Het revolutionaire vuur geblust
theater
BOEKENLEGGER
pOPPOD
Rusteloze zwerftocht
St. Aubin de Teran
Echte emotie en visie
in 4 Cubaanse Dromen
Padvinder werd Stone
Liz Taylor
mist veel
Magnani-t(
lot Theate
Veelbelovend debuut van Daphne Meijer
Krentenweger
en blauwe beul
BOEKENGIDS
The Garands in
gofzicht
To the Point
in den Dullaert
Alleen begin
boeit in
nieuwe Grisham
r
lijksproblemen van zijn ouders
moest hij al als dertienjarige
knaap ondergebracht worden bij
een zuster van zijn moeder, tante
Van Ulse'n, die samen met haar
vriendin Van Hengel te Amster
dam een leerhandel exploiteerde.
Door financiële omstandigheden
moest tante naar Antwerpen uit
wijken, waar zij een handel in
suiker begon. Daar bleef zij, sa
men met neefje Potgieter totdat
in 1830 de opstand tegen Hol
land uitbrak.
Van die drie jaar heeft Potgieter
toch nog wel profijt gehad, want
hij leerde in Vlaanderen de
grondlegger van de Vlaamse Be
weging, Jan Frans Willems, ken
nen. Potgieter was een autodi
dact. Door veel te lezen en te
reizen groeide hij uit tot een
gedegen kenner van de Engelse,
Franse, Duitse, Scandinavische
en Italiaanse literatuur. Heel
lang heeft in Potgieters literaire
werk, vooral in zijn vroege pro
zawerk, een zo grote bewonde
ring voor de 16e en 17e litera
tuur bestaan, dat zelfs zijn taal
gebruik de invloed van de Gou
den Eeuw verraadt.
Everardus Potgieter is bij al zijn
literaire arbeid zijn leven lang
een handelsman gebleven. Hij
was vertegenwoordiger voor bui
tenlandse handelshuizen, voor
welke firma's hij orders bezorg
de voor de levering van vijgen,
rozijnen en krenten. Koopman-
dichter Potgieter vertelt Marita
Mathijsen: „Ik hou veel van Hol
landse eenheid, ga dagelijks naar
de beurs en ben een praktisch
mens. Ik schrijf mijn bestellin
gen van tabak en rijst en peul
vruchten. met dezelfde pen
als mijn letterkundige bijdra
gen". En krentenverkoper Meul-
man kreeg dus geen hooghartige
reactie toen hij bij de grote Pot
gieter een hand vol krenten
voorhield met de vraag, „nou
Potje, wat vind je der van"?
Drie delen literaire kritiek van
Everardus Potgieter: knorrig meesterschap.
Potgieter uit 1876 kocht ik voor
vijfentwintig gulden en voor drie
rijksdaalders kreeg ik er een
nieuwere, jaarloze bloemlezing
van Potgieters prozawerk bij.
Uit deze werken heb ik de pro
zaïst Potgieter geroken, 'n beetje
muf riekt ie wel, maar toch, wie
hem geduldig en met begrip voor
zijn omslachtigheid leest, on-
denkt al gauw dat Potgieter een
man van karakter en gezag is
geweest. Hij hield niet van flau
we fratsen of femelarijen in de
literatuur. Beets mocht ie niet,
zelfs niet als Hildebrand en
diens Camera Obscura vond hij
'kopijeerlust des dagelijkschen
levens, poëzie van het jaar nul'.
Bilderdijk bewonderde hij als
zijn leermeester en in het literai
re werk van de nieuwe generatie
dichters koos hij feilloos voor de
dichters die wij in deze tijd nog
lezen, Klikspaan, Hasebroek,
maar vooral Staring. Potgieters
literaire kritieken over Neder
landse en buitenlandse dichters
hebben, we zeiden het al, maar
één beletsel, ze zijn lang van
draad. Een groot verschil met
zijn grote vriend Conrad Busken
Huet, die zijn kritieken 'met
geest en esprit' schreef. 'Busken
Huet', schreef H. J. Polak,
'neemt meer afstand van zijn
stof, speelt er mee als de kat met
de muis, Potgieter slaat liever
met zijn knots een vlieg dood.'
En zijn beste vriendin Truitje
Bosboom-Toussaint, die voor
Potgieter zo'n mooie fez met flos
maakte, had hem nog zo gewaar
schuwd: „Jij moet niet altijd zo
knorren en niet over alles".
Everardus Potgieter. Zijn figuur
en'werk beheersen zijn tijd. Vro
lijker is hij er niet door gewor
den. „Uit zijn werk", oordeelt
Gerard Knuvelder, die in zijn
handboek twee hoofdstukken
aan Potgieter besteedt, „spreekt
ontgoocheling en mismoedig
heid".
Met knorrig meesterschap velde
hij een oordeel over de literatuur
van zijn tijd en in die betekenis
vind ik Potgieter wel een wegbe
reider en een interessante per
soonlijkheid in die vaak zo duffe
negentiende eeuw. Het wachten
was op Multatuli! Ik kwam,
eerst aarzelend, later met iets
meer trots, met de criticus Pot
gieter bij u aan de deur.
r
DE STEM
Wel vaker heb ik het gevoel dat
ik u als een soort handelsreiziger
in literatuur figuren moet verko
pen waar ik stilletjes van denk:
Deugen ze eigenlijk wel voor de
verkoop? Zit er nog wel goud
onder zoveel stof? Over Everar
dus Potgieter (1808-1875) hoor
ik u bijvoorbeeld al brommen,
dat u niet weet wat u er mee
moet.
„Toch maar een burgerman", zei
Potgieter toen hij het portret zag
dat de schilder Van Trigt van
hem had gemaakt. Die laatdun
kende zelfspot vertelt meer over
de twijfels die de schrijver be
roerden dan over het feitelijke
effect van zijn literaire arbeid,
die gericht was op een vaderland
met redelijk denkende burgers.
In een tijd waarin de gegoede
burger zich verlustigde in wat
Jan Romein noemde 'de juicht
oon in het koor der vaderlandse
poëten', was Potgieter de hard
handige bestrijder van de Jan
Saliegeest in Holland. Dat land
was na de kater van de strijd
tegen de rebellerende Belgen op
zoek gegaan naar een nieuw na
tionaal bewustzijn. Schilder
kunst, literatuur en architectuur
ademden slechts schraalheid en
steriliteit uit: De Beurs van Zo-
cher in Amsterdam inspireerde
Potgieter tot een vlijmscherp
spotgedicht: 'Een wonder is de
Nieuwe Beurs! Geloof het maar,
Jan Salie!'
Potgieters streven om waarden
als burgerzin en geestelijke on
afhankelijkheid ingang te doen
vinden, kreeg nieuwe kansen in
het literaire en politieke tijd
schrift 'De Gids'. In 1837 be
hoorde Potgieter tot de oprich
ters en hij maakte samen met
Bakhuizen van den Brink en
Busken Huet de Gids tot een
fenomeen van kritische vernieu
wing. Potgieters literaire kritie
ken in De Gids waren zo fel en
onderscheidend scherp, dat De
Gids, in een blauwe omslag ge
stoken, in de literaire wereld de
bijnaam verkreeg van 'De Blau
we Beul'.
Op de enkele afbeeldingen die
van Potgieter bestaan, is hij af
gebeeld als een tamelijk ouwelij
ke, bedaarde man, maar wie
goed kijkt naar die waakzame en
niet te vermurwen oogopslag,
weet dat de criticus bedoelde
toen hij schreef: 'liever een fikse
vijand dan een lauwe vriend'.
Na een conflict met zijn mede
redacteuren en uitgever stapte
Potgieter in 1865 voorgoed op
als eindredacteur van De Gids.
„Als geen ander heeft Potgieter
gepoogd de negentiende eeuw in
zijn groep te krijgen", schrijft
Marita Mathijsen in haar boek
'De geest van de dichter', waarin
ook een 'zogenaamd gesprek'
met Potgieter is opgenomen. Zij
bezoekt de dichter in zijn huis
aan de Leliegracht 25, waar hij
samen met zijn zuster woont.
Potgieter is nooit gehuwd ge
weest. De bestrijder van de tijd
geest en vormgever van een on
afhankelijke literatuurkritiek
was eigenlijk voor iets heel an
ders opgeleid. Everardus Johan
nes Potgieter is in 1808 te Zwolle
geboren, maar door huwe-
Door Johan Diepstraten
Zou de Fassbinder-affaire van vijf jaar
geleden over de stereotype jood in Het vuil,
de stad en de dood de katalysator zijn
geweest? In HP/De Tijd van vorige week
vertelt debutante Daphne Meijer (1961)
dat deze rel bij haar en haar generatiege
noten een mentaliteitsverandering teweeg
heeft gebracht. „Toen is alles eruit geko
men, al die kwaadheid, en sindsdien is het
veel gemakkelijker om boos te worden als
zich een incident voordoet."
Schrijvers als Leon de Winter en Marcel
Möring schijnen veel kwader te zijn, al
thans volgens HP/De Tijd, 'om wat er
vroeger gebeurd is, om wat er nog steeds
gebeurt'. Het was me de afgelopen jaren
niet zo opgevallen. Er is bovendien, alweer
volgens het weekblad, een bloei van joodse
cafés in Amsterdam en in de provincieste
den, er blijkt een toename te zijn van het
synagogebezoek, een groeiende belangstel
ling voor joodse studentenverenigingen en
een toenemende interesse voor manifesta
ties als de herdenking van de oorlog.
„Een deel van de ogenschijnlijke onver
schilligheid van een oudere generatie is
weggevallen," beweert Daphne Meijer. On
der de kop 'De joodse renaissance' doet
HP/De Tijd geloven dat er sprake is van
een nieuw joods zelfbewustzijn.
Het is merkwaardig dat de roman Resten
van de eeuw van Daphne Meijer de aanlei
ding is voor het signaleren van alweer een
nieuw tijdperk. Toegegeven: haar roman
personages zijn inderdaad in de weer met
het vinden van een joodse identiteit, maar
dat gebeurt minder nadrukkelijk en met
minder raffinement dan in het werk van
De Winter, Möring en onlangs nog in de
beeldschone kleine roman Twee koffers vol
van Carl Friedman. Te vrezen valt dat de
grachtengordel weer eens iets heeft be
dacht dat maar voor een paar weken
spraakmakend is.
Ruimte
„Beschouw het maar als een visitekaartje,
als een verantwoording die een auteur in
zijn debuut aflegt over zijn persoonlijke
wordingsgeschiedenis. Ik hoop in de toe
komst ook over andere onderwerpen te
schrijven, maar daarvoor moest ik eerst
ruimte vrijmaken in mijn hoofd." Dat
laatste zal ongetwijfeld gebeurd zijn, want
in Resten van de eeuw heeft Daphne
Meijer veel van haar autobiografie 'ver
werkt'. Te veel, denkt de lezer aan het
einde,' want al haar frustraties over de
kraakbeweging en haar verblijf in de kib
boets moesten een plaats in de roman
krijgen. Zo ontstond een boek met een
veelheid aan thema's die ondanks de bijna
driehonderd pagina's niet goed uitgewerkt
konden worden.
Maar de aanzetten zijn méér dan veelbelo
vend. Verdienstelijk zijn de eerste vijftig
pagina's waarin Daphne Meijer .de ont
moeting beschrijft tussen haar alter ^egq,
de jonge joodse Dorith Flesschendrager en
de (joodse) journalist Jochem van Dam. Hij
werkt aan een verhaal over de kraakbewe
ging acht jaar na dato dat resulteert in een
reportage waar een uitspraak van Dorith
boven komt te staan: 'Volgens mij hebben
wij alle revolutionaire vuur opgebruikt
voor de rest van de eeuw'. Dat is tegelijk
het belangrijkste thema van de roman. De
revolutie is passé, maar dat wisten we al.
Kibboets
Daphne Meijer is niet een chroniqueur van
haar tijd die in navolging van Van der
Heijden de subcultuur van de kraakbewe
ging eens in romanvorm verbeeldt. Maar
Daphne Meijer
zij is dat wel met haar ervaringen in de
kibboets. Zeer uitgebreid verhaalt Meijer
over het dagelijkse leven, de sleur, de
onderlinge vijandschappen en de huisre
gels van 'de sekte' Dikla aan de grens van
Libanon. Alle gekkigheid die Tessa de Loo
heeft beschreven in haar
'commune'-roman Meander, is bij Daph
ne Meijer te vinden.
In de kibboets wordt een ideaal nage
streefd 'waarin ongelijkheid en onderdruk
king niet voorkomen'. Maar het tegendeel
gebeurt. De ideologiecommissie, -de
praatgroep van Dikla,- beslist over het
individuele lot van de leden: iemand mag
geen sociologie studeren maar kan beter
een opleiding voor kleuterleidster volgen,
privé-bezit moet worden ingeleverd met
als gevolg dat iedereen naar de geldauto
maat in de stad rent en zo zijn er meer
verschillen tussen droom en daad.
Band
h *-
Het bijzondere van Dikla is dat de sekte
start met joods-Arabische vriendschap
sprojecten. Mensen uit de dorpen worden
op Dikla uitgenodigd en uiteraard terugge
vraagd zodat er iets van een speciale band
zou ontstaan. Bovendien is Dikla een pres
siegroep voor bgtere levensomstandighe
den voor de dorpsbewoners.
Daphne Meijer heeft geprobeerd van Res
ten van de eeuw een spannende roman te
maken door het joods-Arabische conflict
aan te scherpen. Een auto wordt bijna van
de weg gereden, een bom ontploft en een
joodse jongen op bezoek in Dikla komt met
zijn hoofd tussen de schoepen van een
ventilator terecht -ongeluk of moord?-
en sterft. Dorith vindt het slachtoffer en
rust niet voordat zij alles heeft uitgezocht.
FOTO JOHAN DE BOER
Wat het sterkste gedeelte van de roman
beloofde te worden, blijkt nogal zwak af te
lopen voor wie het huidige thrillergenre
volgt. Daarvoor hoeft de lezer nog niet
eens alle Gouden Strop - nominaties te
kennen.
De dood tussen de schoepen is maar één
van de vele verhaallijnen in deze roman.
Er is het liefdesverhaal over Dorith en
Jochem, de pogingen van Dorith om een
roman te schrijven over haar belevenissen
in de kibboets die voor een groot deel
verzonnen zijn maar toch weer onderdeel
van de echte roman uitmaken, de herinne
ringen van Dorith aan de kraakbeweging,
filosofieën over de joodse identiteit en
uiteraard de afwikkeling van de moord.
Strakker
Alsof dit allemaal nog niet te veel is,
husselt Daphne Meijer voortdurend met de
tijd en het perspectief, zodat niet altijd
even duidelijk is wie aan het woord is, wat
er gebeurt en in welke context de gebeur
tenis moet worden geplaatst. Dfe composi
tie had wat strakker gemogen.
Niet echt briljant, maar onderhoudend, bij
vlagen meeslepend en méér dan eens om te
lachen: dit is zo langzamerhand de karak
terisering voor alle romans die bij Nijgh
Van Ditmar uitkomen. Daphne Meijer past
met Resten van de eeuw precies in dit
verhoudingsgewijs nieuwe fonds met aan
stormende talenten als E.M. Kummer, Ro
nald Giphart, Theodor Holman, Megghel
Doewina, Herman Franke, Chantal van
Dam en Lisette Lewin. Haar visitekaartje
heeft Daphne Meijer in ieder geval afgege
ven. Uit alles blijkt dat ze flair heeft en
daarom zijn de verwachtingen hoopvol.
Daphne Meijer: 'Resten van de eeuw'. Uitg.
Nijgh Van Ditmar, prijs 34,90.
VRIJDAG 28 MEI 1993
DE STEM
opgegraven wordt door de FBI.
De cliënt moet het niet van de
spanning hebben, want de han
deling is minimaal. Een groot
gedeelte van de roman speelt
zich af in de rechtzaal {De aan
klager van Turow indachtig),
waar een eigengereide rechter
voor heel wat komische ontwik
kelingen zorgt. De kleine Mark
is niet van plan om te onthullen
wat hij weet, bang als hij is voor
de wraak van gangster Barry het
Mes ('Om zijn linkerpols droeg
hij een smaakvolle gouden arm
band onder de diamanten Rolex.
Om zijn andere pols blonk een
fraai gouden kettinkje, dat
zachtjes rinkelde als hij liep').
Mark wordt bijgestaan door een
advocate, die zich na een mislukt
glamour-huwelijk nu met veel
idealisme inzet voor jeugdige de-
liquenten. Want dat is Mark ge
worden omdat hij door zijn zwij
gen het hof beledigt en ook om
dat een roddeljournalist (Slick
Moeller) hem beschuldigt van
moord op de advocaat.
Brr, wat een clichés allemaal.
Tel daarbij op dat het jongere
broertje de hele roman in coma
in het ziekenhuis ligt, de moeder
haar baan verliest, hun caravan
in de fik wordt gestoken en
Mark in de jeugdgevangenis be
landt, dan weet de. lezer dat De
cliënt niet meer dan de zoveelste
B - film kan opleveren.
John Grisham: 'De cliënt'. Uitg.
Bruna, prijs 34,90.
Lisa St Aubin de Téran
Door Marjan Mes
„Ik wilde me bewegen van de
'ene plek naar de andere. Ik was
altijd in beweging geweest Ik
genoot van het reizen op zich
zelf. Ik wilde niet naar deze of
gene plek in het bijzonder, ik
had eenvoudig geen rust, en ik
wilde ook nergens in het bijzon
der blijven."
Deze onrust drijft eigenlijk alle
personages in 'De stoptrein naar
Milaan', de nieuwe (vertaalde)
roman van de Britse schrijfster
Lisa St. Aubin de Teran. Maar
het meest nog de zestienjarige
hoofdpersoon Lisaveta, die be
hept is met een grote reiswoede
en rusteloosheid. Vandaar dat zij
meteen zwicht voor het voorstel
van een onbekende, geheimzin
nige man om met hem naar Italië
te reizen.
Deze Cesar ontpopt zich als een
Venezolaanse banneling, een po
litieke vluchteling die samen met
zijn revolutionaire vrienden Otto
en Elias rusteloos door Europa
trekt. Zij zijn op de vlucht voor
de dictatuur in eigen land en
voor de politie nadat zij geza
menlijk een bank hebben be
roofd. De sombere, ziekelijke
Cesar trouwt met Lisaveta en
leidt met haar en zijn vrienden
een opgejaagd maar tevens op
windend bestaan dat hen van
Londen naar Parijs en van Mil
aan naar Bologna voert.
Daar leven zij van de hand in de
tand, hun sieraden belenend en
restaurants oplichtend om te
kunnen eten. Het is een pure
overlevingstocht, maar St. Au
bin de Teran schreef geen dra
matisch boek. De elitaire Zuid
amerikanen uit haar boek, die
om niet geheel duidelijke rede
nen in hun land de kogel wacht,
vormen een groepje genotzoe
kers. Ze beleven ook plezier heb
ben aan hun onzekere bestaan,
waarin overdreven luxe en ar
moede elkaar afwisselen. De
plaatsen waar zij verblijven, be
tekenen voor Lisaveta en haar
companen net zozeer schoonheid
en avontuur als ontbering en
armoede.
Ondanks de ziektes van Cesar en
de bizarre ongemakken en rela-
tieprobelemen van de anderen is
'De stoptrein naar Milaan' voor
al een opwekkend boek over de
overlevingstocht van een groepje
onvolwassen bohémiens dat zich
niet wenst aan te passen. De
39-jarige schrijfster heeft deze
'reisroman' fraai en elegant ge-
FOTO MEULENHOFF
schreven, maar ik kan persoon
lijk niet zo erg geloven in haar
personages. De dood en het ge
vaar zitten hen op de hielen,
maar verontrusten doet dat niet
in het minst. Wellicht is dat voor
veel lezers juist de aantrekkings
kracht van dit boek en van deze
schrijfster.
Lisa St Aubin de Téran: 'De stop
trein naar Milaan'. Uitg. Meulen-
hoff, prijs 34,50.
Rolling Stone Keith Richards
werd op 18 december 1943 gebo
ren, maakte furore als sopraan
in het jongenskoor en werd lid
van de padvinderij, de beverpa-
rouille. Toch werd deze brave
Hendrik het symbool van rock
'n' roll-vandalisme. Om eerlijk te
zijn, het ging al mis bij de pad
vinderij.
„Ik heb ongeveer twee jaar bij de
padvinderij gezeten, en ik heb er
een hoop geleerd over hoe je in
het bos moet leven. Dat wilde ik
absoluut leren. Maar ieder jaar
hadden ze van die gigantische
bijeenkomsten van de padvin
ders uit het hele land: de jambo
ree. En bij één ervan smokkelde
ik een paar flessen whiskey naar
binnen. Kort daarna waren er
een paar vechtpartijen tussen
ons en een stel knapen uit York
shire, en dus verdachten ze mij."
Dat vertelt Keith Richards zelf
in Keith Richards. Het leven als
Rolling Stone, de veelgeprezen
biografie van Victor Bockris, die
nu ook in Nederland is uitgege
ven (uitg. De Kern). Niet alleen
in deze anekdote, die je de story
of his life zou kunnen noemen, is
de openhartigheid van deze
zwaar beproefde Stone zeer
groot.
Richards is muzikant, 24 uur per
dag, maar volgens een hand
schriftonderzoek is hij zeer af
hankelijk van samenwerking
met anderen. Lange tijd was hij
verslaafd aan heroïne, nu zijn de
middelen wat onschuldiger. Een
groot vrouwenversierder is hij
nooit geweest.
„Hij was niet zoals je zou den
ken dat popsterren zijn - achter
de vrouwen aan zittend", zei
Anita Pallenberg, lange tijd zijn
levensgezellin. „Op het toppunt
van hun roem droeg hij meestal
een spijjjgfbroek die praktisch
aan hem- 'vastgelijmd zat. Zo
prqlassfilten. een paar meisjes
eens hem te helpen om die uit te
trekken, maar dat lukte gewoon
niet."
Toen Keith als man van 36 voor
gesteld werd aan de ouders van
zijn nieuwe vriendin Patti Han
sen, ging het ook weer niet glad
jes: „Ik probeerde me netjes te
gedragen en overdreef dat. Ik
was dagenlang niet naar bed
geweest, werd dronken, vond dat
ik een beetje sympathiek moest
overkomen. In plaats daarvan
was ik uiteindelijk helemaal
doorgedraaid en vernielde spul
len, maar ze begrepen het. Ik
raakte door het dolle heen en ze
werden niet kwaad."
Wij begrijpen Keith Richards
ook, hij is een ongecompliceerde
Door Hans Bos
„Vrijheid is niets anders dan het
recht op een acceptabel leven",
zegt Celia del Pino tegen haar
kleindochter Pilar in de debuut
roman van Cristina Garcia, Cu
baanse Dromen. De opmerking is
even juist als navrant. Ruim één
miljoen Cubanen hebben de af
gelopen 35 jaar hun vaderland
de rug toegekeerd. De gelukki
gen mochten twee stuks kleding
meenemen en gingen met het
vliegtuig naar het 'beloofde
land', de VS. De minder fortuin
lijken trachten de tachtig kilo
meter zee die Cuba en Florida
van elkaar scheiden te overbrug
gen met wrakkige bootjes, zeil
planken of zelfs opgeblazen bin
nenbanden.
Hun leed vormt de ruggegraat
van Cubaanse Dromen, Cristina
Garcia's debuutroman. Een ma
gistraal werkstuk, dat zich in
één adem uit laat lezen. Het
autobiografische karakter staat
buiten kijf. De schrijfster, gebo
ren in het jaar dat 'El Lider' op
dit grootste Caribische eiland de
macht overnam, verliet Cuba in
1961 op tweejarige leeftijd. Pas
in 1984 keert ze voor het eerst
terug en ontmoet ze haar achter
gebleven familie.
En wat voor een. De hele roman
is een aanklacht tegen de psychi
sche en fysieke verscheurdheid
die Castro's regiem het Cubaan
se volk heeft opgelegd. Groot
moeder Celia bewaakt vanaf
haar veranda een stukje kustlijn
tegen de invasie door kapitalisti
sche Amerikanen. Daarbij teert
ze op een dertigjarige amoureuze
briefwisseling met een Spaanse
jeugdliefde, die als een rode
draad door Garcia's roman
loopt.
In haar dromen communiceert
Celia met haar kleindochter Pi
lar, genoemd naar Hemingway's
Cubaanse vissersboot. Vol
onvervulde verlangens zal gr
moeder Celia uiteindelijk
warme zee inlopen als een soort
offer aan de toekomst. „Vrou
wen die hun dochters overleven
zijn wezen. Alleen hun klein
dochters kunnen hen redden,
hun kennis bewaken als het eer
ste vuur", zegt Celia.
Pilar (ongetwijfeld Cristina Gar
cia) is op jeugdige leeftijd mil
haar ouders uitgeweken, woont
in New York en onttrekt ziel1
onder de dekmantel van artistiek
verantwoorde invallen aan aller
lei conventies. Haar tante Feli
cia, Celia's dochter, lijdt aar.
ongeneeslijke syfilis, maar
weerhoudt haar er niet van
op Cuba achter de mannen én de
op Afrikaanse leest geschoeid'
santeria-religie aan te blijyen ja
gen.
Pilars thuiskomst op het eiland
waar ze alleen nog een zefi
flauwe herinnering aan heeft, 's
één lange, maar ook beeldende
aanklacht tegen het verval er-
het onrecht dat het socialistisch
bewind van Castro heeft veroor
zaakt. Pilar: „Cuba is een merk
waardig ballingsoord, een
landkolonie. Vanuit Miami kun
nen we het per chartervlucht i»
dertig minuten bereiken, WaaI
we bereiken het nooit". 'Qj'
baanse Dromen' is een voortra-
felijke latijns-amerikaanse ro
man, waar emotie, visie en histo
rie op onnavolgbare wijze do®
elkaar lopen.
Christina Garcia: 'Cubaanse Dr0
men'. Uitg. Arena, prijs 39,50.
Keith Richards rechtsen Mick dagger. fotocbs
man van vlees en bloed en drank
in een strakke spijkerbroek.
Over zijn band met Mick
komen we niet veel te weten. Het
boek van Bockris heeft geen
scherpe randen, het is aardig ij
alle opzichten. Aardig om te le.
zen en aardig voor Keith. (DV)
Welke actrice mist het acteerta
lent van Katharine Hepburn,
zucht naar roem en succes var
Bette Davis en Joan Crawford
de fotogeniekheid van Marilyn
Monroe en Lauren Bacall,
benen van Marlène Dietrich,
stem van Judy Garland, de on
deugende humor van Ginger Ro
gers, de glamour van Lana Tur
ner en Rita Hayworth, de seksu
ele uitstraling van Jane Russel
en de geheimzinnige uitstra
lingskracht van Greta Garbo
- terwijl ze toch een diva is ge
worden, nog wel de laatste
Hollywood?
Elizabeth Taylor, in de ogen van
Andrea Thain en Michael 0.
Huebner. Zij hebben leven en
werk van de in 1932 geboren
filmster beschreven in 'Elizabetk
Taylor, Hollywoods laatste diva',
wat de uitgever ten onrechte een
biografie heeft genoemd; het is
meer een journalistiek produkt,
een reportage (BZZTöH,
f 39,50).
De stijl is die van een keuken
meiden-roman: „Toen Elizabeth
dit vernam, wierp ze zich hui
lend op haar bed en krijste: „Ik
wil een filmster worden" -ze
was toen bijna tien.
Het spreekt van zelf dat Howard
Hughes, de excentrieke multi
miljonair, uitgebreid in
komt. „Bij een dinér1 in het huis
van de Grangers kwam Eliza
beth Howard Hughes weer te
gen. „Hij gluurde altijd in het
decolleté van de mooiste vrou
wen ter wereld. Hij was bezeten
van Liz' en Jeans tieten. Voorde
lol vroegen we hem aan welke
borsten hij de voorkeur gaf, en
hij antwoordde eerlijk dat hij
daarover geen beslissing kon ne
men."
Acteurs, regisseurs en journalis
ten worden geciteerd zonder dal
er iets duidelijk gemaakt wordt:
Rock Hudson, Stewart Granger,
Spencer Tracy, Za Zsa Gabor,
Robert Taylor, Debbie Reynolds,
Eddy Fisher, Hedda Hopper, Ri
chard Burton, Robert Mitchum,
Tony Curtis en vele anderen.
BORGEN spelen The Gai
0p de Pinksterkermis in I,
dijke.' Nee, dit is geen kop
25 jaar geleden, al had da
tuurlijk goed gekund. Het i|
melijk precies een kwart
geleden dat deze 'sixties-1
ju zaal Hofzicht in IJzen
optrad. Vorig jaar hielden
Garands een reünie in Bier
pe juichende reacties dedi
bandleden besluiten weer
vaker op te treden,
gaal Hofzicht was in de
zestig toonaangevend op p
pied in Zeeuws-Vlaandi
Veel bekende Nederlandsej
tiesten, onder wie Rob de
peter en his Rockets en
and the Blizzards, maakti
bun opwachting. Op de
sterkermis speelden altijd
Garands. Menig muzieklie;
ber weet zich hun optredens
te herinneren. Morgenavom
ze de sfeer van die
herleven. Alle succesnum
uit de sixties staan weer op
repertoire. Later dit jaar vo
nog optredens in Hoek er
Biervliet.
Zaterdag 29 mei; aanvang
uur.
BAND To the Point tr
volgende week op in Den
laert in Hulst. Het voorprogi
ma wordt verzorgd door
groep Dyspepsia uit Terneuz
To the Point bestaat al vijf
speelt daarvan de laatst
ren in de huidige bezetting,
repertoire bestaat uit covers
groepen zoals Genesis, Pink
i Toto, en The Cure, maa
band maakt meer en meer e
muziek met symfonische roe
uitgangspunt. To the Poir
destijds begonnen als scl
band van sg Jansenius en
jde onder deze noemer
optredens. Het hoogtepunt
bij was het optreden in het
tival 'Beste schoolband van
Concertagenda
Pinkpop met Black Crowes, L
Kravitz, Living Colour, Alic|
Chains, Bettie Serveert, Red D(|
Claw Boys Claw, Jayhawks en
lonious Monster, maandag in 1
graaf
-Depeche Mode, 1 juni in Ri
aam (Ahoy')
-Jayhawks, 1 juni in Amster
(Paradiso)
-The The, 1 juni in Utrecht
aenburg)
-Faith No More, 2 juni in Rol
dam (Ahoy')
-Thelonius Monster, 4 juni
Utrecht (Tivoli), 6 juni in Eindh
Effenaar), 7 juni in Amster;
(Paradiso)
-Guns n' Roses/The Cult, 5
(De^ff ch)) en 6 juni in Nijm
-Fishbone, 4 juni in Amster
^radiso), 5 juni in Utrecht (Ti1
- Velvet Underground, 8 juni in
sterdam (Paradiso, uitverkoch|
juni in Rotterdam (Ahoy')
-Festival of Rock'n'Beat met J<
ny Lion Jumping Jewels,
jee the Alligators, Johnny
da11 the Heralds, FBI, Hu»
mlltops, Crazy Rockers, Black
wonds, Crazy Rockers eva. ok
"ü1 in ^en Haag (Statenhal)
~JIetallica/Megadeath/AIice
b?ains, op 12 juni in Rotten
(Feyenoord)
-Pere Ubu, 21 juni in Amster
(Paradiso)
-Jethro Tuil, 17 juni in Utr
Wredenburg)
(TivoU)Zil Zappa' Utr
"Halfway Amsterdam met oa.
Morrison, Melissa Etheridge, Ti
THEATRE du Chêne
"ankrijk besluit het Dt
fi ?Pe®s Theater Festival in
okhuis in Antwerpen met t
orstellingen van 'Anna M
m, le temps d'une messe'
Mand Meffre in de regie
'iJr Oelas en met Bernad
[a^ln in de rol van Anna M
jj het stuk, dat op zaterda.
^dag a® mei wordt o
sai-t zien we Magnani
ste rol, maar daarom nie
it^'®ste' tijdens haar begr
Mis Magnani, 'Mama Ro
kJj aanse actrice die ge
n Werd door Fellini, P
'"Msellini en die een u
J, Zij bouwt de sacristie
a een theaterloge en ve
a Publiek over haar zoon.
e a rarnan> baar slapeloosh
ynerikaanse cinema, So
n en andere jonge act
Door Johan Diepstraten
Twee jongetjes zien in het bos
hoe een man probeert zelfmoord
te plegen. Hij bevestigt een uit
einde van een tuinslang aan de
uitlaat en duwt de andere door
een kier van een portierraampje
naar binnen. Met een fles wisky
in de hand gaat hij achter het
stuur zitten. De elfjarige Mark
trekt de tuinslang keer op keer
los. De man die zich van kant
wil maken, waggelt telkens de
wagen uit en krijgt uiteindelijk
de jongen te pakken. In de auto
bedreigt hij hem met een pistool,
vertelt hem de reden van deze
noodsprong en besluit dat ze
samen moeten sterven. Het klei
ne broertje Ricky weet Mark te
redden.
Het is het fascinerende begin
van de thriller De cliënt van
John Grisham die naam maakte
met Advocaat van de duivel en
Achter gesloten deuren. Volgens
de achterflap overschrijdt Gris
ham met De cliënt 'de wettelijke
grenzen van spanning'. De film
rechten werden al voor astrono
mische bedragen verkocht voor
dat het boek gereed was. Het zal
niemand verwonderen dat deze
hype, nog maar amper in de
boekhandel, onmiddellijk de top
tien binnenstormde.
Het vreemde van deze thriller is
dat het na het eerste hoofdstuk
eigenlijk afgelopen is met de
spanning. De zelfmoordenaar, de
louche advocaat Clifford, ont
hult aan de jongen dat het lijk
van senator Boyette bij hem in
de garage onder de grond is
gemetseld. Ruim driehonderd
dichtbedrukte pagina's heeft
Grisham nodig voordat het lijk
i