Mannen van de belastingbijbel 'Rot Roker in kroeg onder de afzuigkap Citroën en Ford weer tegelijk met concurrerende modellen Archieven 'Oort is een puinhoop: hele administraties zijn er door ontregeld' Eén baantwee bazen Boekje met ideeën over alternatief overnachten CONSUMENT LETSELSCHADE CONSUMENT KORT Nog veel onduidelijk in bijsluiters medicijnen DE STEM DONDERDAG 25 FEBRUARI 1993 02 Door Nico Koolsbergen Breda - Belasting betalen. Niemand doet het graag, maar als het dan toch moet liefst zo weinig mogelijk. Deze weken zitten miljoenen mensen te rekenen en te tobben met ingewikkelde vragen die net weer iets anders bedoeld blijken te zijn dan het op het eerste gezicht overkwam. De belastinginspecteur verwacht het aangif tebiljet uiterlijk 1 april in zijn brievenbus. Is er nog leven na Oort? Wie er zelf niet uitkomt, raad pleegt een deskundige kennis, schakelt een al of niet dure advi seur in, vraagt de vakbond om hulp. Honderdduizenden mensen kopen elk jaar een belastingal manak. De oudste is die van Elsevier die in 1956 voor het eerst verscheen en gaandeweg een bijbel voor belastingbetalers èn belastingontvangers werd. Want ook bij de inspecties, bij de belastingtelefoon of het ministe rie van Financiën wordt het boekwerk veelvuldig geraad pleegd. Twee heren zijn al sinds de oer- almanak bij deze uitgave betrok ken. Al 38 jaar staan de namen van E.N. Jonker uit Den Haag en prof. A. Meering uit Hilversum in het lijstje met de redacteuren. De twee zijn nu al aan het denken over de almanak van volgend jaar. Belasting betalen houdt nooit op. Wanhoop Is er nog iets af te trekken sinds de invoering van het plan Oort? Prof Meering veert op. „Oort is een wanhoop!", zegt hij. „Veel kosten zijn nog maar voor een deel aftrekbaar. Hele admini straties zijn erdoor ontregeld. Hoe konden ze het bedenken?" Hij vreest ook dat veel mensen de moeite niet meer nemen zich door de materie heen te worste len omdat ze denken dat het geen zin meer heeft. Dat wordt, zegt Jonker, in de hand gewerkt door het aangifte biljet zelf. „Het probeert de mensen naar een vereenvoudigde probleemstelling te dwingen. Het suggereert dat er vooral ja/ nee-antwoorden zijn. Maar de belastingwetten zijn wel wat ge nuanceerder." De Toelichting is niet veel beter, aldus Meering. „Het is nu een klein boekje, uitvoeriger dan vroeger. Met echter een vrij schoolmeesterachtige opstelling: zó is het. Als het om een eenvou dige aangifte gaat, kan de Toe lichting voldoende zijn. Maar bij een eigen huis wordt het al inge wikkeld en zeker als men een bedrijfje heeft." Duivel De boodschap van beide heren is duidelijk: een belastinggids kan eigenlijk niet worden gemist. De uitbreiding van de Toelichting, de instelling van de Belastingte lefoon, de belastingambtenaren die hun 'cliënten' helpen het bil jet in te vullen, het zijn allemaal verbeteringen maar toch... „Nie mand gaat graag bij dë duivel te biecht," zegt prof. Meering. Hij gelooft stellig dat de fiscus zijn dienstverlening vooral uitbreidt omdat de belastinggidsen zo'n succes zijn. Van Elseviers Belas tingalmanak zijn vorig jaar 25Q.000 exemplaren over de toonbank gegaan. Moeilijke vragen De belastingdienst en het minis terie van Financiën nemen de almanak serieus. Het boek wordt ook aan de kant van de ontvan gers intensief gebruikt. Het komt geregeld voor, zegt almanak-uit gever G. J. Kroes, als mensen met de gids in de hand op de inspectie om raad komen, dat de ambtenaar aan de andere kant De drie achter de belasting almanak, met hun levenswerk op tafel. Van links naar rechts E.N. Jonker, G.J. Kroes en professor A. Meering. foto robert van stuyvenberg van het loket in zijn eigen exem plaar van dezelfde gids begint te zoeken. Jonker heeft de Belas tingtelefoon geregeld benaderd met moeilijke vragen. „Ze zeg gen het niet, maar ze halen hun antwoorden uit de almanak," gnuift hij. „Ik heb het meer dan eens gecontroleerd." Het idee voor de gids kwam van mr J. Viersen, een jonge belas tinginspecteur, die op 13 sep tember 1952 op een stoffige zol der van het ministerie van Fi nanciën een Frans boekje ont dekte met de titel Guide prati que pour les contributeurs, oepraktische gids voor belasting betalers. In 1955 wist hij Else viers Weekblad te bewegen ook zoiets uit te geven. De eerste almanak verscheen in het voor jaar van 1956, en kostte - alleen voor abonnees - drie gulden. Deze gids was samengesteld door Viersen, Meering en Jonker. Meering werkte destijds op het ministerie van Financiën en was verantwoordelijk voor aangifte biljet en Toelichting. De Toelich ting - die hij zelf schreef - was, vindt Meering, ambtelijk en on duidelijk. Veel passages waren ontleend aan wetsteksten of aan rechterlijke uitspraken. „Het was hoog nodig dat er iets dui delijkere kwam." Later werd Meering hoogleraar belastingen en notariaat in Utrecht. Jonker was belastinginspecteur. „We hebben er nooit moeilijkhe den over gehad. Ook heeft nie mand ons ooit gezegd: dat had je nu niet moeten vertellen," zegt hij. Onze mening De belastingdienst is het niet altijd eens met de tips in de almanak - en bovendien is de ene inspectie de andere niet. In het boek komen geregeld advie zen voor met de toevoeging 'naar onze mening'. In dat geval zijn de samenstellers ervan overtuigd dat de aangegeven aftrekpost toegestaan is, maar ontbreekt het nog aan jurisprudentie. Jon ker: „Dat wil dus zeggen: daar zit misschien brood in. We hopen dat mensen dat proberen." Het boek is niet bedoeld om compleet te lezen, zegt Kroes. „Het belangrijkste is het regis ter. Zoek trefwoorden die van belang kunnen zijn." En nog een laatste advies: „Bekijk de alma nak ook na 1 april nog eens. Handig voor de aangifte van volgend jaar. Je kunt daar im mers het hele jaar 1993 nog rekening mee houden." Vanaf vandaag behandelt de advocaat mr. L.J.A.M. Hanssen een keer in de maand op deze plaats gevallen van personen die n|s gevolg van letsel schade hebben opgelopen. En hoe de daardoor ontstane financiële, sociale, emotionele of psychische nood vin de juridische weg kan worden opgelost. Door Jan Maarten Frequin Breda - Je zit aan de bar, bestelt een pilsje en de man achter de toog vertelt dat er niet gerookt mag worden. 'Achter in de zaak, vlakbij de toiletten kunt u rustig uw gang gaan'. Daar draaien de afzuigkappen op volle sterk te. De lol van een bezoek aan het café is dan snel over voor de notoire roker. De meeste sigarettenliefhebbers kunnen het wel opbrengen zich voor korte tijd in te houden als in een restaurant of bedrijfskan tine wordt genuttigd. Maar in een kroeg moet je toch in de walm van je eigen sigaretje of sigaar kunnen hangen. Het front van niet-rokers sluit zich steeds meer om hun directe tegenstanders. Na de openbare gebouwen, scholen, sociaal-cul- turele instellingen, de meeste treincoupés en bussen dreigen nu ook de horeca-zaken een muur binnenshuis op te trekken om de kemphanen te scheiden. De horeca-bonden zijn bezig een gedragscode op te stellen voor een vriendelijk anti-rookbeleid in hotels, restaurants en cafés. Een paar jaar geleden is de hore ca al bestookt met een brochure vol tips voor 'rookbeperkende maatregelen', maar rookvrije etablissementen zijn nog moei lijk te vinden. Het steeds groeiende deel van de bevolking dat het elke dag zon der sigaret of sigaar kan stellen en dat zeker niet passief zit te wachten op een shot nicotine van een ander is 'een gat in de markt'. Reden voor Horeca Ne derland en het Bedrijfschap Ho reca de koppen bij elkaar te steken. De bedoeling is te komen tot een gedragscode voor horeca-onder- nemingen: gescheiden ruimten creëren of als dat niet mogelijk is een goede luchtbehandelings- apparatuur installeren. Maar als de kroegbaas de code aan zijn laars lapt, is er nog niets aan de hand. Sancties staan niet op overtredingen, zegt het bedrijf schap. Het zullen dus wel stickers op de voordeur worden. Om het pilsje enigszins betaal baar te houden ligt de sticker actie het meest voor de hand om het rokersgilde in de horeca aan de ketting te leggen. Of de ver standhouding kastelein - klant daarmee gebaat is zal de toe komst uitwijzen. Hoe het ook zij: de roker wordt steeds verder in het nauw gedre ven. Makkelijk zal het in ieder geval niet zijn om een 'consen sus' te vinden, waarmee beide kampen vreemdzaam naast el kaar aan de bar kunnen zitten. In veel restaurants is het al on mogelijk om een rookvrij hoekje te vinden en de kroegbaas van het buurtcafé moet er niet aan denken om een aparte bar in te richten voor gezondheidsfreaks. De grotere horeca-bedrijven bie den voorzieningen voor niet-ro kers. De kleinere willen wel, zeggen ze, maar het ontbreekt hen aan geld en ruimte. Toch begint de strijd van de (fanatieke) niet-roker steeds meer vruchten af te werpen. Het feit dat de horeca-bonden er serieus mee bezig zijn is voor hen een duidelijk signaal, dat de Tabakswet van 1 januari 1990 steeds verder de maatschappij in zijn greep krijgt. In de Verenigde Staten is het al zover dat er in cafés, restaurants en hotels al leen in bepaalde vertrekken ge rookt mag worden. Wie daar het lef heeft een saffie op te steken wordt met de nek aangekeken of kan vertrekken. „Het is natuurlijk erg moeilijk om in een bar rekening met de niet-rokers te houden. Maar ook hier krijg je straks Amerikaanse toestanden. Daar word je letter lijk en figuurlijk in de hoek gezet met een sterke afzuigkap boven je hoofd. Speciale ruimten voor niet-rokers is maatschappe lijk steeds meer aanvaard. Maar van de andere kant mag je ro kers ook niet discrimineren. Het is een bar moeilijk probleem", vindt W. Waninge van het Be drijfschap Horeca. Een kroegbaas in Den Bosch vreest dat hij straks een soort politieagent wordt. „Als ik er op moet gaan letten of in een rook vrij gedeelte toch wordt gerookt, dan wordt van mij zeker ook verlangd dat ik er op toe zie dat er niet te veel wordt gedronken en dat mijn klanten niet dronken achter het stuur gaan zitten. De meeste cafés en bars zijn te klein voor een rookvrije zone. Dat wordt dweilen met de kraan open. Zeker bij het stappen wil men een sigaretje erbij. Al is het voor de gezelligheid. Ik zie het niet zitten. En hoe moet dat dan als het uitzonderlijk druk is?" Door Rien van der Steen Twee rechtstreekse concurren ten, die tien jaar geleden tege lijkertijd gepresenteerd werden, verschijnen begin maart weder om tegelijk op de automarkt. De Ford Sierra en de Citroën BX waren een decennium terug bei de verrassend van vormgeving, maar na de eerste schrik boek ten ze beide grootscheeps suc ces. De opvolgers heten Mondeo en Xantia. De Ford komt op 3 maart in de showrooms, de Citroën volgt een paar weken later. De Mon deo is er als vijfdeurs hatchback en als sedan, de Xantia uitslui tend als vijfdeurs. Twee heel verschillende auto's, die het zelfde deel van de markt besto ken. De Citroën BX is met 120.000 verkochte exemplaren in Ne derland een bijzonder succes volle auto geweest. Dat is de reden om er de PSA-taktiek op los te laten: voorlopig blijft de BX 1.4 gewoon in produktie, evenals de diesel en de combi (Break). De Xantia krijgt aan vankelijk uitsluitend viercilin- der benzinemotoren (van Peu geot). De diesels volgen later. De 1.6, die over een paar maan den leverbaar is, zal 37.000 gul den kosten. Daarboven komt het huidige basismodel, de 1.8, met een prijs van 41.000 gulden. De 2.0 komt op 45.000, de 2.0 16V op ca. 60.000. Allemaal veel De Ford Mondeo kent niet de revolutionaire lijn die de Sierra tien jaar geleden kenmerkte. Maar de auto krijgt voor zijn prijs een verbazingwekkende uitrusting mee. duurder dan de BX, maar de auto mag van Citroën ook al leen vergeleken worden met de duurste versie van die oude se rie. Het lijkt erop dat de ZX in de plaats moet komen voor de eenvoudiger BX'en. Geen airbag Net als concurrent Renault stapt Citroën nu af van de kale aanduidingen met letters en cij fers. De Xantia, naam van een nachtvlinder of van een rivier waarin vrouwen zich in de Griekse oudheid baadden, is in samenwerking met de Italiaan Bertone ontworpen. De vering is afgeleid van het hydractieve systeem in de Citroën XM. Cit roën heeft zich ingespannen om de auto het moderne veiligheid simago mee te geven. Gordel spanners voorin dus, net als profielen in de portieren. De achteras heeft dezelfde meestu- rende eigenschappen als de ZX. Maar een airbag ontbreekt. Het zal nog wel een jaartje duren voor die voor de bestuurder be schikbaar komt. En de voorste passagier zal hem blijven ont beren, want dan zou er een heel ander dashboard in de auto moeten komen. Ruim De Xantia is ruim geschapen. De voorkant is onmiskenbaar zeer Citroën, de achterkant doet denken aan de Renault 25 en de BMW 3-serie. Bij de BX werd veel kunststof gebruikt om de auto zo licht mogelijk te maken. De nieuwe kijk op veiligheid heeft de Xantia veel zwaarder gemaakt. Het is dan ook de vraag of de komende 1.6 versie wel mans genoeg is de auto vlot te trekken. De 1.8 kent het 'oude' pneumatische veersys- teem, de uitvoeringen daarbo ven hebben de gemoderniseerde hydractieve vering van de XM. Die Xantia met 1.8 motor ge draagt zich op de weg heel plezierig. Met 103 pk heeft dat model pit genoeg en de motor is veel stiller dan de tweeliter. Zoals gewoonlijk bij dit merk is er gewenning nodig voor de (be krachtigde) besturing en het remsysteem. De wagen heeft een comfortabel rijgedrag, maar zittingen en leuningen voor zijn wat bol en kort. Ze bieden niet de zalige zitplek die je van dit Franse merk verwacht. En de schuifjes om temperatuur en ventilatie te regelen doen ouderwets aan. Troef Ford heeft met de Mondeo een De Citroën Xantia. Een fraai ontwerp, maar de auto heeft een hele dobber aan de Mondeo. heel sterke troef in huis. Met standaard een airbag voor de bestuurder. Naast stuurbe krachtiging, centrale deurver grendeling en een verstelbare stuurkolom, maar dat heeft de Xantia ook. De Mondeo, zo ge noemd omdat het model be doeld is voor de hele wereld, wordt geproduceerd in het Bel gische Genk. In mei komen de stationwagon en de turbodiesel beschikbaar. De vierdeurs Mon deo 1.6 kost 37.990 gulden, de vijfdeurs 39.240. De combi kost straks 41.740 gulden. De 1.8 is twee mille duurder dan de 1.6. De tweeliter komt daar weer tweeduizend gulden bovenop. Ford monteert over de hele linie zestienkleps motoren en de 1.8 levert met 115 pk bijvoorbeeld 12 paardekrachten meer dan de Peugeot-motor in de Xantia. Ford zet krampachtig alle zei len bij om weer te concurreren. Met een auto, die qua ontwerp lang niet zo verrassend is als destijds de Sierra, maar wel een revolutionaire uitrusting mee krijgt. De auto heeft een voor beeldig weggedrag, biedt een gerieflijke zit voor het Ameri kaans aandoende dashboard, de bediening is prima en ook hier doet de 1.8-uitvoering het pret tigst aan. Enig minpunt is de zitplaats achterin de vijfdeurs. Veel te weinig ruimte voor het hoofd. Volgens Ford zijn met name de onderhoudskosten veel lager dan bij de concurrentie, de Opel Vectra, de Peugeot 405 of de Mazda 626. Door mr. L.J.A.M. Hanssen De herinnering aan de vakan tie in Griekenland met zijn gezin is nog heel vers. Een heerlijke en onbezorgde va kantie, want een paar dagen voor zijn vertrek hoorde hij dat hij weer werk zou krijgen. Een uitzendbureau kon hem plaatsen bij een installatiebu reau. Hij gaat aan de slag in een pand in aanbouw. Op de twee de dag valt hij door een niet gemarkeerd trapgat van de eerste verdieping. Hij breekt zijn schouder. Boven zijn hoofd werken kan hij verder vergeten. Zijn toekomst valt letterlijk voor een deel in dui gen. De tijd geeft hem antwoord op sommige vragen. Hij hoort al gauw dat een deel van de arbeidsmarkt voor hem blij vend gesloten zal zijn. Sporten waarbij hij zijn armen nodig heeft, kan hij niet meer. Wie is verantwoordelijk voor dit ongeval? Heeft de 40-jarige elektriciën recht op schade vergoeding? Zijn advocaat zegt hem dat de werkgever ervoor moet zorgen dat de werkplek voldoende veilig is. Bij nalatigheid is de werkge ver aansprakelijk voor de schade. Maar wie is in dit geval de werkgever? Het uitzendbureau met wie de elektriciën officieel een arbeidsovereenkomst heeft? Het installatiebedrijf waarvoor hij werkt, maar waarmee hij geen arbeidsover eenkomst heeft? Geen enkele kans onbenut la ten, denkt zijn advocaat, en spreekt beiden aan en daar naast ook de eigenaar van het pand. Het uitzendbureau geeft toe dat het formeel de werkge ver is. Maar het is niet in de positie geweest het trapgat zelf te beveiligen, luidt de reactie. Het wijst de aanspra- kelijkheid af. Het installatiebedrijf meldt dat het geen arbeidsovereen komst met de getroffen man heeft en dus nooit als werkge- ver beschouwd kan worden. En het kan er toch ook niets aan doen dat de elektricien niet goed heeft uitgekeken? Niet aansprakelijk dus. De eigenaar van het pand komt met hetzelfde argument. Hij zegt ook dat hij nu pas voor het eerst hoort dat er een trapgat in de eerste etage is aangebracht. Hoe kan hij dan weten dat het niet goed bevei ligd is? De advocaat besluit de eige naar van het pand verder met rust te laten. De kans is (te) groot dat de rechter een vor dering tegen hem zal afwijzen. Met heel wat meer kans op succes spant hij een procedure aan tegen het uitzendbureau en het installatiebedrijf. De rechter heeft eerder al uitge maakt dat zowel op de formele als op de feitelijke werkgever de verplichting rust te zorgen voor de veiligheid op de werk vloer? Nog voor de rechter tot een einduitspraak komt, tonen de verzekeringsmaatschappijen van het uitzendbureau èn het installatiebedrijf zich bereid de elektriciën volledig schade loos te stellen. Een enorme last valt van zijn schouders. Hij hoeft samen met zijn gezin niet een of meer financiële stappen terug. De jaarlijkse vakantie in Grie kenland is veilig gesteld. Zijn vrouw hoeft niet te gaan wer ken als ze niet wil. De kinde ren kunnen lid blijven van de voetbalclub. De verzekering betaalt ook de kosten van de advocaat. Hij beseft dat er ook nog zoiets als rechtvaardig heid bestaat. „Indicatie: hypertrofische ob structieve cardiomyopathies vermeldt de bijsluiter van een middel tegen hartklachten. De Consumentenbond ziet dit lie ver vertaald in: „Te gebruiken bij opgezwollen, niet goed werkende hartspier". Van een ander middel waren een oude èn een vernieuwde bijsluiter in omloop. Soms wordt teveel, oninteressante informatie ge geven en soms bestaat de bijs luiter uit doorschijnend papier zodat hij moeilijk te lezen is. Vaak is de informatie volgens de Consumentenbond alleen voor een arts of apotheker begrijpelijk. Ook worden ge gevens verstrekt voor zowel arts als patiënt, wat verwar rend en zinloos is omdat de arts de medicijnen vaak niet in handen krijgt. Soms maken verschillende fa brikanten hetzelfde medicijn Dat was een logische keuze, want onder de titel 'Vreuls bij nacht' verschenen Vreuls' slaapervaringen al eerder in Op Pad, het tijdschrift voor actieve vakanties. Vreuls vul de die bijdragen aan met nieu we en recente praktische in formatie. Paul Vreuls belandt op zijn tochten door Nederland onder meer in een klooster, bij parti culieren thuis, in een natuur vriendenhuis en een trekkers hut. De onbekende delen van Nederland waar hij belandt, beschrijft hij op een even per soonlijke wijze als zijn slaapervaringen. Het zijn kor te, niet altijd even diepgaande bevindingen, waarin de her komst (korte bijdragen in een tijdschrift) nog altijd zicht baar is. Maar zelfs wie minder aange sproken wordt door de obser vaties en overdenkingen van Vreuls, vindt altijd nog vele tips en ideeën in het boekje. 'Het andere bed' richt zich dan ook op mensen die een goedkoop en tegelijkertijd apart alternatief zoeken voor een overnachting in Neder land. Paul Vreuls: Het andere bed. Ver krijgbaar bij de ANWB en de boekhandel, prijs 22,50. Utrecht - Met bijna de helft van vijfhonderd door de Consumentenbond onderzochte bijsluiters van medicijnen is het droevig gesteld. Veel bijsluiters zijn onvolledig en onbegrijpelijk. Te kleine lettertjes, rommelige opbouw en vooral veel vaktermen en Latijnse woorden. De bond pleit in de Consumentengids van maart voor meer controle en een strengere aanpak van fabrikanten en importeurs. wat weer leidt tot bijsluiters die inhoudelijk verschillen. De bond pleit er daarom voor dat fabrikanten hun bijsluiters op elkaar afstemmen. Al sinds 1988 zijn fabrikanten wettelijk verplicht bijsluiters te leveren in begrijpelijk Ne derlands, volgens het Besluit bereiding en aflevering farma ceutische produkten. De in spectie Geneesmiddelen con troleert de naleving ervan, maar kennelijk niet genoeg, concludeert de Consumenten bond. Ook is in een zogenoemd richtsnoer aangegeven welke informatie er in elk geval in de bijsluiter moet staan. Dit richtsnoer moet een wettelijke status krijgen, vindt de bond. De overheid moet tenslotte strenger optreden tegen fabri kanten die een slechte bijslui ter bij hun geneesmiddelen stoppen. Door Johan van Grinsven Breda - Het boekje 'Het andere bed' van freelance journalist Paul Vreuls gaat over zeventien alternatieve manieren om in Nederland te overnachten. Het boekje werd eerder deze maand in Den Haag gepresenteerd tijdens de Op Pad Beurs. „Mij trekt de vrijhq schippersleven en de omheen. Al jaren woon schip. Bavo G Door Philip Nobile Londen - 'Roots' van Alex boeken en een van de pop blijkt een van de grootste laatste jaren te zijn. Het is een Kunta Kinte is gewees geloofden miljoenen televii tussen het slavenverleden v Dat blijkt uit bestudering van Haley's persoonlijke papieren en ander materiaal. Tot een jaar na: Haley's dood aan een hartaanval op 10 februari 1992 bleef zijn reputatie in stand. Volgende week zullen evenwel de Alex Haley-archieven worden open-: gesteld in de Special Collections Library van de Universiteit van| Tennessee in Knoxville. De waarheid over 'Roots' is in die archieven terug te vinden. Steunpilaren Nog opmerkelijker dan Haley'i bedrog is de manier waarop di' werd verdoezeld door juist dii mensen die de steunpilaren zij: geworden van de politiek correc te orde. Ze waren allemaal ti bang, of te oneerlijk, om he' publiek te bekennen dat de be roemde zwarte schrijver ove: zijn afkomst had gelogen. In de namiddag van 13 decembe: 1978 zat Haley in zijn suite h het Barclay Hotel in Manhattai en peinsde over het op handel zijnde vonnis in het plagiaatpro- ces dat tegen hem was aange spannen en dat nu al vijf wekei had geduurd. Bij zijn kruisver hoor was het hard tegen hari gegaan en de sceptische rechte had hem al vrijwel schuldig be vonden. De Amerikaanse schrijve Alex Haley. foto Er was nog tijd om toe te geve dat Haley iets van tachtig pass; ges had overgeschreven uit c siavenroman 'The African' vs| Harold Courlander uit 1967 ze in zijn vermeende non-fict familiesage 'Roots' had ve| werkt. Afgezien van de vernedi ring zou een schikking op h allerlaatste moment duur zij Courtlander en zijn uitgevi Crown Publishers hadden al ei aanbod van 250.000 dollar afgs wezen. Pulitzerprijs Alles stond op het spel voor 55-jarige schrijver, zijn eer, zi Pulitzerprijs, zijn fortuin, en z: reputatie als schrijver van uitmuntende 'Autobiography Malcolm X' in 1965 en het ep 'Roots' in 1976. Van schoenpo ser was hij opgeklommen tot beroemdste zwarte auteur t' wereld. De vondst van Kunta Kinte, Mandinka-slavenjongen die ketend naar Amerika werd t voerd en Haleys voorvader w maakte van zijn 587 pagini tellende slavenverhaal een v reldbestseller waarvan in de e ste achttien maanden alleen 1,5 miljoen exemplaren werd verkocht. Voor rechter Robert Ward W het plagiaat onbetwistbaar aa getoond, maar hij deinsde erve terug een zwart idool door Kunta Kinte (Levar Bur Nederland in 1977 werd uitg Ir

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1993 | | pagina 20