Het broeikaseffect is nog lang niet bewezen Ire liulp is [altijd zinv Aanpak kan duur, ineffectief of zelfs overbodig zijn iuïet bijna gevange D ische Hulp Volgt V (VS niemand staat te trappe- j i om kostbare investeringen elijke verzorging DONDERDAG 26 AUGUSTUS 1993 993 ti gevangenis in China Zhu Hongsheng, die als: l)ken gevangen heeft gezel Ijd aan een hartkwaal gesl nrHugo van den Elshout Ceesvan Gurp internationale weten- happers zijn vrijwel laniem van mening dat epolitiek het broeikasef- -Kathóhêke Kerk"in ClJ tl gretiS aangrijpt om itieke lijden. stokpaardjes te De doorsnee Ironnen in China meegedeirger wordt door die- >lfde politiek geïntimi- srd. ïen Zij wil hem fors betalen voor iets tot op de dag van mdaag, absoluut niet kreeg hij toestemming zijn familie te gaan. Omdat Zhu contact bleef den met de ondergrondse en de wereld probeerde lichten over de onderdrukHst'ezen is van de kerk in China, weri in 1981 opnieuw gearrest !l broeikaseffect is een we- wegens het lidmaatschapM:\vijd onopgelost vraagstuk, een „contrarevolutionaireBnpak van dat vraagstuk kan verraderlijke kliek". In k! gemakkelijk uitmonden in I :are maatregelen die uit- lidelijk ineffectief en overbo- j blijken te zijn. adviseerde de Amerikaanse laoom Prof. Lester Dave van I Carnegie-Mellon Universiteit léeidsmakers dringend een af- werd hij opnieuw tot vij: jaar gevangenisstraf vei deeld. Hij werd toen door nesty International ge teerd. Om gezondheidsredenen Zhu in 1988 vrijgelaten! februari dit jaar kond !ging te maken tussen de ex- China aan dat de straf tl hem was opgeheven. Zhu gerehabiliteerd. L TT I "I TT icucJicii waaxuiii m fulp is een recht, voor slacht» I zinvol als het tijdig, in de overleg met de locale bevoj dek erl land de verrichtingen v Verenigde Naties in deze lettend te volgen. SOH, dl testantse evenknie van lieke stichting 'Mensen in en optredend namens de pi tantse kerken, is actief r groot aantal landen, waar Somalië, Soedan, Mozami Angola, Cambodja en ex- slavië. De organisatie wi tijd nauw samen met locale; nerorgansaties en internat» koepelorganisaties. Pas wal locale hulporganisaties on ken of niet goed function moeten buitenlandse hulp» ners zelf ter plaatse in n komen, vindt SOH de bestel e pak voor iedereen ir SOH heeft vorig jaar in t' e 95 miljoen aan projecten e steed. Daarvan ging 85 mi n op aan noodhulp, vluchtelir :t werk, voedsel- en voedings Het geld was afkomstig »'an ticuliere giften, bijdragen va t Nederlandse protestantse n ken, de Nederlandse overhe s de Europese Commissie. Ze t tig procent van de hulp besteed in Afrika. logische Faculteit Tilburg komt ikken geestelijke verzorging h ;n initiatief van het Ordinariaat de overkoepelende organise® oezeniers. bevordering van de ontwikkel"? 'lijke kennis over het pastoraa pastorale vraagstukken zulle" an vrede en veiligheid tot het eraar behoren. j [It in eerste instantie voor een p® s van een 0,5 weektaak. Het C» mgs met de leerstoel heeft inges snel mogelijk op gang brengen- het Militair Ordinariaat voor"1 jen interessante combinatie van nogelijkheden die de Tilburg® leerstoel goed past bij de best en Moraaltheologie, alsmede je, met de varianten Zingevl"8 Politieke Ethiek. Een laatste o» gestudeerden van de faculteit i kosten van het terugdrin- t van de kooldioxide-uitstoot het onzekere toekomstbeeld, it onzekere toekomstbeeld is van de redenen waarom in plegen, oorbarig iele Nederlandse ministers lakten het een tijdje geleden t al te bont. In alle ernst kondigden zij dat de laatste i warme jaren aan het broei- ueffect zijn toe te schrijven. conclusie is op zijn minst «rbang en onrealistisch. Ho- izomertemperaturen of war- i jaren zijn eerder het gevolg ai natuurlijk verklaarbare ïzaken. toschappelijke verhande len over dit onderwerp wor- regelmatig gepubliceerd in wiaangevende bladen als Na- te, Science en Weather. Daar- 5 blijkt dat de wetenschap al tealang tracht inzicht te krij- m in de ontwikkeling van het Wkasteffect. noodzakelijke gegevens ont- "eken echter om aan te tonen ft de steeds toenemende kool- ttide-uitstoot voor een ramp- ilig broeikaseffect zal gaan "gen. Buiten beschouwing ®dt gelaten in hoeverre tem- Muren en zeeniveau mis kien kunnen of zullen stijgen., taker, géén wetenschapper legt er zich nog aan een uit hak te doen wat het warmer Wen van de aarde voor be- Salde gebieden zou kunnen he ftenen. wet de rol die de kooldioxide de atmosfeer speelt, bestaat 'ffleens grote onduidelijkheid, festens tot het jaar 2000, ftar dat zou ook wel eens tot 'bi of tot 2030 kunnen zijn, is -fPgaand onderzoek noodza ak om aan te tonen of de Weid wel een broeikas-cata- ïofe te wachten staat. Vele gloren spelen hierbij, al dan "ta in samenhang, een belang de rol. '''"-activiteit verwarring in deze ingewik- ifde materie is ongetwijfeld 5 Wat groter geworden. De «komsten van een onderzoek de Deense wetenschappers Fnis-Christensen en Knud josseii, verbonden aan het te"s Meteorologisch Instituut Copenhagen, mogen gerust bijzonder genoemd wor- Science van november 1991 e"tij namelijk de samenhang .'i tussen de zon-activiteit en verloop van de temperatuur op b>< - - - - Geen bri noordelijk halfrond. 1 nieuws is het gegeven dat de zon het klimaat op aarde beïnvloedt. Daardoor kunnen een groot aantal verschijnselen op aarde verklaard worden. Een belangrijke rol spelen hierbij de aantallen zonnevlekken. Wor den die in verband gebracht met het verloop van de tempe ratuur op aarde dan ontbreekt de overeenkomst. De Deense wetenschappers pasten wel overwogen een andere methode toe. Zij keken naar de periode tussen twee maxima van de zon-activiteit. Deze varieert van 10 tot 12 jaar, kunnen korter of langer zijn. Vervolens werd de lengte van de periode in grafieken uitgezet te gen de afwijking van de gemid delde temperatuur op het noor delijke halfrond. De grafieken bleken wonderwel in elkaar te passen. Globaal, vanaf 1850 tot ongeveer 1940, werd de cyclus tusen de zonnevlekken-maxima alsmaar korter, van 1940 tot 1960 in jaren langer. Daarna bereikte de zon weer zijn maxi male activiteit. Aanvankelijk steeg de gemiddelde tempera tuur op aarde tot 1940, daalde tot einde jaren zestig, om ver volgens weer te stijgen. De temperatuurknik tussen 1940 en 1965 in de grafiek van de Deense wetenschappers is heel opvallend. In die knik pas te precies de lengte van de zon nevlekken-cyclus. De toename van het kooldioxide-gehalte in de atmosfeer, gerekend vanaf 1850, doet zulks overduidelijk niet. Hun bevindingen zullen onge twijfeld in de zogenaamde broeikas-modellen worden mee genomen. Misschien dat dan te zijner tijd met meer zekerheid iets gezegd kan worden over de toekomst van het wereldkli maat. In de afgelopen 100 jaar is de aarde gemiddeld, 0,5 graad warmer geworden. Die stijging stagneerde tussen 1920 en 1970, een tijdvak waarin de groei van de kooldioxyde enorm groot was. Het is o.a. om die reden, volgens Amerikaanse onderzoe kers, onverantwoord het war mer worden van de aarde blin delings te koppelen aan het broeikaseffect. Vulkanen Het mag algemeen bekend wor den geacht dat het klimaat op aarde vaak verandert ten gevol ge van natuurlijke oorzaken. De baan van de aarde om de zon hoeft maar iets te veranderen en de consequenties kunnen desas treus zijn.' Ook vulkaanuitbarstingen kun nen van invloed zijn. De gevol gen zijn tweeërlei, aantasting van de ozonlaag en beïnvloe ding van het klimaat op aarde. De Britse meteoroloog H.H. Lamb onderzocht de vulkaan uitbarstingen van de Tambora mer van 1816 bij voorbeeld was de slechtste in West-Europa en Noord-Amerika. Op 28 maart 1992 werd de we reld opeschrikt door de uitbars ting van de vulkaan El Chicon in Mexico. De hevigste die ooit tot dan toe was waargenomen. Toevallig viel deze samen met Omdat het verschijnsel voor het eerst rond de Kerstdagen van 1940 door Peruaanse vissers werd ontdekt, kreeg het de naam El Nino, het Kind. Zeebodem De oorzaak van het verschijnsel in die jaren flink ontregeld. Er waren hoge-drukgebieden op ongewone tijdstippen, depres sies volgden koersen die niet in het klassieke weerpatroon pas ten, er was droogte in Australië en er waren winterstormen in Californië. De uitbarsting van de Pinatubo i De activiteit van de zon kan belangrijk zijn voor het klimaat op aarde, zo zeggen Deense wetenschappers. op het Indonesische eiland Soembawa in 1815, de Cosegui- na (Nicaragua) in 1835 en de Krakatau (Straat Soenda) op 28 augustus 1883. Hij toonde aan dat stofsluiers van deze uitbarstingen hun uit werking op het klimaat op aar de niet gemist hebben. De zo- het verschijnsel El Nino. Ge middeld om de zeven jaar stijgt voor de kust van Zuid-Amerika de temperatuur van het zeewa ter met enkele graden. De zee spiegel van de Stille Oceaan stijgt dan aan Zuidamerikaanse zijde, terwijl zich aan de Aziati sche kant een daling voor doet. is nog niet zo lang geleden be kend geworden. Het is het ge volg van sterk verhoogde vulka nische activiteit van tientallen vulkanen op de zeebodem van de Stille Oceaan. Door de uitbarsting van El Chi con samen met het verschijnsel El Nino werd het wereldklimaat (Filippijnen) op 9 juni 1991 ver toonde een grote overeenkomst met El Chicon. Alleen de uit stoot was twee a drie keer gro ter. Naar schatting is 20 miljoen ton zwaveldioxide op zon 20 kilometer hoogte in de strato sfeer terechtgekomen. Aangetoond werd dat dergelijke wolken in de stratosfeer uit mi croscopisch kleine zwavelzuur druppels bestaan met een dia meter van 0,1 tot 1 micrometer. Ze zijn te klein om door hun gewicht snel naar beneden te vallen. De zwavelzuurwolken in de atmosfeer kaatsen het zon licht terug in de ruimte. Ze houden ook iets vast van de warmtestraling van de aarde. Dit is weer onvoldoende om door de toegenomen weerkaat sing het warmteverlies onge daan te maken. Om die reden is na elke vulkaanuitbarsting, waarbij grote zwavelzuurwol ken gevormd worden, een tem peratuurdaling te verwachten. Die stelling wordt onderstreept door satellietwaarnemingen die wereldwijde gegevens oplever den dat in de jaren tachtig de wereldtemper.atuur niet is toe genomen. Een hoofdstuk apart vormt het feit dat vulkaanuitbarstingen de ozonlaag aantasten, maar dit staat los van het broeikaseffect. Koelkasteffect Het zou te ver voeren om alle verschenen wetenschappelijke publicaties over dit gevoelige thema aan te halen. Er is geko zen voor bewezen natuurlijke elementen die indirect of direct betrekking hebben op fenomeen dat het broeikaseffect is. Een uitzondering moet gemaakt worden voor de uitspraken van de Russiche geleerde Vladimir Kotlkakov. Hij beweerde in 1988 dat de zeespiegel halver wege de 21e eeuw met enkele meters zal stijgen. Ook stelde hij dat het klimaat op aarde drastisch gaat veranderen als gevolg van het broeikaseffect. Voor de toenmalige Sovjetunie zou dat een zegen zijn. Door de klimaatswijziging zou in Sibe rië op uitgebreide schaal land en tuinbouw mogelijk worden. Zijn theorie werd ondergraven door de stellingname van het Noord Meteorologisch Instituut te Kopenhagen. Olav Saeters- dal, hoofd van de klimatologi sche dienst, stelt dat het broei kaseffect eerst voor een daling van de zeespiegel zal zorgen. Inger Hansen-Bauer, klimato- loog bij deze dienst, gaat daar verder op in: „We moeten met de voorspellingen over het broeikaseffect, zeker in de eer ste fase van de opwarming, de nodige voorzichtigheid betrach ten. Proefondervinderlijk is aangetoond dat het poolijs niet zal gaan smelten. Integendeel, de ijslaag zal door de pakken De uitbarsting van de Fili- pijnse vulkaan Pinatubo bracht naar schatting 20 mil joen ton zwaveldioxide op zo'n 20 kilometer hoogte in de stratosfeer. foto epa sneeuw die gaan vallen eerst alleen maar dikker worden, een koelkasteffect. klimaat*wij zigingen In de miljoenen jaren dat onze aarde bestaat, hebben zich dik wijls rigoreuze klimaatswijzi gingen voorgedaan. Het waren korte of zeer lange tijdvakken, van grote omvang in het we reldklimaat. Het meest tot de verbeelding sprekend zijn de ijstijden. In een kort tijdsbestek kunnen zich klimaatschommelingen voordoen. Vanaf het begin van onze jaartelling kende Europa hele merkwaardige. De periode van ongeveer 650 tot 1350 wordt gekenmerkt door vele warme en droge zomers. Tussen 839 en 859 waren de winters relatief zacht. In het tijdvak van 1100 tot 1190 zou gedacht kun nen worden aan een vorm van broeikaseffect. Wijnbouw was de gewoonste zaak van de we reld in Nederland. Tot in Dene marken toe groeiden abrikozen en vijgen. De winters van 1252, 1259 en 1288 waren extreem warm. Volgens de geschied schrijvers was het in december, januari en februari net zo warm als normaal in juni. Op 6 janua ri 1288 stonden de vruchtbomen in bloei en bloeiden bloemen die dat anders pas deden in april of mei. De zomer was zo droog dat de Rijn te voet overgestoken kon worden. Vermoedelijk door de sterk ver minderde zon-activiteit volgde een totale ommekeer in de zoge naamde kleine ijstijd van 1550 tot 1850. Europa werd vaak geteisterd door langdurige strenge tot zéér strenge winters. Echte uitschieters waren de winters van 1709 en 1740. De laatste met zes maanden pool- koude spande de kroon. Eind maart was het ijs nog ruim 60 centimeter dik. De gemiddelde temperatuur van de lente was 5 graden boven nul. Europa be leefde de koudste zomer van de 18e eeuw. In Haarlem werd het op 29 augustus met 22 graden de warmste dag van het gehele jaar. Inzicht Sinds de officiële metingen van af 1849 is een steeds beter in zicht verkregen inzake het kli maat in Nederland. Een inven tarisatie leert dat deze regio de laatste decennia, gebaseerd op de gemiddelde temperatuur, niet echt warmer is geworden. Deze eeuw is bijna ten einde. Anders dan in het begin van de twintigste eeuw worden we te genwoordig geconfronteerd met een enorme hoeveelheid onop losbaar lijkende problemen. Dat is een zware en verantwoorde lijke opgave voor de weten schappers. Naast de natuurlijke oorzaken moeten zij verdiscon teren wat eventueel de gevolgen voor de wereld kunnen zijn van menselijke ingrijpen. Toch is er optimisme. De beken de meteoroloog, fysicus en weerman Armand Pien ver woordde dat eens heel treffend. „Ik ben ervan overtuigd dat de generaties die na ons komen, de generaties van de 21e eeuw, in een zuiverder lucht zullen leven dan wij nu. Wij zijn de enige levende wezens in dit zonnestel sel die fouten maken en ze kun nen verbeteren. De mens zal instictief inzien dat hij binnen kort moet ingrijpen om te voor komen dat het echt mis gaat. Ik heb de zekerheid dat dat besef er op tijd is."

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1993 | | pagina 21