Het revolutionaire vuur geblust theater BOEKENLEGGER pOPPOD Rusteloze zwerftocht St. Aubin de Teran Echte emotie en visie in 4 Cubaanse Dromen Padvinder werd Stone Liz Taylor mist veel Magnani-t( lot Theate Veelbelovend debuut van Daphne Meijer Krentenweger en blauwe beul BOEKENGIDS The Garands in gofzicht To the Point in den Dullaert Alleen begin boeit in nieuwe Grisham r lijksproblemen van zijn ouders moest hij al als dertienjarige knaap ondergebracht worden bij een zuster van zijn moeder, tante Van Ulse'n, die samen met haar vriendin Van Hengel te Amster dam een leerhandel exploiteerde. Door financiële omstandigheden moest tante naar Antwerpen uit wijken, waar zij een handel in suiker begon. Daar bleef zij, sa men met neefje Potgieter totdat in 1830 de opstand tegen Hol land uitbrak. Van die drie jaar heeft Potgieter toch nog wel profijt gehad, want hij leerde in Vlaanderen de grondlegger van de Vlaamse Be weging, Jan Frans Willems, ken nen. Potgieter was een autodi dact. Door veel te lezen en te reizen groeide hij uit tot een gedegen kenner van de Engelse, Franse, Duitse, Scandinavische en Italiaanse literatuur. Heel lang heeft in Potgieters literaire werk, vooral in zijn vroege pro zawerk, een zo grote bewonde ring voor de 16e en 17e litera tuur bestaan, dat zelfs zijn taal gebruik de invloed van de Gou den Eeuw verraadt. Everardus Potgieter is bij al zijn literaire arbeid zijn leven lang een handelsman gebleven. Hij was vertegenwoordiger voor bui tenlandse handelshuizen, voor welke firma's hij orders bezorg de voor de levering van vijgen, rozijnen en krenten. Koopman- dichter Potgieter vertelt Marita Mathijsen: „Ik hou veel van Hol landse eenheid, ga dagelijks naar de beurs en ben een praktisch mens. Ik schrijf mijn bestellin gen van tabak en rijst en peul vruchten. met dezelfde pen als mijn letterkundige bijdra gen". En krentenverkoper Meul- man kreeg dus geen hooghartige reactie toen hij bij de grote Pot gieter een hand vol krenten voorhield met de vraag, „nou Potje, wat vind je der van"? Drie delen literaire kritiek van Everardus Potgieter: knorrig meesterschap. Potgieter uit 1876 kocht ik voor vijfentwintig gulden en voor drie rijksdaalders kreeg ik er een nieuwere, jaarloze bloemlezing van Potgieters prozawerk bij. Uit deze werken heb ik de pro zaïst Potgieter geroken, 'n beetje muf riekt ie wel, maar toch, wie hem geduldig en met begrip voor zijn omslachtigheid leest, on- denkt al gauw dat Potgieter een man van karakter en gezag is geweest. Hij hield niet van flau we fratsen of femelarijen in de literatuur. Beets mocht ie niet, zelfs niet als Hildebrand en diens Camera Obscura vond hij 'kopijeerlust des dagelijkschen levens, poëzie van het jaar nul'. Bilderdijk bewonderde hij als zijn leermeester en in het literai re werk van de nieuwe generatie dichters koos hij feilloos voor de dichters die wij in deze tijd nog lezen, Klikspaan, Hasebroek, maar vooral Staring. Potgieters literaire kritieken over Neder landse en buitenlandse dichters hebben, we zeiden het al, maar één beletsel, ze zijn lang van draad. Een groot verschil met zijn grote vriend Conrad Busken Huet, die zijn kritieken 'met geest en esprit' schreef. 'Busken Huet', schreef H. J. Polak, 'neemt meer afstand van zijn stof, speelt er mee als de kat met de muis, Potgieter slaat liever met zijn knots een vlieg dood.' En zijn beste vriendin Truitje Bosboom-Toussaint, die voor Potgieter zo'n mooie fez met flos maakte, had hem nog zo gewaar schuwd: „Jij moet niet altijd zo knorren en niet over alles". Everardus Potgieter. Zijn figuur en'werk beheersen zijn tijd. Vro lijker is hij er niet door gewor den. „Uit zijn werk", oordeelt Gerard Knuvelder, die in zijn handboek twee hoofdstukken aan Potgieter besteedt, „spreekt ontgoocheling en mismoedig heid". Met knorrig meesterschap velde hij een oordeel over de literatuur van zijn tijd en in die betekenis vind ik Potgieter wel een wegbe reider en een interessante per soonlijkheid in die vaak zo duffe negentiende eeuw. Het wachten was op Multatuli! Ik kwam, eerst aarzelend, later met iets meer trots, met de criticus Pot gieter bij u aan de deur. r DE STEM Wel vaker heb ik het gevoel dat ik u als een soort handelsreiziger in literatuur figuren moet verko pen waar ik stilletjes van denk: Deugen ze eigenlijk wel voor de verkoop? Zit er nog wel goud onder zoveel stof? Over Everar dus Potgieter (1808-1875) hoor ik u bijvoorbeeld al brommen, dat u niet weet wat u er mee moet. „Toch maar een burgerman", zei Potgieter toen hij het portret zag dat de schilder Van Trigt van hem had gemaakt. Die laatdun kende zelfspot vertelt meer over de twijfels die de schrijver be roerden dan over het feitelijke effect van zijn literaire arbeid, die gericht was op een vaderland met redelijk denkende burgers. In een tijd waarin de gegoede burger zich verlustigde in wat Jan Romein noemde 'de juicht oon in het koor der vaderlandse poëten', was Potgieter de hard handige bestrijder van de Jan Saliegeest in Holland. Dat land was na de kater van de strijd tegen de rebellerende Belgen op zoek gegaan naar een nieuw na tionaal bewustzijn. Schilder kunst, literatuur en architectuur ademden slechts schraalheid en steriliteit uit: De Beurs van Zo- cher in Amsterdam inspireerde Potgieter tot een vlijmscherp spotgedicht: 'Een wonder is de Nieuwe Beurs! Geloof het maar, Jan Salie!' Potgieters streven om waarden als burgerzin en geestelijke on afhankelijkheid ingang te doen vinden, kreeg nieuwe kansen in het literaire en politieke tijd schrift 'De Gids'. In 1837 be hoorde Potgieter tot de oprich ters en hij maakte samen met Bakhuizen van den Brink en Busken Huet de Gids tot een fenomeen van kritische vernieu wing. Potgieters literaire kritie ken in De Gids waren zo fel en onderscheidend scherp, dat De Gids, in een blauwe omslag ge stoken, in de literaire wereld de bijnaam verkreeg van 'De Blau we Beul'. Op de enkele afbeeldingen die van Potgieter bestaan, is hij af gebeeld als een tamelijk ouwelij ke, bedaarde man, maar wie goed kijkt naar die waakzame en niet te vermurwen oogopslag, weet dat de criticus bedoelde toen hij schreef: 'liever een fikse vijand dan een lauwe vriend'. Na een conflict met zijn mede redacteuren en uitgever stapte Potgieter in 1865 voorgoed op als eindredacteur van De Gids. „Als geen ander heeft Potgieter gepoogd de negentiende eeuw in zijn groep te krijgen", schrijft Marita Mathijsen in haar boek 'De geest van de dichter', waarin ook een 'zogenaamd gesprek' met Potgieter is opgenomen. Zij bezoekt de dichter in zijn huis aan de Leliegracht 25, waar hij samen met zijn zuster woont. Potgieter is nooit gehuwd ge weest. De bestrijder van de tijd geest en vormgever van een on afhankelijke literatuurkritiek was eigenlijk voor iets heel an ders opgeleid. Everardus Johan nes Potgieter is in 1808 te Zwolle geboren, maar door huwe- Door Johan Diepstraten Zou de Fassbinder-affaire van vijf jaar geleden over de stereotype jood in Het vuil, de stad en de dood de katalysator zijn geweest? In HP/De Tijd van vorige week vertelt debutante Daphne Meijer (1961) dat deze rel bij haar en haar generatiege noten een mentaliteitsverandering teweeg heeft gebracht. „Toen is alles eruit geko men, al die kwaadheid, en sindsdien is het veel gemakkelijker om boos te worden als zich een incident voordoet." Schrijvers als Leon de Winter en Marcel Möring schijnen veel kwader te zijn, al thans volgens HP/De Tijd, 'om wat er vroeger gebeurd is, om wat er nog steeds gebeurt'. Het was me de afgelopen jaren niet zo opgevallen. Er is bovendien, alweer volgens het weekblad, een bloei van joodse cafés in Amsterdam en in de provincieste den, er blijkt een toename te zijn van het synagogebezoek, een groeiende belangstel ling voor joodse studentenverenigingen en een toenemende interesse voor manifesta ties als de herdenking van de oorlog. „Een deel van de ogenschijnlijke onver schilligheid van een oudere generatie is weggevallen," beweert Daphne Meijer. On der de kop 'De joodse renaissance' doet HP/De Tijd geloven dat er sprake is van een nieuw joods zelfbewustzijn. Het is merkwaardig dat de roman Resten van de eeuw van Daphne Meijer de aanlei ding is voor het signaleren van alweer een nieuw tijdperk. Toegegeven: haar roman personages zijn inderdaad in de weer met het vinden van een joodse identiteit, maar dat gebeurt minder nadrukkelijk en met minder raffinement dan in het werk van De Winter, Möring en onlangs nog in de beeldschone kleine roman Twee koffers vol van Carl Friedman. Te vrezen valt dat de grachtengordel weer eens iets heeft be dacht dat maar voor een paar weken spraakmakend is. Ruimte „Beschouw het maar als een visitekaartje, als een verantwoording die een auteur in zijn debuut aflegt over zijn persoonlijke wordingsgeschiedenis. Ik hoop in de toe komst ook over andere onderwerpen te schrijven, maar daarvoor moest ik eerst ruimte vrijmaken in mijn hoofd." Dat laatste zal ongetwijfeld gebeurd zijn, want in Resten van de eeuw heeft Daphne Meijer veel van haar autobiografie 'ver werkt'. Te veel, denkt de lezer aan het einde,' want al haar frustraties over de kraakbeweging en haar verblijf in de kib boets moesten een plaats in de roman krijgen. Zo ontstond een boek met een veelheid aan thema's die ondanks de bijna driehonderd pagina's niet goed uitgewerkt konden worden. Maar de aanzetten zijn méér dan veelbelo vend. Verdienstelijk zijn de eerste vijftig pagina's waarin Daphne Meijer .de ont moeting beschrijft tussen haar alter ^egq, de jonge joodse Dorith Flesschendrager en de (joodse) journalist Jochem van Dam. Hij werkt aan een verhaal over de kraakbewe ging acht jaar na dato dat resulteert in een reportage waar een uitspraak van Dorith boven komt te staan: 'Volgens mij hebben wij alle revolutionaire vuur opgebruikt voor de rest van de eeuw'. Dat is tegelijk het belangrijkste thema van de roman. De revolutie is passé, maar dat wisten we al. Kibboets Daphne Meijer is niet een chroniqueur van haar tijd die in navolging van Van der Heijden de subcultuur van de kraakbewe ging eens in romanvorm verbeeldt. Maar Daphne Meijer zij is dat wel met haar ervaringen in de kibboets. Zeer uitgebreid verhaalt Meijer over het dagelijkse leven, de sleur, de onderlinge vijandschappen en de huisre gels van 'de sekte' Dikla aan de grens van Libanon. Alle gekkigheid die Tessa de Loo heeft beschreven in haar 'commune'-roman Meander, is bij Daph ne Meijer te vinden. In de kibboets wordt een ideaal nage streefd 'waarin ongelijkheid en onderdruk king niet voorkomen'. Maar het tegendeel gebeurt. De ideologiecommissie, -de praatgroep van Dikla,- beslist over het individuele lot van de leden: iemand mag geen sociologie studeren maar kan beter een opleiding voor kleuterleidster volgen, privé-bezit moet worden ingeleverd met als gevolg dat iedereen naar de geldauto maat in de stad rent en zo zijn er meer verschillen tussen droom en daad. Band h *- Het bijzondere van Dikla is dat de sekte start met joods-Arabische vriendschap sprojecten. Mensen uit de dorpen worden op Dikla uitgenodigd en uiteraard terugge vraagd zodat er iets van een speciale band zou ontstaan. Bovendien is Dikla een pres siegroep voor bgtere levensomstandighe den voor de dorpsbewoners. Daphne Meijer heeft geprobeerd van Res ten van de eeuw een spannende roman te maken door het joods-Arabische conflict aan te scherpen. Een auto wordt bijna van de weg gereden, een bom ontploft en een joodse jongen op bezoek in Dikla komt met zijn hoofd tussen de schoepen van een ventilator terecht -ongeluk of moord?- en sterft. Dorith vindt het slachtoffer en rust niet voordat zij alles heeft uitgezocht. FOTO JOHAN DE BOER Wat het sterkste gedeelte van de roman beloofde te worden, blijkt nogal zwak af te lopen voor wie het huidige thrillergenre volgt. Daarvoor hoeft de lezer nog niet eens alle Gouden Strop - nominaties te kennen. De dood tussen de schoepen is maar één van de vele verhaallijnen in deze roman. Er is het liefdesverhaal over Dorith en Jochem, de pogingen van Dorith om een roman te schrijven over haar belevenissen in de kibboets die voor een groot deel verzonnen zijn maar toch weer onderdeel van de echte roman uitmaken, de herinne ringen van Dorith aan de kraakbeweging, filosofieën over de joodse identiteit en uiteraard de afwikkeling van de moord. Strakker Alsof dit allemaal nog niet te veel is, husselt Daphne Meijer voortdurend met de tijd en het perspectief, zodat niet altijd even duidelijk is wie aan het woord is, wat er gebeurt en in welke context de gebeur tenis moet worden geplaatst. Dfe composi tie had wat strakker gemogen. Niet echt briljant, maar onderhoudend, bij vlagen meeslepend en méér dan eens om te lachen: dit is zo langzamerhand de karak terisering voor alle romans die bij Nijgh Van Ditmar uitkomen. Daphne Meijer past met Resten van de eeuw precies in dit verhoudingsgewijs nieuwe fonds met aan stormende talenten als E.M. Kummer, Ro nald Giphart, Theodor Holman, Megghel Doewina, Herman Franke, Chantal van Dam en Lisette Lewin. Haar visitekaartje heeft Daphne Meijer in ieder geval afgege ven. Uit alles blijkt dat ze flair heeft en daarom zijn de verwachtingen hoopvol. Daphne Meijer: 'Resten van de eeuw'. Uitg. Nijgh Van Ditmar, prijs 34,90. VRIJDAG 28 MEI 1993 DE STEM opgegraven wordt door de FBI. De cliënt moet het niet van de spanning hebben, want de han deling is minimaal. Een groot gedeelte van de roman speelt zich af in de rechtzaal {De aan klager van Turow indachtig), waar een eigengereide rechter voor heel wat komische ontwik kelingen zorgt. De kleine Mark is niet van plan om te onthullen wat hij weet, bang als hij is voor de wraak van gangster Barry het Mes ('Om zijn linkerpols droeg hij een smaakvolle gouden arm band onder de diamanten Rolex. Om zijn andere pols blonk een fraai gouden kettinkje, dat zachtjes rinkelde als hij liep'). Mark wordt bijgestaan door een advocate, die zich na een mislukt glamour-huwelijk nu met veel idealisme inzet voor jeugdige de- liquenten. Want dat is Mark ge worden omdat hij door zijn zwij gen het hof beledigt en ook om dat een roddeljournalist (Slick Moeller) hem beschuldigt van moord op de advocaat. Brr, wat een clichés allemaal. Tel daarbij op dat het jongere broertje de hele roman in coma in het ziekenhuis ligt, de moeder haar baan verliest, hun caravan in de fik wordt gestoken en Mark in de jeugdgevangenis be landt, dan weet de. lezer dat De cliënt niet meer dan de zoveelste B - film kan opleveren. John Grisham: 'De cliënt'. Uitg. Bruna, prijs 34,90. Lisa St Aubin de Téran Door Marjan Mes „Ik wilde me bewegen van de 'ene plek naar de andere. Ik was altijd in beweging geweest Ik genoot van het reizen op zich zelf. Ik wilde niet naar deze of gene plek in het bijzonder, ik had eenvoudig geen rust, en ik wilde ook nergens in het bijzon der blijven." Deze onrust drijft eigenlijk alle personages in 'De stoptrein naar Milaan', de nieuwe (vertaalde) roman van de Britse schrijfster Lisa St. Aubin de Teran. Maar het meest nog de zestienjarige hoofdpersoon Lisaveta, die be hept is met een grote reiswoede en rusteloosheid. Vandaar dat zij meteen zwicht voor het voorstel van een onbekende, geheimzin nige man om met hem naar Italië te reizen. Deze Cesar ontpopt zich als een Venezolaanse banneling, een po litieke vluchteling die samen met zijn revolutionaire vrienden Otto en Elias rusteloos door Europa trekt. Zij zijn op de vlucht voor de dictatuur in eigen land en voor de politie nadat zij geza menlijk een bank hebben be roofd. De sombere, ziekelijke Cesar trouwt met Lisaveta en leidt met haar en zijn vrienden een opgejaagd maar tevens op windend bestaan dat hen van Londen naar Parijs en van Mil aan naar Bologna voert. Daar leven zij van de hand in de tand, hun sieraden belenend en restaurants oplichtend om te kunnen eten. Het is een pure overlevingstocht, maar St. Au bin de Teran schreef geen dra matisch boek. De elitaire Zuid amerikanen uit haar boek, die om niet geheel duidelijke rede nen in hun land de kogel wacht, vormen een groepje genotzoe kers. Ze beleven ook plezier heb ben aan hun onzekere bestaan, waarin overdreven luxe en ar moede elkaar afwisselen. De plaatsen waar zij verblijven, be tekenen voor Lisaveta en haar companen net zozeer schoonheid en avontuur als ontbering en armoede. Ondanks de ziektes van Cesar en de bizarre ongemakken en rela- tieprobelemen van de anderen is 'De stoptrein naar Milaan' voor al een opwekkend boek over de overlevingstocht van een groepje onvolwassen bohémiens dat zich niet wenst aan te passen. De 39-jarige schrijfster heeft deze 'reisroman' fraai en elegant ge- FOTO MEULENHOFF schreven, maar ik kan persoon lijk niet zo erg geloven in haar personages. De dood en het ge vaar zitten hen op de hielen, maar verontrusten doet dat niet in het minst. Wellicht is dat voor veel lezers juist de aantrekkings kracht van dit boek en van deze schrijfster. Lisa St Aubin de Téran: 'De stop trein naar Milaan'. Uitg. Meulen- hoff, prijs 34,50. Rolling Stone Keith Richards werd op 18 december 1943 gebo ren, maakte furore als sopraan in het jongenskoor en werd lid van de padvinderij, de beverpa- rouille. Toch werd deze brave Hendrik het symbool van rock 'n' roll-vandalisme. Om eerlijk te zijn, het ging al mis bij de pad vinderij. „Ik heb ongeveer twee jaar bij de padvinderij gezeten, en ik heb er een hoop geleerd over hoe je in het bos moet leven. Dat wilde ik absoluut leren. Maar ieder jaar hadden ze van die gigantische bijeenkomsten van de padvin ders uit het hele land: de jambo ree. En bij één ervan smokkelde ik een paar flessen whiskey naar binnen. Kort daarna waren er een paar vechtpartijen tussen ons en een stel knapen uit York shire, en dus verdachten ze mij." Dat vertelt Keith Richards zelf in Keith Richards. Het leven als Rolling Stone, de veelgeprezen biografie van Victor Bockris, die nu ook in Nederland is uitgege ven (uitg. De Kern). Niet alleen in deze anekdote, die je de story of his life zou kunnen noemen, is de openhartigheid van deze zwaar beproefde Stone zeer groot. Richards is muzikant, 24 uur per dag, maar volgens een hand schriftonderzoek is hij zeer af hankelijk van samenwerking met anderen. Lange tijd was hij verslaafd aan heroïne, nu zijn de middelen wat onschuldiger. Een groot vrouwenversierder is hij nooit geweest. „Hij was niet zoals je zou den ken dat popsterren zijn - achter de vrouwen aan zittend", zei Anita Pallenberg, lange tijd zijn levensgezellin. „Op het toppunt van hun roem droeg hij meestal een spijjjgfbroek die praktisch aan hem- 'vastgelijmd zat. Zo prqlassfilten. een paar meisjes eens hem te helpen om die uit te trekken, maar dat lukte gewoon niet." Toen Keith als man van 36 voor gesteld werd aan de ouders van zijn nieuwe vriendin Patti Han sen, ging het ook weer niet glad jes: „Ik probeerde me netjes te gedragen en overdreef dat. Ik was dagenlang niet naar bed geweest, werd dronken, vond dat ik een beetje sympathiek moest overkomen. In plaats daarvan was ik uiteindelijk helemaal doorgedraaid en vernielde spul len, maar ze begrepen het. Ik raakte door het dolle heen en ze werden niet kwaad." Wij begrijpen Keith Richards ook, hij is een ongecompliceerde Door Hans Bos „Vrijheid is niets anders dan het recht op een acceptabel leven", zegt Celia del Pino tegen haar kleindochter Pilar in de debuut roman van Cristina Garcia, Cu baanse Dromen. De opmerking is even juist als navrant. Ruim één miljoen Cubanen hebben de af gelopen 35 jaar hun vaderland de rug toegekeerd. De gelukki gen mochten twee stuks kleding meenemen en gingen met het vliegtuig naar het 'beloofde land', de VS. De minder fortuin lijken trachten de tachtig kilo meter zee die Cuba en Florida van elkaar scheiden te overbrug gen met wrakkige bootjes, zeil planken of zelfs opgeblazen bin nenbanden. Hun leed vormt de ruggegraat van Cubaanse Dromen, Cristina Garcia's debuutroman. Een ma gistraal werkstuk, dat zich in één adem uit laat lezen. Het autobiografische karakter staat buiten kijf. De schrijfster, gebo ren in het jaar dat 'El Lider' op dit grootste Caribische eiland de macht overnam, verliet Cuba in 1961 op tweejarige leeftijd. Pas in 1984 keert ze voor het eerst terug en ontmoet ze haar achter gebleven familie. En wat voor een. De hele roman is een aanklacht tegen de psychi sche en fysieke verscheurdheid die Castro's regiem het Cubaan se volk heeft opgelegd. Groot moeder Celia bewaakt vanaf haar veranda een stukje kustlijn tegen de invasie door kapitalisti sche Amerikanen. Daarbij teert ze op een dertigjarige amoureuze briefwisseling met een Spaanse jeugdliefde, die als een rode draad door Garcia's roman loopt. In haar dromen communiceert Celia met haar kleindochter Pi lar, genoemd naar Hemingway's Cubaanse vissersboot. Vol onvervulde verlangens zal gr moeder Celia uiteindelijk warme zee inlopen als een soort offer aan de toekomst. „Vrou wen die hun dochters overleven zijn wezen. Alleen hun klein dochters kunnen hen redden, hun kennis bewaken als het eer ste vuur", zegt Celia. Pilar (ongetwijfeld Cristina Gar cia) is op jeugdige leeftijd mil haar ouders uitgeweken, woont in New York en onttrekt ziel1 onder de dekmantel van artistiek verantwoorde invallen aan aller lei conventies. Haar tante Feli cia, Celia's dochter, lijdt aar. ongeneeslijke syfilis, maar weerhoudt haar er niet van op Cuba achter de mannen én de op Afrikaanse leest geschoeid' santeria-religie aan te blijyen ja gen. Pilars thuiskomst op het eiland waar ze alleen nog een zefi flauwe herinnering aan heeft, 's één lange, maar ook beeldende aanklacht tegen het verval er- het onrecht dat het socialistisch bewind van Castro heeft veroor zaakt. Pilar: „Cuba is een merk waardig ballingsoord, een landkolonie. Vanuit Miami kun nen we het per chartervlucht i» dertig minuten bereiken, WaaI we bereiken het nooit". 'Qj' baanse Dromen' is een voortra- felijke latijns-amerikaanse ro man, waar emotie, visie en histo rie op onnavolgbare wijze do® elkaar lopen. Christina Garcia: 'Cubaanse Dr0 men'. Uitg. Arena, prijs 39,50. Keith Richards rechtsen Mick dagger. fotocbs man van vlees en bloed en drank in een strakke spijkerbroek. Over zijn band met Mick komen we niet veel te weten. Het boek van Bockris heeft geen scherpe randen, het is aardig ij alle opzichten. Aardig om te le. zen en aardig voor Keith. (DV) Welke actrice mist het acteerta lent van Katharine Hepburn, zucht naar roem en succes var Bette Davis en Joan Crawford de fotogeniekheid van Marilyn Monroe en Lauren Bacall, benen van Marlène Dietrich, stem van Judy Garland, de on deugende humor van Ginger Ro gers, de glamour van Lana Tur ner en Rita Hayworth, de seksu ele uitstraling van Jane Russel en de geheimzinnige uitstra lingskracht van Greta Garbo - terwijl ze toch een diva is ge worden, nog wel de laatste Hollywood? Elizabeth Taylor, in de ogen van Andrea Thain en Michael 0. Huebner. Zij hebben leven en werk van de in 1932 geboren filmster beschreven in 'Elizabetk Taylor, Hollywoods laatste diva', wat de uitgever ten onrechte een biografie heeft genoemd; het is meer een journalistiek produkt, een reportage (BZZTöH, f 39,50). De stijl is die van een keuken meiden-roman: „Toen Elizabeth dit vernam, wierp ze zich hui lend op haar bed en krijste: „Ik wil een filmster worden" -ze was toen bijna tien. Het spreekt van zelf dat Howard Hughes, de excentrieke multi miljonair, uitgebreid in komt. „Bij een dinér1 in het huis van de Grangers kwam Eliza beth Howard Hughes weer te gen. „Hij gluurde altijd in het decolleté van de mooiste vrou wen ter wereld. Hij was bezeten van Liz' en Jeans tieten. Voorde lol vroegen we hem aan welke borsten hij de voorkeur gaf, en hij antwoordde eerlijk dat hij daarover geen beslissing kon ne men." Acteurs, regisseurs en journalis ten worden geciteerd zonder dal er iets duidelijk gemaakt wordt: Rock Hudson, Stewart Granger, Spencer Tracy, Za Zsa Gabor, Robert Taylor, Debbie Reynolds, Eddy Fisher, Hedda Hopper, Ri chard Burton, Robert Mitchum, Tony Curtis en vele anderen. BORGEN spelen The Gai 0p de Pinksterkermis in I, dijke.' Nee, dit is geen kop 25 jaar geleden, al had da tuurlijk goed gekund. Het i| melijk precies een kwart geleden dat deze 'sixties-1 ju zaal Hofzicht in IJzen optrad. Vorig jaar hielden Garands een reünie in Bier pe juichende reacties dedi bandleden besluiten weer vaker op te treden, gaal Hofzicht was in de zestig toonaangevend op p pied in Zeeuws-Vlaandi Veel bekende Nederlandsej tiesten, onder wie Rob de peter en his Rockets en and the Blizzards, maakti bun opwachting. Op de sterkermis speelden altijd Garands. Menig muzieklie; ber weet zich hun optredens te herinneren. Morgenavom ze de sfeer van die herleven. Alle succesnum uit de sixties staan weer op repertoire. Later dit jaar vo nog optredens in Hoek er Biervliet. Zaterdag 29 mei; aanvang uur. BAND To the Point tr volgende week op in Den laert in Hulst. Het voorprogi ma wordt verzorgd door groep Dyspepsia uit Terneuz To the Point bestaat al vijf speelt daarvan de laatst ren in de huidige bezetting, repertoire bestaat uit covers groepen zoals Genesis, Pink i Toto, en The Cure, maa band maakt meer en meer e muziek met symfonische roe uitgangspunt. To the Poir destijds begonnen als scl band van sg Jansenius en jde onder deze noemer optredens. Het hoogtepunt bij was het optreden in het tival 'Beste schoolband van Concertagenda Pinkpop met Black Crowes, L Kravitz, Living Colour, Alic| Chains, Bettie Serveert, Red D(| Claw Boys Claw, Jayhawks en lonious Monster, maandag in 1 graaf -Depeche Mode, 1 juni in Ri aam (Ahoy') -Jayhawks, 1 juni in Amster (Paradiso) -The The, 1 juni in Utrecht aenburg) -Faith No More, 2 juni in Rol dam (Ahoy') -Thelonius Monster, 4 juni Utrecht (Tivoli), 6 juni in Eindh Effenaar), 7 juni in Amster; (Paradiso) -Guns n' Roses/The Cult, 5 (De^ff ch)) en 6 juni in Nijm -Fishbone, 4 juni in Amster ^radiso), 5 juni in Utrecht (Ti1 - Velvet Underground, 8 juni in sterdam (Paradiso, uitverkoch| juni in Rotterdam (Ahoy') -Festival of Rock'n'Beat met J< ny Lion Jumping Jewels, jee the Alligators, Johnny da11 the Heralds, FBI, Hu» mlltops, Crazy Rockers, Black wonds, Crazy Rockers eva. ok "ü1 in ^en Haag (Statenhal) ~JIetallica/Megadeath/AIice b?ains, op 12 juni in Rotten (Feyenoord) -Pere Ubu, 21 juni in Amster (Paradiso) -Jethro Tuil, 17 juni in Utr Wredenburg) (TivoU)Zil Zappa' Utr "Halfway Amsterdam met oa. Morrison, Melissa Etheridge, Ti THEATRE du Chêne "ankrijk besluit het Dt fi ?Pe®s Theater Festival in okhuis in Antwerpen met t orstellingen van 'Anna M m, le temps d'une messe' Mand Meffre in de regie 'iJr Oelas en met Bernad [a^ln in de rol van Anna M jj het stuk, dat op zaterda. ^dag a® mei wordt o sai-t zien we Magnani ste rol, maar daarom nie it^'®ste' tijdens haar begr Mis Magnani, 'Mama Ro kJj aanse actrice die ge n Werd door Fellini, P '"Msellini en die een u J, Zij bouwt de sacristie a een theaterloge en ve a Publiek over haar zoon. e a rarnan> baar slapeloosh ynerikaanse cinema, So n en andere jonge act Door Johan Diepstraten Twee jongetjes zien in het bos hoe een man probeert zelfmoord te plegen. Hij bevestigt een uit einde van een tuinslang aan de uitlaat en duwt de andere door een kier van een portierraampje naar binnen. Met een fles wisky in de hand gaat hij achter het stuur zitten. De elfjarige Mark trekt de tuinslang keer op keer los. De man die zich van kant wil maken, waggelt telkens de wagen uit en krijgt uiteindelijk de jongen te pakken. In de auto bedreigt hij hem met een pistool, vertelt hem de reden van deze noodsprong en besluit dat ze samen moeten sterven. Het klei ne broertje Ricky weet Mark te redden. Het is het fascinerende begin van de thriller De cliënt van John Grisham die naam maakte met Advocaat van de duivel en Achter gesloten deuren. Volgens de achterflap overschrijdt Gris ham met De cliënt 'de wettelijke grenzen van spanning'. De film rechten werden al voor astrono mische bedragen verkocht voor dat het boek gereed was. Het zal niemand verwonderen dat deze hype, nog maar amper in de boekhandel, onmiddellijk de top tien binnenstormde. Het vreemde van deze thriller is dat het na het eerste hoofdstuk eigenlijk afgelopen is met de spanning. De zelfmoordenaar, de louche advocaat Clifford, ont hult aan de jongen dat het lijk van senator Boyette bij hem in de garage onder de grond is gemetseld. Ruim driehonderd dichtbedrukte pagina's heeft Grisham nodig voordat het lijk i

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1993 | | pagina 20