DE STEM FEDERATIE KOOS EINDHOVENSE TOT VOORZITTER IS DEST II e hebt een mens van onze pastoor gemaakt". Mevr. Pauline Spierings (50), priester-as sistente in de Onze Lieve Vrouweparochie Tuindorp in Eindhoven, kreeg dat eens als dank te horen van pa rochianen. Ze wil er haarzelf niet mee roemen. Nee, ze wil er de functie mee verduidelijken van de prieste- assistente.van de vrouw op de pastorie en in het hui selijke leven van celibatairen. Want die pastoor was natuurlijk geen onmens. „Hij kwam uit die mannenwe reld van het seminarie en had ook ideeën uit die we reld, dat ik ooit tegen de pastoor zei: goh, pastoor, dat kunt u echt zo niet zeggen. Dat was een kwestie van gevoel". Hitje ZATERDAGIO 12 NOVEMBER 19881 Vragenlijst Celibaat Afstand nemen mevrouw Van H. temperatuur is at weinig, en in de v\ dokter op het co lacht haar in he moet u horen. M( kind groeit als kc de arts „dat ze n den, want ze is later de diagnosi geen schildklier, men". Geen excu deel, mevrouw Vc 'dat ze niet zo mc de hand'. Zwijguur J Door Jan Bouwmans Mevr. Spierings vindt het overigens ook voor priester-assistenten ideaal om celi batair te zijn. Het is in haar opvatting namelijk niet zo maar een beroep. Heel nadrukkelijk stelt ze geen pastorale werkster te zijn. Maar haar functie heeft wel een pastorale inslag gekregen: „Je moet zeker hart voor de kerk hebben". Priester-assistente is in haar visie beslist een kerkelijke functie, een pastoraal ra dertje. Dat levert een ander beeld op dan de traditionele pastoorsmeid. Maar hoeveel mensen zou niet dat beeld nog voor ogen staan van de vrijgezellin, die werkt en leeft in de keuken van de pastorie, de he ren pastores in de eetkamer bedient, de pastorie schoon houdt, voor portier en telefoniste speelt en voor dat alles slecht betaald wordt. De Internationale Fede ratie van R.K. Priesterassistenten be strijdt als belangenvereniging dit beeld niet slechts, maar werkt aan de ontwik keling van dit beroep. De kathoüeke kerk in Nederland loopt op dit gebied ontzettend achter, valt uit het verhaal van Pauline Spierings te beluisteren. Zij is vorige maand in het Westduitse Mainz gekozen tot voorzitter van deze internationale federatie, waar bij veertien landen zijn aangesloten. Het wonderüjke van haar verkiezing vindt mevr. Spierings dat zij geen nationale achterban vertegenwoordigt. Want in Nederland bestaat helemaal geen vereni ging van pastoorshuishoudsters. In het bisdom Den Bosch bestaat een contact groepje, in het bisdom Haarlem heeft die ooit bestaan, maar die is weer ter ziele gegaan. En dat is alles. Mevr. Spierings is echter al tien jaar een trouw bezoeker van de bijeenkomsten van de internatio nale federatie. Zodoende dus. De term priester-assistent komt uit het Frans. De internationale federatie heeft een Franse naam: Aides au prêtres. „Wij hebben het woord huishoudster nog", legt mevr. Spierings uit. „Ik ben bezig de naam priester-assistent ingang te doen vinden. De naams huishoudster geeft weer dat je bezig bent om voor het huis houden van een priester te zorgen. Maai onze taak is breder geworden. Dat hangt samen met de veranderde situatie in de pastorie". Ze bestaat nog wel, de traditionele pastoorsmeid die alleen het huishouden doet. En federatievoorzitter Spierings wil zeker niet gezegd gehad hebben, dat zo iemand géén goede priesterassistente zou zijn: „Onze eerste taak blijft goed vooi de priester te zorgen. Want dan kan hij zijn werk goed doen". Maar er heeft wel een hele ontwikkeling plaats gehad. Mevr. Spierings heeft die helemaal meegemaakt. Ze is al 25 jaar in het vak. Van meet af aan als huishoud ster. „Mijn ouders waren er heel erg op tegen dat ik huishoudster van de pastoor werd. Dat was in die dagen schijnbaar een minderwaardig beroep. Vóór mijn tijd was het onmogelijk op twintig ol vijfentwintig jarige leeftijd huishoudster te worden op een pastorie. Daar moest je minstens dertig jaar oud voor zijn, zo niet vijfendertig. Je begon als 'pony' ol 'hitje' zoals wij dat noemden. Een meisje van een jaar of zestien, zeventien werd door de ouders naar de pastorie gestuurd omdat er een plaatsje was. Een pastorie was een plaats waar je heel goed het huishouden kon leren, op alle manieren. Het ging niet alleen om koken, maar ook om verzorging. Het was dus een goede leerschool. De enige promotie die je kon maken, was van hitje huishoudster wor den". Wat heeft haar bewogen om dit be roep te kiezen „Wij hebben een huiver om over beroep te praten. Maar roeping komt tegenwoordig moeilijk over. Ik weet niet waarom ik het geworden ben. Ik was eerst thuis in de huishouding. Ik wilde een zelfstandig beroep, dat wel. Maar er kwam ook bij dat priesters die ik kende, geen goede zorg hadden, geen goede verzorging, een beetje verwaar loosd werden. Toen heb ik toch gedacht: hier is iets voor mij weggelegd". Mevr. Spierings was 25 jaar toen ze op de pastorie in Tuindorp begon. Een vol ledige dagtaak. Het was een groot ge bouw. Er woonden drie priesters, maar het was berekend op vijf. Een van de priesters was altijd op de pastorie aan wezig. „Behalve het huishouden hoefde je dus alleen maar de deur open te doen, mensen binnen te laten en de aanwezige priester roepen. En hem aan de telefoon roepen". De luxe van veel priesters is voorbij. Dat had gevolgen. Haar eigen ervaring: WEE 'Pastoorsmeid is nu priester-assistente' Pauline Spierings: „Ik ben nu al tien jaar aan het praten over het belang van ons werk. Maar de bisschoppen weten niet eens hoe het op de pastorieën in hun bisdom gesteld is". de pastorie was veel te groot geworden. Het pand werd verhuurd aan een gezins vervangend tehuis. Er voor in de plaats kwam een kleine pastorie voor één pas tor en zijn assistente. Zij had aan het huishouden geen volle dagtaak meer. Als er iemand aan de deur kwam, moest ze wel steeds vaker zeggen dat er niemand was. Maar zij was er toch! Precies daar zette de ontwikkeling in tot de tweele dige functie van priesterassistent en gast vrouw van de parochie. „Het is veel persoonlijker geworden. Je bent als gastvrouw veel persoonlijker bij, de parochie betrokken", geeft mevr. Spierings de verandering aan. Voor een voudige administratieve handelingen hoeven mensen niet meer terug te komen als de pastor er niet is, want die kan de gastvrouw afhandelen. Haar taak is het mensen goed te ontvangen, de pastorie gastvrijheid te laten ademen naar buiten toe. Het doet goed wanneer mensen, die aanbellen, als regel 'kom binnen' te ho ren krijgen in plaats van op de drempel de boodschap 'kom nog maar eens te rug'. Priester-assistent en gastvrouw wil zeggen schakel zijn tussen pastor en pa rochianen en omgekeerd. „We zijn ook niet meer in dienst van deze of gene priester, maar van de kerk, van de paro chie. We hebben een kerkelijke taak", geeft mevr. Spierings aan. Heel regelmatig komt het in de con tacten tot gesprek, ook persoonlijk. „In mijn werk voel je gewoon de pastoraal. Iemand komt vaak nog schoorvoetend naar de pastorie, bijvoorbeeld om een dienst af te spreken. Maar zijn of haar komst heeft een achtergrond. Het is daarom belangrijk dat er iemand op de pastorie aanwezig is. Mensen bellen op, maar vertrouwen hun probleem echt niet toe aan het antwoordapparaat." In vele landen bestaat er een taakom schrijving van de priester-assistent. Zo niet in Nederland, waar de ontplooiings kansen nog veel afhangen van indivi duele pastores. In elke parochie kan de taak weer anders zijn ingevuld. Dat hoeft op zich niet verkeerd te zijn. Maar in haar visie op het priesterassistenschap ziet mevr. Spierings zich gesteund door niemand minder dan paus Johannes Paulus II. Die heeft de huishoudsters op geroepen achter hun fornuizen en was machines vandaan te komen om hun an dere talenten ook in dienst van de paro chies te stellen. Bijvoorbeeld op het ge bied van katechese of huisbezoek. Wat dit aangaat wil mevr. Spierings met de Nederlandse bisschoppen nog een ap peltje schillen. Ze krijgen nog met haar te maken als voorzitter van de interna tionale federatie. „Ik ben nu al tien jaar aan het praten over het belang van ons werk, van het belang van een vrouw in de pastorie, ook naar buiten toe. Maar de bisschoppen weten niet eens hoe het op de pastorieën in hun bisdom gesteld is. Voor het laatste internationale con gres heb ik onze bisschoppen een vra genlijst van de federatie gestuurd. In de federatie praat je over je werk, je beroep, je roeping en hoe de toekomst eruit zal zien. Het was daarom leuk eens te erva ren hoeveel priester-assistenten nog ac tief waren, in welke situatie ze in elk land verkeren. Maar er werd ook ge vraagd waarom men eventueel geen priester-assistenten had, hoe de leken er tegenover stonden. Welnu, ik heb van vijf van de zeven bisschoppen het ant woord gekregen dat ze de vragen niet konden beantwoorden; ze zouden eerst een enquête moeten houden. Van de bis schoppenconferentie kreeg ik een globale schatting dat er nog 1780 wooneenheden zijn waar priesters samen wonen, dat er ruim 500 priesterassistenten zijn, waar van de helft slechts een halve dagtaak vervult. Meer wist men niet". De bisschop van Den Bosch heeft een unieke kans voorbij laten gaan. „Onze bisschop heeft een welzijnsnota gepubli ceerd. Daarin spreekt hij grote bezorgd heid uit over zijn priesters die zonder hulp in pastorieën zitten en verwaar loosd raken. Maar over de priesterassis tenten en hun taak zwijgt hij in alle ta len. Ik zou zo graag eens een krant open slaan waarin de bisschoppen, als het gaat over de vrouw in dienst van de kerk, ons beroep eens uitlichten. Laat de bisschop pen maar eens schrijven over het belang dat er een vrouw in huis is. Natuurlijk, uit het verleden van ons beroep zijn al leen de kwaaie verhalen gebleven; van Mina van de pastoor die de baas speelde. Maar er zijn er honderdduizenden ge weest die hard gewerkt hebben, op be scheiden wijze. Wantje geeft eigenlijkje leven, hoor". Het ontbreekt mevr. Spierings niet aan gespreksstof. Ze heeft dan ook een ideaal voor ogen; een levensvervulling waarin een achturige werkdag niet ter zake is. Maar waarin wel celibatair leven als priester-assistent past. Zeker zolang priesters ook ongehuwd blijven. Over de verdere ontwikkeling heeft ze enkele dui delijke ideeën. „Er wordt altijd wel ge sproken over het celibaat van de priester in huis. Maar er kan ook gerust gespro ken worden over het celibaat van de vrouw in dat huis. Je weet van tevoren dat je celibatair leeft als je eraan begint. Vrouwen, die deze taak op zich nemen, moeten erop worden voorbereid dat ze komen te leven en werken in een huis houden van mannen die een celibataire opgave hebben. Maar ook de mannen die nu worden opgeleid tot priester, moeten worden voorbereid op leven in een pastorie waar ook een vrouw aanwe zig is. Dat gebeurde vroeger op het semi narie totaal niet. Er zijn priesters die he lemaal geen vrouw in huis willen. Zo'n man begrijpt niet, dat wij er niet alleen voor hem zijn, maar ook voor de paro chie." November is, volgens een oud Italiaans poeem, triest en moe. Novembre triste e stan- co. Kille regen daalt neder uit de vaalgrijze lucht. Dit is geen slecht moment om de overwin ning van Ronald Reagan en George Bush op Michael Du kakis te verwerken. Een ge schikte methode voor het tem men van het betrekkelijke leed is de klok een flink eind vooruit te zetten en de situatie te be zichtigen door de omgekeerde verrekijker van de tijd. Over 25 jaar doet het ons niets meer. Dan staat Bush ons even vaag voor de geest als pre sident Andrew Johnson, die als enige president van de veertig die Amerika tot dusver heeft gekend, eigenhandig al zijn kle ren maakte. Dat kan George Bush niet. En de kans dat hij vloeiend Chinees spreekt met zijn vrouw, zoals de ongeluk kige president Herbert Hoover dat placht te doen, is gering. Geringer nog dan de kans dat alle vier spelers bij het bridgen een complete set kaarten krij gen. En dat is één op de 2.235.197.406.895.366.368.301. 559.999. Bij wijze van vergelijking, de kans op een tweeling in gezin nen of maatschappen waar kin deren welkom zijn is 1 op 40, in feite het gemiddelde van chi- neessprekende Amerikaanse presidenten. Helaas, president Herbert Hoover heeft zich geen faam verworven vanwege zijn Chinese accent, maar door de beurskrach en de economische ontreddering die daarop volg de. In zijn presidentschap be gon de Grote Depressie, die zich tot aan de tweede wereld oorlog voortsleepte. James Garfield, een van de vier Amerikaanse presidenten die vermoord werd (in 1881, door een baantjesjager die zijn zin niet kreeg) was een begaafd spreker en een man van aan zienlijke charme, die evenals John F. Kennedy niet lang ge noeg president kon zijn om zijn stempel op het ambt te kunnen zetten. Garfield bezat de eigen aardige kwaliteit dat hij, tegelij kertijd, met de ene hand Grieks en met de andere Latijn kon schrijven. George Bush, zo zullen kwaaie zielen, die hun teleur stelling nog niet geheel en al verwerkt hebben zeggen, kan nauwelijks schrijven, laatstaan tweehandig in een of meer klas sieke talen. Opmerkelijk is na tuurlijk ook dat heden ten dage vrijwel geen mens weet dat Garfield ooit president van Amerika was. Ik conserveer deze vijgen uit de Amerikaanse politieke geschiedenis voor u om aan te tonen hoe betrekke lijk aanzienlijke evenementen, zoals de zege van Bush, op de langere termijn, of gezien door de omgekeerde verrekijker, blij ken te zijn. Toen Franklin Delano Roo sevelt, ongetwijfeld de grootste Amerikaanse president van deze eeuw, een kwarteeuw dood was, werd daar in de Ver enigde Staten nauwelijks aan dacht aan geschonken. Maar op 22 november, drie weken na Halloween en twee dagen voor Thanksgiving Day, wordt in dertig uur televisie de moord op president Kennedy her dacht, die 25 jaar geleden in Dallas werd gepleegd. Het hele afschuwelijke drama zal wor den nagespeeld, de samenzwe- ringstheoriëen zullen wederom worden getoetst en LIFE komt met een herdruk van het her denkingsnummer van 25 jaar geleden uit, natuurlijk met nieuwe advertenties. Het Amerikaanse publiek zal zich als nimmer tevoren wente len in de Kennedytragiek en de Kennedymystiek en ook in Europa zal de pijn van het drama van 1963 opnieuw wor den gevoeld. Want John Ken nedy was, zo werd het destijds tenminste door velen aange voeld, behalve president van Amerika ook president van Europa. Maar zelfs de Kenne- dymythe is, na al die tijd, wat rafelig geworden. Zo bfijkt er, achteraf, aan alle Amerikaanse presidenten wel wat te manke ren. William Howard Taft, die veel te dik was, zat zaterdags avonds in een vierpersoons badkuip. Andrew Jackson had iemand doodgeschoten in een duel. Abraham Lincoln snurkte een sluimerende vulkaan. En George Washington, de va der des vaderlands, had een ge bit van hout. Misschien valt Bush ons, gezien vanuit 2013, wel mee. Door Marja Klein Een voorbeeld van de ande huisarts vertelt: „De patië gaat zitten, wrijft alsmaar den over over zijn buik en zo: Ik: Wat hebt u nou? Patiën in mijn buik. Ik: Hoe lang 1 last van? De patiënt gee antwoord, zodat ik het nog volgende vraag: Waar heeft woord: Overal. Dan volgt i gen over wanneer de pijn teert. Voor, tijdens of na he w-9, of tijdens het vrijen mi daar wordt een voor een 'j woord. Hoe is de pijn? Stei pend, of, als het een vrouw pijn op een wee? Antwoorc buikpijn', of de andere moge is én een stekend, én een zei dreinend gevoel. Kijk, daar weet ik nou ecl mee. Ik maak het ook wel een patiënt agressief wordt, blijf vragen. Om bij het voor ven: 'Ik zeg toch dat ik buikj van: jij moet toch weten wa geloof je me soms niet?". Mevrouw Van H. werd Achteraf blijkt dat zij zich ti rust heeft gemaakt over haar zij wordt niet serieus genome Recent onderzoek van klini loge Ludwien Meeuwesen he. zen dat de verhouding tussen patiënt nog veel te wense Vooral als die patiënt met ten komt. De onderzoekster 85 bandopnamen van gespre tien huisartsen en hun patiën sultaat is teleurstellend. Maa de vijf gesprekken luisteren tiënt goed naar elkaar; ze he veel inbreng. In de overige ge voornamelijk de arts die sp jvien Meeuwesen noemt het "zwijguur'. „Bij het afluister banden begon ik me na verlo echt af te vragen: wie mag spreken op het spreekuur? niet, dat werd mij wel duidelij Naar aanleiding van de van Meeuwesens onderzoek Stem riep haar lezers op in e reageren. Mevrouw Van H. i Haar zoon is inmiddels nege De eerste acht jaar van zijn re hem al haar aandacht mot j°ngen moet zijn hele Ier medicijnen blijven. En hij hee vrikkehngsachterstand van twt Na de geboorte van haar trr kan mevrouw Van H. er niet kinderen bij hebben. Ze heef aan haar oudste zoon haar h neemt de pil. De vrouw naar huisarts over een vieze a jne ze sinds het gebruiken r heeft gekregen. Haar huisarts i 'n zijn antwoord: „Je hoeft je maken". Toch laat de vrou v endig onderzoek doen. De uit hand" 't°rt en ^^^tig: "Ni Op voorstel van de huisarts sterilisatie. De gynaeco erst een klein vooronderzoek Ji?r hoelang zij al last heeft "Zuster, wilt u die handelen?"

Krantenbank Zeeland

de Stem | 1988 | | pagina 28