DE STEM 'Ik haat ze als de pest' HIROHITO, DE HAHDEL EH DE HERINNERINGEH inister Van den Broek is er bij als Hirohito begraven wordt. 'Een te dunne delegatie', vindt het Nederlandse zakenleven. 'Je ziel versjache ren voor haring en tulpenbollen', zeggen zij die in de Jappenkampen zaten. Ze vertellen hoe er meer dan 40 jaar is gesjoemeld met hun belangen. En ze vertel len hoe Japan de eigen geschiedenis vervalste. Want het land kent geen oorlogsmisdadigers meer. In de Japanse geschiedenisboekjes heten ze nu 'sen- ko-jukei-she': oorlogsgetroffenen. Geholpen door de Geallieerden heeft Japan nooit een Twee van Breda gekend. De Japanse oorlogsmisdadigers zijn al sinds de jaren '50 op vrije voeten. Doodvonnissen Gevangenis Herstelbetalingen Koehandel Lobby 21 cent Historici ZATERDAG IQ 25 FEBRUAR1198910 groepen M Door Paul de Schipper Eichmann is in Duitsland nooit op een ere-kerkhof begraven, maar de stoffelijke resten van generaal Tojo, Japans meest beruchte oorlogsmisdadiger, zijn in 1987 bijgezet in de heilige Jasukumi Shinto tempel in Tokio. Japan hield na '45 de eigen oorlogsmisdadigers gevangen en Japan mocht adviseren over hun gratie en vrijlating. We schrijven 26 december 1949. In haven van Tandjong Priok in Neder- lands-Indië gaan 650 gevangen Japanse oorlogsmisdadigers aan boord van het motorschip Tjisedane. Het is daar in Priok een spoedoperatie, want morgen wordt Nederlands-Indië onafhankelijk. Dan komt Sukarno aan het bewind. Su karno voerde een guerrilla tegen de Ne derlanders èn is vrienden met de Japan ners. Hij zal daarom geen Japanners, ook geen oorlogsmisdadigers, gevangen houden, zo vrezen de Geallieerden. Vandaar de haastige deportatie terug naar het land waar ze vandaan zijn geko men. Generaal MacArthur, comman dant van de Geallieerde strijdkrachten en zetelend in het verre Tokio, heeft het zo geregeld. Het eigenlijk transport vindt plaats onder toezicht van het Internatio nale Rode Kruis. Die dag gaan ook vier vroegere Ja panse generaals aan boord van Tjiseda ne. Het zijn Imamura, Okasaki, Ma- ruyama en Yamamoto. Ze reizen tweede klas want ze zijn vrijgesproken door Temporaire Krijgsraad in Batavia. Diezelfde krijgsraad heeft van 1945 tot 1949 in totaal 69 doodvonnissen uitge sproken, het laatste op 30 juli 1949. Op twee na zijn die vonnissen ook uitge voerd. Ter vergelijking: in Nederland zijn na de oorlog 152 doodvonnissen uit gesproken, waarvan er 39 daadwerkelijk zijn voltrokken. De veroordeelde Japanners in Neder lands Indië behoorden in de meeste ge vallen tot de Kempetei, de beruchte Ja panse militaire politie. De krijgsraad ging zeer zorgvuldig te werk. Zo waren de Japanners stom verbaasd dat ze zich zelf mochten verdedigen. De passagiersboot Tjisedane levert zijn menselijke vracht af in Tokio. Vandaar gaan de 650 gedetineerden naar de Suga- mo-gevangenis om er hun straf uit te zit ten. Die straffen variëren van enkele ja ren tot levenslang. Afhankelijk van de zwaarte van hun straf zijn de gevangenen ingedeeld in de categoriën A, B en C. Wat is er van het uitvoeren van die straffen terechtgekomen? Om antwoord te krijgen op die vraag hernemen we de geschiedenis op 8 sep tember 1951. Op die dag wordt in San Francisco de vrede getekend tussen Ja pan en de Geallieerden. De belangrijkste drijfveer om die vrede te sluiten is het bewustzijn dat Japan nog wel eens een goede bondgenoot zou kunnen worden tegen het communistische Rusland. Het vredesverdrag bepaalt dat Japan zich verplicht om de door geallieerde rechtbanken aan Japanse oorlogsmisda digers opgelegde straffen uit te voeren. Japan heeft wel het recht aanbevelingen te doen voor gratie. Het land waar de be trokkene is veroordeeld moet dan beslis sen of die gratie wordt verleend. Ook wordt in het vredesverdrag vastge steld dat Japan bij zijn wederopbouw niet mag worden belast door zware her stelbetalingen of verplichtingen om oor logsslachtoffers schadeloos te stellen. Daarmee zien de ex-gedetineerden uit de Jappenkampen een eerste kans op smar- tegeld voorbij gaan. Zo'n uitkering aan ex-geïnterneerden is ook een tamelijk ex clusief Nederlands belang, want nergens in zuid-oost Azie hebben de Japanners zoveel burgers opgesloten als juist in Ne derlands Indië. Uiteindelijk komt het erop neer dat, wil Nederland nog iets voor de kampslachtoffers doen, het dat maar zelf met de Japanners moet rege len. Dat leidt op 7 en 8 september 1951 tot een snelle briefwisseling tussen de Ne derlandse minister van buitenlandse za ken Stikker en de Japanse premier Yos- hida. De beide heren stellen vast dat de twee landen verlangend zijn om het vraagstuk te regelen betreffende 'zekere particuliere vorderingen van Neder landse onderdanen, welke de regering van Japan vrijwillig zou wensen af te wikkelen'. Zodoende raakten de Neder landse kampslachtoffers voor de tweede keer in hun leven afhankelijk van de Ja panse genade. We gaan naar 3 september 1952, Op die Handelsbelangen gaan boven alles: Hirohito op de Euromast met de toenmalige burgemeester van Rotterdam, Thomassen. - foto anp Omstreden oorlogsmonument In Tokio: een tank van het Japanse leger. - foto ap Japan weet niets meer Minister D.U. Stikker van buitenlandse zaken wisselde In 1951 brieven met de Japanse premier. - foto anp dag geven 15 Japanse oorlogsmisdadi gers in hun gevangenis in Tokio een persconferentie. Buitenlandse correspon denten horen hoe ze de directe vrijlating eisen van 818 minder zwaar gestraften. De zwaarst gestraften (categorie A) be pleiten de zaak van de gedetineerden met lagere straffen. „Natuurlijk zouden wij er ook graag uit willen", zegt de 76-jarige tot levens lang veroordeelde generaal Sadao Araki. De oorlogsmisdadigers stellen dat de hun vonnissen 'oneerlijk, ongemotiveerd en onredelijk' zijn. Ze beroepen zich op de vrede van San Franciso en zeggen dat het hier gaat om een verdrag van 'ver trouwen en verzoening' en dat met het effectief worden van de vrede „de geeste lijke bestraffing van een volk afgelopen moet zijn". De zwaarst gestraften wonen op dat moment in eigen kamers in de gevange nis. Ze hebben eigen was- en toiletgele genheid en kunnen elkaar bezoeken zo veel ze willen. Op 4 september 1952 stelt de Ameri kaanse president Truman de Board of Clemency and Parole for War Criminals in. Deze raad adviseert de president over het eventueel vrijlaten van Japanse oor logsmisdadigers. In totaal zijn 439 van de dan nog 819 vastzittende Japanners veroordeeld door de Amerikaanse justi tie. Honderden anderen, licht- en mid delzwaar gestraften, zijn dan al vrij. De soepele houding van de Geallieer den ten opzichte van de Japanse oorlogs misdadigers blijkt ook uit geheime notu len van de ministerraad van 8 december 1952. Iri die notulen staat dat minister Don ker van justitie eraan herinnert hoe kort voor de souvereiniteitsoverdracht bijna 700 Japanse oorlogsmisdadigers van In donesië naar Japan zijn overgebracht. Minister Donker: „Onder Amerikaans toezicht zijn velen daarvan na eenderde van hun straftijd 'op parool' (voorwaar delijk, PdS) vrijgelaten. De Nederlandse regering zal thans moeten beslissen of hetzelfde beleid zal worden voortgezet. Dat betekent dat in 1954 allen die tot een straf van een bepaald aantal jaren werden veroordeeld, vrij zullen zijn. Er is een klein aantal tot levenslang veroor deelden. Tegenover Japanse aandrang om deze op jaren te stellen wil Buiten landse Zaken de eis stellen dat Japan zijn toezegging inzake de schadevergoe ding voor burgerslachtoffers van de in ternering zal nakomen. Ik acht een der gelijke koppeüng niet fraai. Door het op jaren stellen zouden bovendien moeilijk heden ten aanzien van de Duitse oor logsmisdadigers kunnen rijzen". Het citaat behoeft enige uitleg. Met op jaren stellen bedoelt minister Donker het omzetten van een levenslange straf in een bepaald aantal jaren. Ook blijkt uit de notulen dat minister Donker een koe handel voorziet: vrijlaten OK, als Japan dan maar met geld over de brug komt voor de Nederlands-Indische kamp slachtoffers. Ook voelt hij aan dat bege nadiging van de Japanners zout in de wonden van die kampslachtoffers bete kent en dat er sprake zou zijn van rechts ongelijkheid ten opzichte van de in Ne derland gevangen zittende Duitse oor logsmisdadigers. Maar minister Donker krijgt geen steun van Willem Drees. De premier laat de internationale politiek zwaarder we gen. Hij oordeelt dat het bezwaarlijk is ten aanzien van Japanse oorlogsmisdadi gers 'die niet meer in onze handen zijn, af te wijken van het beleid dat tevoren van Amerikaanse zijde werd gevoerd'. En Drees vindt tenslotte een vlees noch vis-formulering om te proberen toch geld los te krijgen bij de Japanners. De premier: „Men zou er op kunnen wij zen dat Japan in San Francisco een toe zegging heeft gedaan inzake schadever goeding en dat het op jaren stellen in Nederland uit psychologisch en politiek oogpunt minder moeilijkheden zal ont moeten als op grond van die toezegging tegemoetkomingen worden gegeven". Met aan andere woorden: vertel de Ja panners dat geld de pijn kan verzachten. Zo gezegd, zo gedaan, ook al laat het smartegeld van Japanners nog enkele ja ren op zich wachten. Ondertussen gaan de Amerikanen onver minderd door met het op vrije voeten stellen van de Japanse oorlogsmisdadi gers. Dat gebeurt in groepen van vijftien. De Amerikanen worden daartoe aange zet door een intensieve Japanse lobby. Die lobby doet ook in Nederland haar werk. Zo komt er in 1954 een zekere me neer Kai op bezoek die er in Den Haag op wijst dat 'een zeker Kerstgeschenk' van Nederlandse zijde in de vorm van vrijlating van gevangenen bijzonder zal worden gewaardeerd. Kai wijst erop hoe zeer de kwestie van de oorlogsmisdadi gers leeft bij het Japanse publiek. Uit een geheim stuk van de Dienst Oost-Azië van het ministerie van buiten landse zaken van 21 oktober 1954 blijkt nog eens duidelijk hoe voortijdige vrijla ting van oorlogsmisdadigers en smarte geld aan elkaar gekoppeld zijn. De dienst schrijft dat 'ondanks de Neder landse publieke opinie tot periodieke pa- rolering van oorlogsmisdadigers is over gegaan' en dat, indien Japan soepeler maatregelen vraagt, de publieke opinie ook ten gunste van de Japanners kan werken 'als Japan ten opzichte van Ne derland een welwillender houding aan neemt door uitvoering van de in het Yos- hida-Stikker-akkoord aangegane finan ciële verplichtingen. Uiteindelijk gaat Japan door de bocht. Vanaf oktober 1955 voert een Neder landse delegatie in Tokio onderhandelin gen. Nederland eist 27,5 miljoen dollar. Op 13 maart 1956 wordt er een protocol vastgesteld. Een citaat: „De regering van Japan zal vrijwillig bij wijze van smartegeld 10 mil joen dollar uitkeren ten einde uitdruk king te geven aan haar deelneming voor het aan Nederlandse onderdanen toege brachte leed gedurende de Tweede We reldoorlog". Iri het protocol komen Japan en Ne derland ook overeen dat 'noch de rege ring, noch enig Nederlands onderdaan tegen de regering van Japan enigerlei vordering zal instellen betreffende leed, door Japan aan Nederlanders toege bracht tijdens de Tweede Wereldoorlog'. En zo maakt Japan, als verliezer, uit dat er niks meer te verhalen valt. Voor 10 miljoen dollar is alle kampellende afge kocht. Voor de Nederlands-Indische burger-geïnterneerden komt dat neer op gemiddelde 32 cent per dag. Eigenlijk is dat nog niet slecht, want de krijgsgevangen Nederlanders die drie jaar aan de Birma-spoorweg werkten hebben het met 21 cent per dag moeten doen. Van de 17.399 Nederlanders die de lijn hebben aangelegd overleden er 3500. De overlevenden kregen in 1955, na de verkoop van de spoorlijn, ook ieder hun aandeel uitgekeerd. Dat was het royale bedrag van 61,73. Ter vergelijking. De Amerikaanse krijgsgevangenen ontvin gen niet alleen hun achterstallig salaris maar ook nog eens 2800 harde dollars 'ontberingsgeld'. Voor wat betreft de Nederlandse krijgsgevangenen eindigde het drama uiteindelijk in 1981 met een eenmalige uitkering van 7500 gulden aan achter stallig salaris. En voor het zover was, hielden stramme veteranen van het Ko ninkrijk Nederlandse Indische le- ger(KNIL) maandenlang uit protest de wacht op het Binnenhof. Van problemen met Japanse oorlogs misdadigers hebben we nooit meer ge hoord. Geen wonder, voor zover nu na gegaan kan worden zijn vrijwel alle Ja panse veroordeelden nog in de jaren '50 vrijgelaten. In Nederland hadden de Drie van Breda toen nog bijna dertig jaar te gaan. „Japan groeide uit tot een economische supermacht maar voelt zijn geweten geen moment belast met de barbaarsheden die het heeft begaan. Je weet nooit of we Ja pan nog nodig hebben dachten de Ameri kanen in de Koude Oorlog en Nederland zeilde op de wind van Amerika. En Japan kon voor een prikje alle ons aangedane ellende afkopen". Het is slechts een deel van de woede van Peter Pelligrino (69) uit Breda. Ge brek aan erkenning is een ander deel. De KNIL-veteraan: „De Jappen? Ik haat ze nog steeds als de pest, maar dat heeft eigenlijk niet zoveel met Hirohito te ma ken. Die man is dood, laat 'm. Erkenning daarom gaat bet, erkenning!" Niet alleen in geld, ook in de geschie denis en bij herdenkingen. Pelligrino: „Op 15 augustus gaat bij mij de vlag uit en op 14 augustus halfstok..5 mei? Daar heb ik niks aan. Toen liep ik nog in m'n blote kont daar in Birma. Weet je, Nederland is geobsedeerd door Duitse concentratiekampen. Voor ons, de men sen van Nederlands-Indië, is er geen inte- resse. Dat maakt ons zo nijdig". Het ging al mis bij Mountbatten. De onderkoning van Brits-Indië nam in 1945 een overwinningsparade af van Britse troepen en ex-krijgsgevangenen van de Birma-spoorweg. Pelligrino: „We hadden nog baarden en we wogen 40 kilo. Weet je wat Mountbatten zei: die vuile magere mannen mogen daar niet vooraan staan". De mogelijkheid om bij het nu welva rende Japan nog oorlogs-smartegeld te claimen zijn minimaal. Toch is de Austra lische Organisatie van Krijgsgevangenen een procedure begonnen bij het Mensen rechtencomité van de Verenigde Naties. Wie meent iets op Japan te kunnen ver halen kan dat voor 1 april kenbaar maken bij deze organisatie. Voor Pelligrino stond de wereld stil in de oorlog: „ln '49 kwam ik in Terheijden. D'r stond daar op een nieuw huis: ge bouwd in 1943 en ik dacht hé: het leven is hier gewoon doorgegaan, terwijl wij elke dag voor ons leven vochten. Ze snappen hier niet dat de visjes in de rivier het pus uit je tropenzweren aten. Ze kennen hier alleen Bucbenwald. Van Agt praat nu in Tokio over het openen van een Neder landse Kamer van Koophandel..haring en tulpen politiek..ach, weet bij veel". Hoe Japan zelf denkt over haar oorlogs geschiedenis is pas nog gebleken uit op merkingen van premier Nobura Takesbi- ta. „De vraag of Japan in de oorlog agressor is geweest, is een zaak voor toe komstige historici". De Japanse regering haastte zich om de opmerking van de premier te corrigeren en voegde er aan toe dat Japan er zich volledig rekenschap van gaf dat er 'scherpe internationale kritiek' is geweest op het Japanse optre den voor de wereldoorlog. Eerder at moest een topambtenaar in Tokio het veld ruimen omdat hij had ge zegd dat Japan geen agressieve bedoelin gen had in de oorlog. Ook werd een mi nister van onderwijs de laan uitgestuurd, nadat hij had gezegd dat Korea deels zelf schuld aan de annexatie in 1910 was ge weest en dat de Japanse acties tegen China gerechtvaardigd waren geweest. De camouflage van het foute Japanse verleden houdt Pelligrino al jaren bezig. Vooral ook de manier waarop de Ja panse oorlogsmisdadigers zijn behan deld. „Dat is in Nederland een onbe kend hoofdstuk", zegt hij. Het verhaal elders op deze pagina is deels gebaseerd op de navorsingen van Pelligrino. Het vertelt hoe Japan, geholpen door Geal lieerden, genadiglijk kon afrekenen met het besmette verleden. - foto eurotransplant |>k gerust de tijd voor e donor-bereidheid. Ik I ruk dat ze na de toe- af wilden. Zo van: de lm, gauw afscheid ne- 11, we kunnen nu geen Igebruiken". I der nu, bijna vier jaar r orgaan-donatie? „Po- I ondanks alle verdriet e hebben pas achteraf gehoord dat onze zoon lenover het afstaan van I >en blij nu ik weet dat djn hart, zijn lever en tleeft in drie gezonde !and, België en Neder- e Nijmeegse vader, die n nog maar vijf maan- I :n verkeersongeval ver- j aan. Het gesprek van larts met de nabestaan- li1 het academisch zieken- kon worden samenge- ;itrden. „Uw zoon is her- i dokter. Om daar zon- le te voegen: „Droeg hij I h?" Gevraagd naar zijn 1 twoordde de Nijmeegse ormatie over de hersen- eksgroepen met nabe- I duidelijk zijn dat ook de I ie best aan dat soort ge- I >u mogen deelnemen. Er ledische en verpleegkun- I at stuk een opvoedings- >k dat staatssecretaris I in zijn wetsontwerp nog I in. Dees kondigde in elk symposium aan dat het Sfen ligt om in de wet zorg- i voor de donor-proce- |en en rechtszekerheid en |ng te bieden aan de po- II diens nabestaande. rina, niet als non, want ilt te veel op, maar als lui- t-generaal van de Andor- luchtmacht, als geheim JLheer van de Paus, als Lrdman der Don-Kozak- f als kapitein op de grote Bijna alles past.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1989 | | pagina 33