'Nobelprijs eert hele Arabische literatuur' Jetses was op z'n best in zijn schetsboeken Biografie vol respect voor Jacques Presser Indonesische verhalei als kleine kruidnagel NAGUIB MAHFOUZ IN 4ZUN' KOFFIEHUIS IN CAïRO DE STEM BOEKENGIDS ZATERDAG 17 DECEMBER 1988 Foto's Flitslicht Invloed Camera's VERSCHENEN iïïl RTEM GIDS 2 Kerstmis Eric is boos LeGG.EN G2 De Egyptische schrijver Naguib Mahfouz (78) heeft vorige week de Nobelprijs voor literatuur 1988 ont vangen. De Limburgse schrijver Ton van Reen be zocht de nieuwe Nobel prijswinnaar literatuur in Egypte. Hij sprak met Mahfouz in een koffiehuis in Cairo waar hij bijna iedere dag komt. Deze week verscheen bij Het Wereldvenster de verha lenbundel van Mahfouz 'De moskee in de steeg' 17,50). In januari 1989 zal bij dezelfde uitgever de ro man 'De dief en de honden' 19,90) van de Egyptische 'peetvader van de Arabi sche literatuur' uitkomen. Door Ton van Reen CAÏRO, zeven uur. De och tendmist wordt verdreven door uitlaatgassen. De zon graaft een baan van oplich tend stof naar me toe, het poedergoud waarmee de ochtend in Cairo wordt ver guld. Het keurig onderhouden Tah- rirplein, waarop het gras zo groen is dat het op kunstgras lijkt, wordt omkranst door winkels en koffiehuizen. Vrij vlug vind ik het koffie huis ALY BABA, dat er, on danks de naam van een rover hoofdman, heel vredig uiziet. De naam van een sprookjesfi guur zou voor de schrijver Na guib Mahfouz wel eens de aan leiding geweest kunnen zijn hier zijn vaste plek te zoeken, want na zijn bekroning met de Nobelprijs liet hij in de talloze interviews met de wereldpers weten dat de verhalen uit de 'Duizend En Een Nacht' tot de belangrijkste bronnen van de Arabische literatuur behoren. Binnen zitten, zo vroeg al, een paar oude mannen. Er gaat rust en berusting van hen uit, alsof ze alle tijd van de wereld hebben, maar niets om hem te vullen. Onwillekeurig moet ik aan de hoofdpersonen van de roman 'Gezwets op de Nijl' denken, de filosoferende vrien den die hun vragen over het nut van de wereld wegpraten onder het genot van een has- jiespijp, lui onderuit gezakt op het terras van een woonboot. Ze zouden het kunnen zijn, in een oudere uitvoering. Ik word uit mijn beschouwin- Naguib Mahfouz leest in het koffiehuis het dagblad. 'Al Ah- ram'. De Nobelprijswinnaar literatuur signeert zijn boeken. - FOTO'S GEORGE FRAUENFELDER gen opgeschrikt door een langs de deur scheurende scooter met defecte uitlaat. Mijn blik blijft rusten op een kleine man die aan een stalletje verderop een krant koopt. Lezend loopt hij naar het koffiehuis, zwaait met de krant naar de vier mannen die even oud zijn als hij en juist aan een spelletje domino zijn begonnen en loopt rakelings langs me; de geur van een ket tingroker drijft even over mijn tafeltje. In het koffiehuis, dat hij elke ochtend al meer dan vijftig jaar bezoekt, wordt Naguib so ber begroet door de ober en de oude mannen, die allemaal al lang wisten dat hij een heel grote was en daarom noch koud noch warm worden van de Nobelprijs en de 'Orde van de Nijl'. Mahfouz beklimt de trap naar de eerste verdieping, naar zijn vaste plek achter het raam, om de krant te lezen. Ik pak mijn tas met de vertaalde boe ken van Mahfouz en volg hem naar boven. Hij kijkt op noch om als ik aan een tafeltje ga zitten. Ook niet als plotseling een paar fo tografen binnenstormen, nog vol slaap, ongeschoren en rie kend naar het nachtleven van een wereldstad. Plaatjesma kers om den brode lijken ze zich nauwelijks bewust van de waardigheid van deze kleine oude man en vuren ongevraagd een salvo flitslicht op hem af. Mahfouz reageert er niet op. Met bijna vijftig boeken en een groot aantal filmscenario's op zijn naam is hij, de peetvader van de Arabische literatuur, al zo lang een beroemdheid dat zijn licht dat van de flitsers verre overtreft. De ober brengt hem koffie. Als hij aan de koffie nipt, is dat voor de fotografen het teken om hem opnieuw in een gloed van flitslicht te zetten. Pas als na een minuut of vijf twee schoolmeisjes de trap op komen en aandoenlijk verlegen boeken aan hem voorleggen om ze te laten signeren, verschijnt er een glimlach om zijn lippen. Langzaam zet hij zijn signa tuur in de boeken. Hij, vader van twee dochters, is altijd een bewonderaar geweest van vrouwen en brak een lans voor hun onafhankelijkheid, zoals in 'Miramar', waarin een meisje dat van het boerenland komt, vecht voor haar zelfstandig heid. „Zou u mijn boeken willen signeren?" vraag ik en houd hem het eerste boek geopend voor. Glimlachend pakt hij een van de pennen uit het borst zakje van mijn jas en signeert ze, langzaam schrijvend in een beverig handschrift. „U komt van ver," zegt hij terwijl hij schrijft. „U moet wel een groot bewonderaar zijn van mijn werk." Er klinkt een sarcastische ondertoon door in zijn stem. Gewend als hij is aan het Arabische schrift, moet hij zijn best doen om de letters te vor men. Als bij een kind dat nog maar pas schrijfles heeft, ko men ze op papier, een beetje stuntelig. Hij morst as op een bladzijde en veegt het zo onhandig weg dat er strepen op het papier achterblijven. Als hij alle boe ken heeft gesigneerd, steekt hij, bijna triomfantelijk, mijn pen terug, niet in mijn maar in zijn borstzakje. 'Uit welk land komt u?' vraagt hij vriendelijk. „Holland". „Wat?" „Holland". Ik moet het zes keer herhalen, ook al draagt hij een hoorapparaat. En ik weet dan nog niet of hij het echt be grepen heeft. Rekening houdend met zijn doofheid kalk ik vlug een vraag in mijn schrijfblok. „Wat was uw eerste indruk toen u hoorde dat de Nobelprijs voor u was?" „Dat hij niet zozeer voor mij was bedoeld dan wel om de hele Arabische literatuur te eren," zegt hij. Gaat u uw invloed gebruiken in zaken die de politiek van de Arabische landen betreft?, schrijf ik vlug op een vel. „Schrijvers geven him me ning in hun boeken. Ik praat niet met politici over mijn ideeën, maar boeken kunnen wel een politiek wapen zijn, vooral als de ideeën aanslaan". Wat is uw mooiste boek? „Dat weet ik niet. Ik zie mijn boeken niet los van elkaar. Meer dan mijn eigen boeken bewonder ik de jonge Arabi sche schrijvers die net zo ge durfd schrijven als in Europa en Amerika. Mijn schrijven blijft in herinneringen steken". Kunnen zij zo vrij schrijven omdat u zichzelf nooit hebt la ten beperken? „De Arabische literatuur is niet minder vrij dan de wester se," zegt hij wat fel. „Overal is er repressie, maar die verschilt van cultuur tot cultuur. Arabi sche sprookjes als uit Duizend en een Nacht zijn in westerse landen altijd gekuist uitgege ven". Met een servet poetst hij de koffiekringen van zijn scho teltje. Maar uw boeken werden vaak verboden. „In Oosteuropese landen worden boeken vaak niet uit gegeven door gebrek aan pa pier. Dat is ook censuur." Als om te demonstreren wat cen suur is zet hij het lege kopje ondersteboven op het bordje. Uw werk lijkt me verkapt auto-biografisch. Komt u zelf ook in al uw boeken voor? „Ik hou van mensen. Daarom krijgen al mijn personen wel iets van mijn eigen karakter mee, soms met mijn goede, soms met mijn slechte eigen schappen." U bent een verteller, net als de andere Arabische schrijvers. „Egypte leeft meer dan hon derd jaar achter op Europa. Wij leggen nu pas de basis voor onze literatuur. Aan experi menteren komen wij voorlopig nog niet toe." Hij staat op en geeft mij een hand. „Bedankt voor de vra gen", zegt hij. Ik ga naar bene den, bestel opnieuw koffie en pak mijn notitieblok. Naguib Mahfouz komt naar be neden, geeft me in het voorbij gaan een hand, wandelt naar buiten en verdwijnt in de Tha- rirstraat, in zijn kielzog hei groepje journalisten en foto grafen, nagestaard door men sen op de straat die zich zicht baar het hoofd pijnigen over de vraag waarom deze eenvoudig geklede, kleine man achter volgd wordt met camera's. In zijn werk snijdt Mahfouz vaak sociale en politieke on derwerpen aan. Hij is niet bang om de waarheid te zeggen. In 'De Midaqstraat', een roman die verhaalt over het tijdloze leven in een wijk, vertelt hij onder meer over een homose- xuele man die aan de drugs raakt, met een directheid die men niet gauw van een Arabi sche schrijver verwacht. Alles wat menselijk is, is normaal voor Mahfouz waardoor zijn werk, vooral in kringen van Moslim-fundamentalisten, vaak niet goed viel, zodat vei ligheidshalve verscheidene van zijn boeken in Egypte werden verboden. In veel Arabische landen werden zijn boeken uit de handel gehaald toen hij in 1979 Sadats vredesgesprek met Israël bijviel. Door Toon Kloet VEEL nu vergrijzende Ne derlanders zijn opgevoed met 'Ot en Sien'. Zeker de genen die hebben leren le zen op een openbare lagere school. Voor het r.-k. on derwijs ontstond de lees cultuur in het R.K. Jon gensweeshuis in Tilburg, de Nederlandse wieg van het van huis uit Duitse koppel Puk en Muk. Ot en Sien zijn veel oorspronke lijker Nederlands, hoe wel... Schrijver van 'Ot en Sien' was de Nederlandse pedagoog H. Scheepstra, die bij zijn werk werd gesteund door zijn vriend en collega Jan Ligt- hart. Toch denkt menigeen bij Ot en Sien eerst aan teke naar Cornelis Jetses en dan pas (of niet) aan Scheepstra en Ligthart. Jetses was ook Nederlander, maar toen hij voor uitgeverij Wolters de te keningen voor 'Ot en Sien' maakte, woonde hij in Duits land. Zijn dochtertje Dina stond model voor Sien, maar Ot was haar Duitse buurjon getje. In het verleden is al meerma len over Jetses geschreven, o.a. door de Groninger Jan A. Niemeijer. Die is nu met een nieuw boek op de markt, geti teld 'Uit het schetsboek van Cornelis Jetses'. Jetses is na zijn dood in 1955 niet echt uit de belang stelling geweest. Geen won der, pas na de tweede wereld oorlog werd in het onderwijs de Ot en Sien-cultuur ver vangen. En juist toen het werk van Jetses -boekillu straties, het leesplankje 'aap - noot - mies' en de beroemde schoolplaten- écht in de ver getelheid dreigde te geraken, •werden we besmet door de nostalgie, de 'heimweecul- tuur' zoals Niemeijer het noemt, waarin ook plaats was voor Jetses. Cornelis Jetses is in 1873 in Groningen in een arm gezin geboren. Al op de lagere school tekende hij. Als 13-ja- rige ging hij werken in een steendrukkerij. Op zijn 21e voelde hij zich zover ge vormd, dat hij naar Bremen trok (hij kon bij familie in de kost) om een baan te zoeken als kleurlithograaf. Maar het liep anders. Hij volgde er eerst nog kunstonderwijs en kwam in contact met de Duitse 'Historiënmaler' Ar thur Fitger, die een assistent zocht. De omgang met Fitger tot diens dood in 1909, onder broken voor een tweejarige studie aan de Rijksakademie in Amsterdam, heeft veel voor de artistieke vorming van Jetses betekend. In die Duitse jaren heeft hij o.a. mo numentale muurschilderin gen gemaakt in belangrijke gebouwen, zoals in het Ra- thaus in Hamburg. Omdat de kunstenaar zelf wel inzag dat de tijd van dié monumentale kunst ten einde liep, zocht hij werk als illu strator. Dat lukte bij de Gro ningse uitgever J.B. Wolters, die in Jetses de juiste man vond voor het illustreren van de pedagogisch belangrijke leesboekjes van Ligthart en Scheepstra. Op dat werk van Jetses in dienst van het onderwijs ligt veel nadruk in het boek van Niemeijer, speciaal -de titel zegt het- op de schetsen, het voorbereidende werk voor de illustraties. Niemeijer kreeg de beschikking over een groot aantal schetstekeningen van Jetses, eigendom van de Cor nelis Jetses Stichting in Gro ningen. Ze zijn belangrijk voor de vraag naar de artis tieke kwaliteiten van de man. Veel beter dan in zijn uit gewerkte illustraties heeft Jetses op zijn schetsbladen getoond dat hij een voortref felijk tekenaar was, die snel observeerde en datgene wat hij zag in een sterke, karakte ristieke lijn kon weergeven. Als in* het boek naast de schets ook de uitgewerkte prent is afgedrukt is te zien, hoeveel kracht doorgaans in die uitwerking verloren ging. Als de naam van Cornelis Jetses ook na de 'heimwee- cultuur' zal blijven voortle ven, dan zal dat te danken zijn aan zijn schetsboeken. Aan het werk waarvan hij zelf ooit zei: „Ik heb er nooit erg hoge verwachtingen van gehad". Jan A. Niemeijer: 'Uit het schets boek van Cornelis Jetses'. Uitg. Friese Pers Boekerij, prijs 34.511 Twee afbeeldingen ter vergelijking. Te zien is dat Jet ses vooral sterk uxis op zijn schetsboekbladen. Door Frits Kemperman HET respect van de schrij ver Nanda van der Zee voor de historicus Jacques Pres ser is heel duidelijk af te le zen uit haar biografie 'Jac ques Presser. Het gelijk van de twijfel'. Presser werd in 1965 door zijn boek 'Ondergang' over de joden in Nederland in de Tweede We reldoorlog opeens een bekende Nederlander, maar kreeg ook veel kritiek. Het boek zou te veel door de persoonlijke erva ringen van de schrijver zijn ge kleurd. Toch koos Presser be wust voor de persoonlijke be nadering. Zijn biografe blijft hem hierin trouw. De historica Nanda van der Zee probeert een beeld te schet sen van het leven van de mens Jacques Presser. Zijn weten schappelijke werk speelt geen hoofdrol in het boek, hetgeen de leesbaarheid voor de leek bevordert. Presser werd geboren in de jodenbuurt van Amsterdam. Zijn ouders waren arme dia mantbewerkers, die met hard werken een redelijke welstand bereikten. Ze bleven echter achter de socialistische bewe ging staan. Jacques moest van zijn vader na de middelbare school een goede kantoorbaan zoeken. Hij kwam bij de bank te recht, maar dat was voor hem een kwelling. Zijn redding kwam van de vader van een schoolvriend, een rijke bankier die, uit dank dat Jacques zijn zoon met bijles had geholpen, de veelbelovende Presser een beurs aanbood. Jacques kon gaan studeren, deed dat met veel overtuiging en werd leraar geschiedenis aan het Amster damse Vossius-gymnasium. Tegen het uitbreken van de oorlog begon hij met zijn eerste historische studie, 'Napoleon', een boek dat nu nog steeds goed leesbaar is. Zijn tweede boek 'De tachtigjarige oorlog' kreeg een bijzondere betekenis. De onafhankelijkheidsstrijd van de Nederlanders tegen de Spanjaarden sprak zeer aan tijdens de Duitse bezetting. Het werd pas na de tweede druk verboden, toen de Duitsers de grote interesse voor dit boek wel erg opvallend vonden. In 1942 moest Presser onder duiken. Zijn vrouw Dé was tij dens een familiebezoek opge pakt en zou nooit meer terug- I komen. Presser bleef hier zijn hele leven mee zitten. Tijdens zijn onderduikperiode schreef hij 'Amerika', de eerste Neder landse monografie over de VS. Over de ontvangst van zijn boeken in de wetenschappe lijke wereld schrijft Van der Zee niets, een belangrijk gemis in deze biografie. Na de oorlog werd Jacques hoogleraar Nieuwste Geschie denis in Amsterdam. Uit de vele gesprekken van Van der Zee met oud-studenten en col lega's van Presser blijkt hoe geliefd Presser op de universi teit was. In 1950, toen Loe de Jong de regeringsopdracht kreeg de ge schiedenis van het Koninkrijk der Nederlanden tijdens de Tweede Wereldoorlog te schrij ven, werd Presser belast met de geschiedenis van de jodenver volging in Nederland. Het werd een obsessie van 15 jaar. In het begin kon hij er niet mee uit de Jacques Presser. - FOTO BALANS weg. Hij was persoonlijk teveel bij de zaak betrokken en heeft toen zijn literaire kwaliteiten aangewend om zijn problemen te overwinnen. Presser schreef veel poëzie, die ook werd uitgegeven, maar aan proza had hij zich nog niet gewaagd. Toen bleek dat hij zijn trauma in de vorm van een korte roman kon verwoorden had hij de oplossing. Zijn no velle 'De nacht der Girondij nen' gaat over de kwestie van collaboratie uit lijfsbehoud. Door dit boek werd hij alge meen erkend als literator. De hoofdpersoon is een jood in een kamp die de keuze heeft tussen meewerken met het afvoeren van gevangenen en zelf afge voerd worden. Voor Presser eindigde de Tweede Wereldoorlog pas in 1965 met de publicatie van 'On dergang'. De discussie die het boek teweeg bracht heeft Pres ser wel aangegrepen, maar hij kon er over praten en dat was voor hem al een hele opluch ting. Presser overleed vijf jaar later. De biografie is naast talloze gesprekken gebaseerd op de uitgebreide briefwisseling die Presser erop nahield. Het is vooral door de stem van Pres ser, die uit deze brieven naar voren komt, een prachtig docu ment geworden. Nanda van der Zee: 'Jacques Pres ser. Het gelijk van de twijfel. Een biografie'. Uitg. Balans, prijs f 45,- Anna Blaman: 'Ik schrijf het je grof-eerlijk'. Uitg. Meulenhoff, prijs 37,50. Uit de briefwisseling van Anna Blaman (1905- 1960) met schrijfster Emmy van Lokhorst en Neerlan dica Sonja Witstein. Bla man schrijft over haar da gelijkse beslommeringen en over (lesbische) liefde. De lezer krijgt een inzicht in haar verhouding met Alie Bosch, die model stond voor de hoofdfiguren in 'Vrouw en vriend' en 'Eenzaam avontuur'. J.M.A. Biesheuvel: 'Ko nijn'. Uitg. Meulenhoff, prijs 22,50. Kinderver haal, met de hand geschre ven en getekend door Bies heuvel. Barbara Rogan: 'Café Nevo'. Uitg. Wereldbiblio theek, prijs 39,50. Eerste vertaling van een roman van Amerikaanse Barbara Rogan die zich in Israël vestigde. In een café in Tel Aviv houden de klanten zich bezig met hun eigen heden en verleden, maar ook met dat van Israël. Sternholz, de kelner van Café Nevo verzucht: „Hij was niet zo dom om te ge loven dat Nevo eeuwig kon blijven bestaan, want in het Beloofde Land zijn verandering en telerustel- ling de enige constanten." Mary Gordon: 'Een tij delijke schuilplaats en an dere verhalen'. Uitg. Veen, prijs 24,90. Korte verha len over mensen die be schutting zoeken tegen de boze wereld door de schrijfster van o.a. 'Een meisje van dertig'. C.R. Boxer: 'Het profijt van de macht'. Uitg. Agon, prijs ƒ39,90. De ondertitel luidt: 'De Republiek en haar overzeese expansie 1600-1800'. Het is een he ruitgave van het boek van de Engelse wetenschapper Boxer, die vooral uitgaat van de visie van buiten landers op het kleine land van kooplieden, boeren en zeevaarders dat in de ze ventiende eeuw de wereld zeeën beheerste. Het is voorzien van een nieuwe, actuele literatuurlijst. John Ed Bradley: "Witte bomen'. Uitg. Amber, prijs 34,50. Het opvallende de buut van de Amerikaanse schrijver Bradley. Een jon geman van 23 moet de ver zorgende rol in de familie overnemen van zijn vader. Tussen scherpe, botsende karakters komt hij steeds meer te weten over zijn verdwenen vader. A.C. Baant jer: Tien met een griffel'. Uitg. Teleboek, prijs 15. Korte verhalen van de Amsterdamse ver teller. Mr. M. Moszkowicz: 'Mr. Raab vertelt'. Uitg. Tele boek, prijs 15. Gebun delde columns van de be kendste advocaat van Ne derland. Jaap Goudsmit en Maarten Koopman: "Waarom baart een muis geen olifant'. Uitg. Contact, prijs 24,90. Merwaardig boekje (63 bladzijden) met tekeningen van Maarten Koopman. Twee geleerden ontrafelen het geheim van het leven en redden de aarde van de ondergang. „De aarde werd omspan nen door krachtvelden van het metaal Kaluza (Kz) en het het mineraal Klein (Kn). Met appparatuur konden deze krachten worden gestuurd. Alles werd gevoed door de KzKn-wisselwerkingfa brieken draaiden er< binnen vijf jaar was aarde geen benzin kerosinevliegtuig 0f j onderzeeër meer b den." 'De huwelijkse van Roald Dahl'. Meulenhoff, prijs Gruwelverhalen diee, stonden in 'Op weg m, hemel' en 'M'n liefje duifje'. In de serie- derne Classics'. Jan Wolkers: "g, fruit en andere veria Uitg. Meulenhoff, 10. Vijf eerder gepJ ceerde korte verhalen. Louis-Ferdinand ne: 'Kanonnevoer' Meulenhoff, prijs i Herdruk in de serie1] derne Classics'. J. Harenberg: 'Kast in Nederland in oude sichten'. Uitg. Europa bliotheek, prijs 29,9( to's van 140 kastelen ze er rond de eeuwij ling uitzagen. Me Bouvigne in Breda Slotbosse toren in Ooi hout. Jan van Bilsen en Verhoeff: 'Retour Bet Uitg. Jan Mets, 29,50. Persoonlij kegt genissen van manna tijdens de bezetting j) kader van de 'Arbeit satz' gedwongen werie Duitsland te werken. I 600.000 Nederlanders: den na de oorlog met waan bekeken. „Ditisg wetenschappelijk k risch werk", schrijven Bilsen en Verhoeff, bondskaderleden bij 0 in Delft. „Het is weergave van enkele vensgeschiedenissen handelen over het ii van bombardemei over liefdesaffaires, Werkschutz en wani zen, over de bevrijding repatriëring en thuis." Cécile Dreesmann: Mandersens'. Uitg. dei kerij. De geschiedenis een warenhuisdyns Het is een roman, mas schrijfster haalde haai spiratie bij haar groot der, Anton Dreesmann Adriaan de Boet voor kritische kat Uitg. Het Spectrum, 19,90. Leuke reej voor de kat van Volkskrant-redacteur- Vegetarische katten staan niet zeggen ze: vegetariër die zijn ka deze wijze martelt, kan beest net zo goed op (klaarmaken als raadpleeg andere boeken)." Joachim Schuit: '1 ten in nood'. Uitg. Del Maritiem, prijs Raakt een plezierjad nood, dan is menselijl len vrijwel altijd de zaak. De Duitse w sportschrijver Joai Schuit schrijft leerd en aan de hand voorbeelden over ken met plezierjachte de juridische afhanda ervan. Jan Cremer en andi 'De liefdes van Jan mer'. Uitg. Loeb, prijs, Een bundeling van ee gepubliceerde verf van Jan Cremer over vrouwen ('De billen» ten hard zijn, maar rond'). Ook zijn over Cremers van Playboy. Ik vind Kerstmis echt een g Die dag verveel ik me het aller, 's Morgens komen ze héél laat t Mam heeft alles voor het ontbi: Kerststol mmet witte suiker, et foen iedereen in bed lag heb ik Ik moet aan tafel blijven zitten Van zitten krijg ik kriebelbene Ha het ontbijt gaat iedereen, aa Ik ben dan zeker een paar uur c pap luistert naar zielige muziel het liefst zou ik naar buiten, n< Dat is niet feestelijk genoeg, ik Heel keurig zitten wachten tot Opa en oma komen ook, ik mm O denneboom, o denneboom, u Met Kerstmis vind ik het kerst Ik weet ook zekere dat er met gaan. Het ging toch om het kindje, et Ik denk dat ik dat aan het kerst CLÉ VAN KATWIJK KERSTMIS Kerstmis was een rustig feest: geen gedoe met pakjes en pa pier. We kochten eenvoudig een boom en hingen engelen en klokjes op hun plaats, mijn vader deed de piek. Het mooiste was de houten stal met sneeuw en plukjes hooi voor os en ezel achter de krib. Eén schaap miste een poot. De dove herder kon niet horen wat die andere riep: 'Hallo Eric Rmbouts is boos op de Kleine Stem om uit te leggen de Brasschaatstraat in Bred mijn vriendjes in de Ukkelstr: huis. Dat is voor ons het dicl week heeft de gemeente allen huis gezet zodat wij daar nie Wouter"Klootwijk: onze ouders ™°fen te er voor ons steeds minder ruin Nu maar hopen dat iemand v: In 1990 worden door de rijksoverheid maatregelen getroffen' tUe vooral meis jes die in,dat jaar 18 wor den van belang zijn. Vanaf dat jaar wil de overheid dat alle jongeren boven de 18 jaar op eigen benen staan. De Stichting Vrouweneman cipatie Zeeland is bang dat de maatregelen een schok zullen zijn voor meisjes die zich nu niet voorbereiden op de eco nomische zelfstandigheid. Daarom organiseerde de stichting een voorlichtings manifestatie in Terneuzen met als titel 'Meisjes voorop'. „Meisjes moeten in 1990 klaar zijn voor deze nieuwe situatie", aldus emancipatie- werkster Charlotte Visser. „In het beleidsplan emanci patie heeft de overheid name lijk vastgelegd dat jongeren die na 1990 18 jaar worden hun eigen inkomen moeten Suske en IViske: omslag ademt ook de: Door Henk Egbers NOG steeds is literatuur ge schreven door authentieke actuele Indonesische schrij vers, gezien de omvang en de geschiedenis van hun omvangrijke gebied, nogal minimaal in Nederland aanwezig. Boeken geschreven door Ne derlanders over hun aloude ko lonie blijven overdadig ver schijnen. Jacob Vredenbregt vertelde achttien verhalen over zijn anekdotische ervaringen in Indonesië en bundelde die onder de titel 'De deftige kolo nie'. Jacob Vredenbregt (1926) heeft het grootste deel van zijn leven daar doorgebracht. Hij,:is nu hoogleraar antropologie aan de universiteit van Indonesië in Jakarta en behartigt als hono rair consul de belangen van de universiteit van Leiden, die er projecten uitvoert. Eerder pu bliceerde hij onder het pseudo niem M. Jacob 'Aan het einde van de middag' (1984) en 'De opstand' (1986). Vredenbregt zit op zijn praatstoel in 'De deftige kolo nie'. Hij is een aangenaam ver teller. In zijn verhalen ve! hij min of meer merkv®' gebeurtenissen, zonder mee literair echt iets te W Hoezeer de onderlinge ties gespannen konden ai- de ondernemingen, proel? 'De rubberonderneming I® De antropoloog vertelt o® bezoek van een Nede# antropologe, die niet alW oerwoud maar ook d< 'onderzocht'. In 'Het met het hondje' wordt® druk bevestigd dat vr? nogal wat merkwaardigej gangers uit Nederland ip nesië hun heil zochten titelverhaal wordt een chistischee man in een grazen genomen. Etcetera- Het zijn verhalen die' HamborLP opsmuk soms ontroeren - ten glimlachen. Vred®!*®, zegt zelf dat hij na tooien van deze merkte dat het bijna gaat om mensen die W®, maal in de tredmolen mensen die hij ontff® met name Zuidoost-Azje_ hij nog steeds woont. »e v7j£/? als kleine kruidnagels- Jacob Vredenbregt: W® n lonie'. Uitg. Nijgh VU" prijs S 28,50. M/JA/Ê HERfEJJ MS' lil MAANDELIJKS, HLE REKENlN&Ehf BM -mékKEK N Z£s Ul\ &BTALIM6, n

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1988 | | pagina 30