De Klokkenberg
3I53I
EEN
'Wij Ieren de patiënten
hun eigen grenzen kennen'
Tbc komt nog wel een enkele keer voor'
i.Instellingskok
staat niet aan
lopende band'
D2255
lBANT
EUBEL
D3
nwerk
EPILEPSIE. In de dr. Hans Bergerkliniek weten ze er
alles van. Jaarlijks komen er ruim duizend patiënten
in de polikliniek. Daarnaast zijn er nog ruim
driehonderd mensen die voor kortere of langere tijd
worden opgenomen. Ooit moeten zij weer terug naar
de maatschappij. Resocialisatie is daarbij een
sleutelwoord geworden.
'SCHOONDONCK, de long-astmakliniek van De
[Klokkenberg is een zogenoemde derdelijnskliniek,
gespecialiseerd in onderzoek en behandeling van alle
[vormen van longziekten, waarbij het accent ligt op de
■behandeling van cara.
IN de keuken van De Klokkenberg heeft eerste
kok René Vriends de modernste apparatuur tot
zijn beschikking. Snelkoelers, combi-ovens en een
braadslede die 800 runderlappen per uur kan
verwerken. Dat is ook wel nodig nu De
Klokkenberg, naast de voeding voor eigen
patiënten, dagelijks 500 maaltijden aflevert aan de
Stichting Ouderenwerk, die daarmee zieken,
bejaarden en gehandicapten bedient.
de stem
VRIJDAG 4 JUNI 1993
n onderhoud
nakomen
CITROEN
XMD 12 diesel, 1991.
zwart met.
29.950.-
Leaseprijs 600.- p.m.
'■000
Jrt
vering
km
ïolenstraat 51 - Etten-I
Door Marja Klein Obbink
JOS Havermans is unithoofd van
de resocialisatie-afdeling, waar
momenteel 26 patiënten verblijven,
in leeftijd variërend van 19 tot 59
jaar. Zij wonen in prachtige, nieuw
gebouwde socio-woningen, iets
buiten het hoofdterrein van De
Klokkenberg. Elke bewoner heeft
een kamer met een gemeenschap
pelijke keuken en huiskamer.
Vijftien jaar geleden, toen het
woord resocialisatie nog moest
worden uitgevonden, moest Haver
mans het doen met een paar lege
kamertjes in een gang van De
Klokkenberg. „We zagen de men
sen weer terugkomen. En dat was
niet de bedoeling. We hadden
ruimte nodig om te oefenen met de
mensen, om te kijken wat hun
mogelijkheden waren. Vandaar die
kamertjes".
Wat is epilepsie eigenlijk? Haver
mans: „Populair gezegd lijden epi-
lepsie-patiënten aan een afwijking
die een kortsluiting in de hersenen
kan veroorzaken, waardoor aan
vallen kunnen optreden van een
paar seconden (knipperen van de
ogen) tot de spectaculaire aanval
len als plotseling vallen en een
schuddend en in kramp verkerend
lichaam".
„In welke vorm de ziekte zich ook
manifesteert, een ding hebben de
'zware' patiënten gemeen", zegt
Havermans. „Ze verkeren in een
totaal isolement. Omdat de omge
ving ze niet begrijpt, of omdat ze
dénken dat de omgeving ze niet
begrijpt, maar ook omdat ze bang
zijn voor hun eigen lichaam. Wij
leren ze hier hun eigen grenzen
kennen. Maar vooral leren we ze
om terug te keren in de maatschap
pij. Koken, strijken, het huishou
den en reizen, ze moeten alles op
nieuw leren".
Neem Len Hettema, 42 jaar. Sinds
februari vorig jaar woont ze op
afdeling 5, de resocialisatie-afde
ling. Tot die tijd woonde ze bij
haar moeder. Len kon niks. Haar
moeder schermde haar af. Len was
ook nooit alleen. Op vakantie ging
ze samen met haar moeder, voor
familiebezoek gold hetzelfde. Len:
„Ik zat altijd thuis of bij een oom
of tante, in ieder geval in een
beschermde omgeving. Toen ik hier
Coby Siegers: „Nee, het zijn niet
je kinderen, maar er bestaat wel
grote genegenheid voor elkaar".
foto's de stem johan van gurp
kwam had ik een heel moeilijke
tijd. Ik moest gewoon leren losko
men van huis. En koken, naaien...ik
dacht dat ik niks kon. Ik had
gewoon een groot minderwaardig
heidsgevoel", zegt ze nu.
Over een paar maanden gaat ze
zelfstandig wonen, in een flatje in
Doetinchem. „De vloerbedekking
wordt vrijdag gelegd". Dat het ooit
zover zou komen had ze nooit ge
dacht. „Altijd die negatieve dunk
over mezelf. Ik hoor het Jos (Ha
vermans, red.) nog zeggen: 'positief
denken'. In het begin ergerde ik me
wild aan hem. Maar hij heeft wel
gelijk gehad".
Havermans: „Niet alle patiënten
kunnen het aan om zelfstandig te
wonen. Er zijn altijd mensen die
een aanval niet aan voelen komen
en die daardoor in hun dagelijks
leven veel meer beperking hebben.
Die komen bijvoorbeeld in aanmer
king voor een plaats in een be
schermd woonproject, zoals je die
overal in het land vindt. Hoe dan
ook: als patiënten niet zelfstandig
kunnen wonen, kunnen we er wel
voor zorgen dat ze zelfstandig kun
nen léven. Ons doel is om de men
sen uit de instituten en de zieken
huizen te houden. We willen ze
gewoon nooit meer terug zien".
Toch zijn er patiënten die al 26 jaar
in het epilepsie-centrum zijn opge
nomen. Zoals in afdeling 1, de
afdeling voor geestelijk gehandi
capten. Coby Siegers werkt er al
tien jaar als groepsleidster, 'de
nieuwe term voor verpleegkundi
ge'.
In wezen verschilt de behandeling
van epilepsie-patiënten met een
geestelijke handicap niet veel met
die van normaal begaafde patiën
ten, zegt Siegers. „De zorg is alleen
intensiever, omdat veel geestelijk
gehandicapten zich niet bewust
zijn van het feit dat ze epilepsie
hebben en in het verlengde daar
van zich ook niet bewust zijn van
de risico's die ze bij een aanval
kunnen lopen. We hebben hier bij
voorbeeld een bewoonster die al
jarenlang aan epilepsie lijdt. Ze
komt uit een woonvorm. Maar hier
hebben wij haar moeten leren om
elke keer als ze in bad gaat, de stop
er niet in te doen. Voor het geval ze
een aanval krijgt. Zoiets kun je
iemand nog aanleren, maar veel
verder kom je niet omdat de ver
standelijke vermogens van onze
mensen beperkt zijn".
Veel meer dan op de 'normale'
afdeling worden er op de afdeling
van Siegers beschermende maatre
gelen genomen. „Er zijn patiënten
die een helm dragen, omdat ze een
val niet voelen aankomen. Die kun
nen zo neerklappen, met alle gevol-
Jos Havermans: „Een ding hebben de 'zware' patiënten gemeen. Ze verkeren in een totaal isolement".
gen van dien".
Als verpleegkundige verleent Sie
gers de basiszorg voor deze men
sen. „Wassen, aankleden, helpen
met voeden. Je vult dat stukje op
wat de mensen zelf tekort komen.
Aan zelfstandig wonen wordt hier
niet eens gedacht, wel aan terugke
ren naar de instelling waar ze van
daan komen. Maar omdat er zulke
grote wachtlijsten zijn, blijven de
mensen hier nogal eens 'hangen'.
Door het verlenen van basiszorg
bouw je een hechte relatie op met
de patiënt, vindt Siegers. „Nee, het
zijn niet je kinderen, maar er be
staat wel grote genegenheid voor
elkaar".
Ooit keren de mensen van afdeling
1 weer terug naar de instelling
waar ze vandaan zijn gekomen.
Siegers: „Maar nog steeds blijkt
dat veel instellingen niet goed om
weten te gaan met deze mensen.
Wat dat betreft zou de Hans Ber
ger-kliniek meer bekendheid moe
ten krijgen. Ze moeten weten dat
wij hier de deskundigheid en ken
nis bezitten. Misschien ligt daar
ook een taak voor ons: wij moeten
meer naar de instellingen toegaan,
zodat vaker voorkomen kan wor
den dat mensen hier worden opge
nomen".
Poor Mieke van den Heijkant
«VOOR tbc hoef je tegenwoordig
«At niet meer in De Klokkenberg
gorden opgenomen," vertelt Rai
lier Brinkman, verpleegkundige op
|e reconditioneringsafdeling van
pe kliniek. „Tbc komt nog wel een
Enkele keer voor, maar dan meer
als een bijkomende complicatie.
Bet kan op zich in ieder ziekenhuis
Behandeld worden." Voor de pa-
pënten die nu naar Schoondonck
lomen, geldt dat niet. Zij hebben
Specifieke problemen. „De patiën-
en die hier worden opgenomen,
femen een aantal malen per jaar
en blijven soms drie tot vier maan-
1®. Daardoor bouw je hier een
peel andere verpleegrelatie met je
patiënten op, dan in andere zieken
huizen," vertelt Brinkman. „Voor
Tm verpleegkundige is dat fijn,
Sant je krijgt op die manier een
|and met de mensen.
'Choondonck heeft ook een polikli-
hsche functie. Daarnaast zijn de
|«Tjli]fspatiënten van de long-ast-
l>a kliniek verdeeld over twee af
dingen, 3 en 12. Deze twee afde-
ngen liggen nu nog mijlenver uit
aar: een erfenis uit het Klokken-
ïcrg-verleden. „Afdeling 12 is ge-
|Cnt op revalidatie van carapa-
Pnten", zegt Brinkman. „De men-
pn die daar verblijven zijn in feite
¥et ziek, maar leren om te gaan
Pat hun handicap." Op afdeling 3
gordt gewerkt aan reconditione-
g het in een betere conditie
pengen van patiënten. Hier is dus
prake van verplegen, maar daar-
pOs wordt er met behulp van
_j.üer meer fysiotherapie en een
mi iSte,a! een beSin gemaakt met
validatie." Rainier vertelt en
thousiast: „Het werk is heel afwis
selend. De conditie van je patiën
ten kan verschillen met de dag.
Daar moet je je iedere keer op
nieuw op instellen. Eén verkoud
heid, en het hele proces begint van
voren af aan.
Cara is een verzamelnaam voor
aandoeningen als astma, chroni
sche bronchitis en long-emfyseen.
Daarnaast worden er in de kliniek
ook andere longziekten behandeld,
zoals longkanker. Operatiepatiën
ten worden na de intensive care
verder verzorgd op afdeling 3.
Brinkman: „De verzorging van
sommige mensen is heel erg ar
beidsintensief. Omdat iedere ver
pleegkundige een vaste groep pa
tiënten verzorgd, kan de zwaarte
van het werk goed worden ver
deeld." Zo'n groep heeft nog meer
voordelen: „De patiënt en jij leren
elkaar echt kennen. Daardoor werk
je bewust met mensen en niet met
medische gevallen. Op De Klok
kenberg volgen we de holistische
mensvisie: de patiënt is een indivi
du, waar je de hele zorg omheen
coördineert. Hij houdt zijn eigen
verantwoordelijkheid."
In principe betekent het dat de
patiënt uiteindelijk zelf de beslis
sing moet nemen over zijn behan
deling. „Maar het is moeilijk om
dat zo strikt uit te voeren," stelt
Brinkman. „Als iemand met astma
bijvoorbeeld te veel 'pufjes' heeft
genomen is bepaalde medicatie uit
den boze. Als hij dan, in paniek,
toch foutieve voorstellen doet, dan
moet je in zijn belang de beslissing
overnemen. Dat doe je dan in over
leg met de arts."
Het komt op deze afdeling ook voor
dat patiënten overlijden. „Vind je
Rainier Brinkman: „Voor tbc hoef je tegenwoordig echt niet meer in De Klokkenberg worden
opgenomen foto de stem johan van gurp
het raar klinken, als ik zeg, dat ik
daar niet zo veel moeite mee heb?",
vraagt Brinkman. „Als je intensief
voor iemand hebt gezorgd, dan heb
je daar goede herinneringen aan.
Voor sommige mensen kan het
overlijden een zegen zijn. Je pro
beert als verpleegkundige iemand
een vredig einde te geven. Mensen
sterven hier niet in eenzaamheid.
Familieleden krijgen hier alle
ruimte van ons om bij de patiënt te
zijn."
Brinkman werkt sinds 1979 in de
gezondheidszorg. Drie jaar geleden
kwam hij via een uitzendbureau op
De Klokkenberg terecht. „De sfeer
op deze afdeling sprak me meteen
aan. Het is een fijn team dat goed
voor de patiënten en goed voor
zichzelf kan zorgen. Er is weinig
verloop waardoor er hier een enor
me know-how is opgebouwd. De
hoofdzuster werkt hier bijvoor
beeld al 26 jaar."
Toch zal dit team binnen afzienba
re tijd van vorm veranderen: De
Klokkenberg is begonnen aan een
grootscheepse verbouwing en dan
zullen de beide afdelingen en de
polikliniek worden samengevoegd.
„Daar kijken we met zijn allen
naar uit, vertelt Brinkman. „Het
zwaartepunt van de hele kliniek
wordt dan bij de longrevalidatie
gelegd. Hoewel je natuurlijk altijd
verpleegpatiënten houdt. Maar
voor ons is het leuk, want dan
kunnen we de mensen voortaan
volgen vanaf het moment dat ze
binnenkomen, tot het einde van de
revalidatie".
Door Co Tanis
VRIENDS staat niet zelf achter
het fornuis: „In de keuken wer
ken 27 mensen, leiding en afwas
sers inbegrepen. De 350 maaltij
den voor ons huis worden een dag
van te voren gemaakt, de 500
voor de Stichting Ouderenwerk
twee dagen van te voren. We
werken met keuzemenu's, dus het
basispakket moet iedere ochtend
bijgesteld worden. Dat gebeurt
geautomatiseerd via faxen en
printers".
Vriends bestelt per dag 90 kilo
vers vlees, 200 bruine en 100
witte broden, 600 witte en 600
bruine bolletjes. De keuken
maakt 1750 broodsetjes per week.
Voor de patiënten die op afde-
lingsgroepen wonen, worden
broodtrommels klaargemaakt en
er moet ook gezorgd worden voor
het personeelsrestaurant, inclu
sief de nachtdiensten.
Vriends kreeg zijn opleiding aan
de Van Cooth Scholengemeen
schap en is gediplomeerd zelf
standig-werkend restaurantkok.
Hij heeft eerst zes jaar in restau
rants gewerkt. Daar kon hij zijn
creativiteit in het garneren van
gerechten ten volle uitleven. Als
instellingskok heeft hij geregelde
werktijden en dat ziet hij toch als
een voordeel. Een belangrijk on
derdeel van zijn werk is kennis
van diëten. Vriends is gediplo
meerd 'leermeester', wat betekent
dat hij stagiaires en andere hore-
ca-studenten mag opleiden: „Me
nu's kunnen per patiënt verschil
len. Wie teveel cholesterol heeft
moet je geen gebakken lever
voorzetten en bij vegetariërs ver
vang je die door een champignon-
ragout. Ook met geloofsverschil
len moet je rekening houden.
Aanhangers van de islam eten
geen varkensvlees, voor hindoes
is rund- en kalfsvlees verboden.
Een instellingskok staat niet aan
de lopende band. Iedere patiënt is
een individu en dat geldt ook
voor de dagelijkse maaltijden".
René Vriends: „Ook met geloofsverschillen moet je rekening
houden. Aanhangers van de islam eten geen varkensvlees, voor
hindoes is rund- en kalfsvlees verboden".
foto de stem johan van gurp