[onderdzestigduizend mijlen over zee istyUi September ig93 TERHOU1 >2391 is je gestoken I om 11.00 uur ?t' kollektie ;breide lijn in I kollektie uit-1 iicks. snel een be* brengen. m. 36 t/m 48 Het regende parachutisten van het Vreemdelingen legioen i Krokodil is heerlijk meeuwe-eieren zijn niet te eten Condooms nog steeds taboe bij aidsvoorlichting op Sri Lanka Kan de kunst Antwerpen redden? I gen motors goodyear hewlett-pack. I int. bus.mach. int. tel.tef. klm airlines mcdonnell merck co. mobil oil penn central philips pnmerica royal dutch sears roebuck sfe-south.pac. texaco inc united techn. westinghouse woolworth Goud onbewerkt bewerkt Zilver onbewerkt bewerkt ,9.7OO-20.300stl| 21.900 en dividend en laten ex divide en bieden ex dm 227 |00 350 ftoo 382 |00 660 |,00 391 loO 872 1,00 894 BOO 245 1,00 582 1,00 767 1,00 1057 lOO 195 |,00 242 1,00 187 1,00 360 1,00 230 lOO 710 1,00 243 1,00 273 |00 504 1,00 509 1,00 458 1,00 271 1.50 210 1,00 1000 1,00 354 1,00 239 3,00 261 >,00 200 0,00 225 D,00 217 3,00 524 5,00 400 5,00 190 0,00 309 0,00 214 5,00 265 5,00 205 2,50 402 1,40 6,40 6,20 1,40 2,50 3,20 2,00 7,80 3,60 b 1,30 0,30 0,10 12,00 b 8,70 0,30 0,30 1,30 4,00 2,50 3,50 5,00 7,10 7,60 5,00 1,00 2,50 a 9,50 a 3,80 a 4,70 1,50 6,50 3,50 1,50 2,70 a 3,80 a 17,00 a 4,30 23,00 1,00 2,30 13,60 5,00 1,30 1,20 5,20 10,20 0,70 b 6,80 a 1,60 a 1,50 a Gerda en Adri Schapendonk: 'De ideale plek op aarde hebben we niet gevonden'. FOTO MARC BOLSIUS 120 6,00 I 5,60 1,00 i^o 3,00 a 1 1,50 1,50 0,50 0.10 0,10 0,10 7,00 4,60 '20 3,50 b 7,50 12,00 b fl 520 b] 7,50 10,00 135) 115) 6,10 b 1,00 2,80 10,50 2,70 4,00 1,10 5,90 a 3,00 1,40 330b 1 3,50a 1420a I 2,80 21,50 230 4,00 15,00 4,40 05) 1,10 1,00 16,10 1,70 7,80 120 1,70 b Veertien jaar geleden kozen Gerda en Adri Schapendonk uit Waalwijk niet de geijkte 1 neg van carrière en stoffelijk [gewin, maar voor zee en verre landen. Op hun verre reis tot ver voorbij Australië kwamen ze storm en oorlog, piraten, onbewoonde eilanden, gebak ken apen en chocoladeletters tegen. |Ze vertellen over hun leven vol avonturen. Door Céline Rutten IN EEN SLOOT bij de Moerdijk, naast een terrein vol vergeten stukken ijzer, ligt sinds kort de Germaine van Gerda en Adri Schapendonk. Veertien jaar gele den zeilden ze met de tweemas ter de haven van Vlissingen uit. Met maar weinig zee-ervaring, zonder verzekeringen, zonder concrete plannen of een doel; met alleen de zekerheid dat ze de wereld wilden zien. Nu zijn ze honderdzestigduizend mijlen verder en voorgoed aan land. Het meeste water tussen Nederland en Australië hebben ze bevaren; ze hebben Kaap de Goede Hoop gerond, de Indone sische Archipel doorkruist, een onbewoond eiland van de Cha- gos-archipel bewoond, de geur van kruidnagelen geroken bij Zanzibar, aardbevingen gevoeld en storm. Soms werkten ze een tijd aan land als het geld op was. „Maar altijd als we weer voor een jaar eten aan boord hadden en het schip weer goed in de verf zat, hesen we de zeilen." Nu hebben ze alles wel gehad. „Overal zijn palmen en overal zijn stranden, overal schelpen en overal stenen. Er zijn vissen met platte neuzen en vissen met spitse neuzen. Al leen de taal verschilt van plek tot plek." En nu zitten ze in Moerdijk en drinken koffie, terwijl de regen op het dek geluid maakt. Gerda droomt nu van een moestuin en wat kippen. „En van een huis, zodat je alleen de deur maar dicht hoeft te trekken als het gaat stormen." Hond en papegaai Ze zijn veertien jaar geleden uit gevaren als ontkennend ant woord op de vraag: willen we een nog groter huis, een nog duurde re auto. Ze kozen voor een boot. Zeden leerden ze in een paar weekeinden tijdens wat tochtjes °P en neer naar Engeland en ervaring deden ze op terwijl ze radiopiraten naar de Mi Amigo en de Caroline brachten. Toen ze dachten dat ze het meeste wel wisten, zeilden ze, met hond en Papegaai en met de tijd als een Put zonder bodem, ontspannen mngs de kust van Portugal naar de Canarische eilanden. „Een- waal daar bleken we niet de enigen. We vonden er zo'n jacht °f vijftig met allemaal mensen zoals wij: die zonder uitzonde- neg. met weinig geld, naar Ame rika wilden. Toen beseften we: als wij dat ook doen, komen we ze allemaal weer tegen in Pana- 'a Dus zijn we, letterlijk tegen de golfstroom in, naar de Mid dellandse Zee gezeild, waar we maanden hebben rondgezworven en langzaam aan in de Rode Zee terecht kwamen. Ach, het ging allemaal zo lekker... en we waren al zo ver van huis, dat we maar gewoon zijn doorgevaren." Tegen die tijd leerde Adri lang zaam de sextant hanteren. „Eerst kon ik alleen de breedte bepalen en toen we Djibouti naderden, kon ik ook de lengtepositie vast stellen. Ik heb verder al die jaren nooit meer nodig gehad dan een potloodje, een gummetje, wat sterretjes of de zon." Midden op diezelfde Rode Zee hebben ze de dood gezien. Hij kwam in de vorm van een onge laden mammoettanker midden in de nacht. Toen hij opdook kon Gerda nog net Adri roepen, meer niet. Tijd om de motor te starten was er niet; rechtdoor varen be tekende overvaren worden en de ondergang. De Germaine werd onbestuurbaar doordat ze niet meer door de wind kwamen. Een tweede poging mislukte ook. Net op het moment dat de giganti sche romp bijna langs het scheepje schuurde en Gerda en Adri de helverlichte patrijspoor ten als bliksemflitsen voorbij za gen schieten, vingen ze wind en waren ze niet vergaan. Adri heeft een fles whisky ge pakt en die tot op de bodem leeggedronken. Maar toen de ka ter voorbij was, verdween ook de angst. Drie da^en storm De eerste storm kwam later, er gens in de Indische Oceaan. „Achteraf weten we dat we ge waarschuwd werden door de dolfijnen: normaal spelen die al- tijd en nu vluchtten ze allemaal dezelfde kant op. Maar wisten wij veel." De golven kwamen tot ver boven de masten en verder was er niets te zien dan schuim en water. „Er is dan één ding echt belangrijk: zorg ervoor dat je niet dezelfde snelheid krijgt als het water, want dan word je stuurloos en sla je om. We had den drie oude autobanden aan boord. Die hebben we aan een lange lijn als rem achter ons aangesleept." Gerda: „Toen ik een zeiltje wilde reven, deed ik even per ongeluk mijn mond open. Die kreeg ik niet meer dicht." De storm duurde drie dagen, toen was alles voorbij. Ze vonden twee zeezwaluwen die zich aan het schip hadden vastgeklampt als laatste redding, met de poot jes omhoog in een hoek van het dek, gestikt in het schuim. Voor een groot deel leefden ze al die jaren van de dingen die ze tegenkwamen. Vissen, krabben en garnalen die ze zelf vingen. Ze waren in de loop van de jaren vergeten hoe klein de vissen hier in Nederland zijn. „Garnalen van twee centimeter... Bij ons waren ze altijd tien keer zo groot. De krabben ook. Een ko- koskrab kun je met twee man nietop." Kokoskrabben zijn beesten die 's nachts in een palmboom klauteren en daar een kokosnoot uitknippen. Op de grond bijten ze er dan een gat in en eten hem op. „Als we aange vreten kokosnoten zagen, hoef den we alleen nog maar het krabbehol te zoeken." De namen van de vissen kenden ze soms niet. „Maar bijna alles is eetbaar. Alleen als een vis hard paars, groen, rood en blauw tegelijk zag, gooiden we hem terug. In Australië aten ze gebakken krokodil. „Heerlijk hoor." Op Nieuw Guinea en in de Pacific vingen ze schildpadden. „Ook heerlijk." Om die te vangen trok Adri een oude groene spijker broek aan, die volkomen aan rafels was. „Daarmee hoefde ik alleen maar in het water te gaan staan en af te wachten. De schildpadden kwamen dan aan gezwommen om aan de broek te sabbelen. Ze dachten dat het zeewier was. We vingen overi gens alleen de mannetjes, de vrouwtjes lieten we met rust."' En op Nieuw Guinea, op dezelf de rivier waar de zoon van Rock efeller door de Ashanti's werd opgepeuzeld, ruilden ze drie pa tronen voor een geweer tegen een half wild zwijn. Bier Ze leerden in die jaren zelf bier brouwen omdat ze zuinig met de proviandruimte moesten om springen. „Van vijftig kilo gerst en een zak gedroogde hop krijg je ruim vierhonderd liter bier." Toen ze een jaar lang geen eieren waren tegengekomen, hebben ze een keertje meeuwe-eieren ge bakken. „Niet te eten; en de meeuwen zelf ook niet." Apen ging hen ook te ver. Die lagen in vreselijke rijtjes op de Afrikaan se markten, gebraden en wel, met de koppen en handjes er nog aan. En de gazelle die de hond ooit had gevangen, bleek te taai. Maar in Djibouti hebben ze we kenlang chocoladeletters ge snoept. „Het was december en we lagen in een haven. Je hebt daar altijd veel contact met grote schepen. Riep de kapitein van een Nedlloyd-schip: „Willen jul lie chocola? De maatschappij heeft voor iedereen hier chocola deletters opgestuurd, maar nie mand wil ze hebben." Het waren er zoveel, dat ze complete tek sten konden leggen. Zo hebben ze ook lang genoten van eindeloos veel blikjes eerste kwaliteit Noorse sardientjes. Er was een container op een schip omgeslagen. Riep de bemanning: „Kom maar halen, alles wordt door de verzekering betaald." In al die jaren kwamen Gerda en Adri midden in een Afrikaanse oorlog terecht, werden ze in Nieuw Guinea gegijzeld en onder Sri Lanka achternagezeten door piraten. „Die oorlog brak uit in Gabon, nadat de president op de televi sie had gezegd dat hij drie mil joen dollar als bruidsschat had betaald aan een koninklijke fa milie in Kongo. Binnen een nacht werd daar alles platgebrand en de volgende dag regende het pa rachutisten van het Vreemdelin genlegioen. Iedereen werd geëva cueerd, maar dat was ons ont gaan. Na twee dagen kwam er een Engelse sleepboot, waarvan de kapitien bijna van schrik van dek rolde toen hij ons zag. 'Wat doen jullie daar', brulde hij. Wij: 'We drinken koffie.' Het schip lag op het droge, dus we konden niet weg. Hij heeft ons meegeno men tot alles wat rustiger werd." Tennissen Toen ze in de buurt van Nieuw Guinea kwamen, hadden ze geen water en geen groenten meer. Ze legden bij een dorpje aan en de mensen zeiden, dat ze alles kon den krijgen. Adri: „Vroeg de chief van het dorp aan mij of ik kon tennissen. Toen ik ja, een beetje, zei, stond hij de volgende morgen voor het schip met ten nisschoenen en de hele rommel. Had die man kennelijk zo van het partijtje genoten dat hij deze tennispartner niet meer wilde la ten gaan en er opeens grote pro blemen ontstonden over vergun ningen die uit Jakarta moesten komen. Het was lastig, want we wilden weg. Op een dag waren we met een priester die daar ook woonde, het land ingetrokken. Toen we terugkwamen, was de rubberboot gestolen en moesten we terugzwemmen door een ha ven vol met dooie vis en afgehak te kippekoppen. Dat werd te bar. Met hulp van de bisschop kon- den we opeens zonder al die rare papieren vertrekken." Onder Sri Lanka werden ze bijna te pakken genomen door piraten. Gerda: „Dat was heel griezelig. Ze kwamen korter en korter bij ons. Ze hadden mitrailleurs aan boord, die zag je glimmen. Op het laatst hebben we de motor gestart en samen met de zeilen konden we het redden." De allermooiste tijd beleefden Gerda en Adri toen ze twee keer een jaar op een onbewoond ei land van de Chagos-archipel woonden. Deze eilandengroep bestaat uit honderden atollen, waar je zo in kunt varen. Het is Brits grondgebied, maar jaren geleden heeft Engeland alles ver huurd aan de Amerikanen die er ergens een enorme marinebasis hebben. In die tijd werden de oorspronkelijke bewoners weg gestuurd. Dat moest zo snel dat er veel is achtergebleven. Adri en Gerda voeren ergens een atol binnen en waren er heer en meester. Ze leefden er in een stilte waarin alleen plaats was voor dieren, zee'en wind. „Alles stond er nog, huizen, sinaasappelbomen, ci troenen. Er liepen verwilderde ezels rond, kippen en poezen. Er was vis om te vangen, en de vruchten van de broodboom le verden heerlijke frietjes. Iedere week hakten ze een jonge palm boom om en aten het hart als groente. „Het enige onvolmaakte was, dat je er niet langer dan een jaar mocht blijven." In nevelen gehuld Het was wennen in de bewoonde wereld. Toen ze in Colombo aan meerden, konden ze niet meer op schoenen lopen. Wat voor altijd in geheimzinnige nevelen gehuld zal blijven, is het enorme vliegtuig. Adri: „Het was nacht en ik had de wacht. Hoor ik iets, dan weer iets en opeens komt vlak boven je hoofd een vliegtuig, zonder een enkel navi- gatielicht, overdenderen dat op het laatste moment zijn lan- dingslichten aan doet en je in het schreeuwende licht zet. Het vliegt weg en komt weer terug, en nog eens en nog eens. Ik heb nooit kunnen raden wat dat heeft betekend." Nog geheimzinniger is het vreemde eilandje in de Indische oceaan. „Niets meer dan een stuk wit zand met twee palmbomen erop. Er waren paadjes op aan gelegd, heel zorgvuldig en onge looflijk zorgzaam, van witte steentjes. In het midden waren drie grafheuveltjes gemaakt: twee grote en een kleine. Er stonden kruisjes op en Hollandse houten klompjes..." Als een van hen in al die jaren ziek was geworden, waren ze in grote problemen gekomen, om dat dan ook meteen de helft van de crew was uitgevallen. Maar dat gebeurde niet. Ze doen er tamelijk nonchalant over. Adri en Gerda vinden achteraf ook. dat zo'n wereldreis absoluut niet gevaarlijk is. „Dat al die jachten kapot gaan, komt doordat die mensen vertrekken met een afge paste hoeveelheid geld plus een tijdsplan. Dat gaat altijd mis. Op een geven moment dreigt of het een, of het ander op te raken en dan worden de dingen gefor ceerd. Op de terugreis hebben we op de Azoren rustig anderhalve week gewacht op beter weer. Als je je dat niet kunt permitteren, moet je thuisblijven." Bij aankomst in Vlissingen was het wel even raar: „Wil je in een cel je familie bellen, kun je er geen kwartjes meer instoppen, maar moet je eerst ergens zo'n gekke kaart gaan kopen." Nu wordt het schip opgeknapt en verkocht. Daarna gaan ze op de Canarische eilanden wonen. „Het is hier te klein, te koud, te vol en er zijn te veel regeltjes." Wat ze niet gevonden hebben, was de volmaakte plek op aarde. „Als we die tegen waren geko men en je zou er mogen blijven, dan waren we nooit, maar dan ook helemaal nooit teruggeko men." Colombo (ips) - Op Sri Lanka, het tropische eiland dat onder meer bekend is om zijn seksindustrie, is praten over seks nog steeds een groot taboe. Het gevolg is dat de onwetendheid over seksualiteit bijzonder groot is, met alle gevaren voor een aidsepidemie van dien. Langzaam wordt er nu een begin gemaakt met seksuele voorlichting. Een onderzoek van de Family Planning Association (FPA) toonde aan dat een op de vier volwassenen gelooft dat een vrouw zwanger kan raken van het dragen van mannenkleren of door zoenen, terwijl 40 procent geen enkel idee heeft hoe zwangerschap ontstaat. Geschokt door deze onderzoeksresultaten is de FPA begonnen met voorlichting voor scholieren van 15 tot 18 jaar. Tot nu toe wordt seksualiteit zelfs in de biologielessen als obsceniteit vermeden. De FPA laat ook voorlichtingsvideo's over voortplanting, aids en geslachtsziekten zien aan jong hotelpersoneel aan de toeristische westkust, waar 30.000 kinderprostituees werken. „We kunnen het ons niet veroorloven langer te wachten gezien de snelheid waarmee aids zich verspreid," aldus FPA-direkteur Daya Abeywickrema. De FPA is verbaasd dat ouders toch positief staan tegenover de campagne. Er zijn ook geen problemen over geweest met religieuze leiders of leraren. Een van de redenen voor het succes is de leidende rol van een populaire arts-publicist, dr. Sriani Basnayake. Hij heeft een voor lichtingsboekje geschreven voor scholieren, over puberteit, menstru atie, masturbatie, voortplanting en maagdelijkheid. Maar ondanks de uitbundige seksindustrie op het conservatief boeddhistische eiland is seksualiteit nog dermate taboe, dat de organisatoren van de voorlichtingscampagne het niet durven te hebben over condooms. „Dat zou mensen doen denken dat wij, onder het mom van seksuele voorlichting, seks voor het huwelijk willen bevorderen.", zegt Abeywickrema. 4-^ T Antwerpen...cultuurstad.. Wie met de Bel gische spoorwegen reist kan er niet langs kijken. 'Kan kunst de we reld redden'? is de vraag waar mee de organisatoren van het Europese culturele jaar in Ant werpen de reiziger op affiches en kartonnen bordjes confron teren. Het antwoord daarop moet blijkbaar ook in Antwer pen worden gezocht. Wie de culturele hoofdstad van Europa bezoekt - duizenden doen dat elk weekeinde - pro beert op de eerste plaats zelf te overleven. Het is dringen voor een terrasstoel, dringen voor de frituur en soms zelfs voor de cultuur. Maar duidelijk is dat de kunst, meer nog dan de wereld, Antwerpen heeft ge red. De stad is door de over vloedige publiciteit een toeris tische trekpleister van formaat geworden. Het rechts-extremistische Vlaams Blok. dat het imago van Antwerpen zo leek te heb ben beschadigd, houdt zich wonderwel koest. De jongens van het Blok blijken bij nader inzien niet het kaalgeschoren tuig dat in Duitsland onder het mom van "eigen volk eerst' bui tenlanders uit hun huizen jaagt of woningen gewoon in brand steken. Nog niet. Antwerpen is even een a-poli tieke metropool waar toleran tie geen grenzen kent - maar misschien is dat slechts schijn - en waar binnenskamers vooral wordt gehoopt op het economi sche verrassingseffect van het culturele jaar. De directie van het nieuwe Hil- ton-hotel aan de Groenplaats moet dat ook hebben gedacht, toen ze Antwerpen uitkoos als vestigingsplaats. Tussen de sta pels uitnodigingen van Antwer pen '93 lag ineens een fax van het Hilton of de correspondent maar even wilde komen eten en overnachten. Dus heb ik anderhalve dag in Antwerpen doorgebracht, ge deeltelijk in een hotel dat nog niet eens afgebouwd is en waar het geluid van boor- en zaag machines de pret behoorlijk be derft. Het Hilton zit in de vroegere Grand Bazar, het warenhuis dat iedere Antwerpenaar kent en waar hij gedurende de ver bouwing met een nostalgisch gevoel naar heeft staan kijken. Inmiddels lopen de Sinjoren zonder veel schroom de deur plat van het hotel, al is het maar om even in de lobby te kijken en zelf te oordelen over wat er van de Grand Bazar nog rest. Het oriëntatievermogen wordt op de proef gesteld. Het FOTOARCHIEF DE STEM restaurant was vroeger de par fumerie-afdeling, de banquet- zaal het speelgoedpaleis, waar Sinterklaas ieder jaar zijn troon had en Antwerpse kindertjes op zijn schoot nam. „Amaai, zo schoon, hè Twee- ty", roept een bejaarde man tegen zijn terrier. Twee Ant werpse madammekes hebben hun actieterrein al verplaatst van de terrascafés aan de Meir naar de lobby van het Hilton, waar de pianist vol overgave improviseert. De afternoon tea laten de vrouwen zich smaken. Ze zien er rijk behangen uit, het haar keurig gekapt, de poe derdoos bij de hand. Nu nog die rijke weduwnaar inpalmen. Het Hilton-restaurant 'Helena en Isabella' is genoemd naar de twee vrouwen van de Antwerp se schilder Rubens, wiens standbeeld op de Groenplaats staat. De chef heeft voor zijn speciale gasten een proefmenu samengesteld. Naast me zit een Duitse Belg. Hij schrijft voor een Duitstalig blad en ontpopt zich gaandeweg als de culinaire specialist van het gezelschap. Door Bert Schampers Alle grote hotels in België heeft hij al gehad en overal natuurlijk meegegeten. Druk noteert hij zijn bevindingen op de menukaart. De wijn houdt hij tegen het licht, ruikt en proeft hij bedachtzaam. „Leuk. werkelijk heel leuk", mompelt hij voortdurend. Buiten, op de Groenplaats, sleept een zwerver een plastic tas mee met het logo van Ant werpen '93. Er steekt een fles uit, die hij een even later tegen de mond zet. Hij gaat zitten op een bankje met uitzicht op Ru bens. Waar zou hij aan den ken? Overweegt hij een choca- holic-weekeinde te boeken in het Hilton, of verkiest hij een culinaire uitspatting in de Ant werpse vuilnisbakken. De plas tic tas van Antwerpen '93 drukt hij tegen de borst. Alsof hij de kunst wil koesteren, de kunst die Antwerpen en de wereld moet redden.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1993 | | pagina 7