DE STEM WEEKEND 'DE PVDA IS DE CONFRONTATIE MET DE REALITEIT UIT DE WEG GEGAAN' £c Me Rattern WAT MOET ER MET DE PVDA GEBEUREN? ZATERDAG! 23 JUN11990! e analyses ontlopen elkaar niet veel. Tromp: „De PvdA heeft vanaf 1986 te veel ge dacht: als we maar eenmaal in de regering zitten dan zijn de echte problemen over. Maar dat is niet zo. Er is een vrij grote discrepantie tussen wat twaalf jaar lang in de oppositie is beweerd en wat nu voor rekening van de eigen bewindslieden wordt genomen". Peper: „De PvdA is in hoge mate opgevoed in en heeft deels zelf gekozen voor een oppositiecultuur. Dat duurt al sinds 1958. Met een onderbreking tijdens het kabinet- Den Uyl (1973 -1977). Daarna is die lijn weer opge pakt. Twaalf jaar lang heeft de PvdA die oppositierol gecultiveerd, is ze de confrontatie met de maatschap pelijke werkelijkheid uit de weg gegaan". Blunder Voorwaarden Slachtoffer Niet verstaan Geen durf Geen gezicht Geen gehoor D Door Max de Bok Het leek allemaal zo rimpelloos te gaan, de overgang van oppositie naar rege ringsverantwoordelijkheid. Een nieuwe politieke leider, Wim Kok. Geen gedon der over het verkiezingsprogramma. Weliswaar een tegenvallend resultaat bij de verkiezingen, maar daarna bijna vlek keloze onderhandelingen over het re geerakkoord. De partij was eraan toe. En dan toch, zes maanden later, dras tisch gedaald vertrouwen bij de kiezer. Verwijten. Er is weinig te merken van de sociaal-democratische inbreng in het ka binet. Een fractie(leider) die zich niet laat zien. Matheid alom. Kok die alleen maar op de centen üjkt te letten, alsof Ruding nooit is weggeweèst. De vergelijking met de dagen van het ka binet-Den Uyl dringt zich op. Eén van de gesprekspartners: „De PvdA is niet op eigen kracht in de regering gekomen. Niet door electorale successen, noch door overtuigende beleidsconcepten. Ik wil het verleden niet romantiseren, maar Den Uyl was met zijn ideeën en politieke formules onweerstaanbaar. Er was een authentieke kracht die, ook als je op ach terstand zat, de gelegenheid gaf er weer bij te komen. Nu is de PvdA in de rege ring gekomen omdat die anderen in elk aar stortten. Natuurlijk, dat is goed uit gespeeld. Kok heeft eruit gehaald wat erin zat. Alleen heeft hij zich ernstig ver gist rond de deelname van D66. Daar zal de PvdA nog lang voor moeten betalen. Wij zitten in de volle vuurlinie, D66 schept de kiezers met bakken naar bin nen". Ook Tromp vindt het laten vallen van D66 'een kapitale blunder'. Hij gebruikt een citaat van de vroegere Amerikaanse president Lyndon Johnson: 'You can be ter have them inside the tent pissing out than outside the tent pissing in'. Met an dere woorden: de PvdA zou niet zoveel aan D66 verliezen als de Democraten medeverantwoordelijk zouden zijn voor het kabinetsbeleid. Peper analyseert messcherp. „Als er al een intellectueel debat werd gevoerd, dan niet in het kader van de partij, maar 'in de rafelrand'. Door mensen die 'wel eens ongemakkelijke geluiden lieten ho ren' in de Sociaal Economische Raad, vanuit het wetenschappelijk bureau van de partij, in publikaties". Mensen als Tromp, Scheffer, Van den Berg, Meijer en Duisenberg. En van Pe-" per wordt gezegd dat hij voor zijn ideeën meer gehoor vindt bij Lubbers dan bij zijn eigen partij. Op hun analyses en waarschuwingen werd niet of slechts met etikettenplakkerij gereageerd. „Dat is hij maar". Of: „Het komt van hem dus hoe ven we daar geen aandacht aan te schen ken". Wie tegen de partijlijn opstond, kreeg al snel het label 'rechts'. Peper: „Partijbestuur en fractie ontliepen het debat. Dat kan niet straffeloos. Daar door heeft de PvdA de band met de wer kelijkheid gemist. Als je het debat met de werkelijkheid ontloopt, mis je ook de geestelijke en politieke training 'die de overstap naar regeringsverantwoorde lijkheid makkelijker maakt". Peper verklaart veel van het malaisege- voel uit het feit, dat in de jaren dat de PvdA zich landelijk in de oppositie be woog, honderden, ja duizenden PvdA'ers wél verantwoordelijkheid namen voor politiek op provincie- en gemeenteni veau. „Dus ook voor een stevig bezuini gingsbeleid. Zij gingen de confrontatie met de werkelijkheid wél aan. In de overtuiging dat erbij zijn beter is dan naast de kant te staan. De draai die de partij nu heeft gemaakt - enigszins voor bereid door Sint en Kok in de luwte van de oppositie - is alleen mogelijk geweest omdat die duizenden zeiden: het wordt tijd om ook in 'Den Haag' mee te gaan doen, om ook daar niet langer om de werkelijkheid heen te blijven lopen". Maar nu de PvdA deel uitmaakt van het kabinet, wreekt zich het verleden. Peper: „Voor paniekvoetbal is volstrekt geen re den. Mits aan een paar voorwaarden wordt voldaan. Het wennen aan een an der type verantwoordelijkheid kost een paar jaar. Afhankelijk van de snelheid waarmee dat gaat, kan de PvdA succes vol gaan opereren. De PvdA moet nü de durf opbrengen zaken aan de orde te stellen waarover de mensen zich werke lijk druk maken. De verloedering van de straat en de overheid. Dan zeggen men sen: hé dat herken ik uit mijn eigen om geving en ze gaan er nog iets aan doen ook. De PvdA moet weer het voortouw nemen in het maatschappeüjke debat. Niet op voorhand discussies afkappen". Ook Tromp bepleit een nieuw sociaal democratisch gedachtengoed. „De erfe nis van het verleden drukt op de PvdA, ook electoraal. De goede resultaten bij de verkiezingen in de jaren tachtig waren te danken aan een negatieve coalitie van kiezers die tegen iets waren. Het was geen positief mandaat voor iets wat moest gebeuren. Bovendien heeft de par tij aan het einde van de jaren zeventig het ideologisch initiatief aan anderen overgelaten. De kracht van haar ideeën verdween. Ze liep permanent met twee, drie jaar vertraging achter het CDA aan. Geen wonder dat ze onvoorbereid was toen de regeringsverantwoordelijkheid binnen handbereik kwam". Tromp wil en kan niet ontkennen dat er sinds 1986 een vernieuwende discussie is gestart met 'Schuivende Panelen' en 'Be wogen Beweging', maar die is verzand. „In de strategie om weer in het kabinet te komen, zijn geen fouten gemaakt. Maar dat is niet genoeg. De PvdA van nu is als iemand die net met zijn vingers aan het dak blijft hangen. Het is een hele mooie zwaai geweest, hij heeft de over kant gehaald, maar niet in een comforta bele positie. In dat opzicht was het geen buitengewoon geslaagde strategie. Je zou toch graag wat rechtop staan op dat dak". Ook anderen vinden dat de PvdA door eigen schuld een achterstand in het maatschappeüjk debat heeft opgelopen. „Het ontbreekt aan een gedurfde pro bleemstelling. De ideologie van de so ciaal-democratie is aan een grondige re visie toe. In heel West-Europa. De so ciaal-democratie vindt haar wortels aan het einde van de vorige eeuw. Toen zorgde de industriële ontwikkeling voor een maatschappelijke klasse met onge veer identieke kenmerken en achterstan den. Daarop werden een ideologie en een programma geformuleerd met als in houd solidariteit en gelijkheid. Dat heeft het tachtig, negentig jaar heel voortreffe lijk gedaan en het is voor een groot deel gerealiseerd". De sociaal-democratie als slachtoffer van het eigen succes. Nu produceert de samenleving nieuwe ongelijkheden, nieuwe achtergestelde groepen, nieuwe onevenwichtigheden. En de sociaal-de mocratie heeft er geen opvattingen over, betrekt geen positie. Er zijn nieuwe reali teiten. Een complete sociaal-culturele re volutie uit zich in emancipatie- en indivi dualiseringsprocessen. „Daar zit de PvdA mee in de knoop. Ze heeft nooit een werkelijke keuze gemaakt tussen so lidariteit en individualisering. Daarop loopt de partij vast". Uit alle gesprekken rijst het beeld op van de PvdA als een partij zonder durf. Een partij die nog steeds te gemakkelijk de maat schappelijke discussie uit de weg gaat, bang is van ae confrontatie met de werkelijkheid in de samenleving - FOTO ANP Goed, verbaal Is Wöltgens er. Maar daarmee zijn de problemen van de PvdA nog niet opgelost. Bart Tromp meent dat de interne struc tuur van de PvdA volstrekt niet is toege sneden op het overwinnen van de hui dige problemen. „De partij is in organi satie en manier van werken een partij uit de jaren vijftig die in de wereld van de jaren negentig is terechtgekomen". Maar vóór die partij-organisatie aan de orde komt, eerst nog even stilstaan bij de inhoudelijke herkenbaarheid van de PvdA. De fractie koos, weten we nu uit de woorden van Wöltgens, met opzet voor een laag profiel. Daaraan lag 't trauma ten grondslag dat men in 1982 opliep met het kortstondig verblijf in het kabinet-Van Agt/Den Uyl. Kenners vin den die keuze terecht of tenminste be grijpelijk. „Maar een lage profilering is nog altijd een profilering. Dat ben je niet volstrekt weg of alleen herkenbaar aan defensieve standpunten. Zo'n keuze heeft slechts zin als je tegelijkertijd na denkt over watje wilt. Nu üjkt die keuze het gevolg van een ontwikkeling die niet is gebaseerd op een heldere verkenning van de problemen of opinievorming. Te lang is in de PvdA de besluitvorming voorafgegaan aan de meningsvorming". Ook Peper grijpt terug op de jaren tach tig voor een verklaring van het heden. Hij ziet twee hoofdmomenten: de actie tegen de kernwapens en het akkoord van 1982 tussen Kok, toen nog voorzitter van de FNV, en Van Veen als voorzitter van de grootste werkgeversorganisatie, VNO, over de aanpak van de massale werk loosheid. „Het beeld van de PvdA als krachtige maatschappeüjke beweging is onvoorstelbaar optisch vertekend door het debat over de kruisvluchtwapens. De PvdA zag zich als de poütieke arm van een gigantische maatschappeüjke bewe ging. Achteraf moeten we vaststeüen dat de worteüng van de PvdA in die bewe ging uiterst zwak was. Dat bleek toen die beweging door de nationale en interna tionale ontwikkeüngen als een pudding in elkaar stortte. Daar stond de PvdA. In haar eentje, zonder wortels in een sterk veranderende samenleving". Een bevestiging van zijn opvatting dat de PvdA te lang een oppositiecultuur koesterde, vindt Peper in de houding van de partij tegenover het akkoord Kok/ Van Veen. „Op het moment dat Kok en Van Veen het maatschappeüjk compro mis omhelzen, doet de PvdA of haar neus bloedt. Het signaal uit een van de weinige, min of meer bevriende en wél redeüjk georganiseerde maatschappeüjke organisaties (de FNV), wordt volstrekt niet verstaan. Niemand die zich afvroeg: zou dat ook iets voor ons kunnen beteke nen? Nee, men bleef zich wentelen in de warme gedachte dat tenminste de helft van de bevolking achter de PvdA stond vanwege het standpunt over de kruisra ketten. Een fatale vergissing!" De analyses monden uit in beschouwin gen over wat de partij nu moet doen. Iedereen wijst er op dat de PvdA buiten gewoon duideüjk stelüng moet nemen in het vraagstuk van rechten en plichten. De PvdA moet het voortouw nemen om het verband tussen rechten en püchten te herstellen. Of het nu gaat om het gedrag van de burger in zijn woonomgeving, de strijd tegen de werkeloosheid, de groei van het aantal mensen in de WAO, de aanpak van criminaüteit en fraude. „Anders krijg je het gedrag dat je al meer en meer ziet, dat mensen wél bijzonder goed gebruik maken van hun rechten, maar hun püchten verwaarlozen. Als de poütiek niet durft in te grijpen, geen nor men stelt, creëert ze zelf het klimaat waarin de soüdariteit breekt en biedt ze een voedingsbodem voor een reactionai re, intolerante samenleving. Als de PvdA niet durft te zeggen wat ze vindt - mis schien omdat ze niets.vindt - zal ze zich niet herstellen. Widen mensen nog ver trouwen hebben in de poütiek dan moet de poütiek zich bezighouden met norm stelling. Wat mag wel en wat niet en waarom? De PvdA mist op dat punt elke herkenbaarheid. Ons hele stelsel van so ciale zekerheid is in principe een kwestie van overbrugging, waarin én het indi vidu én de gemeenschap verantwoorde- üjkheid behoort te nemen. Als het indi vidu dat niet doet of kan om een of an dere reden, dan behoort de gemeenschap normen te stellen waarlangs men ope reert. Dat is de beste bescherming van zwakken". Uit alle gesprekken rijst het beeld op van de PvdA als een partij zonder durf. Een partij die nog steeds te gemakkeüjk de maatschappeüjke discussie uit de weg gaat, bang is van de confrontatie met de werkeüjkheid in de samenleving. En durf is broodnodig. Ook als het erom gaat de partijstructuur en -organisatie toe te snijden op de eisen van de jaren negentig. „Het probleem is", zegt Peper, „dat de verantwoordeüjkheden in de partij zo los van elkaar zijn geknipt dat je nooit weet bij wie je moet zijn. De par tij-organen zijn samengesteld uit mensen die elders - in regering, in fractie, in Sta ten en raden- geen verantwoordeüjk- heid dragen. De essentie van de verande ring die nodig is, is dat degenen die ver- antwoordeüjkheid dragen daarop ook kunnen worden aangesproken. Nu roept men tegen bewindsüeden of fractie: u moet wat meer dit, we willen dat u zich meer profileert, herkenbaarder bent. Maar degenen die dat roepen, worden nooit geconfronteerd met de vraag hoe ze dat dan zelf zouden doen. Wij houden de fictie in stand dat het beleid begint en eindigt bij de afdeüngen, waarvan we er zo'n zevenhonderd hebben. Onzin dus. De werkelijke macht ligt in 'Den Haag', bij het partijbestuur in Amsterdam.' Maar intussen is het beding dat meer dere functies in de partij niet door de zelfde personen mogen worden vervuld zodanig opgerekt dat iedereen voor een stukje verantwoordeüjk is, maar nooit voor de totaliteit. En dus kan men op een zeer vrijbüjvende manier met elkaar omgaan. Als je macht niet definieert, lo- kaüseert en personifieert, kun je nooit afrekenen". Pepers ideeën voor wat hij noemt 'een noodzakeüjke en dramatische reoganisa- tie' zullen in de gelederen van de partij op een muur van verzet botsen. Omdat macht -fictie of werkeüjkheid- moet worden ingeleverd. Net zoals dat in de Bondsrepubüek of Zweden het geval is, bepleit Peper het leiderschap van de par tij en het poütieke leiderschap in één hand te leggen. Wim Kok dus: én voor zitter van ae PvdA én als eerste man ver antwoordeüjk voor het poütieke beleid. Een ander, die nog niet zo ver gaat, vindt dat Kok in elk geval meer tijd in de par tij moet steken. Daarnaast steekt Peper in op schaalvergroting in de organisatie. Op landelijk niveau geen besüssende be voegdheden meer bij de afdeüngen, maar bij nieuw te vormen gewesten. Kleiner dan de huidige gewesten, maar groter in aantal. De voorzitters van die gewesten dienen tezamen het partijbestuur te vor men en dragen dus de verantwoordeüjk- heid voor de gang van zaken in de partij, zowel in organisatorische als beleidsma tige zin. Peper: „Op die wijze worden mensen die een belangrijke rol spelen in de poütiek ingekaderd in een structuur, waarin ze verantwoording kunnen afleggen, waarin zo nodig kan worden afgerekend en findelijk was-ie er. Vorige week zaterdag op de parti raad van de PvdA. Gewoon zicht baar. Thijs Wöltgens, fractievoorzit ter. Met een verhaal waarvan de burgemeester van Rotterdam, Bram Peper, nadien zegt: „Daar gaat het nu om. Daar hebben de mensen het over. Over de verloedering van de straat en van de overheid. Als je dat aan de orde durft te stellen, dan is het niet zo moeilijk om - zonder dal men daar overspannen verwachtin gen van moet hebben - een so ciaal-democratisch profiel gestalte te geven." Wöltgens sprak over de onvoldoende kwaüteit van de overheid. Over de wachtüjsten in de gezondheidszorg, de verveloosheid, het gebrek aan toezicht op vandaüsme. Over het overbelaste, dus falende justitiële apparaat. Over manco's in de overheidsorganisatie die leiden tot gebrekkige prestaties, zeker bij de strijding van criminaliteit en het bevor deren van de leefbaarheid op straat. „De gevolgen zijn zichtbaar. Waar geloof in de overheid is aangetast, woidt de pubüeke moraal uitgehold. Mensen zijn trots op hufterig gedrag het verkeer. Mensen scheppen op over belastingfraude. Dat bedreigt kernwaar den van onze samenleving, zoals de tole rantie en de soüdariteit. Het overeind houden en herwinnen van de tolerantie vraagt om een krachtige aanpak van ver loedering, niet om het toedekken ervan". Goed, verbaal is Wöltgens er. Maar daarmee zijn de problemen van de PvdA nog niet opgelost. Dalende opiniecijfers, een gapende kloof tussen achterban bewindsüeden/fractie, geen 'Gezicht '90', geen herkenbaar beleid, laag profiel, als vrijende egeltjes zo voorzichtig. Wat is er mis met de PvdA? En ook: hoe is het zo gekomen? En vooral; ^at moei er gebeuren? Daarover gesprekken met een aantal kenners van de PvdA. Een van hen zegt het zo: „We hebben een ideologisch, so ciaal-economisch en een sociaal-cultu reel probleem. We hebben een identi teitsprobleem met de achterban en electoraal probleem. En daar overheen zitten we ook nog eens met een partij-or ganisatie die absoluut niet bij machte is dat alles aan te pakken", Ga er maar eens staan! Over deze PvdA gesprekken: met Tromp, de tegendraadse maar loyale cri ticus sinds jaren; met Bram Peper, die vanuit zijn vak, socioloog, en bei burgemeester van de grote stad, analy seert voor welke opdracht de PvdA staal. En met anderen die op enige afstand van de partij maar vanuit jarenlange betrok kenheid zien dat het niet goed gaat. Die er de voorkeur aan geven nu niet mei naam en toenaam in de pubüciteit te tre den: „Hoe meer ik publiekeüjk zeg, hoe minder er binnenskamers wordt geluis terd". Bram Peper: Als je het debat mei de werkelijkheid ontloopt, mis je ook de geestelijke en politieke training die de overstap naar regeringsverantwoor delijkheid makkelijker maakt". - FOTO ARCHIEF DE ST0 waarin de vrijbüjvendheid is we^. niseerd. De paradox is dat je die vernie11' wing zult moeten doorvoeren met men sen die dat niet zijn gewend, die nu de" ken macht te hebben en die zullen me-"' ten afstaan. Vandaar dat ik tegen W partijbestuur zeg: dat dilemma los je rue op door niet te kiezen. Als ook in dit of zicht geen keuze wordt gemaakt voor absoluut heldere lijn, dan zal het 'slecht gaan met de PvdA." dier, vertelde ze, jonge kat, grijsbri stevige staart. Ma beest ontmoetten knaagdier maakte en mijn dochter oo Confrontaties me niet ongewoon, ben je er zelden verwijderd van w ratten noemen. Londen is angstw ouderwetse hoofd vol ratten. Hoewel hun getals dering bekend is, aangroei van mir heeft zijn origine zachter de winter, rekenen. En omda Victoriaanse riolei staan, vindt dit méér geschikte ple wen. Nog een and maar toenemende feit dat huishoude rend meer in plasti gedeponeerd in pl vuilnisemmers. Ratten schijnen de. der aantrekkelijk NuweR De berek dat een kloppen ton aan lires per na vluchtig Itaüaa nachtrust kost, omg per uur. Voor esprt rnJj per dag uittre 200 gulden. Met eer .®n Per dag moet 1 zijn in de laatste we Zoals het altijd een van de zwaarbelade ven ook hier de gi voor soepstengels e de doorslag. En het gels waarover je em breken. We zien dv zoek aan de Paus, o teleur, en van mijn kwaam Romeins ta bewaring te stellen. wel eens een keer. schoonheid van het Het vermijden van wel zo goed in mijn °P hun nobelste inr ®n gastvrijheid te be deüjk wel eens wete zondagsblad 'The S hë in droefheid en s dompeld door te scl een volk van dieve' b»j! Het blad 'Itaüa maandschrift voor t

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1990 | | pagina 30