'Nobelprijs eert hele
Arabische literatuur'
Jetses was op z'n best in zijn schetsboeken
Biografie vol respect voor Jacques Presser
Indonesische verhalei
als kleine kruidnagel
NAGUIB MAHFOUZ IN 4ZUN' KOFFIEHUIS IN CAïRO
DE STEM BOEKENGIDS ZATERDAG 17 DECEMBER 1988
Foto's
Flitslicht
Invloed
Camera's
VERSCHENEN
iïïl RTEM GIDS 2
Kerstmis
Eric is boos
LeGG.EN
G2
De Egyptische schrijver
Naguib Mahfouz (78) heeft
vorige week de Nobelprijs
voor literatuur 1988 ont
vangen. De Limburgse
schrijver Ton van Reen be
zocht de nieuwe Nobel
prijswinnaar literatuur in
Egypte. Hij sprak met
Mahfouz in een koffiehuis
in Cairo waar hij bijna
iedere dag komt. Deze
week verscheen bij Het
Wereldvenster de verha
lenbundel van Mahfouz
'De moskee in de steeg'
17,50). In januari 1989 zal
bij dezelfde uitgever de ro
man 'De dief en de honden'
19,90) van de Egyptische
'peetvader van de Arabi
sche literatuur' uitkomen.
Door Ton van Reen
CAÏRO, zeven uur. De och
tendmist wordt verdreven
door uitlaatgassen. De zon
graaft een baan van oplich
tend stof naar me toe, het
poedergoud waarmee de
ochtend in Cairo wordt ver
guld.
Het keurig onderhouden Tah-
rirplein, waarop het gras zo
groen is dat het op kunstgras
lijkt, wordt omkranst door
winkels en koffiehuizen.
Vrij vlug vind ik het koffie
huis ALY BABA, dat er, on
danks de naam van een rover
hoofdman, heel vredig uiziet.
De naam van een sprookjesfi
guur zou voor de schrijver Na
guib Mahfouz wel eens de aan
leiding geweest kunnen zijn
hier zijn vaste plek te zoeken,
want na zijn bekroning met de
Nobelprijs liet hij in de talloze
interviews met de wereldpers
weten dat de verhalen uit de
'Duizend En Een Nacht' tot de
belangrijkste bronnen van de
Arabische literatuur behoren.
Binnen zitten, zo vroeg al,
een paar oude mannen. Er gaat
rust en berusting van hen uit,
alsof ze alle tijd van de wereld
hebben, maar niets om hem te
vullen. Onwillekeurig moet ik
aan de hoofdpersonen van de
roman 'Gezwets op de Nijl'
denken, de filosoferende vrien
den die hun vragen over het
nut van de wereld wegpraten
onder het genot van een has-
jiespijp, lui onderuit gezakt op
het terras van een woonboot.
Ze zouden het kunnen zijn, in
een oudere uitvoering.
Ik word uit mijn beschouwin-
Naguib Mahfouz leest in het koffiehuis het dagblad. 'Al Ah-
ram'.
De Nobelprijswinnaar literatuur signeert zijn boeken.
- FOTO'S GEORGE FRAUENFELDER
gen opgeschrikt door een langs
de deur scheurende scooter met
defecte uitlaat. Mijn blik blijft
rusten op een kleine man die
aan een stalletje verderop een
krant koopt. Lezend loopt hij
naar het koffiehuis, zwaait met
de krant naar de vier mannen
die even oud zijn als hij en juist
aan een spelletje domino zijn
begonnen en loopt rakelings
langs me; de geur van een ket
tingroker drijft even over mijn
tafeltje.
In het koffiehuis, dat hij elke
ochtend al meer dan vijftig
jaar bezoekt, wordt Naguib so
ber begroet door de ober en de
oude mannen, die allemaal al
lang wisten dat hij een heel
grote was en daarom noch
koud noch warm worden van
de Nobelprijs en de 'Orde van
de Nijl'.
Mahfouz beklimt de trap
naar de eerste verdieping, naar
zijn vaste plek achter het raam,
om de krant te lezen. Ik pak
mijn tas met de vertaalde boe
ken van Mahfouz en volg hem
naar boven.
Hij kijkt op noch om als ik
aan een tafeltje ga zitten. Ook
niet als plotseling een paar fo
tografen binnenstormen, nog
vol slaap, ongeschoren en rie
kend naar het nachtleven van
een wereldstad. Plaatjesma
kers om den brode lijken ze
zich nauwelijks bewust van de
waardigheid van deze kleine
oude man en vuren ongevraagd
een salvo flitslicht op hem af.
Mahfouz reageert er niet op.
Met bijna vijftig boeken en een
groot aantal filmscenario's op
zijn naam is hij, de peetvader
van de Arabische literatuur, al
zo lang een beroemdheid dat
zijn licht dat van de flitsers
verre overtreft.
De ober brengt hem koffie. Als
hij aan de koffie nipt, is dat
voor de fotografen het teken
om hem opnieuw in een gloed
van flitslicht te zetten.
Pas als na een minuut of vijf
twee schoolmeisjes de trap op
komen en aandoenlijk verlegen
boeken aan hem voorleggen om
ze te laten signeren, verschijnt
er een glimlach om zijn lippen.
Langzaam zet hij zijn signa
tuur in de boeken. Hij, vader
van twee dochters, is altijd een
bewonderaar geweest van
vrouwen en brak een lans voor
hun onafhankelijkheid, zoals in
'Miramar', waarin een meisje
dat van het boerenland komt,
vecht voor haar zelfstandig
heid.
„Zou u mijn boeken willen
signeren?" vraag ik en houd
hem het eerste boek geopend
voor. Glimlachend pakt hij een
van de pennen uit het borst
zakje van mijn jas en signeert
ze, langzaam schrijvend in een
beverig handschrift.
„U komt van ver," zegt hij
terwijl hij schrijft. „U moet wel
een groot bewonderaar zijn
van mijn werk." Er klinkt een
sarcastische ondertoon door in
zijn stem.
Gewend als hij is aan het
Arabische schrift, moet hij zijn
best doen om de letters te vor
men. Als bij een kind dat nog
maar pas schrijfles heeft, ko
men ze op papier, een beetje
stuntelig.
Hij morst as op een bladzijde
en veegt het zo onhandig weg
dat er strepen op het papier
achterblijven. Als hij alle boe
ken heeft gesigneerd, steekt hij,
bijna triomfantelijk, mijn pen
terug, niet in mijn maar in zijn
borstzakje.
'Uit welk land komt u?'
vraagt hij vriendelijk.
„Holland".
„Wat?"
„Holland". Ik moet het zes
keer herhalen, ook al draagt hij
een hoorapparaat. En ik weet
dan nog niet of hij het echt be
grepen heeft.
Rekening houdend met zijn
doofheid kalk ik vlug een
vraag in mijn schrijfblok. „Wat
was uw eerste indruk toen u
hoorde dat de Nobelprijs voor u
was?"
„Dat hij niet zozeer voor mij
was bedoeld dan wel om de
hele Arabische literatuur te
eren," zegt hij.
Gaat u uw invloed gebruiken
in zaken die de politiek van de
Arabische landen betreft?,
schrijf ik vlug op een vel.
„Schrijvers geven him me
ning in hun boeken. Ik praat
niet met politici over mijn
ideeën, maar boeken kunnen
wel een politiek wapen zijn,
vooral als de ideeën aanslaan".
Wat is uw mooiste boek?
„Dat weet ik niet. Ik zie mijn
boeken niet los van elkaar.
Meer dan mijn eigen boeken
bewonder ik de jonge Arabi
sche schrijvers die net zo ge
durfd schrijven als in Europa
en Amerika. Mijn schrijven
blijft in herinneringen steken".
Kunnen zij zo vrij schrijven
omdat u zichzelf nooit hebt la
ten beperken?
„De Arabische literatuur is
niet minder vrij dan de wester
se," zegt hij wat fel. „Overal is
er repressie, maar die verschilt
van cultuur tot cultuur. Arabi
sche sprookjes als uit Duizend
en een Nacht zijn in westerse
landen altijd gekuist uitgege
ven".
Met een servet poetst hij de
koffiekringen van zijn scho
teltje.
Maar uw boeken werden
vaak verboden.
„In Oosteuropese landen
worden boeken vaak niet uit
gegeven door gebrek aan pa
pier. Dat is ook censuur." Als
om te demonstreren wat cen
suur is zet hij het lege kopje
ondersteboven op het bordje.
Uw werk lijkt me verkapt
auto-biografisch. Komt u zelf
ook in al uw boeken voor?
„Ik hou van mensen. Daarom
krijgen al mijn personen wel
iets van mijn eigen karakter
mee, soms met mijn goede,
soms met mijn slechte eigen
schappen."
U bent een verteller, net als
de andere Arabische schrijvers.
„Egypte leeft meer dan hon
derd jaar achter op Europa.
Wij leggen nu pas de basis voor
onze literatuur. Aan experi
menteren komen wij voorlopig
nog niet toe."
Hij staat op en geeft mij een
hand. „Bedankt voor de vra
gen", zegt hij. Ik ga naar bene
den, bestel opnieuw koffie en
pak mijn notitieblok.
Naguib Mahfouz komt naar be
neden, geeft me in het voorbij
gaan een hand, wandelt naar
buiten en verdwijnt in de Tha-
rirstraat, in zijn kielzog hei
groepje journalisten en foto
grafen, nagestaard door men
sen op de straat die zich zicht
baar het hoofd pijnigen over de
vraag waarom deze eenvoudig
geklede, kleine man achter
volgd wordt met camera's.
In zijn werk snijdt Mahfouz
vaak sociale en politieke on
derwerpen aan. Hij is niet bang
om de waarheid te zeggen. In
'De Midaqstraat', een roman
die verhaalt over het tijdloze
leven in een wijk, vertelt hij
onder meer over een homose-
xuele man die aan de drugs
raakt, met een directheid die
men niet gauw van een Arabi
sche schrijver verwacht. Alles
wat menselijk is, is normaal
voor Mahfouz waardoor zijn
werk, vooral in kringen van
Moslim-fundamentalisten,
vaak niet goed viel, zodat vei
ligheidshalve verscheidene van
zijn boeken in Egypte werden
verboden. In veel Arabische
landen werden zijn boeken uit
de handel gehaald toen hij in
1979 Sadats vredesgesprek met
Israël bijviel.
Door Toon Kloet
VEEL nu vergrijzende Ne
derlanders zijn opgevoed
met 'Ot en Sien'. Zeker de
genen die hebben leren le
zen op een openbare lagere
school. Voor het r.-k. on
derwijs ontstond de lees
cultuur in het R.K. Jon
gensweeshuis in Tilburg,
de Nederlandse wieg van
het van huis uit Duitse
koppel Puk en Muk. Ot en
Sien zijn veel oorspronke
lijker Nederlands, hoe
wel...
Schrijver van 'Ot en Sien'
was de Nederlandse pedagoog
H. Scheepstra, die bij zijn
werk werd gesteund door zijn
vriend en collega Jan Ligt-
hart. Toch denkt menigeen
bij Ot en Sien eerst aan teke
naar Cornelis Jetses en dan
pas (of niet) aan Scheepstra
en Ligthart. Jetses was ook
Nederlander, maar toen hij
voor uitgeverij Wolters de te
keningen voor 'Ot en Sien'
maakte, woonde hij in Duits
land. Zijn dochtertje Dina
stond model voor Sien, maar
Ot was haar Duitse buurjon
getje.
In het verleden is al meerma
len over Jetses geschreven,
o.a. door de Groninger Jan A.
Niemeijer. Die is nu met een
nieuw boek op de markt, geti
teld 'Uit het schetsboek van
Cornelis Jetses'.
Jetses is na zijn dood in
1955 niet echt uit de belang
stelling geweest. Geen won
der, pas na de tweede wereld
oorlog werd in het onderwijs
de Ot en Sien-cultuur ver
vangen. En juist toen het
werk van Jetses -boekillu
straties, het leesplankje 'aap -
noot - mies' en de beroemde
schoolplaten- écht in de ver
getelheid dreigde te geraken,
•werden we besmet door de
nostalgie, de 'heimweecul-
tuur' zoals Niemeijer het
noemt, waarin ook plaats was
voor Jetses.
Cornelis Jetses is in 1873 in
Groningen in een arm gezin
geboren. Al op de lagere
school tekende hij. Als 13-ja-
rige ging hij werken in een
steendrukkerij. Op zijn 21e
voelde hij zich zover ge
vormd, dat hij naar Bremen
trok (hij kon bij familie in de
kost) om een baan te zoeken
als kleurlithograaf. Maar het
liep anders. Hij volgde er
eerst nog kunstonderwijs en
kwam in contact met de
Duitse 'Historiënmaler' Ar
thur Fitger, die een assistent
zocht. De omgang met Fitger
tot diens dood in 1909, onder
broken voor een tweejarige
studie aan de Rijksakademie
in Amsterdam, heeft veel
voor de artistieke vorming
van Jetses betekend. In die
Duitse jaren heeft hij o.a. mo
numentale muurschilderin
gen gemaakt in belangrijke
gebouwen, zoals in het Ra-
thaus in Hamburg.
Omdat de kunstenaar zelf
wel inzag dat de tijd van dié
monumentale kunst ten einde
liep, zocht hij werk als illu
strator. Dat lukte bij de Gro
ningse uitgever J.B. Wolters,
die in Jetses de juiste man
vond voor het illustreren van
de pedagogisch belangrijke
leesboekjes van Ligthart en
Scheepstra.
Op dat werk van Jetses in
dienst van het onderwijs ligt
veel nadruk in het boek van
Niemeijer, speciaal -de titel
zegt het- op de schetsen, het
voorbereidende werk voor de
illustraties. Niemeijer kreeg
de beschikking over een groot
aantal schetstekeningen van
Jetses, eigendom van de Cor
nelis Jetses Stichting in Gro
ningen. Ze zijn belangrijk
voor de vraag naar de artis
tieke kwaliteiten van de man.
Veel beter dan in zijn uit
gewerkte illustraties heeft
Jetses op zijn schetsbladen
getoond dat hij een voortref
felijk tekenaar was, die snel
observeerde en datgene wat
hij zag in een sterke, karakte
ristieke lijn kon weergeven.
Als in* het boek naast de
schets ook de uitgewerkte
prent is afgedrukt is te zien,
hoeveel kracht doorgaans in
die uitwerking verloren ging.
Als de naam van Cornelis
Jetses ook na de 'heimwee-
cultuur' zal blijven voortle
ven, dan zal dat te danken
zijn aan zijn schetsboeken.
Aan het werk waarvan hij
zelf ooit zei: „Ik heb er nooit
erg hoge verwachtingen van
gehad".
Jan A. Niemeijer: 'Uit het schets
boek van Cornelis Jetses'. Uitg.
Friese Pers Boekerij, prijs 34.511
Twee afbeeldingen ter vergelijking. Te zien is dat Jet
ses vooral sterk uxis op zijn schetsboekbladen.
Door Frits Kemperman
HET respect van de schrij
ver Nanda van der Zee voor
de historicus Jacques Pres
ser is heel duidelijk af te le
zen uit haar biografie 'Jac
ques Presser. Het gelijk van
de twijfel'.
Presser werd in 1965 door zijn
boek 'Ondergang' over de joden
in Nederland in de Tweede We
reldoorlog opeens een bekende
Nederlander, maar kreeg ook
veel kritiek. Het boek zou te
veel door de persoonlijke erva
ringen van de schrijver zijn ge
kleurd. Toch koos Presser be
wust voor de persoonlijke be
nadering. Zijn biografe blijft
hem hierin trouw.
De historica Nanda van der
Zee probeert een beeld te schet
sen van het leven van de mens
Jacques Presser. Zijn weten
schappelijke werk speelt geen
hoofdrol in het boek, hetgeen
de leesbaarheid voor de leek
bevordert.
Presser werd geboren in de
jodenbuurt van Amsterdam.
Zijn ouders waren arme dia
mantbewerkers, die met hard
werken een redelijke welstand
bereikten. Ze bleven echter
achter de socialistische bewe
ging staan. Jacques moest van
zijn vader na de middelbare
school een goede kantoorbaan
zoeken.
Hij kwam bij de bank te
recht, maar dat was voor hem
een kwelling. Zijn redding
kwam van de vader van een
schoolvriend, een rijke bankier
die, uit dank dat Jacques zijn
zoon met bijles had geholpen,
de veelbelovende Presser een
beurs aanbood. Jacques kon
gaan studeren, deed dat met
veel overtuiging en werd leraar
geschiedenis aan het Amster
damse Vossius-gymnasium.
Tegen het uitbreken van de
oorlog begon hij met zijn eerste
historische studie, 'Napoleon',
een boek dat nu nog steeds goed
leesbaar is. Zijn tweede boek
'De tachtigjarige oorlog' kreeg
een bijzondere betekenis. De
onafhankelijkheidsstrijd van
de Nederlanders tegen de
Spanjaarden sprak zeer aan
tijdens de Duitse bezetting. Het
werd pas na de tweede druk
verboden, toen de Duitsers de
grote interesse voor dit boek
wel erg opvallend vonden.
In 1942 moest Presser onder
duiken. Zijn vrouw Dé was tij
dens een familiebezoek opge
pakt en zou nooit meer terug-
I
komen. Presser bleef hier zijn
hele leven mee zitten. Tijdens
zijn onderduikperiode schreef
hij 'Amerika', de eerste Neder
landse monografie over de VS.
Over de ontvangst van zijn
boeken in de wetenschappe
lijke wereld schrijft Van der
Zee niets, een belangrijk gemis
in deze biografie.
Na de oorlog werd Jacques
hoogleraar Nieuwste Geschie
denis in Amsterdam. Uit de
vele gesprekken van Van der
Zee met oud-studenten en col
lega's van Presser blijkt hoe
geliefd Presser op de universi
teit was.
In 1950, toen Loe de Jong de
regeringsopdracht kreeg de ge
schiedenis van het Koninkrijk
der Nederlanden tijdens de
Tweede Wereldoorlog te schrij
ven, werd Presser belast met de
geschiedenis van de jodenver
volging in Nederland. Het werd
een obsessie van 15 jaar. In het
begin kon hij er niet mee uit de
Jacques Presser.
- FOTO BALANS
weg. Hij was persoonlijk teveel
bij de zaak betrokken en heeft
toen zijn literaire kwaliteiten
aangewend om zijn problemen
te overwinnen.
Presser schreef veel poëzie,
die ook werd uitgegeven, maar
aan proza had hij zich nog niet
gewaagd. Toen bleek dat hij
zijn trauma in de vorm van een
korte roman kon verwoorden
had hij de oplossing. Zijn no
velle 'De nacht der Girondij
nen' gaat over de kwestie van
collaboratie uit lijfsbehoud.
Door dit boek werd hij alge
meen erkend als literator. De
hoofdpersoon is een jood in een
kamp die de keuze heeft tussen
meewerken met het afvoeren
van gevangenen en zelf afge
voerd worden.
Voor Presser eindigde de
Tweede Wereldoorlog pas in
1965 met de publicatie van 'On
dergang'. De discussie die het
boek teweeg bracht heeft Pres
ser wel aangegrepen, maar hij
kon er over praten en dat was
voor hem al een hele opluch
ting. Presser overleed vijf jaar
later.
De biografie is naast talloze
gesprekken gebaseerd op de
uitgebreide briefwisseling die
Presser erop nahield. Het is
vooral door de stem van Pres
ser, die uit deze brieven naar
voren komt, een prachtig docu
ment geworden.
Nanda van der Zee: 'Jacques Pres
ser. Het gelijk van de twijfel. Een
biografie'. Uitg. Balans, prijs f 45,-
Anna Blaman: 'Ik
schrijf het je grof-eerlijk'.
Uitg. Meulenhoff, prijs
37,50. Uit de briefwisseling
van Anna Blaman (1905-
1960) met schrijfster Emmy
van Lokhorst en Neerlan
dica Sonja Witstein. Bla
man schrijft over haar da
gelijkse beslommeringen
en over (lesbische) liefde.
De lezer krijgt een inzicht
in haar verhouding met
Alie Bosch, die model
stond voor de hoofdfiguren
in 'Vrouw en vriend' en
'Eenzaam avontuur'.
J.M.A. Biesheuvel: 'Ko
nijn'. Uitg. Meulenhoff,
prijs 22,50. Kinderver
haal, met de hand geschre
ven en getekend door Bies
heuvel.
Barbara Rogan: 'Café
Nevo'. Uitg. Wereldbiblio
theek, prijs 39,50. Eerste
vertaling van een roman
van Amerikaanse Barbara
Rogan die zich in Israël
vestigde. In een café in Tel
Aviv houden de klanten
zich bezig met hun eigen
heden en verleden, maar
ook met dat van Israël.
Sternholz, de kelner van
Café Nevo verzucht: „Hij
was niet zo dom om te ge
loven dat Nevo eeuwig kon
blijven bestaan, want in
het Beloofde Land zijn
verandering en telerustel-
ling de enige constanten."
Mary Gordon: 'Een tij
delijke schuilplaats en an
dere verhalen'. Uitg. Veen,
prijs 24,90. Korte verha
len over mensen die be
schutting zoeken tegen de
boze wereld door de
schrijfster van o.a. 'Een
meisje van dertig'.
C.R. Boxer: 'Het profijt
van de macht'. Uitg. Agon,
prijs ƒ39,90. De ondertitel
luidt: 'De Republiek en
haar overzeese expansie
1600-1800'. Het is een he
ruitgave van het boek van
de Engelse wetenschapper
Boxer, die vooral uitgaat
van de visie van buiten
landers op het kleine land
van kooplieden, boeren en
zeevaarders dat in de ze
ventiende eeuw de wereld
zeeën beheerste. Het is
voorzien van een nieuwe,
actuele literatuurlijst.
John Ed Bradley: "Witte
bomen'. Uitg. Amber, prijs
34,50. Het opvallende de
buut van de Amerikaanse
schrijver Bradley. Een jon
geman van 23 moet de ver
zorgende rol in de familie
overnemen van zijn vader.
Tussen scherpe, botsende
karakters komt hij steeds
meer te weten over zijn
verdwenen vader.
A.C. Baant jer: Tien met
een griffel'. Uitg. Teleboek,
prijs 15. Korte verhalen
van de Amsterdamse ver
teller.
Mr. M. Moszkowicz: 'Mr.
Raab vertelt'. Uitg. Tele
boek, prijs 15. Gebun
delde columns van de be
kendste advocaat van Ne
derland.
Jaap Goudsmit en
Maarten Koopman:
"Waarom baart een muis
geen olifant'. Uitg. Contact,
prijs 24,90. Merwaardig
boekje (63 bladzijden) met
tekeningen van Maarten
Koopman. Twee geleerden
ontrafelen het geheim van
het leven en redden de
aarde van de ondergang.
„De aarde werd omspan
nen door krachtvelden van
het metaal Kaluza (Kz) en
het het mineraal Klein
(Kn). Met appparatuur
konden deze krachten
worden gestuurd. Alles
werd gevoed door de
KzKn-wisselwerkingfa
brieken draaiden er<
binnen vijf jaar was
aarde geen benzin
kerosinevliegtuig 0f j
onderzeeër meer b
den."
'De huwelijkse
van Roald Dahl'.
Meulenhoff, prijs
Gruwelverhalen diee,
stonden in 'Op weg m,
hemel' en 'M'n liefje
duifje'. In de serie-
derne Classics'.
Jan Wolkers: "g,
fruit en andere veria
Uitg. Meulenhoff,
10. Vijf eerder gepJ
ceerde korte verhalen.
Louis-Ferdinand
ne: 'Kanonnevoer'
Meulenhoff, prijs i
Herdruk in de serie1]
derne Classics'.
J. Harenberg: 'Kast
in Nederland in oude
sichten'. Uitg. Europa
bliotheek, prijs 29,9(
to's van 140 kastelen
ze er rond de eeuwij
ling uitzagen. Me
Bouvigne in Breda
Slotbosse toren in Ooi
hout.
Jan van Bilsen en
Verhoeff: 'Retour Bet
Uitg. Jan Mets,
29,50. Persoonlij kegt
genissen van manna
tijdens de bezetting j)
kader van de 'Arbeit
satz' gedwongen werie
Duitsland te werken. I
600.000 Nederlanders:
den na de oorlog met
waan bekeken. „Ditisg
wetenschappelijk k
risch werk", schrijven
Bilsen en Verhoeff,
bondskaderleden bij 0
in Delft. „Het is
weergave van enkele
vensgeschiedenissen
handelen over het ii
van bombardemei
over liefdesaffaires,
Werkschutz en wani
zen, over de bevrijding
repatriëring en
thuis."
Cécile Dreesmann:
Mandersens'. Uitg. dei
kerij. De geschiedenis
een warenhuisdyns
Het is een roman, mas
schrijfster haalde haai
spiratie bij haar groot
der, Anton Dreesmann
Adriaan de Boet
voor kritische kat
Uitg. Het Spectrum,
19,90. Leuke reej
voor de kat van
Volkskrant-redacteur-
Vegetarische katten
staan niet zeggen ze:
vegetariër die zijn ka
deze wijze martelt, kan
beest net zo goed op
(klaarmaken als
raadpleeg andere
boeken)."
Joachim Schuit: '1
ten in nood'. Uitg. Del
Maritiem, prijs
Raakt een plezierjad
nood, dan is menselijl
len vrijwel altijd de
zaak. De Duitse w
sportschrijver Joai
Schuit schrijft
leerd en aan de hand
voorbeelden over
ken met plezierjachte
de juridische afhanda
ervan.
Jan Cremer en andi
'De liefdes van Jan
mer'. Uitg. Loeb, prijs,
Een bundeling van ee
gepubliceerde verf
van Jan Cremer over
vrouwen ('De billen»
ten hard zijn, maar
rond'). Ook zijn
over Cremers
van Playboy.
Ik vind Kerstmis echt een g
Die dag verveel ik me het aller,
's Morgens komen ze héél laat t
Mam heeft alles voor het ontbi:
Kerststol mmet witte suiker, et
foen iedereen in bed lag heb ik
Ik moet aan tafel blijven zitten
Van zitten krijg ik kriebelbene
Ha het ontbijt gaat iedereen, aa
Ik ben dan zeker een paar uur c
pap luistert naar zielige muziel
het liefst zou ik naar buiten, n<
Dat is niet feestelijk genoeg, ik
Heel keurig zitten wachten tot
Opa en oma komen ook, ik mm
O denneboom, o denneboom, u
Met Kerstmis vind ik het kerst
Ik weet ook zekere dat er met
gaan.
Het ging toch om het kindje, et
Ik denk dat ik dat aan het kerst
CLÉ VAN KATWIJK
KERSTMIS
Kerstmis was een rustig feest:
geen gedoe met pakjes en pa
pier.
We kochten eenvoudig een
boom
en hingen engelen en klokjes
op hun plaats, mijn vader
deed de piek.
Het mooiste was de houten stal
met sneeuw en plukjes hooi
voor os en ezel achter de krib.
Eén schaap miste een poot.
De dove herder kon niet horen
wat die andere riep: 'Hallo
Eric Rmbouts is boos op de
Kleine Stem om uit te leggen
de Brasschaatstraat in Bred
mijn vriendjes in de Ukkelstr:
huis. Dat is voor ons het dicl
week heeft de gemeente allen
huis gezet zodat wij daar nie
Wouter"Klootwijk: onze ouders ™°fen te
er voor ons steeds minder ruin
Nu maar hopen dat iemand v:
In 1990 worden door de
rijksoverheid maatregelen
getroffen' tUe vooral meis
jes die in,dat jaar 18 wor
den van belang zijn. Vanaf
dat jaar wil de overheid
dat alle jongeren boven de
18 jaar op eigen benen
staan.
De Stichting Vrouweneman
cipatie Zeeland is bang dat de
maatregelen een schok zullen
zijn voor meisjes die zich nu
niet voorbereiden op de eco
nomische zelfstandigheid.
Daarom organiseerde de
stichting een voorlichtings
manifestatie in Terneuzen
met als titel 'Meisjes voorop'.
„Meisjes moeten in 1990
klaar zijn voor deze nieuwe
situatie", aldus emancipatie-
werkster Charlotte Visser.
„In het beleidsplan emanci
patie heeft de overheid name
lijk vastgelegd dat jongeren
die na 1990 18 jaar worden
hun eigen inkomen moeten
Suske en IViske:
omslag ademt ook de:
Door Henk Egbers
NOG steeds is literatuur ge
schreven door authentieke
actuele Indonesische schrij
vers, gezien de omvang en
de geschiedenis van hun
omvangrijke gebied, nogal
minimaal in Nederland
aanwezig.
Boeken geschreven door Ne
derlanders over hun aloude ko
lonie blijven overdadig ver
schijnen. Jacob Vredenbregt
vertelde achttien verhalen over
zijn anekdotische ervaringen
in Indonesië en bundelde die
onder de titel 'De deftige kolo
nie'.
Jacob Vredenbregt (1926) heeft
het grootste deel van zijn leven
daar doorgebracht. Hij,:is nu
hoogleraar antropologie aan de
universiteit van Indonesië in
Jakarta en behartigt als hono
rair consul de belangen van de
universiteit van Leiden, die er
projecten uitvoert. Eerder pu
bliceerde hij onder het pseudo
niem M. Jacob 'Aan het einde
van de middag' (1984) en 'De
opstand' (1986).
Vredenbregt zit op zijn
praatstoel in 'De deftige kolo
nie'. Hij is een aangenaam ver
teller. In zijn verhalen ve!
hij min of meer merkv®'
gebeurtenissen, zonder
mee literair echt iets te W
Hoezeer de onderlinge
ties gespannen konden ai-
de ondernemingen, proel?
'De rubberonderneming I®
De antropoloog vertelt o®
bezoek van een Nede#
antropologe, die niet alW
oerwoud maar ook d<
'onderzocht'. In 'Het
met het hondje' wordt®
druk bevestigd dat vr?
nogal wat merkwaardigej
gangers uit Nederland ip
nesië hun heil zochten
titelverhaal wordt een
chistischee man in een
grazen genomen. Etcetera-
Het zijn verhalen die' HamborLP
opsmuk soms ontroeren -
ten glimlachen. Vred®!*®,
zegt zelf dat hij na
tooien van deze
merkte dat het bijna
gaat om mensen die W®,
maal in de tredmolen
mensen die hij ontff®
met name Zuidoost-Azje_
hij nog steeds woont. »e v7j£/?
als kleine kruidnagels-
Jacob Vredenbregt: W® n
lonie'. Uitg. Nijgh VU"
prijs S 28,50.
M/JA/Ê HERfEJJ MS'
lil
MAANDELIJKS,
HLE REKENlN&Ehf
BM -mékKEK
N Z£s Ul\
&BTALIM6,
n