de autoradio iets harder
te zetten en tegelijkertijd een
haarspeldbocht te nemen.
Schoolkinderen, zwaarbeladen
ezels en trage vrachtwagens
worden ingehaald op momenten
dat er geen enkel zicht is op
tegenliggers. Hij klopt de zwe
tende passagier vrolijk op de
knie en roept 'no problem'. Als
iedereen in het Midden-Oosten
dat zinnetje ook werkelijk in
praktijk zou brengen, zou die
wereld er heel anders uitzien.
Wachten
In de verte, diep beneden, glin
stert de Dode Zee. De Jordaan-
vlakte is een groene verademing.
Abdoellah remt krachtig bij wat
genoemd wordt een terminal.
Van hieruit zal een Jordaanse
buschauffeur zijn taken overne
men. Bussen zijn - afgezien van
VN-voertuigen - de enige ver
voermiddelen die De Brug over
mogen steken. Bij de terminal
voor 'toeristen' is nog niemand
te zien. Een oudere man met een
kafiyeh veegt tegen beter weten
in de stoepjes. Het is zeven uur
in de ochtend. Afgeladen busjes
en taxi's rijden af en aan. Het
zijn Palestijnen, meestel in bezit
van een Jordaajis paspoort. Ook
zij moeten hier overstappen.
Hün bussen staan bij een ander
gebouw. En die .bussen zullen,
als ze eenmaal de hele dertig
strekkende meters van de brug
hebben afgelegd, ook aan Israë
lische kant naar aparte gebou
wen worden geleid. Tot die tijd
staan de bestofte bussen voorna
melijk stil in de brandende zon.
Zowel Jordanië als Israël, die er
in het gebied bij de brug officieel
helemaal niet zijn, hebben een
subtiele manier om de bokken en
de schapen te scheiden - houders
van een buitenlands paspoort
zijn automatisch 'toerist' en
worden heel anders behandeld
dan plaatselijke inwoners.
Nu is wachten in het Midden-
Oosten een kunst op zich. Zelfs
voor de 'toeristen' blijft het bu
reau een hele tijd gesloten. De
vliegen zijn in de hitte van de
Jordaan vallei uitzonderlijk tal
rijk. Net op het moment dat ze je
tot definitieve gekte drijven,
gaat het bureau alsnog open.
Een korte aanval van stempel-
woede markeert het Jordaanse
douane-optreden. Daarna gaan
we het busje in. Dat tochtje
maakt duidelijk hoe belangrijk
de Jordaan is, hoezeer het ook
een prutriviertje mag zijn. Het
water maakt uit de bakoven van
de vallei plotseling een groene
oase. Bananenbomen, tabaks
planten en in de meer zompige
gedeelten manshoge papyrus-
planten groeien er uitbundig.
Maar als je over je schouder
kijkt, zie je de adembenemend-
mooie gele rotsen; met zwarte
gaten erin. Dat zijn de vuurmon
den van de Jordaanse artillerie.
Enorme greppels en steile aar
den wallen zouden tanks moeten
tegenhouden. Deze landen zijn
nog steeds in oorlog, en de
prachtige vallei is in feite het
eerste schootsveld. En dan is er,
na nog een Jordaanse paspoort
controle, eindelijk De Brug. De
planken rammelen, terwijl het
'toeristenbusje' zich langzaam
een weg baant. Op het midden
van de brug staan we stil. Dat
geeft de mogelijkheid om slinks
naar beneden te kijken en daar,
ongeveer 15 meter onder ons,
stroomt de Jordaan. Bruin, drab
big water, dat zo snel piogelijk
door deze kloof heen wil om te
smoren in de rimpelloze Dode
Zee. Het is vreemd dat aan de
boorden van de immense Missis
sippi deze veredelde sloot iedere
zondag weer zo wordt bezongen.
De 'Palestijnen-bus' vóór ons is
net onderzocht. Alle passagiers
hebben moeten uitstappen en
mogen een voor een de bus weer
in. Een Israëlische soldaatslin-
gert nonchalant zijn geweer over
de schouder, terwijl hij uitstapt.
De Palestijnse passagiers gaan
moeizaam en uitgeput terug
naar hun plaatsen. Zo dadelijk,
bij de Israëlische terminal voor
Palestijnen, zal hun hele hebben
en houden pas écht worden on
derzocht. Hun bagage wordt
opengesneden en grondig door-
vingerd, de meesten worden 'lij
felijk gevisiteerd', zoals dat in
het douane-jargon heet.
Grimas
Bij de Israëlische terminal be
groet een vrouwelijke soldaat de
nieuwkomers. „Welcome to Is
raël". De Israëlische douane is
allervriendelijkst - snel en effi
ciënt. Weer knallen de stempels,
ditmaal op een handzaam inleg
velletje. Want een Israëlisch
stempel in je paspoort maakt je
een paria in de Arabische we
reld. „Hoe lang blijft u in Is
raël", vraagt de douaneman.
Maar ik bén toch helemaal niet
in Israël? Met een grimas herstelt
hij zich. „Hoe lang blijft u hiér?"
Nog een stempeltje en je mag je
gang gaan. Van deze terminal uit
ligt de hele wereld weer voor je
open. Nog 32 kilometer naar
Jeruzalem.
Een medereiziger is minder ge
lukkig. Hij is Palestijn, maar hij
heeft een Amerikaans paspoort.
Dat is waarom hij met het 'toe
ristenbusje' mee mocht. Hij wil
nu zijn moeder bezoeken, die in
Rammalah op de West-oever in
het ziekenhuis ligt. Hij had. al
leen de pech dat hij bij familie in
Amman was, toen hij het slechte
nieuws hoorde. Ondanks zijn
Amerikaanse staatsburgerschap
wordt hij grondig ondervraagd
en gefouilleerd.
Gehannes
Zijn goede humeur heeft er niet
echt onder geleden. „Weet je",
zegt hij, „eens wordt dit een
fluitje van een cent. De brug
gaat de hele dag open, en ieder
een staat vriendelijk te zwaaien.
Dit wordt De Brug van de Vre
de."
Hij zou gelijk kunnen krijgen.
Het vredesproces zit plotseling
in zo'n hoge versnelling dat niets
meer kan worden uitgesloten. Er
zijn al geruchten over een ge
heim gesprek tussen Israël en
Jordanië over heen- en weer-
vluchten tussen de luchthavens
van beide landen. Plannen voor
een enorm Midden-Oosters we
gennet zijn in een vergevorderd
stadium. Nog even, en al het
gehannes over De Brug is verle
den tijd, er wordt dan ongetwij
feld een efficiëntere constructie
voor het wegverkeer bedacht.
Maar de romantiek van het stoe
re 'ik-ben-de-brug-over-ge-
weest' verzinkt dan definitief in
het grijze verleden. Allenby zou
zich omkeren in zijn generaals-
graf.
Dit artikel draag ik
op aan een collega,
die anderhalf jaar
geleden is overleden. Lucile
Augeron werkte tot haar
dood voor enkele Waalse
kranten en leefde al sinds
mensenheugenis in de Franse
hoofdstad. Haar kenmerken
de silhouet werd getooid met
altijd even fraaie bolhoedjes.
Maar daar gaat het nu even
niet over.
Lucile had een bijzondere wij
ze, Franse politici en zaken
mensen de les te lezen. On
langs, toen ik in de snelle
metro-lijn, de RER, onder
weg was naar het vliegveld,
moest ik aan haar denken. En
kwam ik tot de conclusie dat
de verbeten strijd tegen de
mystificatie, die zij had aange
bonden met de Franse spoor
wegen, nog niet ten einde
was. Met andere woorden, dat
er een nieuwe kruisvaarder
nodig is.
In het station Chatelet-Les
Halles moest ik die dag over
stappen op de noordelijke
lijn, richting vliegveld Roissy.
Toen ik eenmaal was geïnstal
leerd, keek ik naar de reclame
op het station. Mijn oog viel
op een kleurige Mickey Mou
se, die de Fransen probeerde
naar Eurodisney te lokken.
Tot dusver is er niets aan de
hand. Maar onder het affiche
staat dat de Disneyganger
moet uitstappen op het me
trostation Chessy.
Chessy? Ja, Marne-la-Vallée
Chessy. In de naamgeving van
het station aan de A-lijn van
de RER - oh wat zou dat toch
handig zijn voor al die buiten
landse toeristen - komt niet
eens de naam Eurodisney
voor. Terwijl het station toch
speciaal voor het pretpark is
aangelegd. Want de SNCF is
natuurlijk geen filantropische
instelling om voor de 1000
inwoners van het dorp spe
ciaal een.station aan te leggen
en de lijn te verlengen. Maar
blijkbaar vinden de Franse
spoorwegen het ook een cri
me om iets on-Frans als Euro
disney te vermelden op hun
plaatsnaamborden. En dus
heet het station Chessy.
Maar goed. even terug naar
Lucile Augeron. Want het af
fiche deed me aan haar den
ken. Inderdaad, want Lucile
Augeron had van die bizarre
naamborden haar specialiteit
gemaakt. We hadden op de
buitenlandse persvereniging
enkele jaren geleden de
hoofddirecteur van de Franse
spoorwegen uitgenodigd. Om
met deze van gedachten te
wisselen over zulke belangrij
ke zaken als de Hoge-Snel-
heidstreinen en zijn visie op
de ontwikkeling van het Fran
se spoorwegnet. Daar gaf
spoorbaas Fournier natuurlijk
perfecte antwoorden op.
Maar plotsklaps nam Lucile
het woord. Zij troonde op een
stoel recht voor de SNCF-di-
recteur. Met haar niet na te
bootsen stemgeluid gaf ze de
hoge ambtenaar een veeg uit
de pan. Of het geen waanzin
was om de RER-halte onder
de Eiffeltoren Champ de
Mars te noemen. Dat het van
de gekke was om de halte van
het Musée d'Orsay, een van
de topattracties in Parijs, nog
altijd gewoon Quai d'Orsay te
noemen. En of Fournier er
ook maar even niet bij zijn
collega van de Parijse metro
Van Disney
en Chessy
op aan kon dringen dat een
metrostation als Notre Dame
de Lorette omgedoopt kon
worden omdat veel toeristen
zich vergisten en aldaar dach
ten uit te stappen bij de echte
Notre Dame. Zo ging ze nog
een tijdje met haar tirade
door. En eindigde door te
zeggen: „Ik dank u zeer."
Fournier viel verschrikkelijk
door de mand. De man die
per dienstauto van en naar
zijn werk wordt gebracht en
die slechts in de TGV plaats
neemt wanneer dat echt moet
(om maar te zwijgen van ge
wone stop- of intercitytrei-
nen) keek hulpeloos. Pau
zeerde even. Stamelde een
hulpeloos 'ehhhh' in de rich
ting van zijn persattachée, die
achter in de zaal had plaatsge
nomen. De vrouw knikte, om
aan te geven dat Lucile wel
degelijk gelijk had en Four
nier, als een perfecte direc
teur, antwoordde: „Mevrouw,
wij bij de SNCF zijn ons al
.enige tijd van het probleem
bewust. U kunt er op rekenen
dat het euvel zal worden ver
holpen."
Hij hield woord. Twee weken
na de persconferentie waren
de bordjes - letterlijk - ver
hangen. Maar de beterschap,
zo bedacht ik mij op het sta
tion Chatelet-Les Halles,
heeft dus niet lang geduurd.
Bij Disney is de SNCF weer
in zijn oude fout vervallen.
Jammer dat Lucile er niet
meer is om Fournier ouder
wets de les te lezen.
De naamborden bij dit Parijse metro-station geven in elk
geval geen aanleiding tot misverstanden, foto archief de stem
Ambtenaren
De tocht naar de brug begint in
de Jordaanse hoofdstad Amman.
Bij het ministerie van Binnen
landse Zaken moet je een pas
aanvragen. Binnenlandse Zaken?
Koning Husayn heeft toch al
jaren geleden gezegd zijn aan
spraken op de West-oever op te
geven ten gunste van wat de
Palestijnse staat zou moeten
worden? Niemand kan die vraag
echt beantwoorden. „Het is sinds
1967 altijd zo geweest. Wij zijn
er voor uitgerust, wij hebben
mankracht en de ambtelijke er
varing", mompelt, verongelijkt,
een ambtenaar van het ministe
rie. Het is nu eenmaal zo; aan
'waarom-vragers' is weinig be
hoefte.
Niettemin beseft Jordanië dat
veel buitenlanders de brug wel
degelijk over willen. Sinds enke
le jaren is daarom een speciaal
keetje buiten het ministerie in
gericht. Van in de rij staan heeft
nog nooit iemand in het Midden-
Oosten gehoord, maar met een
beetje eelt op de ellebogen en in
deze streken boven-modaal pos
tuur kom je een heel eind. De
dienstdoende ambtenaar, die in
middels vreselijk druk is met het
bellen van zijn uitgebreide fami
lie, schuift een stel formulieren
over de toonbank en eist met
kort handgebaar pasfoto's. Zon
der zijn telefoongesprek te on
derbreken. Daarna weer naar
buiten, waar vage figuren abso
luut onontbeerlijke zegels verko
pen, die de aanvragen moeten
sieren. En vervolgens weer naar
binnen met de ingevulde formu
lieren; en die papieren vragen je
echt het hemd van het lijf.
Door Rogier Slop
In de synagoge in de Oude
Stad van Damascus kabbe
len de gebeden voort. Man
nen in traditioneel gebeds
gewaad begroeten het jood
se nieuwjaar. In de koelte
van het met bomen begroei
de binnenplaatsje van de sy
nagoge praten vrouwen, op
hun paasbest gekleed,
zachtjes met elkaar. Een
klaterend fonteintje over
stemt hun gedempte ge
sprek.
De turbulente gebeurtenissen
in de boze buitenwereld van
het Midden-Oosten hebben
hier, in het hartje van de joodse
wijk in Damascus, geen vat op
de mensen. Het duizenden ja
ren oude nieuwjaarsritueel
wordt gewoon afgewerkt zoals
het hoort. En zelfs de passeren
de Syriërs, zowel moslims als
christenen, schakelen over op
een meer bedachtzame, res
pectvolle pas.
Jood in Damascus - het lijkt
niet het makkelijkste bestaan.
Alle smerigheid die de bloem
rijke Arabische taal in zich
herbergt, is in de afgelopen
decennia vanuit Damascus als
venijnige pijlen afgevuurd op
de joodse staat. Joden worden
overal in de Arabische wereld
beschouwd als potentiële 'col
laborateurs' met Israël. En Sy
rië is, zeker sinds het afhaken
van Egypte, de onverzoenlijkste
vijand van Israël.
Toch valt het eigenlijk wel mee.
„Er is hier geen écht antisemi
tisme", zegt een Westerse di
plomaat stellig. Officieel maakt
het regime een onderscheid tus
sen de joden die al eeuwenlang
met Syrië zijn verklonken en de
vervaarlijke 'zionisten' uit Is
raël. En als iets in het rijk van
Hafez al-Assad officieel is, dan
is het ook verdomd officieel.
Niemand zou het ook maar
moeten wagen om een vinger
uit te steken naar de joden in
Damascus. Er is een Joodse
Raad - een onheilszwangere
uitdrukking in Europese oren -
die veelvuldig met de autoritei
ten onderhandelt. En soms gaat
dat met enig succes: twee jaar
geleden, toen Assad zijn Sov
jet-steun zag verdampen en
met name in Amerika een goed
figuur wilde slaan, zette hij de
deuren voor de joden wijd
open. Daarmee liep hij een
groot risico; de toch al geteis
terde Syrische economie was
voor een groot deel afhankelijk
van de paar duizend joden die
in 1991 nog in Syrië woonden.
„De joden houden er niet van
om in loondienst te zijn, zoals
ik", zegt een hoge Syrische
ambtenaar die veel contact
heeft met de joodse gemeen
schap. „Ze gaan liever zelfstan
dig het zakenleven in. Ik moet
eerlijk toegeven dat we ze tus
sen 1948 en 1969, toen Assad
aan de macht kwam, slecht
hebben behandeld. Ze mochten
het land niet uit. Ze mochten
geen onroerend goed kopen. En
ze mochten niet eens buiten een
straal van vijf kilometer reizen
zonder een speciale vergun
ning."
Maar met het aantreden van
Assad is dat anders geworden,
zo begint hij de bijna rituele
lofzang op de grote leider. As
sad zag het economische belang
van de joodse gemeenschap
goed in. „Iedere Arabier wil
ambtenaar worden", zegt de
functionaris met treurige zelf
spot. „Maar iedere jood wil zijn
eigen zaak beginnen."
Hij wordt hierin bijgevallen
door de eerder aangehaalde
Westerse diplomaat. „Overdre
ven jood-vriendelijk is het hier
nou ook weer niet. Maar Assad
heeft goed door dat de joden
het vliegwiel van de economie
vormen. Zij durven de zakelijke
risico's te nemen, ze hebben
goede internationale contacten,
ze kunnen de dollars binnen
brengen. En die heeft Syrië
hard nodig."
„En de joden begrijpen dat ook.
Het zijn met name de Westerse
pressiegroepen, vooral de jood
se lobby in de VS, die de joden
in Damascus omschrijven als
'gijzelaars van Assad'. Maar de
mensen die hier blijven, doen
dat, zeker tegenwoordig, uit
vrije wil. Hier vallen zaken te
doen.' In New York moet je dat
maar afwachten."
'Khalil' is een puur Arabische
naam. Maar Khalil is honderd
procent joods. Op een wrakkig
stoeltje op de binnenplaats van
de synagoge legt hij uitputtend
uit waar de naam vandaan
komt. 'Khalil' betekent in het
Arabisch 'vriend' - en in dit
speciale geval 'de vriend van
God'. En dat is nou weer de
naam van de door joden, chris
tenen en moslims gelijkelijk
vereerde joodse aartsvader
Abraham - die door de Arabie
ren Ibrahim wordt genoemd.
Khalil is verre van ongelukkig.
Zijn vader, lid van de Joodse
Raad, heeft een florerende han
del. Kennissen van hem hebben
winkels in het luxueuze Sham-
complex, even buiten de Oude
Stad. En hijzelf boert ook niet
slecht, zo vertelt hij in keurig,
strakverzorgd Engels, het kep
peltje rotsvast op de kruin.
De cijfers zijn grimmig, en ook
Khalil weet dat. Vóór de met
geweld omgeven geboorte van
de staat Israël in 1948, woon
den er ongeveer 25.000 joden in
Syrië. In de ruwe jaren daarna
zakte dat aantal tot ongeveer
3500. En sinds Assad zijn weid
se gebaren maakte, is de joodse
gemeenschap nog verder ge
slonken. Nu wonen er nog on
geveer duizend joden in Da
mascus. De joden uit het noor
delijke Aleppo, enkele jaren ge
leden nog een bloeiende bevol
kingsgroep van ruim vijfhon
derd zielen, zijn vrijwel alle
maal weg.
„Ik denk dat ongeveer twee
derde van onze gemeenschap is
vertrokken naar de VS", vertelt
Khalil. „Ze klitten samen in
Brooklyn, in New York. Daar
bestaat al sinds de eeuwwisse
ling een belangrijke Syrisch-
joodse gemeenschap. Maar New
York is nu eenmaal keihard."
De afhakers zijn meestal de
Straat in het oeroude centrum van Damascus, waar zich ook de joodse wijk bevindt.
arme sloebers, voor wie New
York net zo'n wenkend per
spectief is als het eens was voor
Ieren, Italianen en Nederlan
ders. Inmiddels zijn ongeveer
honderd Syrische joden uit de
VS teruggekeerd. „Zolang je
daar met dollars kunt smijten,
is het allemaal prachtig", zegt
een van deze 'spijtoptanten'.
„Maar als je het nèt niet redt,
behandelt iedereen je als oud
vuil. Geef mij Damascus maar,
dan weet je wie en wat je
•bent."
Zelfs aan emigratie naar Israël
heeft hij nooit gedacht. „In
Amerika las ik hoe beroerd de
Russische joden daar terechtge
komen zijn. Dankjewel. Ik kom
liever terug naar mijn eigen
stad, en naar mijn eigen oude
vrienden."
Khalil is inmiddels vol opwin
ding over het vredesproces, dat
plotseling in een hogere ver
snelling is gezet. „Alles veran
dert zo snel, dat wij het niet
meer kunnen bijbenen", zegt
hij, maar hij hoopt dat er spoe
dig iets zal kunnen gebeuren
foto archief de stem
tussen de twee erfvijanden.
Arabisch Jigt hem even
vloeiend in de mond als de
verre spraak in de synanoge.
Taaltechnisch is er weinig ver
schil tussen Hebreeuwse be
groeting 'Shalom' en het Arabi
sche 'Salaam'. In beide gevallen
betekent het 'Vrede zij met u'.
Maar of Khalil en de zijnen de
oeroude joodse afscheidsgroet
'Volgend jaar in Jeruzalem' ooit
in de praktijk zullen kunnen
brengen - dat valt nog zeer te
bezien.