Anders denkend katholiek „Celibaat alleen mogelijk met hechte vriendschappen" [Briefwisseling tussen de gebroeders Ker(c)khoffs Kerk erkent problemen van vrouwen niet nflessen Nieuw-Apostolische Kerk groeit gestaag GEESTELIJK LEVEN becue Promotie-onderzoek aan Vrije Universiteit DE STEM MAANDAG 17 MEI 1993 becue (of zoals de q) weer tevoorschijn illde krabbetjes hier mber. stelen in ruim vijf n snipper ze grof. Doe e ingrediënten in een en suiker. Schep het e pan snel aan de kook er doorpruttelen op een n valt de rabarber uit oorkoken (20 minuten) -n te verdampen en de aak ondertussen potten us in te bewaren. Giet et deksel eraf afkoelen, e voorraad voor de hele Door Margit Spaak-van Bruggen Nijmegen - „Bisschop Bar moet een verscheurd mens zijn. Hij heeft, naar we mo gen aannemen, écht gepro beerd zich te houden aan de verplichting van het celibaat en desondanks toch een sche ve schaats gereden. Het is heel menselijk. Zelfs een bis schop, in zo'n eenzame posi tie en zo kwetsbaar, is geen heilige. Maar hij moet zeer teleurgesteld zijn in zichzelf omdat hij, diep gelovig, toch niet kon voldoen aan wat nu eenmaal regel is in zijn kerk." Dat denkt de psychologe drs. A. Hoenkamp-Bisschops, die aan de Katholieke Universiteit in Nijmegen promoveert op haar onderzoek „Intimiteit en be schikbaarheid. Het celibaat bij priesters in het basispastoraat". Hoenkamp interviewde daarvoor 24 willekeurig gekozen priesters uit de zeven bisdommen. Het is voor het eerst dat wetenschappe- j lijk onderzoek gedaan is naar de manier waarop katholieke gees telijken zich aan de celibaatsver- plichting proberen te houden. Het celibaat werd in de twaalfde eeuw verplicht gesteld. Bij het Tweede Vaticaans Concilie in de aren zestig is vastgesteld dat celibaat noodzakelijk is voor priesters omdat zij zich alleen dan optimaal beschikbaar kun nen stellen voor de parochie. Een relatie met eventueel kinderen zou de aandacht van de herder teveel afleiden van de parochia nen. Uit het onderzoek van Hoen kamp-Bisschops blijkt juist het tegenovergestelde het geval: „De grote grijze groep die zich min of meer aan het celibaat houdt, maar niet van harte, is juist het minst beschikbaar voor de paro chie. Deze mensen hebben veel aandacht voor zichzelf nodig. Zij vragen veel bevestiging, juist omdat zij nog steeds worstelen met de verplichting van het celi batair leven, wat hen in de kern van hun leven raakt. Hun han den zijn vrij voor de parochie, maar hun hoofd en hart niet", stelt de promovenda. Met partner Zes geïnterviewde priesters uit het onderzoek hebben het celi baat aan hun laars gelapt en leven een tevreden leven met een partner. Zes andere priesters hebben bewust voor het celibaat gekozen en onthouden zich van seksueel contact. „Opvallend ge noeg zijn dat vrijwel allemaal jonge priesters, die van de mo derne theologie-opleidingen ge komen zijn. Zij konden ook pas toraal werker zonder celibaats verplichting worden. Daaruit kan je concluderen dat het celi baat alleen haalbaar is voor mensen die daar zelf bewust voor gekozen hebben." De celibaatsverplichting wordt in de nieuwe opleidingen vaak ter discussie gesteld. Veel aan dacht is er voor de grote emotio nele problemen die celibatair le ven met zich meebrengt. „Het celibaat is, blijkt uit mijn onder zoek, slechts mogelijk voor men sen die in staat zijn hechte vriendschappen aan te gaan, waarin zij zichzelf bloot durven geven. De echte celibatairen blij ken allemaal psychisch even wichtige, uitgerijpte mensen te zijn, die enkele heel goede vrien den hebben." Blootgeven Hoenkamp legt dat uit: „Ieder mens heeft behoefte aan een an der mens om af en toe bij uit te huilen en op te steunen. Die Sili Mevr. dr. A. Hoenkamp-Bisschops. mens moet jou ook accepteren lijkst in een partnerrelatie, om schaduwzijden van je dat die exclusief is en omdat je FOTO ANP met de scnaüuwzijden van karakter. Die moet je dus durven te laten zien. Dat is het makke- je bij seksueel contact in ieder geval in letterlijke zin al bloot geeft. Je figuurlijk totaal bloot geven in een platonische relatie is veel angstwekkender." Hoenkamp vermoedt op basis van haar onderzoek dat een groot deel van de gewijde katho lieken zich alleen aan de opper vlakte aan het celibaat lijkt te houden. „Vroeger was het veel makkelijker. Toen had een pries ter sowieso aanzien. Hij kreeg aandacht, eerbetoon en respect. Die bevestiging van zichzelf le verde geborgenheid op en maak te het makkelijker celibatair te leven." „Tegenwoordig heeft de priester voortdurend conflicten: zijn pa rochianen eisen vrijheid en auto nomie op gebieden als relaties, seksualiteit en geboorteregeling waar zijn kerkelijke hiërarchie juist tegenovergesteld over denkt. De priester kan het nooit iedereen naar de zin maken. Daarnaast is de werkdruk zeer hoog en die wordt steeds hoger. Des te meer behoefte krijgt hij dus aan bevestiging van ande ren. Des te moeilijker wordt het om met de celibataire leegte te leven." Taboe Overigens blijkt wel uit het on derzoek dat ook vroeger met het celibaat de hand werd gelicht. Verschillende geïnterviewden vertellen over seksuele contacten met paters op het Klein en Groot Seminarie. Een ander bekent dat hij anoniem nachtclubs en ho mobars bezocht in een andere plaats. Praten over celibaat is echter tot voor kort zo'n groot taboe geweest, dat deze ervarin gen steeds met de mantel der liefde bedekt zijn gebleven. „Toch zou ik niet adviseren, als het mij gevraagd werd, om het celibaat zonder meer af te schaf fen. Echt celibatair leven is een spirituele levensgrond, die heel belangrijk is voor het getuigen van je geloof. Het celibaat als vrije keuze zou naar mijn me ning gesteund moet blijven door de instituties. Hoenkamp-Bisschops kiest haar woorden zorgvuldig: „Er moet wel iets aan veranderen. De keu ze tussen pastoraal werker zon der celibaat en gewijd priester met celibaat is niet helemaal redelijk, want de pastoraal wer kers worden toch wat minder geacht. Daarbij mogen ze geen sacramenten bedienen en dat zijn juist de momenten waarop de herder heel dicht bij de men sen komt. Juist de momenten die het ambt waardevol maken. Hoe het dan wel moet met het celi baat is een diepgeworteld theo logisch probleem, waar niet zo maar een oplossing voor te be denken valt. De huidige ver plichting is in elk geval ook niet geschikt."(ANP) d al maandenlang smachtend warme zomerdag waarop e zomerjurken en hun blote rouwen. De afgelopen weken ilen. Doorschijnende jurken, strak en wijd, alle mogelijke vereld de dood van de jurk meer aanwezig dan ooit. reel vormen wordt gepresen- iig kan ergens óver en óp ipte doorknoopjurk over een een legging, een lange rok of lenen zich voor die combina- laten zich makkelijk in met een steeds wisselende sfeer, boerenmeiden, dan weer aan nodieuze snit van de jurk is ïtsels. Zo'n jurk wordt vaak een lang, mouwloos vest. Voor rmige stretchjurken. Tijdlozer es in piepklein bloemendessin zomaar door-de-weekse glitter urken met wijde cirkelrok ■ouwentypes uit films laat Karl jasschort op een geheel nieuwe irknoopjurk van te maken. D® sin bedrukken, bestaande ui kan gedragen worden op !nte teenslippers en een hooi® brfeld met zijn lange jurken omantiek is weer terug in rile, bedrukt met tere bloeme® en wordt versterkt door gedragen worden. zomerjurkjes is het decolle wezen. Geen wonder dat de gevulde bh's en push-up i Twee broers. Arnhem- mers van geboorte. Beide j op leeftijd nu. In hun jongelingsjaren alletwee I op een seminarie gezeten. I De een bij de Kruisheren in Uden, de ander bij de Missionarissen van het H.Hart in Driehuis-Vel- sen. Niet van hun geloof afgevallen. Maar ze zit ten toch niet meer op hetzelfde spoor. Dat blijkt uit de openhartige brieven die ze elkaar de laatste jaren hebben ge schreven. Over vroeger en nu in de kerk. I Door Jan Bouwmaris 'Beste Henri' Kerckhoffs (75 [jaar) en 'Goede Bert' Kerkhoffs 188 jaar). Ze spellen hun achter raam niet exact hetzelfde. Toen [Henri ontdekte dat honderd jaar geleden in Maastricht een fout 'ras gemaakt met de spelling van tóe naam van zijn stamvader, liet pi zijn achternaam door de kan- tonrechter in de oorspronkelijke spelling herstellen. Kerckhoffs in plaats van Kerkhoffs. Ge- jwel voor historie. [Hun briefwisseling is een per- [soonlijk relaas. Maar tegelijk een [tijdsdocument. Zestig jaar ka tholicisme in Nederland, beleefd [door twee geëngageerde broers. [Met vaardige pen aan het papier [toevertrouwd. Geen wonder, [want Henri is jaren lang journa- 'ist geweest en Bert zijn hele l'even. 'Anders denkend katho- k' hebben ze het boek ge doemd waarin ze hun briefwis- aan de openbaarheid prijs Seven. Het verschijnt dezer da tebij Gooi Sticht in Baarn. gebroeders Ker(c)khoffs pmmen uit een oerdegelijk Mams-katholiek gezin. Hun luders kwamen uit Limburg, [«der was deed in textiel. De pers herinneren zich hem als 'Mom, eerlijk, rechtlijnig, ge- feht een eeuwige waarheden, pannen als Poels en Ariëns wa- naar zijn hart. Hun gang ptijds naar het seminarie was loral door moeder gestimu- frd. 'Braaf, onderdanig', herin- prt Henri zich haar. Voor Bert tas ze roomser dan de paus. Poen hij als seminarist verliefd Fe™ °P Gonneke die bij pa in de «ak werkte, was moe in alle ftaten. ®n heeft het grootste deel van ;]n leven in Nijmegen gewoond, er' is altijd in Arnhem geble- Bert Kerkhoffs (I) en Henri Kerckhoffs (r). ven. Beide hebben het rijke roomse leven met de paplepel binnen gekregen. Bert meent dat Henri daar meer van heeft over gehouden dan hij. Die waarne ming schokt Henri, want hij wil progressief zijn. Maar hij geeft Bert gelijk. Terug van het semi narie is Henri de journalistiek ingegaan. Maar hij kan er zijn idealen niet kwijt. In zijn vrije tijd begint hij te schrijven voor tijdschriften van religieuze or den en congrergaties. Hij gaat publiciteit voor hen verzorgen. Hij zegt de journalistiek vaarwel en wordt als leek fulltime roe pingen-propagandist. Dat doet hij tien jaar. In zijn vrije tijd studeert hij in Nijmegen ethiek, vooral met het oog op de ver pleegkunde. Hij gaat lesgeven op A-opleidingen verpleegkunde, neemt godsdienstlessen over van rectoren, wordt in Breda direc teur van het katholieke tehuis 'Moederheil' voor ongehuwde moeders en hun kinderen en ein digt zijn actieve loopbaan als directeur van een humanistisch verzorgingstehuis (in meerder heid bevolkt door katholieken). In 1962 is hij in Rome bij de eerste zitting van het Tweede Vaticaanse Concilie. Hij ziet hoe de bisschoppen teleurgesteld in de Vaticaanse ambtenaren naar huis gaan. Maar onvergetelijk en openbarend blijft voor hem het samenzijn met paus Johannes XXIII. Ja, schrijft hij zijn 'Goede Bert', ik heb veel van het rijkse roomse leven overgehouden. Maar meer om de nostalgische koestering, niet om de geloofsin houd, want die was er nauwe lijks. Bitter Bert bewaart aan het rijke room se leven alleen maar nare en bittere herinneringen. De kerk dienst was toen voor hem een grote show. De seminarietijd heeft hem alleen maar verder van kerk en geloof afgebracht dan dichterbij; het waren 'con centratiekampjaren' voor hem. Op het seminarie werd je toen volgestopt met onbenulligheden. Je moest je bijvoorbeeld het hoofd breken over de vraag of een krantenbezorger op zondag mocht bezorgen (ja, want het is zijn brood) en of een moeder op zondag mocht breien (nee, want dat kan ze net zo goed op andere dagen doen). Hij keert het seminarie de rug toe. Het geloof doet hem niets meer. Maar voor zijn ouders gaat hij nog naar de kerk. Als ver slaggever van De Gelderlander doet hij vijf jaar lang verslag van de berechting van oorlogsmisda digers. Hij zoekt het in die jaren bij de Rozenkruisers, de Pink stergemeente, de hervormde kerk, de gereformeerde kerk, de Oud-Katholieke Kerk. En er vaart gaandeweg: je kunt God laten vallen, Hij laat jou niet los. De kerk zit hem echter dwars. Daar helpt Anton van Duinker ken hem overheen. Zijn uit spraak wordt Bert zijn devies: „Jongens, dat die kerk van Jezus Christus al 2000 jaar bestaat, is NIET de schuld van de pas toors!" Moeilijk Hoe staan de broers er nu voor? Bert noemt zichzelf al jaren geen katholiek meer. Als iemand hem naar zijn geloof vraagt, is zijn antwoord: „Ik probeer christen te zijn en dat is verrekte meoilijk." Maar hij gaat vaak naar de kerk, ook door de week. Het irriteert hem als priesters niet knielen na de consecratie. Hij heeft daarover de kardinaal in Utrecht wel benaderd. En wat hem al lang hoog zit, is - wat hij noemt - „die stilzwijgende, ge ruisloze greep naar de (sacra mentele) macht van een aantal pastorale werk(st)ers". De KRO heeft hij de deur uitgedaan in een tijd dat de K voor die om roep zijns inziens weinig meer betekende. Henri is betrokken bij de Boska- FOTO GERARD VERSCHOOTEN pel in Nijmegen. Hij is een zon dagse kerkganger, soms voor ganger. Hij meldt zijn broer: „Ik ben en blijf katholiek, al moet je dat ruimer verstaan dan rooms- katholiek. Met Rome heb ik na melijk niet veel op. Ik ben en blijf lid van de KRO. Jij vereert heiligen, ik niet, azlthans niet in die zin dat ik ooit een heilige te hulp zal roepen." En met bis schoppen zegt Henri helemaal niets meer te hebben sinds kar dinaal Alfrink gedwongen werd naar Rome te komen om Gij sen mede tot bisschop te wijden. Verrassingen Voor wie nu denkt dat hij uit het voorgaande wel ongeveer kan opmaken hoe Henri of Bert over allerlei kwesties denken, biedt 'Anders denkend katholiek' nog best verrassingen. Veel onder werpen komen aan bod, interes sant, maar ook ontroerend. Bert en Henri Ker(c)khoffs: 'An ders denkend katholiek', uitge verij Gooi Sticht, 17,50 cers in Frankrijk kunnen week zonder problemen ui Beaujolais houden. De t die streek gaat zijn ne le voorzien, tiket een doorzichtige sticker op staat. De techniek, Ta n oruikt om kassa's, straatna® >aar te maken. ®Pen (anp) - De kerk er- rent problemen die vrou- fj® "aar voren brengen, niet l?s haar eigen problemen. Rarmee handelt zij in de Pen vai> feministische vrou- I strijd met haar eigen orele zelfverstaan" als gpeenschap van gelijken" I "gemeenschap van mensen tl' §er°epen zijn elkaar in pof op te bouwen." F schrijft drs. L. Werkman in f P oefschrift 'Recht doen aan Kii o.en 'n kerken', waarop ■Xf'kg aan de Vrije Uni- IrofrV T,te Amsterdam bij rjveerd uf,Kuitert is gepro- ■f. j,, erkman is sinds be ert,.,,, 'aar afs docent ethiek fhversitAr3an de TheoI°gische I keit van de Gerefor- meerde Kerken in Kampen. Haar promotie-onderzoek heeft be trekking op de hervormde en gereformeerde kerken. Feministische vrouwen verwij ten de kerk onder meer uiterst traag en terughoudend te zijn in de erkenning dat incest en ander seksueel geweld tegen vrouwen ook een probleem van de kerk zijn: een probleem dat volgens hen dus ook door die kerken gesignaleerd en bestreden moet worden. Kerkelijk pastoraat wordt door vrouwen vaak als bevoogdend en vervreemdend ervaren. De pas tor moet volgens hen bereid zijn om als bondgenoot te dienen. „Dat veronderstelt de bereidheid om te willen luisteren zonder te oordelen, om eigen theologische inzichten ter discussie te willen stellen en de eigen positie te analyseren." Ook op het taalgebruik in de liturgie hebben de vrouwen kri tiek. Veelal herkennen zij zich niet in de exclusief-mannelijke taal die in de liturgie gebezigd wordt. Het zit de vrouwen vooral dwars dat het met als probleem van de gemeenschap wordt er kend, dat een groep leden geen andere keus heeft dan die tussen „niet meezingen van kerkliede ren of meezingen in een taal die hun bestaan negeert." Kerken zouden op een creatieve en kritische manier moeten kij ken naar de taal die zij gebrui ken en deze zo aanpassen dat niemand zich buitengesloten hoeft te voelen en allen zich, in elk geval van tijd tot tijd, „volle dig genoemd weten." Sinds de Nederlandse Hervorm de Kerk en de Gereformeerde Kerken in Nederland enkele tientallen jaren geleden de amb ten openstelden voor vrouwen, is de plaats van vrouwen volgens Werkman als specifiek onder werp uit het centrum van de kerkelijke aandacht verdwenen. De ongelijke behandeling van vrouwen zou zijn opgelost. Gelijke behandeling is volgens feministische vrouwen in de ker ken echter nog geen recht doen aan vrouwen. Zij menen dat ge lijkheid niet meer betekent dan dat vrouwen mee mogen doen „in een organisatie met een tra ditie die ervaringen van vrouwen systematisch negeert." Recht doen aan vrouwen zou volgens hen moeten betekenen dat vrou wen „als subject in de theologie en de kerkelijke praktijk worden erkend." De manier van leidinggeven in de gevestigde kerken zien femi nistische vrouwen als een van de obstakels. Vrouwen voelen zich behandeld als objecten over wie van bovenaf macht wordt uitge oefend. Zij pleiten daarom voor leiderschap „dat mensen aan spreekt als subjecten en hen aanspoort om zelf verantwoor delijkheid te nemen." Aan vrouwen in de kerken wordt geen recht gedaan, wanneer niet wordt erkend, dat veel van het leed van vrouwen wordt veroor zaakt door hun in veel opzichten nog steeds onrechtvaardige posi tie in de maatschappij. Bij standsvrouwen kunnen bijvoor beeld niet door de kerk in de armen worden gesloten, zonder dat deze ook stelling neemt te gen de onrechtvaardige positie van vrouwen in en bij de ontbin ding van een huwelijk. Van onze verslaggever Tilburg - Op Hemelvaartsdag, donderdag 20 mei, stroomt schouwburg De Nobelaer in Etten-Leur vol met ruim zevenhonderd jongeren van de Nieuw-Apostolische Kerk. Haar vijf zuidelijke districten houden daar hun jaarlijkse jongerendag. De Nieuw-Apostolische Kerk is in ons land nauwelijks bekend. Toch heeft ze de wind in de zeilen. Een kennismaking. „Ik ben van de Nieuw-Aposto lische Kerk." Van de wat..?" „De Nieuw-Apostolische Kerk!" „Nooit van gehoord!" Hoe vaak hij deze reactie niet meemaakt, vertelt de heer K. van den Broeke uit Dongen. Hij is priester van de nieuw- apostolische gemeente in Til burg. Het priesterschap is in dit kerkgenootschap geen be roep, maar vrijwilligerswerk. Voor zijn dagelijks brood werkt hij bij een krantenuit geverij in Breda. Niet alleen het priesterambt, maar bijna alle ambten en functies worden in de Nieuw- Apostolische Kerk door vrij willigers bekleed. Sinds hij in de VUT is steekt de heer A. Tijssens uit Tilburg bijna al zijn tijd in het kerkewerk. Hij is de nieuw-apostolische dis trictsvoorganger in Noord- Brabant en Zeeland en dis trictsevangelist in Limburg. In Nederland telt de Nieuw- Apostolische Kerk op het ogenblik zo'n 13.000 leden. Ze zijn georganiseerd in 90 plaat selijke gemeenten. In Noord- Brabant en Zeeland zijn er nieuw-apostolische gemeenten in Oss, Aarle-Rixtel, Eindho ven, Den Bosch, Tilburg, Bre da, Bergen op Zoom, Terneu- zen en Vlissingen. Wereldwijd telt de kerk meer dan zes miljoen leden. Ze behoort vol gens de heer Tijssens tot de snelst groeiende kerken op de wereld, vooral in Afrika, Azië en Rusland. Onderscheid De Nieuw-Apostolische Kerk onderscheidt zich van alle an dere christelijke kerkgenoot schappen door haar aposte lambt. Dat heeft zij opnieuw ingevoerd. Ze grijpt ermee te rug op de oertijd van het christendom. In de Nieuw- Apostolische Kerk is het apos telambt meer dan een gezags- functie. Het is haar centrale organisatieprincipe en bepaalt wezenlijk haar wijze van wer ken. Het apostelambt maakt de kerk beweeglijk en dyna misch zoals in de begintijd. Daaraan schrijven Van den Broeke en Tijssens de snelle groei toe. De Nieuw-Apostolische Kerk is vorige eeuw ontstaan in Groot-Brittannië. Rond 1830 waren er mannen in de Angli caanse kerk niet zo gelukkig meer met het kerkelijke leven. Er ontbrak iets, vonden ze. Het ontbrak de kerk aan het vuur van de eerste christenge meenten. Dit gevoel kwam op verschillende plaatsen in En geland en Schotland boven drijven. „Ze bezonnen zich. Ze hebben gebeden en de bijbel bestudeerd. Zo rijpte de inge ving dat het oorspronkelijke apostelambt aan de kerk moest worden teruggegeven. Dan zou ook het vuur dat de eerste christengemeenten zo kenmerkte, weer gaan bran den." Profetische monden, vertellen Van den Broeke en Tijssens, hebben bevestigd dat deze mannen het bij het rechte eind hadden. Zo begon in 1832 het apostolische werk. De initia tiefnemers wilden hun idee binnen de Anglicaanse kerk realiseren. Maar ze zijn eruit gezet. In Duitsland en Zuid- Amerika kwamen mensen in dezelfde tijd tot dezelfde ge dachten. Al die mensen hadden een sterk geloof in de wederkomst van Christus en zijn vestiging van een vredestijd op aarde. „Ze waren er van overtuigd dat de eindtijd was aangebro ken. Maar ze hielden er even-' zeer aan vast dat dag en uur onbekend zijn. Dat geloof drijft ons nog altijd. Het boek Openbaring van Johannes speelt in onze kerk een grote rol. Maar we laten ons niet verleiden tot berekeningen van een datum of een jaartal van het einde van de wereld", aldus de heren van den Broeke en Tijssens. Rondtrekken Apostelen waren in de begin tijd van het christendom de leiders. Maar zij trokken rond om het evangelie te verkondi gen. Als er ergens een gemeen te was ontstaan, stelden ze daarover opzieners aan. Zelf trokken ze dan weer verder. Die methode is voor alle tij den, daarvan is de Nieuw- Apostolische Kerk overtuigd. De kerk telt ongeveer 240 dis tricts- en gewone apostelen onder leiding van het Petru sambt dat in Ztirich is geves tigd. Zij vormen de enige be roepskrachten. De Nieuw- Apostolische Kerk is dan ook een echte evangelisatiekerk. „Dat is ons karakter en daar zijn we trots op", aldus de heer Tijssens die in de textiel branche heeft gezeten. Geen politiek De Heilige Geest speelt een hoofdrol in de Nieuw-Aposto lische Kerk. De kerk kent daarom naast doop en avond maal als derde sacrament de 'afdracht van de H.Geest' door handoplegging van een apos tel. „We houden ons in onze kerk uitsluitend bezig met de geestelijke mens. We onthou den ons van politiek", bena drukt priester Van den Broe ke. Sociaal werk en leniging van nood horen er bij, vooral leniging van geestelijke nood. Een ambtsopleiding kent de kerk niet. Zij vertrouwt ook wat dit betreft dat de Heilige Geest haar de geschikte lei ders zal aanwijzen. In de praktijk houdt dat in dat men sen die zich uit eigen bewe ging inzetten voor de kerk, benaderd worden om een ambt te gaan bekleden. Daar bij begint een kandidaat altijd onderaan. Van daaruit kan ie mand doorgroeien naar hogere ambten. De Nieuw-Apostoli sche Kerk recruteert bij voor keur ertdfer haai Meer dan- den er, zoals melvaartsdag verwacht m ten-Leur.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1993 | | pagina 9