weekend Zwart leven Het noodweer trekt op maandag 21 december 1992 over de Portugese kust. Onweersbuien, vergezeld van zware windstoten storten zich uit boven het vliegveld van de kustplaats Faro. De 'Anthony Ruys', een DC-10 uit de vloot van Martinair, doorsnijdt het regengordijn richting landingsbaan. Dan, op ongeveer een minuut voor de landing, klinkt de stem van de gezagvoerder door de intercom: „Wij gaan nu de landing inzetten, wij zijn er klaar voor." „Nou, wij misschien niet," denkt Rob Sötemann op rij 12. De DC-10 verongelukt enkele seconden later. Niemand verwacht dat onderzoekers straks anders zullen concluderen dan dat het noodweer de vliegramp heeft veroorzaakt. Maar veel passagiers vermoeden dat er meer aan de hand is geweest. 'Iedere keer als er gas bij werd gegeven, hoorde ik dat vreemde motorgeluid weer' Slachtoffers vliegramp Faro I vermoeden dateil meer dan alleen maar noodweer was Op 2 februari 1943 i Leger de Slag bij St Tweehonderd dager gevecht tegen het D om de stad die Stali droeg. De Russische betekende een keer} Tweede Wereldoorl nederlaag was nog kwestie van tijd. N< het veteranen dwar Tsaritsyn als gevolg destalinisatie in 19< Stalingrad moest die van Volgograd heimwee naar Stali vaak heimwee naar Heimwee naar een Toch raakt ook de geïnspireerd door i Volgograd. 'Volgas wat al te prozaïsch stad, die door het officieel tot held is DE STEM ZATERDAG 23 JANUARI 1993 Op het vliegveld van Faro komt de regen met bakken uit de lucht vallen. Een van de verkeersleiders in de toren ziet de 'Atho- ny Ruys' naderen, op een afstand van ongeveer 7 kilometer en op een hoogte van ongeveer 400 meter. Hij schrikt: vlammen komen uit de rechtermotor van het vliegtuig vandaan. In de vertrekhal zit E. Verheijen uit Amsterdam met zijn vriend een kop koffie te drinken. Plotseling hoorden ze een klap. Omdat het flink regende dacht Verheijen dat die knal veroorzaakt werd door het onweer. Toen hij door het raam naar buiten keek zag hij in de lucht 'een vliegtuig met een brandende motor. Door Fons Knegtel Aan boord van de DC-10 hoort Peter Helsloot, zittend op rij 15 aan de rechterkant voor de vleugel, achter uit het vliegtuig mensen gillen: „Brand, brand!" Daarop kijkt Helsloot naar buiten en ziet vuur onder de rechtervleugel. Terwijl de 'Anthony Ruys' nog in de lucht hangt vangt captain F. Charbon van het even daarvoor veilig gelande Martinair-vliegtuig het vliegtuig scheurde door midden op het moment dat het een scherpe bocht naar rechts maakte. Rob, zijn metgezellen en nog enkele andere passagiers werden met een snelheid van meer dan 200 km per uur door het gat in de romp naar buiten geslingerd en kwamen, nog vastge- gespt in hun stoel, in het drassige gras naast de baan terecht. In zijn bovenwoning in Amsterdam Rob Sötemann (44), zijn vriendin Petra Bakker (32) en hun eenjarige dochtertje Amber hebben de ramp op wonderbaarlijke wijze overleefd. foto fotopersburo dijkstra via de boordradio een kreet op van de co-piloot van het ramptoestel: „Shitj we staan in brand!" De gezagvoerder, die zijn Boeing 767 al bij het stationsgebouw had ge parkeerd, zag vanuit zijn stuurhut vuur bij de rechtermotor van de DC-10. Even later komt de DC-10 met een enorme klap op de landingsbaan terecht. Rob Sötemann wordt vol komen door elkaar geschud. Direct daarna kijkt hij om en ziet de rechter motor volledig in brand staan, een grote gele vuurbal. Sötemann (44), zijn vriendin Petra Bakker (32) en hun eenjarige doch tertje Amber hebben de ramp op wonderbaarlijke wijze overleefd. Nadat het ramptoestel de baan had geraakt zakte het door zijn rechter- landingsgestel en begon naar rechts over te hellen. De romp van toont Sötemann, enkele weken na de ramp, een dik boekwerk met daarin, geordend op datum, de ge hele verslaggeving van alle lande lijke dagbladen over de vliegramp in Faro. De hierboven beschreven getuigenissen, waaruit valt op te maken dat de rechtermotor al in brand stond, voordat het toestel op de landingsbaan terechtkwam, zijn terug te vinden in de door hem verzamelde knipsels uit o.a. de Portugese krant Dièro do Sul, het Algemeen Dagblad en De Tele graaf. „Het zijn uiterst belangrijke feitelijke gegevens, omdat ze zijn opgetekend voordat de direct be trokkenen een zwijgplicht kregen opgelegd," zegt Sötemann. TVee dagen na de ramp verbreekt Martinair-directeur Martin Schro der het stilzwijgen. Hij wijt het ongeluk aan een plotselinge harde windstoot, die het vliegtuig hard naar beneden drukte. Die conclu sie, die hij geheel voor eigen reke ning en onder voorbehoud trekt, baseert hij op gesprekken met de bemanning van de 'Anthony Ruys' en op informatie van de Portugese verkeersleiding. Met deze bekend making wilde Schroder de slacht offers en hun familie „meer greep op de gebeurtenissen geven." De internationale pilotenfederatie Ifalpa en de Vereniging van Neder landse Verkeersvliegers veroorde len Schröders uitspraken. Voorba rig, want het onderzoek naar de oorzaak van de ramp is nog lang niet afgerond. Ook directeur Salgado van het vliegveld van Faro vond dat Schro der voor zijn beurt sprak. „Ik ver onderstel dat de weersomstandig heden een grote rol hebben ge speeld bij het ongeluk," zei Salga do toen. „Maar misschien blijkt straks uit het onderzoek dat er iets mankeerde aan het toestel zelf." Voor Rob Sötemann staat het vast dat de piloot van de 'Anthony Ruys', vermoedelijk door slechte voorlichting van de verkeerstoren over de weersomstandigheden, een risico heeft genomen door in zulk slecht weer te landen. Sötemann verdenkt de gezagvoerder ervan dat hij zich niet wilde laten kisten, omdat zijn Martinair-collega 10 minuten voor hem was geland en dat hij het met zijn vliegervaring wel zou redden. Nu hij de 'film' van de ramp- vlucht terugdraait, zijn er verschillende elementen in zijn ervaringen die mogelijk later een belangrijke rol hebben gespeeld in het ongeluk. Sötemann: „Toen alle passagiers op maandag 21 december op Schiphol hun plaatsen hadden ingenomen meldde de gezagvoerder: 'Wij zijn klaar voor vertrek maar de technici zijn nog even bezig.' Monteurs in overalls liepen in en uit de cockpit. Wat de technische problemen wa ren, werd ons niet medegedeeld, maar het leverde een half uur ver traging op." Volgens Martinair-woordvoerder Udo Buys waren er geen technische problemen aan het toestel. „Geen enkele kist van ons vertrekt als niet alle knopjes zeggen dat het goed is. Op Schiphol was de DC-10 gewoon 'niet klaar voor vertrek'. Een nor male procedure." Sötemann kan zich nog vreselijk opwinden over het feit dat Marti nair vlak na de ramp durft te verklaren dat de 'monteurs' in feite mensen van de cateringservice wa ren. Vanaf het moment dat de DC-10 op. de startbaap vol vermogen gaf om op te kunnen stijgen bemerkte Sötemann een afwijkend geluid in de linkermotor. „Ik omschrijf het als een soort vibrerend, aanlopend geluid, waardoor ik de neiging kreeg te gaan meeduwen. Dit ge luid hield aan totdat het vliegtuig horizontaal op kruishoogte vloog en het vermogen werd teruggeno men." Fred Julsing, die ook in het vlieg tuig zat, spreekt van een 'ongezond geluid' in de linkermotor. Jannie Siks verklaarde vlak na het onge- luk in een ziekenhuis in Lissabon: „Een van die motoren deed van de start af al zo raar. Boven Parijs dacht ik nog: we zullen wel een noodlanding maken." Vanaf een scherm (Sötemann en zijn metgezellen zaten in het mid denstuk) kon hij een groot aantal vluchtgegevens aflezen, zoals de verwachte landingstijd in Faro, de afstand tot het vliegveld afgewis seld met de kaart van Europa met daarin aangegeven de positie van het vliegtuig. Ongeveer 4 minuten voor de ver wachte landingstijd, voelde Söte mann dat het vliegtuig onrustig begon te bewegen. „Ik hoorde ook dat er vermogen terug werd geno men en weer bij werd gegeven, vele keren achter elkaar en met korte tussenpozen. 'Het lijkt wel een cake-walk', heb ik toen nog geroe pen. Iedere keer als er gas bij werd gegeven hoorde ik dat vreemde motorgeluid weer." Op het moment dat het scherm exact de verwachte landingstijd aangaf via het cijfer '0', gaf de Zowel de 'zwarte doos' als de voice recorder van de 'Anthony Ruys' zijn terecht. Alleen de 'witte doos' ontbreekt nog. Overlevende Sötemann bedoelt daarmee de registratie van alle getuigenissen van meer dan 200 overlevenden. foto epa Op zoek naar de waarheid gezagvoerder plotseling vol gas en trok de neus van het toestel ruw omhoog. Sötemann: „Ik dacht di rect bij mezelf: Hij weet de weg niet of hij ontwijkt een obstakel. Ik kon op het scherm zien dat het toestel van 1.170 naar 1.216 voet klom." Ook passagiere Edith van Veen was de bruuske manoeuvre niet ont gaan. „Hij trok ineens als een gek de neus omhoog. Daarna zag ik dat we weer boven de wolken zaten. Er klopte iets niet." Fred Julsing hoorde na de ramp van mensen op het vliegveld dat de 'Anthony Ruys' even later met een enorm gebulder over de aankomst hal scheerde. Wachtende bezoekers doken van schrik achter de pilaren of wierpen zich op de grond. Petra Bakker, de vriendin van Sötemann, zag op het scherm dat de afstand van het vliegtuig tot de luchthaven van '0' naar '12' ging en dat het vliegtuig een bocht maakte. Een minuut voor de feitelijke lan ding begon de 'Anthony Ruys' ont zettend te schudden en te zwabbe ren. Sötemann kreeg de indruk dat de piloot zeer veel moest corrigeren om het toestel op koers te houden. Volgens passagier Daan van der Tuin was het vliegtuig .in die laat ste minuten niet meer in de hand te houden, zo vreselijk ging het te keer. Fred Julsing omschrijft het slot van zijn reis als een noodlan ding onder de slechtst mogelijke weersomstandigheden. Rebecca Smit sloot vlak voor de landing haar ogen en deed net of ze sliep. „Als dit goed gaat dan is dat een wonder," dacht ze. „Het gaat mis, absoluut mis," schreeuwde brandweerman Henk van Beurden. „Iedereen bukken en hoofd tussen de knieën." „I'm waiting for the bump," zegt Pamela Lewis tot Rob Sötemann. Vlak voordat het vliegtuig met een vreselijk harde klap op de grond terecht komt ziet Sötemann nog dat de snelheid op dat moment toenam van 256 naar 260 kilometer per uur. De DC-10 zakt door het rechter landingsgestel. Binnen de passagierscabine valt de tl-verlich- ting en wordt 'vervangen' door een oranje gloed, afkomstig van het vuur aan de rechtervleugel. Toen de 'Anthony Ruys' kort daarop een scherpe draai naar rechts maakte, verloor Rob Sötemann door de mid delpuntvliedende kracht de contro le over zijn bewegingen. „Ik pro beerde Petra vast te grijpen opeens de bodem onder ons daan schoof. Daarop schoten stoelen los en werden we km per uur 'gelanceerd'. Het onze 'guardian angels' te dat we in het drassige gras kwamen; wat snijwonden, kneusde voet en een was ons deel." „Toen ik me op het gras uit stoel bevrijdde, stond de weer al te blussen," vervolgt mann. „Ik heb dan ook een vermoeden dat de eerste weerwagen al op de baan het gecrashte vliegtuig stilstand was gekomen, verkeersleider, die het vuur motor had gezien, zou de weer gewaarschuwd ben. Ook zou de brandweer vuur in de lucht gezien hebben en is daarop in men." Voordat het toestel minuten na de fatale crash, gen de overlevenden uit hét en kwamen reeds in een pijt terecht dat door de was gelegd. Voor Martinair-woordvoerdei is het 'mysterie' rond de brandweer heel simpel. „De weerhangars bevinden zich de plaats waar de DC-10 stand kwam." Rob Sötemann heeft het verschillende andere hebben het gezien, een der, de Amsterdammer in de komsthal, allen zagen een de rechtermotor, nog 'Anthony Ruys' de grond Zou de rechtermotor zijn geraakt doordat de tor haperde en niet genoeg kon geven? Benno Baksteen, voorzitter Vereniging van Nederlandse keersvliegers: „Als er iets linkermotor mankeerde, dan het onderzoek daar uitsluitsel geven. Een normale motorstoring is dat keert en terugvliegt, de DC-10 prima in staat twee motoren door te vliegen. „Ik wil de ernst van de sen niet bagatelliseren, Baksteen. „Maar bij een de motor zou er sprake zijn noodsituatie, die de zodanig had moeten melden, zover ik weet is dat niet het geweest." Bij het plotselinge optrekken J de neus tijdens de landingsmf noeuvre stelt Baksteen de nod vraagtekens. „Ik geloof niet datl gezagvoerder een obstakel week, maar de handeling isl bj paald niet gewoon. Hier i flight data recorder (die zeventi| functies registreert die houden met de gedragingen vanl vliegtuig - red.) opheldering schaffen." Baksteen verzekert dat de 'ra ders' geen gegevens zullen i houden. „Wat er zich ook 1 voorgedaan, alles is geregistree En alle gegevens worden naarb| ten gebracht." Zowel de flight data recorder I 'zwarte doos') als de voice recortr van de verongelukte 'Anthol Ruys' zijn terecht en worden opl moment onderzocht. Alleen 'witte doos' ontbreekt nog. Sil mann bedoelt met zijn 'witte ftj de registratie van alle getuigen' sen van meer dan 200 overtel den. Die moeten in staat wordf gesteld een verklaring van c beurtenis te geven. Die geg behoren ook een rol te spelen inlj officiële Portugese onderzoek s de toedracht van de vliegramp. Enkele tientallen overlevenden 1 der wie Rob Sötemann, zijn i®j dels verhoord door recherck'f van het Korps Rijkspolitie ttjj Luchtvaart. Mr. H.J. Bunjes, ajj caat in dienst van de Aki dringt er nu bij de autoriteiten! aan dat de getuigenverslagen "T den toegevoegd aan de bevinï| van de Commissie Vooronder®] die in Nederland de Faro-;i1 onderzoekt. „We willen 'serieus J nomen worden," vult Söteir aan. Met dat laatste doelt Söteman' j een reactie van Martinair-fj voerder Udo Buys, op enkele J halen van overlevenden diredj de ramp. „Wij worden meer ff fronteerd met dit soort ver* De passagiers die het ongeluk', ben meegemaakt zijn vaak®! war. Zij hebben in tien n®j| zoveel dingen meegemaakt t" vaak de zaken niet meer r scheiden," aldus Buys toen. Bij Rob Sötemann schieten®"; nen in de ogen. „Ik ben nie""j war." li Door Rob Vunderink K huis in.het een De Duitse gent kwartier in hc wat nu het PI Strijders heet. Generaal-buit gidst mij lanp die het na-ooi gonaal opdele met reusachti hoofdpostkanl staat het spoo grijs-bruin m( architectuur, met uienkoept van andere Ru te verzachten horizon van stad. Volgogr van atheïstisc Ovtsjarov hou nen bouwval „Hier heb ik In een ijzerer zitten kogelg binnenplaats niet dat ik de ik later zou k komt hij uit naar een t waar hij jarer inneringen a weer op. „Da een tank waa Hij kon niet Generaal b.d. Aleks zijn herinneringen eer Ik leef bijna geheel zwart, zei de man tevreden. U kunt mij een vrolijke zwartkijker noemen, want ik heb nog nooit een cent voor mijn televisiegenot betaald. Al ja ren geleden ben ik, kort na het begin van mijn loopbaan als zwartrijder, zwart gaan eten. Ik sta nu bekend als zwartvreter. De eerste paar keren ontdook ik de rekening door het veinzen van een hartinfarct. Dat veroorzaakte enige opschudding, maar ik werd dan keurig door de ambulance in veiligheid gebracht. Nu blijf ik voldaan zitten en deel ik de pre sentator of de presentatrice van de rekening mede dat ik zowel goed als slecht nieuws te melden heb. Het goede nieuws is dat de maaltijd me voortreffelijk heeft gesmaakt, het slechte nieuws is dat ik er niet voor kan betalen bij ontstentenis van de middelen. Ik steek dan de loftrompet over de wijnkaart, die ik op breed front heb beproefd. Neen, ook in de toekomst zal betaling helaas uitblijven. Men reageert, ondanks de complimen ten, doorgaans wat chagrijnig. Vroeger lieten ze je, ter compen satie, een enorme vaat wassen, maar dat is natuurlijk geheel we derrechtelijk. Nu bellen ze de poli tie. Ik heb er wel eens voor moe ten zitten en kan u mededelen dat de staat, gratis, een redelijk maal serveert. De afgelopen week stond in de krant dat ik, als zwarteter, voor de honderdvijftiende keer had toege slagen. In Apeldoorn. Het zijn er echter minstens enkele duizenden, geweest, want ik ben acht jaar geleden, op m'n vijftigste, met het zwarte culinaire werk begon nen. ?•- Ik schuif in het hele land aan tafel en mijn ervaring is dat 'rk in pannekoekenhuizen, eenvoudige grillrooms en bij andere populai re eethuizen op een mindere ma te van discretie mag rekenen dan in somptueuze restaurants waar flesjes wijn van om en nabij vier honderd gulden op de kaart staan. Ik vraag dan altijd beleefd hoe we, als de rekening er eenmaal ligt, de zaak zullen afwikkelen: discreet en op de tenen, of met vliegende vaandels en slaande trom. We besluiten dan vrijwel altijd en eensgezind om de ande re vreedzame smullers niet in hun kostbare genoegens te storen. Een rumoerige uitzetting ver hoogt de aciditeit van de maag sappen en verschrompelt de edel moedigheid der gasten. Bij mijn vertrek uit de gerenommeerde sa lons aarzel ik nooit het achter- blijende gezelschap „nog een goede voortzetting" toe te wen sen. Zwarteten aan een frietkot is niet aan te bevelen, want er staat gewoonlijk een strijdlustig pu bliek omheen. Maar in deftige établissementen als Hotel des In- des in de residentie weten ze wel hoe deze zaken dienen te worden geregeld. Men kan er bogen op een lange traditie van edelmoe digheid en stijl. Maar als men daar eenmaal zwart gegeten en gedronken heeft hoeft men niet meer terug te komen voor een bezichtiging van de indrukwek kende bruidssuite. Op de politieburelen hebben ze het eigenlijk te druk voor ons, zwartkaners. De heren van Her mandad schrijven liever de droe ve details van een verkrachting op dan een klein epos van onbe taalde Nuits-Saint-Georges, Chateaubriands en andere zaken uit de haute cuisine die de door snee politieman niet dagelijks on der ogen krijgt. Zwarteten heeft op de politie- agenda's een betrekkelijk lage prioriteit. Ik geloof dat het zo'n beetje tussen zwartkijken en zwartrijden in hangt. Hoewel de staat, zolang mijn memorie strekt, schulden uit drank als onethisch beschouwde, kan ik u niet aanra den om in de eerste de beste kroeg zwart te gaan zitten drin ken, want menig kastelein gaat, bij weigering of onvermogen te betalen, over tot het toebrengen van onvergetelijk lichamelijk leed. De politiewoordvoerder van Apeldoorn verklaarde de afgelo pen week over mij, na een discus sie over zwarteten en zwartrijden: „Eigenlijk heeft hij een prima le ven". Ik doe bijna alles zwart. Behalve werken. Daar begin ik niet aan.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1993 | | pagina 16