Mannen van de belastingbijbel
'Rot
Roker in kroeg onder de afzuigkap
Citroën en Ford weer tegelijk met concurrerende modellen
Archieven
'Oort is een puinhoop: hele administraties zijn er door ontregeld'
Eén baantwee bazen
Boekje met ideeën over
alternatief overnachten
CONSUMENT
LETSELSCHADE
CONSUMENT KORT
Nog veel onduidelijk in
bijsluiters medicijnen
DE STEM
DONDERDAG 25 FEBRUARI 1993
02
Door Nico Koolsbergen
Breda - Belasting betalen. Niemand doet het graag,
maar als het dan toch moet liefst zo weinig mogelijk.
Deze weken zitten miljoenen mensen te rekenen en te
tobben met ingewikkelde vragen die net weer iets anders
bedoeld blijken te zijn dan het op het eerste gezicht
overkwam. De belastinginspecteur verwacht het aangif
tebiljet uiterlijk 1 april in zijn brievenbus. Is er nog
leven na Oort?
Wie er zelf niet uitkomt, raad
pleegt een deskundige kennis,
schakelt een al of niet dure advi
seur in, vraagt de vakbond om
hulp. Honderdduizenden mensen
kopen elk jaar een belastingal
manak. De oudste is die van
Elsevier die in 1956 voor het
eerst verscheen en gaandeweg
een bijbel voor belastingbetalers
èn belastingontvangers werd.
Want ook bij de inspecties, bij de
belastingtelefoon of het ministe
rie van Financiën wordt het
boekwerk veelvuldig geraad
pleegd.
Twee heren zijn al sinds de oer-
almanak bij deze uitgave betrok
ken. Al 38 jaar staan de namen
van E.N. Jonker uit Den Haag en
prof. A. Meering uit Hilversum
in het lijstje met de redacteuren.
De twee zijn nu al aan het
denken over de almanak van
volgend jaar. Belasting betalen
houdt nooit op.
Wanhoop
Is er nog iets af te trekken sinds
de invoering van het plan Oort?
Prof Meering veert op. „Oort is
een wanhoop!", zegt hij. „Veel
kosten zijn nog maar voor een
deel aftrekbaar. Hele admini
straties zijn erdoor ontregeld.
Hoe konden ze het bedenken?"
Hij vreest ook dat veel mensen
de moeite niet meer nemen zich
door de materie heen te worste
len omdat ze denken dat het
geen zin meer heeft.
Dat wordt, zegt Jonker, in de
hand gewerkt door het aangifte
biljet zelf. „Het probeert de
mensen naar een vereenvoudigde
probleemstelling te dwingen.
Het suggereert dat er vooral ja/
nee-antwoorden zijn. Maar de
belastingwetten zijn wel wat ge
nuanceerder."
De Toelichting is niet veel beter,
aldus Meering. „Het is nu een
klein boekje, uitvoeriger dan
vroeger. Met echter een vrij
schoolmeesterachtige opstelling:
zó is het. Als het om een eenvou
dige aangifte gaat, kan de Toe
lichting voldoende zijn. Maar bij
een eigen huis wordt het al inge
wikkeld en zeker als men een
bedrijfje heeft."
Duivel
De boodschap van beide heren is
duidelijk: een belastinggids kan
eigenlijk niet worden gemist. De
uitbreiding van de Toelichting,
de instelling van de Belastingte
lefoon, de belastingambtenaren
die hun 'cliënten' helpen het bil
jet in te vullen, het zijn allemaal
verbeteringen maar toch... „Nie
mand gaat graag bij dë duivel te
biecht," zegt prof. Meering. Hij
gelooft stellig dat de fiscus zijn
dienstverlening vooral uitbreidt
omdat de belastinggidsen zo'n
succes zijn. Van Elseviers Belas
tingalmanak zijn vorig jaar
25Q.000 exemplaren over de
toonbank gegaan.
Moeilijke vragen
De belastingdienst en het minis
terie van Financiën nemen de
almanak serieus. Het boek wordt
ook aan de kant van de ontvan
gers intensief gebruikt. Het komt
geregeld voor, zegt almanak-uit
gever G. J. Kroes, als mensen
met de gids in de hand op de
inspectie om raad komen, dat de
ambtenaar aan de andere kant
De drie achter de belasting almanak, met hun levenswerk op tafel. Van links naar rechts E.N. Jonker, G.J. Kroes en professor A.
Meering. foto robert van stuyvenberg
van het loket in zijn eigen exem
plaar van dezelfde gids begint te
zoeken. Jonker heeft de Belas
tingtelefoon geregeld benaderd
met moeilijke vragen. „Ze zeg
gen het niet, maar ze halen hun
antwoorden uit de almanak,"
gnuift hij. „Ik heb het meer dan
eens gecontroleerd."
Het idee voor de gids kwam van
mr J. Viersen, een jonge belas
tinginspecteur, die op 13 sep
tember 1952 op een stoffige zol
der van het ministerie van Fi
nanciën een Frans boekje ont
dekte met de titel Guide prati
que pour les contributeurs,
oepraktische gids voor belasting
betalers. In 1955 wist hij Else
viers Weekblad te bewegen ook
zoiets uit te geven. De eerste
almanak verscheen in het voor
jaar van 1956, en kostte - alleen
voor abonnees - drie gulden.
Deze gids was samengesteld
door Viersen, Meering en Jonker.
Meering werkte destijds op het
ministerie van Financiën en was
verantwoordelijk voor aangifte
biljet en Toelichting. De Toelich
ting - die hij zelf schreef - was,
vindt Meering, ambtelijk en on
duidelijk. Veel passages waren
ontleend aan wetsteksten of aan
rechterlijke uitspraken. „Het
was hoog nodig dat er iets dui
delijkere kwam." Later werd
Meering hoogleraar belastingen
en notariaat in Utrecht.
Jonker was belastinginspecteur.
„We hebben er nooit moeilijkhe
den over gehad. Ook heeft nie
mand ons ooit gezegd: dat had je
nu niet moeten vertellen," zegt
hij.
Onze mening
De belastingdienst is het niet
altijd eens met de tips in de
almanak - en bovendien is de
ene inspectie de andere niet. In
het boek komen geregeld advie
zen voor met de toevoeging 'naar
onze mening'. In dat geval zijn
de samenstellers ervan overtuigd
dat de aangegeven aftrekpost
toegestaan is, maar ontbreekt
het nog aan jurisprudentie. Jon
ker: „Dat wil dus zeggen: daar
zit misschien brood in. We hopen
dat mensen dat proberen."
Het boek is niet bedoeld om
compleet te lezen, zegt Kroes.
„Het belangrijkste is het regis
ter. Zoek trefwoorden die van
belang kunnen zijn." En nog een
laatste advies: „Bekijk de alma
nak ook na 1 april nog eens.
Handig voor de aangifte van
volgend jaar. Je kunt daar im
mers het hele jaar 1993 nog
rekening mee houden."
Vanaf vandaag behandelt de advocaat mr. L.J.A.M. Hanssen een
keer in de maand op deze plaats gevallen van personen die n|s
gevolg van letsel schade hebben opgelopen. En hoe de daardoor
ontstane financiële, sociale, emotionele of psychische nood vin
de juridische weg kan worden opgelost.
Door Jan Maarten Frequin
Breda - Je zit aan de bar,
bestelt een pilsje en de man
achter de toog vertelt dat er
niet gerookt mag worden.
'Achter in de zaak, vlakbij de
toiletten kunt u rustig uw
gang gaan'. Daar draaien de
afzuigkappen op volle sterk
te. De lol van een bezoek aan
het café is dan snel over voor
de notoire roker.
De meeste sigarettenliefhebbers
kunnen het wel opbrengen zich
voor korte tijd in te houden als
in een restaurant of bedrijfskan
tine wordt genuttigd. Maar in
een kroeg moet je toch in de
walm van je eigen sigaretje of
sigaar kunnen hangen.
Het front van niet-rokers sluit
zich steeds meer om hun directe
tegenstanders. Na de openbare
gebouwen, scholen, sociaal-cul-
turele instellingen, de meeste
treincoupés en bussen dreigen
nu ook de horeca-zaken een
muur binnenshuis op te trekken
om de kemphanen te scheiden.
De horeca-bonden zijn bezig een
gedragscode op te stellen voor
een vriendelijk anti-rookbeleid
in hotels, restaurants en cafés.
Een paar jaar geleden is de hore
ca al bestookt met een brochure
vol tips voor 'rookbeperkende
maatregelen', maar rookvrije
etablissementen zijn nog moei
lijk te vinden.
Het steeds groeiende deel van de
bevolking dat het elke dag zon
der sigaret of sigaar kan stellen
en dat zeker niet passief zit te
wachten op een shot nicotine
van een ander is 'een gat in de
markt'. Reden voor Horeca Ne
derland en het Bedrijfschap Ho
reca de koppen bij elkaar te
steken.
De bedoeling is te komen tot een
gedragscode voor horeca-onder-
nemingen: gescheiden ruimten
creëren of als dat niet mogelijk
is een goede luchtbehandelings-
apparatuur installeren. Maar als
de kroegbaas de code aan zijn
laars lapt, is er nog niets aan de
hand. Sancties staan niet op
overtredingen, zegt het bedrijf
schap. Het zullen dus wel
stickers op de voordeur worden.
Om het pilsje enigszins betaal
baar te houden ligt de sticker
actie het meest voor de hand om
het rokersgilde in de horeca aan
de ketting te leggen. Of de ver
standhouding kastelein - klant
daarmee gebaat is zal de toe
komst uitwijzen.
Hoe het ook zij: de roker wordt
steeds verder in het nauw gedre
ven. Makkelijk zal het in ieder
geval niet zijn om een 'consen
sus' te vinden, waarmee beide
kampen vreemdzaam naast el
kaar aan de bar kunnen zitten.
In veel restaurants is het al on
mogelijk om een rookvrij hoekje
te vinden en de kroegbaas van
het buurtcafé moet er niet aan
denken om een aparte bar in te
richten voor gezondheidsfreaks.
De grotere horeca-bedrijven bie
den voorzieningen voor niet-ro
kers. De kleinere willen wel,
zeggen ze, maar het ontbreekt
hen aan geld en ruimte.
Toch begint de strijd van de
(fanatieke) niet-roker steeds
meer vruchten af te werpen. Het
feit dat de horeca-bonden er
serieus mee bezig zijn is voor
hen een duidelijk signaal, dat de
Tabakswet van 1 januari 1990
steeds verder de maatschappij in
zijn greep krijgt. In de Verenigde
Staten is het al zover dat er in
cafés, restaurants en hotels al
leen in bepaalde vertrekken ge
rookt mag worden. Wie daar het
lef heeft een saffie op te steken
wordt met de nek aangekeken of
kan vertrekken.
„Het is natuurlijk erg moeilijk
om in een bar rekening met de
niet-rokers te houden. Maar ook
hier krijg je straks Amerikaanse
toestanden. Daar word je letter
lijk en figuurlijk in de hoek
gezet met een sterke afzuigkap
boven je hoofd. Speciale ruimten
voor niet-rokers is maatschappe
lijk steeds meer aanvaard. Maar
van de andere kant mag je ro
kers ook niet discrimineren. Het
is een bar moeilijk probleem",
vindt W. Waninge van het Be
drijfschap Horeca.
Een kroegbaas in Den Bosch
vreest dat hij straks een soort
politieagent wordt. „Als ik er op
moet gaan letten of in een rook
vrij gedeelte toch wordt gerookt,
dan wordt van mij zeker ook
verlangd dat ik er op toe zie dat
er niet te veel wordt gedronken
en dat mijn klanten niet dronken
achter het stuur gaan zitten. De
meeste cafés en bars zijn te klein
voor een rookvrije zone. Dat
wordt dweilen met de kraan
open. Zeker bij het stappen wil
men een sigaretje erbij. Al is het
voor de gezelligheid. Ik zie het
niet zitten. En hoe moet dat dan
als het uitzonderlijk druk is?"
Door Rien van der Steen
Twee rechtstreekse concurren
ten, die tien jaar geleden tege
lijkertijd gepresenteerd werden,
verschijnen begin maart weder
om tegelijk op de automarkt. De
Ford Sierra en de Citroën BX
waren een decennium terug bei
de verrassend van vormgeving,
maar na de eerste schrik boek
ten ze beide grootscheeps suc
ces. De opvolgers heten Mondeo
en Xantia.
De Ford komt op 3 maart in de
showrooms, de Citroën volgt
een paar weken later. De Mon
deo is er als vijfdeurs hatchback
en als sedan, de Xantia uitslui
tend als vijfdeurs. Twee heel
verschillende auto's, die het
zelfde deel van de markt besto
ken.
De Citroën BX is met 120.000
verkochte exemplaren in Ne
derland een bijzonder succes
volle auto geweest. Dat is de
reden om er de PSA-taktiek op
los te laten: voorlopig blijft de
BX 1.4 gewoon in produktie,
evenals de diesel en de combi
(Break). De Xantia krijgt aan
vankelijk uitsluitend viercilin-
der benzinemotoren (van Peu
geot). De diesels volgen later.
De 1.6, die over een paar maan
den leverbaar is, zal 37.000 gul
den kosten. Daarboven komt
het huidige basismodel, de 1.8,
met een prijs van 41.000 gulden.
De 2.0 komt op 45.000, de 2.0
16V op ca. 60.000. Allemaal veel
De Ford Mondeo kent niet de revolutionaire lijn die de Sierra
tien jaar geleden kenmerkte. Maar de auto krijgt voor zijn prijs
een verbazingwekkende uitrusting mee.
duurder dan de BX, maar de
auto mag van Citroën ook al
leen vergeleken worden met de
duurste versie van die oude se
rie. Het lijkt erop dat de ZX in
de plaats moet komen voor de
eenvoudiger BX'en.
Geen airbag
Net als concurrent Renault
stapt Citroën nu af van de kale
aanduidingen met letters en cij
fers. De Xantia, naam van een
nachtvlinder of van een rivier
waarin vrouwen zich in de
Griekse oudheid baadden, is in
samenwerking met de Italiaan
Bertone ontworpen. De vering
is afgeleid van het hydractieve
systeem in de Citroën XM. Cit
roën heeft zich ingespannen om
de auto het moderne veiligheid
simago mee te geven. Gordel
spanners voorin dus, net als
profielen in de portieren. De
achteras heeft dezelfde meestu-
rende eigenschappen als de ZX.
Maar een airbag ontbreekt. Het
zal nog wel een jaartje duren
voor die voor de bestuurder be
schikbaar komt. En de voorste
passagier zal hem blijven ont
beren, want dan zou er een heel
ander dashboard in de auto
moeten komen.
Ruim
De Xantia is ruim geschapen.
De voorkant is onmiskenbaar
zeer Citroën, de achterkant doet
denken aan de Renault 25 en de
BMW 3-serie. Bij de BX werd
veel kunststof gebruikt om de
auto zo licht mogelijk te maken.
De nieuwe kijk op veiligheid
heeft de Xantia veel zwaarder
gemaakt. Het is dan ook de
vraag of de komende 1.6 versie
wel mans genoeg is de auto vlot
te trekken. De 1.8 kent het
'oude' pneumatische veersys-
teem, de uitvoeringen daarbo
ven hebben de gemoderniseerde
hydractieve vering van de XM.
Die Xantia met 1.8 motor ge
draagt zich op de weg heel
plezierig. Met 103 pk heeft dat
model pit genoeg en de motor is
veel stiller dan de tweeliter.
Zoals gewoonlijk bij dit merk is
er gewenning nodig voor de (be
krachtigde) besturing en het
remsysteem. De wagen heeft
een comfortabel rijgedrag, maar
zittingen en leuningen voor zijn
wat bol en kort. Ze bieden niet
de zalige zitplek die je van dit
Franse merk verwacht. En de
schuifjes om temperatuur en
ventilatie te regelen doen
ouderwets aan.
Troef
Ford heeft met de Mondeo een
De Citroën Xantia. Een fraai ontwerp, maar de auto heeft een
hele dobber aan de Mondeo.
heel sterke troef in huis. Met
standaard een airbag voor de
bestuurder. Naast stuurbe
krachtiging, centrale deurver
grendeling en een verstelbare
stuurkolom, maar dat heeft de
Xantia ook. De Mondeo, zo ge
noemd omdat het model be
doeld is voor de hele wereld,
wordt geproduceerd in het Bel
gische Genk. In mei komen de
stationwagon en de turbodiesel
beschikbaar. De vierdeurs Mon
deo 1.6 kost 37.990 gulden, de
vijfdeurs 39.240. De combi kost
straks 41.740 gulden. De 1.8 is
twee mille duurder dan de 1.6.
De tweeliter komt daar weer
tweeduizend gulden bovenop.
Ford monteert over de hele linie
zestienkleps motoren en de 1.8
levert met 115 pk bijvoorbeeld
12 paardekrachten meer dan de
Peugeot-motor in de Xantia.
Ford zet krampachtig alle zei
len bij om weer te concurreren.
Met een auto, die qua ontwerp
lang niet zo verrassend is als
destijds de Sierra, maar wel een
revolutionaire uitrusting mee
krijgt. De auto heeft een voor
beeldig weggedrag, biedt een
gerieflijke zit voor het Ameri
kaans aandoende dashboard, de
bediening is prima en ook hier
doet de 1.8-uitvoering het pret
tigst aan. Enig minpunt is de
zitplaats achterin de vijfdeurs.
Veel te weinig ruimte voor het
hoofd.
Volgens Ford zijn met name de
onderhoudskosten veel lager
dan bij de concurrentie, de Opel
Vectra, de Peugeot 405 of de
Mazda 626.
Door mr. L.J.A.M. Hanssen
De herinnering aan de vakan
tie in Griekenland met zijn
gezin is nog heel vers. Een
heerlijke en onbezorgde va
kantie, want een paar dagen
voor zijn vertrek hoorde hij
dat hij weer werk zou krijgen.
Een uitzendbureau kon hem
plaatsen bij een installatiebu
reau.
Hij gaat aan de slag in een
pand in aanbouw. Op de twee
de dag valt hij door een niet
gemarkeerd trapgat van de
eerste verdieping. Hij breekt
zijn schouder. Boven zijn
hoofd werken kan hij verder
vergeten. Zijn toekomst valt
letterlijk voor een deel in dui
gen.
De tijd geeft hem antwoord op
sommige vragen. Hij hoort al
gauw dat een deel van de
arbeidsmarkt voor hem blij
vend gesloten zal zijn. Sporten
waarbij hij zijn armen nodig
heeft, kan hij niet meer.
Wie is verantwoordelijk voor
dit ongeval? Heeft de 40-jarige
elektriciën recht op schade
vergoeding? Zijn advocaat
zegt hem dat de werkgever
ervoor moet zorgen dat de
werkplek voldoende veilig is.
Bij nalatigheid is de werkge
ver aansprakelijk voor de
schade.
Maar wie is in dit geval de
werkgever? Het uitzendbureau
met wie de elektriciën officieel
een arbeidsovereenkomst
heeft? Het installatiebedrijf
waarvoor hij werkt, maar
waarmee hij geen arbeidsover
eenkomst heeft?
Geen enkele kans onbenut la
ten, denkt zijn advocaat, en
spreekt beiden aan en daar
naast ook de eigenaar van het
pand. Het uitzendbureau geeft
toe dat het formeel de werkge
ver is. Maar het is niet in de
positie geweest het trapgat
zelf te beveiligen, luidt de
reactie. Het wijst de aanspra-
kelijkheid af.
Het installatiebedrijf meldt
dat het geen arbeidsovereen
komst met de getroffen man
heeft en dus nooit als werkge-
ver beschouwd kan worden.
En het kan er toch ook niets
aan doen dat de elektricien
niet goed heeft uitgekeken?
Niet aansprakelijk dus.
De eigenaar van het pand
komt met hetzelfde argument.
Hij zegt ook dat hij nu pas
voor het eerst hoort dat er een
trapgat in de eerste etage is
aangebracht. Hoe kan hij dan
weten dat het niet goed bevei
ligd is?
De advocaat besluit de eige
naar van het pand verder met
rust te laten. De kans is (te)
groot dat de rechter een vor
dering tegen hem zal afwijzen.
Met heel wat meer kans op
succes spant hij een procedure
aan tegen het uitzendbureau
en het installatiebedrijf. De
rechter heeft eerder al uitge
maakt dat zowel op de formele
als op de feitelijke werkgever
de verplichting rust te zorgen
voor de veiligheid op de werk
vloer?
Nog voor de rechter tot een
einduitspraak komt, tonen de
verzekeringsmaatschappijen
van het uitzendbureau èn het
installatiebedrijf zich bereid
de elektriciën volledig schade
loos te stellen.
Een enorme last valt van zijn
schouders. Hij hoeft samen
met zijn gezin niet een of meer
financiële stappen terug. De
jaarlijkse vakantie in Grie
kenland is veilig gesteld. Zijn
vrouw hoeft niet te gaan wer
ken als ze niet wil. De kinde
ren kunnen lid blijven van de
voetbalclub. De verzekering
betaalt ook de kosten van de
advocaat. Hij beseft dat er ook
nog zoiets als rechtvaardig
heid bestaat.
„Indicatie: hypertrofische ob
structieve cardiomyopathies
vermeldt de bijsluiter van een
middel tegen hartklachten. De
Consumentenbond ziet dit lie
ver vertaald in: „Te gebruiken
bij opgezwollen, niet goed
werkende hartspier". Van een
ander middel waren een oude
èn een vernieuwde bijsluiter
in omloop. Soms wordt teveel,
oninteressante informatie ge
geven en soms bestaat de bijs
luiter uit doorschijnend papier
zodat hij moeilijk te lezen is.
Vaak is de informatie volgens
de Consumentenbond alleen
voor een arts of apotheker
begrijpelijk. Ook worden ge
gevens verstrekt voor zowel
arts als patiënt, wat verwar
rend en zinloos is omdat de
arts de medicijnen vaak niet
in handen krijgt.
Soms maken verschillende fa
brikanten hetzelfde medicijn
Dat was een logische keuze,
want onder de titel 'Vreuls bij
nacht' verschenen Vreuls'
slaapervaringen al eerder in
Op Pad, het tijdschrift voor
actieve vakanties. Vreuls vul
de die bijdragen aan met nieu
we en recente praktische in
formatie.
Paul Vreuls belandt op zijn
tochten door Nederland onder
meer in een klooster, bij parti
culieren thuis, in een natuur
vriendenhuis en een trekkers
hut. De onbekende delen van
Nederland waar hij belandt,
beschrijft hij op een even per
soonlijke wijze als zijn
slaapervaringen. Het zijn kor
te, niet altijd even diepgaande
bevindingen, waarin de her
komst (korte bijdragen in een
tijdschrift) nog altijd zicht
baar is.
Maar zelfs wie minder aange
sproken wordt door de obser
vaties en overdenkingen van
Vreuls, vindt altijd nog vele
tips en ideeën in het boekje.
'Het andere bed' richt zich
dan ook op mensen die een
goedkoop en tegelijkertijd
apart alternatief zoeken voor
een overnachting in Neder
land.
Paul Vreuls: Het andere bed. Ver
krijgbaar bij de ANWB en de
boekhandel, prijs 22,50.
Utrecht - Met bijna de helft van vijfhonderd door de
Consumentenbond onderzochte bijsluiters van medicijnen
is het droevig gesteld. Veel bijsluiters zijn onvolledig en
onbegrijpelijk. Te kleine lettertjes, rommelige opbouw en
vooral veel vaktermen en Latijnse woorden. De bond pleit
in de Consumentengids van maart voor meer controle en
een strengere aanpak van fabrikanten en importeurs.
wat weer leidt tot bijsluiters
die inhoudelijk verschillen. De
bond pleit er daarom voor dat
fabrikanten hun bijsluiters op
elkaar afstemmen.
Al sinds 1988 zijn fabrikanten
wettelijk verplicht bijsluiters
te leveren in begrijpelijk Ne
derlands, volgens het Besluit
bereiding en aflevering farma
ceutische produkten. De in
spectie Geneesmiddelen con
troleert de naleving ervan,
maar kennelijk niet genoeg,
concludeert de Consumenten
bond.
Ook is in een zogenoemd
richtsnoer aangegeven welke
informatie er in elk geval in de
bijsluiter moet staan. Dit
richtsnoer moet een wettelijke
status krijgen, vindt de bond.
De overheid moet tenslotte
strenger optreden tegen fabri
kanten die een slechte bijslui
ter bij hun geneesmiddelen
stoppen.
Door Johan van Grinsven
Breda - Het boekje 'Het andere bed' van freelance
journalist Paul Vreuls gaat over zeventien alternatieve
manieren om in Nederland te overnachten. Het boekje
werd eerder deze maand in Den Haag gepresenteerd
tijdens de Op Pad Beurs.
„Mij trekt de vrijhq
schippersleven en de
omheen. Al jaren woon
schip.
Bavo G
Door Philip Nobile
Londen - 'Roots' van Alex
boeken en een van de pop
blijkt een van de grootste
laatste jaren te zijn. Het is
een Kunta Kinte is gewees
geloofden miljoenen televii
tussen het slavenverleden v
Dat blijkt uit bestudering van
Haley's persoonlijke papieren en
ander materiaal. Tot een jaar na:
Haley's dood aan een hartaanval
op 10 februari 1992 bleef zijn
reputatie in stand. Volgende
week zullen evenwel de Alex
Haley-archieven worden open-:
gesteld in de Special Collections
Library van de Universiteit van|
Tennessee in Knoxville. De
waarheid over 'Roots' is in die
archieven terug te vinden.
Steunpilaren
Nog opmerkelijker dan Haley'i
bedrog is de manier waarop di'
werd verdoezeld door juist dii
mensen die de steunpilaren zij:
geworden van de politiek correc
te orde. Ze waren allemaal ti
bang, of te oneerlijk, om he'
publiek te bekennen dat de be
roemde zwarte schrijver ove:
zijn afkomst had gelogen.
In de namiddag van 13 decembe:
1978 zat Haley in zijn suite h
het Barclay Hotel in Manhattai
en peinsde over het op handel
zijnde vonnis in het plagiaatpro-
ces dat tegen hem was aange
spannen en dat nu al vijf wekei
had geduurd. Bij zijn kruisver
hoor was het hard tegen hari
gegaan en de sceptische rechte
had hem al vrijwel schuldig be
vonden.
De Amerikaanse schrijve
Alex Haley. foto
Er was nog tijd om toe te geve
dat Haley iets van tachtig pass;
ges had overgeschreven uit c
siavenroman 'The African' vs|
Harold Courlander uit 1967
ze in zijn vermeende non-fict
familiesage 'Roots' had ve|
werkt. Afgezien van de vernedi
ring zou een schikking op h
allerlaatste moment duur zij
Courtlander en zijn uitgevi
Crown Publishers hadden al ei
aanbod van 250.000 dollar afgs
wezen.
Pulitzerprijs
Alles stond op het spel voor
55-jarige schrijver, zijn eer, zi
Pulitzerprijs, zijn fortuin, en z:
reputatie als schrijver van
uitmuntende 'Autobiography
Malcolm X' in 1965 en het ep
'Roots' in 1976. Van schoenpo
ser was hij opgeklommen tot
beroemdste zwarte auteur t'
wereld.
De vondst van Kunta Kinte,
Mandinka-slavenjongen die
ketend naar Amerika werd t
voerd en Haleys voorvader w
maakte van zijn 587 pagini
tellende slavenverhaal een v
reldbestseller waarvan in de e
ste achttien maanden alleen
1,5 miljoen exemplaren werd
verkocht.
Voor rechter Robert Ward W
het plagiaat onbetwistbaar aa
getoond, maar hij deinsde erve
terug een zwart idool door
Kunta Kinte (Levar Bur
Nederland in 1977 werd uitg
Ir