JLE B.V.
VEUZEN B.V
ICHT
'AG EN
NER
Buurgemeenten Aardenburg en Sluis in 1970 net niet samen
52.995.-
69.995.- I
ZEELAND
DONDERDAG 4 FEBRUARI 1993 C 4
De paringsdans van oude vijanden
ug, tel. 01140-12097
uzen, tel. 01150-13690
DE STEM
patleet die 204 pk sterk is.
2-liter hoogstandje. Door
oogt hij als een rasechte
lijk overeen met wat zijn
over 216 Coupé v.a.
lover 220 Turbo Coupé v.a.
ER WORDT weer stevig gepraat over herindeling
van Zeeuws-Vlaanderen. Aardenburg en Sluis zien
bui al hangen. Als ze niet uitkijken, worden ze
opgeslokt door Oostburg, al in 1966 door Sluise
actievoerders als 'moloch' bestempeld. De twee
kleine buurgemeenten zijn daarom besprekingen
begonnen over een eventuele fusie.
De paringsdans is begonnen, de bereidheid lijkt
groot. Dat is wel eens anders geweest. 'Dan nog
liever bij Lapscheure' was in Sluis de leuze, toen er
in 1965 één gemeente Aardenburg-Sluis dreigde te
ontstaan. Een blik in de archieven laat zien dat de
herindelingsvoorstellen in de jaren zestig nog het
meest weg hebben van 'landverovertje'.
Door Ronald Verstraten
VAN EEN fusie tussen Aarden
burg en Sluis was in 1963 nog
helemaal geen sprake. In een
eerste, voorzichtig herindelings-
voorstel van Gedeputeerde Sta
ten van Zeeland bleven beide
gemeenten zelfstandig. Punt
van discussie was de toedeling
van twee buurtschappen. Heille
zou bij Aardenburg worden ge
voegd, Draaibrug bij Sluis.
Daar wilden ze in Aardenburg
absoluut niet van horen. Heille
wilden ze wel hebben, maar
Draaibrug wilden ze houden.
Beide waren immers helemaal
op Aardenburg gericht wat ker
kelijke oriëntatie en vereni
gingsleven betrof. Sluis maakte
echter ook aanspraak op beide
gehuchten. De geaardheid van
de inwoners zou beter bij die
van de Sluisenaren aansluiten.
Daar dachten ze in Draaibrug
toch anders over. De inwoners
verzamelden een groot aantal
handtekeningen om bij Aarden-
burg te blijven.
Inwonertallen
De discussie kreeg in april 1964
een onverwachte wending. De
toenmalige minister van bin
nenlandse zaken Smallenbroek
had zijn mening gegeven over
de herindeling van Zeeuws-
Vlaanderen. Hij zag Sluis en
Aardenburg liever niet apart.
De inwonertallen waren te ge
ring om zelfstandig te blijven.
Eén gemeente Aardenburg-
Sluis stond hem voor ogen.
Waar de gesprekken tijdens de
kerstdagen in dat jaar over gin
gen, laat zich gemakkelijk ra
den. Enkele dagen tevoren had
den GS de gemeenten verrast
met een nieuw wetsontwerp
voor de gemeentelijke herinde
ling. De dertig gemeenten in
Zeeuws-Vlaanderen zouden
worden teruggebracht tot tien.
Voor een deel zag het plan eruit
zoals de herindeling later is ge
worden.
de herindeling ook in de andere
Zeeuws-Vlaamse gemeenten
niet ongemerkt voorbijgegaan.
Omdat hun zelfstandigheid toch
al op de tocht stond, hadden
sommige kleinere gemeenten
vergaande ideeën ontwikkeld.
In het westen dachten sommi
gen aan één gemeente West-
Zeeuws-Vlaanderen en in de
hele regio waren geluiden te
horen waarin de herindeling
uiteindelijk tot drie gemeenten,
Oost, Midden en West, zou lei
den.
GS wilden zover niet gaan,
maar in een advies dat ze in
juni 1965 uitbrachten aan de
minister van binnenlandse za
ken was het aantal gemeenten
na de herindeling teruggebracht
tot zeven. De grootste verande
ring in vergelijking met het ont
werp van een half jaar daarvóór
was de samenvoeging van de
gemeenten in de kanaalzone tot
één gemeente, inclusief Sas van
Gent. Hoofdplaat en IJzendijke
zouden opgaan in een grote ge
meente Breskens. Voor Aarden
burg en Sluis veranderde er
niets. Een verzoek van de laat
ste, om Retranchement erbij te
krijgen, werd afgewezen.
In oktober van dat jaar kwam
minister Smallenbroek samen
met staatssecretaris Westerhout
naar Zeeuws-Vlaanderen om
met de gemeenten te praten
over de herindeling. Er was
sprake van een wat eigenaar
dige situatie, want er kon niet
worden gesproken over het ad
vies van GS. Weliswaar was
daarover in De Stem gepubli
ceerd, maar officieel waren de
gemeenten niet op de hoogte
gebracht. De minister kreeg in
ieder geval van Breskens en
Oostburg te horen dat zij één
gemeente in West-Zeeuws-
Vlaanderen wilden.
Eigen karakter
In december 1965 kwam er op
nieuw een voorstel van GS. En
weer zag het kaartje er anders
uit: van dertig naar vijf ge
meenten. In het westen zou er
één grote gemeente ontstaan,
inclusief Breskens en Oostburg.
Maar Aardenburg en Sluis
maakten er geen deel van uit.
„Deze historische kernen heb
ben een eigen karakter en speci
fieke belangen. Deze omstan
digheden verzetten zich tegen
opneming in de combinatie
Oostburg", vonden GS.
Het actiecomité 'Sluis Zelfstan
dig' had intussen nog niets van
zijn felheid verloren. In de her
indelingsplannen van GS zag
het een 'poging om van Zeeuws-
Vlaanderen een proefkonijn te
maken voor sociologen en pla
nologen'. En dat terwijl er nau
welijks aandacht zou zijn voor
de nadelen van herindeling: 'El
ke opgeheven gemeente wordt
slechts een onderdeel, dat in de
grotere gemeente niet meer aan
bod komt', vreesde het comité.
Ook de combinatie Aarden
burg-Sluis zou geen kans ma
ken: 'Men weet dat men hier
voor noch in Aardenburg, noch
in Sluis iets voelt.'
Teleurstelling
Vooral dan toch in de laatste
gemeente, want B en W van
Aardenburg legden zich in fe
bruari 1966, zij het met tegen
zin, neer bij met het herinde
lingsplan van GS. „Met een ge
voel van grote teleurstelling
het zelfstandig blijven van Aar
denburg wordt kennelijk on
aanvaardbaar geacht", schrij
ven ze in een pre-advies aan de
gemeenteraad. Het negeren van
die mening zou volgens het col
lege getuigen van gebrek aan
realiteitszin en leiden tot be
stuurlijke kortzichtigheid.
Toen de raad zich vervolgens bij
het advies van B en W aansloot,
sprak burgemeester Van Ber-
ckel van 'een historisch mo
ment' en van een beslissing die
Op een ochtend in januari 1965 bleek Sluis volledig te zijn
volgekalkt en behangen met anti-Aardenburg-leuzen. FOTO'S
ARCHIEF DE STEM
Tel. 01140-16000
Verschillen
Maar er waren verschillen. In
Oost-Zeeuws-Vlaanderen vorm
den Koewacht, Overslag en
Zuiddorpe één gemeente. In het
westen kwamen IJzendijke en
Hoofdplaat samen, Breskens,
Groede en Schoondijke zouden
één gemeente vormen en Oost
burg was op papier een stuk
kleiner dan het uiteindelijk is
geworden. GS bleken er inmid
dels dezelfde mening op na te
houden als de minister: „Het
integrale karakter van het plan
verzet zich tegen het behoud
van de zelfstandigheid van Aar
denburg en Sluis."
De burgemeesters van de ge
meenten Aardenburg en Sluis
waren in die tijd respectievelijk
M. van Berckel en P. van Hoote-
gem. Van Berckel was in 1962 J.
van Dongen opgevolgd toen die
lid van GS werd. De tot erebur
ger benoemde Aardenburger
was daarnaast lid van de Twee
de Kamer voor de KVP en zou
dat tot na de gemeentelijke her
indeling in 1970 blijven.
Van Hootegem stond al sinds
1950 aan het Sluise roer. Van
oorsprong was hij Bevelander,
maar mettertijd werd hij Slui-
senaar onder de Sluisenaren.
Toen de bevolking van het toe
ristenstadje (ook toen al) tegen
de herindelingsplannen in het
geweer kwam, stond hij dan ook
met hen op de barricaden. Sluis
voelde er immers helemaal niets
voor om één gemeente te vor
men met 'die van Aardenburg'.
Leuzen
Op een morgen in januari 1965
bleek Sluis volledig te zijn on-
dergekalkt met anti-Aarden
burg leuzen. 'Sluis blijft Sluis',
'Sluis Zelfstandig' en 'Dan nog
liever bij Lapscheure' (een klei
ne Belgische gemeente) waren
de niet mis te verstane kreten
waarmee de 'Strijders voor
De beeldbepalende Kaaipoort in Aardenburg anno 1967.
bij de gemeenteraad. Die had
een week later geen goed woord
over voor het herindelingsont-
werp van GS. Raadslid J. Ros-
seel haalde er de geschiedenis
bij: „In 1672 ging het ook al
niet. Toen weigerden de Sluise
naren Aardenburg te hulp te
komen tegen de Fransen. Op
eigen kracht hebben de Aarden
burgers toen de Fransen afge
slagen." Onder hilariteit van
zijn collega's verklaarde hij
voorts dat Sluis groot was ge
worden dankzij Aardenburg.
GS kregen een kat van raadslid
G. Rijckaert. Volgens hem be
dreven ze pure dictatuur.
Zo fel de geluiden in Sluis, zo
rustig in Aardenburg. Loco
burgemeester E. Lansu liet in
De Stem weten dat ze daar ook
niet op samenvoeging met Sluis
zaten te wachten. Hij had be
grip voor de acties in Sluis. „Als
twee vrienden leven we naast
elkaar. Beiden hebben geen be
hoefte aan uitbreiding van het
gebied. Dwing ze dan ook niet
onder één dak", zei hij diploma
tiek.
Met hetzelfde gevoel voor diplo
matie drukte het college van b
en w van Aardenburg zich uit in
een pre-advies aan de raad. In
voorzichtige bewoordingen
werd aan de raad meegedeeld
dat samenvoeging van Aarden
burg en Sluis 'niet gewenst en
niet rechtvaardig' was. B en W
zetten een vraagteken bij de
motivering van GS: waar het
historische karakter van beide
gemeenten aanvankelijk het ar
gument was voor zelfstandig
heid, werd het nu aangevoerd
als reden voor samenvoeging.
Het college vond bovendien dat
de bestuurskracht niet zou wor
den verhoogd door samenvoe
ging. Ook zij wezen op de ver
schillen in karakter en struc
tuur tussen beide gemeenten.
B en W vonden een gewillig oor
wel eens bepalend zou kunnen
zijn voor de toekomst van Aar
denburg. Sluis bleef echter
vasthouden aan de eigen zelf
standigheid en bepleitte die
door een krachtig protest te
laten horen bij de vaste kamer
commissie voor herindelingsza
ken. Toch hielden ze ook een
slag om de arm. Een uitbreiding
met Retranchement en Cadzand
zagen ze wel zitten, desnoods
ook met Aardenburg, maar
Sluis moest de baas blijven. Het
bestuur van een dergelijke ge
meente moest in het Belfort ze
telen.
Kustrecreatie
Het bleef even stil rondom de
herindeling. In 1968 kwam een
aantal politieke partijen met
een eensluidend standpunt. On
der leiding van het Breskense
PvdA-raadslid J. Vergouwe (la
ter wethouder van Oostburg)
werd in een brief aan alle Twee
de Kamerleden aangedrongen
op het vormen van één gemeen
te West-Zeeuws-Vlaanderen. Er
waren volgens het politiek over
leg geen argumenten voor Aar
denburg en Sluis als aparte ge
meente. Met het oog op de snel
le groei van de kustrecreatie, de
ontwikkelingen in de landbouw
en in het Westerscheldebekken
zou een krachtig en snel reage
rend bestuursapparaat nodig
zijn. Gemeenschappelijke rege
lingen waren geen oplossing.
Aan het begin van de zomer
maakte minister Beernink een
herindelingstournee door
Zeeuws-Vlaanderen. Hij zei bij
die gelegenheid dat hij vast
hield aan het wetsontwerp dat
zijn voorganger Smallenbroek
had gemaakt op basis van het
advies van GS van Zeeland. Hij
zag de herindeling echter niet
totstandkomen vóór 1970.
Feestvreugde
In maart 1969 kwam het voor
Aardenburg en Sluis verlossen
de bericht. Bij de behandeling
van het wetsontwerp diende
Hans Wiegel (WD) een amen
dement in dat met grote meer
derheid werd aangenomen. Aar
denburg en Sluis konden zelf
standig blijven. Direct na de
stemming drukten de leden van
beider gemeenteraden, aanwe
zig op de stampvolle publieke
tribune, elkaar enthousiast de
hand. Blij voor elkaar, omdat ze
niet samen hoefden. Van Hoote
gem glunderde, want hij had er
Retranchement bij gekregen. In
Sluis ontstaken winkeliers en
restauranthouders in feest
vreugde en hingen overal de
vlag uit.
Op de publieke tribune waren
trouwens meer glunderende ge
zichten te zien, want ook Ter-
neuzen, Axel en Sas van Gent
bleven zelfstandig, in tegenstel
ling tot de eerdere plannen.
Aardenburgs burgemeester Van
Berckel vond dat de Kamer ge
tuigd had van een wijs beleid,
door de historische waarden
van Aardenburg en Sluis te on
derkennen. De hoorzittingen
over de herindeling die later dat
jaar werden gehouden, leverden
nog wel wat bezwaren op, maar
geen enkele afwijzing. Redelijk
tevreden erkenden de acht over-
gebeleven gemeenten hun nieu
we status per 1 april 1970 als
een feit.
Burgemeester P. van Hoote-
Se"i stond in de jaren zestig
°P de barricaden met de Slui-
scia ren.
Jantje van Sluis op het Bel
fort.
Sluise zelfstandigheid' straten
en muren hadden beschilderd
en het Belfort hadden behan
gen. Het was de inleiding tot
een massaal bezochte protest
vergadering dezelfde avond.
Burgemeester Van Hootegem
wilde dat woord niet in zijn
mond nemen. Hij had het over
'op waardige wijze uiting geven
aan een mening', maar kon zich
vervolgens amper meer inhou
den. „Het gaat om het al dan
niet voortbestaan van het sinds
1290 zelfstandige Sluis", stook
te hij de toch al verhitte gemoe
deren op. Zijn suggestie om een
actiecomité in het leven te roe
pen, werd onmiddellijk overge
nomen. Ter plekke werd een
protestbrief opgesteld, waarin
bij GS werd aangedrongen op
behoud van de zelfstandigheid.
Gewezen werd op het afwijken
de karakter van Sluis en het
mentaliteitsverschil met Aar
denburg. „Die maken het sa
mengaan tot een onmogelijk
heid", aldus de brief.
Diplomatiek
De burgemeester van Sluis was
intussen volledig uit zijn bol
gegaan tegen de leden van het
Limburgs Symfonie Orkest. Te
gast in Sluis na een concert in
Oostburg stonden zij stomver
baasd te kijken toen Van Hoote
gem fel uitviel over de voorge
nomen herindeling, waar zij ui
teraard amper weet van had
den. Gerichter en meer ter zake
doend was een rapport dat de
VW Sluis in februari presen
teerde. Aan de hand van in
drukwekkend cijfermateriaal
was de vereniging tot de con
clusie gekomen dat uitschake
ling van het eigen gemeentebe
stuur de ondergang van het
welvarende stadje Sluis zou be
tekenen.
Bij de vrees de zelfstandigheid
te verliezen, speelde in Sluis een
grote rol dat de nieuwe gemeen
te 'Aardenburg' zou gaan heten.
De naamsbekendheid die Sluis
had opgebouwd, zou daardoor
teloor gaan. Het zou de dood
steek betekenen voor het toeris
me in Sluis. Bovendien speelde
een rol dat Aardenburg een
meerderheid zou hebben in de
gemeenteraad, omdat die ge
meente duizend inwoners meer
telde.
Intussen was de discussie over