E L
DE STEM
isistent
•ntrolling*
Rman
'Ik heb geboft
dat ik heb
kunnen doen
wat ik wilde'
Saaie roomse meisjes uit de jaren Vijitig
9
rlemans plastics'
KINGSLEY AMIS HEEFT ALTIJD AL GESCHREVEN
Le Carré s The Russia House
is bestseller in Sovjetunie
Kijk op Bernlef
Oorlogsleed verbindt goed en kwaad
ZATERDAG
23 JUN11990
lEAO-niveau
Merkwaardig
Vijf boeken
Verwrongen
Ellington
Stripboekje
Communist
Doden
Uitgemolken
Objectief
Leon de Winter met Hoffman op
zoek naar gemankeerde realiteit
Vreten en zuipen
Spionagezaak
bo e k e
G2
resins bv, Bergen op Zoom
psins bv maakt deel uit van Akze's coatings
en produceert een breed scala van kunst-
Deze worden wereldwijd toegepast in de
ukinkt- en lijmindustrie. Akzo Resins is een
beerde en op de toekomst gerichte onder-
I met ongeveer 500 medewerkers. Onderzoek
lvikkeling nemen een belangrijke plaats in,
pitst op het uitbreiden van toepassings-
pn en het vernieuwen van produkten.
■eling
kling Financiën bestaat uit een viertal
pkhouding;
(bmatisering;
orting;
htrolling
pzeafdelingControllingzoekenwij kandidaten
functie van assistent Controlling m/v*.
(stent Controlling zal onder verantwoordelijk-
In de chef Controlling werkzaamheden uit-
1 die verband houden met:
fcrationele planning:
Itprijssysteem;
|t en functional control;
ninistratieve organisatie/interne controle.
leiding HEAO-BE of volledig SPD;
leek- en schrijfvaardigheid Engels;
taring met geautomatiseerde informatie-
I temen en met personal computing
Itus 1.2.3.):
pele jaren ervaring in een industriële onder-
ning waarbij AO-ervaring een pré is.
[isvoorwaarden
feens CAO Akzo Coatings Nederland bv;
Imievrije deelname in het Akzo pensioenfonds;
leling voor eventuele verhuis- en herinrich-
gskosten;
erse andere regelingen, o.m. op het gebied
i studiekosten en reiskosten woon/werk-
keer;
(ïstuitkering met mogelijkheid tot deelname
winstdelingsspaarregeling
latie en sollicitatie
vragen over deze functie kunnen worden
laan de heerC. Havermans, chef Personeels-
telefoon 01640 - 76221Het sollicitatie-
ls: Akzo Resins bv, Postbus 79,
|AB Bergen op Zoom.
Plastics B.V., onderdeel van Kietberg
6.V., is actief in de produktie en verkoop van
iendelijke pofyetheen verpakkingen en foliën
pdel, industrie en tuinbouw. Het uiterst
produkbebedrijf is gevestigd in Genderen,
met in totaal 100 medewerkers.
van de afdeling nabewerking, welke
efficiency, kwaliteit en leverbetrouw-
ir richting te geven, willen wij voor
in contact komen met M/V
«pil is van zijn ploeg
tie:
oorman geeft leiding aan een ploeg van ca.
iedewerkers, die in de toekomst nog
sr zal groeien.
muleert en motiveert de produktie-
ïwerkers, geeft instructie, ten einde zo
ënt mogelijk te produceren,
pporteert aan de chef nabewerking over de
tgang van de produktie en neemt akties
ie planning te realiseren.
ms Plastics vraagt:
opleiding op MTS-werktuigbouw of elektro
u of een vergelijkbare opleiding.
nggevende capaciteiten.
iteit om produktiemachioes af te stellen.
t ondersteuning bij het opstellen van
rhoudschema's.
ie contactuele eigenschappen,
idheid tot het werken in een
>egendienst.
tijd: vanaf 22 jaar.
ans Plastics biedt:
veelzijdige functie met verantwoordelijkheid
:n betrouwbaar, stabiel bedrijf met goede
omstperspektleven.
goed salaris in overeenstemming met het
tieniveau.
uw sollicitatiebrief met c.v. sturen naar:
ans Plastics BV., t.a.v. de heer G. Colijn,
personeelszaken.
VERPAKKINGEN EN FOUE
LONDEN - John Le Carré, de kroniekschrijver van de Koude
Oorlog, wordt een bestseller in de Sovjetunie. De Russische
vertaling van The Russia House, door de Britse critici uitge
roepen tot de eerste post-glasnost spionageroman, krijgt een
eerste oplage van een miljoen.
The Russia House is bijzonder aangeslagen bij de Russische le-
jers, die in de rij staan om de feuilletonversie ervan in het lite
raire tijdschrift Ogonjok te bemachtigen. Het tijdschrift is
vaak ai voor acht uur 's morgens uitverkocht.
Grote bron van vermaak voor de Russen is de manier waarop
Le Carrés de spot drijft met de CIA en zijn tot in de details
nauwkeurige portrettering van het Sovjetleven. Hij schreef de
roman na zijn eerste bezoek aan het land in 1987.
In dat jaar speelt The Russia Höhse, een beschrijving van het
ochtendgloren van de perestrojka en het grimmige pessimisme
van gewone Russen die Gorbatsjov als een tweede Chroetsjov
zien; weer iemand met loze beloften en onvervulbare dromen.
The Russia House betekent Le Carré's definitieve doorbraak in
de Sovjetunie. Drie van zijn eerdere boeken waren al in verta
ling verschenen en Raisa Gorbatsjov zou een grote fan zijn. De
Russische dichter Andrei Voznesenskij heeft Le Carré een 'vir
tuoos' schrijver genoemd.
Le Carré's Russische lezers zien de Russische realiteit geschil
derd in de roman, evenals prachtige portretten van de betover
ende ouderwetse charme van het land (ook al is dat alleen om
dat het land in de negentiende eeuw is blijven steken).
Le Carré wijst er bijvoorbeeld op dat er in het Russisch geen
woord bestaat voor privacy, en een van de personages in het
boek stelt de optimistische kletspraat aan de kaak dat een
nieuw tijdperk nu aangebroken zou zijn. Desondanks zal Le
Carré zich niet hoeven onderwerpen aan de ooit alomtegen
woordige censuur: Vladimir Stabnikov, een oude vriend van
Le Carré, heeft toestemming gekregen de roman te vertalen
zonder enige bemoeienis van staatswege. Ook zal Le Carré
royalties ontvangen, hetgeen tot voor kort niet mogelijk was
voor buitenlandse auteurs.
Le Carrés lezerspubliek is waarschijnlijk nog vele malen gro
ter dan de 1 miljoen mensen die The Russia House zullen ko
pen. De vraag naar boeken is in de Sovjetunie altijd groter dan
bet aanbod. Mensen moeten er hun toevlucht nemen tot biblio
theken, fotokopiën en voorleesavonden.
Copyright The Sunday Times
Aleksander Tisma: innerlijke dramatiek. - fotomeulenhoff
Door Henk Egbers
Een verschrikkelijk (knap) boek: 'Het gebruik van de mens'.
Upotreba Coveka werd door Tom Eekman uit het Servokroa-
tisch vertaald. De auteur Aleksander Tisma (1924) heeft in deze
roman op onbarmhartige manier de Duitse bezetting van zijn
geboortestad Novi Sad in Joegoslavië vorm gegeven. Racisme
en collaboratie, het lot van de joden en nazi-kampen worden zo
tastbaar gemaakt, dat dit boek als het ware bevestigt dat de
stroom boeken over de oorlog inderdaad eindeloos kan zijn:
Toch hebben, naar mijn gevoel, oorlogsromans vaak het nadeel
van eente sterke concentratie van alle leed op één hoop; een
enigszins vertekend beeld (en daarmee soms van de emotie)
van de werkelijkheid. Die realiteit was vaak van een peilloze
pijn, maar was toch ook gebed in een 'compenserende' alledag,
die het leed enigszins verteerbaarder maakte dan uit een der
gelijk boek naar voren komt. Tisma schroeft de pijn zó toe, dat
ze verstikkend is. In die hele samenleving die hij beschrijft
deugt er dan ook niemand echt en is het duidelijk dat de mens
de mens een wolf is (homo homini lupus). Er is ergens sprake
van de 'magie van het doden'.
Novi Sad is een stad met Serven, Hongaren, Duitsers en Joden.
Tijdens de jongste ontwikkelingen binnen het Oostblok hebben
we kunnen zien hoe groot de etnische spanningen er nog zijn.
Wantrouwen en angst regeren er; de hoerenkast is daarbij het
drogerende element (althans voor de mannen) dat nivelleert.
De komst van de Duitsers als bezettende macht spitst enerzijds
de tegenstellingen toe en legt anderzijds de 'ware' aard van de
acteurs in het drama bloot. Daarbij is er een typisch onder
scheid tussen mannen en vrouwen. De geijkte rollenpatronen
hebben hun uitlopers in de conflictueuze situaties van verraad,
heldenmoed (zelden), pijniging en leugen.
Ksma heeft zijn boek op een merkwaardige wijze gecon
strueerd. Verspreid liggen de hoofdstukken, die beginnen met
bepaalde steekwoorden Straattaferelen, Natuurlijk en ge
welddadig sterven, Woningen), die het décor, de leefsituatie
van de mensen in Novi Sad bepalen. Hij vertelt de gebeurtenis
sen niet chronologisch, maar centreert ze rond bepaalde perso
nen. De chronologie ligt door elkaar, maar daarmee roept hij
e® bijzondere spanning op. Het geheel houdt hij bijeen door de
historie van een dagboek, geschreven door 'Fraulein', een een-
Mme Duitse vrouw die in Novi Sad Duitse taallessen gaf. Het
komt alleen aan het begin en het slot van de roman aan de orde
en verbindt mensen met elkaar.
De joodse familie Robert Krone neemt een centrale plaats in
om het meest gecompliceerde jodenleed te kunnen bedenken
®t zo ongeveer mogelijk is. Robert huwt met het Duitse
dienstmeisje uit zijn jeugd.. Zoon Gerard en dochter Vera wor
den door de 'afvallige' vader gehouden aan het officiële joden
dom. Beiden schieten door, maar bekopen het op een afschuwe
lijke manier met de dood. Vera, die als hoer in het concentra
tiekamp overleeft, wordt tot een van de afschuwelijk ontroe
rendste figuren uit het hele boek. Een andere belangrijke per
soon is de advocaat Lazkovic, die van anti-Duitser een collabo
rateur wordt, terwijl zijn zoon omgekeerd en om andere reden
7an moffen-vriend tot partizaan wordt. Een verbindingslijn
wssen deze patronen is de broer ss'er van de Duitse vrouw van
Krone.
Mensen worden gebruikt en verbruikt en misbruikt; op de
meest gruwelijke manieren. Als de oorlog voorbij is doet het er
eigenlijk niet meer toe wat en hoe men in de oorlog geweest is.
De ondergane pijn en ellende is het enige dat hen nog met elk
aar verbindt. Dat wordt gepersonificeerd in Vera en de zoon
van Lazkovic die elkaar ontmoeten.
Verschrikkelijk
Aleksander Tisma, die met Konrad, Kundera en Danilo Kis ge
rekend wordt tot de grote hedendaagse schrijvers in genoemd
eeel van het Oostblok heeft een verschrikkelijk boek geschre-
j!®' niet alleen omdat hij heel realistisch zulke verschrikke
lijke dingen opschreef, maar met name door de indringende
Haruer waarop hij in staat is de psychologische processen
Qaarbij tastbaar te maken.
fjr zijn al heel wat ellendige dingen over de oorlog heel realis-
isch opgeschreven -daaraan ontbreekt het niet- maar de
dit h 6 dramatiek daarbij vaak aan de orde is, wordt in
doek tot een innerlijke dramatiek, die de lezer in al zijn ve
is kan meevoelen. Daarbij komt dat de inhoud van deze ro
an een bijdrage kan zijn tot een genuanceerder oordeel over
mensen in de oorlog; nu zijn de denkpatronen veelal zwart-
lc„.i?oed en kwaad, maar het was het grijze midden dat bepa-
'®d is geweest. Ook in Nederland.
I ^9 so ander Tisma Het gebruik van de mens, uitgeverij Meulenhoffprijs
„De mensen zeggen dat ik pas laat begonnen ben. Maar het enige waar
ik laat mee was, was met het vinden van een uitgever voor mijn werk".
- foto ap
Door Ray Connolly
Een paar jaar geleden las de
Britse schrijver Kingsley
Amis een interview met zijn
vriend en collega-schrijver
Philip Larkin. Gevraagd op
welke leeftijd hij begon te
schrijven, was het antwoord
van Larkin: „O, in mijn pu
bertijd, net als iedereen".
„Wat?" dacht Amis verbijs
terd. „Pas in zijn pubertijd?
Toen schreef ik al jaren".
Amis was altijd aan het schrij
ven. Zijn eerste werk was een
99-regelig rijmloos gedicht
over de heilige Sofia. Wat later,
toen Amis twaalf was, kwam
'The Sacred Rhino of Uganda',
een verhaal van 200 woorden
voor de schoolkrant, dat begon
met de dialoog: „We moeten zo
snel mogelijk vertrekken, zei
kapitein Harley tegen zijn zoon
Mark".
„Geen bijster interessante dia
loog, dat geef ik toe. Duidelijk
geïnspireerd op de stripboeken
die ik toen veel las en die
meestal met iets dergelijks van
start gingen".
Kingsley Amis is "in 1922 gebo
ren in Norbury in zuid-Londen.
Zijn oüders behoorden tot de
middenklasse en als enig kind
werd hij overbeschermd opge
voed.
„Ik mocht van mijn ouders
bijna nooit met andere kinde
ren spelen. Zeker niet op straat.
Ik denk dat de familie wat aan
lager wal geraakt was, een
treedje lager op de sociale lad
der was komen te staan en dat
ze bang waren af te zakken tot
de arbeidersklasse.".
Van zijn naaste familie was al
leen zijn grootvader van moe
derszijde geïnteresseerd in lite
ratuur. Hij had de verzamelde
werken van alle Engelse dich
ters in zijn boekenkast. Amis
kon goed met hem opschieten.
„En toen ging hij, de idioot, als
eerste dood. Ik zal toen rond de
acht geweest zijn. Mijn groot
moeder zei dat ik vijf boeken
mocht kiezen uit zijn biblio
theek, op voorwaarde dat ik
voorin zou schrijven dat ze van
mijn grootvader geweest wa
ren. Ik koos, wat anders, Keats,
Shelley, Byron".
Alles bij elkaar genomen ver
tonen Amis' naaste familiele
den een zekere gelijkenis met
de zwarte, sombere en soms ko
mische personages in zijn boe
ken. Zo is daar oom Leslie, die
niet trouwde maar thuisbleef
om voor zijn moeder te zorgen.
„Ze was echt een vreselijk
mens, zo kwaadaardig als de
pest. Zijn leven met haar was
een hel en hij begon te denken
dat hij misschien wel homofiel
was. Hij kwam naar mijn va
der met zijn vermoedens. Die
zei: 'Ik neem aan dat je naar
een dokter geweest bent'."
„Toen mijn grootmoeder uit
eindelijk stierf, ze was toen 89,
ging hij de hele wereld rond en
pakte alles wat bewoog (wat
vrouwen betreft). Hij was hele
maal niet homofiel, zijn leven
was alleen zo verwrongen ge
weest. De arme kerel stierf iets
van 18 maanden later, maar hij
had wel een prachtige tijd ge
had".
En er was de zuster van zijn
moeder, tante Dora, die ook
voor haar moeder zorgde en in
de familie bekend stond als een
beetje raar. Uiteindelijk werd
ze zo raar dat ze haar in een ge
sticht opborgen. „Eigenlijk was
ze helemaal niet gek,zg leed an
een obsessieve angstneurose,
maar in die dagen werd ieder
een die een beetje raar deed op
gesloten".
„Toen kwam het nieuws dat
haar moeder was overleden.
Onmiddellijk zei ze: 'Wat voor
dag is het vandaag? Welk
jaar?' Er was niets raars meer
aan haar. Vreemd, niet?"
Terwijl dit allemaal op de ach
tergrond speelde, groeide de
jonge Amis op. „Ik herinner
met dat ik toen ik zeven of acht
was tegen mijn moeder zei dat
ik nets te doen had en zij stelde
voor dat ik wat zou schrijven.
Niet omdat ze wilde dat ik een
schrijver zou worden, maar om
me zoet te houden".
raadjes, maar niks. Hij ging
liever naar school. Eerst was
dat Norbury College, een kleine
particuliere school, en later de
City of London school, die zijn
vader en oom ook bezocht had
den. Daar kwam Amis in aan
raking met dingen waar zijn
familie geen goed woord voor
overhad.
Eerst ontdekte hij klassieke
muziek, waar zijn vader een
hekel aan had, al kochten zijn
ouders wel een platenspeler
voor hem, en toen jazz.
„Ik vond het ontzettend leuk. Ik
schreef verhalen en probeerde
een stripboekje te maken door
advertenties uit de krant over
te trekken en daar verhaaltjes
bij te schrijven. Ook maakte ik
kleine gedichtjes gebaseerd op
de verhalen die ik op school las
of in boeken die mijn ouders
voor me kochten Victoriaanse
schoolverhaalijes".
Vakantie vond Amis, in tegen
stelling tot zijn schoolkame-
Mijn vader hield ook niet van
jazz", lacht Amis nu. „Ik herin
ner me dat ik een symfonische
plaat van Duke Ellington
draaide, ik geloof dat het de
'Black, Brown and Beige Suite'
was erg intellectueel en mijd
vader zei dat het hem deed
denken aan een kudde kanni
balen dansend rond een kook
pot met menselijke resten. De
bussy kwam trouwens meer in
de richting".
In 1939 betekende het uitbreken
van de oorlog dat de City of
London school geëvacueerd
werd naar Malborqugh ('Alleen
tijdens de schoolsemesters, we
gipgen naar Londen terug om
gebombardeerd te worden in
de vakanties') en daarna kreeg
hij een studiebeurs voor het St.
Johns College in Oxford waar
hij Engels studeerde.
Ongeveer het eerste wat hij
deed in Oxford was lid worden
van de communistische partij.
„Dat was om mijn vader een
kool te stoven. Ik was op school
ook al een communist geweest.
We hadden een nepparlement
en ik vertegenwoordigde ex
treem links. Ik las al die vrese
lijke pamfletten. En als lid stak
ik veel tijd in hun vergaderin
gen".
„Toch was dit geen verspilde
tijd. Achteraf gezien heb ik
toen geleerd hoe onoprecht de
communisten waren. Bijna on-
middelijk begon ik naar rechts
af te wijken".
Vruchtbaarder was de vriend
schap die hij in de eerste week
van zijn studentenleven sloot
met Philip Larkin. „Philip
schreef toen al poëzie en toen ik
zijn werk las, kon ik, tot mijn
verdriet en mijn grote jaloezie,
zien dat hij veel beter was dan
ik. Hij was een goed voorbeeld
voor me en spoorde me aan
door te zeggen dat je er aan
moet werken om het goed te
krijgen. Dit lijkt nogal vanzelf
sprekend, maar het is iets wat
je moet leren".
Voor de publicatie van zijn
werk had Larkin ook een eer
lijke methode. „Er is een ma
nier waarop je je werk gega
randeerd gedrukt krijgt", ver
telde hij Amis, „en dat is iets te
schrijven dat heel, heel erg
goed is".
Voordat hij dat kon doen werd
Amis opgeroepen voor mili
taire dienst. Hij heeft de inva
sie van de geallieerden in Nor-
mandië van dichtbij meege
maakt. Hij vocht niet aan de
frontlijn maar was dichtbij ge
noeg om de gruwelijke realiteit
van de Duitse doden te zien, het
lichaam van een paard, nog in
de disselbomen van de affuit.
In 1945 keerde hij terug naar
Oxford en ging aan het werk.
Met zijn bul op zak schreef hij
zijn eerste, nooit gepubliceerde
roman, The Legacy.
„Ik had daarvoor veel absoluut
waardeloze poëzie geschreven
en deze roman was ook volsla
gen gezever. De enige keer dat
het boek de middelmatigheid
ook maar enigszins benaderde
was in een beschrijving van
Berkshamsted waar ik in die
tijd met mijn ouders woonde.
Die heb ik nog een beetje uitge
molken in 1960 in Take a Girl
Like You".
„The Legacy was modernisti
sche onzin en die ben ik in de
loop der tijd wel kwijt geraakt.
Dat was een van de voordelen
van het niet hebben van enige
literaire contacten. Als ik het
ding gepubliceerd gekregen
had had ik waarschijnlijk tien
jaar nodig gehad om er weer
bovenop te komen".
Pas in 1954, toen Amis 32 was,
werd zijn eerste boek, 'Lucky
Jim', gepubliceerd. „De mensen
zeggen dat ik pas laat begon
nen ben. Maar het enige waar
ik laat mee was, was met het
vinden van een uitgever voor
mijn werk. Ik had niets anders
kunnen doen dan schrijven. Ik
heb geboft. Ik ben een van de
weinige mensen die hebben
kunnen doen wat ze altijd wil
den doen en die ervan kunnen
leven.
Copyright The Times
Door Henk Egbers
TON van Reen heeft aan
zijn boeken over het 'rijke'
roomse leven weer één toe-
gevoegd. Hij heeft in
'Roomse meisjes' opnieuw
een groot aantal feitjes en
merkwaardigheden uit de
achter ons liggende vijftiger
jaren aan elkaar gebreid als
chroniqueur van een bur
gerlijk Limburgs milieu.
Het zijn autobiografische erva
ringen in een Peeldorp, die
voor een deel herkenbaar zijn
uit zijn eerdere boeken. Cen
traal staat het gezin van de
verteller, waar de vader (poli-
tie-agent) is overleden en de
moeder haar eenzaamheid pro
beert te delen met een geschei
den Amsterdamse, die als een
vreemde eend in de bijt in het
dorp verblijft. De kinderen zijn
in de leeftijd van puberteit tot
adolescentie.
De moeder en haar generatie
drijft nog op de ge- en verbo
den van de rooms katholieke
kerk en het menselijk opzicht.
De kinderen tonen de eerste te
kenen van verzet, die in de zes
tiger jaren zou doorbreken. Het
zijn de jaren van Honderd Jaar
Kromstaf en Mandement (hoe
wel die niet aan de orde ko
men).
Van Reen heeft daarom heen
een décor gebouwd, dat bestaat
uit een grote hoeveelheid anec
dotes, die toen het leven karak
teriseerden. Een grote rol daar
bij speelt de Maria-verschij
ning die een dorpsmeisje in die
tijd zou gehad hebben en waar
mee het kerkelijk gezag geen
raad wist; herhaaldelijk werd
van dit soort verschijnselen in
die tijd melding gemaakt. De
jeugdbeweging Jong Neder
land, een seminarie in de
naaste omgeving, vakbondpe
rikelen, kuisheidssyndromen,
dominerende pastoor en paters,
lectuurperikelen, kerkelijke
devoties, Katholiek Nederland
en Het Rode Gevaar, de mis-
senhandel, Hongaarse Opstand
en Mindszenty.Dat zijn wat
steekwoorden uit het verhaal,
die bij de generatie, die in de
vijftiger jaren bewust een
rooms leven in zijn of haar op
voedingspakket had, aan
touwtjes zullen trekken. Voor
mij is het een vraag of dit een
generatie voor wie dat vreemd
is, nog kan boeien.
Terugkijkend zullen deze ver
schijnselen voor de meesten
waarschijnlijk geen aanleiding
zijn voor vertederende nostal
gie. Zonder nu direct een
slaehtofferge voel te krijgen -
hetgeen niet denkbeeldig is -
zal eerder de verwondering
over zoveel idiotisme zich aan
dienen. Dat is dan wel vanuit
een nieuwe situatie in 1990 be
keken. Waarschijnlijk zal in
2025 een soortgelijk boek ge
schreven worden over onze nu
actuele jaren negentig.
Het positieve van 'Roomse
meisjes' (een te suggestieve
commerciële titel) is, dat Van
Reen probeert zo objectief mo
gelijk de verschijnselen te be
schrijven. Het is geen opgelegd
omzien in wrok, ook al zal de
drijfveer om dit boek te maken
mogelijk wel deze lading gehad
hebben. Hij heeft talloze feiten
en anekdotes, waar we ons nu
vaak over verwonderen of
waarvan we de kwalijke gevol
gen soms nog ondervinden,
verzameld en in 'gezinsver
band' gezet. Zelf vind ik er niet
zoveel aan om deze dingen te
herkauwen; het is nogal saai;
er gebeurt niets met deze stof.
Er lopen wel enkele verhalende
draden door deze familiekro
niek, maar ze worden niet ge
sponnen tot een roman; tot een
verrassend nieuw gegeven. De
'rozenkrans' van korte scènes,
met hun opstel-karakter, pre
velt de geschiedenis van een
weinig opwindende tijd. De
roomse meisjes die door het
boek wandelen zijn weinig op
windend; de 'stoute' dingen die
ze doen zijn in andere verban
den al veel spannender aan de
orde geweest.
Een vijftienjarige jongen in
1956 zal niet anders in elkaar
gezeten hebben dan zijn opvol
ger in 1990. Maar de benauwe
nis van het burgerlijk roomse
milieu, die hem indertijd (mis)
vormde, verschilt wel van de
opvoeding of het gebrek eraan
in onze dagen. Het boek
'Roomse meisjes' biedt cultuur
historisch in ieder geval stof tot
nadenken over de relativiteit
van opvoedkundige systemen,
met of zonder kerk.
Reen - Roomse meisjes, uitgeverij
Contact, prijs 32,90
BERNLEF, auteur met een beperkt lezerspubliek en met een
gemiddelde oplaag van 4000 exemplaren voor zijn romans,
werd ineens een bekende Nederlander met zijn roman 'Hersen
schimmen' (1984), waarvan nu al meer dan 300.000 exemplaren
zijn verkocht. Bernlef is dus een alleszins te verantwoorden
aanleiding voor het tijdschrift BZZLLETIN een dubbelnum
mer (176-177) aan hem te besteden.
Niet minder dan dertien bijdragen werden geschreven over
zijn oeuvre. Peter Nijssen probeert bijvoorbeeld een beeld van
de schrijver te distelleren uit zijn werk. 'Geen man-uit-één-
stuk. De man die zich daaruit laat kennen is een man zonder
eigenschappen, net als hoofdpersoon uit het gelijknamige ro
manessay van Robert Musil'. Toch, zo laat dezelfde auteur in
een tweede bijdrage zien, speelt de foto een belangrijke rol als
motief in zijn werk.
Bernlefs Drie eiland-romans (Sneeuw, Meeuwen en Onder ijs
bergen) worden door August Hans den Boef bekeken als stu
dies over communicatie en identiteit. Natuurlijk wordt ook zijn
'Hersenschimmen' geanalyseerd. Dat doet Mare Goossens.
'Door al te eenzijdige aandacht voor het onderwerp dementie
en het perspectief van de roman, is de thematiek van het boek
wat in de verdrukking geraakt'. Zijn roman 'Publiek geheim',
waarvoor de eerste AKO-prijs werd gegeven wordt met rede
nen omkleed door Kees van 't Hof nog weer eens aanbevolen.
Het wisselvallige dramatische werk van Bernlef wordt door
Alice Mieiart op de snijtafel gelegd en Henk Romijn Meijer be
kijkt zijn relatie met de jazz. Zijn jongste boek 'Vallende ster'
(89) is voor Bernd Albers o.m. aanleiding de schatpligtigheid
van Bernlef aan het werk van anderen nog eens te bekijken.
Verder is er een voorpublikatie te lezen van zijn nieuwe boek
dat in oktober moet verschijnen: 'Doorgaande reizigers'.
H.E.
BZZTóH; Bernlefnummer uitg. BZZTöH - 15,-.
Leon de Winter houdt je
uren bezig. - fotoarchiefdestem
Door Henk Egbers
'DE GOD van Mozes riep met
straffen als de dood van kin
deren slechts woede over zich
af, de grenzeloze woede van
de vader; de God van Spi
noza echter smeekte om ver
giffenis, omdat hij de Natuur
niet anders had ontworpen
dan met geboorte, lijden en
sterven'. De diplomaat Felix
Hoffman leeft in de roman
'Hoffmans's Honger', van
Leon de Winter, tussen deze
beide goden in om naamloos
ten onder te gaan in leegte.
Leegte, verwording, het zoe
ken naar.al deze benoe
mingen in vorige titels van
De Winter komen in dit boek
terug. En ook in zijn roman
Kaplan (1986) lees je al: 'Ka-
plan had Hoffmans' Honger
geschreven. De roman werd verfilmd. De rol van de jonge
Tsjechische minnares van de ambassadeur Felix Hoffman
werd gespeeld door een onbekende Poolse actrice' etc.
Hoffman is een tragische diplomatieke figuur, die hier wat
grotesk de wereld, die Leon de Winter in zijn vorige boeken te
kende, naar haar uitersten leidt. In dit verband is treffend de
titelverandering, die zijn debuut - tegelijk met deze jongste ro
man heruitgegeven - heeft ondergaan. 'Over de leegte in de
wereld' werd 'Eergisteren, overmorgen'.
De leegte die Hoffman in zijn leven ervaart probeert hij als
'een gemankeerd intellectueel' te vullen met het lezen van de
'Verhandeling over de verbetering van het verstand' (Tracta-
tus de intellectus emendatione) van die andere jood, de Carte
siaanse Spinoza. Maar niet meer dan om de tijd te doden, al
komt de ethiek van deze geleerde, die leefde van 1632-1677, hem
wel van pas. Maar zijn eergisteren leidt uiteindelijk tot een
overmorgen dat even leeg blijft, omdat Spinoza's God die geba
seerd is op zeer rationele affecties hem geen ontsnapping biedt.
Ze vreten en zuipen allebei, Freddy Mancini en Felix Hoffman.
Mancini, die de roman opent, lijkt een beetje een vreemde eend
in de bijt. Later zal blijken dat De Winter hem nodig heeft in
verband met de thrillerachtige plot, die hij inbouwt. Eerlijk ge
zegd had ik het 'spannender' gevonden als hij de kwintessens
van de roman zonder dat spionagecomplot had uitgewerkt.
Hoffman en Mancini vreten en zuipen, omdat zij in hun per
soonlijk leven vastgelopen zijn in koesterend menselijk kon-
takt. De mentale, geestelijke honger wordt omgezet in fysieke
honger. In het eerste hoofdstuk blaast De Winter die Mancini
(te) geweldig op.
Hoffman, die daarna aan de beurt is, blijft sympathieker. Het
leven zelf lijkt hem een loer gedraaid te hebben. De ellende is
niet te overzien. Zijn joodse ouders bleven in een concentratie
kamp. Zijn ene dochter sterft aan leukemie en zijn andere gaat
aan drugs ten onder. Zijn huwelijk met Marian bezwijkt aan
de spanningen die dat oplevert. Hij is aanvankelijk enthousiast
begonnen, ais diplomaat verdienstelijk zwoegend in derde we
reldlanden. Weliswaar is hij geen sterke persoonlijkheid en en
kele menselijke zwakheden laten hem uiteindelijk Praag als
troostprijs over. Daar zit hij dan als ambassadeur. Iedere nacht
wakker, en de ijskast plunderend. Maar hij probeert dan toch
nog bij Spinoza de weg naar het geluk te vinden. Spinoza wordt
dan ook herhaaldelijk geciteerd en er met de haren bijgesleept
om nog meer verwarring te stichten.
De Winter werkt dat Spinoza-gegeven niet zo sterk uit en heeft
waarschijnlijk gedacht dat dit thema een te smalle basis zou
zijn voor een breed lezerspubliek. Daarom heeft hij er een spio
nagezaak in verweven, waarbij hem de verliefdheid op een
dubbelspionne fataal wordt. Hoewel zelfs Spinoza hem niet
van deze liefde afhoudt, blijkt toch dat deze dubbelhartige
vrouw fake is en niet in staat zijn levensleegte te vullen.
Doordat Leon de Winter zijn boek Iaat spelen tussen 21 juni
1989 en 31 december 1989 heeft hij zijn tekst geactualiseerd
naar de politieke ontwikkelingen (doorbraak van De Muur en
instorting van het communisme) toe. Hij deelt daarbij onder
meer tikken uit naar de Nederlandse politiek. 'Hoffmans' voor
naamste opdracht in Praag was het steunen van dissidenten,
een door de woordvoerdersclub van BZ bedachte stunt. Nie
mand in Den Haag gaf een donder om de dissidenten hier, hij
zelf incluis. De minister kon echter in de kamer scoren met zijn
gedweep met zweverige humanisten of teleurgestelde commu
nisten'.,
De Winter die ook in zijn vorige werk tegen schenen bleek te
schoppen, heeft ook in deze roman de nodige prikkelende op
merkingen staan. Maar of hij scoort met de opmerking dat 'een
journalist een treurig soort mens is dat zijn haatdragendheid
tot beroep heeft verheven' valt te bezien.
Felix Hoffman blijft met De Winter samen zoeken naar een zin
van de werkelijkheid. Dat gebeurt via veel omwegen; via ro
mans; via een filosoof nu. Hoffman komt tenslotte niet verder
dan deze conclusie: 'Deze eeuw moet weg. Ik wil hem zien
doodgaan. Dat is de enige manier om 'm alles nog een beetje
betaald te zetten. We hebben 'm overleefd, we zullen hem be
graven'. Het zal een tijdloos gevecht blijven. Lees eerst maar
"'Eergisteren, Overmorgen', zijn debuutbundel verhalen (her
schikt) en daarna Hoffman's Honger. Leon de Winter houdt je
uren bezig.
Leon de Winter: Eergisteren, overmorgen - uitg. In de Knipscheer, prijs
19,50.
Leon de Winter: Hoffman's honger - uitg. De Bezige Bij, prijs 29,50.