DE STEM
'De hersens zijn darmen geworden'
Kunstenaars buiten de bekende stromingen
TV-serie naar werk
I van Antoon Coolen
Dali in ziekenhuis
HARRY VAN BOXTEL OVER PAPEGAAIEN EN NAAPEN IN DE KUNST
Berend Boudewijn gaat
naar Joop v.d. Ende
Kunstenaars uit de West
in Schiedam en Amsterdam
DINSDAG 29 NOVEMBER 1988
„MIJN CENTRALE vraag is: Kun je via de pa
pegaai kennis krijgen van kunst in het alge
meen? Om die vraag te kunnen beantwoorden,
heb ik samen met Petrus Kort een Papegaai
enmuseum opgericht en heb ik het boek 'Naar
de ziel van de fles' geschreven".
Theater
Legende
Dubbelzinnig
'Flauwekul'
GEOMETRISCH-ABSTRACT WERK (1945-1960) IN DE BEYERD IN BREDA
OPNAMEN BEGINNEN IN MAART
„De meeste videoclips zien eruit of
ze in Las Vegas zij n opgenomen
iedereen danst en danst maar
Peter Buck, rockgitarlst
T2
Door Henk Egbers
Harry van Boxtel, docent kunstgeschiedenis en coör
dinator vrije beeldende kunsten aan de academie St.
Joost in Breda vertelt over de achtergronden van dit
merkwaardige boek.
In het woordenboek staat
achter 'papegaai' onder meer
'naprater'. Heeft zijn projekt
daarmee van doen? Van Box
tel: „Ook! De filosofie van het
zelf-doen staat in onze cul
tuur laag genoteerd. Bij het
post-modernisme hoef je zelf
niet meer te denken. De her
sens zijn darmen geworden.
Mijn boek heeft te maken met
het citeren. Met citaten. Met
de autonomie van het ik. De
subjectiviteit is in het gevaar.
Niemand leest nog een auteur
zelf. Iedereen citeert uit de
bijlagencultuur van de kran
ten."
Citaat uit zijn boek: „Ook
ik leef in de overtuiging dat
de papegaaienkunst de mens
wetenschap bij uitstek is. Dat
dus de papegaai de mens zelf
is en dat de aan de papegaai
toegeschreven stompzin (het
zelf niet weten wat hij tot uit
drukking brengt, als de ander
het maar begrijpt) dus niets
anders is dan de stompzin, die
de mens eigen is. Weet een
mens wat hij zegt? Valt er
wel iets te weten aan wat er
gezegd wordt? De pape
gaai als beeld van de
mens".
Wie is Harry van Boxtel
die dit beweert? Een Tilbur-
ger die in Eindhoven aan de
th in 1978 afstudeerde in de
bouwkunde. „In de periode,
dat het marxisme studenten
bezig hield. Sociale woning
bouw en dergelijke". Daarna
ging hij aan de universiteit
van Nijmegen filosofie doen.
Hij studeerde af in de filoso
fie van de kunst op een scrip
tie die de relatie papegaai en
kunst tot de 15e eeuw als
thema had. „Een beetje mees
ter heeft een papegaai ge
schapen".
Vervolgens ging Harry van
Boxtel werken bij de toneel
groep 'Maanhater' als tekst
schrijver en décorbouwer.
Daardoor groeide zijn be
langstelling voor de beel
dende kunsten. Het slot van
'Naar de ziel van de fles' be
staat uit niet-uitvoerbare
theaterteksten, voortgeko
men uit zijn toneelperiode die
afsloot toen er subsidiepro
blemen ontstonden. Samen
met Petrus Kort stichtte hij
dan het Papegaaienmuseum,
dat inmiddels acht jaar be
staat. Hun doel is: het verza
melen, maken en bestuderen
van kunstwerken met een pa
pegaai, op basis van een
anarchistische filosofie.
Citaat over zijn verzame
ling: „Proza, poëzie, beeldjes,
fresco's, emaillewerk, tegels,
porselein, ivoor, tatoeages bij
dames van lichte zeden en
weet ik al niet wat schil
derijen natuurlijk ook, en
duiken ze ergens een schip op
uit de 17e eeuw, een maand
later heb ik de copietjes in
huis, van een kammetje, een
kannetje, een munt of haar
speld of misschien zelfs van
een zilveren beeldje. Opgra
vingen in het oude Grieken
land? Inca's? Iets onder de
Himalaya gevonden? Ik heb
het hier liggen. Allemaal.
Mits er papegaaien op voor
komen natuurlijk. Als deco
ratief element, als thema of
solo. En van vele, vele, grote
meesters! Geen rommel! Da
Vinci, Appolinaire, Manet,
Delacroix, Aristoteles, Rem
brandt, Van Gogh, Shakes
peare en ga zo maar door ga
zo maar door. Noem maar op.
Een beetje meester heeft een
papegaai geschapen".
En Van Boxtel schrijft: „De
moderne mens, de media
mens, houdt toch zo van die
bemiddeling van het leven,
zoals beweerd? Ja, maar niet
van lezen. Hij vertoeft in de
verbeelding van de werke
lijkheid. Verbeelding als kant
en klaar produkt. Iets of
iemand moet dus ver-beel
den, moet deze arbeid ver
richten. De papegaai als le
vend symbool van de onder
gang van de menselijke geest.
De mens is dood. Leve de pa
pegaai!".
m
rm
Harry van Boxtel bij een aantal van zijn 'papegaaien' van de papegaai.
Als 'directeur van een gefoto-
copieerd museum' vertelt hij
ook over zijn literaire pape
gaaienmateriaal; gevonden
onder meer bij auteurs als
Aristoteles, Plinius, Jacob
van Maerlant, Albertus de
Grote en vele anderen. „Wie
in een oude wereld leeft en
werkt moet accepteren, dat
het materiaal dat hij gebruikt
eeuwenoud materiaal is, wat
betekenissen met zich draagt
die het noodzakelijk beperkte
blikveld van kunstenaar en
toeschouwer verre te buiten
gaat". Daarom zoekt Van
Boxtel vervolgens naar 'De
geboorte van de papegaai als
mens', te beginnen bij een
oude Griekse legende over
koning Pitakos, met wie de
papegaai de hele geschiedenis
door verbonden blijft.
Het is aldus Harry van
Boxtel de Belgische kunste
naar Marcel Broodthaers -
ook genoemd in de ondertitel
van het boek - die heeft ver
beeld wat het verhaal over
Pitakos verwoordt. Hij klaagt
onze cultuur aan, bij monde
van de papegaai, de woord
voerder van de koloniën. Het
woord dat vlees geworden is
en in veren verpakt: in een
narrenkostuum". Brood-
sthaers, die woord èn beeld
aanwendde, boeit hem bij
zonder. Hij zegt bij hem inge
broken te hebben om zijn ge
heimen te ontfutselen. Hij
analyseert op zijn manier de
plastische vorm die Brood
thaers gegeven heeft aan het
gedicht 'De raaf en de vos' in
relatie met de auteurs La
Fontaine, Rimbaud en Ge
rard den Brabander.
Het lijkt een ingewikkeld
verhaal en dat is het ook!
Dat past echter niet bij een
voorgekouwde consumptie
cultuur waar hersens darmen
werden. Maar wie met Harry
van Boxtel wil doorstoten
naar 'de ziel van de fles' ziet
zijn inspanning beloond. Deze
titel van het boek is ook dub
belzinnig. Wat is de ziel? Het
glazen bobbeltje of de lucht
die eronder zit? Wat is een
fles? Wie is Broodthaers, die
zelf aan de alcohol ten onder
ging?
In een schrijfproces van
foto de stem /johan van gurp
drie jaar heeft hij via diverse
literaire lagen het pape
gaaien-thema naar Brood
thaers toegewerkt. Niet als
iets ridicuuls, maar als rele
vant voor het menselijk den
ken. „Nee ik houd geen reke
ning met het brede publiek.
Daar doe je het onderwerp en
Broodthaers geen goed mee.
In zijn privé-leven ben ik ook
niet geïnteresseerd. Op de
academie heb ik wel enkele
lessen gegeven over het
thema en vanuit de reacties
die ik dan krijg, breng ik
soms wel correcties aan in de
tekst.
'Naar de ziel van de fles' is
trouwens al het derde boek
van Harry van Boxtel binnen
het projekt van het papegaai
enmuseum. Deel I heeft als
titel 'De blauwe papegaai van
Yves Klein'. Hij heeft een
grote bewondering voor deze
mystiek filosofische Franse
kunstenaar, die bekend werd
met zijn monochrome schil
derijen en zijn kosmogonieën.
„Ik heb me afgevraagd
waarom in zijn werk geen pa
pegaai voorkomt, terwijl hij
er zo goed in zou passen. Ik
heb die papegaai gemaakt in
zijn techniek". Deel II heet
'De vuilnisbak van een over
leden papegaaien-prepara
teur (nadat de dochters ge
weest zijn)'. Dit boek gaat
over een vriend van Klein,
Arman, die met afval assem
blages maakte. „Waar Yves
niets wilde als schilder van de
leegte, wilde Arman de volte
(stapelingen, accumulaties)".
In kunsttijdschriften kregen
die boeken aandacht met
waardering voor de poging
door te willen dringen in de
ziel van de kunsten via het
scheppen van dingen en niet
vanuit kritische standpunten.
Was er aandacht in een dag
blad, waarin vooral de kriti
sche benadering en niet de fi
losofische hoogtij viert, dan
werden de boeken soms afge
daan met 'flauwekul'. Geen
inzicht! Dat vertelt Harry.
Deel IV zal binnenkort ver-
schijnen. Het is een vervolg
op het slot van deel III,
waarin hij Broodthaers tek-
stens wil laten zeggen die hij
niet kan zeggen. Ook deel V
ligt klaar. Dat zal bevatten
zijn groot papegaaienonder-
zoek tot de middeleeuwen op
basis van zijn afstudeerscrip
tie. Zijn mede-directeur van
het papegaaienmuseum, Pe
trus Kort, is bezig aan deel
IV, dat gaat over 16e eeuwse
dierenpreparaten. Aan de
hand van oude schilderijen -
onder anderen van de in 1696
in Breda overleden schilder
Ferdinand van Kessel - laat
hij zien dat uit de tropen aan
gevoerde dieren, als pape
gaaien, tengevolge van niet
goed prepareren misvormd
op de schilderijen terecht zijn
gekomen.
„Ik denk dus ben ik pape
gaai", noteert Van Boxtel. En
even later: „Ik ben de kunste
naar. Wat ik maak ben ik
kwijt, anders ben ik geen
kunstenaar. Ik leg me vast, in
verf, in steen, in inkt. Dat ben
ik, mijn gedachten, en verlo
ren zijn ze.Ik, conservator
van mezelf".
Wij zijn gecopieerd, copië-
ren zelf en maken het leven
tot één grote herhaling. De
ene mens papegaait de ander.
Waar blijft het oorspronke
lijke denken? In zijn boek
'Naar de ziel van de fles'
klaagt hij onder meer een te
gemakkelijk epigonisme aan.
Als een papieren tijger, zoals
de naam luidt van de Bredase
uitgeverij die zijn boeken uit
geeft.
Door Els Reijn
NU DE veertigste verjaar
dag van COBRA uitbundig
gevierd wordt, is in De
Beyerd in Breda werk te
zien van kunstenaars, die
lange tijd in de schaduw
hebben gestaan van deze
flamboyante beweging. On
der de titel 'Een nieuwe
synthese' is een groot aantal
kunstenaars bij elkaar ge
zet, die in de jaren '30, '40 en
'50 in een geometrisch-ab-
stracte stijl hebben ge
werkt.
be tentoonstelling is georgani
seerd door de Rijksdienst Beel
dende Kunst in samenwerking
Het Het Rijksmuseum Twen-
the (Enschede), Het Princesse-
hof (Leeuwarden) en het Stede
lijk Museum De Lakenhal (Lei
den), waar zij eerder dit jaar al
ie zien was.
Wie denkt aan de belang
rijke kunststromingen in Ne
derland in de twintigste eeuw,
noemt waarschijnlijk De Stijl
(laren '20, o.a. Theo van Does
burg, Piet Mondriaan)), Ma
gisch Realisme (jaren '30, o.a.
Carel Willink) en COBRA
kond 1950, o.a. Karei Appel,
Constant). Deze stromingen
overheersten het kunsthisto
risch beeld zo, dat de geome-
■risch-abstracte kunst rond
1930 lijkt te verdwijnen om pas
eind jaren '50 weer op te dui
ken.
De tentoonstelling en de be
geleidende lijvige catalogus la
ten echter zien, dat er een on
onderbroken geometrisch-ab-
stracte traditie te traceren is
yanaf De Stijlperiode tot in de
Jaren '60 met de 'objectieve,
concrete kunst' van bijvoor
beeld Peter Struycken en Ad
Dekkers. Uit diepgaand onder
hoek o.l.v. Jonneke Fritz-Jobse
is gebleken dat een niet gering
aantal kunstenaars in de pe-
'Ontwerp van atelierwoning' uit 1959 van Joost Baljeu en Dick van Woerkom.
riode 1945 -1960 in een geome-
trisch-abstracte stijl werkte.
Hoewel duidelijk is dat de 32
kunstenaars op de tentoonstel
ling onder één noemer te bren
gen zijn, vormen zij niet een
groep, zoals bijvoorbeeld De
Stijl of COBRA. De kunste
naars werkten vanuit heel ver
schillende uitgangspunten, met
als resultaat werk dat geome-
trisch-abstract te noemen is.
Soms bestaat echter niet meer
verwantschap dan dit predi
kaat.
De 'puristen' van de geome-
trisch-abstractie (de groep
'Creatie' met o.a. Ger Gerrits)
werkten vanuit het idee dat
met behulp van de mathema
tica de kosmische orde tot uit
drukking kon worden ge
bracht. De harmonische orde
van de kosmos was volgens de
eeuwenoude opvatting van Py
thagoras gebaseerd op dezelfde
getallenverhouding als de in
tervallen van de muzikale
toonladder.
De 'Creatie' greep terug op
de ideeën van Wassily Kan-
dinsky, die de muziekterm 'ab
soluut' gebruikte voor een
schilderkunst, die zonder ver
wijzing naar de waarneembare
werkelijkheid met behulp van
lijnen, kleuren en vormen een
zelfde uitwerking zou hebben
als muziek.
Een ander uitgangspunt is de
werkelijkheid, die gestyleerd
wordt tot geometrische vor
men. Belangrijke vertegen
woordiger hiervan is Bart van
der Leek (ex-Stijllid), die
meende dat men vanuit de
zichtbare werkelijkheid moest
werken, omdat men anders zou
vervallen tot 'lege abstractie'.
Ook de jongere generatie (Joost
Baljeu, Carel Visser) is verte
genwoordigd in Breda. Deze
probeert de ordening, die aan
de zichtbare werkelijkheid ten
grondslag ligt uit te drukken
met behulp van geometrische
vormen. Hiertoe wenden zij
natuurlijke ordeningsprincipes
aan als spiegeling, herhf ling en
rotatie.
Vormentaal en kleur; ebruik
kunnen nogal verschillen. Zo
beperken sommigen zich tot de
Stijlkleuren (wit, zwart en
grijs), anderen gebruiken alle
kleuren van de regenboog. Ook
wat de vormentaal betreft ko
zen kunstenaars duidelijk voor
óf strakke geometrische vor
men (rechthoeken, cirkels,
driehoeken) óf voor meer orga
nische vormen (met glooiende
lijnen en allerlei fantasievor-
men). In het werk van Andor
Weininger zijn zelfs fantasie
wezentjes te herkennen, die
doen denken aan het werk van
de Spaanse schilder Miro. Wei
ninger en Nicolaas Warb com
bineren soms strakke rechte
lijnen met glooiende lijnen en
organische vormen.
De titel 'Een Nieuwe Synthese'
slaat op het streven naar inte
gratie van de beeldende kun
sten, zoals voorheen het doel
was geweest van De Stijl in
Nederland en het Duitse Bau-
haus. Aan de kunst werd een
maatschappelijke functie toe
gekend. Maar omdat autonome
kunstwerken het leefklimaat
van de mens niet wezenlijk
- foto peer van der kruis
veranderde of beïnvloedde,
moesten schilderkunst, archi
tectuur en beeldhouwkunst
versmelten om een nieuw en
betere leefomgeving te creëren.
Het werk van Joost Baljeu is
een sterk voorbeeld van inte
gratie van de kunsten. Baljeu
begon al schilderend in de trant
van De Stijl en ging zijn twee
dimensionale composities ver
volgens omzetten in driedi
mensionale werken. Samen
met Dick van Woerkom werkte
hij één van zijn beelden om tot
een atelier, dat, net als zijn
beelden, is opgebouwd uit een
aantal rechthoekige platen in
de primaire kleuren van De
Stijl.
Er zijn meer kunstenaars die
zich bezig hielden met integra
tie van schilderkunst en archi
tectuur, zoals Ger Gerrits,
Joost van Rooijen en Juul Neu
mann. Zij kwamen echter niet
verder dan het ontwerpen van
muurschilderingen.
Van Bart van der Leek zijn
schetsen te zien voor de decora
tie van gevels en een interieur,
Van onze rtv-redactie
HILVERSUM - Volgend
jaar maart beginnen in
Megen bij Oss de opna
men voor een tv-serie ge
baseerd op de boeken van
Antoon Coolen. De KRO
brengt de achtdelige serie
in 1990 onder de titel 'De
brug' op het scherm. De
Nederlandse thriller
auteur Thomas Ross
heeft bij het schrijven
van zijn scenario vooral
'Stad aan de Maas' voor
ogen gehad.
Dertig jaar geleden werd
'Dorp aan de rivier' van An
toon Coolen verfilmd door
Fons Rademakers. Dat was
gebaseerd op de verhalen
van de Deurnese arts Wie-
gersma. Ook in de serie 'De
brug' gaat het om een huis
arts, die in een Brabants
dorpje betrokken raakt bij
de persoonlijke lotgevallen
van zijn patiënten. Het ver
haal speelt zich vlak voor de
Tweede Wereldoorlog.
Het dorp is verdeeld over
de plannen een brug te bou
wen over de rivier. Zal de
nieuwe verbinding het eigen
karakter van het dorp aan
tasten of juist de vooruit
gang bereikbaar maken
voor de bewoners? Megen is
als locatie genomen, omdat
het dorp nog een zeer
authentieke sfeer ademt en
ver van drukke snelwegen
ligt.
De serie wordt gemaakt
door 'Topaz Pictures' in
Amsterdam en als regisseur
treedt Rinko Haanstra, de
zoon van Bert Haanstra, op.
De hoofdrollen worden ge
speeld door Hugo Haenen en
Carine Crutzen. „We zijn ta
melijk vrij met de werken
van Coolen omgesprongen",
Antoon Coolen. - fotoanp
licht producent Tom Burg
hard toe. „Dat is ook volgens
de afspraak met de erven
van de schrijver."
Ook Rinko Haanstra legt
de nadruk op het feit dat de
serie geen letterlijke litera
tuur-verfilming wordt: „Het
vaak anekdotische karakter
van het werk van Coolen
leende zich volgens ons be
ter voor een vrije verfil
ming. Maar situaties en ka
rakters van het werk van
Coolen zullen zeker herken
baar zijn."
Antoon Coolen (1897-1961)
is bekend als verteller van
Brabantse verhalen. Het
ging hem niet om de folklo
re, maar om het persoonlijke
geluk van mensen in de Peel
en in de Kempen, die de in
dustrialisatie op zich af zien
rollen.
In november 1961 stierf
hij aan een hartaanval, na
dat hij vier weken eerder uit
een met hoge snelheid rij
dende trein was gevallen
tussen Geldermalsen en
Waardenburg. Coolen heeft
behalve romans ook korte
verhalen, sprookjes en to
neelstukken op zijn naam
staan.
waaraan te zien is dat zijn ont
werpen niet in de decoratieve
sfeer blijft steken maar daad
werkelijk de hele ruimte be
paalde. Door middel van de
kleuren werd het onderlinge
verband tussen de verschil
lende ruimten duidelijk ge
maakt.
De constructies van Constant
zijn geen beelden maar ma
quettes, die een heel nieuwe
opvatting van ruimtelijk inde
ling laten zien. Constant ervoer
de bestaande architectuur als
star en beperkend voor de indi
viduele ontplooiing van de
mens en wilde een nieuwe ar
chitectuur ontwikkelen,
waarin gebruik gemaakt zou
worden van de ruimtelijke
werking van kleur.
Op de tentoonstelling word
je helemaal ondergedompeld in
de abstracte kunst. Er is heel
veel te zien, onder andere werk
wat nooit eerder op tentoon
stellingen is geweest. Het ge-,
vaar bij een dergelijke grote
tentoonstelling is dat je door de
bomen het bos niet meer ziet.
Dit kan ondervangen worden
door een heel duidelijke inde
ling, maar die is in de Beyerd
helaas niet aangebracht.
Vooral in de tweede lange zaal
lijkt het werk snel aan de muur
te zijn gehangen zonder dat een
lijn is te ontdekken. De kleine
tekstbordjes helpen maar wei
nig, ze hangen wat willekeurig
tussen de vele schilderijen.
Uit de catalogus (een SDU-
uitgave, prijs ƒ45,-) kun je ech
ter alles te weten komen over
de geometrisch-abstracte
kunst in Nederland van 1945 tot
1960. De chronologische ont
wikkeling wordt geschetst, en
er zijn korte biografieën opge
nomen van de deelnemende
kunstenaars. Hoewel de schrij
vers van de catalogus niet pre
tenderen volledig te zijn, zal dit
boek de komende jaren toch hét
naslagwerk op dit gebied zijn.
AALSMEER (ANP) - Berend Boudewijn is per 1 december
benoemd tot Hoofd Televisie Drama bij Joop van den Ende
Productions in Aalsmeer. Hij zal er de leiding geven aan de
ontwikkeling en vervaardiging van dramaprodukties.
Daarnaast zal Boudewijn werkzaam zijn als regisseur voor thea
ter- en televisieprodukties en als presentator. Dit heeft Joop van
den Ende Productions gistermorgen loekendgemaakt.
Berend Boudewijn doorliep de Royal Academy of Dramatic Art
in Londen. Hij regisseerde tientallen theaterprodukties en hon
derden televisieprogramma's. Ook trad hij geregeld op als televi
sie-presentator. Voorts is hij directeur geweest van het toneelge
zelschap De Nieuwe Comedie/ Arena en van de Stadsschouwburg
in Amsterdam.
Van de kunstredactie
SCHIEDAM-AMSTERDAM - Zaterdag 10 december zal
José Capricorne, voormalig directeur van de kunstacade
mie van Curacgcao, in aanwezigheid van koningin Beatrix,
in het Stedelijk Museum van Schiedam een expositie met
de titel 'Bida i koló' (Leven en kleur) openen met werk van
hedendaagse Antilliaanse en Arubaanse kunstenaars.
In Amsterdam wordt op zon
dag 11 december in villa Ba-
ranka door Schiedams direc
teur Hans Paalman om 16 uur
geopend de expositie Arte Con-
temporeano met werk van in
Nederland werkende kunste
naars uit dat gebied.
Hans Paalman is erin ge
slaagd 24 kunstenaars uit de
West in Nederland te laten ex
poseren. Het zijn uit Aruba:
Ciro Abath, Stan Kuiperi, Lud-
wig de l'Isle, Nigel Matthew en
Mirto Nicolas. Uit Bonaire: Eli
sabeth Booi en Steven Bridge-
water. Uit Curacao: Hortence
Brouwn, José Capricorne, Wil
son Garcia, Jean Grigori, Elis
Juliana, Agnes Kersten, Yubi
Kiridongo, Betty van Lange,
Annemiep Oltheten, Nel en
Norva Simon en Ellen Spijk-
stra. En uit St. Maarten: Ruby
Bute, Cynric Griffith, Henry
Mosera, Roland Richardson en
Lia Vonk.
In de tentoonstelling zal re
gelmatig de tv-documentaire
'Krea, Kreador, Kreashon' (wie
schept die blijft) vertoond wor
den; een film over de beeldhou
wers Ciro Abath, Nelson Ca-
rilho en Yubi Kiridongo. De ex
positie loopt van 11 december
tot 23 januari. De entree is gra
tis. Op zondag 8 januari om
14.30 uur wordt door Ruby Eck-
meyer een rondleiding in het
papiamentu gegeven.
In Amsterdam is werk te
zien van Lydia Denter, Elvis
Lopez en Mario Tromp uit
Aruba en Nelson Carilho, Mar-
lyn Dunker en Anton Vrede uit
Curacao.
José Cappricorne, die in
Schiedam de tentoonstelling
opent zal zich daarna weer in
Breda vestigen, waar hij ook
woonde en werkte voor zijn be
noeming tot directeur van de
academie op Curacao.
MADRID (AFP/DPA) - De wereldberoemde Spaanse sur
realistische schilder Salvador Dali (84) is zondagavond met
longontsteking en lichte hartklachten opgenomen in een
ziekenhuis in de Noordspaanse stad Figueras.
De directeur van het ziekenhuis verklaarde dat de kunstenaar 'in
kritieke toestand is wegens zijn vergevorderde leeftijd'. De pa
tiënt dient zeker een week voor observatie in het ziekenhuis te
blijven, waar hij wordt verzorgd door twee verpleegsters.
De excentrieke kunstenaar, wiens surrealistische schilderijen
sinds decennia zeer gewild zijn en topprijzen opleverden, leeft
sinds de dood van zijn vrouw en muze Gala in juni 1982, terugge
trokken en praktisch voortdurend in een depressie. Twee jaar ge
leden werd bij hem een pacemaker geplaatst.