Kwaliteit toerisme moet beter'
MODE VISIE
Corset is weer terug
Sommigen dragen 5n vreselijk geheim: de ziekte van Huntington
Hoogleraar Jansen-Verbeke bepleit breed denkende managers met toekomstvisie
k
ri
Frank's meubellijn niet meer dan slap aftreksel
CONSUMENT
WIJZER
Rode soep met witvis
MEDISCHE RUBRIEK
TEKENING BIRGIT TIJDINK
Door Jetty Ferwerda
Het corset. Eeuwenlang heeft
het vrouwen in hun bewe
gingsvrijheid belemmerd. Aan
het schoonheidsideaal van een
volle, opgekropte boezem en
smalle wespetaille kon een
vrouw alleen voldoen door een
corset te dragen. Let wel, rijke
vrouwen. Het benadrukte het
feit dat zij niet hoefden te
werken. Arbeidersvrouwen
moesten het doen met een sim
pele borstrok.
Toen ontwerper Paul Poiret
rond 1909 een collectie ont
wierp waar geen corset aan te
pas hoefde te komen, ging er
een zucht van verlichting op
bij de dames. Zijn harembroe
ken en wijde jurken, geïnspi
reerd op de kostuums van
Léon Bakst voor de Ballets
Russes van Diaghilev, behoef
den geen sterk ingesnoerd bo
venlijf. Pas bij de New Look
van Dior na de Tweede We
reldoorlog keerde het corset
weer even terug. Het silhouet
van deze naoorlogse stijl had
nu eenmaal een wespetaille en
de meeste vrouwen konden
daar niet aan voldoen. De ja
ren zestig brachten definitief
bevrijding, het ging zelfs zover
dat de bh in de ban werd
gedaan. Over het corset werd
niet meer gesproken. Dat
droegen vrouwen alleen nog
om him figuur te corrigeren en
dat was hun best bewaarde
geheim.
Jean Paul Gaultier en Madon
na waren de eersten die het
corset terugbrachten in het
modebeeld, zichtbaar en ver
leidelijk. Ondermode werd bo-
venmode en het corset werd
gecombineerd met wijde rok
ken, kostuums en zelfs gedra
gen óver andere kledingstuk
ken heen. Figuurcorrectïe was
er niet meer bij. Het corset
bood zelfs alle bewegingsvrij
heid vanwege het soepele ma
teriaal.
Nu zijn lingerie-achtige ele
menten als kant, baleinen,
beugelbh's en het corset niet
meer weg te denken uit de
collecties. Het zijn bij de ont
werpers favoriete onderdelen
die het vrouwelijke in hun
creaties moeten accentueren.
Karl Lagerfeld (wie anders?)
zette het corset weer in het
middelpunt van de belangstel
ling in de najaarscouturecol-
lectie van Chanel. Strakke
lijfjes met wulpse boezems en
een wijde rok. Het herinnerde
aan de hoofdpersoon uit de
tv-serie Angélique van zo'n
tien jaar terug. Geen wonder,
Lagerfeld is zo geobsedeerd
door alles wat met de negen
tiende eeuw te maken heeft
dat zelfs kledingelementen uit
die tijd in zijn ontwerpen te
rugkeren.
In de voorjaarscollecties van
Chanel keerde het corset of
onderdelen ook weer terug: Bij'
voorbeeld een wit corset-ach-
tig bovenstuk in de vorm van
een hemdje, gecombineerd met
een wijde, witte matrozen-
broek en een jasje. In de laat
ste couturecollectie van het
toonaangevende Franse mode
huis gebruikte de ontwerper
plastic voor zijn corsetten, met
een verrassend effect.
Gianfranco Ferré liet zich
voor zijn voorjaarscollectie
van Christian Dior inspireren
door Venetië. Hij snoerde de
taille met een corset-achtig
lijfje waaraan wijde mouwen
en een schootje vastzaten. In
combinatie met een jeans het
toppunt van eigentijdse vrou-
welijkheid.
Door Marijke Prins
Een gemakkelijke en smakelijke manier om een pittige vissoep
te serveren. Paprika en tomaat geven de soep een frisse rode
kleur.
Voor vier personen
Voorbereidingstijd: 30 minuten
Kooktijd: 20 minuten
300 gram witvis (heilbot is erg geschikt)
2 rode paprika's
750 gram vleestomaten
4 sjalotten
2 tenen knoflook
1 Vi theelepel grove mosterd (Doesburgse)
2 glazen droge witte wijn
1 potje crème fraiche
1 laurierblad
1 takje peterselie
1 wortel
2 eetlepels olijfolie
1 mespunt cayennepeper
Vi theelepel pittige rode paprikapoeder
2 eetlepels geknipte bieslook of peterselie (even
tueel)
Pocheer de witvis in 2 glazen witte wijn, gekruid met 1
laurierblad, 1 zeer fijn gesneden wortel, een takje peterselie en
een in plakjes gesneden teen knoflook. Laat de vis zachtjes
kokend in 15 minuten gaar worden. Leg de vis op een bord en
zeef het kookvocht.
Tref vervolgens de voorbereidingen voor de rest van de soep: leg
de tomaten enkele minuten in kokend heet water, ontdoe ze van
hun schil en snij ze in piepkleine blokjes. Pitten mogen
verwijderd worden, maar het hoeft niet. Ontdoe de paprika's
van hun zaadlijsten en snij ze zo fijn mogelijk (of maal ze samen
met de tomaten fijn in een keukenmachine). Maak de sjalotten
schoon en snij ze in dunne ringetjes.
Verhit in een pan met dikke bodem de twee eetlepels olijfolie en
smoor de uiringetjes in de olie totdat ze glazig zien, voeg dan
een in kleine blokjes gesneden teen knoflook toe en laat het
geheel nog een minuutje bakken. Dan gaan tomaten en paprika
erbij. Laat de groente aan de kook komen en tien minuten
pruttelen. Voeg dan het kooknat van de vis toe, V2 liter water en
de vis, die eerst is uitgeplozen. Breng de soep op smaak met
cayennepeper, paprikapoeder, mosterd en zout. Laat hem nog
even doorpruttelen. Vlak voor het opdienen wordt met een garde
het potje crème fraiche door de soep heen geklutst.
De soep kan worden gegarneerd met wat geknipte bieslook of
peterselie. Wie de rode vissoep als maaltijdsoep wil serveren,
kan nog een ons Hollandse garnalen over de porties soep
verdelen en er stokbrood uit de oven bijgeven.
door Jan Paalman
MAANDAG 22 FEBRUARI 1993
tel, u krijgt een envelop
aangereikt met daarin
uw gehele medische toe
komst. Aan welke ziekten u
zult gaan lijden, aan welke
ziekte u tenslotte dood zult
gaan. en nog enger, wanneer de-
dood zijn opwachting maken
zal. De vraag. Maakt u die
envelop koelbloedig open? Of
prefereert u de onzekerheid
van het lot boven de zekerheid
van de medische wetenschap?
Wat voor ons nog medische
toekomst is, is voor sommige
Nederlanders al enkele jaren
werkelijkheid. Kanshebbers op
de ziekte van Huntington kun
nen zich laten testen of ze later
- zo tussen hun dertigste en
veertigste - wel of niet deze
erfelijke, ontluisterende en uit
eindelijk dodelijke ziekte zul
len krijgen.
De ziekte begint heel sluipend.
De eerste verraderlijke teke
nen kunnen rare stemmingen
zijn, of een nauwelijks merkba
re teruggang van het intellect.
Later gaat slikken niet zo goed
en de spraak wordt moeizamer.
Heel typisch zijn de vreemde,
onwillekeurige bewegingen: de
beroemde Chorea van Hun-
hngton. Dit alles wordt lang
zaam maar onherroepelijk er
ger. De patiënt takelt af of
wordt dement, om dan na 10
tot 30 jaar aan deze ontluiste
rende ziekte te overlijden.
Huntington is dominant erfe-
jk- Lijdt een van de ouders
aan deze ziekte, dan is de kans
om zelf deze ziekte te krijgen
oen op twee ofwel 50 procent.
Itjug het nog niet duidelijk is
of je zelf de ziekte hebt (en
voor het dertigste jaar is niets
zeker) is de kans dat je de
ziekte aan je kinderen door
geeft daar weer de helft van:
een op vier ofwel 25 procent.
Let wel. Dit zijn gemiddelde
kansen. Het is heel goed moge
lijk dat alle kinderen van een
Huntingtonpatiënt ziek worden
maar het kan ook zijn dat ze
allemaal gezond zijn en blijven.
Een wrede loterij kortom.
Aan de ziekte zelf is niets te
doen. Maar sinds 1987 kan men
zich in Leiden op deze ziekte
laten testen. Hoe afschuwelijk
het dilemma kan zijn om je al
dan niet te laten testen, en hoe
groot de schok van de uitslag,
laat zich misschien het beste
illustreren met het volgende
verhaal.
In het medische blad de New
England Journal of Medicine
van 12 november 1992 be
schreef Catherine Hayes haar
ervaringen met de test. Hayes
is voorzitter van de Ameri
kaanse patiëntenvereniging.
„De eerste 33 jaar van mijn
leven", zo begint haar verhaal,
„leefde ik onder de doem van
de ziekte van Huntington." Als
kind ontdekte ze het goed be
waarde familiegeheim dat een
van haar grootouders in een
psychiatrische inrichting aan de
ziekte van Huntington was
overleden. Ze zag een tante en
een oom langzaam aan de ziek
te ten onder gaan. Vervolgens
zag ze dezelfde symptomen bij
haar moeder terug en ze be
greep dat zij en haar broers ook
gevaar liepen. „We moesten
machteloos afwachten, steeds
bedacht op kleine rare bewe
ginkjes, stemmingswisselingen
en vergeetachtigheid en er
maar het beste van hopen."
En dan. Op de autoradio hoort
ze dat er een test is ontwikkeld.
„Ik moest de auto aan de kant
zetten omdat ik in tranen uit
barstte". In 1987 liet ze zich
testen en bleek de ziekte
hoogstwaarschijnlijk (de zeker
heid van de test is 98 procent)
niet te hebben. Daarmee was
de kous niet af. „De onverge
lijkbare opluchting die ik voel
de werd getemperd door de
pijnlijke wetenschap dat de an
dere familieleden het er minder
goed zouden afbrengen." Een
van haar broers vertoonde al
verschijnselen, een broer - zo
bleek uit de test - zal de ziekte
zeer waarschijnlijk krijgen, een
andere broer zeer waarschijn
lijk niet.
„De test op Huntington heeft
op alle leden van de familie
invloed." aldus Hayes. Een on
gunstige uitslag is een schok,
een gunstige uitslag verandert
ineens het zicht op het leven.
Bovendien is er het probleem
of je je eigenlijk wel wilt laten
testen. Dat kan bij de ziekte
In dit vrolijke(!) gezin heeft vader de erfelijke ziekte van
Huntington. De kinderen lopen een kans van een op twee om
deze ziekte te erven. Het gaat hier om kansen. Het is ook goed
mogelijk dat geen van de kinderen ooit ziek zal worden.
van Huntington tot heel na
vrante problemen leiden, want
voor de test moeten ook fami
lieleden worden onderzocht.
Het komt voor dat ze die me
dewerking weigeren.
Daar hebben ze recht op, want
er bestaat in de geneeskunde
ook een recht op niet willen
weten. Stel nou dat je risicopa
tiënt bent, niet zeker weet of je
ooit de ziekte van Huntington
zult krijgen en het niet wil
weten ook. En stel nou dat een
van je kinderen zich wil laten
testen. Als die te horen krijgt
dat hij ziek zal worden, dan
weet je' onmiddellijk dat je zelf
ook ziek zult worden, want dat
kind heeft de ziekte van jou
overgeërfd. Een vreselijk di
lemma. Of je weigert medewer
king, of je ziet de werkelijkheid
onder ogen, of je wilt de uitslag
niet weten en dan scheep je je
kind op met een vreselijk ge
heim.
De klinisch-genetici, de erfe
lijkheidsdeskundigen, hadden
wel degelijk oog voor al deze
moeilijkheden. Ze vreesden
aanvankelijk dat mensen onder
een ongunstige uitslag zouden
bezwijken. Vandaar dat men de
patiënt voor en na de test in
tensief begeleidt. Vandaar ook
dat over de hele wereld de
gevolgen van deze test door
psychologen wordt bestudeerd.
Die gevolgen beginnen lang
zaam aan duidelijk te worden.
In dezelfde aflevering van de
Journal werd bericht dat men
sen die een ongunstige uitslag
te horen hadden gekregen het
redelijk goed maakten, en de
gelukkigen gingen, zoals ver
wacht, er ook al psychisch op
vooruit.
De Nederlandse psycholoog
drs Aad Tibben is daar minder
zeker van. In een artikel in de
American Journal of Medical
Genetics komt hij tot andere
bevindingen. Inderdaad brach
ten de mensen na een ongunsti
ge test het er redelijk goed af.
Maar met de mensen die wèl
een gunstige uitslag hadden
ontvangen ging het minder
goed dan je verwachten zou. Ze
hadden vaak last van wat psy
chologen 'overlevingsschuld'
noemen: waarom mijn familie
leden niet en ik wel? Hun test
zagen ze soms als een verraad
aan de familie. Dat alles kan
zich uiten in een emotionele
vervlakking.
Hoe kan dat nou? Tibben (die
op 31 maart op dit onderwerp
promoveert): „Na een gunstige
uitslag ga je echt niet zomaar
over tot de orde van de dag.
Die mensen hebben zich hun
hele leven op het ergste voor
bereid - het komt zelfs voor dat
vrouwen zich hebben laten ste
riliseren - en nu is dat helemaal
niet meer nodig. Zo'n verande
ring van het levensprogramma
brengt een hele schok teweeg.
Bovendien zet zo'n gunstige
uitslag alle verhoudingen bin
nen de familie op zijn kop."
Maar waarom zou je je dan nog
eigenlijk laten testen? Is dat,
zoals Shakespeare zo mooi zei,
niet een keus uit een mand vol
rótte appels? Tibben: „Nee, dat
toch niet. Tot nu toe zijn we
niemand in ons programma te
gengekomen die spijt heeft van
zo'n test. Maar de keerzijden
van deze test zijn toch groter
dan we aanvankelijk hebben
gedacht."
Voor meer informatie: Vereni
ging van Huntington, postbus
30470 2500 GL. Den Haag, tel.
070-3557 U 4.
Hoe gaan toeristische be
drijven in Nederland met
het toerisme om? Wat
doen hotelmanagers met
het feit dat het cultureel
toerisme naar Nederland
in de lift zit? Dat zijn een
paar van de vragen die
dr. Myriam Jansen-Ver-
heke, Nederlands eerste
hoogleraar toerisme, zal
behandelen in haar colle
ges stedelijk toerisme
aan de Rotterdamse
Erasmus universiteit. Het
antwoord is natuurlijk:
niet goed en niet genoeg.
Anders hoefde ze die vra
gen niet te stellen.
i
i
f-
T
Zeeuwse volk.
lSSVf#,
I Door Ivo Postma
I gotterdam - Het toeristische
Ijrodukt Nederland heeft nog
I'test groeimogelijkheden in zich.
I De groei moet echter eerder ge-
I zocht worden in kwaliteit en
I duurzaamheid dan in nieuwe re-
I cordcijfers met pasen en pink-
I steren. Daartoe moeten hotels,
I touroperators en attracties ver-
ljer kijken dan hun eigen we-
I -eldje en meer dan ze nu doen
onderling gaan samenwerken.
„Een rij folders over uitstapjes
op de balie van het hotel is wel
leuk maar niet voldoende", zegt
I dr. Myriam Jansen-Verbeke, die
I binnenkort aantreedt als hoogle-
I raar toerisme binnen de studie-
I richting bedrijfskunde van de
Erasmusuniversiteit in Rotter-
„Hotels zouden daadwer-
I kelijk betrokken moeten zijn bij
I het organiseren van excursies en
I andere toeristische activiteiten.
I Hier en daar in toeristisch on-
I sernemersland heeft het besef
1 postgevat dat er binnen de
[branche behoefte bestaat aan
leen visie op de toekomst. Dit
I besef heeft onlangs gestalte ge-
I kregen in een nieuwe stichting,
Stichting 'BEWETOUR' (Be-
I vordering Wetenschappelijk On-
I derzoek en Onderwijs in Toeris-
De leerstoel van Jansen-
I Verbeke is een initiatief van deze
I slichting, waarin een hotelketen,
1 rransportondernemingen en
I touroperators zijn vertegen-
1 woordigd, evenals het ministerie
van Economische Zaken. Jan-
i-Verbeke is ook verbonden
laan de afdeling Planologie en
I Beleidswetenschappen van de
I Nijmeegse universiteit.
I Perspectieven
I De nieuwe hoogleraar ziet per-
I spectieven genoeg, maar er zijn
I wel creatieve en breed denkende
I managers nodig om de typische
1 toeristische mogelijkheden van
ons land uit te buiten. Zo is het
i het minderen met de busla-
Amerikanen en Japan-
I ners die in anderhalve dag een
1 bezoek brengen aan Amsterdam,
I Volendam en de bollenvelden en
I vervolgens doorreizen naar
Brussel en Parijs. Hoe wordt
daar op ingespeeld?
„Het lange afstandstoerisme
naar Nederland mag dan aan het
I minderen zijn, binnen Europa
I zitten er nog groeimogelijkheden
|in", zegt Jansen-Verbeke. „Zo
I beginnen de Spanjaarden, Italia-
I nen en Fransen eigenlijk pas de
I laatste jaren in het buitenland
op vakantie te gaan. Tegelijker-
I tijd zie je dat naast het massa-
I toerisme de markt uiteenvalt in
I verschillende segmenten. Er ont-
I staat steeds meer belangstelling
voor sportief toerisme en cultu
reel toerisme.
Kwetsbare gebieden
Volgens de hoogleraar beschikt
Nederland over sterke troeven
om de nieuwe ontwikkelingen
uit te buiten. „Vooral het cultu
reel toerisme hierheen zit in de
lift en op dat gebied zijn er
buiten Amsterdam vele kleinere
historische plaatsen die veel
moois te bieden hebben. Om de
toeristen ook daar aan toe te
laten komen moet je zorgen dat
je ze wat langer dan anderhalve
dag in Nederland houdt."
„Ik vind niet dat het overal even
druk moet worden", vervolgt zij.
„Kwetsbare gebieden moet je
ontzien, anders tast je de kwali
teit van je eigen produkt aan,
zoals aan de Spaanse Costa's en
aan de kusten van België en
Turkije is gebeurd. In Nederland
betekent dat bijvoorbeeld dat je
geen bungalowpark op de Velu-
we moet gaan plannen."
Overigens heeft zij nogal ver
trouwen in het milieubewustzijn
van de Nederlanders. „Men is
hier in dat opzicht heel wat
verder dan in veel andere lan
den." Ze zou echter graag zien
dat toeristische ondernemers,
bijvoorbeeld in de kwetsbare
watersportgebieden, ook in dat
opzicht de handen ineen zouden
slaan. Ze denkt dan aan drukbe
zochte gebieden in Oostenrijk en
Zuid-Duitsland waar alle plaat
selijke ondernemers samenwer
ken onder motto's als 'we hou
den onze vallei mooi.'
„Toeristen zijn op te voeden",
zegt Jansen-Verbeke. „Ik denk
niet dat je de stroom toeristen
kunt tegenhouden. Ik denk wel
dat je toeristen kunt leiden.
Door ze iets aan te bieden, kun
je zorgen dat toeristen ergens
heengaan. Zorg voor spreiding.
Breidt het pakket Maastricht
bijvoorbeeld uit tot de regio
Maastricht. Zo voorkom je dat je
toestanden krijgt als in Brugge
en Venetië, steden die overlo-
pen.
Buiten de deur
De ideeën van de hoogleraar
komen over het algemeen neer
op de noodzaak van duurzaam
heid en kwaliteit. Toerisme is in
haar zienswijze meer dan de be
zienswaardigheden die een stad
of een streek te biesien heeft. Het
is een samenspel van sfeer,
schoonheid en comfort dat men
sen kan aanspreken en daardoor
een uitnodiging vormt om nog
eens terug te komen.
„Het gaat erom het streven naar
Toerisme is volgens Myriam Jansen-Verbeke een samenspel van sfeer, schoonheid en comfort dat mensen kan aanspreken en
.daardoor een uitnodiging vormt om nog eens terug te komen. foto theo van zwam
kwaliteit om te zetten in mana
gement en in een strategie van
het bedrijfsleven. Om dat te be
reiken moeten de managers
vooral hun neus buiten de deur
van hun eigen bedrijfstak ste
ken. Er zijn dwarsverbanden no
dig tussen de verschillende sec
toren van het toeristisch be
drijfsleven."
Zijzelf hoopt met haar colleges
een bijdrage te kunnen leveren
aan de vorming van de profes
sionele managers waarvan er
volgens haar nu nog te weinig
zijn.
Door Jetty Ferwerda
Breda - Ze zijn zeldzaam,
maar ze zijn er. Van die ont
werpers die alles kunnen:
mooie kleren ontwerpen,
aparte behangetjes verzin
nen, prachtige meubels vorm
geven en ook nog mooie foto's
maken. Karl Lagerfeld is zo'n
duizendpoot. Of Jean Paul
Gaultier. Het zijn ontwerpers
met een veelzijdig talent, per
sonen die niets uit handen
geven en die elk produkt zelf
bedenken.
Er zijn ook ontwerpers die alleen
kleding maken en hun naam ver
binden aan produkten die ze
misschien nooit hebben gezien.
Cardin is de bekendste. Zijn
naam kleeft aan alles, van pan
nen tot wc-papier. Van de ver
koop ontvangt Cardin een per
centage en daarvan kan hij z'n
couturecollecties weer betalen.
Japanners zijn er gek op, want
Cardin staat voor Parijs en Pa
rijs betekent status. Maar om
nou te zeggen dat alles met het
slap aftreksel van wat allang
bestaat. De couturier kan beter
bij z'n jurkjes blijven en het
ontwerpen van meubelen aan
anderen overlaten.
Het is een makkelijk 'meubel
concept'. De fabrikant verzint
zes meubellijnen die momenteel
sterk in de belangstelling staan:
Shaker, Classic, Art Deco, Coun
try, Avant Garde en Design. Zo
is hij aan alle kanten ingedekt.
Vervolgens vraagt hij een be
kend Mode-ontwerper-Van-De-
Reclame of hij zijn naam wil
verbinden aan die meubels, ver
lichting, karpetten en andere ac
cessoires. En hij brengt het op
zo'n manier, dat de klant kan
zeggen: 'Kijk eens, ik heb een
Frank Govers-interieur'.
De tijd van labels en merknamen
is echter voorbij. In de jaren
tachtig pronkten yuppies nog
met hun Starck-stoelen en Ales-
si-servies, nu is een zekere ano
nimiteit aan de orde van de dag.
Het draait om persoonlijkheid en
eigen smaak in het interieur en
daar kan Frank Govers niets aan
veranderen, laat staan toevoe
gen.
kunnen, kan ik ook'. Dat blijkt
tenminste uit het scala produk
ten dat inmiddels zijn naam
draagt: parfums, sjaals, brillen
en sinds kort ook meubelen. Par
don, Haute Couture-meubelen.
Het 'meubelconcept' is afkom
stig van Gerard Daamen, geeste
lijk vader en negen jaar lang
manager van Trendhopper. En
Neêrlands meest eigenwijze cou
turier was volgens hem dè aan
gewezen persoon om een ant
woord te geven op cocooning,
vergrijzing, gezond leven en on
ze behoefte aan fantasie en mi-
niluxe. Per slot van rekening is
hij ontwerper pur sang en heeft
hij 'uitgesproken meningen over
stijlen, kunst, muziek, architec
tuur, binnenhuisarchitectuur en
industriële vormgeving', aldus
de fabrikant.
Frank Govers moet gedacht
hebben: wat Lagerfeld en Car
din kunnen, kan ik ook.
foto anp
naamkaartje Cardin ook staat
voor klasse en luxe? Nou, nee.
Frank Govers moet gedacht heb
ben: 'Wat Lagerfeld en Cardin
'Onze Frank' mag nu wel een
eigen visie op het interieur heb
ben - uiteindelijk hebben we
dat allemaal - maar die visie
vertalen in goede vormgeving is
heel andere koek. Wat nu bij de
gerenommeerde meubelzaken
komt te staan, is geen vernieu
wend meubeldesign, maar een