Miljarden Tom xao x ot Rennen mei de baby Na een lange reis kwamen ze in Nederland aan, twee gezinnen uit Afghanistan. Net op het moment dat de opvangcentra besloten de poorten te sluiten. Ze doolden rond in Eindhoven, sliepen buiten en werden, zonder daar zelf een moment bewust van te zijn, inzet van een rel. De gemeente wilde hen onderbrengen in een leegstaande school in de Apeldoornstraat, maar buurtbewoners protesteerden fel. Beide gezinnen hebben nu een onderkomen gevonden in opvangcentra in het land. Verslaggevers spoorden één familie, de Yosofzays, op en noteerden hun verhaal. Gevlucht gezin moest wijken voor boze Eindhovense buurtbewoners 'Mensen zouden zich in onze situatie moeten verplaatsen' DE ALLOCHTONI KEUKEN DE STEM Ik aarzel of ik het marmeren kantoor van de bank zal binnen lopen om daar te vragen of ze iemand hebben die mij kan zeg gen hoeveel biljetten van 100 dol lar er in een koffer van 60 X 40 X 20 centimeter gaan. Ik vrees dat de vraag geïnterpreteerd zal wor den als een criminele ouverture, dat iemand op een geheim knop je zal drukken en dat ik urenlang op het politiebureau doende zal zijn om de plotselinge behoefte aan deze logistieke wetenschap uitte leggen. Ik wil weten hoeveel van die koffertjes ik nodig heb om een miljard dollar te vervoeren. Ter wijl de bewaking van het bureau wordt versterkt met een veertigtal eenheden van de Stoottroepen, leg ik uit dat ik in het Amerikaan se blad 'Fortune' met veel genoe gen heb zitten lezen over de 101 rijkste dollarmiljardairs op aarde. De kampioen onder hen is de Sultan van Brunei, een man van 46 jaar, wiens olievermogen ge schat wordt op 37 miljard (37.000.000.000) dollar, of, tegen een koers van 1,95, 72 miljard en 150 miljoen gulden. Dat is een enorme schep geld. De ondervragende politieman be gint het te begrijpen. 'U zoekt dus aansluiting bij die club rijke men sen?' Nee, ik wil weten of de veertig man, die de gouden koets van de Sultan bij gelegenheid van zijn zilveren regeringsjubileum getrokken hebben, voldoende zijn om de koffertjes met een miljard in 100-dollarbiljetten te dragen. Kan dat bedrag in 40 koffers? De Sultan heeft een vloot van 165 Rolls Royces, waarmee een mil jard vrij gemakkelijk moet kunnen worden vervoerd. Het beeld van 40 bepluimde dienaren van de Sultan met koffertjes die elk 25 miljoen dollar bevatten is zo gro tesk, dat ik tenslotte word vrijge laten met een verbod om aan. banken subversieve rekensom men vwonie leggen. lil Onder de rijkste miljardairs was de heer Warren Buffett (62) er het best aan toe: zijn vermogen rees in een jaar tijd met 33 procent tot 6,4 miljard dollar. Iemand die over mijn schouder staat mee te lezen, meent te weten dat er voor het vervoer van een miljard in bankjes van 100 dollar toch wel duizend koffers van het eerder aangeduide formaat van node zijn. En 500 dragers. De heer Buffett, die in Omaha in de staat Nebraska woont, is voor 44 procent eigenaar van de aan delen Berkshire Hathaway. Hij sprak van een 'non event' toen de koers van dat aandeel door de 10.000 dollargrens brak, waar door alle kranten met hun finan ciële pagina's in de problemen kwamen, omdat koerskolomme- tjes met 5 cijfers niet in de com puter waren geprogrammeerd. Ze konden slechts koersen van ten hoogste vier cijfers aan. Deze aandelen waren in 1965 voor 12 dollar per stuk te koop. Als ik toen de wijsheid had gehad om er duizend van te kopen, zou ik nu, op papier, 12 miljoen dollar waard zijn geweest. Ik let er niet genoeg op. Dat miljard in dollars, waar ik het eerder over had, kan belastingvrij worden belegd in Amerikaanse staatsobligaties met een rente van 5,6 procent. De opbrengst is dan 163.425 dollar per dag. Meer heeft een mens niet nodig. Anderzijds rekent 'Fortune' met bijna misdadig genoegen voor dat het dollarmiljard vrij gemak kelijk kan worden gebagatelli seerd. Je kunt er Pampers voor een piasperiode van 30 maanden voor kopen voor 666.000 kinde ren. Met dat miljard kan men alle openbare scholen in de Verenig de Staten gedurende zes uur op gang houden. Je kunt er een jaarvoeding voor 5 miljoen hon den en katten in Amerika mee financieren. Echt indrukwekkend is dat allemaal toch niet. De Engelse koningin betaalt over 7,8 miljard in dollars dik 3 miljoen dollar belasting (eigenlijk moet ik dat omrekenen in ponden) en dat is aanmerkelijk minder dan een promille. Onder haar medemiljardairs be vinden zich kunstminnaars, een vrek die uit principe zijn rekenin gen veel te laat betaalt, een Ja panse dichter, een man die in een arbeiderswoning verblijft en een man die op afgetrapte schoenen loopt. Het zijn, om kort te gaan, mensen zoals u en ik. Door Marianne Wuite en Mario Bouwmans DE STEM De familie Yosofzay: „We moeten helemaal opnieuw beginnen." FOTO JAN DRÖSTI Een Afghaanse familie Je kunt wel zeggen 'ik ben i.tegen asielzoekers,' maar ik weet niet of ik tegen die mensen ben. Ik ken ze niet." Het zijn woorden, drie weken geleden uitge sproken door een bewoonster van de Apeldoornstraat in Eindhoven, die weer bovenkomen als we voor rijden bij het opvangcentrum voor asielzoekers in Zwolle. In een van de kamers wacht de familie Yosof zay uit Afghanistan. Mirwais Yosofzay (35) en zijn vrouw Zalmay (33) met hun twee kinderen, de 9-jarige jongen Timor en het 5-jarige meisje Hila. Mir wais lijkt de rust zelve, straalt een waardigheid uit die hij ondanks alle doorstane ellende niet verloren is. Zijn donkere vrouw Zalmay plaatst zich stil op de achtergrond en komt alleen naar voren omdat de gastvrijheid daar volgens haar om vraagt. De jongste Yosofzay is verlegen en kruipt regelmatig tegen de borst van haar vader aan, zoon Timor rent dan weer de kamer uit, dan weer de kamer in. Ze kwamen hier begin juli aan. Vrijdagavond de 9e juli, toen de Apeldoornstraat nog steeds in rep en roer was nadat de komst van twee asielzoekersgezinnen inmid dels al was afgeblazen, zat het gezin Yosofzay in de bus vanaf het Zwolse station zonder enige notie van waar ze moesten uitstappen. Met een woordje Engels en gebaren vroegen ze het de buschauffeur. En die week van zijn route af om het gezin persoonlijk voor de deur van het opvangcentrum af te zetten. Yosofzay zal het later met een glimlach vertellen, als hij uitweidt over de Hollandse hartelijkheid: „Nederlanders zijn vriendelijk en erg behulpzaam." Voordat we Yosofzay in de hal van het opvangcentrum be groeten, hebben we via onze tolk Mohammed Sateiman Ehsary al het een en ander verno men over zijn achtergronden en het land waar hij vandaan komt. Ehsa ry, zelf een gevluchte Afghaan die voor drie jaar de gedoogstatus in ons land heeft en momenteel in het opvangcentrum Stevensbeek woont, schetst een beeld van een totaal verwoest land. Een land dat ruim een decennium bezet was door het leger van de voormalige Sovjetunie. Een land dat toen de laatste Sovjet-soldaat zijn hielen had gelicht, ten gronde leek te gaan aan interne conflicten. Na een hevige en langdurige strijd verdreven islamistische fundamen talisten in april vorig jaar het com munistische regime van president Najibullah. Maar sindsdien woedt nog altijd eén machtsstrijd tussen talloze kleine etnische splinter groeperingen. Hoofdstad Kabul ligt in puin. Honderdduizenden Afgha- nen zijn op de vlucht geslagen. Ze vrezen voor hun leven, vertelt Ehsary. De meesten zoeken toe vlucht in de islamitische buurlan den Pakistan en Iran. „Alleen de goed geschoolden, die een beetje gewend zijn aan de moderne maat schappij, komen naar het Westen. De zwaar gelovige moslims blijven liever in een islamitisch land. Zij accepteren niet hoe de mensen hier leven. Mannen en vrouwen die sa men in een zwembad zijn bij voor beeld, dat kan in hun ogen niet." Met dat 'hier' doelt de tolk speci fiek op Nederland. Want, zo zegt hij, Nederland is 'beroemd' in Af ghanistan. 'Philips' en 'de melkpro- dukten', lacht hij. En hij prijst de 'neutrale' opstelling van Nederland ten tijde van de Koude Oorlog. Ehsary had duidelijk laten merken uit te zien naar de ontmoeting met zijn landgenoot Yosofzay. Omdat de berichtgeving over Afghanistan beperkt is, hoopte hij van Yosofzay meer te weten te komen over de huidige situatie. Al zo vaak heeft Ehsary brieven naar vrienden en familie daarginds gestuurd, maar hij krijgt nooit antwoord. „In een land in oorlog bestaat geen nor maal leven. Alles is vernietigd, er is geen irrigatie, er zijn geen tele foonlijnen. Niets." Als eenmaal de statige gestalte van Yosofzay in het asielzoekerscen trum voor ons verschijnt, weet Ehsary merkwaardig genoeg zijn nieuwsgierigheid te bedwingen. Hij tolkt direct als we worden uitgeno digd in de kamer van het gezin. Daar staat temidden van zes bed den en een tafel de televisie afge stemd op RTL Plus. De twee kinde ren, die net een paar uur school in het centrum achter de rug hebben, zitten op een van de bedden en blazen enigszins verveeld ballonne tjes op. Zalmay Yosofzay lacht vriendelijk en reikt ons een yog- hurtdrankje met rietje aan, die evenals schaaltjes met nootjes, koe ken en snoepjes op tafel klaar staan. 'Neem maar. Voor jullie,' gebaart ze. Zalmay Yosofzay zal de komende uren, waarin haar man het woord voert, zwijgen. Ze tuurt, naast hem zittend, naar buiten, naar de regen!1 boven het Almeloos kanaal. Haar gedachten zijn bij haar ouders, zal ze veel later vertellen. Ze wonen in de hoofdstad Kabul en zijn vanwe ge banden met het oude regime hun leven niet zeker. Een keer zijn ze thuis bijna geëxecuteerd door een islamitische factie, maar door in grijpen van een andere factie werd bloedvergieten voorkomen. Hoe het nu met ze is? Ze kan geen antwoord geven. Twee jaar geleden, toen de Islami tische Revolutie op uitbreken stond, woonden ook Mirwais en Zalmay Yosofzay nog samen met hun kleintjes in Kabul. Samen ook met twee broers en de vader van Mirwais. Ze deelden een apparte mentengebouw in het nieuwe ge deelte van de stad, een midden- klassewijk. Mirwais had economie gestudeerd en werkte als journalist op de economieredactie van de krant van de 'People's Democratie Party of Afghanistan', de partij van (toen nog) president Najibullah. Ook zijn broers en vader sympathi seerden met de partij. De familie had tot dan een goed bestaan, vertelt Yosofzay. Zijn vrouw werkte als lerares en zelf werkte hij hard voor de krant. Daarnaast studeerde hij en mocht hij graag basketballen en pingpon gen. Het leven van de familie speel de zich alleen af in de stad. Tripjes naar mooie plekjes op het platte land waren er al jaren niet meer bij. Te gevaarlijk door het spervuur van mortiergranaten. Eerst was er de strijd van Islamitische verzets groepen tegen de Russische bezet ter en hun 'stroman' Najibullah, later gevolgd door de gevechten tussen fundamentalisten onderling. De Islamitische Revolutie, die in april '92 leidde tot de val van het Najibullah-regime, veranderde het leven van de familie op slag. Win kelen was niet meer zonder gevaar, de noodzakelijkste levensbehoeften waren trouwens nauwelijks nog te krijgen. Zandzakken barricardeer- den de ramen en deuren van het huis van de Yosofzays. Rustig en ons vriendelijk toeknik kend vertelt Yosofzay over de com plete chaos die de stad in zijn macht kreeg. „Alle wetten en regels waren ineens verdwenen. In de straten liepen gewapende splinter groeperingen rond. Die kleine groepjes onder eigen commando eisten ieder hun territorium op; soms had je in een straat van twee kilometer lengte wel drie of meer groepen die een deel van de straat bezaten." tn de luwte van de strijd regel den Mirwais en zijn broer Ya- mal voor hun vrouwen en kin deren vervoer naar Mazar-e Sharif, de noordelijke provincie, waar het veiliger was en waar een tante woonde. Zelf bleven de drie broers Yosofzay en hun oude vader •ih Kabul. „WèvlëefdëtPih verschil-' lende huizen,>!.itl-okken van huis naar huis. Geld hadden we nog genoeg om voedsel te kopen. Het is in ons land de gewoonte om geld in huis te bewaren voor slechte tij den." Na de val van Najibullah wist Mirwais dat hij en zijn familie gevaar liepen. Als partijlid en aan hanger van Najibullah zou hij ze ker gezocht worden door de muja- heddin, de nieuwe fundamentalis tische machthebbers. Maar boven dien vormde hij vanwege zijn woonomgeving het doelwit voor is lamitische strijders die op rovers pad waren. Een jaar lang wist hij steeds te ontkomen, totdat in april van dit jaar de confrontatie volgde met mujaheddin-aanhangers. „Ik was met mijn broers, oom en vader in ons appartement toen die mannen verschenen. Ze wilden binnenko men, maar mijn oom weigerde. Met een machinegeweer schoten ze hem neer. Ik ben met mijn broer Yamal naar de tweede verdieping gevlucht en kon ontkomen via het huis van de buren. Mijn vader en mijn ande re broer lukte dat niet en zij wer den meegenomen. We hebben niets meer van hen gehoord of gezien." Hij staart voor zich uit als we hem vragen wat hij denkt wat er met hen gebeurd is. „Ik weet het niet." In de vroege morgen van de 15e april zagen Mirwais en zijn broer kans de stad te verlaten. In een bus reden ze door het oude centrum langs kapotgebombardeerde en uit gebrande gebouwen. „Toen we ver trokken werd er een offensief ver wacht van de Hezb-e-Islami op de stad. Iedereen was binnen. Het was zo leeg in de stad. We zijn tijdens die rit van 40 minuten twee mensen op de fiets tegengekomen. Ik kan niet zeggen hoe ik me toen voelde. Ik moest weg uit de stad waar ik mijn hele leven gewoond had, waar ik gestudeerd had, waar ik verliefd geworden was, waar mijn vrienden woonden." In die bus op weg naar hun vrou wen en kinderen die ze al een jaar niet gezien hadden besloten Mir wais en zijn broer dat ze hun land beter konden verlaten. Ze wisten dat ze alleen konden ontkomen via Oezbekistan. Het zou een gevaarlij ke onderneming zijn, maar een an dere uitweg was er in hun ogen niet. „Ik accepteerde elk risico," aldus Mirwais Yosofzay. Voor 2000 dollar regelden de broers (valse) paspoorten, visa en een gids voor hun gezinnen. De man dropte hen 's nachts per busje net over de Oezbeekse grens. Die gids was geen reisagent, maar een smokkelaar, vertelt Yosofzay. „Je kunt misschien zeggen dat die mensen niet deugen, omdat ze op zo'n manier hun geld verdienen. Maar voor mij betekenden ze de redding. Zij maakten het mogelijk dat ik kon vluchten." Jail :r. Via: Oezbekistan kwamen de broers eifihun gezinnen in Moskou a|n, per trein. De uiteindelijk bestem ming hadden ze snel voor ogen: Nederland. „We konden niet in Moskou blijven. De Russen accep teren geen vluchtelingen. Via Af ghaanse contacten hadden we over Holland gehoord. Dat dat een land is waar je goed opgevangen wordt, waar je veilig bent en waar de mensen je helpen. Als er een land was waar je als vluchteling de mogelijkheid zou hebben een be staan op te bouwen en waar je kinderen goede scholing zouden kunnen krijgen, dan was dat Hol land." Veel wist hij verder niet van Ne derland. Het was het land van de landbouw, van de bloemen. Ja, en van de melkprodukten. „De duur ste maar ook de beste die er in ons land te krijgen waren." De reis van Rusland naar Neder land zou Mirwais en zijn broer samen 15.000 dollar kosten. Voor nieuwe (valse) paspoorten, vlieg tickets en een 'reisleider'. Ja, het geld hadden ze. „Dat hadden we in Afghanistan geleend van familie. Ik weet, het is veel geld. Maar dat speelt in zo'n situatie geen rol. Je kunt geld beter weggeven dan dat ze het wegnemen." Na twee vluchten van in totaal dertien uur en een autorit van twaalf uur, had de gids hen gezegd: Jullie zijn in Holland, dit is Eind hoven. De familie werd bij het station afgezet en vond haar weg naar de vreemdelingenpolitie, waar ze tevergeefs aanklopte. Uiteindelijk zouden de broers met hun gezinnen de nacht doorbren gen bij het station. Een veilige plaats, hadden ze bedacht. „Maar om een uur sloten ze het station en moesten we weg. Gelukkig zagen we buiten twee telefooncellen. Daar hebben we de kinderen inge legd. Zelf hebben we buiten gesla pen." Via Vluchtelingenwerk werden ze de volgende twee nachten in een hotel ondergebracht en op vrijdag 9 juli volgde voor Mirwais en zijn gezin de rit naar Zwolle. Zijn broer kreeg onderdak in een opvangcen trum elders in het land. Nu, in zijn "kamer in Zwolle,, is I Yosofzay allang weer bekomen vatl die eerste turbulente nacht in Ne-1 derland. Hij zegt de ontvangst yër-l geten te zijn. „De mensen zijn-zol aardig voor ons, ze doen echt aJJesl om ons te helpen." Hij voelt .'zich I veilig en comfortabel en het wa'fh-1 ten is nu op een antwoordman! staatssecretaris Kosto (Justitie) jopl zijn asielverzoek. „Wij hopen ons land ooit terug 't I zien, maar we gaan er vanuit, onze toekomst hier ligt. We wijjenl hier een nieuw bestaan opbouwpe. I Dat zal heel moeilijk zijn. We moe-| ten helemaal opnieuw beginppn.l alles leren. Wij komen uit een arm I land, het is erg moeilijk voor 'ons I wennen aan de hoge levenstan-1 daard hier. Alles is vreemd vóoil Als Zalmay koffie inschenkt, kijkt Mirwais ons vriende lijk aan. Hij heeft dan al verteld niets van de gebeur tenissen in de Eindhovense wijk Drents Dorp te hebben meegekre gen. Hij is er ook niet van op de hoogte dat bepaalde Nederlandss de vluchtelingen liever zien -gaan dan komen. Ook is het voor Tiejm nieuw dat er in dit land ntensén zijn die vinden dat NederlanïFnijet een probleem moet oplossen dat in een ander land veroorzaakt is. j Hij reageert met dezelfde sympa thieke blik als waarmee hij op alfe vragen heeft geantwoord. ';,Die mensen zouden zich in onze situa tie moeten verplaatsen. Als je iede re dag leeft in doodsangst, als jje weet dat je elk moment opgepaftt kunt worden en je hebt de mögfe- lijkheid om te vluchten, wat zoji- den zij dan doen?" Het is het moment dat Ehsary' zijn rol als tolk even aflegt. Hij is aangeslagen. „Die mensen die zul ke dingen zeggen, beseffen niet hoe het voor ons is om hier te leven. Jk heb hier geen familieleden die even op bezoek komen. Ik heb geen tante die langs komt voor mijn kinderen. Ik kan niet zo op straat een praatje met iemand maken, want ik spreek Engels geen Neder lands. Mijn familie, mijn cultuur, mijn vrienden, mijn spullen;' mijn hele leven heb ik achtergelaten. Denken die mensen daar wel'eeps aan?" Ook Mirwais Yosofzay moest alles achterlaten; „Maar ik h^b mijn leven behouden." Later in de auto zwijgt onze tolk. Wij ook. Onze gedachten zijn fcjij Yosofzay en zijn gezin. „Ik wil de Hollanders niet tot last zijn. Ik vjil dolgraag iets voor dit land doeh, meewerken aan een oplossing)" had hij nog gezegd. En hij had zidh verontschuldigd, dat hij ons nipt beter had kunnen ontvangen. „Maar", had hij gezegd, „als vje een woning krijgen, moeten jullie zeker op bezoek komen. Dan ma ken we voor jullie een echte Af ghaanse maaltijd klaar." Door Marijke Prins Ik heb dit recept gekozen or het heel lekker is en snel kla maken, maar vooral omdat zo'n prachtige naam heeft, je het niet anders dan ritmisch spreken. Vietnamese loert bakkers zijn inmiddels een trouwd beeld op de Nederla markten. De rest van hun kei is eigenlijk (nog) een geheim Voor twee personen Voorbereidingstijd: 10 rninutt Baktijd: 10 minuten 8 grote Chinese garnalen, en in de schil 3 lente-uien 1 verse rode peper 1 stengel citroengras (sereh) 3 eetlepels plantaardige olie V/2 eetlepel inktvisvissaus mam) zout en witte gemalen peper smaak snufje suiker 4 eetlepels water 1 theelepel maïzena 2 eetlepels gesneden koria blaadjes of peterselie kneepje citroen Wie van plan is meer dan Vietnamees recept te gaan 1 (er zijn handzame boekjes handel), doet er verstandig om een fles inktvissaus te k (nuoc mam); het wordt door gerechten gesprenkeld (bij C se winkels kun je het koper niet, gebruik dan niet-zoete jap. Leg de garnalen op een bo besprenkel ze met een kn citroen. Snijd het groen v< uien weg (bewaar het voo anders), snijd het wit over doormidden en dan in stukje twee centimeter. Snipper d per fijn, evenals de onderste centimeter van het citroengr Verhit de olie in een ruim (het liefst een wok of wadjr roerbak de garnalen totdat z kleuren. Voeg uien, peper troengras toe en roerbak h heel 1 minuut op hoog vui het vuur laag en breng de s op smaak met vissaus, zot per en een snuf suiker. Le maïzena aan met water en g in de pan. Roer totdat de bindt en dien torn xao xa ot op. Garneer met verse kori of peterselie. Dit Vietnamese gerecht ki voorgerecht worden ge maar ook als hoofdgerecht, er dan gekookte rijst en s komkommer bij. Door Nico Koolsbergen Het kon niet uitblijven jonge ouders anno 1993 hu spruit overal mee naar td nemen, op buik of rug, de fiets, in de tent en in 1 auto. Het wachten was nd op een manier om het kindj ook te betrekken bij hl dagelijkse rondje hard la pen. Die is er nu: de Bab Jogger, een in Amerika on| wikkeld wagentje met dr grote wielen (51 cm doof snee) waarmee hard lope over alle soorten onde grond geen probleem me: is. „Ik heb de buggy uitgetel met het kindje van een kei| nis," vertelt Marlies van - Graaf van Outlet Sports Weesp, de importeur vd het ding. Baby en oude, genieten van elke rit, bi looft het persbericht dat ht bedrijf de wereld heeft ing| stuurd. Marlies van Graaf bevestigt het: „I kindje is anderhalf jaar; 1 zat te kraaien van plezied Zo jong, en dan al verslaal aan snelheid. Moet ministf Maij niet ingrijpen? De prijs is 899. En natuij lijk kan men er ook niet-sportieve ouder woon mee gaan wandeh Rennen kan wel, maar niet verplicht. De eerste 1 stellingen zijn al binnl meldt Marlies van de Gra;

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1993 | | pagina 20