weekend
Redder
TIMEJFOn
Wat moet René Diekstra
erger vinden? Die
verschrikking van
dinsdagochtend de 6e
november 1990, toen de
Eindhovense etaleur in
dichte mist bij
Breda/Princeville in een
kettingbotsing
terechtkwam en zijn
linkerbeen verloor? Of de
nasleep van dat ongeluk;
de frustratie van al meer
dan twee jaar vechten
voor zijn gelijk tegen
Aegon, die weigert
schadevergoeding te
betalen?
Slachtoffer
kettingbotsing
Princeville strijdt
nog altijd voor
schadevergoeding
if M.
DE STEM
ZATERDAG 9 JANUARI 1993
Door Mario Bouwmans
Uit het centrum van deze rava
ge ontsnapte René Diekstra aan
de dood. Maar zijn ramp gaat
door. Want dik twee jaar later
vecht hij nog steeds voor zijn
schadevergoeding, terwijl vast
staat dat hem geen blaam treft.
FOTO DE STEM/JOHAN VAN GURP
ik sta nog steeds in de mist'
"T" og elke dag herhaalt de
1^^ ramp zich. Is René
Diekstra (54) bezig met
I de 6e november. Met de
schuldvraag die niet be-
-1- V antwoord is, het smar-
tegeld dat hij niet heeft ontvangen.
„Ik sta nog steeds in de mist. En
toch zit er ook iets positiefs aan: de
hele affaire houdt me wel dagelijks
bezig. Het is een soort therapie, die
ik zal missen als het straks einde
lijk afgelopen is."
Maar het is niet afgelopen. Waar
begon het? Op de Al 6 bij Breda/
Princeville. Er is moeilijk een re
constructie te maken van de hel
waarin destijds 101 personenauto's
en vrachtauto's op elkaar knalden,
acht mensen de dood vonden en 27
gewonden vielen. De meest be
trouwbare en objectieve versie van
de gebeurtenissen lijkt het poli
tierapport, dat direct na het onge
val ter plaatse werd opgemaakt en
door de Bredase rechter als lei
draad werd gehanteerd. Sommige
betrokken verzekeringsmaatschap
pijen hechten echter meer waarde
aan de expertise van hun eigen
onderzoeksbureaus.
In de processen-verbaal is te lezen
dat René Diekstra op deze door
helder weer gesierde ochtend met
stagiaire Danielle Bakker uit Ber-
geyk op weg was van Eindhoven
naar Dordrecht. Ter hoogte van
Princeville doemde uit het niets
dichte mist op. Diekstra zag 'het
grijze deken', minderde snelheid en
kwam in de mist op korte afstand
van een andere auto tot stilstand.
Volgens het politierapport werd
het moment daarop zijn wagen van
achteren geraakt, 180 graden ge
draaid en opnieuw geramd door
een en dezelfde vrachtwagen, be
stuurd door een 27-jarige man uit
Leiderdorp. Diens Scania kreeg
zelf ook twee opdonders van ande
re vrachtwagens te verduren.
De auto van Diekstra vloog in
brand. De Eindhovenaar slaagde
erin, ondanks zijn gecompliceerde
beenbreuk en ernstige brandwon
den aan beide benen, het wrak te
verlaten, om op een hoop bieten uit
een verongelukte vrachtwagen te
stranden. Zijn medepassagiere was
op dat moment waarschijnlijk al
dood. De bestuurders van de beide
auto's naast de zijne waren op slag
dood.
De ongedeerde vrachtwagenchauf
feur legde dezelfde dag een verkla
ring af tegenover de politie. Hij
had geremd, merkte dat zijn opleg
ger schaarde - 'mogelijk ook door
dat ik van achteren werd aangere
den' - en voelde dat hij een perso
nenauto aanreed, welke wist hij
niet. Later zou hij zijn verklaring
tot twee keer toe op onderdelen
herroepen. (Zo zag hij eerst de mist
op 200 a 300 meter afstand, vervol
gens nog maar op 150 meter, en
had hij dus minder remweg.)
Vijf truckers moesten voor de rech
ter verschijnen. Zij kwamen weg
met kleine geldboetes voor te hard
rijden en onvoldoende afstand hou
den. Omdat de mist zo verrassend
was komen opzetten, kon er vol
gens rechter mr. P. Paalvast geen
sprake zijn van 'dood door grove
schuld', laat staan van een veroor
deling.
De vrachtwagenchauffeur uit Lei
derdorp werd niet voor de recht
bank gedaagd. De schijf in zijn
tachograaf was verbrand, waar
door justitie niet kon bewijzen of
de man mogelijk ook te hard gere
den had en of hij schuld had aan de
verwondingen van Diekstra. De
Eindhovenaar begrijpt die redene
ring van justitie nog steeds niet:
„Want als de zwarte doos van een
neergestort vliegtuig verdwenen is,
is dat vliegtuig toch nog wel neer
gestort? Een slachtoffer van een
ongeluk in de mist schijnt-vogelvrij
te zijn."
Het was een fikse tegenval
ler voor Diekstra. Met een
gunstige uitspraak van de
strafrechter zou hij waar
schijnlijk makkelijker zijn schade
claim hebben kunnen verzilveren.
Hij vertelt van de vrachtwagen
chauffeur die op de -gndere (weste
lijke) rijbaan van de A16 aangere
den werd en eveneens een been
verloor. Diens tacho-schijf was wel
heel gebleven en voor de rechtbank
vormde de schijf het bewijs dat de
man correct had gereden. Diekstra:
„Hij heeft toen probleemloos zijn
schadevergoeding van de tegenpar
tij gekregen."
Zo voorspoedig als Diekstra's reva
lidatie verliep, zo moeizaam en
traag verging het zijn poging scha
devergoeding te krijgen. Hij liep
met zijn claim op een muur van
onbegrip. De verzekeraar van zijn
tegenpartij, Aegon, hield de boot
af. De maatschappij bestreed het
politierapport, dat volgens haar
„bepaald ongeloofwaardig, weten
schappelijk onverantwoord en be
vooroordeeld" was.
Het verweer van Aegon kwam er
op neer dat de vrachtwagenchauf
feur uit Leiderdorp feitelijk net zo
onschuldig of schuldig was als
Diekstra zelf. Uit onderzoek door
een (door Aegon) ingehuurd exper
tisebureau bleek dat de oorzaak
van het ongeval op diverse manie
ren te verklaren viel. En dan hangt
het er natuurlijk maar vanaf welke
verklaring je volgt. Tegen het ver
haal van Diekstra plaatste Aegons
raadsman mr. R. Meijer zijn visie,
namelijk dat de schades die (even
tueel) door de Scania toegebracht
waren, het gevolg moeten zijn ge
wéést van de aanrijding achterop
de Scania door twee andere vracht
wagens.
Met andere woorden, Aegon vindt
haar cliënt onschuldig en weigert
schadevergoeding en smartegeld
uit te betalen. Niet in de laatste
plaats ook vanwege de hoogte van
het bedrag, dat Diekstra in ver
band met een mogelijk rechtszaak
niet naar buiten wil brengen. „In
navolging van de VS worden we
hier steeds meer met smartegelden
van ongekende hoogte geconfron
teerd," zegt 'claimsmanager' mr. N.
van Gellicum van Aegon in Den
Haag. „Als het die kant op moet,
dan reken maar dat de premies
omhoog gaan en niet met acht
procent maar met dertig procent.
En wie wil dat?"
Diekstra zegt op zijn beurt dat hem
het smartegeld en de compensatie
voor zijn gederfde inkomsten toe
komen. Hij kan sinds het ongeluk
niet meer als zelfstandig etaleur de
kost verdienen: „Hurken, noodza
kelijk in ons vak, is er niet meer bij
en staan of lopen kan ik maar in
een korte aaneengesloten periode,"
zegt hij.
En zo sleept het 'welles-nietes'-spel
voort. Diekstra blijft vechten voor
zijn gelijk maar Aegon houdt de
poot strak. Diekstra is inmiddels
zijn heil gaan zoeken in de publici
teit. Gisteravond mocht hij zijn
relaas doen in het KRO-televisie-
programma Ambulance.
„En ineens wil Aegon wel praten,"
zegt Diekstra. „Ik denk dat ze die
publiciteit liever niet hebben." Een
waarheid als een koe, maakt mr.
Van Gellicum van Aegon duidelijk.
Hij heeft zich inderdaad gestoord
aan wat er allemaal gepubliceerd
is. In een 'open en eerlijk' gesprek,
waarom Diekstra's belangenbehar
tiger had verzocht, heeft Aegon al
geen zin meer. „Als Diekstra denkt
dat wij het gesprek aangaan onder
pressie van nieuwe publiciteit, dan
heeft hij het mis. We laten ons niet
chanteren," zegt Van Gillecum.
Desnoods, zegt hij, stapt Aegon
naar de rechter om Diekstra te
laten stoppen met „zijn stemming
makerij."'
De verstandhouding wordt er niet
beter op. Door hun starre opstel
ling zullen beide partijen elkaar
onvermijdelijk toch wel voor de
civiele rechter weerzien. En die zal
dan de knoop moeten doorhakken.
Aegon heeft daar niets op tegen.
Diekstra ook niet, maar hij is tot
dusver voor deze stap behoed door
zijn belangenbehartiger, die meer
heil zag in praten dan in procede
ren. En trouwens, het ontbrak
Diekstra lange tijd aan geld voor
een proces, zegt hij. „Maar geld is
nu ook niet meer het probleem,
want ik heb een sponsor. Deze
persoon, die z'n naam geheim wil
houden, heeft gezegd, dat hij alle
kosten, tot aan de hoogste rechter
toe, voor mij wil dragen."
Een praktisch en zeer welkom ge
baar van medeleven. „Kijk, die
mensen van Bureau Slachtoffer
hulp heb ik figuurlijk van mijn
stoep af moeten slaan, zo drongen
ze zich op met geestelijke bijstand
die ik naar mijn mening niet nodig
had. Wat ik wel nodig had waren
adviezen over hoe ik met justitie,
met verzekeringsmaatschappijen
moest omgaan, welke wegen ik be
wandelen moest. Maar als ik met
die vragen kwam, waren ze bij
Slachtofferhulp niet thuis."
w
ret vragen kan hij nu te-
I recht bij zijn verzekeraar,
het Centraal Nederlands
L Adviesbureau Assurantie-
en (CNA). De firma heeft haar
tussenpersoon bedankt en het heft
nu zelf in handen genomen. CNA
tegen Aegon dus. Mr. G. van Dijk
van CNA moet elke keer als hij het
dossier openslaat vloeken. „Waar
om is dit al zolang bezig? Aegon
maakt zich erg sterk, maar de aan
gevoerde argumenten zijn flauwe
kul. Veel spijkers op laag water
zoeken. En de truckchauffeur pro
beert met verschillende verklarin
gen alleen maar zijn straatje
schoon te vegen. Op die manier
helpt hij Diekstra niet, terwijl de
man er zelf helemaal geen belang
meer bij heeft."
Het is een lange, lange lijdensweg,
bezweert Diekstra. Dat was hem
ook voorspeld. „Toentertijd lag er
in het ziekenhuis een assurantie
houder uit Eindhoven naast mij,
die zei: 'Ik hoop voor jouw dat je
geen grote maatschappij als tegen
partij zal hebben, want hoe je ook
in je gelijk staat, zij zal altijd
proberen eronderuit te komen.' Die
man heeft gelijk gekregen."
PsJ
i
LU
LU
CO
Hoeveel Nederlanders zijn
sen Kerstmis en Nieu
gevallen op het slagveld va
feestelijke dis? Hoevelen he
zich verslikt in een slordig
gekauwd Bambibiefstukje o
te haastige beet uit de haze.
Hoevelen zijn nooit meer t
komen aan de malse presen.
van een 'Broodje Aap', omdat
vlees, als een champagneku
de luchtpijp, hen het verrr
tot spreken en ademhalen
nam?
De patiënt ontvliedt het
bestaan omringd door onbe
Niet zelden wordt zijn tragi
reis naar het hiernamaals ve
zeld van grote hilariteit, war
zijn onbegrepen predica-
maakt hij een dolkomische
druk. Vergeet niet dat de
ming om te beginnen al
lustig was.
We zaten elkaar sterke verh
te vertellen en nog na te hinn
over het lot van de echtbr
wiens hand door zijn wraakz
ge vrouw met superlijm
vastgeklonken aan zijn overs
lid of daar rijst het slachtoffer
uit zijn zetel. Applaus beg
hem als hij zijn laatste mome
op aarde inzet met de magist
armbewegingen van een or
tdirigent. Zijn gelaat wordt
van tint en zijn ogen puilen
kassen. Pas als hij onder de
glijdt verstomt de vrolijkheid
valt er een diepe stilte. Óntze
en paniek. Als er nu niet on
dellijk wordt ingegrepen zijn
onze volijke vriend voor eeu
kwijt.
Juist. We redden de arme
met de Heimlich Manoeuvre
stellen ons achter het slachto
op en slaan onze armen om
middel. De vuist van de recti
hand dient iets ten noorden
de navel en ten zuiden van
ribben te worden geplaatst
de vuist met de andere hand
en ruk deze met een opwaa
beweging naar achteren. Herh
indien nodig. Door de lucht
wordt de prop als een kogel
buiten geschoten.
Als de patiënt op de grond
wordt de Heimlich Manoeu
uitgevoerd, terwijl het slachto
op de rug ligt. Men gaat er v
volgens overheen zitten en
de handpalm gevouwen ov
rug van de andere hand-
men, middels een snelle opv
se duw, voor de gewenste
drukverplaatsing.
Al jaren betreed ik restaura
met de Heimlich Manoeuvre
het achterhoofd. Ik ben van
re een mensenredder. Ik loer
steeds op de kans om via
bloedig en doortastend optn
een medemens weg te rukken
de armen des dbods. Ik
betraande dankbetuigingen
accepteer desnoods een sl
bourgogne om het leven t(
drinken.
Het is een delicate zaak. Je
niet gaan zitten aarzelen,
dan is het te laat. Je moetal
ware blind handelen, want a
is het slachtoffer er geweest
loop je maanden met schu"
voelens rond.
Kort voor Nieuwjaar zag ik,
gezellige schemer van een
huis, een monumentale vrouv
blauw satijn oprijzen. In een
zag ik hoe zij gebaren maakte
van een bewogen dirigent,
ogen puilden uit. In een s[
stond ik achter haar, omvai
haar ten heupe, zocht haar
en voltrok de Heimlich Mai
vre. Ze slaakte een rauwe
De vrouw die naast haar
gezeten gaf me een zware o(
met een beugeltas.
'Viezerik!,' zei ze bits.
In de ravage, die ontstond na de kettingbotsing van 6 november 1990 op de A16 bij Princeville, bevond zich de totaal vernielde wagen van
René Diekstra deels onder een aanhanger met bieten. Pal daarachter staat de geschaarde truck van de man uit Leiderdorp. F0T0 ANP