DE STEM 'De hersens zijn darmen geworden' Kunstenaars buiten de bekende stromingen TV-serie naar werk I van Antoon Coolen Dali in ziekenhuis HARRY VAN BOXTEL OVER PAPEGAAIEN EN NAAPEN IN DE KUNST Berend Boudewijn gaat naar Joop v.d. Ende Kunstenaars uit de West in Schiedam en Amsterdam DINSDAG 29 NOVEMBER 1988 „MIJN CENTRALE vraag is: Kun je via de pa pegaai kennis krijgen van kunst in het alge meen? Om die vraag te kunnen beantwoorden, heb ik samen met Petrus Kort een Papegaai enmuseum opgericht en heb ik het boek 'Naar de ziel van de fles' geschreven". Theater Legende Dubbelzinnig 'Flauwekul' GEOMETRISCH-ABSTRACT WERK (1945-1960) IN DE BEYERD IN BREDA OPNAMEN BEGINNEN IN MAART „De meeste videoclips zien eruit of ze in Las Vegas zij n opgenomen iedereen danst en danst maar Peter Buck, rockgitarlst T2 Door Henk Egbers Harry van Boxtel, docent kunstgeschiedenis en coör dinator vrije beeldende kunsten aan de academie St. Joost in Breda vertelt over de achtergronden van dit merkwaardige boek. In het woordenboek staat achter 'papegaai' onder meer 'naprater'. Heeft zijn projekt daarmee van doen? Van Box tel: „Ook! De filosofie van het zelf-doen staat in onze cul tuur laag genoteerd. Bij het post-modernisme hoef je zelf niet meer te denken. De her sens zijn darmen geworden. Mijn boek heeft te maken met het citeren. Met citaten. Met de autonomie van het ik. De subjectiviteit is in het gevaar. Niemand leest nog een auteur zelf. Iedereen citeert uit de bijlagencultuur van de kran ten." Citaat uit zijn boek: „Ook ik leef in de overtuiging dat de papegaaienkunst de mens wetenschap bij uitstek is. Dat dus de papegaai de mens zelf is en dat de aan de papegaai toegeschreven stompzin (het zelf niet weten wat hij tot uit drukking brengt, als de ander het maar begrijpt) dus niets anders is dan de stompzin, die de mens eigen is. Weet een mens wat hij zegt? Valt er wel iets te weten aan wat er gezegd wordt? De pape gaai als beeld van de mens". Wie is Harry van Boxtel die dit beweert? Een Tilbur- ger die in Eindhoven aan de th in 1978 afstudeerde in de bouwkunde. „In de periode, dat het marxisme studenten bezig hield. Sociale woning bouw en dergelijke". Daarna ging hij aan de universiteit van Nijmegen filosofie doen. Hij studeerde af in de filoso fie van de kunst op een scrip tie die de relatie papegaai en kunst tot de 15e eeuw als thema had. „Een beetje mees ter heeft een papegaai ge schapen". Vervolgens ging Harry van Boxtel werken bij de toneel groep 'Maanhater' als tekst schrijver en décorbouwer. Daardoor groeide zijn be langstelling voor de beel dende kunsten. Het slot van 'Naar de ziel van de fles' be staat uit niet-uitvoerbare theaterteksten, voortgeko men uit zijn toneelperiode die afsloot toen er subsidiepro blemen ontstonden. Samen met Petrus Kort stichtte hij dan het Papegaaienmuseum, dat inmiddels acht jaar be staat. Hun doel is: het verza melen, maken en bestuderen van kunstwerken met een pa pegaai, op basis van een anarchistische filosofie. Citaat over zijn verzame ling: „Proza, poëzie, beeldjes, fresco's, emaillewerk, tegels, porselein, ivoor, tatoeages bij dames van lichte zeden en weet ik al niet wat schil derijen natuurlijk ook, en duiken ze ergens een schip op uit de 17e eeuw, een maand later heb ik de copietjes in huis, van een kammetje, een kannetje, een munt of haar speld of misschien zelfs van een zilveren beeldje. Opgra vingen in het oude Grieken land? Inca's? Iets onder de Himalaya gevonden? Ik heb het hier liggen. Allemaal. Mits er papegaaien op voor komen natuurlijk. Als deco ratief element, als thema of solo. En van vele, vele, grote meesters! Geen rommel! Da Vinci, Appolinaire, Manet, Delacroix, Aristoteles, Rem brandt, Van Gogh, Shakes peare en ga zo maar door ga zo maar door. Noem maar op. Een beetje meester heeft een papegaai geschapen". En Van Boxtel schrijft: „De moderne mens, de media mens, houdt toch zo van die bemiddeling van het leven, zoals beweerd? Ja, maar niet van lezen. Hij vertoeft in de verbeelding van de werke lijkheid. Verbeelding als kant en klaar produkt. Iets of iemand moet dus ver-beel den, moet deze arbeid ver richten. De papegaai als le vend symbool van de onder gang van de menselijke geest. De mens is dood. Leve de pa pegaai!". m rm Harry van Boxtel bij een aantal van zijn 'papegaaien' van de papegaai. Als 'directeur van een gefoto- copieerd museum' vertelt hij ook over zijn literaire pape gaaienmateriaal; gevonden onder meer bij auteurs als Aristoteles, Plinius, Jacob van Maerlant, Albertus de Grote en vele anderen. „Wie in een oude wereld leeft en werkt moet accepteren, dat het materiaal dat hij gebruikt eeuwenoud materiaal is, wat betekenissen met zich draagt die het noodzakelijk beperkte blikveld van kunstenaar en toeschouwer verre te buiten gaat". Daarom zoekt Van Boxtel vervolgens naar 'De geboorte van de papegaai als mens', te beginnen bij een oude Griekse legende over koning Pitakos, met wie de papegaai de hele geschiedenis door verbonden blijft. Het is aldus Harry van Boxtel de Belgische kunste naar Marcel Broodthaers - ook genoemd in de ondertitel van het boek - die heeft ver beeld wat het verhaal over Pitakos verwoordt. Hij klaagt onze cultuur aan, bij monde van de papegaai, de woord voerder van de koloniën. Het woord dat vlees geworden is en in veren verpakt: in een narrenkostuum". Brood- sthaers, die woord èn beeld aanwendde, boeit hem bij zonder. Hij zegt bij hem inge broken te hebben om zijn ge heimen te ontfutselen. Hij analyseert op zijn manier de plastische vorm die Brood thaers gegeven heeft aan het gedicht 'De raaf en de vos' in relatie met de auteurs La Fontaine, Rimbaud en Ge rard den Brabander. Het lijkt een ingewikkeld verhaal en dat is het ook! Dat past echter niet bij een voorgekouwde consumptie cultuur waar hersens darmen werden. Maar wie met Harry van Boxtel wil doorstoten naar 'de ziel van de fles' ziet zijn inspanning beloond. Deze titel van het boek is ook dub belzinnig. Wat is de ziel? Het glazen bobbeltje of de lucht die eronder zit? Wat is een fles? Wie is Broodthaers, die zelf aan de alcohol ten onder ging? In een schrijfproces van foto de stem /johan van gurp drie jaar heeft hij via diverse literaire lagen het pape gaaien-thema naar Brood thaers toegewerkt. Niet als iets ridicuuls, maar als rele vant voor het menselijk den ken. „Nee ik houd geen reke ning met het brede publiek. Daar doe je het onderwerp en Broodthaers geen goed mee. In zijn privé-leven ben ik ook niet geïnteresseerd. Op de academie heb ik wel enkele lessen gegeven over het thema en vanuit de reacties die ik dan krijg, breng ik soms wel correcties aan in de tekst. 'Naar de ziel van de fles' is trouwens al het derde boek van Harry van Boxtel binnen het projekt van het papegaai enmuseum. Deel I heeft als titel 'De blauwe papegaai van Yves Klein'. Hij heeft een grote bewondering voor deze mystiek filosofische Franse kunstenaar, die bekend werd met zijn monochrome schil derijen en zijn kosmogonieën. „Ik heb me afgevraagd waarom in zijn werk geen pa pegaai voorkomt, terwijl hij er zo goed in zou passen. Ik heb die papegaai gemaakt in zijn techniek". Deel II heet 'De vuilnisbak van een over leden papegaaien-prepara teur (nadat de dochters ge weest zijn)'. Dit boek gaat over een vriend van Klein, Arman, die met afval assem blages maakte. „Waar Yves niets wilde als schilder van de leegte, wilde Arman de volte (stapelingen, accumulaties)". In kunsttijdschriften kregen die boeken aandacht met waardering voor de poging door te willen dringen in de ziel van de kunsten via het scheppen van dingen en niet vanuit kritische standpunten. Was er aandacht in een dag blad, waarin vooral de kriti sche benadering en niet de fi losofische hoogtij viert, dan werden de boeken soms afge daan met 'flauwekul'. Geen inzicht! Dat vertelt Harry. Deel IV zal binnenkort ver- schijnen. Het is een vervolg op het slot van deel III, waarin hij Broodthaers tek- stens wil laten zeggen die hij niet kan zeggen. Ook deel V ligt klaar. Dat zal bevatten zijn groot papegaaienonder- zoek tot de middeleeuwen op basis van zijn afstudeerscrip tie. Zijn mede-directeur van het papegaaienmuseum, Pe trus Kort, is bezig aan deel IV, dat gaat over 16e eeuwse dierenpreparaten. Aan de hand van oude schilderijen - onder anderen van de in 1696 in Breda overleden schilder Ferdinand van Kessel - laat hij zien dat uit de tropen aan gevoerde dieren, als pape gaaien, tengevolge van niet goed prepareren misvormd op de schilderijen terecht zijn gekomen. „Ik denk dus ben ik pape gaai", noteert Van Boxtel. En even later: „Ik ben de kunste naar. Wat ik maak ben ik kwijt, anders ben ik geen kunstenaar. Ik leg me vast, in verf, in steen, in inkt. Dat ben ik, mijn gedachten, en verlo ren zijn ze.Ik, conservator van mezelf". Wij zijn gecopieerd, copië- ren zelf en maken het leven tot één grote herhaling. De ene mens papegaait de ander. Waar blijft het oorspronke lijke denken? In zijn boek 'Naar de ziel van de fles' klaagt hij onder meer een te gemakkelijk epigonisme aan. Als een papieren tijger, zoals de naam luidt van de Bredase uitgeverij die zijn boeken uit geeft. Door Els Reijn NU DE veertigste verjaar dag van COBRA uitbundig gevierd wordt, is in De Beyerd in Breda werk te zien van kunstenaars, die lange tijd in de schaduw hebben gestaan van deze flamboyante beweging. On der de titel 'Een nieuwe synthese' is een groot aantal kunstenaars bij elkaar ge zet, die in de jaren '30, '40 en '50 in een geometrisch-ab- stracte stijl hebben ge werkt. be tentoonstelling is georgani seerd door de Rijksdienst Beel dende Kunst in samenwerking Het Het Rijksmuseum Twen- the (Enschede), Het Princesse- hof (Leeuwarden) en het Stede lijk Museum De Lakenhal (Lei den), waar zij eerder dit jaar al ie zien was. Wie denkt aan de belang rijke kunststromingen in Ne derland in de twintigste eeuw, noemt waarschijnlijk De Stijl (laren '20, o.a. Theo van Does burg, Piet Mondriaan)), Ma gisch Realisme (jaren '30, o.a. Carel Willink) en COBRA kond 1950, o.a. Karei Appel, Constant). Deze stromingen overheersten het kunsthisto risch beeld zo, dat de geome- ■risch-abstracte kunst rond 1930 lijkt te verdwijnen om pas eind jaren '50 weer op te dui ken. De tentoonstelling en de be geleidende lijvige catalogus la ten echter zien, dat er een on onderbroken geometrisch-ab- stracte traditie te traceren is yanaf De Stijlperiode tot in de Jaren '60 met de 'objectieve, concrete kunst' van bijvoor beeld Peter Struycken en Ad Dekkers. Uit diepgaand onder hoek o.l.v. Jonneke Fritz-Jobse is gebleken dat een niet gering aantal kunstenaars in de pe- 'Ontwerp van atelierwoning' uit 1959 van Joost Baljeu en Dick van Woerkom. riode 1945 -1960 in een geome- trisch-abstracte stijl werkte. Hoewel duidelijk is dat de 32 kunstenaars op de tentoonstel ling onder één noemer te bren gen zijn, vormen zij niet een groep, zoals bijvoorbeeld De Stijl of COBRA. De kunste naars werkten vanuit heel ver schillende uitgangspunten, met als resultaat werk dat geome- trisch-abstract te noemen is. Soms bestaat echter niet meer verwantschap dan dit predi kaat. De 'puristen' van de geome- trisch-abstractie (de groep 'Creatie' met o.a. Ger Gerrits) werkten vanuit het idee dat met behulp van de mathema tica de kosmische orde tot uit drukking kon worden ge bracht. De harmonische orde van de kosmos was volgens de eeuwenoude opvatting van Py thagoras gebaseerd op dezelfde getallenverhouding als de in tervallen van de muzikale toonladder. De 'Creatie' greep terug op de ideeën van Wassily Kan- dinsky, die de muziekterm 'ab soluut' gebruikte voor een schilderkunst, die zonder ver wijzing naar de waarneembare werkelijkheid met behulp van lijnen, kleuren en vormen een zelfde uitwerking zou hebben als muziek. Een ander uitgangspunt is de werkelijkheid, die gestyleerd wordt tot geometrische vor men. Belangrijke vertegen woordiger hiervan is Bart van der Leek (ex-Stijllid), die meende dat men vanuit de zichtbare werkelijkheid moest werken, omdat men anders zou vervallen tot 'lege abstractie'. Ook de jongere generatie (Joost Baljeu, Carel Visser) is verte genwoordigd in Breda. Deze probeert de ordening, die aan de zichtbare werkelijkheid ten grondslag ligt uit te drukken met behulp van geometrische vormen. Hiertoe wenden zij natuurlijke ordeningsprincipes aan als spiegeling, herhf ling en rotatie. Vormentaal en kleur; ebruik kunnen nogal verschillen. Zo beperken sommigen zich tot de Stijlkleuren (wit, zwart en grijs), anderen gebruiken alle kleuren van de regenboog. Ook wat de vormentaal betreft ko zen kunstenaars duidelijk voor óf strakke geometrische vor men (rechthoeken, cirkels, driehoeken) óf voor meer orga nische vormen (met glooiende lijnen en allerlei fantasievor- men). In het werk van Andor Weininger zijn zelfs fantasie wezentjes te herkennen, die doen denken aan het werk van de Spaanse schilder Miro. Wei ninger en Nicolaas Warb com bineren soms strakke rechte lijnen met glooiende lijnen en organische vormen. De titel 'Een Nieuwe Synthese' slaat op het streven naar inte gratie van de beeldende kun sten, zoals voorheen het doel was geweest van De Stijl in Nederland en het Duitse Bau- haus. Aan de kunst werd een maatschappelijke functie toe gekend. Maar omdat autonome kunstwerken het leefklimaat van de mens niet wezenlijk - foto peer van der kruis veranderde of beïnvloedde, moesten schilderkunst, archi tectuur en beeldhouwkunst versmelten om een nieuw en betere leefomgeving te creëren. Het werk van Joost Baljeu is een sterk voorbeeld van inte gratie van de kunsten. Baljeu begon al schilderend in de trant van De Stijl en ging zijn twee dimensionale composities ver volgens omzetten in driedi mensionale werken. Samen met Dick van Woerkom werkte hij één van zijn beelden om tot een atelier, dat, net als zijn beelden, is opgebouwd uit een aantal rechthoekige platen in de primaire kleuren van De Stijl. Er zijn meer kunstenaars die zich bezig hielden met integra tie van schilderkunst en archi tectuur, zoals Ger Gerrits, Joost van Rooijen en Juul Neu mann. Zij kwamen echter niet verder dan het ontwerpen van muurschilderingen. Van Bart van der Leek zijn schetsen te zien voor de decora tie van gevels en een interieur, Van onze rtv-redactie HILVERSUM - Volgend jaar maart beginnen in Megen bij Oss de opna men voor een tv-serie ge baseerd op de boeken van Antoon Coolen. De KRO brengt de achtdelige serie in 1990 onder de titel 'De brug' op het scherm. De Nederlandse thriller auteur Thomas Ross heeft bij het schrijven van zijn scenario vooral 'Stad aan de Maas' voor ogen gehad. Dertig jaar geleden werd 'Dorp aan de rivier' van An toon Coolen verfilmd door Fons Rademakers. Dat was gebaseerd op de verhalen van de Deurnese arts Wie- gersma. Ook in de serie 'De brug' gaat het om een huis arts, die in een Brabants dorpje betrokken raakt bij de persoonlijke lotgevallen van zijn patiënten. Het ver haal speelt zich vlak voor de Tweede Wereldoorlog. Het dorp is verdeeld over de plannen een brug te bou wen over de rivier. Zal de nieuwe verbinding het eigen karakter van het dorp aan tasten of juist de vooruit gang bereikbaar maken voor de bewoners? Megen is als locatie genomen, omdat het dorp nog een zeer authentieke sfeer ademt en ver van drukke snelwegen ligt. De serie wordt gemaakt door 'Topaz Pictures' in Amsterdam en als regisseur treedt Rinko Haanstra, de zoon van Bert Haanstra, op. De hoofdrollen worden ge speeld door Hugo Haenen en Carine Crutzen. „We zijn ta melijk vrij met de werken van Coolen omgesprongen", Antoon Coolen. - fotoanp licht producent Tom Burg hard toe. „Dat is ook volgens de afspraak met de erven van de schrijver." Ook Rinko Haanstra legt de nadruk op het feit dat de serie geen letterlijke litera tuur-verfilming wordt: „Het vaak anekdotische karakter van het werk van Coolen leende zich volgens ons be ter voor een vrije verfil ming. Maar situaties en ka rakters van het werk van Coolen zullen zeker herken baar zijn." Antoon Coolen (1897-1961) is bekend als verteller van Brabantse verhalen. Het ging hem niet om de folklo re, maar om het persoonlijke geluk van mensen in de Peel en in de Kempen, die de in dustrialisatie op zich af zien rollen. In november 1961 stierf hij aan een hartaanval, na dat hij vier weken eerder uit een met hoge snelheid rij dende trein was gevallen tussen Geldermalsen en Waardenburg. Coolen heeft behalve romans ook korte verhalen, sprookjes en to neelstukken op zijn naam staan. waaraan te zien is dat zijn ont werpen niet in de decoratieve sfeer blijft steken maar daad werkelijk de hele ruimte be paalde. Door middel van de kleuren werd het onderlinge verband tussen de verschil lende ruimten duidelijk ge maakt. De constructies van Constant zijn geen beelden maar ma quettes, die een heel nieuwe opvatting van ruimtelijk inde ling laten zien. Constant ervoer de bestaande architectuur als star en beperkend voor de indi viduele ontplooiing van de mens en wilde een nieuwe ar chitectuur ontwikkelen, waarin gebruik gemaakt zou worden van de ruimtelijke werking van kleur. Op de tentoonstelling word je helemaal ondergedompeld in de abstracte kunst. Er is heel veel te zien, onder andere werk wat nooit eerder op tentoon stellingen is geweest. Het ge-, vaar bij een dergelijke grote tentoonstelling is dat je door de bomen het bos niet meer ziet. Dit kan ondervangen worden door een heel duidelijke inde ling, maar die is in de Beyerd helaas niet aangebracht. Vooral in de tweede lange zaal lijkt het werk snel aan de muur te zijn gehangen zonder dat een lijn is te ontdekken. De kleine tekstbordjes helpen maar wei nig, ze hangen wat willekeurig tussen de vele schilderijen. Uit de catalogus (een SDU- uitgave, prijs ƒ45,-) kun je ech ter alles te weten komen over de geometrisch-abstracte kunst in Nederland van 1945 tot 1960. De chronologische ont wikkeling wordt geschetst, en er zijn korte biografieën opge nomen van de deelnemende kunstenaars. Hoewel de schrij vers van de catalogus niet pre tenderen volledig te zijn, zal dit boek de komende jaren toch hét naslagwerk op dit gebied zijn. AALSMEER (ANP) - Berend Boudewijn is per 1 december benoemd tot Hoofd Televisie Drama bij Joop van den Ende Productions in Aalsmeer. Hij zal er de leiding geven aan de ontwikkeling en vervaardiging van dramaprodukties. Daarnaast zal Boudewijn werkzaam zijn als regisseur voor thea ter- en televisieprodukties en als presentator. Dit heeft Joop van den Ende Productions gistermorgen loekendgemaakt. Berend Boudewijn doorliep de Royal Academy of Dramatic Art in Londen. Hij regisseerde tientallen theaterprodukties en hon derden televisieprogramma's. Ook trad hij geregeld op als televi sie-presentator. Voorts is hij directeur geweest van het toneelge zelschap De Nieuwe Comedie/ Arena en van de Stadsschouwburg in Amsterdam. Van de kunstredactie SCHIEDAM-AMSTERDAM - Zaterdag 10 december zal José Capricorne, voormalig directeur van de kunstacade mie van Curacgcao, in aanwezigheid van koningin Beatrix, in het Stedelijk Museum van Schiedam een expositie met de titel 'Bida i koló' (Leven en kleur) openen met werk van hedendaagse Antilliaanse en Arubaanse kunstenaars. In Amsterdam wordt op zon dag 11 december in villa Ba- ranka door Schiedams direc teur Hans Paalman om 16 uur geopend de expositie Arte Con- temporeano met werk van in Nederland werkende kunste naars uit dat gebied. Hans Paalman is erin ge slaagd 24 kunstenaars uit de West in Nederland te laten ex poseren. Het zijn uit Aruba: Ciro Abath, Stan Kuiperi, Lud- wig de l'Isle, Nigel Matthew en Mirto Nicolas. Uit Bonaire: Eli sabeth Booi en Steven Bridge- water. Uit Curacao: Hortence Brouwn, José Capricorne, Wil son Garcia, Jean Grigori, Elis Juliana, Agnes Kersten, Yubi Kiridongo, Betty van Lange, Annemiep Oltheten, Nel en Norva Simon en Ellen Spijk- stra. En uit St. Maarten: Ruby Bute, Cynric Griffith, Henry Mosera, Roland Richardson en Lia Vonk. In de tentoonstelling zal re gelmatig de tv-documentaire 'Krea, Kreador, Kreashon' (wie schept die blijft) vertoond wor den; een film over de beeldhou wers Ciro Abath, Nelson Ca- rilho en Yubi Kiridongo. De ex positie loopt van 11 december tot 23 januari. De entree is gra tis. Op zondag 8 januari om 14.30 uur wordt door Ruby Eck- meyer een rondleiding in het papiamentu gegeven. In Amsterdam is werk te zien van Lydia Denter, Elvis Lopez en Mario Tromp uit Aruba en Nelson Carilho, Mar- lyn Dunker en Anton Vrede uit Curacao. José Cappricorne, die in Schiedam de tentoonstelling opent zal zich daarna weer in Breda vestigen, waar hij ook woonde en werkte voor zijn be noeming tot directeur van de academie op Curacao. MADRID (AFP/DPA) - De wereldberoemde Spaanse sur realistische schilder Salvador Dali (84) is zondagavond met longontsteking en lichte hartklachten opgenomen in een ziekenhuis in de Noordspaanse stad Figueras. De directeur van het ziekenhuis verklaarde dat de kunstenaar 'in kritieke toestand is wegens zijn vergevorderde leeftijd'. De pa tiënt dient zeker een week voor observatie in het ziekenhuis te blijven, waar hij wordt verzorgd door twee verpleegsters. De excentrieke kunstenaar, wiens surrealistische schilderijen sinds decennia zeer gewild zijn en topprijzen opleverden, leeft sinds de dood van zijn vrouw en muze Gala in juni 1982, terugge trokken en praktisch voortdurend in een depressie. Twee jaar ge leden werd bij hem een pacemaker geplaatst.

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1988 | | pagina 23